Base description which applies to whole site

nr. 1JAARVERSLAG VAN HET MINISTERIE VAN JUSTITIE (VI)

Aangeboden 21 mei 2008

Gerealiseerde uitgaven 2007 (bedragen in miljoen €)

Totaal € 5 925,3 miljoen

kst-31444-VI-1-1.gif

Gerealiseerde ontvangsten 2007 (bedragen in miljoen €)

Totaal € 1 132,1 miljoen

kst-31444-VI-1-2.gif

INHOUDSOPGAVE

A. Algemeen6
Hoofdstuk 1 Voorwoord6
Hoofdstuk 2 Aanbieding en dechargeverlening7
Hoofdstuk 3Leeswijzer11
   
B. Beleidsverslag15
Hoofdstuk 4 Beleidsprioriteiten15
Hoofdstuk 5Beleidsartikelen32
 11 Nederlandse rechtsorde32
 12 Rechtspleging en rechtsbijstand44
 13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding53
 14 Jeugd78
 15 Vreemdelingen90
 16 Integratie107
 17 Internationale rechtsorde108
Hoofdstuk 6Niet-Beleidsartikelen112
Hoofdstuk 7Bedrijfsvoeringsparagraaf115
Hoofdstuk 8Toezichtrelatie ZBO/RWT116
Hoofdstuk 9 Raad voor de rechtspraak118
   
C. Jaarrekening121
Hoofdstuk 10 Verantwoordingsstaat121
Hoofdstuk 11Departementale saldibalans122
Hoofdstuk 12Baten-lastendiensten131
 Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND)132
 Dienst Justititiële Inrichtingen (DJI)136
 Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB)140
 Nederlands Forensisch Instituut (NFI)143
 Justitiële Uitvoeringsdienst Toetsing, Integriteit, Screening (Dienst Justis)146
 Gemeentelijke Beheerorganisatie (GBO)149
   
D. Bijlagen152
Hoofdstuk 13Overzichtsconstructie Asiel en migratie152
Hoofdstuk 14Toezeggingen Algemene Rekenkamer159
Hoofdstuk 15Publicatieplicht op grond van de Wet openbaarmakingen uit publieke middelen gefinancierde topinkomens bij het ministerie van Justitie161
Hoofdstuk 16 Overzicht niet-financiële informatie over inkoop van adviseurs en tijdelijk personeel162
Hoofdstuk 17 Lijst met afkortingen163
   
Stroomschema’s 
Strafrechtketen168
Wet administratieve handhaving verkeersvoorschriften169
Bestuurlijke boete170
Vreemdelingenketen171

A ALGEMEEN

HOOFDSTUK 1 – VOORWOORD

Met dit jaarverslag over de Justitiebegroting 2007 geef ik inzicht in de resultaten die zijn bereikt bij de uitvoering van het beleid in het jaar 2007. In dit jaarverslag maakt Justitie, volgens de regels van de beleidsverantwoording, inzichtelijk in hoeverre eerder aangekondigde doelen zijn gerealiseerd en welke financiële gevolgen daaraan verbonden zijn. Daarnaast is ook de financiële verantwoording over het jaar 2007 in de vorm van een jaarrekening in dit departementale jaarverslag opgenomen.

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

HOOFDSTUK 2 – AANBIEDING VAN HET JAARVERSLAG EN VERZOEK TOT DECHARGEVERLENING

Aanbieding van het jaarverslag en verzoek tot dechargeverlening van de Minister van Justitie aan de Voorzitters van de Eerste en de Tweede Kamer van de Staten-Generaal.

Hierbij bied ik, mede namens de Staatssecretaris van Justitie, het departementale jaarverslag over het jaar 2007 van het ministerie van Justitie aan.

Onder verwijzing naar de artikelen 63 en 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verzoek ik de beide Kamers van de Staten-Generaal de Minister van Justitie decharge te verlenen over het in het jaar 2007 gevoerde financiële beheer met betrekking tot de uitvoering van de begroting van het ministerie van Justitie.

Ten behoeve van de oordeelsvorming van de Staten-Generaal over dit verzoek tot dechargeverlening is door de Algemene Rekenkamer als externe controleur op grond van artikel 82 van de Comptabiliteitswet 2001 een rapport opgesteld van haar bevindingen en haar oordeel met betrekking tot:

a. het gevoerde financieel en materieelbeheer;

b. de ten behoeve van dat beheer bijgehouden administraties;

c. de financiële informatie in het jaarverslag;

d. de departementale saldibalans;

e. de totstandkoming van de informatie over het gevoerde beleid en de bedrijfsvoering;

f. de in het jaarverslag opgenomen informatie over het gevoerde beleid en de bedrijfsvoering;

van het ministerie van Justitie. Dit rapport wordt separaat door de Algemene Rekenkamer aan de Staten-Generaal aangeboden.

Bij het besluit tot dechargeverlening dienen, naast het onderhavige jaarverslag en het hierboven genoemde rapport van de Algemene Rekenkamer, de volgende, wettelijk voorgeschreven, stukken te worden betrokken:

a. het Financieel Jaarverslag van het Rijk over 2007; dit jaarverslag wordt separaat aangeboden;

b. de slotwet van het ministerie van Justitie over het jaar 2007; de slotwet is als afzonderlijk kamerstuk gepubliceerd. Het besluit tot dechargeverlening kan niet worden genomen, voordat de betrokken slotwet is aangenomen;

c. het rapport van de Algemene Rekenkamer over het jaar 2007 met betrekking tot de onderzoeken, bedoeld in artikel 83 van de Comptabiliteitswet 2001. Dit rapport, dat betrekking heeft op het onderzoek van de centrale administratie van ’s Rijks schatkist en van het Financieel Jaarverslag van het Rijk, wordt separaat door de Algemene Rekenkamer aangeboden;

d. de verklaring van goedkeuring van de Algemene Rekenkamer met betrekking tot de in het Financieel Jaarverslag van het Rijk over 2007 opgenomen rekening van uitgaven en ontvangsten van het Rijk over 2007 alsmede met betrekking tot de Saldibalans van het Rijk over 2007 (de verklaring van goedkeuring, bedoeld in artikel 83, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001); het besluit tot dechargeverlening kan niet worden genomen, voordat de verklaring van goedkeuring van de Algemene Rekenkamer is ontvangen.

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Dechargeverlening door de Tweede Kamer

Onder verwijzing naar artikel 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verklaart de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal dat de Tweede Kamer aan het hiervoor gedane verzoek tot dechargeverlening tegemoet is gekomen door een daartoe strekkend besluit, genomen in de vergadering van

De Voorzitter van Tweede Kamer,

Handtekening:

Datum:

Op grond van artikel 64, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2001 wordt dit originele exemplaar van het onderhavige jaarverslag, na ondertekening van de hierboven opgenomen verklaring, ter behandeling doorgezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer.

Dechargeverlening door de Eerste Kamer Onder verwijzing naar artikel 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verklaart de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal dat de Eerste Kamer aan het hiervoor gedane verzoek tot dechargeverlening tegemoet is gekomen door een daartoe strekkend besluit, genomen in de vergadering van

De Voorzitter van de Eerste Kamer,

Handtekening:

Datum:

Op grond van artikel 64, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 wordt dit originele exemplaar van het onderhavige jaarverslag, na ondertekening van de hierboven opgenomen verklaring, doorgezonden aan de Minister van Financiën.

HOOFDSTUK 3 – LEESWIJZER

Algemeen

In dit departementaal jaarverslag 2007 legt het ministerie van Justitie verantwoording af over het gevoerde beleid, de bereikte resultaten van dit beleid en de kosten van het beleid in 2007.

Dit jaarverslag valt uiteen in:

– deel A Algemeen;

– deel B Beleidsverslag;

– deel C Jaarrekening;

– deel D Bijlagen.

Deel A – Algemeen

In deel A zijn opgenomen het voorwoord van de Minister van Justitie alsmede het verzoek tot dechargeverlening aan de Voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer van de Staten-Generaal en deze leeswijzer.

Deel B – Beleidsverslag

In deel B wordt ingegaan op de beleidsmatige resultaten. Hoofdstuk 4 Beleidsprioriteiten geeft inzicht in de voortgang van de doelstellingen uit het kabinetsprogramma 2007–2011. Hoofdstuk 5 Beleidsartikelen schetst per beleidsartikel de resultaten van het in 2007 gevoerde beleid. Hierbij is nadrukkelijk gekeken naar de doelstellingen uit de begroting 2007. De realisatie van deze doelstellingen wordt in dit jaarverslag toegelicht, evenals de politiek en maatschappelijk relevante resultaten. Hoofdstuk 6 bevat de niet-beleidsartikelen. In deel B zijn tevens opgenomen de Bedrijfsvoeringsparagraaf (hoofdstuk 7), het overzicht toezichtrelatie ZBO/RWT (hoofdstuk 8) en het hoofdstuk Raad voor de rechtspraak (hoofdstuk 9).

De indeling van de beleidsartikelen volgt de indeling van de begroting 2007, te weten:

11 Nederlandse rechtsorde;

12 Rechtspleging en rechtsbijstand;

13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding;

14 Jeugd;

15 Vreemdelingen;

16 Integratie;

17 Internationale rechtsorde.

Naast deze beleidsartikelen kent Justitie ook een drietal niet-beleidsartikelen, te weten:

91 Algemeen;

92 Nominaal en onvoorzien;

93 Geheim.

Bij de coalitievorming van het kabinet Balkenende IV is besloten tot benoeming van een programmaminister voor Wonen, Wijken en Integratie (WWI). De programmaminister zal met ingang van het begrotingsjaar 2008 het beheer gaan voeren over een eigen programmabegroting. Voor het begrotingsjaar 2007 is om praktische redenen besloten om nog geen afzonderlijke programmabegroting op te stellen. Besloten is de programma- en daarmee samenhangende apparaatsgelden voor 2007 bij de 2e suppletoire begroting 2007, met terugwerkende kracht, formeel over te hevelen van de begroting 2007 van Justitie naar de begroting 2007 van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM). In het Justitiejaarverslag 2007 wordt bij artikel 16 Integratie geen beleidsmatige noch financiële verantwoording afgelegd over de uitgaven op dit terrein. Verantwoording hierover vindt plaats in het jaarverslag 2007 van het ministerie van VROM.

Voorts is besloten tot benoeming van een programmaminister voor Jeugd en Gezin. De programmaminister voor Jeugd en Gezin had in 2007 nog geen aparte begroting. Wel was hij beleidsmatig verantwoordelijk voor een aantal onderdelen van de begroting 2007 van het ministerie van Justitie, het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). De programmaminister voor Jeugd en Gezin legt over zijn beleidsterrein apart beleidsmatig verantwoording af in een eigen beleidsverslag.

In dit jaarverslag wordt wel financieel verslag gedaan over die onderdelen van de begroting 2007 die betrekking hebben op het beleidsterrein van de programmaminister voor Jeugd en Gezin. De verplichtingen, uitgaven en ontvangsten die namens de programmaminister voor Jeugd en Gezin zijn gedaan én behoorden tot de begroting 2007 van Justitie vallen daardoor onder de accountantscontrole van dit jaarverslag. Op deze manier blijft in de financiële verantwoording het verband met de begroting 2007 behouden en wordt tegelijkertijd invulling gegeven aan de verantwoordelijkheid van de programmaminister voor Jeugd en Gezin voor zijn eigen beleidsterrein. Het betreft de volgende operationele doelstellingen van beleidsartikel 14 Jeugd:

– 14.1.1 Raad voor de Kinderbescherming (na correctie straf)

– 14.1.2 Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO)

– 14.1.3 Bureaus jeugdzorg – (gezins)voogdij

– 14.1.4 Overig (gedeeltelijk)

– 14.3.1 NIDOS – opvang

– 14.3.2 NIDOS – voogdij

Vanaf 2008 heeft de programmaminister voor Jeugd en Gezin een eigen begroting en zal hij ook een eigen jaarverslag opstellen.

Deel C – Jaarrekening

Deel C bestaat uit de verantwoordingsstaat van het departement, de departementale saldibalans en de samenvattende verantwoordingsstaat van de agentschappen. Per agentschap wordt de balans, de staat van baten en lasten en het kastroomoverzicht gepresenteerd.

In de beleidsartikelen in deel B is het jaarrekeninggedeelte terug te vinden in de tabellen budgettaire gevolgen van beleid met bijbehorende financiële toelichting. In de toelichtende paragraaf zijn in de regel alle verschillen en mutaties toegelicht die groter zijn dan € 5 miljoen, danwel politiek of anderszins relevant. Mutaties die in eerdere begrotingsstukken (waaronder suppletoire begrotingen) aan de Staten-Generaal zijn gemeld, zijn in de financiële toelichting op hoofdlijnen vermeld.

Deel D – Bijlagen

Deel D bevat de volgende bijlagen:

– overzichtsconstructie Asiel en migratie;

– toezeggingen aan de Algemene Rekenkamer;

– overzicht uit publieke middelen gefinancierde topinkomens bij het ministerie van Justitie;

– overzicht niet-financiële informatie over inkoop van adviseurs en tijdelijk personeel.

Tevens zijn als sluitstuk van het jaarverslag stroomschema’s opgenomen voor de strafrechtketen, de Wet administratieve handhaving verkeersvoorschriften, bestuurlijke boete en de vreemdelingenketen. Deze schema’s bieden inzicht in de diverse organisatie-onderdelen die deel uitmaken van de keten en hun onderlinge relaties.

Afspraken ten aanzien van de begroting 2007

Zoals in de begroting 2007 is vermeld heeft het ministerie van Justitie met betrekking tot een aantal punten specifieke afspraken gemaakt met het ministerie van Financiën. De afspraken die ook doorwerken in deze verantwoording worden hieronder gememoreerd.

Actoren

In de Rijksbegrotingsvoorschriften wordt onder het niveau van de operationele doelstellingen een zogenaamd instrumentniveau voorgeschreven. Justitie maakt inderdaad gebruik van dat niveau, maar gebruikt in plaats van de term «instrumenten» de term «actoren».

Positionering apparaatsuitgaven

Alle apparaatsbudgetten van beleidsdirecties zijn -met uitzondering van het apparaatsbudget van de Directie Wetgeving- bij het niet-beleidsartikel 91 «Effectieve besturing van het Justitie-apparaat» ondergebracht. De apparaatsbudgetten van de Directie Wetgeving staan op de artikelen 11 «Nederlandse rechtsorde» en 17 «Internationale rechtsorde».

Subsidies

Bij de tabellen betreffende de budgettaire gevolgen van beleid worden subsidieverplichtingen niet gespecificeerd.

Toelichten van programma- en apparaatsuitgaven met volume- en prijsgegevens

In overleg met het ministerie van Financiën is afgeweken van het toelichten van apparaats- en programma-uitgaven met volume- en prijsgegevens indien Justitie dit niet zinvol acht.

Outcome- en outputindicatoren

Bij de operationele doelstellingen 11.1, 13.6 en 17.1 ontbreken outcome- en outputindicatoren. De Tweede Kamer heeft over dit onderwerp de zogenaamde «comply or explain-brief» ontvangen (TK 29 949, nr. 49).

Raad voor de rechtspraak

In de Wet op de rechterlijke organisatie is de verantwoordelijkheid voor de bedrijfsvoering geattribueerd aan de gerechten en aan de Raad voor de rechtspraak. Daarmee heeft de Minister van Justitie geen directe verantwoordelijkheid meer voor de bedrijfsvoering. Wel heeft de Minister een verantwoordelijkheid als toezichthouder.

Vanaf 1 januari 2005 geldt een nieuwe bekostigingssystematiek voor de rechtspraak. De nieuwe bekostigingswijze is volledig gebaseerd op outputfinanciering. Bij de rechtspraak is per 1 januari 2005 het batenlastenstelsel ingevoerd. Dit heeft gevolgen voor de wijze waarop de Raad in de begroting is gepositioneerd. Door Justitie is gekozen voor een «bijdrage-constructie». Dit betekent dat op artikel 12 «Rechtspleging en rechtsbijstand» de gerealiseerde bijdrage aan de Raad is opgenomen en de Raad niet in de begrotings- en verantwoordingsstaat inzake baten-lastendiensten is opgenomen. Voor de Raad voor de rechtspraak is een apart hoofdstuk opgenomen (deel B, hoofdstuk 9).

Gehanteerde toerekeningssleutels

Het komt voor dat een budgethouder of een organisatie-eenheid een bijdrage levert aan meerdere doelstellingen. Indien geen betere informatie voorhanden is, zijn bij de verantwoording 2007 de toerekeningssleutels toegepast zoals gehanteerd bij de begroting 2007.

Derdeninformatie

Daar waar informatie van derden is opgenomen, wordt dit specifiek in de toelichting bij de betreffende operationele doelstelling vermeld.

Positionering baten-lastendiensten

De uitgaven van alle uitvoerende diensten, inclusief de baten-lastendiensten van het ministerie van Justitie, worden wat betreft de begrotingsindeling aangemerkt als programma-uitgaven.

Overige punten

Relatie rijksbijdrage en baten-lastendiensten

Het ministerie van Justitie draagt aan de diverse baten-lastendiensten (IND, DJI, CJIB, NFI, de Dienst Justis, GBO) een jaarlijkse bijdrage af. Omdat deze diensten vaak beschikken over meerdere inkomstenbronnen en zij onder andere hun uitgaven ten laste kunnen brengen van meerdere jaren is het niveau van de gerealiseerde uitgaven ten laste van het ministerie (de rijksbijdrage) meestal niet gelijk aan de kosten van het agentschap in het betreffende kalenderjaar. In de Justitiebegroting en het Jaarverslag zijn de (gerealiseerde) rijksbijdragen bij de betreffende operationele doelstellingen vermeld. Voor een juist beeld van de kosten en het exploitatieresultaat van de baten-lastendiensten wordt verwezen naar de specifieke verantwoording over de baten-lastendiensten (deel C, hoofdstuk 12).

B BELEIDSVERSLAG

HOOFDSTUK 4 – BELEIDSPRIORITEITEN

A. Beleidsprogramma

Inleiding

Dit hoofdstuk biedt een terugblik op de meest in het oog springende beleidsontwikkelingen in 2007. De centrale thema’s in de beleidsagenda 2007 waren veiligheid, jeugd, terrorismebestrijding, rechtsbestel, internationale samenwerking, integratie en vreemdelingenbeleid. Bij het aantreden van het huidige kabinet op 22 februari 2007 zijn afspraken gemaakt over de portefeuilleverdeling, waarbij jeugd en integratie een plaats hebben gekregen onder de verantwoordelijkheid van respectievelijk de programmaminister voor Jeugd en Gezin en de programmaminister voor Wonen, Wijken en Integratie. Het retrospectief gaat in op de doelstellingen voor Justitie zoals die in de begroting 2007 zijn geformuleerd en houdt zoveel mogelijk dezelfde volgorde aan.

Veiligheidsprogramma/Veiligheid begint bij voorkomen

Reductie van de criminaliteit met 25 procent in 2010 t.o.v. 2002 (doelstelling 50)

Met het aantreden van het kabinet Balkenende IV is aan het veiligheidsbeleid een nieuwe impuls gegeven met het project Veiligheid begint bij voorkomen waarvoor de Minister van Justitie als projectminister is aangewezen. Dit project omvat de aanpak van agressie en geweld, diefstal, criminaliteit tegen ondernemingen, overlast en verloedering, risicojongeren en recidivisten en de bestrijding van ernstige vormen van criminaliteit. Daarbij wordt intensief samengewerkt met het Openbaar Ministerie, de politie, het lokale bestuur, maatschappelijke organisaties en burgers en andere ministeries (zoals in het kader van overlast en verloedering en het daarmee samenhangende Actieplan Krachtwijken). De aanpak kenmerkt zich door een combinatie van preventie, bestuurlijke en strafrechtelijke handhaving en nazorg, waarbij een persoonsgerichte aanpak voorop staat. De Tweede Kamer is per brief van 6 november 2007 (TK 28 684, nr. 119) nader geïnformeerd over de reikwijdte van het project en de uitwerking van de verschillende thema’s.

Verbetering van het ophelderingspercentage met 15 procent

Om de verhoging van het ophelderingspercentage te realiseren, worden 500 forensisch assistenten ingezet bij onder andere de aanpak van woninginbraak. Met het aantrekken van deze extra capaciteit is in 2007 een begin gemaakt. Ook met cameratoezicht wordt de pakkans vergroot.

Justitie draagt zorg voor een sluitende overdracht van ex-gedetineerden aan de gemeenten. In 2007 is een bestuursakkoord gesloten ter versterking van de nazorg, waarin is afgesproken om nader invulling te geven aan taken en verantwoordelijkheden van gemeenten en Justitie. Het aantal justitiële plaatsen in 24-uurs opvangvoorzieningen is uitgebreid, evenals het aantal gemeentelijke coördinatiepunten, dat is gestegen van 183 naar 339 (dat is 76% van alle gemeenten). Daarnaast is het Digitaal Platform Aansluiting Nazorg ingesteld, dat de mogelijkheid biedt om digitaal informatie uit te wisselen tussen gemeenten en gevangeniswezen.

Binnen het programma aanpak jeugdcriminaliteit is onder meer gewerkt aan het verbeteren van een op de persoon toegesneden sanctie met als doel de criminaliteit en recidive onder jongeren te verminderen. Hiertoe is in 2007 het wetsvoorstel Gedragsbeïnvloeding jeugdigen door de Eerste en Tweede Kamer aangenomen. Deze wet is per 1 februari 2008 in werking getreden. Ook is gewerkt aan het verbeteren van gedragsinterventies. In 2007 zijn vijf gedragsinterventies (voorlopig) erkend door de Erkenningscommissie Gedragsinterventies Justitie, waarmee het totaal aan (voorlopig) erkende interventies voor jeugd op zes is gekomen.

Respect

Justitie heeft in 2007, waar mogelijk via het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV), de lokale preventieve aanpak van geweld ondersteund. Door onder andere buurtbemiddelingsprojecten, leerlingbemiddeling en gedragscodeprojecten wil Justitie het wederzijds respect tussen mensen bevorderen en niet-agressieve omgangsvormen en conflictoplossing stimuleren.

– In 2007 is het aantal buurtbemiddelingsprojecten uitgebreid van circa 50 naar 80.

– Samen met het Platform Leerlingbemiddeling is een concept-handreiking leerlingbemiddeling opgesteld, die in 2008 verder wordt ontwikkeld met behulp van onderzoeksresultaten. Hierna wordt de methodiek in pilots getest en geëvalueerd.

– Ook de methodiek voor gedragscodeprojecten in de buurt en op scholen is nader uitgewerkt. Deze zal in 2008 in pilots worden getest en geëvalueerd. Een buitenlandse best-practice, die bijdraagt aan respectvolle omgangsvormen («Responding in Peaceful and Positive Ways») is in opdracht van Justitie omgewerkt naar de Nederlandse context. Het testen en evalueren van deze methodiek in scholen is in 2007 gestart. Een andere best practice («Safe dates») wordt in 2008 vertaald in een Nederlandse methodiek.

De nieuwe Aanwijzing discriminatie is eind 2007 in werking getreden. In de opleiding voor hulpofficier van Justitie wordt bijzondere aandacht besteed aan deze aanwijzing. Binnen diversiteit- en integriteittrainingen is specifiek aandacht voor treiter- en geweldsincidenten met een homofobe achtergrond.

Vanaf 4 september 2007 loopt een pilot met het anoniem melden van mogelijke, serieuze integriteitschendingen, gepleegd door overheidsfunctionarissen. Hieraan nemen 14 overheidsorganisaties actief deel.

Eergerelateerd geweld

In 2007 is ingezet op het ontwikkelen van opleidingen voor beroepsgroepen die te maken krijgen met slachtoffers en daders van eergerelateerd geweld. Pilots voor de opvang van (minderjarige) slachtoffers zijn gehouden. In Rotterdam is een project gestart om de aanpak van eergerelateerd geweld op lokaal niveau te regisseren en is een project gestart naar eergerelateerd geweld in en rond de school. Verder hebben alle politiekorpsen een contactfunctionaris eergerelateerd geweld aangewezen en is een landelijk expertisecentrum voor de politie ingericht. Ook is de Regeling voor bepaalde categorieën vreemdelingen (Rvb) voor slachtoffers van eergerelateerd geweld gewijzigd. Op 1 oktober 2007 is deze in werking getreden.

Huiselijk geweld

In januari 2007 is de publicatie «Kinderen in de Keten» verschenen met hierin handreikingen om kinderen die getuige zijn van huiselijk geweld en dus een verhoogd risico lopen op later dader- of slachtofferschap goed te helpen. In juni 2007 is de publicatie «Horen, zien en zwijgplicht?» verschenen over huiselijk geweld en beroepsgeheim. Deze publicatie is gekoppeld aan een website waarop voor alle beroepsgroepen informatie is te vinden, inclusief een webapplicatie waarmee professionals in enkele stappen kunnen zien wat ze in een bepaald geval wel of niet mogen doen. Daarnaast is een Modelconvenant gegevensuitwisseling aanpak huiselijk geweld gepubliceerd.

Ter uitvoering van de motie-Dittrich over registratie op herkomst zijn in twee politieregio’s pilots uitgevoerd. Tijdelijk werd het geboorteland van de (groot)ouders van de daders en slachtoffers geregistreerd. In december 2007 is het eindrapport met een beleidsreactie naar de Tweede Kamer gestuurd.

In december 2007 is de evaluatie van de pilots Huisverbod afgerond. Een brief hierover is aan de Tweede Kamer gezonden.

Nieuw identificatiesysteem in 2010 in gebruik (doelstelling 56)

Een voorstel tot aanpassing en aanvulling van het Wetboek van Strafvordering met nieuwe bevoegdheden en verplichtingen inzake vaststelling van de identiteit van verdachten en veroordeelden is aan de Raad van State voorgelegd om advies. De invoering van de voorziene nieuwe regels wordt intussen voorbereid. Ook wordt op basis van de huidige wetgeving reeds van alle gedetineerden de identiteit gecontroleerd met gebruikmaking van identiteitsdocumenten, foto’s en vingerafdrukken.

Een steviger aanpak van georganiseerde misdaad, fraude en cybercrime (doelstelling 57)

In 2007 is het programma Versterking Aanpak Georganiseerde Misdaad (PVAGM) tot stand gekomen (TK 29 911, nr. 10). Langs drie lijnen worden versterkingsmaatregelen getroffen: de preventieve en bestuurlijke aanpak, de strafrechtelijke aanpak en internationale samenwerking. Mensenhandel, georganiseerde wietteelt en malversaties in de vastgoedsector worden programmatisch aangepakt. In de binnenstad van Amsterdam wordt in het project Emergo de vermenging van onderwereld en bovenwereld bestreden. Alle punten die in de begroting van 2007 zijn genoemd, hebben een plaats gekregen binnen PVAGM en zijn in uitvoering genomen.

De Nationale Recherche heeft in de Koersnotitie 2010 de basis gelegd voor meer slagvaardigheid en betere samenwerking bij de bestrijding van de georganiseerde misdaad. Eind 2007 is gestart met de implementatie van deze koerswijziging, die in 2008 zal doorlopen.

Voor de versterking van het bewustzijn en de slagkracht van het lokaal bestuur zijn in 2007 diverse initiatieven genomen. Op grond van de conclusies en aanbevelingen van de evaluatie van de wet BIBOB (TK 31 109, nr. 1) zijn de mogelijkheden voor gemeenten versterkt. De dienst Justis is uitgebreid om de doorlooptijden van de BIBOB-adviezen te verkorten.

Bestrijden financieel-economische criminaliteit

Het versterkingsprogramma financieel-economische criminaliteit, waarin wordt aangegeven hoe de aanpak van fraude, witwassen en corruptie gestalte zal krijgen, is 13 december 2007 aan de Tweede Kamer gezonden (TK 29 911, nr. 10). Een van de reeds in uitvoering zijnde maatregelen in dit kader is het versterken van de samenwerking tussen het Openbaar Ministerie (OM), Belastingdienst (FIOD-ECD), FIU-Nederland en politie, ook in internationaal verband.

Bestrijden cybercrime (TK 26 671, nr. 24)

Naast de voorkoming van cybercrime voor het midden- en kleinbedrijf, de gemeenten en scholen is in het kader van de Nationale Infrastructuur Cybercrime (NICC) een studie verricht naar de toepasbaarheid van artikel 54a Wetboek van Strafrecht. Dit artikel is van belang voor het in opdracht van de overheid verwijderen van «sites of content» van het internet. Daarnaast is gestart met het ontwikkelen van een conceptueel kader voor het «Notice and Takedown» proces. Hierbij gaat het om een advies (op te leveren in eerste kwartaal 2008) over een overkoepelend, effectief en gedragen systeem om het verspreiden van strafbare, schadelijke, onrechtmatige en ongewenste informatie (bijvoorbeeld haatzaaiing) op of via internet beter te kunnen tegengaan. Bij de Nationale Recherche onderzoekt de Unit High Tech Crime bijzondere vormen van cybercrime, die worden gekwalificeerd als zware, georganiseerde misdaad. Daarnaast zijn met de politie afspraken gemaakt over een gezamenlijke aanpak met het Openbaar Ministerie voor de bestrijding van cybercrime. Deze aanpak maakt onderdeel uit van het programma Veiligheid begint bij Voorkomen.

Prostitutie onderwerpen aan scherper vergunningenbeleid (doelstelling 58)

De aanpak van mensenhandel heeft hoge prioriteit voor Openbaar Ministerie en politie. In 2007 is gewerkt aan de verbreding van de strafrechtelijke aanpak naar een programmatische aanpak, waarin samengewerkt wordt met bestuur en overige instanties om barrières op te werpen tegen mensenhandel en informatie uit te wisselen. Bij de voorbereiding van de in het Coalitieakkoord voorziene wetgeving op het terrein van prostitutie wordt ook het onderzoek naar de mogelijkheid tot strafbaarstelling van klanten van illegale prostituees en slachtoffers van mensenhandel betrokken. Tevens wordt onderzocht of het wenselijk en nodig is de prostitutieleeftijd naar 21 jaar te verhogen en wordt bekeken of er een afzonderlijk souteneursverbod moet komen.

Veiligheidshuizen in grotere steden (doelstelling 62)

In alle grotere steden komen Veiligheidshuizen. Per 31 december 2007 zijn er 24 Veiligheidshuizen operationeel: in Den Helder, Enschede, Amsterdam-5 ketenunits, Arnhem, Bergen op Zoom, Breda, Tilburg, Den Bosch, Eindhoven, Helmond, Oss, Heerlen, Maastricht, Kerkrade, Venlo/Venray, Roermond/Weert, Sittard-Geleen, Amersfoort, Utrecht en Leeuwarden. In deze Veiligheidshuizen werken gemeenten, jeugd- en zorginstellingen, politie en justitie samen in de aanpak van criminaliteit en overlast. Preventie en repressie worden hierin effectief op elkaar afgestemd.

Programma Versterking Opsporing en Vervolging

In de eerste voortgangsrapportage van het programma Versterking opsporing en vervolging (TK 30 800, nr. 86) is aangegeven dat het Openbaar Ministerie, politie en NFI in nauwe samenwerking op beleids- en uitvoeringsniveau stapsgewijs maatregelen realiseren. Belangrijke maatregelen die zijn ingevoerd zijn de professionalisering van de Teams Grootschalige Opsporing (TGO), herbeoordeling van onderzoeken die nog niet tot een rechterlijke uitspraak hebben geleid door deskundigen van buiten het korps of het parket (review) en het organiseren van tegenspraak die bestaat uit het intern georganiseerd en op een gestructureerde wijze doorlopend toetsen van beslissingen door niet bij het onderzoek betrokken medewerkers.

Bij het Nederlands Forensisch Instituut is onder meer de Forensische Samenwerking in de Opsporing (FSO) met de politie een succes. In mei 2007 zijn op zeven plaatsen in het land samenwerkingsverbanden tot stand gekomen die een positief effect hebben op de kennisdeling tussen de organisaties.

Wet politiegegevens

Op 1 januari 2008 zijn de Wet politiegegevens en het Besluit politiegegevens in werking getreden, ter vervanging van de Wet en het Besluit politieregisters. Met de Wet politiegegevens is aangesloten op de ontwikkeling van de landelijke informatiehuishouding binnen de politie. Dit betekent dat politiegegevens ook op bovenregionaal en landelijk niveau beschikbaar zijn en er verbanden tussen de gegevens van de verschillende politieregio’s kunnen worden gelegd. De wet biedt de politie meer ruimte om samen te werken met andere maatschappelijke instanties bij de aanpak van problemen. Hierbij kan worden gedacht aan de verstrekking van informatie aan energiebedrijven voor een gemeenschappelijke aanpak van illegale hennepteelt, of de informatieverstrekking aan woningbouwverenigingen voor het tegengaan van overlast door bewoners.

Verder wordt met de nieuwe wet bijgedragen aan de vermindering van de administratieve werklast van de politie. Zo is de verplichting tot het opstellen van een privacyreglement vervallen. In plaats daarvan wordt de nadruk gelegd op een stelsel van autorisaties voor het politiepersoneel. Het toezicht wordt versterkt door middel van het verrichten van audits. In het Besluit politiegegevens wordt nadere uitwerking gegeven aan die autorisaties en aan de organisatie van de audits.

Uiterlijk in 2011 geen coffeeshops meer in de nabijheid van scholen (doelstelling 54)

Uiterlijk in 2011 moeten alle gemeenten een minimale afstand tussen scholen en coffeeshops als criterium vaststellen en toepassen.

Op dit moment voldoet 77% aan een afstandscriterium. Er loopt momenteel een onderzoek (Intraval) naar het aantal coffeeshops en gemeentelijk beleid. Als de resultaten van dat onderzoek binnen zijn, zal bezien worden welke acties nog ondernomen moeten worden.

TerrorismebestrijdingRadicalisering tegengaan (doelstelling 59)

In augustus 2007 is door de minister van BZK, mede namens de Ministers van Justitie, voor WWI, van SZW, van VWS, voor J&G, van OCW en van BuiZa het Actieplan Polarisatie en Radicalisering toegezonden aan de Tweede Kamer. Er wordt veel geïnvesteerd in het in beeld krijgen van de verschillende radicale stromingen en het ontwikkelen van specifieke beleidsinstrumenten voor het tegengaan van ernstige radicalisering. Het gaat hierbij zowel om radicalisering van moslims als om die van rechts-radicale jongeren.

In de afgelopen periode zijn de hoofdlijnen van specifiek beleid ten aanzien van het onverdraagzame salafisme in Nederland uitgewerkt. De Tweede Kamer is hierover in oktober 2007 bij het verschijnen van het AIVD-rapport «Radicale dawa in verandering» in hoofdlijnen geïnformeerd. Het gaat hierbij onder meer om het confronteren van radicale salafistische leiders met hun uitspraken en het voorkomen dat hun meer gematigde achterban verder in een isolement raakt.

Nederland participeert ook in het EU-monitorproject Check the Web. In dat kader worden expertmeetings gehouden waarbij lidstaten onderling informatie uitwisselen over bijvoorbeeld de aanpak van deze problematiek. Daarnaast worden de ontwikkelingen binnen de EU op het gebied van de bestrijding van cybercrime en voornemens tot aanpassing van EU-regelgeving, zoals het EU-Kaderbesluit terrorisme, pro-actief gevolgd.

Versterken verdediging tegen catastrofaal terrorisme (doelstelling 60)

In 2007 zijn conform planning veertien sectoren aangesloten op het Alerteringssysteem Terrorismebestrijding, een waarschuwingssysteem voor overheid en bedrijfsleven. Het systeem waarschuwt operationele diensten en bedrijfssectoren in geval van een verhoogde dreiging. Op die manier kunnen snel maatregelen worden genomen die het risico op een aanslag kunnen verkleinen of de gevolgen ervan kunnen beperken. In 2007 waren de activiteiten met name gericht op het verbeteren van de bescherming van CBRN-materiaal en de respons indien zich een CBRN-incident voordoet. Daarnaast is er blijvende aandacht voor optimale CBRN-intelligence. Bij deze activiteiten zijn ministeries, inlichtingendiensten en onderzoeksinstellingen betrokken. Ook wordt een traject doorlopen dat gericht is op bemoeilijking van het maken en gebruiken van explosieven. In samenwerking met zowel markt- als overheidspartijen worden onder meer afspraken gemaakt over de verkrijgbaarheid van prioritaire grondstoffen voor zelfgemaakte explosieven.

Versterking rechtsbestel:Evaluatie modernisering rechterlijke organisatie

Naar aanleiding van het rapport van de commissie Deetman zijn maatregelen in gang gezet die meer ruimte moeten genereren voor een professionele beroepsuitoefening van rechters. Deze maatregelen betreffen onder andere extra financiële middelen voor versterking van de kwaliteit, meer ruimte voor maatwerk in het locatiebeleid, een wettelijke regeling voor samenwerking tussen gerechten met het oog op een betere benutting van de capaciteit, verbreding van de kantonrechtspraak en een ressortelijke herindeling zodat meer evenwicht kan worden verkregen in het zaaksaanbod over de hoven. De Raad voor de rechtspraak heeft initiatieven ontwikkeld om tegemoet te komen aan de informatiebehoefte over de doorlooptijden van rechtszaken. Tevens zijn normeringen opgesteld die duiden binnen welke termijn een zaak afgehandeld dient te zijn. Vanaf 2008 zal de Rechtspraak hierover verslag doen.

In november 2007 is het eindrapport van het Project Motiveringsverbetering in Strafvonnissen (PROMIS) aangeboden aan de vaste Kamercommissie van Justitie. Het Landelijk Overleg Voorzitters van de Strafsectoren van gerechten heeft besloten dat medio 2008 alle gerechten dienen te werken volgens de PROMIS-werkwijze in meervoudige strafzaken. Deze werkwijze resulteert erin dat de leesbaarheid en kwaliteit van het vonnis verbetert.

De wettelijke belemmeringen voor het gebruik van videoconferentie in strafzaken en vreemdelingenbewaringszaken zijn in januari 2007 weggenomen. Hierdoor kunnen vreemdelingen, verdachten, getuigen en deskundigen op afstand worden gehoord met een beeld- en geluidsverbinding.

Het kabinetsstandpunt «Wettelijk geregeld tuchtrecht» is bij brief van 7 december 2007 aan de Tweede Kamer aangeboden (TK 29 279, nr. 61). In het kabinetsstandpunt wordt het voornemen uitgesproken om het wettelijk geregelde tuchtrecht van de betrokken negen beroepsgroepen, waaronder de advocatuur, het notariaat en de deurwaarders, te harmoniseren. In 2008 zal dit voornemen concreet worden uitgewerkt in overleg met de betrokken departementen en beroepsgroepen.

In 2007 is in reactie op het advies van de Commissie Van Wijmen betreffende de evaluatie van de Advocatenwet een kabinetsstandpunt aan de Tweede Kamer gezonden (TK 30 800, nr. 13). Het kabinetsstandpunt vormde het uitgangspunt voor wijzigingsvoorstellen voor de Advocatenwet. Deze wijzigingsvoorstellen zijn thans in wetgevingsconsultatie. Ten aanzien van het notariaat heeft in 2007 een nadere uitwerking plaatsgevonden van het kabinetsstandpunt op het rapport van de Commissie Hammerstein waarin de Wet op het notarisambt (Wna) werd geëvalueerd. Deze nadere uitwerking van de beleidsstandpunten vormt de basis voor wijzigingswetsvoorstellen van de Wna die medio zomer 2008 in wetgevingsconsultatie gaan.

Samenwerkingsverbanden binnen de organisatie van veiligheid worden versterkt met betrokkenheid van de burger (doelstelling 61)

Om een betere balans te vinden tussen lokale, regionale en landelijke prioriteiten bij de politie is het wetsontwerp «Versterking bevoegdheden op rijksniveau ten aanzien van de politie» in 2007 in werking getreden. Daarmee is voorzien in een nieuwe systematiek voor het op- en vaststellen van landelijke prioriteiten voor de politie. De in 2007 door de Minister van BZK en de Minister van Justitie vastgestelde landelijke prioriteiten voor de politie voor 2008–2011 en de daarop gebaseerde landelijke doelstellingen voor de afzonderlijke korpsen zijn op basis van deze systematiek tot stand gekomen.

In het Coalitieakkoord is opgenomen dat de samenwerking en het gemeenschappelijk functioneren van de politiekorpsen moet worden verbeterd. Indien met de samenwerking onvoldoende voortgang en resultaat wordt behaald, wordt de behandeling van het wetsvoorstel tot invoering van een landelijke politieorganisatie, herijkt op basis van de dan ontstane situatie, voortgezet. Het kabinet beslist daar eind 2008 over.

Op 1 juni 2007 zijn met de korpsbeheerders specifieke afspraken gemaakt over de resultaten die eind 2008 moeten zijn behaald door middel van samenwerking op de terreinen ICT, personeel, materieel en bovenregionale samenwerking. Daarnaast is overeengekomen dat de korpsbeheerders de ministers halfjaarlijks informeren over de voortgang op het terrein van die samenwerkingsafspraken en dat de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid (OOV) vanaf medio 2008 een onderzoek doet naar de stand van zaken en de voortgang op het terrein van de samenwerkingsafspraken.

Aan de hand van de derde en laatste voortgangsrapportage van de korpsbeheerders en de uitkomsten van het onderzoek van de Inspectie OOV zal het kabinet een besluit nemen over het al dan niet voortzetten van de behandeling van de nieuwe politiewet.

Uit de eerste voortgangsrapportage van medio november 2007 van de korpsbeheerders blijkt dat op een aantal afspraken duidelijke voortgang is geboekt en dat op een beperkt aantal terreinen de beoogde resultaten al zijn bereikt. Zo zijn er inmiddels afspraken gemaakt met de korpsbeheerders over diversiteit en zijn er afspraken gemaakt over de overgang van de divisie logistiek van het Korps Landelijke Politiediensten naar de Voorziening tot Samenwerking Politie Nederland (VtSPN). Ten aanzien van andere afspraken zal de politie het komend jaar nog flinke voortgang moeten boeken om eind 2008 de afgesproken resultaten te hebben bereikt. Zo vragen de implementatie van de basisvoorzieningen handhaving en opsporing een forse inspanning van de korpsen.

Administratieve lasten en regeldruk (doelstellingen 16 en 69)

De uitvoering van het programma met maatregelen voor reductie van administratieve lasten op het terrein van Justitie is in 2007 voortgezet. Een groot deel van de beoogde maatregelen is gerealiseerd. Het wetsvoorstel dat het opstellen van de jaarrekening op fiscale grondslag mogelijk maakt (samenval) is in juni 2007 ingediend bij de Staten-Generaal. Per januari 2007 waren de randvoorwaarden voor het realiseren van de administratieve lastenverlichting door inzet van XBRL (taxonomie en infrastructuur) ingevuld. Er is veel inzet gepleegd op overleg en afspraken met partijen bij het in juni 2006 gesloten XBRL-convenant om de berichtenstromen in XBRL op gang te brengen.

De uitvoering van de maatregelen voor administratieve lastenverlichting voor burgers is volgens planning doorgezet.

De uitvoering van het programma Bruikbare rechtsorde is halverwege 2007 geïntegreerd in een programma voor een integraal wetgevingsbeleid. Ook zijn enkele nieuwe projecten van start gegaan: herijking van de toezichtswetgeving en uniformeren van de regelgeving over het openbaar maken van toezichtsgegevens.

Vreemdelingenbeleid:Regeling afwikkeling nalatenschap oude Vreemdelingenwet

De Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet, neergelegd in het Coalitieakkoord van 7 februari 2007, is succesvol omgezet in duidelijke en heldere beleidsregels (de Regeling). In 2007 heeft de uitvoering van de Regeling zich gericht op de vergunningverlening. Het samenspel tussen beleid, uitvoering en organisaties in het maatschappelijk middenveld dat toen is ingezet, duurt tot op heden voort. In 2007 zijn circa 23 000 vergunningen op grond van de Regeling verleend en 20 000 procedures ingetrokken. Dit laatste geeft de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) en de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) ruimte om zich meer te concentreren op de uitvoering van de Vreemdelingenwet 2000 en eventueel nog resterende achterstanden weg te werken.

Modern Migratiebeleid(doelstelling 13)

In 2007 is de beleidsnotitie «Naar een modern migratiebeleid» uitgewerkt in een blauwdruk van het nieuwe toelatingsstelsel. Doel is om tot een gemoderniseerd en goed uitvoerbaar stelsel te komen met een nieuw evenwicht tussen toelating, toezicht en handhaving. Nederland kan aantrekkelijker worden voor buitenlandse kenniswerkers door de procedures voor migranten te versnellen en te vereenvoudigen. In 2007 heeft een uitvoerige interdepartementale afstemming plaatsgevonden, die de projectgroep in staat stelt in 2008 diverse (externe) consultaties en ex ante uitvoeringstoetsen te houden, alvorens de blauwdruk en in een later stadium de ontwerp-wetgeving aan de Tweede Kamer zal worden aangeboden. Ook zijn de «quick wins» en proeftuinen vastgesteld die vanaf eind 2007 worden uitgevoerd.

Verbeteren en versnellen van de asielprocedure (doelstelling 70)

In het Coalitieakkoord is opgenomen dat de toelatingsprocedure van de Vreemdelingenwet 2000 wordt verbeterd en versneld en dat daarbij in het bijzonder de regeling van de 48-uursprocedure wordt verbeterd. Ook is in dat akkoord een studie over het zoveel mogelijk beperken van vervolgaanvragen opgenomen. De verbetering en versnelling van de asielprocedure vindt plaats mede in het licht van de aanbevelingen van de commissie Scheltema. De zorgvuldigheid van de beslissingen in de AC-procedure moet worden vergroot en de lengte van de asielprocedure na het AC moet worden teruggedrongen, aldus de commissie.

Op grond van het Coalitieakkoord en de afspraken in het Bestuursakkoord met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is een groot aantal maatschappelijke organisaties en de VNG in 2007 geconsulteerd over verbeteringen van het asielbeleid. Ook is een vragenlijst over herhaalde aanvragen uitgezet bij de andere EU-lidstaten en bij staten (niet EU-lidstaten) die deelnemen aan de IGC (Inter-governmental consultations on Asylum, Refugee and Migration Policies) en heeft de IND onderzoek verricht naar (de omvang van) tweede en volgende aanvragen. In 2008 wordt een aantal deelonderwerpen nog verder uitgewerkt, vinden zonodig nadere consultaties en in ieder geval een ex ante uitvoeringstoets plaats en wordt een brief aan de Tweede Kamer over de verbetering en versnelling van de asielprocedure gezonden.

Oprichting Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) (doelstelling 71)

Het eerste half jaar van 2007 stond voor een belangrijk deel in het teken van de opbouw van de DT&V, waaronder het inrichten van de werkprocessen, het uitrollen van de locaties waar de DT&V werkzaam is en het opleiden van de medewerkers. De oprichting van de DT&V heeft geleid tot een andere inrichting van het terugkeerproces. De nadruk ligt op het bevorderen van het daadwerkelijk vertrek – zelfstandig, desnoods gedwongen –. In de eerste helft van 2007 zijn de aan de DT&V toegekende terugkeertaken geleidelijk door de Koninklijke Marechaussee (KMar) en de Vreemdelingenpolitie overgedragen aan de DT&V. Dat geldt eveneens voor het proces rond het verkrijgen van (vervangende) reisdocumenten. De transitieperiode is in mei 2007 beëindigd. Vanaf dat moment is de overdracht van taken vanuit de politie, de KMar en de IND voltooid.

