XIII Economische Zaken | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
In miljoenen euro | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | |
Totaal uitgaven | 3.529 | 3.321 | 2.885 | 2.703 | 2.555 | 2.490 | |
Totaal ontvangsten | 627 | 472 | 251 | 266 | 448 | 239 | |
1 | Goed functionerende economie en markten | ||||||
Uitgaven | 450 | 482 | 432 | 414 | 408 | 431 | |
Ontvangsten | 44 | 45 | 46 | 47 | 48 | 48 | |
2 | Bedrijvenbeleid: innovatie en ondernemerschap voor duurzame welvaartsgroei | ||||||
Uitgaven | 2.182 | 1.792 | 1.583 | 1.519 | 1.334 | 1.389 | |
Ontvangsten | 473 | 226 | 137 | 150 | 122 | 121 | |
3 | Toekomstfonds | ||||||
Uitgaven | 325 | 500 | 355 | 276 | 349 | 210 | |
Ontvangsten | 60 | 168 | 35 | 36 | 247 | 39 | |
40 | Apparaat | ||||||
Uitgaven | 573 | 548 | 515 | 493 | 465 | 460 | |
Ontvangsten | 50 | 34 | 33 | 34 | 31 | 30 | |
41 | Nog onverdeeld | ||||||
Uitgaven | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Ontvangsten |
Algemeen
De uitgaven op de begroting van het ministerie van Economische Zaken (EZ) dalen van 3,5 miljard euro in 2025 naar 2,5 miljard euro in 2030. Deze forse daling wordt onder andere veroorzaakt door het aflopen van incidentele subsidies die onder meer gefinancierd zijn uit het Nationaal Groeifonds (NGF). Ook lopen een aantal budgetten uit het Toekomstfonds af richting 2030 en dalen de uitgaven aan het apparaat van EZ in de komende jaren.
Artikel 1. Goed functionerende economie en markten
De uitgaven op dit artikel hebben met name betrekking op de bijdrage aan agentschappen (Rijksinspectie Digitale Infrastructuur en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) en bijdrage aan zelfstandige bestuursorganen en rechtspersonen met een wettelijke taak (met name Centraal Bureau voor de Statistiek). Daarnaast staan er op dit artikel ook middelen voor verschillende projecten uit het NGF. De uitgaven op dit artikel laten een daling zien vanaf 2025. Dit is vooral het gevolg van de incidentele uitgaven aan EZ-projecten van het NGF in 2025-2030. De ontvangsten hebben onder meer betrekking op boetes die worden opgelegd door bijvoorbeeld de ACM in het kader van het zogenaamde High Trust-beleid.
Artikel 2. Bedrijvenbeleid: innovatief en duurzaam ondernemen
De uitgaven op dit artikel zijn bestemd voor onder andere bijdrage aan ZBO’s/RWT’s (zoals ‘De Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek’ (TNO) en de Kamer van Koophandel), (inter)nationale organisaties (zoals de Privaat-Publieke Samenwerkingen-toeslag en de European Space Agency) en subsidies ter stimulering van innovatie en ondernemen (waaronder verschillende projecten uit het NGF). De uitgaven op dit artikel laten een daling zien tussen 2025 en 2029. Dat wordt veroorzaakt door het aflopen van de subsidie voor verschillende NGF-projecten. De ontvangsten zijn grotendeels afkomstig uit terugontvangsten van de Rijksoctrooiwet, de Borgstelling MKB-kredieten en de Garantie Ondernemingsfinanciering.
Artikel 3.Toekomstfonds
De uitgaven op dit artikel bestaan voornamelijk uit leningen (en terugontvangsten) die gericht zijn op financiering voor bedrijven en onderzoek. De uitgaven laten een daling zien tussen 2025 en 2030. Dit wordt veroorzaakt door het aflopen van verschillende budgetten. De uitgaven zijn in een realistisch kasritme gezet dat aansluit bij de verwachte vraag naar leningen en bij de uitvoering daarvan. Op de ontvangsten is een verhoging te zien in 2026 en 2029. Dat komt doordat de corona-overbruggingsleningen, die door de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s) worden beheerd, deels in tranches en deels in het laatste jaar van de looptijd (2026) worden afgelost. Ook worden de ontvangsten van verschillende leningen in het laatste jaar verwacht van de looptijd van deze leningen (2029).
Artikel 40. Apparaat
De uitgaven op dit artikel hebben betrekking op de personele en materiële uitgaven van de kerndepartement Economische Zaken en Klimaat en Groene Groei en enkele uitvoerende diensten. Deze uitgaven kennen een dalend verloop vanwege de taakstelling op het Rijksapparaat uit het Hoofdlijnenakkoord en aflopende personeelsbudgetten.
Artikel 41. Nog onverdeeld
Op het onverdeeld artikel staan momenteel geen middelen. Hierop wordt bijvoorbeeld bij de Voorjaarsnota de loon- en prijsbijstelling op uitgekeerd om daarna door te verdelen.