Base description which applies to whole site

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2022 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Normaliter wordt nieuw beleid in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. Aangezien het maatregelenpakket dat in deze derde incidentele suppletoire begroting 2022 is opgenomen in het belang van het Rijk is, en niet kan wachten tot formele autorisatie van beide Kamers der Staten-Generaal, zal het kabinet de uitvoering van de maatregel starten. Hiermee wordt gehandeld conform lid 2 van artikel 2.27 van de Comptabiliteitswet 2016. Over de indiening van deze derde incidentele suppletoire begroting is uw Kamer op 30 augustus geïnformeerd via de Kamerbrief "Budgettaire gevolgen maatregelenpakket versnelling woningbouw i.v.m. asielcrisis".

Op 26 juli 2022 is de tweede incidentele suppletoire begroting 2022 van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties naar de Tweede Kamer verzonden (Kamerstukken II 2021/22, 36177, nr. 1). De behandeling in de Staten-Generaal heeft nog niet plaatsgevonden. Om deze reden zijn de in de begrotingsstaat opgenomen standen in de kolom «Mutaties eerste suppletoire begroting» en de in de tabellen in de artikelsgewijze toelichting opgenomen kolom «Stand eerste suppletoire begroting» nog niet definitief.

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht.

Mede namens de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening,

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,H.G.J.Bruins Slot

Licence