Gedurende 2007 zijn nagenoeg alle werkprocessen van de DT&V vastgelegd in de administratieve organisatie en geïmplementeerd in de organisatie. Voorts heeft de DT&V in 2007 het proces ter verkrijging van (vervangende) reisdocumenten gecentraliseerd. De overgenomen aanbevelingen uit de rapporten van de commissie Havermans (Democratische Republiek Congo, 2005) en de Nationale Ombudsman (Transparantie in presentaties, 2007), alsmede de moties naar aanleiding van de Kamerdebatten over de presentatie van 181 Syriërs voor een Task Force (2006), zijn in 2007 door de DT&V geïmplementeerd en vastgelegd in de procesprotocollen.

Verbeterde werking van de Vreemdelingenwet en het uitvoeren van de Regeling (doelstelling 72)

Ook van vreemdelingen die niet in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning op grond van de Regeling, wordt het vertrek ter hand genomen door de DT&V. Hierbij wordt prioriteit toegekend aan vreemdelingen die geen recht meer hebben op verblijf in Nederland, op het moment dat de ambtshalve toets van de IND heeft uitgewezen dat een vreemdeling niet in aanmerking komt voor een verblijfsvergunning op grond van de Regeling. In de tweede helft van 2007 is de DT&V gestart met de werkzaamheden in het kader van de Regeling.

Openbare ordebrief met intensiveringen

In een brief van 30 september 2005 (TK 19 637, nr. 971) heeft de toenmalige Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie haar beleidsvoornemens gepresenteerd. Bij brief van 13 augustus 2007 (TK 19 637, nrs. 1168) is de Tweede Kamer geïnformeerd over een andere invulling van het voorstel. Tevens wordt er nader onderzoek verricht naar het doelbereik van de voorgestelde aanscherping van de glijdende schaal. De resultaten van dit onderzoek worden niet eerder verwacht dan ultimo 2008.

Kinderen in Vreemdelingenbewaring

Extra terughoudendheid is betracht ten aanzien van het in bewaring stellen van gezinnen met kinderen. Als alternatief voor bewaring van gezinnen met kinderen is in voorkomende gevallen gebruik gemaakt van een vrijheidsbeperkende locatie die door het Centraal Orgaan Asielzoekers wordt beheerd.

Doelstellingen Beleidsprogramma «Samen werken, Samen leven»

«Samen werken, Samen leven»

Onderstaande tabel geeft inzicht in de doelstellingen uit het beleidsprogramma 2007–2011 voorzover betrekking hebbend op Justitie. Daarbij wordt verwezen naar het beleidsartikel, waarin wordt bijgedragen aan het realiseren van deze doelstelling.

Doelstellingen Beleidsprogramma 2007–2011Beleidsartikel(en)
Pijler 2. Een innovatieve, concurrerende en ondernemende economie 
Doelstelling 13Vergroting van de aantrekkelijkheid van Nederland voor kenniswerkers15 Vreemdelingen
Doelstelling 16Minder regels, minder instrumenten, minder loketten11 Nederlandse rechtsorde
Pijler 5. Veiligheid, stabiliteit en respect 
Doelstelling 50Een reductie van de criminaliteit met 25% in 2010 ten opzichte van 2002 door:• 19% minder geweldsdelicten• 5% minder vermogensdelicten• verbetering ophelderingspercentage met 15%• daling criminaliteit tegen ondernemingen met 25% daling recidive met 10%-punt.13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding14 Jeugd
Doelstelling 54Uiterlijk in 2011 geen coffeeshops meer in de nabijheid van scholen13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding
Doelstelling 56Nieuw identificatiesysteem in 2010 in gebruik13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding
Doelstelling 57Een steviger aanpak van georganiseerde misdaad, fraude en cybercrime12 Rechtspleging en Rechtsbijstand13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding
Doelstelling 58Prostitutie onderwerpen aan scherper vergunningenbeleid13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding
Doelstelling 59Het tegengaan van radicalisering13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding
Doelstelling 60Versterken verdediging tegen catastrofaal terrorisme13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding
Doelstelling 61Samenwerkingsverbanden binnen de organisatie van de veiligheid worden versterkt met betrokkenheid van de burger13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding
Doelstelling 62Veiligheidshuizen in grotere steden13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding
ProjectVeiligheid begint bij voorkomen13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding
Pijler 6. Overheid en dienstbare publieke sector 
Doelstelling 69Het oplossen van de 10 meest gevoelde knelpunten bij administratieve lasten11 Nederlandse rechtsorde
Doelstelling 70Het verbeteren en versnellen van de asielprocedure15 Vreemdelingen
Doelstelling 71Het daadwerkelijk doen terugkeren van vreemdelingen die geen rechtmatig verblijf hebben15 Vreemdelingen
Doelstelling 72Verbeterde werking van de Vreemdelingenwet en het uitvoeren van een pardonregeling15 Vreemdelingen

B. Overzichtstabel met belangrijkste beleidsmatige mutaties 2007

x € 1 000
 BeleidsartikelBegroting 2007Realisatie 2007
1) Rechterlijke macht1224 423*
2) Vreemdelingenkamers1221 133*
3) Gevolgen Schipholbrand: Brandpreventie inrichtingen DJI139 221105 682
4) Eerwraak132 7302 500
5) Terrorismebestrijding136 6006 600
6) Bijdrage financiering Dienst Speciale Interventies (DSI) (naar BZK)13– 7 500– 7 500
7) Bescherming Vitale Infrastructuur (FES)133 3001 523
8) Cameratoezicht137 000900
9) Verdeling middelen verbeterprogramma opsporing en vervolging (Posthumus): NFI   13  11 965  8 565
  OM1310 43513 035
10) Overheveling opsporingsgerelateerde deel van de gerechtskosten (naar BZK)13– 25 500– 25 500
11) Capaciteitsuitbreiding Tbs1313 46713 467
12) Zorg in detentie1310 600600
13) Kwaliteitsverbetering Tbs136 8002 100
14) Overheveling budget forensische zorg (van VWS)13213 800229 327
15) Jeugd1430 00024 000
16) PIJ-maatregel149 7000
17) Asiel: IND instroom1515 900**
18) Asiel: Bezetting COA1521 900201 700
19) Terugkeerorganisatie1511 43548 703
20) Project Terugkeer159 70072
21) Vernieuwing IND1514 10015 500
22) Asiel: Ontvangsten ODA15– 22 884– 27 602
23) Extra integratietrajecten allochtone vrouwen (Taaltotaal PaVEM)1622 500– –
24) Educatiemiddelen inburgering (van OCW)1670 500– –
25) Breed Initiatief Maatschappelijke Binding (BIMB)1610 000– –

– Negatieve reeks = lagere uitgaven/hogere ontvangsten

* Van betreffende posten is de exacte afzonderlijke realisatie niet aan te geven. Verantwoording over het totaal vindt plaats in het jaarverslag van de Raad voor de rechtspraak.

** Deze post houdt verband met de destijds verwachte hogere instroom van asielzoekers. Het gaat hier om extra geld voor reguliere werkzaamheden van de IND, waarover gerapporteerd wordt onder beleidsartikel 15.1. Daarin is geen onderverdeling aan te brengen, op basis waarvan over de realisatie van deze specifieke post kan worden gerapporteerd.

Toelichting op de overige belangrijkste beleidsmatige mutaties in 2007

1. Rechterlijke macht

In de Justitiebegroting 2007 werd op basis van de ketenbrede prognosemodellen nog een vrij sterke stijging van de instroom bij de rechtspraak verwacht. Bij 2e suppletoire begroting 2007 (TK 31 290, nr. 1) is deze verwachting op basis van de geactualiseerde prognoses neerwaarts bijgesteld en is de financiering van de rechtspraak daarop aangepast (– € 15,5 miljoen). De gerealiseerde instroom en daarop gebaseerde productie blijkt zelfs nog iets lager uit te komen dan bij 2e suppletoire begroting werd verwacht. Er zijn namelijk 31 902 zaken minder geproduceerd dan destijds geraamd. Deze afrekening wordt verwerkt in het jaarverslag van de Raad voor de rechtspraak.

Tevens vond begin 2007 een afrekening plaats met de Raad voor de rechtspraak over de overloop van het eigen vermogen (boven de maximale omvang van 5%). In overleg met de Raad is afgesproken om het hiermee samenhangende bedrag (€ 6,8 miljoen) in mindering te brengen op de bijdrage 2007 aan de rechtspraak. Deze bijstelling op de bijdrage aan de Raad voor de rechtspraak is eveneens bij 2e suppletoire begroting 2007 (TK 31 290, nr. 1) verwerkt.

2. Vreemdelingenkamers

Ten aanzien van de vreemdelingenkamers werd in de begroting 2007 een stijging van de instroom verwacht. Bij 1e suppletoire begroting 2007 (TK 31 061, nr. 1) is deze verwachting op basis van de geactualiseerde prognoses iets naar boven bijgesteld en is de financiering van de rechtspraak daarop aangepast met € 2,3 miljoen. De gerealiseerde instroom blijkt toch lager uit te komen waardoor ook de productieafspraak niet gerealiseerd kon worden. De gerealiseerde productie komt daarmee 10 633 zaken lager uit dan de gemaakte en gefinancierde afspraken. Met dit verschil wordt rekening gehouden bij de afrekening over 2007.

3. Gevolgen Schipholbrand: Brandpreventie inrichtingen Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI)

In de begroting 2007 is € 9 miljoen aan de bijdrage aan DJI toegevoegd, opdat een start kon worden gemaakt met de uitvoering van maatregelen ter verbetering van de brandveiligheid in de inrichtingen. In de loop van het jaar is de toevoeging voor 2007 bijgesteld naar € 105,7 miljoen. De dekking is onder meer afkomstig uit de afrekening van de bijdrage aan DJI over 2006, alsmede uit de middelen die zijn vrijgekomen als gevolg van de neerwaartse bijstelling van de capacitaire taakstelling van het gevangeniswezen in 2007.

In 2007 zijn van het Programma Veiligheid DJI, waar brandveiligheid onderdeel van uitmaakt, de actiepunten zoals aangegeven in het rapport van de Onderzoeksraad voor veiligheid (TK 24 587, nr. 199) grotendeels uitgevoerd. Het betreft onder meer het opstellen van een model calamiteitenplannen, het opleiden van alle executieve personeelsleden tot basis-bedrijfshulpverlener (BHV’er), aanstellen van BHV-functionarissen in de inrichtingen en bij de shared service centers, uitvoeren van brandveiligheids- en BHV-scans en het inbedden van brandveiligheid in de interne planning & control-cyclus. Actiepunten die naar begin 2008 doorlopen zijn het uitbrengen van een BHV-verbeterplan en de kwalitatieve verbeterslag van de BHV.

In 2007 heeft DJI pro-actief overleg gevoerd met lokale overheden, waaronder de brandweer. Op departementaal niveau wordt overleg gevoerd met het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) aangaande het meer dwingend kunnen opleggen van brancheregelgeving, waaronder de Leidraad brandveiligheid cellen en celgebouwen.

Het traject gebouwelijke verbeterpunten van de Rijksgebouwendienst (RGD) heeft vertraging opgelopen. In het najaar van 2007 werd bekend dat de tijdsplanning van aanpassingen van DJI-gebouwen niet zou worden gehaald. In 2008 vindt bovendien herinspectie van alle panden plaats. In goed overleg tussen DJI en de RGD is een nieuwe planning en bijbehorend tijdpad opgesteld.

4. Eerwraak

Voor de programma-organisatie die de verdere uitwerking van de projecten rond Eergerelateerd geweld voor haar rekening neemt, is in 2007 een bedrag van € 2,7 miljoen aan de begroting van Justitie toegevoegd. Daarvan is € 1,1 miljoen overgeheveld naar de begroting van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM) voor het project Maatschappelijke ondersteuning. De besteding van deze middelen wordt in het jaarverslag van VROM verantwoord. Daarnaast is vanuit de eindejaarsmarge 2006 een bedrag van € 0,7 miljoen aan het budget voor 2007 toegevoegd.

Het totaal van de bij Justitie beschikbare middelen is ingezet voor ontwikkeling van opleidingen voor beroepsgroepen die te maken krijgen met slachtoffers en daders van eergerelateerd geweld. Daarnaast zijn minderhedenorganisaties gestart met trajecten voor bestrijding van eergerelateerd geweld en zijn pilots gestart voor de opvang van slachtoffers. Ook is onderzoek naar de aard en omvang van de problematiek gedaan en is in Rotterdam een project gestart om de aanpak van eergerelateerd geweld op lokaal niveau te regisseren.

5 en 6. Terrorismebestrijding

In het kader van terrorismebestrijding zijn structureel middelen aan de Justitiebegroting 2007 toegevoegd. Voor de oprichting van de Dienst Speciale Interventies (DSI), als onderdeel van de Korps Landelijke Politie Diensten (KLPD), zijn bij begroting 2007 structureel middelen overgeheveld naar de begroting van het ministerie van BZK.

7. Bescherming Vitale Infrastructuur (FES)

Vanuit het Fonds Economische Structuurversterking (FES) zijn middelen aan Justitie toegekend. Deze middelen zijn ingezet voor de projecten op het terrein van bescherming van vitale infrastructuur, onder meer voor de veiligheidsverbetering door informatie awareness, het project cameratoezicht en verbetering van Chemisch Biologische Radiologische Nucleaire (CBRN)-security.

In het kader van het FES is aan het Nederlands Forensisch Instituut (NFI), op grond van de daadwerkelijke uitgaven, een bedrag van € 0,5 miljoen beschikbaar gesteld.

8. Cameratoezicht

Het kabinet heeft voor de jaren 2006 tot en met 2010 € 31 miljoen beschikbaar gesteld voor cameratoezicht in de vervoersector. Voor 2007 is in totaal € 10,5 miljoen beschikbaar gesteld. Dit bedrag is grotendeels onbesteed gebleven. Het feitelijke ontwikkel- en implementatietraject vraagt een andere kasraming dan oorspronkelijk werd geraamd. Dit voornamelijk als gevolg van een herijking van het programma in de 2e helft van 2007 waardoor verdieping en verscherping van de focus heeft plaats gevonden.

9. Verdeling middelen verbeterprogramma opsporing en vervolging (Posthumus)

In het kader van het programma Versterking Opsporing en Vervolging (VOV) is aan het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) en het Openbaar Ministerie in 2007 totaal € 22,4 miljoen beschikbaar gesteld, daarvan is € 21,6 miljoen besteed. Door de VOV-impuls is onder andere:

– de ontwikkeling en instandhouding van de Forensische Samenwerking in de Opsporing (FSO) mogelijk geworden;

– geïnvesteerd in de kwaliteit van de rapportages van het NFI opdat die toegankelijker zijn voor de aanvragers;

– aangevangen met de uitbreiding van de DNA-onderzoekscapaciteit;

– binnen het NFI een systeem geïmplementeerd waardoor de verblijfplaats van stukken van overtuiging gemakkelijk kan worden gevolgd.

10. Overheveling opsporingsgerelateerde deel van de gerechtskosten (naar BZK)

In 2006 zijn met het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) afspraken gemaakt over de ontvlechting van het gerechtskostenbudget. In 2007 heeft Justitie voor deze gerechtskostenontvlechting middelen overgeheveld naar de begroting van het ministerie van BZK (€ 24,36 miljoen) en naar de begrotingen van ministeries waaronder bijzondere opsporingsdiensten ressorteren:

– ministerie van Defensie, voor de Koninklijke Marechaussee (KMar) een bedrag van € 0,5 miljoen;

– ministerie van Financiën, voor de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst – Economische Controle Dienst (FIOD-ECD) een bedrag van € 0,24 miljoen;

– ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, voor de Algemene Inspectie Dienst (AID) een bedrag van € 0,08 miljoen;

– ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, voor de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD) een bedrag van € 0,3 miljoen;

– ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu, voor de Inlichtingen- en Opsporingsdienst (IOD) een bedrag van € 0,02 miljoen.

11. Uitbreiding Tbs-voorzieningen

De uitbreiding van de Tbs-capaciteit met in totaal 350 plaatsen is in de zomer van 2007 aanbesteed. Die aanbesteding leidt in de jaren 2008 en verder tot de geplande uitbreidingen. Bij operationele doelstelling 13.4 worden de productiegegevens van de Tbs-inrichtingen nader toegelicht.

12. Zorg in detentie

De uitbreiding met 67 plaatsen is in 2007 niet gerealiseerd. Het huisvestings- en bouwtraject en het opstellen van een zorgvisie voor de juiste doelgroep hebben meer tijd gevergd dan voorzien. De 67 plaatsen zijn nu geïncorporeerd in de uitbreidingsplannen voor 2008. Een deel van de uitbreiding van de forensische zorg aan gedetineerden zal ook in de Geestelijke Gezondheidszorg Nederland (GGz) worden gerealiseerd door middel van een aanbesteding. De gunning daarvan is gepland eind mei 2008.

13. Kwaliteitsverbetering Tbs

Door de uitvoering van de voorstellen van de parlementaire onderzoekscommissie Tbs wordt de kwaliteit van het Tbs-systeem verbeterd. In 2007 is € 2,1 miljoen uitgegeven aan kwaliteitsverbetering. Zo is het toezicht door de Reclassering geïntensiveerd, onder andere door het realiseren van een 24-uur bereikbaarheidsdienst. De beperkte realisatie is veroorzaakt door vertraging in de uitvoering van dat deel van het plan van aanpak dat ziet op de totstandkoming van forensisch psychiatrisch toezicht.

14. Overheveling budget forensische zorg (van VWS)

Deze mutatie betreft de overheveling van middelen uit het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten die bestemd zijn voor het verlenen van forensische zorg in een strafrechtelijk kader. Deze overdracht vindt plaats in het kader van de uitvoering van de motie Van de Beeten (TK 28 979E). Vooruitlopend op de invoering van een inkoopsysteem bij Justitie is deze zorg in 2007 namens de Minister van Justitie nog door de zorgkantoren ingekocht. Bij 1e suppletoire begroting 2008 zal naar verwachting het definitieve bedrag structureel naar de Justitiebegroting worden overgeheveld.

15. Jeugd

Circa € 24 miljoen van het beschikbare bedrag van € 30 miljoen is, conform de doelstelling aangewend om de capaciteit bij de Raad voor de Kinderbescherming en de bureaus jeugdzorg af te kunnen stemmen op de vraag (jeugdbeschermingszaken alsmede basis- en vervolgonderzoeken in strafzaken). Een bedrag van circa € 6 miljoen is onbesteed gebleven, omdat de groei bij de jeugdreclassering lager lag dan bij het opstellen van de begroting werd voorzien.

16. PIJ-maatregel

Voor de kwaliteitsimpuls PIJ-maatregelen was in 2007 in totaal circa € 16,5 miljoen beschikbaar, waarvan circa € 14 miljoen op de begroting van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI). Voornamelijk als gevolg van de krapte op de arbeidsmarkt zijn de Justitiële Jeugdinrichtingen er niet in geslaagd het gewenste aantal nieuwe groepsleiders aan te trekken. Bovendien is bij het verhogen van het opleidingsniveau van zittende groepsleiders vertraging ontstaan. Een bedrag van € 9,7 miljoen dat in 2007 voor de kwaliteistverbetering van de PIJ-maatregel generaal beschikbaar werd gesteld, is daarom teruggevloeid naar het ministerie van Financiën.

17. Asiel: IND instroom

De totale instroom is dit jaar iets lager dan begroot. Dit houdt onder meer verband met minder tweede of volgende asielaanvragen en met minder zij-instroom in verband met de Regeling afwikkeling nalatenschap oude Vreemdelingenwet (TK 31 018, nr. 31). Veel zaken in beroep zijn als gevolg van deze Regeling ingetrokken.

18. Asiel: Bezetting COA

Het bij begroting 2007 toegevoegde bedrag van € 21,9 miljoen bleek niet voldoende om de benodigde opvangcapaciteit te bekostigen. Door een hogere instroom in de opvang en een lagere uitstroom dan geraamd in de begroting 2007 bleek gedurende het jaar 2007 de bezetting van de opvang fors hoger uit te vallen dan geraamd. Met name in de aanloop naar de komst van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet (TK 31 018, nr. 31) is de uitstroom uit de opvang lager uitgevallen dan in de begroting was opgenomen. Ook met betrekking tot de uitstroomprocessen (met name terugkeer) traden vertragingen in de voortgang op. De voornoemde ontwikkelingen hebben er toe geleid dat de bezetting aanmerkelijk hoger uitkwam dan werd voorzien. Voor een nadere analyse van de verschillen wordt verwezen naar de toelichting onder operationele doelstelling 15.2 Opvang gedurende beoordeling verblijf.

19. Terugkeerorganisatie

In 2007 is naast het budget van € 11,5 miljoen per saldo € 41,5 miljoen toegevoegd aan de begroting van de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V) met als doel het terugkeerproces beter te laten verlopen. Gedurende 2007 zijn circa 18 000 vreemdelingen in de caseload van de DT&V opgenomen. Hiervan zijn er ultimo 2007 9 300 uitgestroomd. Tevens zijn medewerkers van de Koninklijke Marechaussee (KMar) en de Vreemdelingenpolitie (VP) opgenomen in de DT&V organisatie. De realisatie bedroeg uiteindelijk € 48,7 miljoen.

20. Project Terugkeer

Met de afkondiging van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet (TK 31 018, nr. 31) is het project Terugkeer 26 000 stopgezet. Resterende middelen zijn ten behoeve van terugkeertaken aan DT&V en IND toegekend.

21. Vernieuwing IND

In 2007 heeft de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) gefaseerd de front office taken voor de uitvoering van de Vreemdelingenwet overgenomen van de gemeenten. De achterstanden bij de IND zijn nagenoeg weggewerkt. De doorlooptijden voor veel productsoorten zijn in 2007 gedaald. De telefonische bereikbaarheid is sterk verbeterd. Op basis van de marktverkenning die in 2006 is uitgevoerd, is in 2007 een Europese aanbesteding uitgevoerd voor de opdracht «Herinrichting processen en vernieuwing informatievoorziening IND».

22. Asiel: Ontvangsten ODA

De ontvangstenraming inzake ODA (Official Development Assistance) bedroeg aanvankelijk € 85,5 miljoen. In de loop van 2007 hebben zich aanvullende mutaties voorgedaan die in de suppletoire begrotingswetten 2007 (TK 31 061, nr. 1en TK 31 290, nr. 1) zijn opgenomen. Onder verwijzing naar de toelichting onder «Asiel: Bezetting COA» (nummer 18) kon het aandeel van de opvangkosten van asielzoekers dat aan ODA wordt toegerekend, worden vergroot. Uiteindelijk zijn de ontvangsten per saldo door middel van de suppletoire wetten met € 4,7 miljoen opgehoogd tot € 90,2 miljoen.

23. Extra integratietrajecten allochtone vrouwen (Taaltotaal PaVEM)

Bij de coalitievorming van het kabinet Balkenende IV is besloten tot benoeming van een programmaminister voor Wonen, Wijken en Integratie (WWI). De programmaminister voor WWI voert met ingang van het begrotingsjaar 2008 het beheer over een eigen programmabegroting. Voor het begrotingsjaar 2007 is om praktische redenen besloten om nog geen afzonderlijke programmabegroting op te stellen. De programma- en daarmee samenhangende apparaatsgelden voor 2007, waaronder de middelen voor de extra integratietrajecten, zijn bij de 2e suppletoire begroting 2007 (TK 31 290, nr. 1), met terugwerkende kracht, formeel overgeheveld van de begroting 2007 van Justitie naar de begroting 2007 van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM). Verantwoording hierover vindt plaats in het jaarverslag 2007 van het ministerie van VROM.

24. Educatiemiddelen inburgering (van OCW)

Zie de toelichting onder «Extra integratietrajecten allochtone vrouwen» (nummer 23).

25. Breed Initiatief Maatschappelijke Binding (BIMB)

Zie de toelichting onder «Extra integratietrajecten allochtone vrouwen» (nummer 23).

HOOFDSTUK 5 – BELEIDSARTIKELEN

11 Nederlandse rechtsorde

Realisatie begrotingsuitgaven Justitie € 5 925,3 miljoen Art. 11 Nederlandse Rechtsorde 0,2%

kst-31444-VI-1-3.gif

Beleidsdoelstelling 11

Een goed functionerende rechtsorde, waarbinnen samenleving en burger tot hun recht komen.

Doelbereiking en maatschappelijke effecten

Uitvoering van de beleidsdoelstelling veronderstelt het ontwerp van nieuwe regelgeving en de aanpassing van bestaande aan de actuele behoeften in de samenleving. Beleidsmaatregelen gericht op de meest uiteenlopende vraagstukken, zoals de dreiging van terrorisme, het juridisch kader voor ondernemingen, de bevoegdheden van de politie, de inburgering in binnen- en buitenland en de implementatie van Europees recht behoeven een basis in wetgeving. Op genoemde en vele andere terreinen is dan ook wetgeving voorbereid en tot stand gebracht. Voorts is in 2007 een belangrijk begin gemaakt met de realisering van de afspraken die zijn neergelegd in het Coalitieakkoord en het Beleidsprogramma 2007–2011.

Budgettaire gevolgen van beleid x € 1 000
 20042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Verplichtingen10 14312 2208 69011 45010 4431 007
       
Apparaat-uitgaven12 40912 31510 03011 23710 443794
       
11.1 (Nationale) wetgeving5 4505 6585 4696 2385 0381 200
11.1.1 Directie Wetgeving5 4505 6585 4696 2385 0381 200
       
11.2 Wetgevingskwaliteitsbeleid6 9596 6574 5614 9995 405– 406
11.2.1 Directie Wetgeving6 9596 6574 5614 9995 405– 406
       
Ontvangsten969211 2656080608

Operationele doelstelling 11.1

Het tot stand brengen van wet- en regelgeving ter uitvoering van de grondwettelijke opdracht het burgerlijk recht, het strafrecht en het burgerlijk- en strafprocesrecht in algemene wetboeken en algemene regels van bestuursrecht bij wet vast te leggen, het tot stand brengen van regelgeving ter realisering van de beleidsdoelen van Justitie, de adequate implementatie van internationale regelgeving in de Nederlandse rechtsorde.

Doelbereiking

Ontwikkelingen in 2007 in het straf- en sanctierecht

Op het terrein van het straf- en sanctierecht zijn totstandgekomen de Wet politiegegevens, de Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging strafrechtelijke sancties, de Wet tot wijziging van de Opiumwet in verband met de mogelijkheid tot toepassing van bestuursdwang bij de bestrijding van illegale verkoop van drugs, de Wet verlenging totale duur voorwaardelijke beëindiging Tbs, de Wet voorwaardelijke invrijheidstelling, de Wet gedragsbeïnvloeding jeugdigen en de Wet gesloten jeugdzorg.

Ontwikkelingen in 2007 in het staats- en bestuursrecht

Per 1 januari 2007 is de Wet inburgering (thans onder verantwoordelijkheid van de programmaminister voor Wonen, Wijken en Integratie) in werking getreden. Ook zijn in 2007 aangenomen een wijziging van de Politiewet in verband met nieuwe taken voor de KMar en wetgeving over tolken en vertalers. Belangrijke onderwerpen die in het kader van het Coalitieakkoord ter hand zijn genomen zijn de verbetering van de asielprocedure, waaronder regels tot terugdringing van de herhaalde aanvragen en de herziening van het regulier migratiebeleid. Met betrekking tot juridische beroepen (advocaten en notarissen), het tuchtrecht en rechtspleging zijn kabinetsstandpunten naar aanleiding van evaluaties tot stand gebracht. Voorts is een begin gemaakt met aanpassing van regelgeving in verband met de taakstelling op het gebied van rechtsbijstand. De Slotakkoorden over de bestuurlijke herinrichting van de Nederlandse Antillen leiden tot aanpassing van het Statuut en verschillende consensusrijkswetten, onder andere over rechtspleging, het Openbaar Ministerie en de politie in de Caribische delen van het Koninkrijk. Op het terrein van het bestuursrecht is voortgang geboekt op het deelterrein van het bestuursprocesrecht, schadevergoeding en nadeelcompensatie en de vierde tranche van de Algemene wet bestuursrecht. Meegewerkt is aan een kabinetsstandpunt inzake de Lex Silencio. Voorbereidingen zijn getroffen voor een aanpassing van de Algemene wet bestuursrecht naar aanleiding van de Europese Dienstenrichtlijn. De totstandkoming van de overeenkomst tussen de EU en de Verenigde Staten inzake de verwerking en overdracht van persoonsgegevens (het PNR-akkoord) heeft geleid tot het opstellen van een Goedkeuringswet en tot een voorstel tot aanpassing van de Wet bescherming persoonsgegevens.

Ontwikkelingen in 2007 in het privaatrecht

In 2007 zijn naast de implementatiewetgeving de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke zaken, de Wet teruggave cultuurgoederen uit bezet gebied, het verbod op het gebruik van geweld in de opvoeding, de nieuwe pachtregeling van boek 5 titel 7 BW, de nieuwe schuldsaneringsregeling en de aanpassing van de subsidieregeling voor het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) tot stand gekomen. Verder zijn beleidsnota’s verschenen op het terrein van het ondernemingsrecht, het auteursrecht en de fundamentele herbezinning burgerlijk procesrecht. Ook over meervoudige nationaliteit en andere nationaliteitsrechtelijke kwesties werd een brief (TK 30 166, nr. 25) aan de Tweede Kamer gericht. Daarin werd een nieuw voorstel tot wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap aangekondigd. Het bij de Kamer aanhangige voorstel tot wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap inzake beperking van meervoudige nationaliteit werd ingetrokken.

De volgende wetsvoorstellen/onderwerpen zijn in de begroting 2007 expliciet genoemd. In onderstaand overzicht is de voortgang van deze onderwerpen en wetgevingsinitiatieven weergegeven.

De stadia die een wetsvoorstel doorloopt van beleidsvoornemen tot geïmplementeerde wet is hieronder in schema op hoofdlijnen weergegeven:

kst-31444-VI-1-4.gif

Het tijdsbeslag om van één stadium naar een volgend stadium te gaan is nooit gelijk. Daarom is indicatief aangegeven in welke fase een wetsvoorstel zich bevindt en wanneer het over gaat naar een volgend stadium. Eventuele oorzaak van een vertraging of een speciale vermelding is daarbij weergegeven.

Straf- en sanctierecht

Wetsvoorstel/onderwerpKamerstukGevorderd t/m faseVerwachte doorgang naar volgende fase d.d.Datum inwerkingtredingOpmerking
Partiële wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de verruiming van de mogelijkheden tot ontzetting uit het beroep2maart 200801-01-2009 
Wetsvoorstel afgeschermde getuigen29 743601-11-2006 
Strafbaarstelling van het deelnemen aan een trainingskamp2maart 200801-01-2009 
Wetsvoorstel invoering videoconferentie29 828601-01-2007 
Wetsvoorstel OM-afdoening29 849501-02-200801-02-2008 
Invoering van een gedragsbeïnvloedende maatregel30 332501-02-200801-03-2008 
Wetsvoorstel voorwaardelijke invrijheidstelling30 513501-07-200801-07-2008 
Wetsvoorstel thuisdetentie1maart 200801-05-2009 
Wetsvoorstel Beginselenwet Tbs in verband met particuliere inrichtingen1september 200801-09-2009 
Wetswijzigingen, voortvloeiend uit de aanbevelingen van de Tijdelijke onderzoekscommissie Tbs 1februari 200801-01-2009 
Wet positie van het slachtoffer in het strafproces30 1434mei 200801-10-2008 
Wetsvoorstel verplichte bloedtest in strafzaken (onder meer HIV)31 2413mei 200801-01-2009 
Voorstellen in het kader van de herziening Strafvordering 2011 1december 2008  
Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging strafrechtelijke sancties30 699601-12-2007 
Wetsvoorstel tot uitvoering van het Kaderbesluit inzake het Europees bewijsverkrijgingsbevel1maart 2008PMWel politiek akkoord in Brussel, maar nog geen vaststelling

Staats- en bestuursrecht

Wetsvoorstel/onderwerpKamerstukGevorderd t/m faseVerwachte doorgang naar volgende fase d.d.Datum inwerkingtredingOpmerking
Wetsvoorstel inburgering30 308Is overgegaan naar de minister voor Wonen, Wijken en Integratie
Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met het afschaffen van het bezwaar in reguliere verblijfsprocedures1april 200801-01-2009Opgenomen in Wijziging Vreemdelingenwet 2000 in verband met de verlening van visa
Wijziging Vreemdelingenwet 2000 in verband met de uitbreiding van het gebruik biometrische kenmerken in de vreemdelingenketen1september 200801-07-2010 
Wijziging Vreemdelingenwet 2000 in verband met toezicht en toegang vreemdelingen met minderjarige kinderen1 september 200801-07-2010 
Wijziging Vreemdelingenwet 2000 tot aanpassing van de asielprocedure1september 200801-09-2009 
Wetsvoorstel doorzettingsmacht1voorjaar 200801-07-2009 
Wetsvoorstel bestuurlijke maatregelen nationale veiligheid30 5664maart 200801-11-2007 
Wetsvoorstel nieuwe Politiewet (2007)30 8803PMPMCoalitieakkoord: eind 2008 bezien op noodzaak doorzetten
Wijziging Wet Wapens en Munitie in verband met uitbreiding bevoegdheden preventief fouilleren1najaar 200801-07-2010 
Wijziging Wet op de bijzondere opsporingsdiensten (inclusief instelling functioneel Openbaar Ministerie)30 182601-06-2007 
Wijziging van de Politiewet 1993 in verband met een nadere taakaanduiding van de KMar en het eventuele verlenen van bijstand aan de KMar30 557604-07-2007 
Wetsvoorstel aanpassing bestuursprocesrecht (inclusief bevordering definitieve geschilbeslechting en overheveling hoger beroep)1maart 20081-1-2010 
Wetsvoorstel samenhangende besluiten30 9803voorjaar 200801-10-2008 
Wetsvoorstel vierde tranche Algemene wet bestuursrecht29 7023 01-07-2008 
Aanpassingswetgeving vierde tranche Awb31 1244juni 200801-07-2008 
Wetsvoorstel tot aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht met algemene regels inzake schadevergoeding en nadeelcompensatie1april 200801-01-2010 
Standpuntbepaling naar aanleiding van de derde wettelijk verplichte evaluatie van de Awb1zomer 2008  
Wetsvoorstel herverkaveling bestuursrechtspraak2maart 200801-07-2009 
Wetsvoorstel extern klachtrecht rechterlijke organisatie1april 200801-01-2009 
Wetsvoorstel tot wijziging van de Notariswet naar aanleiding van evaluatie (Commissie Hammerstein)1april 200801-07-2009 
Wetsvoorstel notaris in loondienst30 3504PM (afhankelijk van overleg met KNB)PMMemorie van antwoord uitgebracht; Eerste Kamer-behandeling geschorst
Wetsvoorstel tot wijziging van de Advocatenwet naar aanleiding van evaluatie (Commissie Van Wijmen)1zomer 200801-07-2009 
Wijziging Wet op de rechtsbijstand (stelselwijziging; één loket)30 4364najaar 200801-07-2009 
Wetsvoorstel gerechtstolken en vertalers29 936501-03-200801-05-2008 
Wetsvoorstel tuchtrecht accountants30 3974voorjaar 200801-06-2008 
Wetsvoorstel tot wijziging van de Wet bescherming persoonsgegevens in verband met administratieve lasten1februari 200801-07-2009 
Wetsvoorstel tot wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met internet30 362429-01-200801-04-2008 
Wetsvoorstel algehele herziening van de Wet op de kansspelen1april 200801-01-2010 
Wetsvoorstel tot afschaffen van de verklaring van geen bezwaar en het introduceren van permanent toezicht op rechtspersonen1april 200801-01-2010 
Wijziging Luchtvaartwet en WWM, verduidelijking bevoegdheden30 543618-07-2007 
Wijziging Vreemdelingenwet 2000 in verband met implementatie richtlijn 2005/85 (asielprocedures, minimumnormen)30 976619-12-2007 
Wijziging van onder andere Vreemdelingenbesluit 2000 in verband met de implementatie van de richtlijn wetenschappers612-10-2007 
Goedkeuring van het Verdrag Benelux-grensoverschrijdend politieoptreden29 996601-03-2008 
Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met de implementatie van de richtlijn 2004/82/EG inzake passagiersgegevens30 897601-09-2007 

Privaatrecht

Wetsvoorstel/onderwerpKamerstukGevorderd t/m faseVerwachte doorgang naar volgende fase d.d.Datum inwerkingtredingOpmerking
Wetsvoorstel afschaffing procuraat en invoering elektronisch berichtenverkeer30 8154voorjaar 200801-09-2008Inwerkingtreding uitgesteld op verzoek Rvdr
Wetsvoorstel deelgeschilprocedure voor letselschadezaken1voorjaar 200801-01-2009 
Wetsvoorstel eenvoudige procedure in burgerlijke zaken1200901-01-2012 
Wetsvoorstel competentieverdeling rechtbank en sector kanton in zaken van personen- en familierecht30 521601-05-2007 
Wetsvoorstel verhaal van kosten van verzorging door naasten1200901-01-2010Wacht op voltooiing TK 28 781
Wetsvoorstel affectieschade28 7814200901-01-2009Eerste Kamer wacht op WODC rapport (voorjaar 2008)
Wetsvoorstel personenvennootschap (titel 7.13 BW)28 7464zomer 200801-09-2008Eerste Kamer wacht invoeringswet af alvorens over te gaan tot plenaire behandeling
Wetsvoorstel vereenvoudiging bv-recht31 0583zomer 200801-01-2009 
Wetsvoorstel uitvoering Richtlijn openbaar overnamebod30 419628-10-2007 
Wetsvoorstel goedkeuring NGO-verdrag28 764601-02-2007 
Wetsvoorstel aanpassing boek 2 (rechtspersonen) aan elektronisch rechtsverkeer30 019601-01-2007 
Wetsvoorstel monistische bestuurssysteem/bestuur grote vennootschappen1zomer 200801-01-2010Consultatie na ommekomst advies SER evenwichtig ondernemings-bestuur (voorzien feb. 2008)
Wetsvoorstel toezicht financiële verslaggeving30 336601-01-2007 
Wetsvoorstel nieuwe pachttitel30 448601-09-2007 
Parlementaire behandeling Unesco-verdrag teruggave cultuurgoederen31 2553zomer 200801-01-2009 
Wetsvoorstel aanpassing huwelijksgoederenrecht28 8673zomer 200801-09-2008Sinds november 2005 gereed plenair Tweede Kamer
Wetsvoorstel voorkomen geweld in de opvoeding30 316625-04-2007 
Wetsvoorstel tijdelijk huisverbod30 6574voorjaar 200801-06-2008 
Wetsvoorstel wijziging verzoek gezamenlijk gezag29 3533zomer 200801-07-2008 
Wetsvoorstel voortgezet ouderschap en zorgvuldige echtscheiding30 1454voorjaar 200801-04-2008 
Wetsvoorstel wijziging Rijkswet op het Nederlanderschap in verband met dubbele nationaliteit en ontneming nationaliteit wegens terroristische misdrijven30 1660ingetrokkeningetrokken13-12-2007
Parlementaire behandeling wetsvoorstel verklaring verbondenheid bij verlening Nederlanderschap30 5843zomer 200801-09-2008Ligt al geruime tijd gereed plenair Tweede Kamer
Wetsvoorstel aanvullende maatregelen Antillen30 9620ingetrokkeningetrokken22-05-2007
Wetsvoorstel wijziging wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie1najaar 200801-01-2010In afwachting uitkomst rapport cie-Kalsbeek II
Wetsvoorstel verbetering kinderbeschermingsmaatregelen1zomer 200801-07-2009In consultatie
Wetsvoorstel conflictenrecht goederenrecht30 8764voorjaar 200801-04-2008 
Wetsvoorstel codificatie IPR-wetgeving (Boek 10)1najaar 200801-01-2010 
Wetsvoorstel uitvoering verordening/richtlijn Europese Coöperatieve vennootschap30 3826al in werking13-10-2006 
Uitvoering richtlijn handhaving intellectuele-eigendomsrechten30 3926Wet van 8 maart 2007, Stb. 10801-05-2007 
Uitvoering 5e WAM-richtlijn30 8606in werking (Stb 194)11-06-2007 
Uitvoering richtlijn oneerlijke handelspraktijken30 9284voorjaar 200801-04-2008 
Uitvoering richtlijn internationale fusies30 9294voorjaar 200801-04-2008 
Uitvoering verordening Europees betalingsbevel1voorjaar 200812-12-2008 
Uitvoering wijziging 2e richtlijn inzake kapitaalbescherming28 9856 01-10-2006 
Uitvoering wijziging 4e en 7e richtlijn inzake jaarrekeningrecht1voorjaar 200805-09-2008 
Amvb verhoging grensbedragen jaarrekeningrecht6in werking25-10-2006 

Operationele doelstelling 11.2

Het bevorderen van de bruikbaarheid van wet en regels, van de onderlinge samenhang en consistentie van de wetgeving, alsmede van een beheerste ontwikkeling van wet- en regelgeving.

Doelbereiking

Bruikbare rechtsorde

De uitvoering van het programma Bruikbare rechtsorde is voortgezet en halverwege 2007 geïntegreerd in een programma voor een integraal wetgevingsbeleid. Producten waren: rapport over de inzet van internetconsultatie bij voorbereiding van wetgeving, installatie Commissie uitdragen kernwaarden van de rechtsstaat, onderzoeksrapport over de departementale consultatiepraktijk rond wetgeving en een Engelse vertaling van het onderzoeksrapport «Wat is regeldruk». Ook zijn enkele nieuwe projecten van start gegaan: herijking van de toezichtswetgeving, uniformeren van de regelgeving over het openbaar maken van toezichtsgegevens.

Reductie van administratieve lasten

De uitvoering van het programma met maatregelen voor reductie van administratieve lasten op het terrein van Justitie is in 2007 voortgezet. Een groot deel van de beoogde maatregelen is gerealiseerd. Het wetsvoorstel dat het opstellen van de jaarrekening op fiscale grondslag mogelijk maakt (samenval) is in juni 2007 ingediend bij de Staten-Generaal (TK 31 136). Per januari 2007 waren de randvoorwaarden voor het realiseren van de administratieve lastenverlichting door inzet van XBRL (taxonomie en infrastructuur) ingevuld. Er is veel inzet gepleegd op overleg en afspraken met partijen bij het in juni 2006 gesloten XBRL-convenant om de berichtenstromen in XBRL op gang te brengen.

De uitvoering van de maatregelen voor administratieve lastenverlichting voor burgers is volgens planning doorgezet.

Toetsing van wetgeving

In 2007 werden 403 toetsingsdossiers behandeld, inclusief nota’s van wijziging en nadere rapporten bij een negatief advies van de Raad van State over het desbetreffende voorstel. Het aantal dossiers was lager dan verwacht (circa 500). De 100-dagen periode die het kabinet Balkenende heeft aangehouden voor uitwerking van het Beleidsprogramma 2007–2011 is hiervan waarschijnlijk een oorzaak.

Bij de toetsing werd als altijd aandacht besteed aan de bekende kwaliteitseisen voor wetgeving. Zoals gebruikelijk kon in de meeste gevallen op ambtelijk niveau overeenstemming worden bereikt over dossiers.

Vergemakkelijken en verbeteren van de voorbereiding van regelgeving

In dit kader zijn de beoogde activiteiten van het Kenniscentrum Wetgeving (KCW) en de Academie voor Wetgeving uitgevoerd. De samenwerking tussen het KCW en de Academie is geïntensiveerd. Het interdepartementale netwerk (ICCW, IWB) is ingezet voor behandeling van wetgevingsvraagstukken en ontwikkeling van instrumenten voor wetgevers. De activiteiten op het gebied van Europeesrechtelijke advisering en ondersteuning van de Interdepartementale Commissie Europees Recht (ICER) vonden als gebruikelijk doorgang.

Meetbare gegevens

Administratieve lastenverlichting voor bedrijven
 Beoogde realiseringGeraamde reductie (x € mln.)Realisatie 2007
Elektronische communicatie in de vergadering van aandeelhouders BV/NV200769,269,2
Jaarrekeningrecht – XBRL2007350350
Jaarrekeningrecht – Samenval fiscale en vennootschappelijke jaarrekening2007325
Preventief toezicht vennootschappen20077
Wet Bescherming Persoonsgegevens20072,8
Implementatierichtlijn overnamebiedingen2007– 1,5– 1,5
Afschaffing verplicht procuraat20070,1 
Implementatie richtlijn oneerlijke handelspraktijken2007– 10,1
Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus20074,14,1

Toelichting

Het wetsvoorstel voor de realisatie van de samenvalmaatregel fiscale en vennootschappelijke jaarrekening ligt sinds juni 2007 bij de Tweede Kamer (TK 31 136). Wijziging van het stelsel van preventief toezicht vennootschappen zal eerst begin 2010 kunnen worden ingevoerd. De afschaffing van het verplicht procuraat wordt voorzien per september 2008. Inwerkingtreding van de implementatie van de richtlijn oneerlijke handelspraktijken is verwacht per maart 2008. De aanpassing van de Wet bescherming persoonsgegevens wordt verwacht per 2009. De beoogde besparingen worden daarom pas later gerealiseerd. Het besluit inburgering is overgegaan naar de programmaminister voor Wonen, Wijken en Integratie.

Administratieve lastenverlichting voor burgers
 Beoogde realiseringMogelijke reductie (uren)Mogelijke reductie (x € mln.)Realisatie 2007
Wet schuldsanering natuurlijke personen20075 000 
Wet op het notarisambt (marktwerking notariaat)2007 52€ 52 mln
Wetboek van Strafvordering (elektronische aangifte)2007101 0000,2€ 0,2 mln139 000 uren
Vreemdelingenwet o.a. vereenvoudigen regulier toelatingsbeleid2007176 900 

Toelichting

De herziening schuldsaneringsregeling is gepubliceerd inStb. 2007, 192, maar is eerst in werking getreden op 1 januari 2008. De realisatie kan dus pas worden ingeboekt in 2008. De reducties als gevolg van de mogelijkheid elektronische aangifte te doen zijn boven verwachting gerealiseerd en betreffen ook een reductie in de kosten voor burgers. De reducties op het terrein van de Vreemdelingenwet kunnen niet worden ingeboekt. Deels komt dat doordat de integratiedossiers begin 2007 zijn overgegaan naar de programmaminister voor Wonen, Wijken en Integratie. Bovendien is de voorgenomen digitalisering van de aanvraagformulieren niet gerealiseerd in 2007, maar wordt deze meegenomen in het bouwen van een nieuw informatiesysteem (realisatie 2009/2010) als ook in het te ontwikkelen Webportaal Immigratie (realisatie oktober 2008).

Kenniscentrum wetgeving

Activiteiten Kenniscentrum wetgevingOp te leveren rapport/stand van zaken
Instandhouding en verrijking van de KCW-siteVoorbereiding nieuwe site gestart.
Bevorderen van actief communicatiebeleid gericht op uitwisseling van kennis en samenwerking, via de site en door het organiseren van bijeenkomstenDe site is inhoudelijk verdiept en de vormgeving verhelderd. In samenwerking met de Academie voor Wetgeving worden maandelijks bijeenkomsten gehouden.
Organisatie derde Dag van de WetgevingHeeft plaatsgevonden op 17-03-2007.
Bevorderen van onderzoek en instrumentontwikkeling op het terrein van wetgeving, in nauw overleg met wetgevingsjuristenOnderzoek naar digitale ondersteuning van wetgeving, naar kosten en duur van het wetgevingsproces zijn afgerond. Het boek «Over wetgeving» is gepubliceerd.
Uitvoeren van diverse projectenProjecten worden uitgevoerd ten behoeve van internetconsultatie, wetgevingsvoortgangssysteem, ontwikkeling van internationale netwerken van wetgevingsjuristen.

In 2007 tot stand gekomen wetten

Wetsvoorstel (Citeertitel)StaatsbladDatum inwerkingtreding
Aanpassing van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten ter uitvoering van Richtlijn nr. 2004/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten (PbEG L 195)Stb. 2007, 1081-5-2007
Invoeringswet Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zakenStb. 2007, 1151-7-2007
Wet tot teruggave cultuurgoederen afkomstig uit bezet gebiedStb. 2007, 12311-4-2007
Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek teneinde een bijdrage te leveren aan het voorkomen van het gebruik van geestelijk of lichamelijk geweld jegens of van enige andere vernederende behandeling van kinderen in de verzorging en opvoedingStb. 2007, 14524-4-2007
Wijziging van het Wetboek van Strafvordering, de Wet OM-afdoening en enige andere wetten in verband met het wegnemen van enkele technische onvolkomenhedenStb. 2007, 160deels 9-5-2007;deels 1-2-2008
Vaststelling van invoering van titel 7.5 (Pacht) van het Burgerlijk WetboekStb. 2007, 1631-9-2007
Uitvoeringswet grondkamersStb. 2007, 1641-9-2007
Wijziging van de Politiewet 1993 in verband met het versterken van de bevoegdheden op rijksniveau ten aanzien van de politie, alsmede de opheffing van de Raad voor het Korps Landelijke PolitiedienstenStb. 2007, 180deels 15-9-2007;deels 1-1-2008
Wijziging van de Faillissementswet in verband met de herziening van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personenStb. 2007, 1921-1-2008
Wijziging van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen en de Wet op het financieel toezicht ter implementatie van de vijfde richtlijn motorrijtuigenStb. 2007, 19411-6-2007
Uitvoering van richtlijn nr. 2004/25/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 21 april 2004 betreffende het openbaar overnamebodStb. 2007, 20228-10-2007
Wijziging van de Wet adviesstelsel Justitie in verband met de permanente instelling van de commissie auteursrechtStb. 2007, 21522-6-2007
Wijziging van de Politiewet 1993 en het Wetboek van Strafvordering in verband met de taken en bevoegdheden van de Koninklijke Marechaussee en de bijstand aan de Koninklijke MarechausseeStb. 2007, 2304-7-2007
Aanpassing van de Vreemdelingenwet 2000 aan richtlijn nr. 2004/82/EG van de Raad van 29 april 2004 betreffende de verplichting voor vervoerders om passagiersgegevens door te geven (PbEU L 261)Stb. 2007, 2521-9-2007
Wijziging van de Luchtvaartwet en wijziging van de Wet wapens en munitieStb. 2007, 25718-7-2007
Wet politiegegevensStb. 2007, 3001-1-2008
Wijziging van de Algemene wet gelijke behandeling ter uitvoering van Richtlijn nr. 2004/113/EG van de Raad van de Europese Unie van 13 december 2004Stb. 2007, 32114-9-2007
Wijziging van de Wet Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen in verband met het vervallen van de termijnstelling voor het ter beschikking stellen van middelen aan het Bureau ten behoeve van de vervulling van zijn takenStb. 2007, 3501-1-2008
Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging strafrechtelijke sanctiesStb. 2007, 3541-12-2007
Wijziging van de Opiumwet in verband met het creëren van de mogelijkheid voor de burgemeester om bestuursdwang toe te passen ter handhaving van de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet in woningen en lokalen of bij woningen of lokalen behorende ervenStb. 2007, 3551-11-2007
Wijziging van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren in verband met de formalisering van een onderdeel van de Arbeidsvoorwaardenovereenkomst Rechterlijke Macht 1/1/2005–31/7/2007Stb. 2007, 3741-1-2008
Wet beëdigde tolken en vertalersStb. 2007, 375deels 5-12-2007
Wijziging van titel 5 van Boek 7 van het Burgerlijk WetboekStb. 2007, 39531-10-2007, terugwerkend t/m 1-9-2007
Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van richtlijn nr. 2005/85/EG van de Raad van 1 december 2005 betreffende minimumnormen voor de procedures in lidstaten voor de toekenning of intrekking van de vluchtelingenstatus (PbEU L326)Stb. 2007, 45019-12-2007
Verlenging van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van rechtswegeStb. 2007, 4651-1-2008
Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en enige andere wetten in verband met de wijziging van de vervroegde invrijheidstelling in een voorwaardelijke invrijheidstellingStb. 2007, 500
Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Wet op de jeugdzorg met het oog op verruiming van de mogelijkheden tot gedragsbeïnvloeding van jeugdigen (gedragsbeïnvloeding jeugdigen)Stb. 2007, 5751-2-2008
Wijziging van de Wet op de jeugdzorg met betrekking tot jeugdzorg waarop aanspraak bestaat ingevolge de wet in gesloten setting (gesloten jeugdzorg)Stb. 2007, 5781-1-2008

Overzicht onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid

OmschrijvingDoelstellingStartAfgerondVindplaats
Effectenonderzoek ex post    
Evaluatie Wet pensioenverevening bij echtscheiding (WVPS)11.1 en 11.220062007www.wodc.nl
Evaluatie technische voorzieningen auteursrecht11.120072007www.wodc.nl
     
Overig evaluatieonderzoek    
Evaluatie Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) – 1 fase11.120062007www.wodc.nl

12 Rechtspleging en rechtsbijstand

Realisatie begrotingsuitgaven Justitie € 5 925,3 miljoenArt. 12 Rechtspleging en rechtsbijstand 22,2%

kst-31444-VI-1-5.gif

Beleidsdoelstelling 12

Een slagvaardige, toegankelijke en doelmatige rechtspleging, waaronder begrepen de buitengerechtelijke alternatieven van geschilbeslechting.

Doelbereiking en maatschappelijke effecten

In 2007 is het beleid enerzijds gericht geweest op het behoud en de bevordering van een slagvaardig rechtsbestel. Hiertoe kan genoemd worden dat de rechterlijke processen (verder) zijn gestroomlijnd, onder meer door het aangenomen wetsvoorstel Stroomlijnen hoger beroep in strafzaken (TK 30 320, nr. 1–16, nr. A-E). Daarnaast is het eindrapport van de in 2006 uitgevoerde evaluatie van de modernisering van de rechterlijke organisatie, uitgevoerd door een onafhankelijke commissie onder voorzitterschap van de heer Deetman, aangeboden aan de Tweede Kamer (TK 29 279, nr. 42). De conclusie van de commissie is dat de Nederlandse rechtspraak na de majeure stelselwijziging van 2002 weer bij de tijd is.

Anderzijds is het beleid gericht geweest op het waarborgen van een effectieve toegang tot het rechtsbestel. Hiertoe kunnen de resultaten genoemd worden die geboekt zijn op het terrein van de stelselwijziging Rechtsbijstand door middel van de verfijning van de eerstelijns rechtshulpvoorziening (Juridische Loketten).

Budgettaire gevolgen van beleid x € 1 000
 20042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Verplichtingen1 216 6901 242 906541 4601 359 2051 295 55463 651
       
Programma-uitgaven1 173 7631 245 6991 290 7881 314 6841 295 55419 130
       
12.1 Slagvaardige en kwalitatief goede rechtspleging769 793823 652863 468867 148864 9452 203
12.1.1 Raad voor de rechtspraak – gerechten734 557785 396815 555825 370823 5921 778
12.1.2 Hoge Raad19 93921 79325 39628 05724 9073 150
12.1.3 Overige diensten15 29716 46322 51713 72116 446– 2 725
       
12.2 Adequate toegang tot het rechtsbestel403 970422 047427 320447 536430 60916 927
12.2.1 Raden voor rechtsbijstand377 296370 052397 372419 619401 27018 349
12.2.2 Overig26 67451 99529 94827 91729 339– 1 422
       
Ontvangsten169 030250 859180 292176 444185 229– 8 785
       
Waarvan Griffie-ontvangsten155 718168 058163 487156 305176 860– 20 555

Financiële toelichting

Verplichtingen

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– meerjarige verplichtingen die in 2007 zijn vastgelegd die in de komende jaren tot een realisatie zullen leiden. Dit betreft verplichtingen aangegaan voor de huur van een gebouw voor het College bescherming persoonsgegevens voor de periode 2007 tot en met 2010 ter hoogte van € 1,9 miljoen. Tevens betreft dit verplichtingen ter hoogte van € 22,2 miljoen die in 2007 zijn aangaan voor betalingen die zich in 2008 voor zullen doen in verband met een toename van het aantal civiele en reguliere straftoevoegingen;

– verplichtingen voor de Wet schuldsanering natuurlijke personen, die abusievelijk pas in 2007 zijn aangegaan voor uitgaven in 2007 (€ 16,2 miljoen), naast de reguliere verplichtingen die in 2007 zijn aangegaan voor uitgaven in 2008.

Naast bovengenoemde punten wordt verwezen naar de toelichting zoals opgenomen bij de uitgaven.

Uitgaven

Operationele doelstelling 12.2

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door een stijging van het aantal civiele toevoegingen en reguliere straftoevoegingen. Bij 1e suppletoire begroting 2007 (TK 31 061, nr. 1) is deze raming op basis van de geactualiseerde prognoses bijgesteld met € 15 miljoen. De uiteindelijke realisatie is € 3,3 miljoen hoger uitgevallen.

Ontvangsten

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– de ontvangsten op verbeurd verklaarde gelden zijn hoger uitgevallen (€ 8,2 miljoen) dan de oorspronkelijke raming;

– een verhoging van de ontvangsten met € 3,1 miljoen in verband met het Kluwer-contract voor digitale informatie;

– bij 2e suppletoire begroting 2007 (TK 31 290, nr. 1) neerwaarts bijgestelde griffieontvangsten, als gevolg van lagere instroom bij de gerechten en verschuiving naar relatief lichtere zaken. De realisatie kwam uiteindelijk € 20,5 miljoen lager uit dan geraamd bij begroting 2007. 

Operationele doelstelling 12.1

Het scheppen van voorwaarden voor en het instandhouden van een stelsel voor slagvaardige, toegankelijke en doelmatige rechtspleging.

Doelbereiking

Stroomlijning hoger beroep

In 2007 is de wet Stroomlijnen hoger beroep (Stb. 2006, 470) gefaseerd in werking getreden: het overgrote deel met ingang van 1 maart 2007 en het resterende deel (de introductie van het verlofstelsel en het kunnen instellen van appel door middel van een brief aan de griffie) met ingang van 1 juni 2007. De wet maakt mogelijk dat de behandeling in hoger beroep zich meer concentreert op de punten waartegen partijen bezwaar maken. De wet draagt daarmee bij aan de verbetering van de kwaliteit van de behandeling van het hoger beroep en, mede vanwege de introductie van een beperkt verlofstelsel, aan een vermindering van de zaaks- en werklast van de rechter.

Betere benutting zittingscapaciteit

In de kabinetsreactie op het evaluatierapport modernisering rechterlijke organisatie (TK 29 279, nr. 58) is in juni 2007 aan de Tweede Kamer het voornemen kenbaar gemaakt om de toekomstige invulling van het nevenlocatiebeleid, binnen de grenzen van het arrondissement, aan de rechtspraak zelf toe te vertrouwen. Zo wordt de rechtspraak in staat gesteld om flexibel in te springen op lokale en regionale behoeften, terwijl tevens onevenwichtigheden in de spreiding van rechtspraak worden voorkomen.

Om effectiever gebruik te maken van de bestaande nevenlocaties van gerechten is in 2007 onder andere besloten over te gaan tot opheffing van de nevenlocaties Meppel, Oud-Beijerland, Opsterland, Schouwen-Duiveland en Tholen (Stb. 2007, 281). Tevens is een wetswijziging in voorbereiding om de nevenvestigingsplaatsen Wageningen, Gorinchem, Winschoten, Groenlo (thans: Oost Gelre) en Oude IJsselstreek om te zetten in nevenzittingsplaatsen.

Inzet ICT

In 2007 heeft het vergroten van de digitale toegankelijkheid van rechtspraak een beleidsmatige impuls gekregen. Bij diverse rechtbanken wordt inmiddels gebruik gemaakt van moderne technologie bij de procesvoering. Wettelijke belemmeringen voor het gebruik van videoconferentie zijn weggenomen, wetgeving voor elektronisch berichtenverkeer met de rechtspraak bevindt zich in een vergevorderd stadium.

Eenvoudiger procederen

In 2007 is door het ministerie van Justitie, de Raad voor de rechtspraak en de Nederlandse Orde van Advocaten gewerkt aan de voorbereidingen om het verplicht procuraat af te schaffen. De Tweede Kamer heeft ingestemd met het desbetreffende wetsvoorstel (TK 30 815). Om de gerechtshoven de gelegenheid te geven om met het afschaffen van het verplicht procuraat ook over te gaan op het elektronisch berichtenverkeer met de balie, is besloten de afschaffing een half jaar uit te stellen (van 1 maart 2008 tot 1 september 2008).

Modernisering loon- en functiegebouw

De moderniseringsoperatie van het loon- en functiegebouw voor de sector rechterlijke macht heeft lange tijd in beslag genomen maar in 2007 is hierover een akkoord bereikt. Het rangenstelsel wordt in zowel de vakinhoudelijke als de managementlijn vervangen door een functiestelsel. Een substantieel aantal rechters en officieren van justitie kan hierdoor binnen de rechtbanken en parketten een carrièrestap maken. De zogenaamde tweeladder-structuur (loopbaanpad via de inhoudelijke lijn en de managementlijn) komt in het loongebouw tot uitdrukking: de managementfuncties worden naar zwaarte beloond en daarnaast biedt ook de «core business» van de rechtspraak volop loopbaanmogelijkheden.

Meetbare gegevens

Productie Raad voor de rechtspraak200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Totaal productie*1 502 6981 707 7201 740 4541 751 4211 725 3011 822 070– 96 769

* Alleen de P*Q gefinancierde productieaantallen, dus exclusief de productie van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBB)

Toelichting

Het productievoorstel van de Raad voor de rechtspraak voor het jaar 2007 dat gebaseerd was op de toenmalige instroomramingen was in de Justitiebegroting 2007 volledig gefinancierd. Ten opzichte van de ramingen in de begroting 2007 is de gerealiseerde productie ruim 5% lager uitgevallen. Belangrijkste oorzaak van deze lagere productie is de lagere instroom. Dit heeft met name te maken met de effecten van de economische ontwikkelingen die eerder bleken door te werken in de instroomramingen en de lagere asielinstroom dan bij de begroting 2007 werd verwacht. Bij 2e suppletoire begroting 2007 (TK 31 290, nr. 1) zijn de instroomverwachtingen bijgesteld en zijn daarop tevens de productieafspraken en de financiering van de rechtspraak aangepast. In het hoofdstuk van de Raad voor de rechtspraak (hoofdstuk 9) en het eigen jaarverslag van de Raad voor rechtspraak wordt nader ingegaan op de concrete ontwikkelingen en de gevolgen voor de doorlooptijden.

Gerealiseerde instroom en productie Hoge Raad200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Straf       
instroom3 0283 6653 6703 5993 9433 89647
uitstroom3 1993 1103 6683 3703 4193 798– 379
Civiel       
instroom47150051354258252062
uitstroom539510494504498520– 22
Belasting       
instroom1 5001 1331 498922760900– 140
uitstroom1 2541 2201 2121 1159391 100– 161
        
Totaal       
instroom4 9995 2985 6815 0635 2855 316– 31
uitstroom4 9924 8405 3744 9894 8565 418– 562

Toelichting

De totale gerealiseerde instroom van zaken voor 2007 is ongeveer gelijk aan de raming zoals opgenomen in de begroting 2007. De uitstroom van strafzaken blijft sterk achter bij de begrote uitstroom (– 379), echter deze neemt wel licht toe ten opzichte van 2006. Er komen naar verhouding steeds meer strafzaken die bewerkelijker zijn en waarin een conclusie wordt genomen.

De uitstroomcijfers betreffende de civiele sector geven een redelijk constant beeld. Er is wel sprake van blijvende toename van de instroom ten opzichte van voorgaande jaren.

In verband met de wijzigingen in de belastingrechtspraak neemt de instroom van belastingzaken in 2007 af. Ook de uitstroom van belastingzaken is teruggelopen, zowel ten opzichte van de begroting 2007 als ten opzichte van de realisatie 2006. De te behandelen zaken blijken steeds ingewikkelder te zijn en meer capaciteit te vragen.

Het inmiddels uitgebrachte rapport van de Commissie normstellende rol Hoge Raad biedt aanbevelingen om de werkwijze van de Hoge Raad op onderdelen aan te passen. Zo worden wettelijke maatregelen voorgesteld om de mogelijkheden te ondersteunen om zaken op minder bewerkelijke wijze af te kunnen doen.

Operationele doelstelling 12.2

Het waarborgen van een effectieve toegang tot het rechtsbestel zodat burgers en bedrijven hun in de rechtsorde neergelegde rechten in en buiten rechte geldend kunnen maken.

Doelbereiking

Gesubsidieerde rechtsbijstand

In 2007 is op advies van de Raden voor rechtsbijstand besloten tot een herinrichting van de bestuurlijke organisatie van het stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand die uiteindelijk zal uitmonden in één Raad. Doel is een grotere (bestuurlijke) slagkracht, efficiency en eenvormigheid in de uitvoeringspraktijk.

Uit de in 2007 verschenen Monitor Gesubsidieerde Rechtsbijstand (TK 30 800, nr. 138) volgt dat het Juridisch Loket, waarvan voor het eerst in 2006 alle 30 juridische loketten operationeel waren, erin slaagt om rechtzoekenden een goed functionerende eerstelijns rechtshulp te bieden.

Juridische beroepsgroepen en tolken/vertalers

De controle op de naleving van de regelgeving door notarissen, gerechtsdeurwaarders en advocaten bij omgang met derdengelden is geïntensiveerd. De bestrijding van malafide praktijken met vastgoed heeft in 2007 bijzondere aandacht gekregen. De Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) heeft daarbij haar leden gewezen op hun verantwoordelijkheid voor het voorkomen van onregelmatigheden, ook in relatie tot de naleving van de Wet identificatie bij dienstverlening en de Wet Melding Ongebruikelijke Transacties. De KNB heeft haar interne regelgeving met betrekking tot vastgoedtransacties aangescherpt en in opleidingen wordt extra aandacht besteed aan de problematiek.

De kwaliteit van de beroepsopleiding voor advocaten is verbeterd. In de opleiding is meer aandacht voor ethische zaken ingebouwd.

Buitengerechtelijke geschilbeslechting

De aangekondigde tussenrapportage Monitor Mediation is op 26 april 2007 aan de Tweede Kamer aangeboden (TK 29 528, nr. 5). In deze brief is de Kamer geïnformeerd over de eerste resultaten van de mediationvoorzieningen binnen het rechtsbestel. De eerste resultaten zijn positief. Zowel bij de rechtspraak als bij het Juridische Loket is vanaf de start van de doorverwijzingsvoorzieningen in 2005 sprake van een groei van het aantal naar mediation verwezen zaken. De voorzieningen worden op dezelfde voet gecontinueerd.

Aan de stichting Nationaal Platform Personenschade (NPP) is in 2007 als steun voor de uitvoering en bevordering van de gedragscode Afwikkeling Letselschade een subsidie voor een periode van vijf jaar (2007–2012) toegekend tot een maximum van € 2 miljoen. Voor 2007 bedroeg de subsidie € 0,4 miljoen.

Schuldsanering

Op 22 mei 2007 is het wetsvoorstel Herziening schuldsaneringsregeling aanvaard door de Eerste Kamer (Stb. 2007, 192). Deze wetswijziging moet de schuldsanering vereenvoudigen, het minnelijk traject versterken en tegelijk de toelating tot de procedure selectiever maken.

Het Comité van Ministers van de Raad van Europa heeft in juni 2007 in een expert-werkgroep, onder Nederlands voorzitterschap, een Europese Aanbeveling voor stelsels van schuldsanering vastgesteld (Recommendation 2007–8,www.coe.int/legalaffairs/legalcooperation).

Op 22 augustus 2007 is door de Minister van Justitie het convenant schuldhulp tussen de Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet (NvVK) en het Centraal Justitieel Incasso Bureau ondertekend om meer buitengerechtelijke schuldregelingen een kans van slagen te geven.

In december 2007 is de derde Monitor Schuldsanering (TK 31 200, nr. 96) naar de Tweede Kamer gezonden, met als thema de rol van de schuldeisers. Uit deze Monitor blijkt onder andere dat het succespercentage «schone lei na drie jaar schuldsaneringsprocedure» van 71% stabiel is. Tevens is het aanbod van bewindvoerders voldoende en kan in 78% van de zaken die na schuldsanering eindigen met een schone lei een uitdeling aan de schuldeisers plaatsvinden. De instroom van nieuwe zaken vertoont de laagste stijging sinds 2001.

Meetbare gegevens

Rechtsbijstand200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Apparaat       
Apparaatuitgaven Raden voor rechtsbijstand       
Prijs (x € 1,00)40,240,841,041,751,550,41,1
Volume (afgegeven toevoegingen en gewogen productie stichtingen)371 383371 972381 269391 277386 231373 06013 171
Vaste kosten (incl automatisering, projecten) (x € 1 000)9 5998 8307 5046 9872 2652 21748
        
Programma       
Strafzaken (ambtshalve)       
Prijs (x € 1,00)9441 0201 0661 0651 0791 06613
Volume (afgegeven toevoegingen)93 88498 86698 743103 757102 617109 559– 6 942
        
Strafzaken (reguliere)       
Eigen bijdrage (x € 1,00)4458737374731
Prijs (excl. eigen bijdrage) (x € 1,00)6086396716666886808
Volume (afgegeven toevoegingen)35 96437 80040 40548 78350 68846 5054 183
        
Civiele zaken       
Eigen bijdrage (x € 1,00)1081591611611641613
Prijs (excl. eigen bijdrage) (x € 1,00)6476687047017087017
Volume (afgegeven toevoegingen)183 948187 539196 823217 351216 888199 98616 902
        
Inverzekeringstellingen       
Prijs (x € 1,00)2192362472492522493
Volume81 50688 50690 95888 88782 46598 388– 15 923
        
Juridisch Loket*       
Vaste kosten (x € 1,00)22 29220 73421 072– 338
Volume (aantallen)575 314599 383639 000– 39 617
        
Lichte adviestoevoeging*       
Prijs (x € 1,–)2392102073
Volume (afgegeven toevoegingen)17 58819 84612 0007 846
        
Asiel       
Prijs (x € 1,00)3 2734 0803 0182 6682 5832 199384
Volume (instroom asielzoekers)11 5807 8138 5209 2618 38410 500– 2 116

* In verband met de stelselwijziging zijn de kengetallen voor het Juridisch Loket en de lichte adviestoevoeging pas vanaf 2006 relevant. De lichte adviestoevoeging is bedoeld voor kortlopende adviezen en is ter vervanging van het verlengde spreekuur zoals dat voorheen bij de Bureaus Rechtshulp werd verzorgd.

Toelichting

De afwijkingen in de prijzen kunnen grotendeels worden verklaard door de arbeidsvoorwaardenontwikkeling en de hieruit voortvloeiende indexering van het uurtarief.

Ten aanzien van het volume zijn de verschillen over het algemeen het gevolg van de hieronder geschetste ontwikkelingen die pas in de tweede helft van 2006 zichtbaar zijn geworden. Bij de stand vastgestelde begroting 2007 kon hier derhalve nog geen rekening mee worden gehouden.

Het aantal ambtshalve toevoegingen is aanzienlijk lager dan waarmee bij de begroting 2007 rekening werd gehouden. Dit verschil wordt enerzijds veroorzaakt door een lager aantal vreemdelingenbewaringzaken en anderzijds door de uitbreiding van de bevoegdheid van de enkelvoudige kamer. Daardoor heeft een verschuiving plaatsgevonden van de ambtshalve- naar de reguliere straftoevoegingen. Dit laatste verklaart tevens de volumestijging bij reguliere straftoevoegingen.

Bij de groei op het rechtsterrein sociale voorziening kan een verklaring worden gevonden in de wijziging van de Bijstandswet sinds 2004. Sindsdien is het aantal toevoegingen op dit terrein meer dan verdubbeld (van 9 000 naar 21 000).

De daling van het aantal inverzekeringstellingen hangt samen met de daling van het aantal vreemdelingenbewaringzaken.

De oorspronkelijke raming die bij de planvorming van de stelselwijziging rechtsbijstand is opgesteld en opgenomen in de begroting 2007 is (nog) niet gehaald. Dat is verklaarbaar aangezien pas sinds medio 2006 alle 30 loketten operationeel zijn. De productie van het Loket is nog steeds stijgend. De introductie van de lichte adviestoevoeging loopt parallel met het gefaseerd operationeel worden van het Juridisch Loket en derhalve is ook hier een stijging van de aantallen te zien.

Voor diepere analyses wordt verwezen naar de Monitor Gesubsidieerde Rechtsbijstand (TK 30 800, nr. 138).

Juridische beroepsgroepen en tolken/vertalers200320042005Realisatie*20062007Begroting2007Verschil 
Aantal notariskantorenn.b.768768808952768184
Aantal notarissen1 4351 4401 4401 4741 5071 44067
Aantal deurwaarderskantorenn.b.n.b.24117525524114
Aantal deurwaardersn.b.n.b.37737638937712
Aantal advocatenkantorenn.b.n.b.3 4283 6563 7623 428334
Aantal advocatenn.b.n.b.13 76514 27414 88213 7651 117
Tolken en vertalersn.b.n.b.PMPMPMPMPM

* Bron: de publiekrechtelijke beroepsorganisaties.

Toelichting

Voor het opstellen van de begroting 2007 zijn de op dat moment beschikbare realisatiecijfers (2005) als uitgangspunt gehanteerd. Dit brengt met zich mee dat deze ramingen – met name voor het aantal advocaten – (enigszins) achterlopen op de ontwikkelingen.

Mediation 200320042005Realisatie* 20062007Begroting2007Verschil 
Slagingspercentage mediations binnen het justitiële domein50625760– 3
Verwijzing door de rechter7202 1513 3555 000– 1 645
Verwijzing door het Juridisch Loket1661 4332 1371 800337
Afgegeven mediation toevoegingen4002 5724 5703 0001 570

* Bron: Landelijk Bureau Mediation naast rechtspraak, Juridisch Loket en Raden voor rechtsbijstand. Voor de jaren 2003 en 2004 zijn geen realisatiegegevens opgenomen aangezien de verwijzingen door de rechter en het Juridisch Loket pas vanaf 1 april 2005 plaatsvinden.

Toelichting

Het aantal gerealiseerde doorverwijzingen door het Juridisch Loket en het aantal toevoegingen dat is afgegeven door de Raden voor rechtsbijstand zijn hoger dan bij de begroting 2007 is geraamd. Het aantal verwijzingen door de rechter blijft achter bij eerdere verwachtingen. Dit wordt veroorzaakt doordat enerzijds de bekendheid bij rechtzoekenden met mediation toeneemt en anderzijds de doorverwijzingsvoorzieningen steeds meer ervaring krijgen in het selecteren van zaken die geschikt zijn om door mediation te worden opgelost.

De factoren die van invloed zijn op de effectiviteit van de doorverwijzingsvoorzieningen zijn continu aan verandering onderhevig en beïnvloeden elkaar. Bijvoorbeeld: rechters weten steeds meer zaken zelf te schikken tijdens de behandeling van de rechtszaak door gebruikmaking van vaardigheden die zij hebben opgedaan in de verwijzingstrainingen en het proces van verwijzen. Deze factoren vormen onderwerp van een evaluatieonderzoek dat in 2009 wordt afgerond.

Schuldsanering200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Uitvoeringslasten Raad voor rechtsbijstand       
Prijs (x € 1,00)38272727273710
Volume (aantal Wsnp-zaken)9 01011 87812 21212 25912 2959 0103 285
        
Programmauitgaven Raad voor rechtsbijstand       
Prijs (x € 1,00)1 2731 2971 2911 3051 3211 3174
Volume (aantal Wsnp-zaken)9 01011 87812 21212 25912 2959 0103 285
        
Bewindvoerders       
Aantal bewindvoerders1 3201 3681 3241 1701 3111 37059

Toelichting

Bij de begroting 2007 is ervan uitgegaan dat door de nieuwe faillissementswet het aantal zaken zou dalen naar het niveau van 2003. Het aantal zaken is echter gestabiliseerd rond de 12 500 zaken. 

Overzicht onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid

OmschrijvingDoelstellingStartAfgerondVindplaats
Beleidsdoorlichting    
Rechtspraak12.120072007TK 31 101, nr. 2
     
Effectenonderzoek ex post    
Evaluatie marktwerking tolk- en vertaaldiensten12.1 en 12.220052007www.wodc.nl
     
Overig evaluatieonderzoek    
Evaluatie videoconferentie in strafrecht en in vreemdelingbewaringszaken12.120052007www.wodc.nl
Periodieke informatievoorziening rechtspraak en buitengerechtelijke geschilbeslechting 200612.120052007www.wodc.nl
Monitor mediation 200712.220062007www.wodc.nl
Trendrapportage notariaat 200612.220062007www.wodc.nl
Monitor Wsnp12.220072007TK 31 200, nr. 96

13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding

Realisatie begrotingsuitgaven Justitie € 5 925,3 miljoenArt. 13 Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding 42,3%

kst-31444-VI-1-6.gif

Beleidsdoelstelling 13

Een goed functionerende rechtshandhaving en sanctietoepassing, waaronder begrepen het voorkomen en bestrijden van nationale en grensoverschrijdende criminaliteit en terrorisme.

Doelbereiking en maatschappelijke effecten

Op het gebied van preventie is uitvoering gegeven aan het Actieplan Geweld (TK 28 684, nr. 65) en de Actieplannen Veilig Ondernemen (TK 28 864, nrs. 24 en 53) en is aandacht besteed aan het onderwerp integriteit.

Daarnaast is het opsporings- en handhavingsbeleid onverminderd gericht geweest op drugsbestrijding en bestrijding van eergerelateerd geweld. Ook heeft Justitie een bijdrage geleverd aan de professionalisering en het effectiever maken van de strafrechtketen, bestrijding van georganiseerde criminaliteit, financieel-economische criminaliteit en cybercrime.

Voor wat betreft de tenuitvoerlegging van straffen lag de focus op de beleidsgebieden nazorg, voorwaardelijke invrijheidstelling, detentie en behandeling op maat. Verder is een beleidsdoorlichting tenuitvoerlegging strafrechtelijke sancties uitgevoerd.

Tot slot zijn in het kader van terrorismebestrijding maatregelen getroffen om risico’s op aanslagen te verkleinen danwel de gevolgen van terrorisme te beperken. Hierbij kan worden gedacht aan het Alerteringssysteem terrorismebestrijding, maatregelen in het kader van Chemische, Biologische, Radiologische en Nucleaire -Terrorisme (CBRN-Terrorisme) en het project cameratoezicht.

Externe factoren

Een goed functionerende strafrechtketen wordt mede bepaald door een aantal externe factoren. Om die reden zijn in 2007, in het kader van het verder verbeteren van de samenwerking in de keten, 24 Veiligheidshuizen operationeel. In deze veiligheidshuizen werken gemeenten, jeugd- en zorginstellingen, politie en Justitie samen in de aanpak van criminaliteit en overlast. Preventie en repressie worden hierin effectief op elkaar afgestemd. Ook zijn landelijke prioriteiten voor de politie vastgesteld, is de regionale samenwerking voor parketten verbeterd en is aandacht besteed aan de regie op de strafrechtketen.

Daarnaast heeft Justitie zich ten doel gesteld te komen tot een structurele kwaliteitsverbetering van het opsporings- en vervolgingsapparaat. Tevens is een programma ontwikkeld om opsporing en vervolging te professionaliseren en effectiever te maken (Versterking Opsporing en Vervolging). Maatregelen uit dit programma, die inmiddels geïmplementeerd zijn, betreffen onder meer:

– het opstellen van een voor de politie bindende kwaliteitsnorm als randvoorwaarde voor het opsporingsonderzoek;

– het versterken en op peil houden van het vakmanschap in alle onderdelen van de keten;

– het verhogen van de kwaliteit van de forensische opsporing.

Budgettaire gevolgen van beleid x € 1 000
 20042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Verplichtingen1 950 6002 075 5342 127 7072 349 5922 458 893– 109 301
       
Waarvan garanties3 1632 6542 7593 6312 700931
       
Programma-uitgaven1 927 5522 017 1632 118 3392 504 5162 458 89345 623
       
13.1 Preventieve maatregelen19 05113 10613 55511 8658 3813 484
13.1.1 Dienst Justis10 1492 76589859650096
13.1.2 Overig8 90210 34112 65711 2697 8813 388
       
13.2 Opsporing en forensisch onderzoek64 82958 65371 16672 92979 205– 6 276
13.2.1 NFI42 50142 94654 50957 91156 994917
13.2.2 Overig22 32815 70716 65715 01822 211– 7 193
       
13.3 Handhaving en vervolging521 968522 705536 681564 701513 75150 950
13.3.1 Rechtshandhaving4 7156 71516 52919 77419 444330
13.3.2 Openbaar Ministerie517 253515 990520 152544 927494 30750 620
       
13.4 Tenuitvoerlegging strafrechtelijke sancties1 297 1551 384 1491 442 5481 793 6521 791 7471 905
13.4.1 DJI-gevangeniswezen-regulier1 017 6131 041 5981 057 4741 103 1341 131 375– 28 241
13.4.2 DJI-TBS71 051103 421130 894403 169370 11133 058
13.4.3 Reclasseringsorganisaties99 626118 354119 943148 227163 189– 14 962
13.4.4 SRN-taakstraffen36 54933 81240 12141 40342 646– 1 243
13.4.5 CJIB68 78182 26689 34692 22178 94413 277
13.4.6 Overig3 5354 6984 7705 4985 48216
       
13.5 Slachtofferzorg24 54925 99525 83531 00132 800– 1 799
13.5.1 Slachtofferhulp Nederland (SHN)9 31111 03912 43813 33413 083251
13.5.2 Schadefonds Geweldsmisdrijven (SGM)15 23814 95613 39717 66719 717– 2 050
       
13.6 Terrorismebestrijding12 55528 55430 36833 009– 2 641
13.6.1 NCTb11 05525 49427 24129 947– 2 706
13.6.2 IND1 5003 0603 1273 06265
       
Ontvangsten664 397673 144727 730841 973725 844116 129
       
Waarvan Boeten & Transacties610 539639 807679 906718 012709 5958 417
Waarvan Pluk ze12 62911 45317 54123 57212 82010 752

Financiële toelichting

Verplichtingen

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– aanpassingen van het budget gedurende het begrotingsjaar, hogere uitgaven en daarmee samenhangende verplichtingen in 2007 en aangegane verplichtingen voor (ICT-)investeringen en exploitatielasten die deels leiden tot uitgaven van het Openbaar Ministerie in 2008. Het gaat in totaal om een bedrag van € 61,8 miljoen;

– een stijging van de kosten voor deskundigen in strafzaken en daarmee een hogere verplichtingenstand (€ 15,3 miljoen);

– de verplichting voor de subsidiebrieven 2008 voor zowel de reclasseringsorganisaties (3RO), Stichting Door, Vereniging Exodus Nederland, Stichting Moria en Stichting de Ontmoeting (DEMO), vrijwilligers als Epafras ter grootte van € 175 miljoen, die pas in 2008 wordt aangegaan;

– verplichtingen ter hoogte van € 6,6 miljoen voor de vloeistoffenregeling aan de diverse luchthavens die reeds in 2006 zijn aangegaan voor het jaar 2007.

Naast bovengenoemde punten wordt verwezen naar de toelichting zoals opgenomen bij de uitgaven.

Uitgaven

Operationele doelstelling 13.2

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– een overboeking naar het Centraal Justitieel Incassobureau ter hoogte van € 3,1 miljoen in verband met vertraging OM-afdoening;

– een hogere bijdrage dan oorspronkelijk begroot (van € 1,4 miljoen) aan het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties (MOT) bij het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) en het Bureau voor de politiële ondersteuning van de Landelijk Officier MOT (ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties);

– een overheveling van € 1,8 miljoen naar het Openbaar Ministerie in het kader van drugszaken Schiphol.

Operationele doelstelling 13.3

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– budgetbijstellingen met een totale waarde van € 34,8 miljoen bij het Openbaar Ministerie (OM) die reeds zijn toegelicht in de 1e en 2e suppletoire begroting (TK 31 061, nr. 1 enTK 31 290, nr. 1);

– incidentele extra uitgaven voor het Verbeterprogramma Opsporing en Vervolging, implementatiekosten samenhangend met de invoering van de OM-afdoening, investeringen in informatietechnologie en hogere uitgaven op verkeersgelden (€ 10,2 miljoen);

– hogere uitgaven op het gebied van Domeinen ter hoogte van € 2,1 miljoen. Deze overschrijding is vooral veroorzaakt door de verwerking en vernietiging van oude voorraden vuurwerk (voor 2006) bij het Functioneel Parket.

Operationele doelstelling 13.4

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– financiële maatregelen in het kader van de kabinetsreactie op het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (TK 24 587, nr. 213). Hierbij zijn additionele gebouwelijke en organisatorische maatregelen getroffen om de brandveiligheid van justitiële inrichtingen te verbeteren. De bijdrage aan de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) is hiertoe in 2007 verhoogd met € 69,2 miljoen (€ 49,1 miljoen voor wat betreft gevangeniswezen, het overige voor wat betreft forensische zorg);

– een verlaging van de bijdrage aan DJI € 75,4 miljoen als gevolg van het capaciteitsoverschot voor volwassenen. In dit verband is de capacitaire taakstelling 2007 van het gevangeniswezen neerwaarts bijgesteld met 1 084 plaatsen;

– de vertraging die is opgetreden bij het omvormen van reguliere plaatsen tot psychiatrische zorgplaatsen binnen het gevangeniswezen. De bijdrage aan DJI is in dit verband verlaagd met € 10 miljoen;

– een intensivering van de samenwerking met de drie reclasseringsorganisaties (3RO) in het kader van het programma Terugdringen Recidive. In dit verband is de bijdrage aan DJI verhoogd met € 6,5 miljoen;

– een verlaging van de bijdrage aan DJI met € 42,3 miljoen in het kader van de systematiek van outputfinanciering, vooruitlopend op de definitieve afrekening. De bijdrage is verlaagd in verband met het achterblijven van de gerealiseerde sanctiecapaciteit bij gevangeniswezen en forensische zorg ten opzichte van de bijgestelde taakstelling. Voorts was het bezettingspercentage binnen het gevangeniswezen lager dan de norm als gevolg van een lagere instroom aan gedetineerden. Van het totale bedrag heeft € 28 miljoen betrekking op gevangeniswezen en het overige op forensische zorg;

– een aanvullende overboeking aan DJI vanuit het Algemeen Fonds Bijzondere Ziekten, ter hoogte van € 15,5 miljoen, in verband met de overdracht van de financiering van de forensische zorg in het strafrechtelijk kader;

– een extra bijdrage aan DJI van € 3,3 miljoen ter financiering van de door het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (NIFP) uitgevoerde forensische diagnostiek bij jeugdigen;

– een onderuitputting van circa € 4 miljoen veroorzaakt doordat bij de uitvoering van het Plan van aanpak Terbeschikkingstelling en Forensische zorg in strafrechtelijk kader vertraging is opgetreden bij de uitvoering van de aanbeveling «Aanpassen Tbs met voorwaarden (reclassering)»;

– vertraging bij de uitrol van het project «Uitbreiding samenwerking Gevangeniswezen-Reclasseringsorganisaties (GW-3RO) Terugdringen recidive». Hierdoor is € 3,4 miljoen minder uitgegeven dan voorzien;

– een onderuitputting van circa € 2 miljoen bij de Inrichting voor Stelselmatige Daders (ISD), veroorzaakt doordat een beperkte realisatie heeft plaatsgevonden op de extramurale ISD-plaatsen;

– een toevoeging van € 6,1 miljoen aan de bijdrage aan het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) in verband met een toename van de productieaantallen bij het CJIB (met name stijging aantal WAHV-sancties van begroot 10,3 miljoen zaken naar 12,8 miljoen zaken). Hierbij is rekening gehouden met het uitstel van de invoering van de bestuurlijke boete fout parkeren;

– een toevoeging van € 1,6 miljoen aan de bijdrage aan het CJIB voor de uitvoering van diverse projecten, waaronder de systeemvernieuwing van het CJIB;

– extra bijdrage aan het CJIB voor onder meer het slachtofferloket, buitengebruikstelling voertuigen en kosten voor de Gemeentelijke Basis Administratie (€ 3,9 miljoen).

Ontvangsten

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– een meevaller bij ontnemingszaken van € 10,8 miljoen mede als gevolg van de taakuitbreiding van het Bureau Ontnemingswetgeving Openbaar Ministerie (OM);

– een meevaller bij het OM van € 17,8 miljoen waarvan € 15,1 miljoen reeds toegelicht bij 2e suppletoire begroting 2007 (TK 31 290, nr. 1). De ontvangsten betreffen personeelsgerelateerde ontvangsten (met name ziektegelden en UWV-ontvangsten) en ontvangsten voortvloeiende uit de reguliere bedrijfsvoering (bijvoorbeeld inruil voertuigen);

– ontvangsten (€ 67,2 miloen) voortgekomen uit de afrekening in 2007 van de bijdrage van het moederdepartement aan DJI over het jaar 2006;

– extra ontvangsten van € 5,6 miljoen als gevolg van afrekeningen van subsidies uit voorgaande jaren bij de Reclasseringsinstellingen;

– de toename van de productieaantallen bij het CJIB, waardoor de ontvangsten uit boeten en transacties naar boven zijn bijgesteld met een bedrag van circa € 8,4 miljoen. De toename betreft met name een stijging van de WAHV-sancties naar 12,8 miljoen zaken.

Operationele doelstelling 13.1

Het bewerkstelligen van een doeltreffende preventie van criminaliteit.

Doelbereiking

Aanpak van Geweld

Driekwart van de maatregelen uit het Actieplan Geweld (TK 28 684, nr. 65) is inmiddels uitgevoerd. In 2007 lag het accent op de bestrijding van risicofactoren (alcohol, media en wapenbezit), het bevorderen van een effectieve aanpak en de verdere verspreiding van gedragscodes en bemiddelingsprojecten. Enkele resultaten betreffen de uitvoering van de bewustwordingscampagne «Loop jij wapenvrij», drie pilots waarbij registratie heeft plaatsgevonden van alcohol- en drugsgebruik bij geweld en de lancering van de Kijkwijzer-website «Bekijk het maar».

Bedrijfsleven

De projecten legitimatiefraude, heling, winkelcriminaliteit en horecabranche worden, met enige vertraging, naar verwachting begin 2008 afgerond. Deel 1 en 2 van de Actieplannen Veilig Ondernemen (TK 28 864, nrs. 24 en 53) liggen beiden op koers. Naar verwachting worden de projecten eind 2008 afgerond. De uitvoering van de projecten van het Actieplan Veilig Ondernemen deel 3 is volgens plan eind 2007 gestart.

Integriteit

Naar aanleiding van de evaluaties van BIBOB (Bevordering Integere Besluitvorming Openbaar Bestuur) en de Verklaring omtrent gedrag (VOG) is een start gemaakt met de uitvoering van de maatregelen, zoals een elektronische verklaring omtrent gedrag. De beleidsregels VOG zijn aangepast aan de hand van een evaluatie en het screeningsbeleid zal aangescherpt worden op ondere andere zedendelicten.

Regelgeving voor het project Herziening toezicht rechtspersonen is vertraagd, omdat het testen van het nieuwe werkproces meer tijd vergt dan verwacht.

Kansspelen

De consultatie van het wetsvoorstel tot algehele herziening van de Wet op de kansspelen is afgerond en de reacties op het wetsvoorstel worden verwerkt. Volgens planning zal het wetsvoorstel in het najaar van 2008 aan de Tweede Kamer aangeboden worden.

Meetbare gegevens

Dienst Justis 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Verklaring van Geen Bezwaar inzake nieuwe statuten en wijziging statuten vennootschappen       
Aantal beslissingen68 04264 00172 78185 39788 85685 0003 856
Doorlooptijd schriftelijke en elektronische aanvragen % in 6 dagen955052837095– 25
        
Verzoeken tot geslachtsnaamwijziging       
Aantal beslissingen (inclusief buiten behandeling stelling)2 1653 0204 6193 0543 3032 600703
Doorlooptijd: % binnen 6 maanden6174788985805
        
Aanvragen BIBOB       
Aantal adviezen0517112719716037
Doorlooptijd % binnen 8 wekenn.v.t.n.v.t.73148100– 92
        
Aanvragen VOG       
Aantal beslissingen Natuurlijke Personen0120 277258 083277 720370 029250 000120 029
Doorlooptijd: % binnen 4 weken09995100n.v.t.*n.v.t.*n.v.t.*
Doorlooptijd: % binnen 3 weken    98953
Aantal beslissingen Rechtspersonen05421 0242 1373 04320001 043
Doorlooptijd % binnen 4 wekenn.v.t.99951009095– 5

* Vanaf 2007 is de norm voor de doorlooptijd bijgesteld van 4 naar 3 weken.

Toelichting

Verklaring van Geen Bezwaar (VvGB)

In 2007 is de productie ruimschoots gehaald. De realisatie ten aanzien van de beslissingen is hoger dan begroot als gevolg van de groeiende economie. Door deze groei zijn er meer verzoeken tot oprichting van een vennootschap ingediend. De doorlooptijden zijn achtergebleven bij de norm door personeelswisselingen in verband met de voorbereiding op de invoering van het Herzien Toezicht Rechtspersonen (HTR). De afspraken, die met de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) zijn gemaakt over de doorlooptijden gedurende piekperioden, zijn nagekomen.

Verzoeken tot geslachtsnaamwijziging

De hogere productie bij naamswijziging heeft te maken met een hoger aantal buitenbehandelingzaken dan begroot. Om onder andere onterechte aanvragen te voorkomen is de nieuwe brochure naamswijziging in gebruik genomen met daaraan gekoppeld een aanvraagformulier. Het beoogde doel het aantal kansloze verzoeken te verminderen is echter nog niet geslaagd. In 2008 wordt naar het hoge aantal kansloze verzoeken een onderzoek gestart.

Bevordering Integere Besluitvorming door het Openbaar Bestuur (BIBOB)

In 2007 zijn de doorlooptijden niet gehaald. De belangrijkste oorzaken hiervan waren de grote instroom adviesaanvragen en tekort aan personele capaciteit om deze instroom te verwerken. Hierdoor zijn achterstanden ontstaan. Uit de evaluatie van de wet BIBOB blijkt dat met name gemeenten in toenemende mate gebruik maken van het instrument BIBOB.

Om de achterstanden weg te werken en de doorlooptijden te verbeteren is personeel aangetrokken. Dit heeft vooral in de laatste vier maanden van 2007 geleid tot meer productie en tot een verbetering van de doorlooptijden (van zes naar twaalf procent binnen de acht weken). Met zowel reeds geworven personeel als een nieuwe wervingsronde die begin 2008 wordt gestart, is de verwachting dat de doorlooptijden verder zullen teruglopen.

Centraal Orgaan Verklaringen Omtrent het Gedrag (COVOG)

De gerealiseerde productie bij Verklaring Omtrent Gedrag natuurlijke personen (VOGnp) en rechtspersonen (VOGrp) ligt 48% respectievelijk 52% hoger dan de in de begroting 2007 gestelde productienorm. Door meer bekendheid van de Verklaring Omtrent Gedrag is er een sterke stijging in het aantal aanvragen.

Dienst JustisRealisatie 2006 Kostprijs (x € 1,–)  Volume  Bedrag (x € 1 000)Realisatie2007 Kostprijs (x € 1,–)  Volume  Bedrag (x € 1 000)Begroting2007 Kostprijs (x € 1,–)  Volume  Bedrag (x € 1 000)
Verklaring van Geen Bezwaar44,0885 3973 76455,5888 8564 93948,5485 0004 126
Aanvragen BIBOB*n.v.t.1271 612n.v.t.1971 750n.v.t.1601 704
Aanvragen VOGnp18,99277 7205 27313,45370 0294 97521,53250 0005 338
Aanvragen VOGrp99,332 13720865,403 043199106,752000213
Verzoeken tot naamswijziging300,263 054917460,632 016929487,432 2001 072
Inschrijvingen in het CTR**3,17321 0961 018n.v.t.n.v.t.n.v.t.n.v.t.n.v.t.n.v.t.
Totaal  12 791  12 792  12 453

* BIBOB is inputgefinancieerd. Om die reden worden geen kostprijzen opgenomen.

** Per 1 januari 2007 is het Centraal Testament Register overgeplaatst naar de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB).

Toelichting

Op basis van de realisatie valt op dat bij de kostprijs van vooral de werkprocessen bij het Centraal Orgaan Verklaringen Omtrent Gedrag door hogere productie een forse efficiency is behaald.

De kostprijs van Verklaring van Geen Bezwaar (VvGB) is hoger uitgevallen in verband met het samenvoegen van de kosten van GSR (Garantstellingsregeling curatoren) en VIV (Vennoot Inlichtingen Verstrekkingen) in de kostprijs van VvGB. De kosten van deze producten (GSR en VIV) zijn echter niet meegenomen in de berekening van de (totale)norm kostprijs VvGB 2007. De drie producten zijn in een werkproces ondergebracht. In 2008 zullen de kosten voor GSR en VIV apart worden weergegeven.

Operationele doelstelling 13.2

Het bewerkstelligen van een effectieve en doelmatige opsporing en de verbetering van de samenwerking in EU verband en op internationaal niveau op het terrein van Justitie en politie

Doelbereiking

Professionalisering en effectiviteit strafrechtelijke keten

Uit de eerste voortgangsrapportage Implementatie programma Versterking Opsporing en vervolging (TK 30 800, nr. 86) blijkt dat de doelstelling om te komen tot een structurele kwaliteitsverbetering van de opsporing en de vervolging is doorgedrongen tot in de haarvaten van de betrokken organisaties. De aandacht voor het vak voelen de professionals als een stimulans. Initiatieven op het terrein van de ketensamenwerking en de daarmee veranderende interfaces gaan gepaard met aandacht voor de interne organisatie en erkenning van het belang van leiderschap en cultuur. Om te bereiken dat alle maatregelen in 2010 zijn ingevoerd is een strakke organisatie noodzakelijk. De organisaties hebben daar inmiddels de structuur en voortgangsbewaking voor aangebracht.

Bestrijden van georganiseerde criminaliteit

Implementatie EU-prioriteiten OCTA

Sinds 2006 worden op basis van het door Europol opgestelde Organized Crime Threat Assessment (OCTA) tussen de EU-lidstaten prioriteiten vastgesteld voor de gemeenschappelijke aanpak van de georganiseerde misdaad. Met het Openbaar Ministerie en politie is in 2007 een plan opgesteld waarbij EU-prioriteiten worden omgezet in concrete, operationele activiteiten op nationaal en internationaal niveau. Belangrijk onderdeel van dit plan is het Nederlandse initiatief om met (een aantal van) de EU-lidstaten (Verenigd Koninkrijk, Ierland, Duitsland, Frankrijk, België, Luxemburg en Nederland) te bezien of er een pilot kan worden ontwikkeld waarbij op één van de Justitie en Binnenlandse Zaken (JBZ)-prioriteiten een samenwerkingsproject opgezet wordt. De eerste besprekingen die in 2007 werden gevoerd met genoemde lidstaten wijzen op een hoge mate van bereidheid aan dit initiatief mee te werken. In 2008 zal het tot een concrete uitvoering moeten komen.

Invoering bestuursverbod bestuurders van rechtspersonen

Het wetsvoorstel met betrekking tot het strafrechtelijke bestuursverbod voor rechtspersonen is in concept gereed en de consultatieronde is afgerond. Punt van discussie is nog de registratie van het verbod in een openbaar register. Die discussie zal in de eerste helft van 2008 worden afgerond. Ook over een civielrechtelijke variant van het bestuursverbod zal in die periode duidelijkheid komen.

Versterken bewustzijn en slagkracht lokaal bestuur

In 2007 is gestart met de uitvoering van het deelprogramma «bestuurlijke aanpak georganiseerde misdaad» dat in 2007 onder verantwoordelijkheid van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) tot stand is gekomen. Het programma bouwt voort op de uitkomsten van de conferentie «bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit» die de ministeries van Justitie, BZK en Financiën in september 2007 in samenwerking met de gemeente Maastricht hebben georganiseerd.

Drugsbestrijding

Versterken van de aanpak van de hennepteelt

Met de notitie Integrale aanpak hennepteelt (TK 24 077, nr. 184) uit 2006 (opgesteld samen met het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) is een verdere impuls gegeven aan deze vanuit de praktijk ontwikkelde methode. Gemeenten fungeren als trekker van deze aanpak, waaraan ook andere belanghebbenden, zoals woningbouwcorporaties en de belastingdienst deelnemen. De dreiging van een breder palet van sancties en maatregelen lijkt effectief te zijn. De in 2007 verrichte onderzoeken «Wereld achter de wietteelt» en «Harde aanpak hete zomer» (TK 24 077, nr. 201) geven hiervan een eerste indicatie.

Daarnaast is in de zes zuidelijke politieregio’s een pilot «Hennepteelt en georganiseerde criminaliteit» opgezet om een effectieve interventiestrategie te ontwikkelen voor het bestrijden van de grootschalige, georganiseerde hennepteelt. De eerste fase van de pilot, die met name was gericht op het verwerven en analyseren van informatie over de achterliggende structuren van de teelt, is in 2007 afgerond.

Handhavingsproject Hektor

Sinds 2001 subsidieert het ministerie van Justitie het project Hektor. Doel van het project was door een integrale aanpak de drugsoverlast in Venlo terug te dringen en de veiligheid en leefbaarheid te vergroten. Als gevolg van een amendement van de Tweede Kamer (TK 30 300, nr. 51) wordt het handhavingsdeelproject tot en met 2009 vanuit het Rijk (Justitie en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) financieel ondersteund. Deze ondersteuning wordt de komende jaren geleidelijk afgebouwd. Naast de handhavingspijler bestaat het project Hektor uit een vastgoedonderdeel gericht op de revitalisatie van delen van de binnenstad en een onderdeel gemeentelijk coffeeshopbeleid.

Grensoverschrijdende aanpak (drugs)criminaliteit

Wetenschappelijk onderzoek heeft uitgewezen dat de bestrijding van criminaliteit in de grensregio’s, sinds het wegvallen van de Europese binnengrenzen, een gerichte aanpak behoeft. Het Beleidsprogramma 2007–2011 (TK 30 891, nr. 4) van het kabinet moedigt daarom grensoverschrijdende operationele samenwerking tussen Justitie en politiediensten aan. Aan Nederlandse zijde speelt het Bureau Euregionale Samenwerking (BES) van de parketten Maastricht en Roermond een belangrijke rol bij de verbetering van de samenwerking met België en Duitsland in de regio Maas-Rijn. In 2007 heeft voor de tweede maal een door het BES georganiseerde strategische conferentie plaatsgevonden waarbij door OM-vertegenwoordigers uit Nederland, België en Duitsland besloten is tot voortzetting van de in het voorgaande jaar benoemde prioriteiten: woninginbraken, drugs en mensenhandel. De verbeterde samenwerking blijkt vooral uit verbetering en intensivering van de informatieuitwisseling bij opsporing.

Voorbereidingswerkzaamheden Joint Investigation Team (JIT)

In 2007 is het project Maritieme Analyse en Operatie Centrum Narcotica (MAOC-N) gestart. MAOC-N vervult een informatieve en coördinerende rol in de operationele samenwerking tussen Spanje, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Italië, Portugal en Nederland bij de bestrijding van de toenemende cocaïnesmokkel ter zee en via de lucht richting West-Afrika en Europa.

Bestrijden van eergerelateerd geweld

De volgende activiteiten hebben in 2007 op dit terrein plaatsgevonden:

– onderzoek is gestart naar aard en omvang van de problematiek;

– voor beroepsgroepen die te maken krijgen met slachtoffers en daders van eergerelateerd geweld zijn opleidingen ontwikkeld;

– minderhedenorganisaties zijn begonnen met trajecten voor bestrijding van eergerelateerd geweld;

– pilots voor de opvang van slachtoffers zijn gestart;

– in Rotterdam is een project gestart om de aanpak van eergerelateerd geweld op lokaal niveau te regisseren.

Hiermee is een brede aanpak ingezet, die langdurige borging van de bestrijding van eergerelateerd geweld mogelijk maakt.

Meetbare gegevens

Dienst Justis200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Particuliere beveiliging en opsporing       
Aantal beslissingen vergunningaanvragen1 050948768681936800136
Doorlooptijd: % binnen 16 weken679091836090– 30
        
Buitengewone opsporingsambtenaren       
Aantal beslissingen BOA6 5125 3935 6835 9046 9556 000955
Doorlooptijd: % binnen 16 weken (verzoek art. 1a)939698827890– 12
Doorlooptijd: % binnen 4 weken (verzoek art. 1b/art. 1c)999999817390– 17
        
Wet Wapens en Munitie/Flora- en Faunawet       
Aantal administratieve beroepen928978603178– 47
Doorlooptijd: % binnen 16 weken28375240075– 75
Aantal verzoeken om ontheffing WWM1931871822071911829
Doorlooptijd: % binnen 12 weken539490954390– 47

Toelichting

Particuliere beveiliging en opsporing (PBO)

In 2007 wijkt de productie af van de raming aangezien er aan het begin van het jaar 2007 een achterstand lag van 2006. Deze achterstand is inmiddels weggewerkt. Dit heeft ook invloed gehad op de doorlooptijden. Verder is het team PBO versterkt met personeel om de kwaliteit van het productieproces te verhogen en de doorlooptijden te verlagen.

Buitengewone opsporingsambtenaren

De werkelijk gerealiseerde productie ligt 16% hoger dan de gestelde norm. Dit heeft te maken met een hogere instroom dan oorspronkelijk was begroot en het wegwerken van achterstanden van 2006.

Wet Wapens en Munitie (WWM)

De achtergebleven productie werd veroorzaakt door een langere doorlooptijd dan geraamd. Hierdoor zijn achterstanden ontstaan. Dit knelpunt wordt naar verwachting in de eerste maanden van 2008 grotendeels opgelost met behulp van extra juridische menskracht.

Dienst JustisRealisatie 2006 Kostprijs (x € 1,–)  Volume  Bedrag (x € 1 000)Realisatie2007 Kostprijs (x € 1,–)  Volume  Bedrag (x € 1 000)Begroting2007 Kostprijs (x € 1,–)  Volume  Bedrag (x € 1 000)
Beslissingen BOA127,205 904751127,006 955883121,296 000728
Beslissingen PBO738,62681503570,21936534580,83800465
Beslissingen WWM2 089,892675582 503,112225561 801,08260468

Toelichting

De kostprijs bij met name het werkproces Wet Wapens en Munitie (WWM) is hoger uitgevallen als gevolg van achtergebleven productie. De achtergebleven productie werd veroorzaakt door stagnatie in de besluitvorming bij het werkproces WWM.

NFI200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Aantal geleverde producten per kerntaak       
Forensisch onderzoek (producten)94 455120 789140 014162 431171 544217 934*– 46 390
Research & Development (uren)39 57641 88566 38959 71077 33066 020*11 310
Kennis en Expertise (uren)15 40719 03231 52966 71043 43725 718*17 719
        
Kostprijs per product       
Forensisch onderzoek (per product)2372462061802052032
Research & Development (per uur)106154121142123145– 22
Kennis en Expertise (per uur)11715019315823016565
        
Het percentage aanvragen afgehandeld binnen de afgesproken tijdNiet bekend7585626185– 24

* Raming zoals opgenomen in hoofdstuk 6 van de Justitiebegroting 2007.

Toelichting

Het totaal aantal gerealiseerde producten is ongeveer gelijk aan de planning. Binnen het totaal zijn er wel afwijkingen. De omvang van het forensisch zaakonderzoek is circa 46 000 lager dan gepland. De oorzaak daarvoor is met name gelegen in de sfeer van DNA-onderzoek. In 2006 en 2007 zijn voor DNA productieverruimende maatregelen genomen die in 2008 effect zullen sorteren.

Het verschil tussen de geplande en gerealiseerde kostprijs voor kennis en expertise is vooral gelegen in de wijze waarop wordt gepland. Dit heeft vooral geleid tot de invoering van een nieuw kostprijsmodel met ingang van 2008. In het nieuwe model worden kosten gekoppeld aan de daadwerkelijk aan met name politie en Openbaar Ministerie geleverde producten.

In 2007 is binnen het NFI een ontwikkeling op gang gebracht die er toe moet leiden dat het aantal producten dat het NFI overeenkomstig de afgesproken datum levert omhoog gaat en dat de gemiddelde levertijd omlaag gaat.

De dominante oorzaak voor het achterblijven van het percentage op tijd afgehandelde aanvragen is gelegen in het feit dat de vraag naar DNA-onderzoek de capaciteit voor DNA-onderzoek bij het NFI fors te boven gaat. Dit heeft geleid tot wachtlijsten en vervolgens tot het overschrijden van geplande levertijden. In 2008 zal dit capaciteitstekort in belangrijke mate zijn verholpen als gevolg van de in 2006 en 2007 gerealiseerde en in 2008 nog te realiseren capaciteitsuitbreiding.

MOT200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Aantal ongebruikelijke transacties177 000174 500181 623172 865214 042184 00030 042
Aantal verdachte transactiesn.b.n.b.38 48134 53145 65640 0005 656

Toelichting

Zowel de aantallen ongebruikelijke als verdachte transacties zijn aanzienlijk hoger uitgevallen dan begroot. De stijging is vooral te wijten aan het gestegen aantal money transfers. Dit komt ten eerste door de meldplicht voor money transfer providers. Zij zijn in 2007, in opdracht van toezichthouder De Nederlandse Bank (DNB), met terugwerkende kracht subjectieve money transfers gaan melden. Een tweede verklaring is te vinden in een geïntensiveerd toezicht bij enkele grote melders. Daarnaast heeft ten minste één grote melder zijn meldmethodiek aangepast, hetgeen eveneens tot meer meldingen heeft geleid. Ten slotte is het mogelijk dat er nog steeds groei zit in de Nederlandse money transfermarkt.

CIOT200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Aantal Opsporingsdiensten434343424243– 1
Aantal Telecom aanbieders10172229644024
Aantal vragen722 000991 2731 220 5181 771 9411 901 0241 700 000201 024
Hit-rate66%–80%77%–84%82%–93%83–93%84%–94%96%– 12% – – 2%

Toelichting

Aangezien door het in werking treden van het gewijzigde besluit Verstrekken gegevens telecommunicatie per 1 september 2006 (Stb 2006, nr. 426) naast telefonie- ook internetbedrijven onder het besluit vallen, heeft 2007 grotendeels in het teken gestaan van het benaderbaar maken van identificerende gegevens van internetbedrijven.

In 2007 heeft het Centraal Informatiepunt Onderzoek en Telecommunicatie (CIOT) een start gemaakt met het aansluiten van de in totaal 150 nieuwe telefonie- en internetbedrijven op het nieuwe informatiesysteem. In 2008 verwacht het CIOT het restant van de 2e de overige telefonie- en internetbedrijven aan te sluiten.

Operationele doelstelling 13.3

Het bewerkstelligen van een effectieve en doelmatige vervolging en verbetering van de samenwerking in EU-verband en op internationaal niveau op het terrein van Justitie en politie.

Doelbereiking

Bestrijden georganiseerde criminaliteit

Nationaal Actieplan Mensenhandel (TK 28 638, nr. 13) en Actieplan Europese Unie (TK 28 638, nr. 19)

De aanpak van mensenhandel is in 2007 onder het programma Versterking Aanpak Georganiseerde Criminaliteit gebracht (TK 29 911, nr. 10). In 2007 is de vijfde rapportage van de Nationaal Rapporteur Mensenhandel verschenen (TK 28 638, nr. 32). De Nationaal Rapporteur constateert dat op een aantal punten nog onvoldoende voortgang is geboekt. De bestrijding van mensenhandel is aangewezen als één van de EU-prioriteiten in de strijd tegen de georganiseerde criminaliteit. Daarnaast is in EU-verband verder gewerkt aan de implementatie van de actiepunten uit het EU-Actieplan van december 2005.

De aanpak van mensenhandel is benoemd tot één van de prioriteiten van het Openbaar Ministerie en politie. Met behulp van de programmatische aanpak wordt de strafrechtelijke aanpak van mensenhandel verder versterkt en verbreed. In de B9 regeling uit de Vreemdelingencirculaire is een aantal verbeteringen doorgevoerd. Op 18 oktober 2007 vond de eerste EU-dag tegen mensenhandel plaats, die met name gericht was op vergroting van bewustzijn van mensenhandel. Daarnaast zijn samenwerkingsverbanden aangegaan met de belangrijkste herkomstlanden van slachtoffers, zoals Roemenië en Bulgarije.

Project prostitutie/mensenhandel en Stichting tegen Vrouwenhandel

Het project prostitutie/mensenhandel van de politie is opgegaan in de Landelijke Expertgroep Mensenhandel en financiële ondersteuning van het project is beëindigd. Justitie subsidieert Comensha (voorheen de Stichting tegen Vrouwenhandel) die taken verricht op het gebied van registratie van slachtoffers van mensenhandel, opvang en ketenaanpak, terugkeer en reïntegratie, informatie, advies en voorlichting.

Aansluiting bestuur en zorg

De regie op de samenwerking tussen de straf-, bestuurlijke- en zorgketen heeft praktisch vorm gekregen binnen de casusoverleggen en de Veiligheidshuizen. Hiernaast is gewerkt aan formele kaders voor de regierol van gemeenten. Daartoe is het conceptwetsvoorstel gemeentelijk veiligheidsplan in consultatie gegeven. In de Wet op de jeugdzorg zal een verplichting worden vastgelegd dat gemeenten sluitende, wederkerige afspraken rond coördinatie van zorg moeten maken met de betrokken ketenpartners.

Effectiviteit strafrechtelijke keten

Outputafspraken met politie

In 2007 is het Landelijke Kader Nederlandse Politie 2007 (LKNP 2007) uitgevoerd. Het LKNP 2007 vindt zijn basis in het voormalige Veiligheidsprogramma en is grotendeels een voorzetting geweest van het LKNP 2003–2006. Onderdeel van het LKNP 2007 is de afspraak dat de regionale politiekorpsen korpsen in 2007 40 000 meer verdachten aan het OM aanleveren dan in 2002. In 2007 zijn daarnaast de landelijke prioriteiten politie 2008–2011 door de Minister van Justitie en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vastgesteld. De landelijke prioriteiten zijn meer kwalitatief van aard en sluiten aan bij de prioriteiten van het huidige kabinet, zoals verwoord in het programma Veiligheid begint bij Voorkomen (VbbV). Wel is in de landelijke prioriteiten 2008–2011 een kwantitatieve resultaatsafspraak over het aantal aan het OM aan te leveren verdachten opgenomen.

Verbetering samenwerking parketten

De regionale samenwerking in de eerste lijn heeft een extra impuls gekregen door dit, via een werkgroep met hoofdofficieren, te faciliteren en verder uit te werken naar een meer concrete beschrijving van zo’n regionale samenwerking.

Versterken van specialistische functies

De regionale samenwerking leidt tot meer continuïteit. Er is een toenemende behoefte aan specialistische deskundigheid. Voor de lokale parketten is het steeds lastiger om dit te organiseren. Door regionale samenwerking is de specialistische deskundigheid versterkt.

Regie strafrechtketen

Het functioneren van de Arrondissementale Justitiële Beraden (AJB’s) is geëvalueerd. De aanbevelingen uit deze evaluatie worden uitgewerkt in verbetervoorstellen. In diverse beleidsprogramma’s heeft al in een vroeg stadium regie plaatsgevonden ten aanzien van de keten. Daarin zijn duidelijke afspraken gemaakt tussen de betrokken organisaties.

Bestrijden van overlast en verloedering

Geïnventariseerd is op welke wijze de rijksoverheid de gemeenten en hun partners kan ondersteunen in de aanpak van overlast en verloedering. De uitkomsten zullen gebruikt worden voor een Actieplan Overlast en Verloedering, dat begin 2008 gereed zal komen (onderdeel VbbV, TK 28 684, nr. 119). Ook hebben de Ministers van Binnenlandse Zaken Koninkrijksrelaties en Justitie het wetsvoorstel Maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast aan de Raad van State gezonden die daar inmiddels over heeft geadviseerd (TK 31 200, nr. 91).

Bestrijden van discriminatie en racisme

Een effectief antidiscriminatiebeleid behoeft een brede aanpak waarbij preventie voorop staat, en een goede samenwerking tussen de ketenpartners, waaronder gemeenten en antidiscriminatiebureaus, van belang is. Om de gezamenlijke aanpak van discriminatie te stimuleren hebben de Ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, in samenwerking met het Openbaar Ministerie en de politie, op 7 juni 2007 de Conferentie Gezamenlijke Aanpak Discriminatie georganiseerd. Op deze conferentie is het belang van een gezamenlijke aanpak door alle betrokken instanties onderschreven en is tot een gezamenlijke intensivering van de aanpak van discriminatie besloten (ziewww.justitie.nl/discriminatievoor de uitkomsten van de conferentie).

Bij de aanpak van discriminatie heeft strafrecht een belangrijke signaalfunctie. Per 1 december 2007 is de nieuwe Aanwijzing discriminatie in werking getreden (Stcrt. 2007, 233).

Uitgangspunt daarin is dat het Openbaar Ministerie een geloofwaardige en betrouwbare bondgenoot is in de strijd tegen discriminatie. Om met effect strafrechtelijk te kunnen optreden is een eenduidig beleid, een goede samenwerking en een actieve opstelling van het Openbaar Ministerie, de politie en andere betrokkenen noodzakelijk.

Meetbare gegevens

Openbaar Ministerie
Productie en prestaties Arrondisementsparketten200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Instroom270 100271 500264 200265 500271 400281 667– 10 267
Minderjarigen30 30033 00035 00035 50037 90036 6171 283
Afdoeningen OM en rechter:276 800269 800262 100267 400251 900281 667– 29 767
– Overdracht aan buitenland200200200200300200100
– Onvoorwaardelijk sepot26 20027 00026 20027 60027 30028 167– 867
% onvoorwaardelijk sepot10109,610,310,110,00,1
– Transactie en voorwaardelijk sepot87 60081 90079 20081 40073 80087 293– 13 493
– Voegen (ter berechting of ad info)13 90014 10012 20011 80011 70013 579– 1 879
– Afdoeningen door de rechter:148 900146 600144 200146 400138 700152 957– 14 257
– Meervoudige kamer (inclusief economisch en militair)15 90016 70014 60013 10013 00015 519– 2 519
– Politierechter (inclusief economisch en militair)121 900117 800117 400120 300112 400126 478– 14 078
– Kinderrechter11 10012 10012 20013 00013 30010 9602 340
Interventiepercentage898989888890– 2
Gemiddelde doorlooptijd instroom-afdoening (in dagen)143128130133133140– 7
% ouder dan een jaar (niet afgedaan)976,6776,0– 1
        
Jeugdzaken       
Doorloopsnelheid jeugd binnen 6 maanden afgedaan (%)637175737780– 3
        
Kantongerechtsappellen       
Instroom1 90070000000
Uitstroom1 50010000000
        
Kantonzaken       
Instroom278 800312 900283 600287 200263 800397 700– 133 900
– Sepot, transacties en voegen124 600138 300124 700112 200104 800180 400– 75 600
– Afdoening door de rechter131 000169 300160 600175 000157 000217 300– 60 300
        
Mulderzaken       
Instroom beroepen OM345 800331 100327 100365 800366 800330 00036 800
Uitstroom beroepen OM375 800339 700324 900362 200376 500330 00046 500
Productie en prestatie Ressortspraketten 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Instroom       
– Rechtbankappellen15 90017 30016 10016 30015 70017 500– 1 800
– Kantongerechtsappellen4 3006 0007 0006 5008 8006 5002 300
– Mulderberoepen1 4001 7001 6001 5001 7001 600100
– Klachten artikel 12 Sv.1 6001 8002 2002 2002 2002 2000
        
Uitstroom       
– Rechtbankappellen13 70014 30018 50018 20016 10017 000– 900
– Kantongerechtsappellen3 1004 6006 9007 8007 9006 5001 400
– Mulderberoepen1 5001 5001 7001 5001 7001 600100
– Klachten artikel 12 Sv.1 7001 7001 6002 2002 3002 200100

Toelichting

Het achterblijven van de instroom ten opzichte van de in de begroting genoemde aantallen heeft te maken met een afname van de criminaliteit. Nederland wordt veiliger, afgaande op lagere slachtofferpercentages in de Veiligheidsmonitor Rijk 2007 van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) (http://www.veiligheidbegintbijvoorkomen.nl/images/ Veiligheidsmonitorrijk2007 tcm 6 281 426.pdf). De instroom van kantonzaken is verder afgenomen. Dit laat zich onder andere verklaren door een belangrijke daling van het aantal zaken betreffende de motorrijtuigenverzekering (Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen). Ook het aantal zaken terzake overtreding van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) neemt nog steeds af. Dit wordt verklaard doordat de laatste jaren veel energie is gestoken in de handhaving van de APV’s, om de overlast in de publieke ruimte terug te dringen.

Voor de WAHV-zaken (Wet-Mulder) is ruimschoots voldaan aan de verwachtingen.

Bij de ressortparketten zijn in 2007 minder zaken ingestroomd dan was begroot. Sturingsmogelijkheden op de instroom zijn gering, vanwege de samenhang met de instroom in de eerste lijn en de afhankelijkheid van rechtspraak en verdachte.

Het is evident dat waar de instroom achterblijft ten opzichte van de prognose, ook de uitstroom niet altijd uitkomt op de aantallen zoals begroot. 

Operationele doelstelling 13.4

Effectieve tenuitvoerlegging van strafrechtelijke sancties en maatregelen.

Doelbereiking

Effectiviteit en toeleiding naar de maatschappij

Nazorg

Ten behoeve van de aansluiting van maatschappelijke vervolgvoorzieningen op detentie zijn in het gevangeniswezen medewerkers maatschappelijke dienstverlening (MMD-ers) aangesteld die onder andere verantwoordelijk zijn voor een screening van gedetineerden op de meest relevante aandachtsgebieden en tijdige overdracht van deze informatie aan gemeenten. Het aantal gemeentelijke coördinatiepunten voor deze overdracht is inmiddels gestegen tot 340. Om invulling te geven aan de kabinetsprioriteit de nazorg verder te verbeteren is een daarop gericht programma (Programma Aansluitende Nazorg) van start gegaan.

Voorwaardelijke Invrijheidstelling

In 2007 is het wetsvoorstel Voorwaardelijke invrijheidstelling behandeld en aangenomen in de Tweede en Eerste Kamer (TK 30 513, nrs. 1 t/m 13). Het wetsvoorstel treedt naar verwachting in de tweede helft van 2008 in werking. In 2007 is de invoering voorbereid door de verschillende ketenpartners met als resultaten onder meer een nadere onderbouwing van de instroom en de financiële en organisatorische consequenties van de invoering van de wet, een ketenprocesmodel, een concept-aanwijzing van het Openbaar Ministerie en een nadere regeling over de besluitvorming over voorwaardelijke invrijheidstelling en de invulling van het toezicht. Tevens zijn voorbereidingen getroffen voor de aanpassing van de informatie- en automatiseringssystemen bij het berichtenverkeer tussen ketenpartners.

Optimalisering voorwaardelijke sancties (OVS)

In 2007 is een verbeterde werkwijze ontwikkeld voor een ruimere en meer effectieve -op persoon en omgeving van de dader gerichte- toepassing van bijzondere voorwaarden bij voorwaardelijke sancties. Deze nieuwe werkwijze heeft betrekking op onder meer advisering, informatie-uitwisseling en tenuitvoerlegging, en wordt vanaf medio 2008 beproefd in de arrondissementen Maastricht, Groningen, Zwolle en Amsterdam. Bij succesvol verloop volgt landelijke invoering eind 2009.

Taakstraffen

Voor de verdere verbetering van de tenuitvoerlegging van werkstraffen is een plan van aanpak opgesteld. Ook zijn voorbereidingen getroffen om te voorkomen dat personen met duidelijke contra-indicaties een werkstraf opgelegd krijgen. Daarnaast is gestart met het verbeteren van de informatievoorziening over werkstraffen tussen de ketenpartners.

Sanctiecapaciteit

Capaciteit gevangeniswezen, detentieconcept Lelystad (DCL) en Elektronische Detentie (ED)

De capaciteit in het gevangeniswezen was het gehele jaar voldoende om in de vraag te voorzien.

De pilot met het detentieconcept Lelystad (zes personen op een cel) is verlengd tot ultimo 2007. Het wetsvoorstel inzake thuisdetentie wordt vanwege de uitgebrachte adviezen van onder meer het Openbaar Ministerie en de rechtspraak opnieuw bezien.

Detentie en Behandeling op Maat

Het concept Detentie en Behandeling op Maat bleek op onvoldoende steun te kunnen rekenen van de medezeggenschap van het gevangeniswezen. Om deze reden alsmede vanwege bijkomende ingrijpende ontwikkelingen zoals de verbetering van de brandveiligheid en de invulling van nieuwe taakstellingen is de veranderopgave opnieuw vormgegeven in het concept Modernisering gevangeniswezen. De Tweede Kamer is hierover geïnformeerd in juli en november 2007 (TK 24 587, nrs. 225 en 226).

Psychiatrische zorgplaatsen

De uitbreiding van 67 zorgplaatsen voor gedetineerden met psychiatrische problematiek in 2007 is niet gerealiseerd door vertraging in de bouwplannen. De uitbreidingsplaatsen binnen het gevangeniswezen betreffen een kwalitatieve herbestemming waarbij reguliere gevangenisplaatsen worden omgezet in zorgplaatsen. Deze extra plaatsen zullen in 2008 worden gerealiseerd. In 2007 is een model voor de intensivering van het forensisch psychiatrisch toezicht ontwikkeld dat in 2008 getest zal worden.

Meetbare gegevens

Gemiddelde capaciteit200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Intramurale capaciteit verdeeld naar:12 99114 46615 05214 95014 81816 220– 1 402
Strafrechtelijke sanctiecapaciteit12 51814 06114 85314 72014 70516 099– 1 394
In bewaring gestelden op politiebureaus405337251341725– 8
VN-cellen6868688484840
Internationaal Strafhof31212120
Bezettingsgraad intramurale capaciteit (%)*97,295,395,283,583,396,2– 12,9
        
Extramurale capaciteit verdeeld naar:336703842848685859– 174
(B)PP (met en zonder ET)322512623652524659– 135
ED14191219196161200– 39
        
Tbs-justitieel verdeeld naar:1 1231 1841 3081 5091 6421 720– 78
Rijks Tbs-klinieken (FPC’s)4734855115685785762
Particuliere Tbs-klinieken (FPC’s)6506997979411 0641 144– 80
Bezettingsgraad Tbs justitieel (%)99,999,896,096,296,296,00,2
        
Tbs niet-justitieel1741851941941941940
        
Aantal rapportages PBC/NIFP**226225222220185233– 48

* Exclusief in bewaring gestelden op politiebureaus.

** Bij de rapportages van het Pieter Baan Centrum/het Nederlands Instituut voor Forensische psychiatrie en psychologie wordt geen onderscheid meer gemaakt in Pro-Justitia en overige rapportages.

Toelichting

Vanwege de verwachte lagere behoefte aan intramurale sanctiecapaciteit is de capacitaire taakstelling 2007 van het gevangeniswezen in de Justitiebegroting 2008 reeds met 1 084 plaatsen neerwaarts bijgesteld voor het jaar 2007. Ten opzichte van deze bijgestelde taakstelling is de gerealiseerde capaciteit 318 plaatsen lager uitgekomen. Ondanks het feit dat de realisatie van plaatsen is achtergebleven bij de raming en de sector ook in 2007 nog te kampen heeft gehad met buitengebruikstelling van plaatsen vanwege te treffen extra brandveiligheidsmaatregelen, is de bruikbare capaciteit in 2007 toereikend gebleken om aan de vraag naar sanctiecapaciteit te kunnen voldoen.

Onder meer als gevolg van extra brandveiligheidseisen is bij een aantal uitbreidingsprojecten van de particuliere Tbs-klinieken (Forensisch Psychiatrische Centra) vertraging ontstaan. Hierdoor is de gerealiseerde productie lager uitgekomen dan de capacitaire taakstelling.

Als gevolg van het buitengebruikstellen van een deel van de capaciteit in verband met te treffen brandveiligheidsmaatregelen zijn door het Pieter Baan Centrum/het Nederlands Instituut voor Forensische psychiatrie en psychologie minder rapporten opgeleverd dan begroot.

Gemiddelde prijs per plaats/per dag (x € 1,–)200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Intramurale capaciteit19118717918119718512
Extramurale capaciteit4967677272711
Tbs justitieel447441435446449463– 14
Gem. prijs per rapportage PBC/NIFP46 65048 50351 82349 19665 31544 80020 515

Toelichting

De dagprijs van de intramurale sanctiecapaciteit komt hoger uit als gevolg van het effect van loon- en prijsbijstellingen, de gepleegde investeringen in (brand-)veiligheidsmaatregelen en de doorwerking van vaste kosten bij een capaciteitsreductie van 1 400 plaatsen.

In de Tbs-sector is vertraging opgetreden bij de nieuwbouwprojecten. Omdat het aandeel van de nieuwbouwcapaciteit in de weging van de gemiddelde prijs relatief hoog is, komt bij het niet of gedeeltelijk realiseren hiervan de gemiddelde prijs lager uit.

De hogere gemiddelde rapportprijs van het Pieter Baan Centrum is het gevolg van de lagere productie door het buitengebruikstellen van een deel van de capaciteit in verband met te treffen brandveiligheidsmaatregelen. Hierdoor zijn de vaste kosten aan een lager aantal gerealiseerde rapporten toegerekend. Daarnaast hebben de loon- en prijsontwikkeling en de extra maatregelen in het kader van brandveiligheid een prijsverhogend effect gehad.

Overzicht reclasseringsproductie 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Productie reclassering: diagnose en advies31 64533 43835 45038 02335 05539 834– 4 779
w.o. RISc**8 97516 52718 51226 943– 8 431
Productie reclassering: toezicht12 14216 16420 66925 64828 97324 3004 673
Productie reclassering: interventies8 92910 67011 17811 76912 12313 102– 979
Capaciteit taakstraffen27 68729 81134 33937 50136 99438 861– 1 867

* De realisatiecijfers 2007 zijn voorlopige cijfers verkregen uit de monitorinformatie

** Product RISc bestaat vanaf 2005

Toelichting

De totale realisatie van de productgroep diagnose en advies blijft achter door een hoge uitval van het product voorlichtingsrapportage. De oorzaak van de hoge uitval wordt in 2008 onderzocht in de werkgroep Monitorinformatie.

Doordat de Recidive Inschattings Schalen (RISc) relatief kort geleden is geïmplementeerd, is het plannen van de juiste vraag lastig. Daarnaast is in de loop van 2007 een volledige koppeling tussen RISc en voorlichtingsrapportages ingevoerd, waardoor de gerealiseerde productie pas in de toekomst zal gaan toenemen.

De hoge productie van toezicht wordt voornamelijk veroorzaakt door een absolute verhoging van het aantal toezichten.

Binnen de productgroep interventies blijft de productie van gedragsinterventies achter. Een aantal nieuwe interventies is op basis van projectfinanciering gesubsidieerd en valt daarmee buiten de productiecijfers. Per saldo is de gerealiseerde productie interventies gestegen ten opzichte van 2006. Voor taakstraffen geldt dat de gevraagde aantallen door de opdrachtgevers achterblijven bij de prognoses in de begroting en de aantallen opgenomen in de subsidiebrieven.

Dienst Justis 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Gratie       
Aantal beslissingen4 6314 5674 1783 8873 2814 000– 719
Aantal voorwaardelijke verleningen821337279205227300– 73
Aantal onvoorwaardelijke verleningen4055151.91775565700– 135
Aantal afwijzingen/buiten behandeling3 1612 9072 4893 000– 511
Doorlooptijd: % binnen 6 maanden40,375808683803
Dienst JustisRealisatie 2006 Kostprijs (x € 1,–)  Volume  Bedrag (x € 1 000)Realisatie2007 Kostprijs (x € 1,–)  Volume  Bedrag (x € 1 000)Begroting2007 Kostprijs (x € 1,–)  Volume  Bedrag (x € 1 000)
Gratie235,993 887917309,553 2811 016262,564 0001 050

Toelichting

De kostprijs Gratie is hoger uitgevallen als gevolg van lagere productie. De oorzaak van de lager uitgevallen productie is de afname van het aantal binnengekomen verzoeken.

CJIB 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
WAHV-sancties       
Aantal10 379 21010 347 76011 028 55211 646 23212 754 00110 300 0002 454 001
Kostprijs3,854,094,074,043,934,22– 0,29
Percentage geïnde zaken binnen 1 jaar94,995,095,195,495,294,50,7
        
Boetevonnissen       
Aantal142 769172 517183 742201 013213 788190 00023 788
Kostprijs39,4944,4544,9543,7445,7743,15– 2,62
Percentage afgedane OH-zaken (onherroepelijk) binnen 1 jaar58,560,663,366,669,062,07,0
        
Transacties       
Aantal667 543672 213675 375672 897624 393670 000– 45 607
Kostprijs6,8613,6713,3813,8216,2214,182,04
Percentage geïnde zaken binnen 1 jaar65,965,564,565,766,965,01,9
        
Schadevergoedingsmaatregelen       
Aantal10 03011 79513 38513 57613 65615 000– 1 344
Kostprijs100,50269,22305,93409,44397,02307,5089,52
Percentage afgedane zaken binnen 3 jaar66,467,069,771,678,870,0– 8,8
        
Ontnemingsmaatregelen       
Aantal1 0211 1861 3111 5141 5391 325214
Kostprijs413,831 102,381 206,461 385,241 787,161 304,68482,48
Percentage afgedane zaken binnen 3 jaar60,260,059,955,150,960,0– 9,1

Toelichting

De productie van de sancties in het kader van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV-sancties) is hoger dan begroot vanwege het uitstel op de invoering van de bestuurlijke boete fout parkeren en de intensivering van trajectcontroles. Bij de boetevonnissen is het aantal zaken dat door betaling is afgedaan toegenomen. Dit uit zich in een hoger afdoeningspercentage. Bij de schadevergoedingsmaatregelen zijn onder meer de effecten van een persoonsgerichte aanpak zichtbaar in een hoger afdoeningspercentage. Het afdoeningspercentage bij de ontnemingsmaatregelen is verder gedaald. De oorzaak is voornamelijk gelegen in de samenstelling van de soort zaken; een groter deel van de zaken betreft een bedrag boven de€ 10 000. Deze zaken zijn lastiger te innen.

Voor de producten waarvan de gerealiseerde aantallen hoger zijn dan begroot is de kostprijs lager uitgekomen dan begroot. Dit komt omdat de vaste kosten over meer producten kunnen worden verdeeld. Bij een lagere productie dan begroot is het effect tegenovergesteld en zijn de kostprijzen gestegen.

Daarnaast geldt voor de ontnemingsmaatregelen dat de gerechtskosten hoger zijn dan begroot. Tevens is er meer personele capaciteit ingezet op zaken met een vordering boven de € 100 000. Hierdoor is de kostprijs gestegen. 

Operationele doelstelling 13.5

Zorg voor slachtoffers van criminaliteit.

Doelbereiking

De beleidsdoorlichting slachtofferbeleid is aangeboden aan de Tweede Kamer (TK 31 101, nr. 1). In vervolg daarop is gestart met de uitvoering van het verbeterplan Slachtoffers centraal dat medio 2008 gereed moet zijn. De uitwerking ziet toe op de kwaliteit van de diensten die aan slachtoffers geboden worden, knelpunten in de schaderegeling en de wijze waarop de zorg voor slachtoffers is georganiseerd. Voor nabestaanden van ernstige delicten is gestart met extra ondersteuning in de vorm van een casemanager bij Slachtofferhulp Nederland.

De evaluatie van het project Herhaald Slachtofferschap is gestart in 2007 en zal in het voorjaar 2008 worden afgerond. Het wetsvoorstel Versterking positie van het slachtoffer in het strafproces (TK 30 143) is in de Tweede Kamer behandeld en is in afwachting van behandeling in de Eerste Kamer.

Meetbare gegevens

SHN/SGM 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Aantal geholpen slachtoffers SHN92 16196 21397 847101 674130 000100 00030 000
Aantal beslissingen SGM4 9007 2506 5716 2307 7768 000– 224

Toelichting

De verklaring van de toename van het aantal geholpen slachtoffers is tweeledig. Enerzijds wordt de stijging verklaard uit een herziene wijze van registreren veroorzaakt door de ingebruikname van een nieuw registratiesysteem. Anderzijds vindt in meer gevallen doorverwijzing door de politie naar Slachtofferhulp Nederland (SHN) plaats. Het genoemde aantal voor 2007 betreft overigens de voorlopig door SHN geregistreerde omvang.

Operationele doelstelling 13.6

Kwalitatieve goede beleids- en uitvoeringskaders ten behoeve van terrorismebestrijding gericht op het zoveel mogelijk voorkomen van terroristische aanslagen in Nederland, alsmede het op voorhand beperken van schade als gevolg van een mogelijke terroristische aanslag.

Doelbereiking

Verzamelen van informatie en uitvoeren van analyses

In 2007 is het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland (DTN) volgens planning vier keer verschenen. In maart 2007 is daarbij het algemene dreigingsniveau voor het eerst in de geschiedenis van de NCTb gewijzigd: van substantieel naar beperkt.

Ontwikkelen van beleid en strategie

(Inter)nationaal

In 2007 is een internationale conferentie «Countering radicalisation: perspectives and strategies from around the globe» georganiseerd. Een belangrijk resultaat van de conferentie is de expliciete erkenning dat binnen de islamitische wereld sprake is van een radicaliseringsvraagstuk waarvoor oplossingen nodig zijn. De conclusies worden bij beleidsontwikkeling op het terrein van radicalisering betrokken. Nederland is gevraagd een voorhoederol te spelen in het verdere implementatietraject van de VN-strategie op dit gebied.

In 2007 is een eerste beleidskader ontwikkeld van omgang met het salafisme. Een samenvatting daarvan is aan de Tweede Kamer verzonden (TK 29 754, nr. 108). In het komende jaar richt de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTb) zich op verdere ontwikkeling en uitwerking van dit beleidskader. Op basis van de uitkomsten van onderzoek naar deradicalisering zal bekeken worden of hiervoor beleid kan worden ontwikkeld.

Personenscanner

Alle 15 personenscanners op Schiphol zijn in 2007 succesvol geïnstalleerd en in gebruik genomen. Dit op basis van een eerder gehouden proef met positieve bevindingen.

Regie, coördinatie en samenwerking

Alerteringssysteem terrorismebestrijding

In 2007 zijn conform planning 14 sectoren aangesloten op het Alerteringssysteem Terrorismebestrijding. Het Alerteringssysteem Terrorismebestrijding is een waarschuwingssysteem voor overheid en bedrijfsleven. Het systeem waarschuwt operationele diensten en bedrijfssectoren in geval van een verhoogde dreiging. Op die wijze kunnen snel maatregelen worden genomen die het risico op een aanslag verkleinen of de gevolgen ervan beperken.

Chemische, Biologische, Radiologische en Nucleaire - Terrorisme (CBRN-Terrorisme)

In 2007 waren de activiteiten met name gericht op het versterken van de beveiliging en respons in samenwerking met ministeries en onderzoeksinstellingen waar CBRN materiaal ligt opgeslagen. Ten aanzien van de zelfgemaakte explosieven worden maatregelen genomen, in samenwerking met diverse markt- en overheidspartijen, teneinde de verkrijgbaarheid van prioritaire stoffen te verhinderen. Daarnaast heeft eind november 2007 binnen EU-verband, in samenspraak met het Portugees voorzitterschap van de Europese Unie en de Europese Commissie, een internationale conferentie plaatsgevonden over het versterken van CBRN-veiligheid in de Europese Unie.

Project cameratoezicht

Een herijking van het programma heeft plaatsgevonden in de tweede helft van 2007 waardoor verdieping en verscherping van de focus heeft plaatsgevonden.

Bij de opzet van het cameraproject is een onderscheid gemaakt tussen de verantwoordelijkheid van de overheid en de verantwoordelijkheid van de bedrijven uit de Openbaar Vervoer-sector. Deze bedrijven hebben een belangrijke eigen verantwoordelijkheid voor veiligheid in het openbaar vervoer. Dat geldt niet alleen voor sociale veiligheid, maar ook voor andere vormen van veiligheid, waaronder ook terrorismebestrijding. Hiermee wordt de lijn voortgezet die door de regering is uitgezet in de nota Naar een Veiliger Samenleving en die verder is uitgewerkt in het aanvalsplan sociale veiligheid voor het openbaar vervoer.

Langs dezelfde lijnen is ook het cameraproject opgezet. De verantwoordelijkheid van de sector voor veiligheid is uitgangspunt en de overheid zorgt voor afstemming, ondersteuning en aansturing. De overheid heeft een eigen verantwoordelijkheid ten aanzien van preventie en opsporing. Het programma heeft ook ten doel om na te gaan of cameratoezicht in het openbaar vervoer deze eigen verantwoordelijkheid van de overheid beter kan ondersteunen.

Internet

In 2007 is het monitorproject internet afgerond. Het project heeft informatie opgeleverd over de aanwezigheid, aard en verspreiding van Nederlandstalige jihadistische teksten op het Internet. Daarnaast is onderzoek verricht naar de dynamiek van Internetfora van (jonge) Nederlandstalige moslims, in het bijzonder naar de dynamiek van gebeurtenissen in Nederland of de rest van de wereld naar aanleiding waarvan reacties op jihadistische internetpagina’s te verwachten zijn.

Aanpak radicaliseringshaarden

In 2007 zijn, in betrokken gemeenten, door de burgemeester pro-actief gesprekken gevoerd met de imam. De toon en inhoud van deze gesprekken waren confronterend van aard. Tussen de NCTb en gemeenten is op structurele wijze wederzijds informatie uitgewisseld over een maatgerichte aanpak. De aanpak was daarbij steeds situationeel, afhankelijk van de specifieke context in de betreffende gemeente. In onderlinge samenwerking met onder andere het Openbaar Ministerie (OM), de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD), de programmaminister voor Wonen, Wijken en Integratie (WWI), de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), de Onderwijsinspectie en de politie heeft de NCTb analyses verricht van mogelijke bestuurlijke, vreemdelingenrechtelijke, strafrechtelijke en/of civielrechtelijke maatregelen. Daarbij werd richting de betreffende haarden steeds duidelijk gemaakt dat zij de volle aandacht van de overheid hadden.

Coördinatie beveiliging rijkshuisvesting

De instrumenten die zijn ontwikkeld voor de interne beveiliging van rijksgebouwen zijn aangeboden aan het Coördinerend Beraad Integrale Beveiliging (CBIB), waarin alle beveiligingsfunctionarissen van de departementen zitting hebben. Verder hanteert het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM) de instrumenten als basis voor de Veiligheidscan van gebouwen.

Communicatie en voorlichting

Het vertrouwen in de overheid als beschermer van de veiligheid tegen terroristische aanslagen is onder het algemeen publiek ongeveer gelijk gebleven in 2007 en schommelt rond de 45%. De doelgroep bedrijfsleven heeft meer vertrouwen in de overheid dan het algemeen publiek. Onder de jongeren is dit vertrouwen iets lager, maar ook constant vergeleken met de eerdere campagnes (in oktober 2007 41% in plaats van 46% algemeen publiek).

Genoemde resultaten zijn geboekt met de publiekscampagne, zoals deze gestart is in februari 2006. De laatste effectmeting in 2007 vond plaats in oktober. De tot dat moment ingezette spotjes bieden een overzicht van welke professionals een bijdrage leveren aan terrorismebestrijding en roepen op tot alertheid. De campagne is in 2007 uitgebreid met een deelcampagne gericht op (de rol van) bedrijven.

Meetbare gegevens

Terrorismebestrijding 2005*Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Volumegegevens     
Dossieronderzoeken51760056050060
      
Financieel     
Totale kosten1 2511 4981 6523 056– 1 404

* De activiteiten zijn rond 1 mei 2005 gestart.

Toelichting

De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) is als organisatie betrokken bij terrorismebestrijding. Diverse onderdelen van de IND hebben in 2007 zowel pro-actief als reactief een bijdrage geleverd aan de bestrijding van het terrorisme in Nederland.

De IND heeft circa 560 dossiers in behandeling genomen. Als gevolg hiervan zijn onder andere verblijfsvergunningen ingetrokken, vreemdelingen ongewenst verklaard en uitgezet. Ook is advies en informatie verstrekt aan ketenpartners en is een bijdrage geleverd aan voorstellen tot aanpassing van het uitvoeringsbeleid.

De IND leverde per kwartaal een bijdrage aan het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland van de NCTb. In 2007 is bovendien onderzoek gedaan in het kader van een meerjarig onderzoeksprogramma terrorismebestrijding in nauwe samenwerking met de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD).

Overzicht onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid

OmschrijvingDoelstellingStartAfgerondVindplaats
Beleidsdoorlichting*    
Opsporing en vervolging13.2 en 13.320071e kwartaal 2008TK 31 101, nr. 3
Tenuitvoerlegging strafrechtelijke sancties13.420071e kwartaal 2008Nog niet bekend
Slachtofferzorg13.520061e kwartaal 2007TK 31 101, nr. 1
     
Effectenonderzoek ex post    
Evaluatie Wet Bevordering IntegriteitsBeoordelingen door het Openbaar Bestuur (BIBOB)13.120052007www.wodc.nl
DNA-veroordeelden13.220052007www.wodc.nl
Evaluatie beginselenwet verpleging Tbs-ers en Wet Fokkens13.320072008www.wodc.nl
Effectevaluatie Strafrechtelijke Opvang Verslaafden (SOV)13.320022007www.wodc.nl
     
Overig evaluatieonderzoek    
Samenspannen tegen XTC eindmeting13.1 en 13.220052007www.wodc.nl
Aanpak van de criminele organisaties achter de wietteelt: nulmeting13.1 en 13.220052007www.wodc.nl
Trendrapportage positie slachtoffers mensenhandel13.220062007www.wodc.nl
Onderzoek naar georganiseerde criminaliteit op de Bovenwindse eilanden13.320042007www.wodc.nl
Evaluatie opheffing bordeelverbod13.320062007www.wodc.nl
Uitvoering reclasseringsproduct toezicht13.320052007www.wodc.nl
Penitentiair ziekenhuis13.320062007www.wodc.nl
Landelijk onderzoek naar de aard en omvang van huiselijk geweld deelproject 113.320072007www.wodc.nl
Monitor veelplegers (diverse deelonderzoeken)13.420062007/2008www.wodc.nl
Voorstudie naar kosten en baten van detentiebeleid13.420052007www.wodc.nl
International Comparisons of Reconviction rates13.420052009 (tussenrapportage 2006)www.wodc.nl
Knelpunten en moeilijkheden die slachtoffers ervaren in het kader van de schaderegeling13.520062007www.wodc.nl

* De in de begroting 2007 geplande beleidsdoorlichting terrorismebestrijding is niet doorgegaan. De activiteiten van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding laten zich nauwelijks vertalen in kwantificeerbare gegevens. Voor kwalitatief meetbare gegevens wordt verwezen naar de periodieke voortgangsrapportage terrorismebestrijding waarin een beeld wordt geschetst van de stand van zaken van het terrorismebeleid in Nederland.

14 Jeugd

Realisatie begrotingsuitgaven Justitie € 5 925,3 miljoenArt. 14 Jeugd 13,5%

kst-31444-VI-1-7.gif

Beleidsdoelstelling 14

Het beschermen van jeugdigen tegen aantasting van een goede opvoedings- en leefsituatie, en het bestrijden en voorkomen van jeugddelinquentie.

Doelbereiking en maatschappelijke effecten

In 2007 was sprake van de volgende maatschappelijke effecten:

– de nieuwe werkwijze in de jeugdbeschermingsketen, waarmee de doorlooptijden voor besluitvorming en start hulpverlening worden bekort, is gereed voor landelijke invoering;

– de aanpak van huiselijk geweld vindt steeds meer maatschappelijke weerklank;

– door de Tweede Kamer is een voorstel aangenomen tot wijziging van boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met verkorting van de adoptieprocedure. Daarbij is meegenomen de wijziging van de Wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie, waardoor onder meer interlandelijke adoptie door echtgenoten van hetzelfde geslacht mogelijk zal worden;

– er zijn zes gedragsinterventies voor jeugdigen door de landelijke erkenningscommissie (voorlopig) erkend.

Externe factoren

Het kabinet stimuleert dat de uitvoerende organisaties op het gebied van jeugdbescherming en de aanpak van jeugdcriminaliteit gezamenlijk in een zo vroeg mogelijk stadium bedreigende situaties voor jeugdigen signaleren en passende maatregelen treffen. Om de doelstelling te realiseren is Justitie (in geval van jeugdbescherming betreft dit de programmaminister voor Jeugd en Gezin) mede afhankelijk van optreden van en samenwerking met gemeentelijke overheden en overige belanghebbenden, als bijvoorbeeld de bureaus jeugdzorg. Voor het uiteindelijk te bereiken resultaat spelen persoonlijkheids-, gezins-, en omgevingskenmerken een rol die door het Rijk slechts ten dele beïnvloedbaar zijn.

Budgettaire gevolgen van beleid x € 1 000
 20042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Verplichtingen733 538704 076501 8491 015 149788 624226 525
       
Waarvan garanties80 83887 10083 94380 67383 943– 3 270
       
Programma-uitgaven725 582713 583732 505802 018788 62413 394
       
14.1 Uitvoering jeugdbescherming275 915277 572305 215339 487330 6668 821
14.1.1 RvdK – civiele maatregelen104 303109 331115 935115 593104 30111 292
14.1.2 LBIO5 0845 6473 2654 2064 000206
14.1.3 Bureaus jeugdzorg158 799150 749171 814205 096182 41022 686
14.1.4 Overig7 72911 84514 20114 59239 955– 25 363
       
14.2 Tenuitvoerlegging justitiele sancties jeugd352 412370 666391 810442 739424 31118 428
14.2.1 DJI – jeugd283 852293 884299 075337 872320 43417 438
14.2.2 RvdK – strafzaken23 72327 87731 28345 55638 0947 462
14.2.3 HALT10 07511 23311 76111 74212 141– 399
14.2.4 Bureaus jeugdzorg – jeugdreclassering34 76237 67249 69147 56953 642– 6 073
       
14.3 Voogdij amv’s97 25565 34535 48019 79233 647– 13 855
14.3.1 NIDOS – opvang74 82849 91225 50011 99823 875– 11 877
14.3.2 NIDOS – voogdij22 42715 4339 9807 7949 772– 1 978
       
Ontvangsten21 0739 97818 44211 83815 263– 3 425

Financiële toelichting

Verplichtingen

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– het vastleggen van de verplichting van de doeluitkering 2007 heeft pas in 2007 plaatsgevonden, in plaats van voor aanvang van het kalenderjaar. Eind 2006 heeft de vaststelling van de doeluitkering 2007 niet plaats kunnen vinden vanwege het feit dat bijna geen provincie tijdig kon voldoen aan alle vereisten die zijn gesteld voor het aanvragen van de doeluitkering. Hierdoor is het verplichtingenkader 2007 belast met twee uitvoeringsjaren (2007 en 2008);

– de overdracht van opvangvoorzieningen van Nidos naar het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) (€ 8,9 miljoen) en de dalende instroom van alleenstaande minderjarige vreemdelingen (€ 5,4 miljoen).

Naast bovengenoemde punten wordt verwezen naar de toelichting zoals opgenomen bij de uitgaven.

Uitgaven

Operationele doelstelling 14.1

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– extra uitgaven door de uitvoering van de projecten in het kader van het programma Beter Beschermd en kwaliteit van leerstraffen en de ontwikkeling van gedragsbeïnvloedende maatregelen (€ 1,5 miljoen);

– een tegenvaller in de ICT-kosten bij de Raad voor de Kinderbescherming (€ 2,5 miljoen);

– de groei van het aantal zaken beschermingsonderzoek met 13% bij de Raad voor de Kinderbescherming (€ 5 miljoen);

– een overheveling naar operationele doelstelling 14.2 ten behoeve van casusregie en basisonderzoeken (€ 5 miljoen);

– extra middelen die het kabinet heeft uitgetrokken om de provincies en grootstedelijke regio’s te compenseren voor de toename van het aantal jeugdbeschermingszaken (€ 15 miljoen);

– diverse begrotingsmutaties in het kader van de uitvoering van het actieprogramma Jeugd terecht. In de loop van 2007 is op basis van concrete plannen van de diverse betrokken Justitieorganisaties een bedrag van in totaal € 9,8 miljoen overgeheveld naar de desbetreffende operationele doelstellingen. Het ging daarbij onder meer om middelen ten behoeve van het instandhouden van het Justitieel casusoverleg door het Openbaar Ministerie en de Raad voor de Kinderbescherming, de verbetering van de kwaliteit van de basis raadsonderzoeken en projecten bij de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI);

– een overheveling naar DJI inzake forensische diagnostiek op operationele doelstelling 14.2 (€ 3,3 miljoen);

– een overheveling naar het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid inzake een bijdrage in de zogeheten campussen voor de intensieve scholingstrajecten van probleemjongeren (€ 1 miljoen);

– een bedrag van € 7,1 miljoen is onbesteed gebleven. De oorzaak hiervan is dat in het jaar 2007 geen nieuwe acties in gang zijn gezet in afwachting van de vervolgaanpak jeugdcriminaliteit als onderdeel van pijler V. Voorts is een aantal acties vertraagd, te weten de gedragsbeïnvloedende maatregel (vertraging wetgeving), de uitbreiding van de nazorg en de eventuele gevolgen van de invoering van het handboek methode jeugdreclassering.

Operationele doelstelling 14.2

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– in het kader van de kabinetsreactie op het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid zijn additionele gebouwelijke en organisatorische maatregelen getroffen om de brandveiligheid van justitiële inrichtingen te verbeteren. Ter financiering van deze maatregelen is de bijdrage aan DJI verhoogd met € 17,4 miljoen;

– in het kader van de systematiek van outputfinanciering is, vooruitlopend op de definitieve afrekening, de bijdrage aan DJI met € 1,2 miljoen verhoogd ter financiering van extra gerealiseerde plaatsen boven de capacitaire taakstelling;

– omdat de implementatie van de kwaliteitsverbetering van de PIJ-maatregel vertraging heeft opgelopen, is de bijdrage aan DJI neerwaarts bijgesteld met € 9,7 miljoen;

– in verband met de groei van het aantal jeugdigen in de Justitiële Jeugdinrichtingen is € 1,6 miljoen overgeboekt naar het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen ten behoeve van het verzorgen van onderwijs;

– ter compensatie van de transitiekosten die optreden bij de inrichtingen uit de eerste tranche van de scheiding straf en civiel is € 1,8 miljoen overgeboekt door het programmaministerie voor Jeugd en Gezin;

– achterblijven van de verwachte groei in het aantal zaken jeugdreclassering (€ 6,1 miljoen);

– een overheveling van operationele doelstelling 14.1 ten behoeve van casusregie en basisonderzoeken (€ 5 miljoen).

Operationele doelstelling 14.3

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door de overdracht van opvangvoorzieningen van Nidos aan het COA (€ 8,9 miljoen) en de dalende instroom van alleenstaande minderjarige vreemdelingen (€ 5,4 miljoen).

Operationele doelstelling 14.1

Effectieve bescherming van jeugdigen, tegen voor hun opvoeding en ontwikkeling bedreigende situaties, met inzet van juridische dwangmiddelen, en de zorgvuldige behandeling van internationale kinderbeschermingszaken.

Doelbereiking

Jeugdbescherming

Het programma Beter Beschermd valt sinds het aantreden van het kabinet Balkenende IV onder de primaire verantwoordelijkheid van de programmaminister voor Jeugd en Gezin. In 2007 is besloten het programma Beter Beschermd tot eind 2008 door te laten lopen. De Tweede Kamer heeft op 16 november 2007 een brief ontvangen waarin over de ontwikkelingen in de jeugdbescherming en het programma Beter Beschermd wordt gerapporteerd (TK 31 001, nr. 37).

Op basis van de uitkomsten van de in 2006 gestarte proefprojecten met als doel het optimaliseren van de werkprocessen in de keten is een nieuwe werkwijze voor de jeugdbeschermingketen ontwikkeld en is een nieuwe normtijd voor het inzetten van kinderbeschermingsmaatregelen vastgesteld. Vanaf 2008 zal de werkwijze landelijk worden ingevoerd. Dat moet ertoe leiden dat de doorlooptijd voor besluitvorming over inzet jeugdbeschermingsmaatregelen terugloopt van thans circa 320 dagen naar maximaal twee maanden.

Om de effectiviteit van kinderbeschermingsmaatregelen te kunnen meten, is een classificatiesysteem voor de aard van de problemen in de jeugdzorg (CAP) opgesteld en een instrument voor de taxatie van de ernst van de problemen (STEP). CAP wordt naar verwachting in het voorjaar 2008 opgeleverd, STEP eind 2008. Voor STEP betekent dit een vertraging van 1 jaar. Van de uitvoeringsorganisaties moesten in 2007 een veelheid van inspanningen worden gevraagd die niet alle tegelijkertijd konden worden gerealiseerd. De start van de implementatie van beide instrumenten staat halverwege 2008 gepland.

Begin 2007 is met de provincies en bureaus jeugdzorg een convenant afgesloten gericht op een gefaseerde invoering van de nieuwe methodiek voor de gezinsvoogdij (het zogeheten Deltaplan). In 2007 is de scholing en implementatie aangevangen, met als inzet dat eind 2008 de methodiek volledig is ingevoerd en de gemiddelde caseload is teruggebracht van 1 gezinsvoogdijwerker op 15 pupillen. De provincies houden nauwlettend zicht op de ontwikkelingen bij de bureaus jeugdzorg, daarin aangemoedigd door de programmaminister voor Jeugd en Gezin.

In 2007 zijn projecten gestart voor de ontwikkeling van een nieuwe werkwijze voor de uitoefening van voogdijen door respectievelijk de bureaus jeugdzorg en Nidos, en voor het ontwerpen van een bij deze werkwijze passende scholing van de uitvoerende werkers. In beide trajecten, die gericht zijn op het verbeteren van de kwaliteit van de uitvoering, wordt gewerkt aan het theoretisch fundament voor de ontwikkeling van een nieuwe werkwijze. In 2008 worden deze projecten naar verwachting afgerond.

In 2007 is een wijzigingsvoorstel van de kinderbeschermingswetgeving (boek 1 Burgerlijk Wetboek) opgesteld waarmee ruimere mogelijkheden worden gecreëerd voor de uitvoeringsorganisaties om kinderen in problemen goed te kunnen beschermen met maatwerk. Het wetsvoorstel ging eind 2007 in consultatie en zal begin 2008 aan de Raad van State worden voorgelegd.

Huiselijk geweld en jeugdprostitutie

Huiselijk geweld is een van de speerpunten van het kabinet Balkenende IV. Om huiselijk geweld effectief te bestrijden en – waar mogelijk – te voorkomen, is in 2007:

– de invoering van de Wet tijdelijk huisverbod, die naar verwachting in het voorjaar van 2008 in werking zal treden, voorbereid;

– een landelijke publiekscampagne huiselijk geweld uitgevoerd. 75% van het publiek geeft aan een campagne-uiting te hebben gezien. Bij 81% van de mensen is de boodschap (één telefoonnummer en website) overgekomen;

– via de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) zijn gemeenten gestimuleerd om een gerichte lokale aanpak huiselijk geweld te ontwikkelen, hetgeen bij een driehonderdtal gemeenten resultaat heeft gehad;

– op 25 april 2007 is de wijziging van artikel 247 boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, dat betrekking heeft op het verbod op geweld in de opvoeding, van kracht geworden (Stb. 2007, 145).

Jeugdprostitutie

Op basis van het door het landelijk Expertisecentrum jeugdprostitutie opgestelde meerjarenplan jeugdprostitutie is besloten tot voortzetting van dit Expertisecentrum. Uit een enquête onder gemeenteambtenaren en professionals in vijf regio’s bleek dat jeugdprostitutie als een probleem wordt ervaren en specifieke aandacht behoeft. Kennis en expertise zijn door het Expertisepunt gebundeld en gemakkelijk toegankelijk voor professionals en beleidsmakers.

Interlandelijke adoptie

In 2007 heeft de Tweede Kamer een voorstel aangenomen tot wijziging van boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met verkorting van de adoptieprocedure (TK 30 551). Daarbij is meegenomen de wijziging van de Wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie (Wobka) op de volgende in de begroting 2007 aangekondigde onderdelen: 1) de mogelijkheid van adoptie door echtgenoten van gelijk geslacht, 2) verlenging van de geldigheidsduur van een beginseltoestemming en 3) de mogelijkheid tot het afgeven van een beginseltoestemming voor twee kinderen tegelijkertijd.

De wijziging van de Wobka op andere punten is aangehouden in afwachting van de uitkomsten van de in 2007 ingestelde onafhankelijke commissie van deskundigen (commissie Kalsbeek), die in 2008 haar advies uitbrengt over interlandelijke adoptie.

In het kader van het versterken van het toezicht op de adoptieketen en mede onder invloed van recente incidenten is in 2007 met de vergunninghouders interlandelijke adoptie een concept kwaliteitskader vergunninghouders opgesteld en voor commentaar aan de betrokkenen, de Inspectie Jeugdzorg en de Raad voor de Kinderbescherming gezonden. Met de Inspectie Jeugdzorg is een concept toezichtsarrangement opgesteld.

Illegale opneming van buitenlandse kinderen («Illegale adoptie»)

Op het terrein van de illegale opneming van kinderen is vooruitgang geboekt. Met het oog op het voorkomen van dit probleem heeft de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) zijn beleid met betrekking tot het afgeven van een machtiging voorlopig verblijf gewijzigd. Bovendien is door het geven van cursussen de alertheid bij ketenpartners vergroot.

Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen

Het wetsvoorstel Ouderbijdrage, waarin werd voorgesteld de huidige bijdrageregeling op grond van de Wet op de jeugdzorg uit te breiden naar meerdere vormen van jeugdbescherming en strafrechtelijke sancties, is door het kabinet Balkenende IV niet verder in procedure gebracht.

Meetbare gegevens

Raad voor de Kinderbescherming (civiel) 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Aantal afgedane zaken*:       
Beschermingsonderzoek11 94812 66613 91415 94317 56715 5731 994
Scheidings- en omgangsonderzoek7 3367 3696 5176 0735 1876 554– 1 367
Overig civiel, waaronder adoptieonderzoek2 6742 5182 3332 6292 5472 5398
        
Percentage zaken binnen norm voor doorlooptijden:       
Beschermingsonderzoek (norm is 115 dagen)504950535660– 4
Scheidings- en omgangsonderzoek (norm is 135 dagen)514951494760– 13
Overig civiel, waaronder adoptieonderzoek (norm is 105 dagen)575855605760– 3

* Met ingang van 1-1-2007 wordt gerekend in kindzaken in plaats van gezinszaken. Voor de vergelijkbaarheid zijn de jaren 2003 tot en met 2006 omgerekend van gezinszaken naar kindzaken.

Toelichting

Sinds enkele jaren daalt de instroom en daarmee ook de productie van scheidings- en omvangzaken vanwege (de voorbereiding op) de mediation en het verplichte ouderschapsplan in het voorliggende traject. De doorlooptijd bij scheidings- en omgangszaken wordt negatief beïnvloed door de grote druk bij beschermingszaken. Vanwege de ernst van deze zaken wordt prioriteit gegeven aan beschermingsonderzoeken.

De doorlooptijden van de beschermingszaken zijn weliswaar verbeterd ten opzichte van 2006, maar nog niet gebracht op de begrotingsnorm van 60%. Dit is vooral het gevolg van de forse toename van de instroom van zaken. Eind 2007 zijn in het kader van het programma Beter Beschermd nieuwe normen en werkwijzen in de keten vastgesteld, waarmee een aanzienlijke versnelling van de doorlooptijden wordt beoogd.

Jeugdbescherming 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Aantal instroom voogdij*9738238289351 071750321
Aantal instroom voorlopige voogdij*412549607377446600– 154
Aantal instroom ondertoezichtstelling*6 7457 5128 30310 1728 300– 1 872
Percentage maatregelen met een doorlooptijd tot de mededeling aan de jeugdige binnen de norm (7 dagen)**888767100– 33
Percentage maatregelen met een doorlooptijd tot opgesteld plan van aanpak binnen de norm (30 werkdagen)**79332385– 62
Duur OTS in jaren3,33,53,30,2

* In verband met de inwerkingtreding van de Wet op de jeugdzorg worden de cijfers vanaf 2005 geregistreerd van oktober (t-1) tot oktober (t).

** Gebleken is dat slechts een deel van de bureaus jeugdzorg in staat is deze kengetallen te presenteren. Voor de bureaus die deze gegevens wel hebben aangeleverd kan de betrouwbaarheid op dit moment onvoldoende worden vastgesteld. Met de provincies wordt overlegd hoe deze registratieproblematiek tot een oplossing kan worden gebracht.

Toelichting

De verhoogde instroom bij voogdij- en ondertoezichtstellingen kan worden toegeschreven aan de toegenomen aandacht voor jeugdproblematiek en de toegenomen alertheid van professionals.

Interlandelijke Adoptie 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Aantal voorgelichte aspirant-adoptief ouders1 0581 0301 1041 1911 2611 600– 339
Gemiddelde wachttijd voor in behandeling nemen aanvraagbeginseltoestemming (in maanden)21191615150

Toelichting

Het aantal in 2007 voorgelichte aspirant-adoptiefouders ligt lager dan begroot. Een verklaring hiervoor kan worden gevonden in het aantal voorlichtingsgroepen dat in de loop van 2007 naar beneden is bijgesteld, teneinde te voorkomen dat aspirant-adoptiefouders na afronding van de voorlichting vastlopen in de verdere procedure in verband met het lagere aanbod aan adoptiefkinderen.

Operationele doelstelling 14.2

Het bewerkstelligen van een effectieve aanpak van jeugddelinquenten.

Doelbereiking

Programma Jeugd terecht

In 2007 zijn pilots gestart met het Justitieel Casusoverleg Supportsysteem, die in het voorjaar van 2008 worden afgerond waarna de landelijke implementatie start.

De landelijke implementatie van slachtoffer-dadergesprekken waarmee de Stichting Slachtoffer in Beeld (SIB) werd belast, is gerealiseerd. Er zijn voorbereidingen getroffen voor een uitbreiding van de landelijke bemiddelaarspool, (bij)scholing en methodiekontwikkeling.

In 2007 is gestart met de implementatie van en scholing in het Handboek methode jeugdreclassering, dat als doel heeft de jeugdreclassering verder te professionaliseren. De implementatie en scholing zullen in 2008 worden voltooid.

In overleg met de ketenpartners en na consultatie van enkele wetenschappers is op basis van verschillende criminogene factoren bij jongeren het beoogde aanbod aan gedragsinterventies in hoofdlijnen bepaald. In 2007 hebben de ketenpartners gewerkt aan het beschrijven, verbeteren en (door)ontwikkelen van gedragsinterventies. In 2007 zijn vijf gedragsinterventies (voorlopig) erkend door de Erkenningscommissie, waarmee het totaal aan erkende interventies op zes is gekomen.

Eind 2006 is een landelijk (toetsings)kader voor het diagnose-instrumentarium vastgesteld. In 2007 zijn de huidige instrumenten in de jeugdstrafrechtketen aan dit kader getoetst. Met de ketenpartners zijn vervolgens afspraken gemaakt over de wijze van aanpassing van het instrumentarium, die in pilots worden getest.

In het kader van het grote stedenbeleid heeft het Rijk voor het terugdringen van de oververtegenwoordiging van allochtone jongeren in de criminaliteitscijfers gekozen voor een intensivering van de lokale aanpak in de vier grote steden. De extra activiteiten zijn gestart in 2006 en volledig tot uitvoering gekomen in 2007. De verantwoording vindt plaats na afloop van de periode waarover de prestatie-afspraken zijn gemaakt (begin 2010). Tussentijds worden de steden ondersteund via het uitwisselen van best practices onder meer in conferentieverband om hun aanpak te optimaliseren. In 2007 is een conferentie georganiseerd voor de G4 om knelpunten op te lossen. Verder is ten behoeve van de steden kennis (inventarisatie van internationaal onderzoek) over effectieve methoden bruikbaar gemaakt voor de praktijk.

Het wetsvoorstel Gedragsbeïnvloeding jeugdigen is door de Eerste en Tweede Kamer aangenomen en treedt per 1 februari 2008 in werking (Stb. 2008, 23).

Justitiële Jeugdinrichtingen

In 2007 is een wetsontwerp opgesteld voor het aanpassen van de Beginselenwet Justitiële Jeugdinrichtingen. De wijzigingen zijn gericht op vermindering van de bureaucratie, vergroting van de flexibiliteit van het aanbod en verhoging van de kwaliteit van het verblijf.

In 2007 is, mede naar aanleiding van de zorgwekkende uitkomst van de Inspectierapporten van onder meer de Inspectie Jeugdzorg (TK 24 587, nr. 232) en het (onderzoeks)rapport van de Algemene Rekenkamer (TK 31 215, nr. 3), het (kwaliteit)verbeteringsproces bij de Justitiële Jeugdinrichtingen geïntensiveerd. De kwaliteitsverbetering van de PIJ-maatregel is hierin meegenomen. Vooruitlopend op de verkleining van de groepsgrootte zijn de inrichtingen in 2007 gestart met de werving van extra groepsleiders teneinde meer medewerkers per groep te kunnen inzetten. Als gevolg van de forse krapte op de arbeidsmarkt in de jeugdzorgsector en de toenemende vraag naar hoger opgeleid personeel is echter vertraging opgetreden bij de aanstelling van extra groepsleiders. Op grond van een in het najaar van 2007 uitgevoerde arbeidsmarktanalyse is geconcludeerd dat eerst de presentatie van de inrichtingen naar buiten (imago) verbeterd moet worden, alvorens gestart kan worden met een succesvolle wervingscampagne. In 2008 zal dit nader worden uitgewerkt.

Alle ketenpartners onderstrepen het belang van een goede nazorg. In 2007 is gestart met de implementatie van het Verantwoordelijkheidskader Nazorg, waarin de verantwoordelijkheden van de diverse ketenpartners zijn vastgelegd. De activiteiten zijn onder meer gericht op een sluitende informatieoverdracht tussen ketenpartners en gemeenten alsmede op het creëren van de mogelijkheden om nazorg in een vrijwillig kader aan te bieden aan alle jongeren die Justitiële Jeugdinrichtingen verlaten.

Het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet op de jeugdzorg (TK 30 644), dat het mogelijk maakt om civielrechtelijk geplaatste jongeren in een gesloten kader te laten behandelen onder verantwoordelijkheid van de programmaminister voor Jeugd en Gezin, zal in 2008 in werking treden. De eerste tranche Justitiële Jeugdinrichtingen is per 1 januari 2008 overgeheveld naar het programmaministerie voor Jeugd en Gezin. Capaciteit en de bijbehorende middelen zullen gefaseerd in drie tranches worden overgeheveld.

In 2007 zijn de pilots van het programma herstelopvoeding geëvalueerd en is het programma door de Erkenningscommissie Gedragsinterventies Justitie beoordeeld. Verdere doordenking over opzet en uitvoering van deze interventie vindt thans plaats.

In 2007 zijn de Justitiële Jeugdinrichtingen gestart met de deskundigheidsbevordering van medewerkers op het terrein van de signalering en aanpak van vervreemding/radicalisering in de Justitiële Jeugdinrichtingen. Tevens is een meerjarenbeleidskader interculturalisatie gemaakt. In dat kader is ook subsidie verstrekt om deze aanpak binnen de inrichtingen verder te verspreiden.

Naar aanleiding van een onderzoek van de Inspectie Jeugdzorg naar de uitvoering van scholings- en trainingsprogramma (STP) is in 2007 een start gemaakt met de verbetering van de procedures rond en de beschikbaarheid van STP.

Meetbare gegevens

Justitiële Jeugdinrichtingen 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Capaciteit JJI verdeeld naar:2 3262 4952 5812 6742 7682 74523
– Rijks jeugdinrichtingen1 0931 0611 1171 1631 2351 2305
– Particuliere jeugdinrichtingen1 1041 2961 3921 4271 4451 42718
– Inkooppplaatsen129138728488880
Gem. prijs per plaats/per dag (x € 1,–)31129929330132631313
Bezettingsgraad JJI (%)93,792,392,390,887,895,0– 7,2
PIJ-passanten binnen 3 maanden geplaatst na onherroepelijk worden vonnis (in %) 304035,63650– 14
Scholings- en trainingsprogramma’s (extramuraal, substitutie-effect)284758758789– 2
Gem. prijs per plaats/per dag (x € 1,–)3132320

Toelichting

Op grond van het prognose model justitiële ketens (PMJ) en een verwacht uitvoeringsverschil is de capacitaire taakstelling 2007 in de Justitiebegroting 2008 met 31 plaatsen opwaarts bijgesteld tot 2 776 plaatsen. Ten opzichte van de bijgestelde taakstelling is de gemiddelde gerealiseerde capaciteit echter 8 plaatsen lager uitgekomen.

De hogere gerealiseerde dagprijs is voornamelijk het gevolg van de loon- en prijsontwikkeling in 2007, alsmede de extra kosten die zijn opgetreden door de verbetering van de bedrijfshulpverlening (BHV) en gebouwelijke aanpassingen ter verbetering van de brandveiligheid.

De lagere bezetting is grotendeels veroorzaakt door frictieleegstand als gevolg van de vele differentiaties binnen de capaciteit van de Justitiële Jeugdinrichtingen (naar geslacht, aard van de problematiek, mate van beveiliging en dergelijke). Bovendien worden jeugdigen met een strafrechtelijke titel zoveel mogelijk gescheiden geplaatst van jeugdigen met een civielrechtelijke titel. In dit kader is in 2007 bij de plaatsing van pupillen reeds zoveel mogelijk rekening gehouden met de overdracht van 536 plaatsen voor civielrechtelijke geplaatsten naar het gesloten jeugdzorgdomein van het programmaministerie voor Jeugd en Gezin per 1 januari 2008. Deze omstandigheden hebben er ook toe geleid dat de norm voor plaatsing van PIJ-passanten niet is gehaald.

Raad voor de Kinderbescherming 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Aantal afgedane zaken       
Aantal taakstraffen17 26419 06220 05821 84722 40524 670– 2 265
Percentage geslaagde taakstraffen8687868685850
Basisonderzoek Raad22 84928 00531 35331 05334 18833 367821
Vervolgonderzoek Raad3 2003 0782 7712 8422 8572 83621
        
Percentage zaken binnen norm voor doorlooptijden       
Basisonderzoek Raad (norm is 40 dagen)6263666080– 20
Vervolgonderzoek Raad (norm is 115 dagen)73818585805
Taakstraf Raad (norm is 160 dagen)77787980800

Toelichting

Door de hoge instroom van beschermingszaken (zie ook 14.1.1) is de productie van het aantal taakstraffen onder druk komen te staan en lager uitgevallen dan begroot.

Een belangrijke oorzaak voor het teruglopen van de doorlooptijden bij de basisonderzoeken is de verhoogde instroom met name aan de begin van het jaar. Maatregelen die zijn genomen betreffen capaciteitsmanagement, logistieke verbetering van de werkprocessen en het scheiden van spoed en reguliere zaken. Met het programma Beter Beschermd worden andere normen en werkwijzen in de keten en ketenorganisaties ingevoerd, waarmee een aanzienlijke versnelling van de doorlooptijden wordt beoogd.

HALT 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Aantal Halt-afdoeningen22 10421 56622 91322 05523 94126 100– 2 159
– waarvan Stop-reacties1 8071 6831 5971 4371 5262 200– 674
Percentage geslaagde Halt-afdoeningen9093919191910

Toelichting

Het gerealiseerde aantal Halt-afdoeningen en Stop-reacties is lager dan de WODC-prognose die de basis vormde voor de begroting. Inmiddels is het prognosemodel aangepast, waardoor de voorspelbaarheid van de behoefte is verbeterd.

Jeugdreclassering 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Aantal instroom reguliere jeugdreclassering5 8886 4567 6909 159*8 6419 900– 1 259
Aantal instroom ITB Harde kern398378305303294350– 56
Aantal instroom ITB Criem579623652821689725– 36
Percentage maatregelen met een doorlooptijd tot de mededeling aan de jeugdige binnen de norm**687682757
Percentage maatregelen met een doorlooptijd tot opgesteld plan van aanpak binnen de norm**43302660– 34

* Gebleken is dat het realisatiecijfer zoals gepresenteerd in het Departementaal Jaarverslag 2006 (9 846) onjuist is vanwege een onjuiste opgave van een Bureau Jeugdzorg.

** Gebleken is dat slechts een deel van de bureaus jeugdzorg in staat is deze kengetallen te presenteren. Voor de bureaus die deze gegevens wel hebben aangeleverd kan de betrouwbaarheid op dit moment onvoldoende worden vastgesteld. Met de provincies wordt overlegd hoe deze registratieproblematiek tot een oplossing kan worden gebracht.

Toelichting

Bij de WODC-prognose ten behoeve van de begrotingsvoorbereiding 2007 is uitgegaan van een te hoge raming voor de instroom in 2006. Hierdoor is de raming voor 2007 op een te hoog niveau vastgesteld.

Doorlooptijden Jeugdstrafrechtketen% binnen de normtijd voor:Normtijd 2003 2004 2005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil
1e verhoor – haltverwijzing7 dagen314366646780– 13
1e verhoor – ontvangst pv1 maand566771757480– 6
1e verhoor – start halt-afdoening2 maanden626566686380– 17
Melding Raad – rapport basisonderzoek40 dagen486263666080– 20
1e verhoor – afdoening OM3 maanden657375797780– 3
1e verhoor – vonnis ZM6 maanden496058595780– 23
Melding Raad – afronding taakstraf160 dagen7477787980800

Toelichting

In 2007 heeft geen verdere verbetering van de doorlooptijden plaatsgevonden. Met name de doorlooptijd van de Zittende Magistratuur (ZM) blijft achter bij de norm. Er zijn inmiddels drie ontwikkelingen gestart om het verbeterproces een nieuwe impuls te geven. De doorlooptijden zijn onderdeel van de prestatieafspraken 2008–2011 met de politiekorpsen. De Raad voor de rechtspraak start in 2008 met een Programma jeugd, waarvan de versnelling van de doorlooptijden een belangrijk onderdeel is. In het programma jeugdcriminaliteit is in deze kabinetsperiode verkorting van de doorlooptijden opnieuw een actiepunt. De teruggelopen doorlooptijd tussen 1e verhoor – start van de halt-afdoening is met name toe te schrijven aan een viertal Halt-bureaus dat in de afrondende fase van de herstructurering van de Halt-bureaus in 2007 te kampen heeft gehad met problemen in de personele bezetting.

Operationele doelstelling 14.3

Voorzien in de voogdij van alleenstaande minderjarige vreemdelingen.

Doelbereiking

Nieuwe werkwijze voogdij

Ter verbetering van de kwaliteit van de uitvoering van de voogdij heeft Nidos gewerkt aan het theoretisch fundament voor de ontwikkeling van een nieuwe werkwijze van voogdijwerkers. In 2008 wordt dit project naar verwachting afgerond.

Wat de opvang van alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’s) betreft, wordt verder verwezen naar operationele doelstelling 15.2.

Meetbare gegevens

NIDOS 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Aantal amv’s onder voogdij aan het begin van het jaar10 4406 9494 5353 2532 4542 503– 49
Aantal instroom amv’s onder voogdij1 268545412333334350– 16
Aantal uitstroom amv’s onder voogdij4 7592 9591 6941 132801850– 49
Gemiddelde bezetting voogdij8 6955 7423 8942 8542 2212 253– 32
Gemiddelde bezetting opvang door Nidos5 8004 6133 4452 5551 8882 028– 140
Gemiddelde prijs voogdij per amv3 3793 6393 4133 3523 464– 112
Gemiddelde prijs opvang per amv (inclusief voogdij)15 32315 03112 3219 52814 834– 5 306

Toelichting

De daling van de gemiddelde prijs per amv opvang (inclusief voogdij) wordt verklaard doordat per 1 januari 2007 de duurdere woonvoorzieningen (de kinderwoongroepen en kleine wooneenheden) zijn overgedragen van Nidos naar het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA). Hierdoor daalt de gemiddelde prijs van opvang (exclusief voogdij) van € 11 370,– naar € 6 176,–.

De overdracht van deze woonvoorzieningen naar het COA veroorzaakt ook de afwijking bij de gemiddelde bezetting opvang door Nidos. 

Overzicht onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid

OmschrijvingDoelstellingStartAfgerondVindplaats
Effectenonderzoek ex post    
Evaluatie justitiële interventies schoolverzuim14.220052007www.wodc.nl
     
Overig evaluatieonderzoek    
Tenderplaatsen jeugdige veelplegers14.220062007www.wodc.nl

15 Vreemdelingen

Realisatie begrotingsuitgaven Justitie € 5 925,3 miljoenArt. 15 Vreemdelingen 17,9%

kst-31444-VI-1-8.gif

Beleidsdoelstelling 15

Een gereglementeerde en beheerste toelating, verblijf en vertrek uit Nederland of terugkeer, die in nationaal en internationaal opzicht maatschappelijk verantwoord zijn.

Doelbereiking en maatschappelijke effecten

Asiel

In het Coalitieakkoord is opgenomen dat de asielprocedure wordt verbeterd (mede in het licht van de aanbevelingen van de Commissie Scheltema) en versneld en dat daarbij in het bijzonder de regeling van de 48-uursprocedure wordt verbeterd. Ter verbetering van de asielprocedure hebben bilaterale consultaties en een plenaire consultatiemiddag plaatsgevonden met partners in de keten. Ook de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is geconsulteerd. Vervolgens is in 2007 een aanvang gemaakt met het opstellen van een brief aan de Tweede Kamer met een integrale aanpak op het gebied van de asielprocedure, opvang, de aanpak van herhaalde aanvragen en terugkeer.

Regulier

Nederland heeft een modern, selectief migratiebeleid nodig, waarbij de behoeften van de samenleving, de innovatie van de economie en de bijdrage die migranten daaraan kunnen leveren centraal staan. Voor talentvolle migranten die in Nederland komen werken of studeren zijn snelle, eenvoudige toelatingsprocedures nodig. Hiertoe is het projectteam Modern Migratiebeleid gestart met het uitwerken van de beleidsnotitie «Naar een modern migratiebeleid» in een blauwdruk van het nieuwe toelatingsstelsel. Doel hiervan is om tot een gemoderniseerd en goed uitvoerbaar stelsel te komen dat Nederland in staat zal stellen aantrekkelijker te worden voor buitenlandse kenniswerkers en de procedures voor alle migranten zal versnellen en vereenvoudigen. Als gevolg hiervan zal tevens fraude en misbruik van procedures beter kunnen worden bestreden.

Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet

In 2007 is intensief gewerkt aan de totstandkoming van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet. De Regeling heeft betrekking op de vreemdelingen die voor 1 april 2001 asiel hebben aangevraagd en sindsdien in Nederland zijn verbleven en voor wie de vastgestelde contra-indicaties niet gelden. Op 25 mei 2007 zijn de Regeling en het bijbehorende Bestuursakkoord naar de Tweede Kamer verzonden. Op 15 juni 2007 is de uitvoering ter hand genomen welke voorspoedig verloopt.

Terugkeer

In januari 2007 is de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V) operationeel geworden. In de werkwijze van de DT&V staat casemanagement centraal, waarbij een op de persoon gerichte aanpak wordt gevolgd en waarbij de DT&V samenwerkt met de ketenpartners aan het daadwerkelijke vertrek van een niet rechtmatig verblijvende vreemdeling uit Nederland. Als gevolg van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet is de terugkeer van asielzoekers in 2007 sterk gedaald ten opzichte van de voorgaande jaren.

Met de belangrijkste ketenpartners is een beleidsreflectie gehouden over het terugkeerbeleid. Doel van de beleidsreflectie was te bezien op welke wijze de effectiviteit van het terugkeerbeleid vergroot zou kunnen worden. Naar aanleiding van de beleidsreflectie wordt thans een aantal flankerende maatregelen uitgewerkt.

Externe factoren

Internationale samenwerking

In 2007 zijn diverse activiteiten op het gebied van de internationale samenwerking verricht en is gewerkt aan de implementatie van diverse Europese richtlijnen. Genoemd kunnen worden:

– ter bevordering van terugkeer en de Europese samenwerking heeft coördinatie plaatsgevonden van de Nederlandse inzet ten behoeve van de onderhandelingen die in EU- en Benelux-verband worden gevoerd met derde landen over terug- en overnameovereenkomsten;

– in augustus 2007 is begonnen met de implementatie van het Europees Visum Informatiesysteem (EU VIS) in Nederland. In augustus 2007 is richtlijn 2004/82/EG geïmplementeerd (richtlijn passagiersgegevens). Voor het daadwerkelijk kunnen ontvangen van gevraagde passagiersinformatie zullen eerst nog wel technische voorzieningen moeten worden getroffen;

– Justitie heeft in 2007 een bijdrage geleverd bij de (door FRONTEX gecoördineerde) operationele samenwerking tussen de lidstaten om het beheer van de buitengrenzen te optimaliseren;

– Nederland heeft in 2007 vier hervestigingsmissies uitgevoerd naar Tanzania, Syrië, Kenia en Thailand. Uit deze landen zijn respectievelijk Burundezen, Kongolezen, Irakezen, Eritreeërs, Ethiopiërs, Birmezen en «urban cases» uitgenodigd. In totaal zijn er 350 vluchtelingen geaccepteerd die tijdens de missies zijn geselecteerd. In april 2007 heeft de UNHCR in zijn conferentie over de humanitaire noden van Irakese vluchtelingen en ontheemden, landen opgeroepen om Irakese vluchtelingen te hervestigen. Nederland heeft hieraan gehoor gegeven en om deze reden de missie naar Syrië georganiseerd. De UNHCR heeft voorts individuele zaken voorgedragen, waarvan er 184 zijn geaccepteerd in 2007. In het kader van gezinshereniging zijn in 2007 35 personen geaccepteerd. In totaal zijn 569 uit te nodigen vluchtelingen geaccepteerd in 2007.

Coördinatie vreemdelingenketen in samenhang met aansturen uitvoeringsorganisaties en samenwerking met andere ministeries

In juli 2007 is door de Coördinatiegroep Vreemdelingenketen (CGV) het einddocument van het Programma Ketensturing «een nieuw besturingsmodel voor de vreemdelingenketen» vastgesteld. Vervolgens is in september 2007 het project Implementatie Nieuw Besturingsmodel voor de Vreemdelingenketen gestart. De implementatie geschiedt aan de hand van de volgende deelprojecten: meerjarig beleidskader, financieel management, prestatie- & procesmanagement, incidentmanagement, risicomanagement, informatiemanagement en samenwerkingsafspraken. De diverse ketenpartijen die betrokken zijn bij de vreemdelingenketen, zijn vertegenwoordigd in de deelprojecten. Binnen het project Implementatie Nieuw Besturingsmodel voor de Vreemdelingenketen heeft het realiseren van een meerjarig beleidskader (2009–2013) voor de vreemdelingenketen de hoogste prioriteit. In dit beleidskader zullen de beleidsvisie, -doelstellingen en -prioriteiten van de vreemdelingenketen worden opgenomen. De doelstelling van dit besturingsmodel is dat de regie op de vreemdelingenketen wordt verbeterd door meer samenhang aan te brengen in de doelen en werkwijze voor de ketenpartners in de vreemdelingenketen.

Budgettaire gevolgen van beleid x € 1 000
 20042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Verplichtingen1 045 2401 020 771932 6911 082 070757 689324 381
       
Waarvan garanties175 00000070 000– 70 000
       
Programma-uitgaven1 170 0431 099 965973 4001 059 944757 689302 255
       
15.1 Verblijfsrechten vreemdelingen251 106193 262190 159234 089163 85970 230
15.1.1 IND251 106193 262190 159234 089163 85970 230
       
15.2 Opvang gedurende beoordeling verblijf745 724614 239495 244489 987303 617186 370
15.2.1 COA en overige opvanginstellingen729 211598 460478 496473 379293 607179 772
15.2.2 Overige instellingen16 51315 77916 74816 60810 0106 598
       
15.3 Terugkeer vreemdelingen173 213292 464287 997335 868290 21345 655
15.3.1 DJI – vreemdelingenbewaring109 714138 731133 331205 606136 45969 147
15.3.2 DJI – uitzetcentra25 51655 35053 81249 90846 2613 647
15.3.3 IND29 68289 05188 23524 52485 791– 61 267
15.3.4 Overig8 3019 33212 6197 12721 702– 14 575
15.3.5 DT&V48 703048 703
       
Ontvangsten99 074122 376136 40095 84286 0619 781

Financiële toelichting

Verplichtingen

De verschillen tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie 2007 zijn voor wat betreft de verplichtingen in overeenstemming met hetgeen onder de uitgaven wordt toegelicht. Het geringe verschil tussen de realisatie van de verplichtingen over 2007 en de realisatie van de uitgaven 2007 wordt voornamelijk verklaard doordat in 2007 verplichtingen zijn aangegaan die de volgende jaren tot uitgaven leiden en in 2007 uitgaven zijn gedaan waarvoor in 2007 en eerdere jaren verplichtingen zijn aangegaan.

Uitgaven

Operationele doelstelling 15.1

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– de bijdrage aan de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) is verhoogd, omdat de IND per saldo meer heeft geproduceerd dan in de begroting was voorzien (€ 5,8 miljoen). Voor de aantallen wordt verwezen naar de meetbare gegevens onder deze operationele doelstelling;

– de financiering van de vervanging van de informatiesystemen (IND bij de Tijd) om de vernieuwde processen te ondersteunen (€ 5 miljoen);

– een aanvulling van het eigen vermogen van de IND met € 2,1 miljoen. De IND heeft 2006 afgesloten met een negatief eigen vermogen. Conform de gestelde regels is dit negatieve eigen vermogen in 2007 aangevuld tot nul;

– extra uitgaven in verband met de afhandeling van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet (€ 6,9 miljoen), voornamelijk omdat het aantal in 2007 reeds in behandeling genomen dossiers hoger ligt dan eerder was geraamd;

– in 2007 hebben zich onvermijdelijke tegenvallers voorgedaan als gevolg van niet ontvangen leges. De verklaring voor deze tegenvaller is onder andere een vertraagde ophoging van de leges voor naturalisatie. In de begroting waren verder abusievelijk legesopbrengsten opgenomen voor producten waar geen leges voor kunnen worden geheven. Daarnaast bleven de gerealiseerde legesontvangsten achter bij de ramingen. Hierdoor is een deel van de dekking van de productiekosten weggevallen. Dit alles heeft geleid tot een verhoging van de bijdrage aan de IND (€ 31 miljoen);

– een structurele overheveling van operationele doelstelling 15.3 Terugkeer vreemdelingen. Het betreft hier een technische mutatie die wordt veroorzaakt door het budgetteren volgens het kostprijsmodel. De oprichting van Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) betekent een wijziging in de toerekening van de overheadkosten (€ 15,4 miljoen).

Operationele doelstelling 15.2

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– een hogere instroom en een lagere uitstroom dan geraamd bij het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA). De lagere uitstroom wordt voornamelijk beïnvloed door de komst van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet. Door deze ontwikkelingen verloopt de afbouw van de asielopvangcapaciteit door het COA in een trager tempo dan voorzien. Hierdoor is de gemiddelde bezetting bij het COA hoger uitgevallen dan geraamd. Als gevolg hiervan is € 160,2 miljoen meer uitgegeven. Daarnaast zijn de krimpkosten lager uitgevallen dan begroot waardoor ook sprake is van een meevaller van € 7,8 miljoen;

– het eerder beëindigen van het project Terugkeer, waardoor € 6 miljoen minder is uitgegeven;

– het project Beëindiging leefgelden, dat is gericht op de beëindiging van de leefgelden van ex-alleenstaande minderjarige vreemdelingen (ex-amv’s) die door Nidos worden opgevangen, is vertraagd. Hierdoor is € 13,8 miljoen meer uitgegeven. De ex-amv’s maken deel uit van de doelgroep van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet hetgeen ook de aanleiding is van de vertraging. Deze tegenvaller kon gedeeltelijk worden gefinancierd door een afname van het eigen vermogen van Nidos. Hierdoor is € 10 miljoen minder uitgegeven. Per saldo is € 3,8 miljoen meer uitgegeven;

– tevens kon de functie van de vertrekcentra niet worden benut. De bezetting was zeer gering, waardoor € 13,7 miljoen minder is uitgegeven;

– mede als gevolg van de Schipholbrand zijn ook de COA-locaties onderzocht op brandveiligheid. Naar aanleiding van het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid is in 2007 gestart met het aanpassen van de COA-locaties aan brandveiligheidsvereisten. Voor de aanpassingen aan de brandveiligheidsvereisten en de aanstelling van extra medewerkers is € 32 miljoen extra toegevoegd aan het budget van het COA;

– als gevolg van de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) krijgen rechtmatig in Nederland verblijvende minderjarige vreemdelingen, die geen toegang hebben tot bestaansmiddelen, bij gebrek aan een voorliggende voorziening, recht op bijstand. Voor deze categorie is de reikwijdte van de Regeling verstrekkingen bepaalde categorieën vreemdelingen (Rvb) vergroot, waardoor € 6,3 miljoen meer is uitgegeven;

– in de subsidierelatie met het COA hebben zich prijs- en loonontwikkelingen voorgedaan. Als gevolg hiervan en als gevolg van overige kostprijsafspraken is € 5,6 miljoen meer uitgegeven;

– in 2007 heeft voor het Europees Vluchtelingenfonds (EVF) de afrekening over de periode 2001 tot en met 2005 plaatsgevonden (€ 1,6 miljoen).

Operationele doelstelling 15.3

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– in het kader van de kabinetsreactie op het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid zijn additionele gebouwelijke en organisatorische maatregelen getroffen om de brandveiligheid van justitiële inrichtingen te verbeteren. Ter financiering van deze maatregelen is de bijdrage aan de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) verhoogd met € 9,9 miljoen;

– in verband met het geraamde capaciteitstekort is de capacitaire taakstelling 2007 van de vreemdelingenbewaring verhoogd met 192 plaatsen. In verband hiermee is de bijdrage aan DJI verhoogd met € 10,5 miljoen. Bovendien is in het kader van de systematiek van outputfinanciering, vooruitlopend op de definitieve afrekening, de bijdrage met € 23,4 miljoen verhoogd in verband met een hogere gerealiseerde productie ten opzichte van de bijgestelde taakstelling;

– met name door de komst van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet hebben in het kader van vrijwillige terugkeer circa 1 000 personen minder dan geraamd een beroep gedaan op de terugkeerfaciliteiten. Hierdoor is door de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) ruim € 1 miljoen minder uitgegeven;

– in 2005 is besloten een terugkeerorganisatie op te richten om het vertrek van niet rechtmatig in Nederland verblijvende vreemdelingen te stimuleren. In 2007 is de DT&V opgericht die grotendeels is bekostigd door het overhevelen van budgetten van de IND naar DT&V op operationele doelstelling 15.3 (€ 47 miljoen).

Ontvangsten

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– in 2007 heeft de definitieve vaststelling van de subsidie aan het COA over het jaar 2006 plaatsgevonden. Als gevolg hiervan is ruim € 5 miljoen van het COA terugontvangen;

– als gevolg van een hogere bezetting en instroom kon in 2007 het aandeel van de opvangkosten dat aan Official Development Assistance (ODA) kon worden toegerekend, worden vergroot. Hierdoor is € 4,3 miljoen meer dan geraamd ontvangen.

Operationele doelstelling 15.1

Een vreemdeling die een verblijfsvergunning aanvraagt, krijgt binnen de daarvoor gestelde termijn een besluit uitgereikt.

Doelbereiking

Harmonisatie, internationale samenwerking en uitvoeren van Europese richtlijnen

In 2007 zijn diverse activiteiten op het gebied van de internationale samenwerking verricht en is gewerkt aan de implementatie van diverse Europese richtlijnen. Hieronder volgt een kort overzicht.

Praktische samenwerking asiel

Op grond van een lopend IND-project zijn criteria opgesteld voor het opstellen van een gemeenschappelijk ambtsbericht.

Bescherming in de regio

Justitie vervulde met name een faciliterende en stimulerende rol en volgt de pilot Regional Protection Programme Tanzania op de voet via EU-gremia en via de Nederlandse ambassade in Tanzania. Daarnaast is bezien welke bilaterale activiteiten kunnen worden ontwikkeld, bijvoorbeeld op het vlak van hervestiging, die kunnen bijdragen aan het succes van de pilot.

Europese richtlijnen

Eind 2007 heeft de Europese Commissie de concept Kaderrichtlijn arbeidsmigratie en de concept richtlijn toelating hooggekwalificeerde arbeidsmigranten gepubliceerd. In januari 2008 gaan de onderhandelingen over deze richtlijnen van start. In augustus 2007 is richtlijn 2004/82/EG geïmplementeerd (richtlijn passagiersgegevens). Voor het daadwerkelijk kunnen ontvangen van gevraagde passagiersinformatie zullen eerst nog technische voorzieningen moeten worden getroffen.

Project Reguliere Toelating

In de tweede helft van 2007 is het project Modern Migratiebeleid gestart met de uitwerking van de beleidsnotitie «Naar een modern migratiebeleid» in een blauwdruk van het nieuwe toelatingsstelsel. Twaalf projectteams hebben in interdepartementaal verband beleidsonderwerpen uitgewerkt, waarbij aandacht was voor zowel beleids- als uitvoeringsaspecten. Het doel hiervan is om tot een gemoderniseerd en goed uitvoerbaar stelsel te komen met een nieuw evenwicht tussen toelating, toezicht en handhaving. Dit moet Nederland in staat stellen aantrekkelijker te worden voor buitenlandse kenniswerkers en de procedures voor alle migranten versnellen en vereenvoudigen. Hiertoe zijn in 2007 adviezen ontvangen en verwerkt van de Sociaal-Economische Raad (SER) en de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ).

In 2007 heeft een uitvoerige interdepartementale afstemming plaatsgevonden, die de projectgroep in staat stelt in 2008 diverse (externe) consultaties en ex-ante uitvoeringstoetsen te houden die het draagvlak voor het nieuwe toelatingsbeleid zullen vergroten. Ook zijn de quick-wins en proeftuinen vastgesteld die vanaf eind 2007 worden uitgevoerd.

Vernieuwing IND

Front Office

In 2007 heeft de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) gefaseerd de taken in het kader van de uitvoering van de Vreemdelingenwet succesvol overgenomen van de gemeenten. De IND opende loketten in negen regio’s van Nederland (Zwolle, Utrecht, Rijswijk, Den Haag, Rotterdam, Eindhoven, Den Bosch, Amsterdam en Hoofddorp). De overname van gemeentetaken is daarmee voltooid.

Handhaving

Het project Handhaving heeft de methode Programmatisch Handhaven uitgewerkt voor de IND en er is ervaring opgedaan met het uitvoeren van risicoanalyses. Het verblijfsdoel in het kader van studie in Nederland is voorzien van risicoprofielen. De IND heeft in het kader van handhaving een convenant met de Arbeidsinspectie en de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD) gesloten.

Achterstanden

De achterstanden bij de IND zijn nagenoeg weggewerkt. In 2007 zijn systeemaanpassingen gebouwd die de IND in staat stellen de sturing op tijdigheid te verbeteren. De eerste helft van 2008 staat het implementeren van het instrumentarium en begeleiden van de nieuwe sturing op tijdigheid centraal.

Telefonische dienstverlening

De realisatie voor de telefonische bereikbaarheid bedraagt 88% (streefpercentage is 80%). Om de telefonische dienstverlening naar klanten verder te verbeteren is in het derde kwartaal van 2007 het «levend menu» geïnstalleerd. Dit houdt in dat IND-medewerkers de telefoondesk bezetten om de klanten zoveel mogelijk in een keer goed te helpen.

Processen en vernieuwing informatievoorziening IND

Op basis van de marktverkenning die in 2006 is uitgevoerd, is een Europese aanbesteding uitgevoerd voor de opdracht «herinrichting processen en vernieuwing informatievoorziening IND». In 2007 is met drie partijen een concurrentiegerichte dialoog aangegaan. Begin 2008 kiest de IND de partij waarmee de nieuwe informatievoorziening ingericht wordt.

Meetbare gegevens

Kengetallen asiel 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Volumegegevens       
Asielinstroom13 4029 80012 35014 4659 70010 500– 800
Overige instroom18 60413 10018 01010 1277 0009 561– 2 561
Regulier (asielgerelateerd) 5 5857 0709 2455 5006 500– 1 000
Totale instroom 28 47837 43033 83722 30026 561– 4 261
        
Afgehandeld:       
– Aanvragen20 71416 80018 52016 27814 30014 620– 320
– VVA (on)bepaald7 3505 0008 0808 8925 6003 4622 138
– Regulier (asielgerelateerd) 2 1985 6208 4226 0007 036– 1 036
Totaal afgehandeld 23 99832 22033 59225 80027 210– 1 410
        
Statusverleningen 10 05118 34019 19513 40010 8842 516
        
Doelmatigheid       
Doorlooptijd (wettelijke termijn) (%)7365749151*10049
Standhouding van beslissingen848379798185– 4
Gegronde klachten (%) 2,13,62,31,02,0– 1,0
        
Financieel       
Gemiddelde kostprijs (x € 1,–) 6 4783 2153 1143 9883 264724

* Het percentage asielzaken dat is behandeld binnen de wettelijke termijn in 2007 heeft weinig informatiewaarde. Dit betreft namelijk ook de in 2007 afgesloten procedures in het kader van de pardonregeling. Indien dezelfde definitie als over 2006 wordt gehanteerd – het percentage binnen de wettelijke termijn van aanvragen die op of na 1–1–2007 zijn ingediend – is het percentage 84%. Voor alle processen binnen de IND geldt dat in de gerapporteerde percentages geen correctie heeft plaatsgevonden voor onderzoeken, waardoor de wettelijke beslistermijn wordt opgeschort. Bij de implementatie van het project Sturen Op Tijdigheid (SOT), voorzien in april 2008, kan hier wel in worden voorzien.

Toelichting

De totale instroom asiel is lager dan begroot. Dit houdt onder meer verband met minder tweede of volgende asielaanvragen en met minder zij-instroom in verband met de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet. Veel zaken in beroep zijn als gevolg van deze regeling ingetrokken. De Regeling is eveneens reden voor het lagere aantal asielgerelateerde reguliere verblijfsvergunningen. Ook is sprake van een lager aanbod van aanvragen van een verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde duur (VVA onbepaald), doordat de geldigheidsduur is verschoven van 3 jaar naar 5 jaar.

De wettelijke termijn is niet voor alle asielaanvragen haalbaar gebleken. De doorlooptijden hebben fors onder druk gestaan als gevolg van het aanhouden van zaken om beleidsmatige redenen (onder andere vanwege de afwikkeling van de Regeling en vanwege moratoria). Op het moment dat op deze aanvragen beslist kon worden, was de wettelijke termijn vaak verstreken. In dit kader is dan ook sprake van verschoonbare redenen. De aanvragers die dit betrof, zijn in kennis gesteld met een termijnbericht.

In de begroting 2007 is uitgegaan van een inwilligingspercentage van 40%. Inmiddels is dit gestegen tot ruim 50%. Mede als gevolg van het toepassen van het landenbeleid is het aantal inwilligingen gestegen. Met name het aandeel in de instroom van vreemdelingen afkomstig uit Irak en Somalië in het tweede halfjaar was substantieel. Daarnaast was de invoering en toepassing van de Regeling afwikkeling nalatenschap oude vreemdelingenwet van invloed op het aantal inwilligingen.

De tijd besteed aan het afhandelen van de instroom lag in 2007 gemiddeld hoger dan voorzien in de in 2005 vastgestelde kostprijzen. Daarnaast wordt de stijging veroorzaakt door de openstelling van de AC-functionaliteit in Zevenaar. Tenslotte wordt de stijging verklaard door de ontvlechting van het proces Terugkeer. Hierdoor zijn de kosten van het niet-primaire proces en de overhead in de nacalculatie toegerekend aan drie (Asiel, Regulier en Naturalisatie) in plaats van vier hoofdproducten.

Kengetallen regulier 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Volumegegevens       
Instroom:       
Machtiging tot Voorlopig Verblijf65 08355 600     
Gezinsvorming en -hereniging  30 62122 88420 80019 855945
Overig  15 67917 54819 40028 697– 9 297
Subtotaal MVV65 08355 60046 30040 43240 20048 552– 8 352
Vergunning tot Verblijf Regulier       
Eerste aanleg gezinsvorming en -hereniging  29 48525 77019 60018 4221 178
Eerste aanleg overig17 957125 90069 71584 63283 90058 12625 774
Subtotaal VVR eerste aanleg17 957125 90099 200110 402103 50076 54826 952
VVR – Verlenging 85 10092 100125 501129 30093 00036 300
Visa18 44920 40017 10015 81414 60018 996– 4 396
Totaal instroom101 444287 000254 700292 149287 700237 09650 604
        
Afgehandeld:       
Machtiging tot Voorlopig Verblijf62 22950 100     
Gezinsvorming en -hereniging  30 15025 31718 70019 855– 1 155
Overig  14 85017 77019 30028 697– 9 397
Vergunning tot Verblijf Regulier eerste aanleg       
Gezinsvormingen – hereniging  34 80027 35418 90018 422478
Eerste aanleg overig12 784120 80070 20082 40984 50058 12626 374
Verlenging 81 20091 700116 829140 20093 00047 200
Visa18 39320 50016 20016 27314 70018 996– 4 296
Totaal afgehandeld93 406272 600257 900285 952296 200237 09659 104
        
Inwilligingen 212 500186 300199 369204 400165 96738 433
        
Doelmatigheid       
Doorlooptijd (wettelijke termijn) (%)8583818981100– 19
Standhouding van beslissingen787478777880– 2
Gegronde klachten (%) 1,32,81,80,72,0– 1,3
        
Financieel       
Gemiddelde kostprijs (x € 1,–) 403488529502529– 27

Toelichting

Het verschil in gerealiseerde instroom en begrote instroom ligt voornamelijk in de vernieuwingen van de verblijfsdocumenten die in het kader van het in werking treden van de Nieuwe Vreemdelingenwet vervangen moesten worden. Het vervangen van verblijfsdocumenten was niet in de raming opgenomen.

Als gevolg van de invoering van de Wet inburgering buitenland in 2006 is het aantal aanvragen voor gezinshereniging/-vorming in 2006 en 2007 lager dan in 2005. Dit is zowel zichtbaar bij het aanbod Machtiging tot Voorlopig Verblijf (MVV), als Vergunning tot Verblijf Regulier (VVR). Het overige aanbod is hoger dan begroot. Dit hangt onder meer samen met een groot aantal verblijfsdocumenten dat vernieuwd is.

Voor visa was een hoger aanbod begroot dan gerealiseerd is. Dit komt onder meer omdat een deel van de visa die door het ministerie van Buitenlandse Zaken wordt behandeld, zou worden overgedragen aan de IND. Deze overdracht is niet geëffectueerd door een wijziging in het politieke oordeel ten aanzien van de wenselijkheid van een dergelijke bevoegdheidsoverdracht.

Voor een beperkt deel van de reguliere aanvragen geldt dat zij enige tijd zijn aangehouden in afwachting van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet. Dit heeft geleid tot een iets lager percentage behandelde zaken binnen de wettelijke termijn.

De daling van het klachtenpercentage wordt veroorzaakt door het wegwerken van de achterstanden regulier.

Kengetallen naturalisatie  200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Volumegegevens       
Instroom:       
– Verzoeken37 01219 40021 30028 22127 10024 0003 100
– Intrekkingen     1 632– 1 632
Totaal instroom37 01219 40021 30028 22127 10025 6321 468
        
Afgehandeld:       
– Verzoeken26 91827 20025 60023 88426 70024 0002 700
– Intrekkingen1 632– 1 632
Totaal afgehandeld26 91827 20025 60023 88426 70025 6321 068
        
Positieve beslissingen 22 90021 68020 21022 40022 000400
        
Doelmatigheid       
Doorlooptijd (wenselijke termijn) (%)3537579985100– 15
Gegronde klachten (%)1,90,90,30,20,5– 0,3
        
Financieel       
Gemiddelde kostprijs (x € 1,–)424392493580382198

Toelichting

Het invoeren van een naturalisatietoets heeft in eerste instantie tot een lager aantal naturalisatieverzoeken geleid. Nu lijkt het aantal verzoeken weer terug te zijn op het niveau van voor invoering van deze toets. Het aantal ontvangen verzoeken ligt ook hoog, omdat er een relatief groot aantal oude verzoeken is ontvangen vanuit Aruba en de Nederlandse Antillen. Omdat het hier regelmatig om verzoeken gaat die bij ontvangst in Nederland de wettelijke termijn overschreden hebben, is het percentage verzoeken dat binnen de wettelijke termijn is behandeld dit jaar lager.

De stijging in kostprijzen is ten eerste te verklaren door de ontvlechting Terugkeer. De kosten van de ondersteuning worden nu aan Asiel, Regulier en Naturalisatie en in beperkte mate aan Voorbereiding Terugkeer toegerekend. Daarnaast zijn met de overname van de gemeentetaken (front office) de kosten van de IND gestegen.

Operationele doelstelling 15.2

Asielzoekers die in afwachting zijn van een uitspraak over hun aanvraag voor een verblijfsvergunning worden opgevangen.

Doelbereiking

Opvang van asielzoekers

In 2007 heeft het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) circa 24 600 asielzoekers in een procedure en vreemdelingen die daaraan zijn gelijkgesteld opgevangen. Dit zijn ruim 10 000 personen meer dan aanvankelijk werd geraamd.

Opvang van amv’s van 15–18 jaar en het nieuwe amv-model voor amv’s van 0–15 jaar

Per 1 januari 2007 is de verantwoordelijkheid voor de opvang van alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’s) in de leeftijd van 13–15 jaar overgedragen van Nidos naar het COA. Nidos heeft wel de voogdij over de amv’s behouden. De opvang wordt feitelijk verzorgd door een aantal Stichtingen waarmee ook Nidos reeds contracten had afgesloten. In 2007 heeft een Europese aanbesteding plaatsgevonden waarbij aan de contractpartners stringente eisen werden gesteld met betrekking tot de veiligheidsvoorzieningen in de panden waar de opvang wordt verzorgd. De verantwoordelijkheid voor de opvang van amv’s in de leeftijd van 15–18 jaar berustte reeds bij het COA.

Zorgwet VVtV (Voorwaardelijke Vergunning tot Verblijf)

Op grond van de Invoeringswet Vreemdelingenwet 2000 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de afwikkeling van de zorgplicht voor de zogenaamde ex-VVtV’ers in procedure. Ter bekostiging van de zorg waarop zij op grond van de wet recht hebben, ontvangen de gemeenten van rijkswege een vergoeding. Volgens opgave van de gemeenten bedraagt de populatie op 1 januari 2008 nog ongeveer 425 personen. De doelgroep maakt deel uit van de werkzaamheden die in het kader van de Regeling ter afwikkeling van de oude Vreemdelingenwet worden uitgevoerd.

Biometrie

In 2007 zijn ten behoeve van het meer aan elkaar aan laten sluiten van identificatieprocessen zogenaamde meldzuilen geplaatst bij het COA. Hierdoor kan door middel van vingerafdrukken identificatie plaatsvinden waardoor het proces van meldplicht aanmerkelijk is verbeterd en waarmee ook de verblijfplaats van de vreemdeling bekend is. Met name de Vreemdelingenpolitie wordt frequent (een keer per week) geïnformeerd over het verblijf van de vreemdeling.

Europees Vluchtelingenfonds (EVF)

In 2007 heeft het Europees Vluchtelingenfonds (EVF) een vervolg gekregen. In 2007 is een tender gehouden voor EVF waarin negen projecten zijn geselecteerd. Uit het voor 2007 beschikbare budget is voorts de tweede fase van vijf meerjarige projecten uit 2005 en twee meerjarige projecten uit 2006 gesubsidieerd. Het totaal voor subsidie beschikbare uitgavenbudget van totaal € 2,9 miljoen is daarmee uitgeput.

Inmiddels heeft besluitvorming over de invoering van drie nieuwe Europese Migratiefondsen plaatsgevonden. Het gaat hierbij om het Terugkeerfonds, het Buitengrenzenfonds en het Integratiefonds. Deze fondsen zijn formeel ingesteld en de verdere implementatie is in gang gezet.

Meetbare gegevens

Aantal op te vangen asielzoekers 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Instroom8 5475 3035 3847 7558 9665 3413 625
Uitstroom25 48217 54417 38013 23610 67915 354– 4 675
        
Gemiddelde bezetting totaal66 16249 21836 34327 32924 61814 57110 047
– waarvan gem. bezetting centrale opvang COA63 90647 21234 47826 21923 41513 9479 468
– waarvan gem. bezetting decentrale opvang2 25620061 7611 110883624259
        
Gemiddelde kosten per bezette centrale opvangplaats (in €)14 28214 96317 75217 270482
Gemiddelde kosten per bezette plaats in de decentrale opvangplaats (in €)4 7174 7683 2484 780– 1 532
        
Gemiddelde bezetting opgevangen ex-amv’s3 5633 7643 5191 5551 555
Leefgeld per persoon per jaar (in €)11 29110 92912 75012 750
        
Gemiddelde capaciteit vertrekcentra (v.a. 1/10/04)80600750750375375
        
TNV3315004508004004000
        
Bezetting statushouders6 2173 7533 4722 8565 0463 3001 746
Bezetting amv’s:       
COA1 442776442261433200233
Nidos*6 9494 6133 4452 5941 8882 028– 140

* De uitgaven van Nidos amv’s zijn terug te vinden bij operationele doelstelling 14.3.

Toelichting

In 2007 is de instroom boven de verwachtingen uitgekomen. Een substantieel deel van de instroom bestaat uit vreemdelingen afkomstig uit Irak en Somalië. Totaal was sprake van een instroom van 8 966 vreemdelingen hetgeen betekende dat hiermee de verwachtingen met 3 625 werden overtroffen.

Met name in de aanloop naar de komst van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet is de uitstroom uit de opvang lager uitgevallen dan in de begroting was opgenomen. Ook met betrekking tot de uitstroomprocessen (met name terugkeer) traden vertragingen in de voortgang op. De voornoemde ontwikkelingen hebben er toe geleid dat de bezetting aanmerkelijk hoger uitkwam dan werd voorzien.

De daling in gemiddelde kosten per bezette plaats in de decentrale opvangplaats wordt verklaard, doordat de gemeenten in 2007 lagere kosten in rekening brachten.

Operationele doelstelling 15.3

Een vreemdeling die niet rechtmatig of niet meer rechtmatig in Nederland verblijft, verlaat Nederland zelfstandig of gedwongen.

Doelbereiking

Opbouw terugkeerorganisatie

Begin 2007 is de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) na een korte periode van intensieve voorbereiding ingesteld en vervolgens in fasen daadwerkelijk aan de slag gegaan. De verdere opbouw van de organisatie vond in de loop van 2007 plaats. Als uitvoeringsorganisatie is de DT&V verantwoordelijk voor het voorbereiden, bevorderen en organiseren van het daadwerkelijke vertrek uit Nederland van niet rechtmatig verblijvende vreemdelingen in Nederland. In 2007 zijn de volgende activiteiten ontplooid door de DT&V om het terugkeerproces beter te laten verlopen. Alle processen zijn opnieuw beschreven als gevolg van de nieuwe werkwijze van de DT&V waarbij de individuele humane begeleiding van de vreemdeling centraal staat. Daartoe zijn afspraken gemaakt met alle betrokken ketenpartners (VP, KMar, IND, COA, DJI en IOM). Tevens zijn medewerkers van de Koninklijke Marechaussee (KMar) en de Vreemdelingenpolitie (VP) opgenomen in de DT&V organisatie. Daarnaast is veel inspanning gaan zitten in het nieuwe geautomatiseerde systeem van de DT&V. Het opleveren van betrouwbare managementinformatie was daarbij een van de speerpunten. In 2007 zijn uiteindelijk circa 18 000 vreemdelingen bij de DT&V ingestroomd. Daarvan zijn er uiteindelijk ongeveer 9 300 op enigerlei wijze uitgestroomd. Dat betekent dat er op 31 december nog circa 8 700 vreemdelingen in de werkvoorraad van de DT&V zaten.

Project Terugkeer

Als gevolg van de «stand-still» beslissing (als voorloper op de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet) dat door het kabinet in december 2006 is genomen, is de terugkeer van personen die onder het project Terugkeer (tevens de doelgroep voor de regeling) vielen vrijwel geheel tot stilstand gekomen. Ten vervolg hierop is besloten het project per 1 mei 2007 te beëindigen. De vreemdelingen die niet in aanmerking zijn gekomen voor een verblijfsvergunning op grond van de genoemde regeling en die hun (eerste) asielaanvraag hebben ingediend onder de oude Vreemdelingenwet zijn een belangrijke doelgroep voor de DT&V.

Vreemdelingenbewaring

Het algemene beleid inzake vreemdelingenbewaring is in 2007 ongewijzigd gebleven. Wel is extra terughoudendheid betracht ten aanzien van het in bewaring stellen van gezinnen met kinderen. Als alternatief voor bewaring van gezinnen met kinderen is in voorkomende gevallen gebruik gemaakt van een vrijheidsbeperkende locatie.

Europese samenwerking

In het kader van het programma Solidariteit en het beheer van migratiestromen (2007–2013) draagt Justitie bij aan het oprichten van een Europees Terugkeerfonds en een Europees Buitengrenzenfonds. Het Terugkeerfonds is bedoeld voor het ontwikkelen van een geïntegreerd terugkeerbeleid. Het Buitengrenzenfonds moet bijdragen aan efficiëntere en effectievere grenscontroles. Op deze manier komen er minder illegalen de EU binnen. In december 2007 is het meerjarenprogramma ten behoeve van het Europees Buitengrenzenfonds aangeboden aan de Europese Commissie.

International Organization for Migration (IOM)

In 2007 heeft de International Organization for Migration (IOM) de uitvoeringsregeling van het REAN (Return and Emigration of Aliens from the Netherlands)-programma uitgevoerd. Onder deze regeling zijn 1 561 personen zelfstandig vertrokken. Hiermee zijn de beoogde vertrekcijfers van 3 000 voor 2007 niet gehaald mede als gevolg van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet. In 2007 heeft de IOM voorts de Herintegratieregeling Terugkeer uitgevoerd, waarvan de financiering ten laste van het fonds voor Terugkeer, Migratie en Ontwikkeling (TMO) van het ministerie van Buitenlandse Zaken komt. Daarnaast is de IOM in 2007 gestart met de uitvoering van de projecten «Initiative for Irregular Migrants» en «Assisted Voluntary Return from Detention» die deels gefinancierd worden door de Europese Commissie.

Uitbreiding van de gronden voor het ongewenst verklaren van personen

In september 2006 hebben de toenmalige ministers voor Vreemdelingenzaken en Integratie en van Justitie afgezien van het indienen van een wetsvoorstel terzake. Daarbij hebben zij ingestemd met het projectmatig intensiveren van de ongewenstverklaring van niet rechtmatig in Nederland verblijvende vreemdelingen die – bij herhaling – de bij de Vreemdelingenwet strafbaar gestelde bepalingen overtreden. Dit initiatief wordt nu voorgezet. Justitie bereidt thans de pilot voor.

Aanscherpen vreemdelingenrechtelijk openbare ordebeleid

In een brief van 30 september 2005 heeft de toenmalige Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie haar beleidsvoornemens gepresenteerd (TK 19 637, nr. 971). Bij brief van 13 augustus 2007 is de Tweede Kamer geïnformeerd over een andere invulling van het voorstel. Tevens wordt er nader onderzoek verricht naar het doelbereik van de voorgestelde aanscherping van de glijdende schaal (TK 19 637, nr. 1168). De resultaten van dit onderzoek worden niet eerder verwacht dan ultimo 2008.

Inwerking treden visumbepaling

Nader overleg tussen de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van Justitie – na advisering door de Raad van State en de Raad van State van het Koninkrijk – heeft geleid tot het inzicht dat de herverdeling van taken en bevoegdheden met betrekking tot de verlening van visa dient te worden beperkt tot de Machtiging tot Voorlopig Verblijf (MVV). In de Vreemdelingenwet 2000 zal de bevoegdheid van de Minister van Justitie worden neergelegd voor verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf dan wel terugkeervisum. Een Rijkswet inzake visumverlening wordt intussen voorbereid.

Grensbewaking

In 2007 zijn de maatregelen uit het plan van aanpak grenscontroles van februari 2006 verder ter hand genomen. Het plan van aanpak was in het bijzonder gericht op het verbeteren van het zicht op de zogenaamde «blinde vlekken». Om meer zicht te krijgen op deze blinde vlekken langs de kustlijn is het voornemen om in de kleine zeehavens en op de kleine luchthavens gezamenlijk patrouilles door de KMar, Douane en Zeehavenpolitie uit te voeren. Daarnaast zijn onder andere gezamenlijke lijsten van indicatoren voor de verschillende vervoerssegmenten opgesteld. Tevens zijn ter verbetering van de informatiepositie en het bevorderen van de informatie-uitwisseling tussen de verschillende organisaties verantwoordelijk voor het grenstoezicht contactpunten binnen de betreffende organisaties gecreëerd.

In augustus 2007 is begonnen met de implementatie van het Europees Visum Informatiesysteem (EU-VIS) in Nederland. Hiertoe is door Nederland een plan van aanpak opgesteld. De planning is dat het systeem medio 2009 in Nederland operationeel is. Onder andere de autoriteiten die bevoegd zijn voor de controles aan de buitengrenzen zullen toegang krijgen tot het EU-VIS om gegevens te raadplegen met het oog op de verificatie van de identiteit van de persoon en/of de echtheid van het visum.

In augustus 2007 is de richtlijn 2004/82/EG geïmplementeerd (richtlijn passagiersgegevens). Voor het daadwerkelijk kunnen ontvangen van gevraagde passagiersinformatie zullen eerst nog technische voorzieningen moeten worden getroffen.

Meetbare gegevens

Capaciteit vreemdelingenbewaring 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Capaciteit vreemdelingenbewaring verdeeld naar:1 5341 5531 8492 4303 0632 0421 021
Vrijheidsbeneming (art. 6 Vw)203210220242218238– 20
Vreemdelingenbewaring (art. 59 Vw)1 2071 2761 5982 1372 8331 7791 054
In bewaring gestelden op politiebureaus1246731511225– 13
        
Gem. prijs per plaats/per dag (x € 1,–)191170167143155166– 11
        
Bezettingsgraad (in %)96,297,689,490,663,996,2– 32,3
Uitzetcentra 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Capaciteit uitzetcentra944008808807447440
        
Gem. prijs per plaats/per dag (x € 1,–)202147120143155156– 1

Toelichting

Op grond van het prognosemodel justitiële ketens (PMJ) is de capacitaire taakstelling 2007 van de vreemdelingenbewaring in de Justitiebegroting 2008 met 192 plaatsen opwaarts bijgesteld tot 2 234 plaatsen. Ten opzichte van de bijgestelde taakstelling is de gemiddelde gerealiseerde capaciteit 829 plaatsen hoger uitgekomen. Het realiseren van het hogere aantal plaatsen was nodig, omdat een aanzienlijk deel van de formele capaciteit als gevolg van het treffen van maatregelen in het kader van de brandveiligheid buiten gebruik was gesteld.

De inzet van capaciteit ten behoeve van de vreemdelingenbewaring en de uitzetcentra vindt in de praktijk op dezelfde locaties plaats. De plaatsen worden zo flexibel mogelijk ingezet, waardoor het niet mogelijk meer is onderscheid te maken in de gerealiseerde prijs van de twee bewaringscategorieën.

De lagere gemiddelde dagprijs bij de vreemdelingenbewaring is voornamelijk het gevolg van de hogere productie, waardoor de vaste kosten aan een groter aantal gerealiseerde producten zijn toegerekend.

Voorts geldt voor beide bewaringscategorieën dat door de relatief lage bezetting van de capaciteit een deel van de variabele kosten lager is uitgekomen, hetgeen heeft bijgedragen aan een lagere gerealiseerde dagprijs.

Kengetallen TerugkeerRealisatie 2007
Gedwongen10 950
Zelfstandig (gecontroleerd)2 100
Zelfstandig woonruimte verlaten voor, tijdens of na vertrektermijn of is aangezegd Nederland te verlaten al dan niet na IBS13 400

Toelichting

De kengetallen Terugkeer zijn door een nieuwe bron aangeleverd, waardoor geen vergelijkbare cijfers beschikbaar zijn. Binnen de Vreemdelingenketen zijn in 2007 circa 13 050 vreemdelingen aantoonbaar uit Nederland vertrokken. Dit behelst circa 50% van de totale uitstroom in de rapportageperiode. Onder deze categorie vallen de uitzettingen (al dan niet na strafrecht), het vertrek onder toezicht van de KMar bij binnenlands vreemdelingentoezicht of grenstoezicht en het gecontroleerde zelfstandige vertrek. Daarnaast hebben circa 13 400 vreemdelingen zelfstandig de woonruimte verlaten voor, tijdens of na vertrektermijn of zijn zij aangezegd Nederland te verlaten al dan niet na inbewaringstelling (IBS).

Kosten IOM200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Apparaatskosten3 2733 9594 4275 2734 7393 994– 745
Uitvoeringskosten REAN/REAN+2 6042 8492 7212 1252 1522 724572
Uitvoeringskosten HRPT1 4932 184945-721721
Totaal5 8778 3019 3328 3436 8917 439548

* Realisatie 2007 betreft de middelen zoals toegekend in de beschikking aan de IOM.

Aantallen IOM 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
REAN/REAN+3 0283 8283 0002 0182 0003 0001 000
HRPT8212 000897660660
Totaal3 0284 6495 0002 9152 0003 6601 660

* Realisatie 2007 betreft de middelen zoals toegekend in de beschikking aan de IOM.

Specificatie kosten Terugkeer Vreemdelingen 2003 200320042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
IOM5 8778 3019 3328 3436 8917 439– 548
Terugkeerorganisatie    14 236– 14 236
Totaal  9 3328 3436 89121 702– 14 811

Toelichting

In 2007 is de Herintegratieregeling Project Terugkeer (HRPT) als gevolg van de beëindiging van het project Terugkeer komen te vervallen en opgenomen in de Herintegratieregeling Terugkeer die niet alleen gold voor personen onder de oude Vreemdelingenwet. Bij de totstandkoming van de begroting 2007 was hierin nog niet voorzien. In de toekenning van de middelen aan de IOM is dit onderscheid wel reeds weggelaten.

De daadwerkelijke realisatie van IOM over 2007 is nog niet bekend. Vandaar dat voor de realisatie voor 2007 de middelen en vertrekaantallen zijn opgenomen die in de beschikking aan de IOM zijn toegekend. In eerste instantie is een bedrag van € 7 967 334 toegekend voor de zelfstandige terugkeer van 3 000 personen. Op basis van de werkelijke zelfstandige terugkeer over de eerste 8 maanden is besloten een bedrag van € 1 076 000 terug te vorderen en de doelstelling bij te stellen naar 2 000 vertrekkers. De cijfers van de realisatie over 2006 zijn aangepast op basis van de daadwerkelijke realisatie.

Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet

 Realisatie 2007
Aantal verstuurde aanbiedingsbrieven na burgemeestersverklaring900
Aantal overige verstuurde aanbiedingsbrieven22 500
Aantal contra-indicaties na toetsing IND 4 900
Aantal vergunningen buiten de regeling1 400
Totaal beoordeeld29 700

Toelichting

In de zomer 2007 is de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet van kracht geworden. Deze regeling geeft asielzoekers die op dat moment al langere tijd in Nederland verbleven zonder recht op permanent verblijf onder bepaalde voorwaarden alsnog recht op een verblijfsvergunning.

Direct na het van kracht worden van de regeling is gestart met de beoordeling van een groot aantal zaken dat reeds bekend was bij de IND. Het grootste gedeelte van deze zaken is beoordeeld in 2007. Daarnaast is beoordeeld of vreemdelingen die al een tijdelijk verblijfsrecht hebben op grond van de Regeling in aanmerking komen voor permanent verblijf. Met name in de laatste maanden zijn door burgemeesters vreemdelingen voorgedragen, waarvan zij vinden dat ze een verblijfsvergunning moeten krijgen op grond van de Regeling.

Overzicht onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid

OmschrijvingDoelstellingStartAfgerondVindplaats
Overig Evaluatieonderzoek    
Trendrapportage positie slachtoffers mensenhandel15.120062007www.wodc.nl

16 Integratie

Beleidsdoelstelling 16

Integratie van etnische minderheden in de Nederlandse samenleving resulterend in gedeeld burgerschap van etnische minderheden en autochtonen.

Budgettaire gevolgen van beleid x € 1 000
 20042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Verplichtingen286 397218 329227 4530400 194– 400 194
       
Programma-uitgaven299 034251 027372 2450400 194– 400 194
       
16.1 Inburgering etnische minderheden240 416204 459319 1680331 315– 331 315
16.1.1 Gemeenten240 416204 459319 1680331 315– 331 315
       
16.2 Verkleinen van economische, sociale en culturele afstand58 61846 56853 077068 879– 68 879
16.2.1 SVB25 99027 62928 994032 812– 32 812
16.2.2 Overig32 62818 93924 083036 067– 36 067
       
Ontvangsten8 4942 39538 031010 345– 10 345

Toelichting

Bij de coalitievorming van het kabinet Balkenende IV is besloten tot benoeming van een programmaminister voor Wonen, Wijken en Integratie (WWI). De programmaminister zal met ingang van het begrotingsjaar 2008 het beheer gaan voeren over een eigen programmabegroting. Voor het begrotingsjaar 2007 is om praktische redenen besloten om nog geen afzonderlijke programmabegroting op te stellen. Besloten is de programma- en daarmee samenhangende apparaatsgelden voor 2007 bij de 2e suppletoire begroting 2007, met terugwerkende kracht, formeel over te hevelen van de begroting 2007 van Justitie naar de begroting 2007 van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM). Bij dit artikel wordt derhalve geen beleidsmatige noch financiële verantwoording afgelegd over de uitgaven. Verantwoording over dit beleidsterrein vindt plaats in het jaarverslag 2007 van het ministerie van VROM.

17 Internationale rechtsorde

Realisatie begrotingsuitgaven Justitie € 5 925,3 miljoenArt. 17. Internationale rechtsorde 0,03%

kst-31444-VI-1-9.gif

Beleidsdoelstelling 17

Bevorderen van de totstandkoming van een Europese en internationale rechtsorde.

Doelbereiking en maatschappelijke effecten

Justitie heeft op verschillende manieren bijgedragen aan de inzet van Nederland op het totstandkomen van deugdelijke EU- en internationale regelgeving. Enerzijds gebeurde dat door de betrokkenheid bij de totstandkoming van de hieronder aangehaalde Europese en internationale rechtsinstrumenten. Anderzijds werd meer in het algemeen ingezet op een verbetering van de kwaliteit van Europese regelgeving, een onderwerp dat aandacht behoeft bij alle Europese voorstellen tot regelgeving.

Budgettaire gevolgen van beleid x € 1 000
 20042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Verplichtingen1 8141 8461 8732 0731 717356
       
Apparaat-uitgaven1 8171 8471 8732 0301 717313
       
17.1 Internationale regelgeving1 8171 8471 8732 0301 717313
17.1.1 Directie Wetgeving1 8171 8471 8732 0301 717313
       
Ontvangsten4216890090

Operationele doelstelling 17.1

Het bijdragen aan de inzet van Nederland aan de totstandkoming van deugdelijke EU- en internationale regelgeving alsmede de verbetering van samenwerking in EU-verband en op internationaal niveau op het terrein van justitie en politie.

Straf- en sanctierecht

Op het terrein van het straf- en sanctierecht is totstandgekomen de Wet tot implementatie van het kaderbesluit erkenning en tenuitvoerlegging geldelijke sancties met bijbehorend uitvoeringsbesluit (Stb. 2007, 354).

Staats- en bestuursrecht

Op het terrein van het vreemdelingenrecht zijn twee nieuwe Europese richtlijnen op het gebied van arbeidsmigratie ingediend. De onderhandelingen zullen nog geruime tijd in beslag nemen. Voorts wordt al langer gesproken over een richtlijn met gemeenschappelijke normen voor de terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers. Tot slot is een wijziging van EU-richtlijn 2003/109 ingediend, waar het betreft harmonisatie van asielstatussen.

Op het terrein van uitwisseling van persoonsgegevens is in 2007 het zogenaamde PNR-akkoord tussen de VS en de EU tot stand gekomen. Het betreft hier vluchtinformatie met betrekking tot passagiers die vanuit een EU-lidstaat naar de VS reizen, met als doel het voorkomen van terroristische aanslagen. Soortgelijke akkoorden zijn in de maak met onder andere Australië en Zuid-Korea. Eind 2007 is door de EU een eigen initiatief voorgesteld, met als doel om dergelijke informatie te verzamelen met betrekking tot passagiers die naar een lidstaat van de EU reizen.

In 2007 zijn de tegen Nederland bij het EHRM ingediende klachten en de overige, lopende procedures bij het EHRM door Justitie behandeld. Dat geldt ook voor de follow up van enkele uitspraken van het EHRM, waarin Nederland is veroordeeld zoals met betrekking tot de Nederlandse asielprocedure en het verschoningsrecht voor journalisten. In 2007 werd door de Committee for the Prevention of Torture een bezoek gebracht aan penitentiaire inrichtingen in het Koninkrijk. Het verslag van het bezoek verscheen in december 2007. Een kabinetsstandpunt is in voorbereiding.

Privaatrecht

Op het terrein van het privaatrecht zijn in 2007 tot stand gekomen de uitvoeringswetgeving handhaving intellectuele eigendomsrechten (Stb. 2007, 108), de vijfde WAM richtlijn (Stb. 2007, 194) en het openbaar overnamebod (Stb. 2007, 202).

Kwaliteit Europese regelgeving

In 2007 zijn van de zijde van de Europese Commissie of het Raadssecretariaat geen bijzondere initiatieven ondernomen waaraan bijgedragen kon worden. In Nederland is in ICER-verband een aanvang gemaakt met het herzien van de Leidraad onderhandelen in Brussel, waarmee Nederlandse onderhandelaars een handvat wordt geboden om Europese voorstellen op de voor Nederland belangrijke kwaliteitsaspecten te beoordelen.

De Interdepartementale Werkgroep Beter Wetgeven bereidt een notitie voor waarin ten behoeve van een betere inbreng in het Europese circuit en vervolgens ten behoeve van de omzetting, de uitvoering en de handhaving van Europese regelgeving, het kwaliteitsinstrumentarium en de noodzakelijke procesvoering wordt beschreven.

 Onderhandelingen gaandePolitiek akkoordVaststellingOpmerkingen
Internationale regelgeving  
Europese UnieOnderhandelingen vinden plaats op het terrein van  
     
Kaderbesluit betreffende het Europees surveillancebevel in procedures tussen EU-lidstaten in afwachting van het proces (pre-trial supervision order)Onderhandelingen gaandeneenneenVerwachting: politiek akkoord in december 2008
Kaderbesluit inzake voorwaardelijke sancties en alternatieve straffenOnderhandelingen gaandeneenneen 
Ontwerprichtlijn milieubescherming door strafrechtOnderhandelingen gaandeneenneen 
Verordening tot invoering uniform model verblijfstitels janeenVerwachting: vaststelling in 2008
Verordening betreffende VIS janeenVerwachting: vaststelling in 2008
Richtlijn minimumnormen terugkeerOnderhandelingen gaande   
Uitbreiding Richtlijn derdelandersOnderhandelingen gaande   
Verordening tot vaststelling van gemeenschappelijke visumcodeOnderhandelingen gaande   
Kaderrichtlijn arbeidsmigratieOnderhandelingen gaande   
Richtlijn kennismigrantenOnderhandelingen gaande   
Actieplan corporate governanceOnderhandelingen gaande   
Richtlijn aandeelhoudersrechten ja  
Verordening toepasselijk recht niet-contractuele verbintenissen (Rome II)  jaImplementatiedatum 11 januari 2009
Verordening small claims  jaImplementatiedatum 1 januari 2009
Verordening alternatieve geschillenbeslechting ja  
Wijziging betekeningverordening  ja 
Verordening toepasselijk recht verbintenissen uit overeenkomst (Rome I) ja Politiek akkoord december 2007
Algemeen referentiekader voor het contractenrechtOnderhandelingen gaande   
Voorstel inzake onderhoudsverplichtingenOnderhandelingen gaande   
Voorstel inzake erfopvolgingNog geen voorstel   
Voorstel toepasselijk recht op echtscheidingOnderhandelingen gaande   
Voorstel toepasselijk recht op huwelijksvermogensregimeNog geen voorstel   
Voorstel betreffende beslagleggingNog geen voorstel   
Voorstel 6e WAM-richtlijnNog geen voorstel   
Actieplan corporate governanceOnderhandelingen gaande   
De volgende verdragsonderhandelingen hebben plaatsgevonden in 2007  
     
Ontwerp-Kaderbesluit betreffende de wijze waarop bij een nieuwe strafrechtelijke procedure rekening wordt gehouden met veroordelingen in andere lidstatenOnderhandelingen afgerondjaneenVerwachting: vaststelling in februari 2008
Ontwerp-Kaderbesluit Europees bewijsverkrijgingsbevelOnderhandelingen afgerondjaneenVerwachting: vaststelling in maart 2008
Verdrag rechten omroeporganisaties (WIPO)Uitgesteld   
Alimentatieverdrag (Haagse Conferentie IPR)  ja 
Verdrag inzake de uitwisseling van gegevens van de burgerlijk stand in verband met het geregistreerd partnerschap (CIEC) zie opmerkingenjaTer tekening opengesteld
Arbitrageverdrag (Uncitral)Onderhandelingen gaande   
Faillissementsverdrag (Uncitral)Onderhandelingen gaande   
Zeevaartverdrag (Uncitral)Onderhandelingen gaande  Verwachte vaststelling Rotterdam zomer 2008
Herziening Verdrag aansprakelijkheid luchtvervoerder voor schade aan derden op de grond (ICAO)Onderhandelingen gaande   

HOOFDSTUK 6 – NIET-BELEIDSARTIKELEN

Realisatie begrotingsuitgaven Justitie € 5 925,3 miljoenNiet-beleidsartikelen (artikel 91, 92, 93) 3,9%

kst-31444-VI-1-10.gif

Niet-beleidsartikel 91.1 Algemeen

Effectieve besturing van het Justitie-apparaat.

Budgettaire gevolgen van beleid x € 1 000
 20042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Verplichtingen223 010235 183201 074237 449185 74251 707
       
Programma-uitgaven16 97236 19327 42731 53931 751– 212
       
91.1 Algemeen16 97236 19327 42731 53931 751– 212
91.1.1 Effectieve besturing van het Justitie apparaat16 97236 19327 42731 53931 751– 212
       
Apparaat-uitgaven213 652197 482181 034196 627154 67241 955
       
91.1 Algemeen213 652197 482181 034196 627154 67241 955
91.1.1 Effectieve besturing van het Justitie apparaat213 652197 482181 034196 627154 67241 955
       
Ontvangsten16 27332 1319 2565 31711 254– 5 937

Financiële toelichting

Een groot gedeelte van de uitgaven op het niet-beleidsartikel 91.1 Algemeen bestaat uit apparaatsuitgaven die niet rechtstreeks zijn toe te rekenen aan de diverse operationele doelstellingen van het werkterrein van Justitie. Het gaat in de eerste plaats om stafdiensten die voor de Justitieorganisatie als geheel werkzaamheden verrichten.

Andere apparaatsuitgaven vormen de uitgaven van de drie Directoraten-Generaal (DG) en hun staven: DG Preventie, Jeugd en Sancties, DG Rechtspleging en Rechtshandhaving en DG Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken, alsmede de uitgaven voor de politieke en ambtelijke leiding. De programma-uitgaven van deze DG’s zijn verantwoord onder de artikelen 11 tot en met 17.

Naast deze apparaatsuitgaven worden op dit artikel de uitgaven voor de huisvesting van Europol en Eurojust en voor de betaling vanwege schadeloosstellingen aan derden verantwoord. Deze laatste groep betreft de uitgaven wegens onrechtmatige detentie en de overige schadeloosstellingen.

Verplichtingen

De verplichtingenstand kwam uiteindelijk € 52 miljoen hoger uit dan de stand vastgestelde begroting 2007. Voor een bedrag van € 42 miljoen kan verwezen worden naar de toelichting bij de uitgaven. Daarnaast zijn nog in 2007 verplichtingen aangegaan voor 2008 onder andere voor huisvestingscontracten, beveiligingscontracten en voor uitgaven in het kader van Vernieuwing-HRM, die gezamenlijk de resterende verhoging van de stand verklaren.

Uitgaven

De uitgaven in 2007 zijn € 41,7 miljoen hoger uitgevallen dan de raming in de vastgestelde begroting 2007. Dit verschil is ten dele te verklaren uit technische mutaties en ten dele uit mee- en tegenvallers bij de verschillende staf- en beleidsdirecties bij dit artikel.

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt voornamelijk verklaard door:

– de uitgaven voor schadeloosstellingen zijn hoger uitgevallen dan geraamd. In totaal is hierop een bedrag van € 25,4 miljoen uitgegeven, wat € 8,4 miljoen hoger is dan de oorspronkelijke raming. Door meer en hogere toekenningen door de rechter is al sinds enige jaren een stijging van de uitgaven waarneembaar;

– om de budgetten op het loon- en prijspeil 2007 te brengen is loon- en prijsbijstelling toegekend ter grootte van € 3,8 miljoen;

– door de oprichting van het DG Rechtspleging en Rechtshandhaving is in de loop van 2007 een bedrag aan apparaatsuitgaven ter grootte van € 3,5 miljoen toegevoegd aan dit artikel. Dit betreft uitgaven die voorheen op de beleidsartikelen 12 en 13 waren ondergebracht;

– in de vastgestelde begroting 2007 waren de geraamde uitgaven voor het programma Vernieuwing-HRM nog niet meegenomen. Op dit terrein is een bedrag van circa € 9 miljoen uitgegeven. Het gaat hier om onder meer het optimaliseren van de Personeels- en Salaris-administratie en de bundeling van expertise in rijksbrede Ontwikkel- en Expertisecentra. De implementatie van alle onderdelen van dit programma zal de periode tot en met 2011 beslaan;

– de uitgaven voor huisvesting, beveiliging, algemene apparaatsuitgaven en voor personeel en organisatie zijn gezamenlijk € 9 miljoen hoger uitgevallen dan geraamd. Dit heeft onder meer te maken met gestegen huurlasten en hogere verhuiskosten, beveiligingsprojecten op enkele locaties, tijdelijke extra inhuur van personeel en tenslotte hogere uitgaven voor bedrijfsmaatschappelijk werk;

– een aantal onderdelen en programma’s van Justitie is pas in de loop van het afgelopen jaar toegevoegd aan dit artikel. Het gaat onder meer om het project Taakstelling, de Justitie Beleidsacademie, het programma Een Ander Justitie en om uitgaven voor enkele campagnes van de Directie Voorlichting. In totaal betreft dit circa € 3,4 miljoen;

– naast deze grotere posten staan diverse kleine mee- en tegenvallers bij de vele onderdelen onder dit artikel, die per saldo leiden tot extra uitgaven ter grootte van circa € 5 miljoen.

Niet-beleidsartikel 92.1 Nominaal en onvoorzien

Nominaal en onvoorzien.

Budgettaire gevolgen van beleid x € 1 000
 20042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Verplichtingen000000
       
Apparaat-uitgaven000000
       
92.1 Nominaal en onvoorzien000000
92.1.1 Nominaal en onvoorzien000000
       
Ontvangsten000000

Niet-beleidsartikel 93.1 Geheim

Geheime uitgaven.

Budgettaire gevolgen van beleid x € 1 000
 20042005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Verplichtingen2 3752 5151 6572 6492 959– 310
       
Programma-uitgaven2 3752 5151 6572 6292 959– 330
       
93.1 Geheim2 3752 5151 6572 6292 959– 330
93.1.1 Geheime uitgaven2 3752 5151 6572 6292 959– 330
       
Ontvangsten242154653053

HOOFDSTUK 7 – BEDRIJFSVOERINGSPARAGRAAF

Ministerie van Justitie

Verslagjaar 2007

De Minister van Justitie verklaart dat:

In het begrotingsjaar 2007 is, uitgaande van het normenkader bedrijfsvoering, op een gestructureerde wijze aandacht besteed aan de primaire en ondersteunende processen en de hiermee samenhangende beheertaken bij het ministerie van Justitie.

Op basis van een risicoanalyse is een systematische afweging gemaakt inzake de in te zetten instrumenten van sturing en beheersing. Dit omvat mede het vaststellen van het van toepassing zijnde normenkader en de uitgangspunten voor opname van de relevante aandachtspunten in deze bedrijfsvoeringsparagraaf.

Een en ander heeft in het verslagjaar geresulteerd in beheerste bedrijfsprocessen. Daarbij zijn de volgende punten van aandacht naar voren gekomen:

Financiële rechtmatigheid en getrouwheid

Het aantal fouten en onzekerheden in de uitgavensfeer zijn gedurende het jaar 2007 binnen de gestelde toleranties gebleven. Daarnaast geven de financiële overzichten een getrouw beeld van de uitkomsten van de begrotingsuitvoering.

Totstandkoming beleidsinformatie

Er is een project gestart om de (bestuurlijke) informatievoorziening bij Justitie vorm te geven. Overigens is de informatie die geaggregeerd is wel betrouwbaar en wordt de totstandkoming derhalve niet als tekortkoming maar als een aandachtspunt aangemerkt.

Financieel beheer

Onregelmatigheden in de inkoop bevinden zich binnen de gestelde toleranties maar worden wel als aandachtspunt aangemerkt.

Overige aspecten bedrijfsvoering

Daarnaast heeft zich het volgende knelpunt voorgedaan dat buiten mijn verantwoordelijkheidsgebied ligt én een belemmering vormt voor het leveren van mijn prestaties:

Naar aanleiding van de Schipholbrand zijn diverse maatregelen getroffen om de brandveiligheid te verbeteren. Als gevolg van externe omstandigheden, onder andere vertraging bij de RGD, is het aanbrengen van verdere maatregelen vertraagd ten opzichte van de ambities.

De bovengenoemde punten verdienen de aandacht maar zijn niet zodanig dat deze een bedreiging vormen voor de goede uitvoering van de justitietaken. Ik heb er alle vertrouwen in dat de getroffen maatregelen effect sorteren. De bedrijfsvoering van Justitie voldoet, met inachtneming van bovenstaande punten, aan de daaraan te stellen eisen.

De Minister van Justitie

HOOFDSTUK 8 – TOEZICHTRELATIE ZBO/RWT

  x € 1 000
ZBO/RWTZBORWTActorRealisatie 2007Begroting 2007Verschil
1. Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven (SGM)XX13.5.217 66719 717– 2 050
2. Slachtofferhulp Nederland (SHN) X13.5.113 33413 074251
3. Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) *XX14.1.24 2064 000206
4. College Bescherming Persoonsgegevens (CBP)X 12.1.36 0985 919179
5. Commissie Gelijke Behandeling (CGB)X 12.1.34 7235 170– 447
6. Raden voor de rechtsbijstand (RRB)XX12.2.1416 561401 26015 301
7. Bureau Financieel Toezicht (BFT)XX12.2.24 9724 680292
8. Particuliere Jeugdinrichtingen X14.2.1163 007146 82616 181
9. Particuliere Tbs-inrichtingen X13.4.2160 485173 264– 12 779
10. HALT-bureaus* X14.2.311 74212 141– 399
11. Reclasseringsorganisaties X13.4.3/13.4.4159 271152 6616 610
12. Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA)XX15.2.1473 380290 740182 640
13. Stichting Nidos *XX14.3.1/14.3.219 47433 647– 14 173
14. College van Toezicht Auteursrechten en naburige rechtenX 
15. Raad voor Strafrechttoepassing en Jeugdbescherming (RSJ)X 13.4.62 8992 307592
16. College van Toezicht op de Kansspelen (CvTK)X 13.1.2468467– 1
       

* In de begroting 2007 is abusievelijk een verkeerde stand begroting opgenomen. De nu opgenomen bedragen zijn de juiste en komen overeen met de cijfers stand begroting zoals opgenomen in artikel 14 in de begroting 2007.

Toelichting

ad 1. Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven (SGM)

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie over 2007 wordt verklaard door het achterblijven van de in 2007 uitgekeerde schadeloosstellingen ten opzichte van de raming. Dit ondanks een stijging van de uitgekeerde schadeloosstellingen in 2007 ten opzichte van 2006 met € 4,4 miljoen. De oorspronkelijke raming was gebaseerd op een nog hogere stijging.

ad 6. Raden voor rechtsbijstand

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie 2007 wordt met name veroorzaakt door de toename van het aantal civiele en reguliere straftoevoegingen. Deze stijging heeft zich reeds in 2006 voorgedaan en is in 2007 op hetzelfde niveau gestabiliseerd. Bij de opstelling van de begroting 2007 was deze stijging echter nog niet voorzien.

ad 8. Particuliere Justitiële Jeugdinrichtingen

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie 2007 bij de particuliere Justitiële Jeugdinrichtingen is voornamelijk het gevolg van het realiseren van een hogere productie en de inzet van extra middelen voor maatregelen in het kader van brandveiligheid (onder andere bouwsubsidies voor gebouwelijke aanpassingen).

ad 9. Particuliere Tbs-inrichtingen

Het verschil tussen de vastgestelde begroting 2007 en de realisatie 2007 bij de particuliere Tbs-inrichtingen is voornamelijk het gevolg van het realiseren van een lagere productie dan begroot (-80 plaatsen).

ad 11. Reclasseringsorganisaties

In de vastgestelde begroting 2007 was nog geen rekening gehouden met de uitbetaling van de overheidsbijdrage arbeidskostenontwikkeling (OVA) over 2006 en 2007. Hierdoor wijkt de realisatie 2007 af van de vastgestelde begroting 2007.

ad 12. Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA)

Een groot deel van het verschil tussen de stand vastgestelde begroting 2007 en de realisatie 2007 wordt veroorzaakt door de hogere bezetting. Hierdoor is ruim € 160 miljoen meer uitgegeven dan geraamd. Verder zijn door de gevolgen van de Schipholbrand de brandveiligheidseisen aangescherpt, waarna de voorzieningen op de COA-locaties zijn aangepast. Hierdoor is € 32 miljoen meer uitgegeven. Het restant-verschil is met name het saldo van meevallende krimpkosten, meevallers op het terrein van terugkeer en vertrek en kostprijsontwikkelingen. Voor een uitputtend overzicht wordt verwezen naar de toelichting onder operationele doelstelling 15.2.

ad. 13 Stichting Nidos

Het verschil tussen de stand vastgestelde begroting 2007 en de realisatie 2007 (€ 33,6 miljoen) wordt enerzijds verklaard door de overdracht van woonvoorzieningen van Nidos naar het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA) in 2007 en anderzijds door de dalende pupilaantallen.

ad 14. College van Toezicht Auteursrechten en naburige rechten

Het College van Toezicht op de Auteursrechten is op 15 juli 2003 opgericht. De begroting van het College verloopt niet via Justitie. Het College wordt bekostigd door de organisaties waarop het toezicht wordt gehouden.

HOOFDSTUK 9 – RAAD VOOR DE RECHTSPRAAK

Algemeen

Hieronder zijn de realisatiegegevens weergegeven over het aantal afgedane zaken door de rechtspraak en de doorlooptijden in het jaar 2007. In het jaarverslag van de Rechtspraak, uitgebracht door de Raad voor de rechtspraak, dat tevens aan de Staten-Generaal wordt aangeboden, wordt meer gedetailleerd ingegaan op de diverse ontwikkelingen binnen de rechtspraak in 2007.

In 2007 stroomden ruim 1,7 miljoen zaken in bij de rechtspraak. De totale instroom nam 2% af. Deze afname in instroom is voor het eerst in jaren. Deze daling van de instroom wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de (gunstige) economische ontwikkelingen. De effecten daarvan blijken eerder door te werken in de instroom dan in de begroting 2007 was voorzien. Aangezien er geen achterstanden van enige betekenis meer zijn, is als logisch gevolg van de teruglopende instroom ook de productie afgenomen. Uitzonderingen op deze dalende tendens vormen de sectoren civiel van de rechtbanken en de appelcolleges. Zij zien zich nog geconfronteerd met een aanhoudende toename in instroom en productie.

Productie
 2004 2005Realisatie 20062007Begroting 2007Verschil 
Totaal1 708 9571 741 6001 751 4211 725 3011 822 070– 96 769
       
Gerechtshoven      
Civiel12 28513 04014 41714 70915 557– 848
Straf36 97139 90539 28538 07542 234– 4 159
Belasting17 92213 0794 9063 3003 099201
       
Rechtbanken      
Civiel250 833256 347258 173262 368272 991– 10 623
Straf234 523219 544221 802216 017244 319– 28 302
Bestuur (excl. VK)48 13550 91250 22949 03955 227– 6 188
Bestuur (VK)87 03271 40262 18956 81663 079– 6 263
Kanton1 012 8071 059 6961 065 7921 052 9131 097 560– 44 647
Belasting08 79626 69224 60618 9925 614
       
Bijzondere colleges      
Centrale Raad van Beroep7 2127 7337 9367 4589 012– 1 554
College van Beroep voor het bedrijfsleven1 2371 1461 002

Toelichting

De totale hoeveelheid bij de rechtspraak afgedane zaken nam in 2007 met 1% af ten opzichte van 2006. Deze productieafname volgt de instroomafname en manifesteert zich bij nagenoeg alle sectoren. Enige uitzondering is de sector civiel van de rechtbanken, waar nog sprake is van enige groei (+ 2%). Dit is met name toe te schrijven aan de stijging van het aantal zaken in het kader van de Wet Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen, schuldsaneringen en (verleningen) ondertoezichtstellingen. De grootste afname in productie ten opzichte van 2006 is zichtbaar bij belastingzaken. Hier is overigens sprake van een aanzienlijke piek in 2006 waardoor de afname ten opzichte van vorig jaar groot is.

Doorlooptijden
Zaakstype (gebaseerd op Lamicie)Realisatie Verschil
 200320042005200620072007–2006
Rechtbank      
Sector civiel      
Handelszaak met verweer389410577524421– 20%
Handelszaak zonder verweer41343335373%
Beschikking op verzoekschrift5157656159– 4%
Faillissementn.b.7201 0571 130731– 35%
Scheidingszaak111117117113112– 1%
Beschikking op verzoekschrift aan de kinderrechter35364854553%
Overige familiezaak (b.v. adoptie)1561561541521552%
Kortgeding4949474745– 4%
       
Sector bestuur      
Bestuurszaak3463303023013106%
Voorlopige voorziening bij een bestuurszaak45454344441%
Vreemdelingenzaak4694353152102109%
Belastingzaakn.v.t.n.v.t.n.v.t.26327241%
       
Sector straf      
Strafzaak (meervoudig behandeld)139102989883– 15%
Uitwerken vonnis strafzaak voor hoger beroep (behandeling meervoudige kamers)1091161181251369%
Politierechterzaak (incl. economische)51423234352%
Strafzaak bij de kinderrechter (enkelvoudig)6243433635– 4%
       
Sector Kanton*      
Arbeids- of handelszaak met verweer en enq/plei/de   308300– 3%
Handelszaak met verweer zonder enq/plei/desc   1073084%
Handelszaak zonder verweer11109883%
Beschikking ontbinding arbeidsovereenkomst   171810%
Overige beschikkingen (handel en huur)   546520%
Familiezaak272538253122%
Kortgeding in een kantonzaak28293029293%
Strafzaak bij kanton (overtreding)5660554440– 9%
       
Gerechtshof      
Handel5215114924884931%
Familie2302102062182211%
Belastingzaak5115085667788246%
Strafzaak (enkelvoudig of meervoudig behandeld)n.b.n.b.n.b.217207– 5%
Uitwerken arrest voor cassatien.b.n.b.n.b.1671744%
       
College van Beroep voor het Bedrijfsleven      
Bestuurszaak4944174674835106%
Voorlopige voorziening5077543831– 18%
       
Centrale Raad van Beroep      
Bestuurszaak7137096065525663%
Voorlopige voorziening46474449526%

* De productgroep kanton is met ingang van 2007 uitgebreid met 3 categorieën.

Toelichting

De doorlooptijden met betrekking tot afgehandelde zaken zijn in 2007 veelal gelijk gebleven of iets verhoogd. Overigens zijn de werkvoorraden hierdoor niet noemenswaardig toegenomen. De daling van 20% bij de sector civiel heeft twee oorzaken. Enerzijds werden in 2005 en 2006 veel oude zaken afgedaan, hetgeen in een hogere gemiddelde doorlooptijd in die jaren resulteert. Anderzijds wordt de daling veroorzaakt door gewijzigd rolbeleid. Door dit gewijzigd rolbeleid wordt de parkeerrol (zaken die zijn aangehouden maar nog wel op de rol staan) eerder geschoond dan voorheen. De hogere doorlooptijd bij belastingzaken wordt toegelicht in het jaarverslag van de Rechtspraak. Strafzaken gaan in 2007 overwegend sneller dan in 2006. Het uitwerken van vonnissen en appellen duurt langer. Dit is het gevolg van een kwaliteitsverbetering waarbij meer de nadruk ligt op goede motivering. In 2007 zijn ten aanzien van de doorlooptijden door de Raad voor de rechtspraak normen vastgesteld. De weergave van de doorlooptijden en de normeringen zal in het vervolg aangevuld worden met spreidingsgegevens. In het jaarverslag van de Rechtspraak wordt hierover gerapporteerd.

C. JAARREKENING

HOOFDSTUK 10 – VERANTWOORDINGSSTAAT

Departementale verantwoordingsstaat 2007 van het ministerie van Justitie (VI)

x € 1 000

  (1)(2)(3) = (2) – (1)
ArtikelOmschrijvingOorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
  VerplichtingenUitgavenOntvangstenVerplichtingenUitgavenOntvangstenVerplichtingenUitgavenOntvangsten
 TOTAAL5 901 8155 902 4961 033 9966 059 6375 925 2241 132 165157 82222 72898 169
           
 Totaal beleidsartikelen5 713 1145 713 1141 022 7425 819 5395 694 4291 126 795106 425– 18 685104 053
           
11Nederlandse rechtsorde10 44310 443011 45011 2376081 007794608
12Rechtspleging en rechtsbijstand1 295 5541 295 554185 2291 359 2051 314 684176 44463 65119 130– 8 785
13Rechtshandhaving, criminaliteitsbestrijding en terrorismebestrijding2 458 8932 458 893725 8442 349 5922 504 516841 973– 109 30145 623116 129
14Jeugd788 624788 62415 2631 015 149802 01811 838226 52513 394– 3 425
15Vreemdelingen757 689757 68986 0611 082 0701 059 94495 842324 381302 2559 781
16Integratie400 194400 19410 345000– 400 194– 400 194– 10 345
17Internationale rechtsorde1 7171 71702 0732 0309035631390
           
 Totaal niet-beleidsartikelen188 701189 38211 254240 098230 7955 37051 39741 413– 5 884
           
91Algemeen185 742186 42311 254237 449228 1665 31751 70741 743– 5 937
92Nominaal en onvoorzien000000000
93Geheim2 9592 95902 6492 62953– 310– 33053

De financiële en niet-financiële toelichting op de departementale verantwoordingsstaat is opgenomen in het beleidsverslag.

Mij bekend,

De Minister van Justitie,

HOOFDSTUK 11 – DEPARTEMENTALE SALDIBALANS

Saldibalans per 31 december 2007 van het ministerie van Justitie (bedragen in euro’s)

Debetzijde van de balans20072006
Uitgaven ten laste van de begroting5 925 221 368,765 709 295 557,81
Liquide middelen361 405,981 708 548,00
Uitgaven buiten begrotingsverband7 117 526,935 857 776,24
Openstaande rechten0,000,00
Extra-comptabele vorderingen499 073 922,95479 210 356,72
Tegenrekening extra-comptabele schulden0,000,00
Voorschotten1 758 815 046,992 454 469 567,98
Tegenrekening garantieverplichtingen3 630 203,412 758 540,91
Tegenrekening openstaande verplichtingen1 265 871 968,891 174 638 369,21
Deelnemingen0,000,00
Totaal9 460 091 443,919 827 938 716,87
Creditzijde van de balans20072006
Ontvangsten ten gunste van de begroting1 132 169 326,611 111 533 840,60
Rekening-courant RHB4 540 459 922,254 379 566 281,95
Ontvangsten buiten begrotingsverband260 071 052,81225 761 759,50
Tegenrekening openstaande rechten0,000,00
Tegenrekening extra-comptabele vorderingen499 073 922,95479 210 356,72
Extra-comptabele schulden0,000,00
Tegenrekening voorschotten1 758 815 046,992 454 469 567,98
Garantieverplichtingen3 630 203,412 758 540,91
Openstaande verplichtingen1 265 871 968,891 174 638 369,21
Totaal9 460 091 443,919 827 938 716,87

De Minister van Justitie,

namens de Minister,

De directeur van de Directie Financieel-Economische Zaken,

A.B.C. de Klerck

Toelichting op de saldibalans per 31 december 2007 van het ministerie van Justitie

Onderstaand wordt een toelichting verstrekt op de posten die zijn opgenomen in de saldibalans per 31 december 2007.

Debetzijde van de saldibalans

Uitgaven ten laste van de begroting

De post uitgaven ten laste van de begroting geeft per jaar de volgende stand:

 20072006
Uitgaven ten laste van de begroting5 925 221 368,765 709 295 557,81

De post uitgaven ten laste van de begroting geeft het totaal weer van de in het begrotingsjaar verantwoorde uitgaven.

Volledigheidshalve wordt verwezen naar de financiële toelichting op de (niet)beleidsartikelen waarin deze uitgaven nader worden toegelicht. Onder het hoofd «uitgaven ten laste van de begroting 2006» is het totaalbedrag opgenomen van de begrotingsuitgaven over het begrotingsjaar 2006. De afrekening in 2007 heeft plaatsgevonden op initiatief van het ministerie van Financiën, nadat de Slotwet over het begrotingsjaar 2006 door de Staten-Generaal was goedgekeurd.

Liquide middelen

De liquide middelen worden als volgt gespecificeerd:

 20072006
Kas245 504,34236 555,64
Postbank115 901,641 471 850,33
Bank0,00142,03
Saldo liquide middelen361 405,981 708 548,00

Uitgaven buiten begrotingsverband (intra-comptabele vorderingen)

De uitgaven buiten begrotingsverband (intra-comptabele vorderingen) worden als volgt gespecificeerd:

 20072006
Door te belasten uitgaven7 030 198,855 630 398,20
Salarisvoorschotten11 973,6080 620,45
Nog te verantwoorden salarisjournaal67 808,36146 757,59
Nog te betalen premies7 546,120,00
Saldo uitgaven buiten begrotingsverband (intra-comptabele vorderingen)7 117 526,935 857 776,24

Door te belasten uitgaven

Het saldo van deze post wordt voornamelijk gevormd door projecten die door het ministerie van Justitie worden uitgevoerd en waarbij de uitgaven en ontvangsten niet binnen hetzelfde jaar worden verantwoord doordat achteraf de projectafrekening plaatsvindt.

Salarisvoorschotten

Op deze rekening worden de salarisvoorschotten verantwoord die door de decentrale diensten zijn verstrekt na goedkeuring van de salarisadministratie. Het verstrekte voorschot wordt vervolgens op het salaris van de medewerker ingehouden.

Nog te verantwoorden salarisjournaal

Het betreft hier mutaties uit het salarisjournaal die naar deze balansrekening zijn geboekt. Na beoordeling van de salarisadministratie worden deze posten verantwoord.

Nog te betalen premies

Deze premies zijn afkomstig uit het salarisjournaal van december 2007 en zijn in januari 2008 betaalbaar gesteld.

Extra-comptabele vorderingen

 20072006
Saldo extra-comptabele vorderingen499 073 922,95479 210 356,72

Een onderscheid naar Justitie-organisaties geeft het volgende beeld:

Justitiebrede vorderingen5 303 486,57
Jeugdbescherming en Reclassering495 369,11
Rechtspleging15 930 186,96
CJIB477 344 880,31

Naar aard kunnen de vorderingen als volgt worden ingedeeld:

Salarisvorderingen op ex-personeel1 501 988,08
Ministeries2 991 331,52
Semi-overheden/gesubsidieerde instellingen522 515,01
Voorlopig buiten invordering gestelde vorderingen3 222 988,00
Eénmalige debiteuren7 862 847,62
Advocaten rechtspraak3 229 419,08
Strafrechtelijke boetes (STRABIS)130 274 127,76
Sancties (wet Mulder)182 442 045,08
Vorderingen opgelegde ontnemingsmaatregelen164 628 707,47
Derden2 397 953,33

Het inningspercentage van de strafrechtelijke boetes bedraagt 60,6% en voor sancties 95,2%. Het betreft hier het percentage van de zaken die binnen één jaar zijn geïnd c.q. zijn afgedaan.

Opbouw van de vorderingen (x € 1 miljoen) gerangschikt naar ouderdom is als volgt:

Jaar waarin de vordering is ontstaanBedrag
<200462,9
200466,3
200554,8
200690,6
2007224,5
Totaal499,1

Omzetgegevens debiteuren over het jaar 2007

 aantalbedrag (x € 1 miljoen)
Stand per 1 januari 20074 291 811479,2
Bij: opgeboekte vorderingen13 848 0261 158,1
 18 139 8371 637,3
Af: betaalde vorderingen– 13 036 379– 970,3
Af: correcties– 934 480– 167,9
Stand per 31 december 20074 168 978499,1

Voorschotten

De post voorschotten wordt als volgt gespecificeerd:

 20072006
Voorschotten gesubsidieerde instellingen1 647 896 830,932 359 009 950,80
Incidentele reisvoorschotten187 766,18199 279,66
Doorlopende reisvoorschotten9 739,0611 765,10
Kasvoorschothouders23 544,4122 846,91
Voorschotten PC-privé1 251,5721 940,96
Overige voorschotten110 695 914,8495 203 784,55
Saldo voorschotten1 758 815 046,992 454 469 567,98

De daling van de «voorschotten gesubsidieerde instellingen» wordt grotendeels veroorzaakt doordat per 1 januari 2007 de beleidsdirectie op het terrein van integratie is overgegaan naar het ministerie van VROM. De stand van de openstaande subsidievoorschotten van de betreffende directie per 31 december 2006 is € 592,3 miljoen.

Opbouw van de voorschotten (x € 1 miljoen) gerangschikt naar ouderdom is als volgt:

JaarSubsidiesOverige voorschotten
<20041,30,1
20041,03,0
20053,24,7
2006457,451,6
20071 185,151,3
Totaal1 647,9110,7

Overeenkomstig de subsidievoorschriften dienen de gesubsidieerde instellingen binnen dertien weken na afloop van het boekjaar een door een registeraccountant gecertificeerde jaarrekening bij het ministerie van Justitie in te dienen. Na controle en akkoordbevinding van de stukken wordt de subsidie definitief vastgesteld en vindt de verrekening met de verstrekte voorschotten plaats. Indien in afwijking van de wens van een gesubsidieerde instelling één of meerdere posten uit de jaarrekening niet subsidiabel worden verklaard, vindt overleg met betrokkenen plaats, alvorens tot vaststelling van de exploitatiesubsidie wordt overgegaan. Bij de overige voorschotten bestaat het saldo voornamelijk uit betalingen waarbij de bijbehorende prestatie op het moment van de betaling nog niet is verricht.

Tegenrekening garantieverplichtingen

 20072006
Tegenrekening garantieverplichtingen3 630 203,412 758 540,91

De tegenrekening garantieverplichtingen maakt onderdeel uit van de obligoboeking garantieverplichtingen.

Tegenrekening openstaande verplichtingen

 20072006
Tegenrekening openstaande verplichtingen1 265 871 968,891 174 638 369,21

De tegenrekening openstaande verplichtingen maakt onderdeel uit van de obligoboeking openstaande verplichtingen. 

Creditzijde van de saldibalans

Ontvangsten ten gunste van de begroting

De post ontvangsten ten gunste van de begroting geeft per jaar de volgende stand:

 20072006
Ontvangsten ten gunste van de begroting1 132 169 326,611 111 533 840,60

De post «ontvangsten ten gunste van de begroting 2007» geeft het totaal weer van de in het jaar verantwoorde begrotingsontvangsten. Volledigheidshalve wordt verwezen naar de financiële toelichting op de (niet-) beleidsartikelen waarin deze uitgaven nader worden toegelicht.

Rekening-courant RHB

De post rekening-courant bij de Rijkshoofdboekhouding geeft de volgende stand:

 20072006
Rekening-courant RHB4 540 459 922,254 379 566 281,95

Het saldo van deze post geeft de financiële verhouding met het ministerie van Financiën weer. Het saldo sluit aan met het Rekening-Courant overzicht van de Afdeling Rijkshoofdboekhouding van het ministerie van Financiën.

Ontvangsten buiten begrotingsverband

De post ontvangsten buiten begrotingsverband wordt als volgt gespecificeerd:

 20072006
RC-kasbeheerders543 421,3617 887,67
Vooruit ontvangen bedragen35 632 113,3529 931 975,23
Af te dragen inhoudingen40 078 491,9835 793 651,40
Tussenrekening liquide middelen6 916 437,385 096 312,88
Af te wikkelen proceskosten2 041 683,221 874 130,52
Af te wikkelen OM53 931 905,8736 079 298,83
Conservatoir IBG111 428 411,00108 976 374,21
Gedeponeerde geldsommen9 498 588,657 992 128,76
Saldo ontvangsten buiten begrotingsverband (intra-comptabele schulden)260 071 052,81225 761 759,50

RC-kasbeheerders

Met de onder het ministerie ressorterende kasbeheerders wordt een Rekening-Courantverhouding aangehouden. Het saldo wordt normaliter veroorzaakt door een tijdsverschil tussen het boeken in de concernadministratie en de decentrale financiële administratie.

Vooruit ontvangen bedragen

Het saldo van deze rekening bestaat voornamelijk uit sociale lasten over de maand december die bij de agentschappen in rekening zijn gebracht. Deze bedragen zijn in januari 2008 aan de diverse instanties afgedragen. Daarnaast wordt het creditsaldo opgenomen van de projecten die door het ministerie van Justitie worden uitgevoerd en waarbij de uitgaven en ontvangsten niet in hetzelfde jaar worden verantwoord.

Af te dragen inhoudingen

Op de rekening af te dragen inhoudingen is met name de loonheffing verantwoord, die in de maand december 2007 op de ambtenarensalarissen is ingehouden. In de maand januari 2008 is deze post aan de Belastingdienst afgedragen.

Tussenrekening liquide middelen

Op deze rekening worden met name de ontvangsten tijdelijk verantwoord, waarbij er op het moment van ontvangst nog geen zekerheid bestaat over de bestemming van het geld. Het CJIB heeft een bedrag van € 6,2 miljoen ontvangen welke doorgestort gaat worden.

Af te wikkelen proceskosten

Deze rekening geeft het saldo weer van de proceskosten die nog met partijen moet worden afgerekend.

Af te wikkelen OM

Bedragen die in het kader van het «vrijlaten op borgtocht» van een verdachte zijn ontvangen, worden op deze rekening verantwoord. Daarnaast wordt deze rekening gecrediteerd voor de gelden die in beslaggenomen zijn. De uiteindelijke bestemming van de gelden kan worden bepaald door een uitspraak van de rechter in de desbetreffende zaak of door het Openbaar Ministerie. Een dergelijke beslissing kan leiden tot geheel of gedeeltelijke teruggave of verbeurdverklaring van het in beslag genomen geld.

Conservatoir in beslaggenomen gelden

Het creditsaldo op deze rekening wordt gevormd door de gelden waarop in het kader van ontnemingsmaatregelen conservatoir beslag is gelegd.

Gedeponeerde geldsommen

Betreft ontvangsten van partijen in rechtszaken waarvan de rechter een deskundigenonderzoek heeft gelast. De kosten van het deskundigenonderzoek worden hiermee gefinancierd.

Tegenrekening extra-comptabele vorderingen

De post tegenrekening extra-comptabele vorderingen wordt als volgt gespecificeerd:

 20072006
Tegenrekening extra-comptabele vorderingen499 073 922,95479 210 356,72

De tegenrekening extra-comptabele vorderingen maakt onderdeel uit van de obligoboeking van de extra-comptabele vorderingen.

Tegenrekening voorschotten

De tegenrekening voorschotten maakt onderdeel uit van de obligoboeking van de openstaande voorschotten.

 20072006
Tegenrekening voorschotten1 758 815 046,992 454 469 567,98

Garantieverplichtingen

De rekening garantieverplichtingen geeft de volgende stand:

 20072006
Garantieverplichtingen3 630 203,412 758 540,91

Openstaande verplichtingen

De rekening openstaande verplichtingen geeft de volgende stand:

 20072006
Openstaande verplichtingen1 265 871 968,891 174 638 369,21

Staat van de openstaande (garantie)verplichtingen per 31 december 2007 (bedragen x € 1 000,00)

Openstaande verplichtingen per 1 januari 2007 1 177 397
Aangegane verplichtingen in het begrotingsjaar 20076 059 633 
Tot betaling gekomen in het begrotingsjaar 2007– 5 925 222 
Correctie in verband met overdracht beleidsdirectie op het terrein van integratie naar VROM– 42 306 
  92 105
Openstaande verplichtingen per 31 december 2007 1 269 502

Een opgave per begrotingsartikel van de stand per 31 december 2007 van het deel van de aangegane verplichtingen dat nog niet tot uitgaven heeft geleid (bedragen op duizenden euro’s naar boven afgerond), geeft het volgende beeld:

Artikelnr.Omschrijving(x € 1 000)
11Nederlandse rechtsorde625
12Rechtspleging en rechtsbijstand434 281
13Rechtshandhaving en criminaliteits- en terrorismebestrijding95 808 
14Jeugd274 507
15Vreemdelingen412 331
17Internationale Rechtsorde26
91Algemeen48 274
93Geheim20
Totaal aangegane verplichtingen, die nog niet tot uitgaven hebben geleid1 265 872
13Garantieverplichting voor procesrisico’s van faillissementscuratoren3 630
Totaal overlopende verplichtingen1 269 502

Met ingang van 1 januari 2007 maakt de beleidsdirectie op het terrein van integratie (artikel 16) geen deel meer uit van de Justitieorganisatie. Dit betekent dat artikel 16 geen saldo meer heeft in de verplichtingenstand per 31 december 2007.

HOOFDSTUK 12 – BATEN-LASTENDIENSTEN

12.0 SAMENVATTENDE VERANTWOORDINGSSTAAT 2007 INZAKE BATEN-LASTENDIENSTEN VAN HET MINISTERIE VAN JUSTITIE (VI)

  x € 1 000

 (1)(2)(3)=(2)-(1)
OmschrijvingOorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
1. Immigratie en Naturalisatiedienst   
    
Totale baten327 030302 027– 25 003
Totale lasten327 030327 455425
Saldo van baten en lasten0– 25 428– 25 428
    
Totale kapitaalontvangsten6 20012 5906 390
Totale kapitaaluitgaven13 04713 435388
    
2. Dienst Justitiële Inrichtingen   
    
Totale baten2 067 8362 179 144111 308
Totale lasten2 067 8362 161 70593 869
Saldo van baten en lasten017 43917 439
    
Totale kapitaalontvangsten65 00033 906– 31 094
Totale kapitaaluitgaven120 49098 528– 21 962
    
3. Centraal Justitieel Incassobureau   
    
Totale baten79 89586 3266 431
Totale lasten79 89585 6935 798
Saldo van baten en lasten0633633
    
Totale kapitaalontvangsten6 0304 950– 1 080
Totale kapitaaluitgaven9 37016 5967 226
    
4. Nederlands Forensisch Instituut   
    
Totale baten58 43963 0814 642
Totale lasten58 43958 386– 53
Saldo van baten en lasten04 6954 695
    
Totale kapitaalontvangsten3 7003 610– 90
Totale kapitaaluitgaven9 2229 830608
    
5. Justitiële Uitvoeringsdienst Toetsing, Integriteit, Screening   
Totale baten17 07621 9714 895
Totale lasten16 92816 96840
Saldo van baten en lasten1485 0034 855
    
Totale kapitaalontvangsten70037– 663
Totale kapitaaluitgaven3 3216 0262 705
    
6. Gemeenschappelijke beheerorganisatie   
Totale baten19 36827 1887 820
Totale lasten19 24327 1567 913
Saldo van baten en lasten12532– 93
    
Totale kapitaalontvangsten1 43667– 1 369
Totale kapitaaluitgaven3 4143 228– 186

12.1 IMMIGRATIE EN NATURALISATIEDIENST (IND)

Toelichting exploitatie 2007

Baten

Opbrengst moederdepartement

Bij 1e en 2e suppletoire wet 2007 is de bijdrage moederdepartement verhoogd met circa € 50 miljoen. Deze verhoging is opgebouwd uit met name een hogere bijdrage voor meerproductie, herinvoering van de aanmeldcentrum-functie in Zevenaar, uitvoering van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet en compensatie legesproblematiek (totaal € 31 miljoen) en de loon- en prijsbijstelling. In het definitieve begrotingskader 2007 is rekening gehouden met een aanvullende bijdrage voor het project Terugkeer van € 4,1 miljoen.

Daarnaast is de bijdrage verlaagd voor de ontvlechting van Terugkeer (inclusief gelden voor project Terugkeer) en budgetoverheveling naar de betreffende beleidsdirectie (taken Vreemdelingcirculaire) voor circa € 47 miljoen.

Per saldo komt dit uit op een verhoging van de opbrengst moederdepartement met € 1,4 miljoen.

Opbrengst derden

De legesinkomsten uit ingediende aanvragen regulier en naturalisatie zijn € 31 miljoen lager dan begroot als gevolg van het achterblijven van het aantal nieuw ingediende aanvragen. Daarnaast heeft de geraamde ophoging van Naturalisatieleges niet plaatsgevonden in verband met uitstel van de invoering van het nieuwe legeshuis.

De lager dan geraamde opbrengsten uit leges zijn incidenteel volledig gecompenseerd door een ophoging van de bijdrage moederdepartement.

Lasten

Personele kosten

De personele kosten zijn hoger dan begroot. Enerzijds is een bedrag van € 16 miljoen aan personeelsbudget overgeheveld naar de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V). De hogere uitgaven voor personele lasten worden met name verklaard door:

– het afhandelen van een hogere productie dan gepland. Bij 2e suppletoire begroting 2007 is hiervoor een bedrag van € 6 miljoen aanvullend gefinancierd. Echter, per einde van het jaar is sprake van aanvullend benodigde gelden in het kader van meerproductie van circa € 5 miljoen. Omdat ervoor is gekozen om op inputbasis te gaan afrekenen zijn de aanvullende gelden voor deze laatste meerproductie niet meer gefinancierd;

– uitvoering van activiteiten in het kader van IND bij de Tijd die bij 1e en 2e suppletoire begroting 2007 zijn gefinancierd voor een bedrag van circa € 4 miljoen;

– uitvoering van de Regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet voor een bedrag van circa € 7 miljoen;

– effect loonbijstelling nieuwe CAO voor een bedrag van circa € 5 miljoen.

Het restant van het verschil wordt verklaard uit het feit dat de begroting is opgebouwd op basis van kostprijzen die niet meer overeenstemmen met de realiteit. Hierdoor is een groot deel van de personele lasten niet gefinancierd, terwijl deze in de praktijk wel gerealiseerd worden. Uit de nacalculatie 2006 en de daarop gebaseerde herijking kostprijzen 2007 is dit gebleken.

Materiële kosten

Met de ontvlechting van Terugkeer is een bedrag van € 31 miljoen van het programma en materieel budget overgeheveld naar DT&V. Ten opzichte van het bijgestelde budget van € 103 miljoen is de realisatie circa € 2 miljoen lager uitgekomen.

Afschrijvingslasten

De afschrijvingslasten komen lager uit dan begroot. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door een lagere investering in 2006 dan die waarop de afschrijvingslast 2007 is gebaseerd. Anderzijds is er sprake van een hogere investering in 2007 die in de tweede helft van het jaar is gerealiseerd.

Voorzieningen

  x € 1 000
OmschrijvingStand per 31-12-2006Vrijval in 2007Dotatie in 2007Onttrekking in 2007Stand per 31-12-2007
FPU-plus8 06101 2551 5167 800

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft voor de rijksdiensten de mogelijkheid geschapen aan medewerkers die daarvoor in aanmerking komen een Flexibele Pensioen Uitkering (FPU-plus arrangement) aan te bieden. In 2007 is een bedrag van € 1,3 miljoen aan de voorziening gedoteerd. Reden voor de dotatie zijn met name de Collectieve Arbeidsovereenkomst (CAO-)verhogingen.

Saldo Baten en Lasten

Over 2007 is een negatief saldo van baten en lasten gerealiseerd van € 25,4 miljoen. Het verlies wordt voor het grootste deel veroorzaakt doordat de werkelijke kosten in 2007 door veranderde omstandigheden hoger waren dan de genormeerde kostprijzen, waarop de begroting 2007 was gebaseerd. Bij 1e suppletoire begroting 2008 wordt voor aanvulling van het eigen vermogen zorggedragen in overeenstemming met de Regeling baten-lastendiensten 2007 van het ministerie van Financiën.

Balans per 31 december 2007 x € 1 000
OmschrijvingBalans 2007Balans 2006
Activa  
Immateriële activa
Materiële activa  
*grond en gebouwen5 1673 171
*installaties en inventarissen2 7393 004
*overige materiële vaste activa5 1194 278
Voorraden1 5001 428
Debiteuren2 3832 976
Nog te ontvangen12 14014 717
Liquide middelen24 88625 661
Totaal activa53 93455 235
   
Passiva  
Eigen Vermogen  
*exploitatiereserve7 411
*verplichte reserves
*onverdeeld resultaat– 25 428– 11 492
Leningen bij het MvF13 96210 907
Voorzieningen7 8008 061
Crediteuren22 65214 099
Nog te betalen34 94826 249
Totaal passiva53 93455 235
Gespecificeerde verantwoordingsstaat 2007 x € 1 000
 (1)(2)(3)=(2)-(1)
 Oorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
Baten   
Opbrengst moederdepartement248 624254 1065 482
Opbrengst overige departementen
Opbrengsten derden78 20647 713– 30 493
Rentebaten2002088
Bijzondere baten
Totaal baten327 030302 027– 25 003
    
Lasten   
Apparaatskosten   
* personele kosten185 770218 42332 653
* materiële kosten134 250101 632– 32 618
Rentelasten64273896
Afschrijvingskosten   
* materieel6 3685 407– 961
* immaterieel
Overige lasten   
* dotaties voorzieningen1 2551 255
* bijzondere lasten
Totaal lasten327 030327 455425
    
Saldo baten en lasten0– 25 428– 25 428
Kasstroomoverzicht 2007 x € 1 000
 (1)(2)(3)=(2)-(1)
 Oorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
1 Rekening courant RHB 1 januari 200732 06126 579– 5 482
    
2 Totaal operationele kasstroom6 179– 855– 7 034
    
3a totaal investeringen– 6 200– 8 019– 1 819
3b totaal boekwaarden desinvesteringen3838
3 Totaal investeringskasstroom– 6 200– 7 981– 1 781
    
4a eenmalige uitkering aan Moederdepartement
4b eenmalige storting door Moederdepartement4 0814 081
4c aflossingen op leningen– 6 847– 5 4161 431
4d beroep op leenfaciliteit6 2008 4712 271
4 Totaal financieringskasstroom– 6477 1367 783
    
5 Rekening courant RHB 31 december 2007 (=1+2+3+4)31 39224 879– 6 514

12.2 DIENST JUSTITIËLE INRICHTINGEN (DJI)

Toelichting exploitatie 2007

Baten

De bijdrage 2007 van het moederdepartement is gedurende het jaar met in totaal € 70,4 miljoen bijgesteld in verband met financiering van de maatregelen in het kader van de brandveiligheid (€ 96,5 miljoen), beleidsin- en extensiveringen (– € 102,4 miljoen), loon- en prijsbijstelling (€ 49,1 miljoen), (inter)departementale overboekingen (€ 25,8 miljoen) en technische bijstellingen (€ 1,4 miljoen).

Het bedrag van de beleidsin- en extensiveringen heeft voornamelijk betrekking op de bijstelling van de capacitaire taakstelling van het Gevangeniswezen en de vreemdelingenbewaring zoals opgenomen in de Justitiebegroting 2008. Voorts is in deze post een bedrag ter hoogte van – € 17,7 miljoen opgenomen in verband met de voorlopige afrekening bij de 2e suppletoire begroting 2007 in het kader van de outputfinanciering (OPF). De definitieve OPF-afrekening op grond van de gerealiseerde productie- en bezettingscijfers is uitgekomen op € 26,8 miljoen. Het verschil van € 9 miljoen is als een aan het moederdepartement terug te betalen post in de financiële verantwoording opgenomen. Bovendien is € 22,5 miljoen uit de balanspost vooruitontvangen bijdragen geboekt als opbrengst moederdepartement ter matching met de betreffende projectkosten in 2007. Hierdoor is per saldo de gerealiseerde opbrengst van het moederdepartement in de staat van baten en lasten € 83,2 miljoen hoger dan de stand in de oorspronkelijke begroting.

Met de bijdrage van het moederdepartement en de overige opbrengsten dient DJI de kosten af te dekken die worden gemaakt om de afgesproken productietaakstelling en de opdrachten voor derden te realiseren. De gerealiseerde capaciteiten en dagprijzen zijn opgenomen en nader toegelicht bij de betrokken operationele doelstellingen, te weten operationele doelstelling 13.4, 14.2 en 15.3.

De gerealiseerde opbrengsten van derden zijn ten opzichte van de oorspronkelijke begroting € 20,6 miljoen hoger uitgekomen. Deze hogere opbrengst is voornamelijk het gevolg van de toename van de dienstverlening aan derden, waaronder bewakings- en beveiligingsdiensten ten behoeve van andere overheidsdiensten. Aan rentebaten is in totaal € 3,4 miljoen gerealiseerd.

De bijzondere baten komen voort uit vrijval van de voorziening afkoop boekwaarde (€ 6,6 miljoen), omdat besloten is een aantal panden (langer) in gebuik te houden, alsmede door het opheffen van de voorziening voor nog uit te betalen verlofdagen (€ 0,6 miljoen).

Lasten

De apparaatskosten zijn per saldo circa € 27 miljoen hoger uitgekomen dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting.

De personele kosten zijn € 47,7 miljoen hoger uitgevallen dan begroot. De realisatie van de gemiddelde kosten (inclusief vergoedingen en toelagen) van het ambtelijk personeel is € 1 075,– per fte (circa 2,4%) hoger uitgekomen dan oorspronkelijk begroot. De realisatie van het aantal ambtelijk personeel is uitgekomen op 17 804 fte. Dit aantal is weliswaar lager dan oorspronkelijk begroot, maar hier staat tegenover dat de gerealiseerde kosten van inhuur van extern beveiligingspersoneel en uitzendkrachten aanzienlijk hoger zijn uitgekomen.

De loon- en prijsontwikkeling in 2007 en de diverse maatregelen die zijn getroffen in het kader van de brandveiligheid van de inrichtingen hebben geleid tot een stijging van de kosten. Daar staat tegenover dat bij een aantal producten de gerealiseerde productie is achtergebleven ten opzichte van de taakstelling. Bovendien is in een aantal sectoren een lagere bezetting van de capaciteit gerealiseerd dan oorspronkelijk gepland. Zowel de lagere productie als de lagere bezetting hebben een drukkend effect gehad op de kosten.

Voorzieningen

  x € 1 000
OmschrijvingStand per 31-12-2006Vrijval in 2007Dotatie in 2007Onttrekking in 2007Stand per 31-12-2007
Functioneel leeftijdsontslag25 583023 521– 10 28638 818
FPU-plus41 358015 953– 9 87447 437
Wachtgelden007 08907 089
Afkoop boekwaarde gebouwen27 935– 6 57922 027– 50142 882
Uit te betalen verlofdagen593– 593000
Reorganisatievoorziening4 46605 289– 2 3907 365
Verzelfstandiging Mesdagkliniek11 00000011 000
Totaal110 935– 7 17273 879– 23 051154 591

Functioneel leeftijdsontslag (FLO)

De omvang van de voorziening voor Functioneel Leeftijd Ontslag (FLO) is gebaseerd op de bestaande verplichting aan personeelsleden die op 31 december 2007 gebruik maken van de FLO-regeling.

FPU-plus

In 2004 is een voorziening gevormd in verband met het gebruikmaken van het FPU-plus arrangement door een groot aantal DJI-medewerkers. In 2007 is betreffende voorziening herberekend. De betalingen van € 9,9 miljoen aan de ex-medewerkers die van dit arrangement gebruikmaken zijn aan de voorziening onttrokken.

Wachtgelden

In 2007 is besloten om per 31 december 2007 een voorziening wachtgelden te vormen voor ex-DJI-medewerkers die op deze datum onder de wachtgeldregeling vallen.

Afkoop boekwaarde gebouwen

DJI heeft ten aanzien van een aantal van de Rijksgebouwendienst gehuurde panden de beslissing genomen om deze af te stoten. Aan deze beslissingen zijn kosten verbonden, zoals nog resterende huren, kosten wederoplevering, sloopkosten, waarvoor een voorziening is getroffen.

Uit te betalen verlofdagen

In 2007 is binnen DJI besloten dat de voorziening verlofdagen wordt opgeheven. Volgens het Algemeen Rijksambtenarenreglement (ARAR) mogen verlofstuwmeren niet voorkomen.

Reorganisatie

Onder andere in verband met de sluiting van de inrichtingen is een reorganisatievoorziening getroffen.

Verzelfstandiging Mesdagkliniek

Per 1 januari 2008 wordt de Van Mesdagkliniek verzelfstandigd in de vorm van een private stichting. Dit heeft tot gevolg dat voor de medewerkers van de Van Mesdag-kliniek een overgang van pensioenfonds noodzakelijk is. De kosten van de overgang bedragen circa € 11 miljoen.

Saldo Baten en Lasten

Uiteindelijk is over 2007 een positief resultaat van € 17,4 miljoen gerealiseerd. Dit komt overeen met circa 0,8% van de totale omzet in 2007. Dit saldo is het resultaat van de consolidatie van de verlies- en winstrekeningen van de onder de DJI ressorterende inrichtingen en diensten en de bovengenoemde incidentele zaken.

In overeenstemming met de Regeling baten-lastendiensten 2007 wordt voorgesteld € 7,3 miljoen van het exploitatieresultaat 2007 toe te voegen aan de exploitatiereserve. Hiermee wordt de maximaal toegestane omvang van € 98,8 miljoen bereikt (het maximum van 5% van de gemiddelde omzet over de afgelopen drie jaren). De resterende € 10,1 miljoen zal in 2008 terugvloeien naar het moederdepartement.

Balans per 31 december 2007 x € 1 000
OmschrijvingBalans 2007Balans 2006
Activa  
Immateriële activa
Materiële activa  
* installaties en inventarissen163 726156 769
* overige materiële vaste activa12 63611 932
Voorraden4 6505 224
Debiteuren13 53814 212
Nog te ontvangen165 568136 313
Liquide middelen193 264215 901
Totaal activa553 382540 351
   
Passiva  
Eigen Vermogen  
* exploitatiereserve91 46582 933
* verplichte reserves
* onverdeeld resultaat17 43918 267
Leningen bij het MvF59 02249 662
Voorzieningen154 591110 935
Crediteuren12 54537 440
Nog te betalen218 320241 114
Totaal passiva553 382540 351
Gespecificeerde verantwoordingsstaat 2007 x € 1 000
 (1)(2)(3)=(2)-(1)
 Oorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
Baten   
Opbrengst moederdepartement2 004 6402 088 53283 892
Opbrengst overige departementen
Opbrengsten derden59 47880 06620 588
Rentebaten2 0003 3741 374
Bijzondere baten1 1787 1725 454
Totaal baten2 067 8362 179 144111 308
    
Lasten   
Apparaatskosten   
* personele kosten959 0931 006 83347 738
* materiële kosten1 047 2591 026 283– 20 976
Rentelasten4 5462 137– 2 409
Afschrijvingskosten   
* materieel55 00052 573– 2 427
* immaterieel
Overige lasten   
* dotaties voorzieningen1 93673 87971 943
* bijzondere lasten
Totaal lasten2 067 8362 161 70593 869
    
Saldo baten en lasten017 43917 439
Kasstroomoverzicht 2007 € 1 000
 (1)(2)(3)=(2)-(1)
 Oorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
1 Rekening courant RHB 1 januari 200791 338213 832122 494
    
2 Totaal operationele kasstroom29 60041 93012 330
    
3a totaal investeringen– 100 000– 78 15321 847
3b totaal boekwaarden desinvesteringen13 90613 906
3 Totaal investeringskasstroom– 100 000– 64 24735 753
    
4a eenmalige uitkering aan Moederdepartement– 9 735– 9 735
4b eenmalige storting door Moederdepartement  
4c aflossingen op leningen– 20 490– 10 6409 850
4d beroep op leenfaciliteit65 00020 000– 45 000
4 Totaal financieringskasstroom44 510– 375– 44 885
    
5 Rekening courant RHB 31 december 2007 (=1+2+3+4)65 448191 140125 692

12.3 CENTRAAL JUSTITIEEL INCASSOBUREAU (CJIB)

Toelichting exploitatie 2007

Baten

De opbrengst moederdepartement van het CJIB in de staat van baten en lasten is hoger dan het bedrag dat is vastgesteld in de begroting 2007. De reden hiervoor is hoofdzakelijk een hogere realisatie van WAHV-sancties (ongeveer 2,5 miljoen zaken meer dan begroot). Hieruit vloeit voort dat de hiermee samenhangende kosten hoger zijn dan begroot.

Lasten

De personele kosten zijn hoger dan begroot, omdat meer WAHV-sancties zijn afgedaan. De materiële kosten zijn hierdoor eveneens hoger dan begroot. Omdat de huisvestingskosten lager zijn uitgevallen is de stijging beperkt gebleven.

De gerechtskosten zijn door onder andere een meer doelmatige inrichting van het proces met betrekking tot de gerechtsdeurwaarders maar beperkt gestegen.

Het voldoen aan de nieuwe Regeling baten-lastendiensten 2007 van het ministerie van Financiën heeft geleid tot het activeren van de ontwikkelkosten met betrekking tot de systeemvernieuwing (programma NoorderWint). De betreffende uitgaven in 2007 zijn als immateriële vaste activa op de balans verantwoord. De niet-activeerbare onderzoekskosten, tot en met 2007, zijn ten laste van het exploitatieresultaat 2007 geboekt. De reservering meerkosten ultimo 2006 is ten gunste van het resultaat vrijgevallen. Per saldo zijn hierdoor de kosten lager uitgekomen dan begroot.

Voorzieningen

  x € 1 000
OmschrijvingStand per 31-12-2006Vrijval in 2007Dotatie in 2007Onttrekking in 2007Stand per 31-12-2007
FPU-plus916026– 148794

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft voor de rijksdiensten de mogelijkheid geschapen aan medewerkers die daarvoor in aanmerking komen een FPU-plus arrangement aan te bieden. De dotatie heeft betrekking op de toegepaste indexering. De onttrekkingen betreffen de feitelijke uitbetalingen.

Saldo van baten en lasten

Het CJIB heeft over 2007 een positief exploitatieresultaat van € 0,6 miljoen behaald. Dit zal ten gunste van de exploitatiereserve worden gebracht. Het eigen vermogen bedraagt eind 2007 per saldo € 3,6 miljoen. De daarin begrepen exploitatiereserve van € -7,6 miljoen blijft hiermee beneden het maximum van 5%.

Balans per 31 december 2007 x € 1 000
OmschrijvingBalans 2007Balans 2006
Activa  
Immateriële activa10 651802
Materiële activa  
* grond en gebouwen2 7833 247
* installaties en inventarissen4 3014 604
* overige materiële vaste activa8 1377 644
Voorraden
Debiteuren12254
Nog te ontvangen3 0402 572
Liquide middelen29 54526 288
Totaal activa58 57945 211
   
Passiva  
Eigen Vermogen  
* exploitatiereserve– 7 6552 506
* verplichte reserves10 651802
* onverdeeld resultaat633– 312
Leningen bij het MvF18 26716 646
Voorziening794916
Crediteuren9 6489 471
Nog te betalen26 24115 182
Totaal passiva58 57945 211

Gespecificeerde verantwoordingsstaat 2007 x € 1 000
 (1)(2)(3)=(2)-(1)
 Oorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
Baten   
Opbrengst moederdepartement78 94484 6015 657
Opbrengst overige departementen676844168
Opbrengsten derden25– 25
Rentebaten250881631
Bijzondere baten
Totaal baten79 89586 3266 431
    
Lasten   
Apparaatskosten   
* personele kosten33 15540 1106 955
* materiële kosten25 77726 011234
Gerechtskosten6 6056 770165
Rentelasten62563914
Afschrijvingskosten   
* materieel3 1073 406– 48
* immaterieel240192299
Dovergelden1 3612 054693
Systeemvernieuwing9 0256 485– 2 540
Overige lasten   
* dotaties voorzieningen2626
* bijzondere lasten
Totaal lasten79 89585 6935 798
    
Saldo baten en lasten0633633
Kasstroomoverzicht 2007 x € 1 000
 (1)(2)(3)=(2)-(1)
 Oorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
1 Rekening courant RHB 1 januari 200719 58226 2806 698
    
2 Totaal operationele kasstroom3 34714 90811 561
    
3a totaal investeringen– 6 030– 13 267– 7 237
3b totaal boekwaarden desinvesteringen
3 Totaal investeringskasstroom– 6 030– 13 267– 7 237
    
4a eenmalige uitkering aan Moederdepartement
4b eenmalige storting door Moederdepartement
4c aflossingen op leningen– 3 340– 3 32911
4d beroep op leenfaciliteit6 0304 950– 1 080
4 Totaal financieringskasstroom2 6901 621– 1 069
    
5 Rekening courant RHB 31 december 2007 (=1+2+3+4)19 58929 5429 953

12.4 NEDERLANDS FORENSISCH INSTITUUT (NFI)

Toelichting exploitatie 2007

Baten

De opbrengst van het moederdepartement is gedurende 2007 per saldo bijna € 3 miljoen naar boven bijgesteld. De belangrijkste oorzaken voor dit verschil zijn de loon- en prijsbijstelling en € 2,1 miljoen voor de uitvoering van het DNA-project.

De post opbrengst derden betreft met name de volgende posten:

– het PIDS-project (€ 1,1 miljoen);

– het project Veiligheidsverbetering door Information Awareness (VIA) dat uit het Fonds Economische Structuurversterking is gefinancierd (€ 0,5 miljoen).

De projecten PIDS en VIA worden vergoed op declaratiebasis.

In 2007 is als gevolg van incidentele oorzaken een vrijval geboekt ten laste van de voorziening FPU. Het volledige bedrag van deze vrijval is ten gunste gebracht van het resultaat van 2007.

Lasten

De kostenontwikkeling in 2007 is op enkele onderdelen achtergebleven bij de verwachting. Het betreft de productiekosten en enkele van de VOV-projecten te weten tracking and tracing, tweede lijn 7 keer 24 uur bereikbaarheid en de landelijke sporendatabank. De operationalisering van deze projecten komt in 2008 tot verdere ontwikkeling.

Voorzieningen

  x € 1 000
OmschrijvingStand per 31-12-2006Vrijval in 2007Dotatie in 2007Onttrekking in 2007Stand per 31-12-2007
FPU-plus615– 1749– 84366
Wachtgelden009400940
Totaal615– 174949– 841 306

In 2007 is, naast de bestaande voorziening FPU, een voorziening getroffen voor wachtgelden. Op grond van de Regeling baten-lastendiensten 2007 van het ministerie van Financiën is deze voorziening gevormd ten laste van het resultaat 2007.

Saldo Baten en Lasten

Een deel van het resultaat 2007 zal worden toegevoegd aan de exploitatiereserve, die daarmee binnen de 5% begrenzing valt. Het resterende deel boven de 5% en ter hoogte van € 4,4 miljoen, vloeit terug naar het moederdepartement.

Balans per 31 december 2007 x € 1 000
OmschrijvingBalans 2007Balans 2006
Activa  
Immateriële activa
Materiële activa  
* grond en gebouwen
* installaties en inventarissen17 05716 747
* overige materiële vaste activa1 2591 134
Voorraden7382
Debiteuren441462
Nog te ontvangen7271 281
Liquide middelen16 18614 393
Totaal activa35 74334 099
   
Passiva  
Eigen Vermogen  
* exploitatiereserve2 346
* verplichte reserves
* onverdeeld resultaat4 6952 989
Leningen bij het MvF17 53619 470
Voorzieningen1 306615
Crediteuren1 1501 388
Nog te betalen8 7109 637
Totaal passiva35 74334 099
Gespecificeerde verantwoordingsstaat 2007 x € 1 000
 (1)(2)(3)=(2)–(1)
 Oorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
Baten   
Opbrengst moederdepartement56 99459 9202 926
Opbrengst overige departementen
Opbrengsten derden1 3852 4831 098
Rentebaten60504444
Bijzondere baten174174
Totaal baten58 43963 0814 642
    
Lasten   
Apparaatskosten   
* personele kosten28 42226 884– 1 583
* materiële kosten24 73325 636903
Rentelasten716672– 44
Afschrijvingskosten   
* materieel4 5684 239– 329
* immaterieel  
Overige lasten   
* dotaties voorzieningen950– 950
* bijzondere lasten5– 5
Totaal lasten58 43958 386– 53
    
Saldo baten en lasten04 6954 695
Kasstroomoverzicht 2007 x € 1 000
 (1)(2)(3)=(2)-(1)
 Oorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
1 Rekening courant RHB 1 januari 20075 34814 388– 9 040
    
2 Totaal operationele kasstroom4 5688 013– 3 445
    
3a totaal investeringen– 3 700– 4 338638
3b totaal boekwaarden desinvesteringen52– 52
3 Totaal investeringskasstroom– 3 700– 4 286586
    
4a eenmalige uitkering aan Moederdepartement
4b eenmalige storting door Moederdepartement
4c aflossingen op leningen– 5 522– 5 492– 30
4d beroep op leenfaciliteit3 7003 558142
4 Totaal financieringskasstroom– 1 822– 1 934112
    
5 Rekening courant RHB 31 december 2007 (=1+2+3+4)4 39416 182– 11 787

12.5 Justitiële Uitvoeringsdienst Toetsing, Integriteit, Screening (dienst JUSTIS)

Toelichting exploitatie 2007

Baten

De opbrengst moederdepartement is hoger dan begroot omdat de dienst Justis een extra bijdrage (€ 2,2 miljoen) van het moederdepartement heeft ontvangen voor Wet Bureau Bevordering Integriteitbeoordelingen door het Openbaar Bestuur (BIBOB). Deze bijdrage is verstrekt voor het in behandeling nemen van extra aanvragen.

De opbrengsten derden zijn hoger dan begroot door de hogere productie bij de werkprocessen Verklaring van Geen Bezwaar (VvGB) en Verklaring Omtrent Gedrag (VOG). Door meer bekendheid van de Verklaring Omtrent Gedrag en door de positieve economische ontwikkeling in 2007 is er een sterke stijging in het aantal aanvragen.

Door een adequaat kasbeheer zijn de rentebaten hoger dan voorzien.

Lasten

De personele kosten zijn hoger dan begroot door extra personele inzet bij de werkprocessen van Centraal Orgaan Verklaring Omtrent Gedrag (COVOG) en Bevordering Integere Besluitvorming Openbaar Bestuur (BIBOB). Het extra personeel is ingezet om de sterk gestegen aanvragen en adviezen bij COVOG respectievelijk BIBOB op te vangen.

De Diensten Niveau Overeenkomst (DNO) met het bestuursdepartement is bijgesteld. De bijstelling heeft betrekking op de wijze waarop kosten worden toegerekend. Hierdoor zijn de materiële kosten lager dan in de begroting is opgenomen.

De afschrijvingkosten zijn lager dan begroot omdat een geplande ICT-investering (nog) niet heeft plaatsgevonden. Eind 2007 is besloten om een extra audit op de ICT-plannen uit te voeren om meer zekerheid te verkrijgen over de haalbaarheid van deze plannen. Hierdoor is de lening bij het ministerie van Financiën lager dan begroot en zijn ook de rentelasten lager.

Voorzieningen

  x € 1 000
OmschrijvingStand per 31-12-2006Vrijval in 2007Dotatie in 2007Onttrekking in 2007Stand per 31-12-2007
Kosten egalisatie38900– 77312
Proceskosten2400– 240
Reorganisatie29400– 167127
Totaal61500– 268439

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft voor de rijksdiensten de mogelijkheid geschapen aan medewerkers die daarvoor in aanmerking komen een FPU-plus arrangement aan te bieden, waarvoor een voorziening voor FPU-plus is gevormd. Daarnaast is er naar aanleiding van de reorganisatie in 2006 een voorziening opgenomen. De resterende personeelskosten voor 2008 en 2009 zijn opgenomen in een voorziening.

Saldo Baten en Lasten

In 2007 is afgesloten met een positief resultaat van € 5,0 miljoen. Omdat de exploitatiereserve het maximum van 5% heeft bereikt (namelijk € 1,1 miljoen) zal hier, in overleg met het moederdepartement, een bestemming aan worden gegeven.

Balans per 31 december 2007 x € 1 000
OmschrijvingBalans 2007Balans 2006
Activa  
Immateriële activa
Materiële activa  
* grond en gebouwen
* installaties en inventarissen403507
* overige materiële vaste activa120164
Voorraden
Debiteuren2 5371 927
Nog te ontvangen4065
Liquide middelen6 7008 137
Totaal activa9 80010 800
   
Passiva  
Eigen Vermogen  
* exploitatiereserve1 1041 104
* verplichte reserves
* onverdeeld resultaat5 0035 843
Leningen bij het MvF493598
Voorzieningen439707
Crediteuren
Nog te betalen2 7612 548
Totaal passiva9 80010 800
Gespecificeerde verantwoordingsstaat 2007 x € 1 000
 (1)(2)(3)=(2)-(1)
 Oorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
Baten   
Opbrengst moederdepartement1 5943 7152 121
Opbrengst overige departementen
Opbrengsten derden15 48217 9552 473
Rentebaten301301
Bijzondere baten
Totaal baten17 07621 9714 895
    
Lasten   
Apparaatskosten   
* personele kosten8 5529 8491 297
* materiële kosten7 8246 908– 916
Rentelasten2922– 7
Afschrijvingskosten   
* materieel523189– 334
* immaterieel
Overige lasten   
* dotaties voorzieningen
* bijzondere lasten
Totaal lasten16 92816 96840
    
Saldo baten en lasten1485 0034 855

Kasstroomoverzicht 2007 x € 1 000
 (1)(2)(3)=(2)-(1)
 Oorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
1 Rekening courant RHB 1 januari 20073 4418 1374 696
    
2 Totaal operationele kasstroom5214 5524 031
    
3a totaal investeringen– 700– 40660
3b totaal boekwaarden desinvesteringen  
3 Totaal investeringskasstroom– 700– 40660
    
4a eenmalige uitkering aan Moederdepartement– 2 334– 5 843– 3 509
4b eenmalige storting door Moederdepartement  
4c aflossingen op leningen– 523– 143380
4d beroep op leenfaciliteit70037– 663
4 Totaal financieringskasstroom– 2 157– 5 949– 3 792
    
5 Rekening courant RHB 31 december 2007 (=1+2+3+4)1 1056 7005 595

12.6 GEMEENSCHAPPELIJKE BEHEERORGANISATIE (GBO)

Toelichting exploitatie 2007

Het verslagjaar 2007 was voor de Gemeenschappelijke Beheerorganisatie (GBO) het tweede jaar als baten-lastendienst. GBO verzorgt het beheer van de personele en financiële systemen, de ontwikkeling en het beheer van intranet- en internetsites en het beheer van andere gemeenschappelijke bedrijfsvoeringsystemen van het ministerie van Justitie. Daarnaast adviseert GBO over de inrichting van deze systemen. De producten en diensten van GBO zijn onderverdeeld in drie clusters: Beheer, Opleidingen en Aanvulling & Uitbreiding Dienstverlening (projecten).

Baten

Ten opzichte van de begroting 2007 was er sprake van een fors hogere omzet dan begroot. Dit komt door de toeneming van de beheerdiensten, met name voor de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), en door de extra vraag van opdrachtgevers naar projecten, met name voor P-Direkt en vernieuwing HRM.

Lasten

Tegenover de extra baten staat een toename van de lasten als gevolg van meer inhuur en materiële kosten voortvloeiend uit klantprojecten en het aandeel van GBO in de kosten van de gemeenschappelijke computervloer. Daartegenover staan meevallers, zoals minder salariskosten eigen personeel, minder afschrijvingskosten door levensduurverschillen en in overleg met opdrachtgevers uitgestelde investeringen en door minder rentelasten.

Voorzieningen

  x € 1 000
OmschrijvingStand per 31-12-2006Vrijval in 2007Dotatie in 2007Onttrekking in 2007Stand per 31-12-2007
FPU-plus427011679464

Saldo baten en lasten

Het onverdeeld resultaat van 2007 komt uit op € 32 460. Dit wordt toegevoegd aan de exploitatiereserve, die daarmee uitkomt op € 1,1 miljoen en daarmee beneden het maximum van 5% blijft.

Balans per 31 december 2007 x € 1 000
OmschrijvingBalans 2007Balans 2006
Activa  
Immateriële activa
Materiële activa  
* grond en gebouwen
* installaties en inventarissen135143
* overige materiële vaste activa2 4772 465
Voorraden
Debiteuren4 0061 888
Nog te ontvangen2 362326
Liquide middelen2 168
Totaal activa8 9806 990
   
Passiva  
Eigen Vermogen  
* exploitatiereserve1 0817
* verplichte reserves
* onverdeeld resultaat321 774
Leningen bij het MvF9691 933
Voorzieningen464427
Crediteuren3 4741 063
Nog te betalen1 6811 786
Liquide middelen1 279
Totaal passiva8 9806 990

Gespecificeerde verantwoordingsstaat 2007 x € 1 000
 (1)(2)(3)=(2)-(1)
 Oorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
Baten   
Opbrengst moederdepartement19 36824 6265 258
Opbrengst overige departementen2 5022 502
Opbrengsten derden
Rentebaten6060
Bijzondere baten
Totaal baten19 36827 1887 820
    
Lasten   
Apparaatskosten   
* personele kosten9 2158 325– 890
* materiële kosten7 78017 1969 416
Rentelasten25024– 226
Afschrijvingskosten1 9981 495– 503
Overige lasten
* dotaties voorzieningen116116
* bijzondere lasten
Totaal lasten19 24327 1567 913
    
Saldo baten en lasten12532– 93
Kasstroomoverzicht 2007 x € 1 000
 (1)(2)(3)=(2)-(1)
 Oorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
1 Rekening courant RHB 1 januari 20071 0942 1681 074
    
2 Totaal operationele kasstroom2 005– 286– 2 291
    
3a totaal investeringen– 1 436– 1 563– 127
3b totaal boekwaarden desinvesteringen6767
3 Totaal investeringskasstroom– 1 436– 1 496– 60
    
4a eenmalige uitkering aan Moederdepartement– 700– 700
4b eenmalige storting door Moederdepartement
4c aflossingen op leningen– 1 978– 9651 013
4d beroep op leenfaciliteit1 436– 1 436
4 Totaal financieringskasstroom– 542– 1 665– 1 123
    
5 Rekening courant RHB 31 december 2007 (=1+2+3+4)1 122– 1 279– 2 400

D BIJLAGEN

HOOFDSTUK 13 – OVERZICHTSCONSTRUCTIES ASIEL EN MIGRATIE 

Tabel 1 Overzichtsconstructie asiel en migratie

Ministerie15 Beleidsdoelstelling Vreemdelingen (met relevante activiteiten)Operationele doelstellingPrestatiegegevensRealisatie
15.1 Verblijfsrechten vreemdelingen
     
JustitieToelating asiel en regulier15.1 Een vreemdeling die een verblijfsvergunning aanvraagt krijgt binnen de daarvoor gestelde termijn een beslissing uitgereikt– Aantal afgehandelde procedures asiel, regulier en naturalisatie– Het binnen de wettelijke termijn genomen aantal eerste beslissingen asiel, regulier en naturalisatie– Houdbaarheidspercentage van beschikkingen bij de rechter– Asiel(gerelateerd) 13 400regulier 296 200naturalisatie 26 700– Asiel(gerelateerd) 51%regulier 81%naturalisatie 85%  – Asiel(gerelateerd) 81%regulier 78%naturalisatie 85%
     
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties – Politie15.1 Toelating– Toetsen van bepaalde aanvragen regulier– Uitreiken beschikkingen asiel en regulierIntegrale financiering van de politiezorg– Aantal politierelevante asielprocedures– Aantal instromers– Aantal procedures– Aantal verwijderingenDe totale bijdrage voor asiel in 2006 bedroeg € 39,6 miljoen. In 2007 is de realisatie uitgekomen op € 36,7 miljoen. Er is een lager aantal verwijderingen gerealiseerd dan waar rekening mee werd gehouden. Het aantal procedures (en de daarmee samenhangende werkzaamheden voor politie) is echter hoger uitgevallen dan verwacht. Dit hangt samen met de gemiddeld hogere bezettingsgraad bij het COA.
Buitenlandse Zaken Als ketenpartner kwalitatief hoogwaardige bijdragen leveren aan de uitvoering van het Nederlandse vreemdelingenbeleid– Het EU-visum-, asiel- en migratiebeleid is verder geharmoniseerd, met specifieke aandacht voor de externe dimensie van dit beleid en de uitvoering daarvan, en de samenwerking met derde landen– Afgesloten visumfacilitatieovereenkomst in werking getreden– Visumfacilitatie-overeenkomst afgesloten met Oekraïne, Servië, Montengro, Macedonië, Bosnië-Herzegovina, Albanië en Modavië (inwerkingtreding waarschijnlijk per 1/1/2008).– VIS-verordening aangenomen.– De eerste bespreking (eerste lezing) van de Visumcode (opvolger Gem. Visuminstructies) werd afgerond.– Het Schengengebied werd uitgebreid (21/12/2007) met 9 landen (Polen, Tsjechië, Slowakije, Hongarije, Slovenië, Estland, Letland, Litouwen en Malta).– Aansluiting op de BVV gerealiseerd waarmee visumverlening is geïntegreerd in Nederlandse vreemdelingenketen.
   – De internationale uitwisseling van ervaringen en «best practices» op het gebied van personenverkeer is verbeterd door middel van samenwerking in de IGC (Intergouvernementele Conferentie)– De IGC biedt een informeel netwerk van landen die met gelijksoortige problematiek op asiel en migratie kampen. In 2007 zijn tal van ervaringen met beleidsvoornemens uitgewisseld. Deze lagen voornamelijk op het JBZ-terrein.
   – Beleid op het gebied van ontwikkeling en migratie, bescherming in de regio en terugkeer is, in verschillende nationale en internationale fora, verder ontwikkeld en uitgewerkt– Op basis van de nieuwe notitie Migratie en Ontwikkeling vindt de positieve rol die migratie zou kunnen spelen zijn weerslag in de beleidsplanning en -uitvoering.
   – Individuele en algemene ambtsberichten zijn tijdig geleverd en accuraat voor de beoordeling van asielverzoeken en de vaststelling van het landgebonden asielbeleid– De doorlooptijden van de Individuele Ambtsberichten zijn opgelopen als gevolg van langere onderzoekstijden in de landen van herkomst. De Algemene Ambtsberichten zijn in het algemeen op de met Justitie afgesproken data geleverd. De Individuele en Algemene Ambtsberichten zijn op grond van feedback van Justitie adequaat voor de beoordeling van asielverzoeken en de vaststelling van het landgebonden asielbeleid.
   – De Nederlandse vertegenwoordigingen hebben het inburgeringsexamen zoals geregeld in de vreemdelingenwet gefaciliteerd– Inburgeringsexamens worden conform vreemdelingenwet gefaciliteerd door de Nederlandse vertegenwoordigers in het buitenland.
   – Het nieuwe geautomatiseerde visuminformatiesysteem (NVIS) is geïmplementeerd– In 2007 is NVIS op veel posten uitgerold. In 2008 zullen de resterende posten worden voorzien van NVIS.
     
15.2 Gedurende beoordeling verblijf
JustitieAsielopvang15.2 Asielzoekers die in afwachting zijn van een uitspraak over hun eerste aanvraag voor een verblijfsvergunning worden opgevangen.– Aantal op te vangen rechthebbende personen– Aantallen opvangplaatsen– Uit te voeren regelingen– Gemiddelde bezetting: 24 343 – Capaciteitsplaatsen: 27 114– RVA: 22 874REBA: 22 874Faciliteitenbesluit: 25 824RVB: 350
   – Aantal te huisvesten reguliere vergunninghouders en statushouders volgens de regeling afwikkeling nalatenschap oude Vreemdelingenwet. De gemeenten opgelegde halfjaarlijkse (deel)taakstelling voor de huisvesting vergunninghouders bedroeg 6 708 personen (inclusief achterstand) voor 2007.– In 2007 zijn in het kader van de op grond van de Huisvestingswet opgelegde (deel)taakstellingen, volgens opgave van de gemeenten, 5 831 vergunninghouders gehuisvest. De achterstand is hiermee teruggedrongen tot 877 nog te leveren huisvestingsplaatsen op 1 januari 2008.
   – De gemeenten is vanaf 1 juli 2007 tevens een halfjaarlijkse (deel)taakstelling voor de huisvesting van statushouders opgelegd. Het betrof het huisvesten van 5 000 personen.– In de tweede helft van 2007 zijn in het kader van de op grond van de Huisvestingswet opgelegde (deel)taakstelling, volgens de opgave van de gemeenten, 3 442 statushouders gehuisvest. Niet gerealiseerde plaatsen dienen alsnog te worden geleverd.
   – Uitvoering van de afwikkeling van de ingetrokken Zorgwet Voorwaardelijke Vergunning tot Verblijf (VVtV). De doelgroep maakt deel uit van de werkzaamheden die in het kader van de afwikkeling van de oude Vreemdelingenwet worden uitgevoerd.– In 2007 zijn voor de doelgroep ex-VVtV-ers in procedure de rijksbijdragen aan de gemeenten verstrekt. Volgens opgave van de gemeenten omvat de populatie op 1 januari 2008 nog circa 425 personen.
     
15.3 Terugkeer Vreemdelingen
JustitieToezicht en terugkeer vreemdelingen15.3 Een vreemdeling die niet rechtmatig of niet meer rechtmatig in Nederland verblijft, verlaat Nederland zelfstandig of gedwongen– De gemiddelde formele capaciteit van vrijheidsontneming, van vreemdelingenbewaring voor kort- en langdurig verblijf, van vreemdelingenbewaring in uitzetcentra en de capaciteit van politiecellen– Het aantal vreemdelingen waarbij de IND activiteiten verricht voor toezicht en terugkeer– Vrijheidsbeneming : 218– Vreemdelingenbewaring: 2 833– In bewaring gesteld op politiebureaus: 12     – In 2007 zijn de activiteiten van de IND op het gebied van terugkeer overgenomen door de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V)
     
Binnenlandse Zaken en Koninkrijks-relaties – Politie15.3 Toezicht en terugkeer vreemdelingenDoen uitzetten van vreemdelingen die voor vertrek in aanmerking komen – De politie heeft het toezicht op vreemdelingen geïntensiveerd. Dit is ook vastgelegd in een prestatieafspraak ten aanzien van de 1e en 2e lijns identiteitsonderzoeken.
Defensie – Koninklijke Marechaussee15.3 Toezicht en terugkeer vreemdelingenHet uitvoeren van de grensbewaking, waaronder het uitvoeren van persoonscontroles en het verstrekken van nooddocumentenSchengenconforme controle, waarvoor de volgende normen gelden:– Burgerluchtvaart: 100% fysieke controle op in- en uitreis– Cruiseschepen: 100% administratieve controle ten aanzien van bemanning en passagiers en een 100% fysieke controle ten aanzien van passagiers die van boord gaan (afhankelijk van risicoanalyse)– Vrachtveerboten: 100% administratieve en fysieke controle op in- en uitreis van bemanning conform wijze van controle ten aanzien van zeelieden– Personenveerboten: 100% administratieve en fysieke controle, op in- en uitreis van passagiers en een 100% administratieve en fysieke controle conform wijze van controle ten aanzien van zeelieden– Pleziervaart: een streven naar 100% administratieve en fysieke controle ten aanzien van opvarenden en tenminste 5 landelijke projectdagen, welke geselecteerd zijn op basis van een risicoanalyse, waarop een 100% fysieke persoonscontrole plaatsvindt   100% fysiek  100% administratief in-/uitreis62% fysiek inreis54% fysiek uitreis     100% administratief in-/uitreis92% fysiek inreis88% fysiek uitreis   100% administratief in-/uitreis98% fysiek inreis98% fysiek uitreis      5 projectdagen 
   – Vissersschepen: een streven naar 100% administratieve en fysieke controle ten aanzien van opvarenden en tenminste 3 projectdagen, welke geselecteerd zijn op basis van een risicoanalyse, waarop een 100% fysieke persoonscontrole plaatsvindt– Vrachtvaart: afhankelijk van de doorlaatpost3 projectdagen             100% administratief in-/uitreisgemiddeld 40% fysiek inreisgemiddeld 24% fysiek uitreis
   Wachtrijnormen te Schiphol:– 95% van de passagiers bij aankomst mag maximaal 10 minuten wachten voorafgaand aan de paspoortcontrole– 95% van de vertrekkende of transfererende passagiers mag maximaal 6 minuten wachten voorafgaand aan de paspoortcontrole  98%     86%
  Het uitvoeren van mobiel toezicht vreemdelingen (MTV) waaronder het houden van controlesAantal illegalen dat is aangetroffen in het grensgebied8 189
  Het geven van ondersteuning bij de asielprocedure op de AC’s Schiphol, Zevenaar, Rijsbergen en Ter ApelAantal identiteitsvaststellingen in het AC-proces100% (graad van echtheidsonderkenning)
  Het verwijderen of uitzetten van geweigerde of illegale vreemdelingenAantal vreemdelingen dat Nederland kan worden uitgezet*De KMar stond gereed voor uitzettingen. De realisatie betrof 6 171 verwijderde vreemdelingen
  Het uitvoeren van strafrechtelijke onderzoeken naar mensensmokkelAantal projectmatige strafrechtelijke onderzoeken mensensmokkel**14 onderzoeken (in overleg met weegploegen)

* Ten aanzien van het aantal vreemdelingen dat Nederland kan worden uitgezet, is de inrichting van het Commando Koninklijke Marechaussee en de infrastructuur afgestemd op een streefwaarde van 25 500 per jaar. Of dit aantal gehaald wordt, is afhankelijk van de gehele uitzettingsketen.

** Ten opzichte van de begroting 2007 is de tekst aangepast. Door de KMar wordt in de verantwoording geen onderscheid gemaakt naar de soorten onderzoeken.

Tabel 2 Vreemdelingen, budgetten 2006–2011 (x € 1 miljoen)

 2006Begroting 2007Realisatie 20072008200920102011
Justitie       
– IND358,0327,0326,4286,0263,0247,6242,7
– COA incl. alleenstaande minderjarige vreemdelingen458,4290,7469,7365,9230,1185,9185,2
– Alleenstaande minderjarige vreemdelingen; opvang en voogdij146,733,619,518,214,914,615,3
– Vreemdelingenkamers69,463,168,358,456,956,857,2
– Rechtsbijstand28,522,021,722,022,022,022,0
– Zorgwet27,35,14,91,10,10,00,0
        
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties       
– Politie asiel38,328,536,726,125,925,925,9
        
Hoge Colleges van Staat       
– Raad van State, rechtspraak15,013,612,712,011,511,411,4
        
Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen333,222,624,517,416,716,716,7
        
Defensie (Koninklijke marechaussee)127,9128,0130,9128,0127,8127,7126,0
        
Buitenlandse zaken414,616,014,111,511,011,011,0

1 Per 1 januari 2007 zijn de woonvoorzieningen KWE (Kleinschalige Wooneenheden) en KWG (Kleinschalige Woongroepen) overgedragen aan het COA. Het budget dat gemoeid is met de opvang van de groep die in deze woonvoorzieningen verblijft, is eveneens overgeheveld. Dit verklaart het verschil tussen de begroting en de realisatie in 2007.

2 Op dit artikel is de tegemoetkoming van het Rijk verantwoord, die de gemeenten in staat moeten stellen de zorgplicht voor voormalige houders van een Voorwaardelijke Vergunning tot Verblijf in procedure (ex-VVtV-ers in procedure) af te wikkelen, waartoe zij op grond van de invoeringswet Vreemdelingenwet 2000 zijn verplicht.

3 De OCW-reeks betreft: – de reguliere onderwijskosten voor het aantal asielzoekers dat geen definitieve verblijfstatus heeft; – de onderwijskosten voor leerplichtige asielzoekers die korter dan een jaar in Nederland verblijven en nog niet in de reguliere onderwijsbekostiging zijn opgenomen.

4 De realisatiecijfers van het ministerie van Buitenlandse Zaken zijn exclusief personeels- en materiële kosten, maar inclusief de kosten die samenhangen met de ontwikkeling van het nieuwe visum en informatiesysteem (NVIS).

HOOFDSTUK 14 – TOEZEGGINGEN ALGEMENE REKENKAMER

(TOEZEGGINGEN RAPPORT BIJ HET JAARVERSLAG 2007, versie 28 februari 2008)

Aandachtspunten Algemene RekenkamerToezeggingen (door de Minister) aan de Algemene RekenkamerStand van zaken
Personele uitgaven (personeelsdossiers)
 De personeelsdossiers zullen eind 2007 geschoond zijn. In de tweede helft van 2007 start het ministerie een stappenplan voor een structurele verbetering van de dossiervorming. Hiervan maakt een nulmeting deel uit.De personeelsdossiers zullen in de loop van 2008 geschoond zijn. Het nieuwe systeem (Documentum) treedt naar verwachting medio 2008 in werking.
Inkoopbeheer  
 De desbetreffende Justitieonderdelen dragen in 2007 zorg voor procesverbetering. Justitie stelt een richtlijn voor aanbestedingen op.Een circulaire Nabesteding Europese Aanbestedingsregels is van kracht geworden. Verder is er een toetsingscommissie voor juridische expertise ingesteld die ingeschakeld dient te worden bij Europese Aanbestedingstrajecten.
Bevoorschotten van baten-lastendiensten
 Justitie gaat criteria opstellen voor bevoorschotting.Er is een Interne Regeling Bevoorschotting Baten-lastendiensten opgesteld en deze is medio 2007 van kracht geworden. In de regeling zijn de uitgangspunten toegelicht en is aangesloten bij de Regeling baten-lastendiensten 2007 van het ministerie van Financiën. Tevens zijn voorwaarden gesteld aan projectbeheersing. Daarbij zijn regels gesteld aan de administratieve verwerking, de verantwoording en de overheveling van projectgelden naar een volgend boekjaar.
Financieel beheer inburgering
 GeenDe administratie van verplichtingen en voorschotten is op orde gebracht en per 1 augustus 2007 met terugwerkende kracht tot 1 januari 2007 overgedragen aan het ministerie van VROM.
Beleidsinformatie  
 De Minister van Justitie streeft naar betere outcome-indicatoren op verschillende terreinen en een systematische inzet van beleidsdoorlichting. Voor integriteit zullen huidige afspraken worden verduidelijkt, contactpersonen betrokken bij de meldingsplicht en een PR-campagne voorbereid.In de begroting 2009 wordt – voor zover mogelijk – hiertoe een eerste aanzet gegeven.
Geïntegreerd Processysteem Strafrecht (GPS)
 GeenIn 2007 is geen verdere onnodige c.q. verwijtbare vertraging opgetreden.
Boeking van programma-uitgaven op niet-beleidsartikel
 De Minister van Justitie onderzoekt de aard van de uitgaven en rekent die zo nodig toe aan beleidsartikelen.Inmiddels is vastgesteld welke budgetten op welke beleidsartikelen ondergebracht dienen te worden. Deze overboeking zal in de loop van 2008 worden afgehandeld.
Informatiebeveiliging  
 De evaluatie van VIR-BI wordt in 2007 interdepartementaal opgepakt.De evaluatie van het VIR-BI is in 2007 interdepartementaal uitgevoerd. Rijksbreed krijgt de bescherming van bijzondere informatie de nodige aandacht. Desalniettemin is er ruimte voor verbetering. Aanbevolen wordt onder meer om het Coördinerend Beraad Integrale Beveiliging (CBIB) te laten voorzien in structurele uitwisseling van kennis en ervaring tussen departementen. Daarnaast wordt voorgesteld om het bestaande besluit te herzien.

HOOFDSTUK 15 – PUBLICATIEPLICHT OP GROND VAN DE WET OPENBAARMAKING UIT PUBLIEKE MIDDELEN GEFINANCIERDE TOPINKOMENS BIJ HET MINISTERIE VAN JUSTITIE

Op grond van artikel 6 van de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Stb. 2006, 95) dient elk departement via het departementaal jaarverslag een overzicht op te nemen van medewerkers die in het verslagjaar meer verdiend hebben dan het gemiddelde belastbare jaarloon van een minister. Dit gemiddelde belastbare jaarloon is voor 2007 vastgesteld op € 169 000,–.

Voor het ministerie van Justitie geldt dat er geen functionarissen werkzaam zijn waarvan het inkomen (gemiddeld belastbaar loon over 2007) uitstijgt boven de grens van € 169 000,–.

Gegeven de aard van de informatie bestaat er een inherente onzekerheid omtrent de volledigheid van dit overzicht. Dit heeft te maken met de inrichting van de financiële systemen en de afhankelijkheid van derden voor wat betreft de aanlevering van benodigde informatie.

HOOFDSTUK 16 – OVERZICHT NIET-FINANCIELE INFORMATIE OVER INKOOP VAN ADVISEURS EN TIJDELIJK PERSONEEL

Uitgaven in 2007 (in € x 1 000)
Programma- en apparaatskosten 
1. Interim-management20 311
2. Organisatie- en formatieadvies26 007
3. Beleidsadvies2 843
4. Communicatieadvisering1 216
Beleidsgevoelig (som 1 t/m 4)50 377
  
5. Juridisch advies5 202
6. Advisering opdrachtgevers automatisering116 610
7. Accountancy, financiën en administratieve organisatie3 841
(Beleids)ondersteunend (som 5 t/m 7)125 653
  
8. Uitzendkrachten (formatie & piek)122 452
Ondersteuning bedrijfsvoering122 452
  
Totaal uitgaven inhuur externen298 482

Toelichting

Het overzicht betreft de inkoop van adviseurs en tijdelijk personeel bij het bestuursdepartement, de Raad voor de rechtspraak en de baten-lastendiensten van Justitie (IND, DJI, NFI, CJIB, Dienst Justis en GBO).

HOOFDSTUK 17 – LIJST MET AFKORTINGEN

A 
ACAanmeldcentrum
ACVZAdviescommissie voor Vreemdelingenzaken
AIDAlgemene Inspectie Dienst
AIVDAlgemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst
AJBArrondissementaal Justitieel Beraad
AmvAlleenstaande minderjarige vreemdeling
AMvBAlgemene Maatregel van Bestuur
APVAlgemene Plaatstelijke Verordening
ARARAlgemeen Rijksambtenarenreglement
AwbAlgemene Wet Bestuursrecht
  
B 
BESBureau Euregionale Samenwerking
BFTBureau Financieel Toezicht
BHVBedrijfshulpverlening
BIBOBBevordering Integere Besluitvorming Openbaar Bestuur
BIMBBreed Initiatief Maatschappelijke Binding
BOABuitengewone Opsporingsambtenaar
BPPBasis Penitentiair Programma
BuiZaministerie van Buitenlandse Zaken
BVVBasisvoorzieningen vreemdelingen
BWBurgerlijk Wetboek
BZKministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties
  
C 
CAOCollectieve arbeidsovereenkomst
CBIBCoördinerend Beraad Integrale Beveiliging
CBPCollege Bescherming Persoonsgegevens
CBRNChemisch, Biologisch, Radiologisch en Nucleair
CBSCentraal Bureau voor de Statistiek
CGBCommissie Gelijke Behandeling
CGVCoördinatiegroep Vreemdelingenketen
CIECInternationale Commissie voor de burgelijke stand
CIOTCentraal Informatiepunt Onderzoek & Telecommunicatie
CJIBCentraal Justitieel Incasso Bureau
COACentraal Orgaan opvang Asielzoekers
COVOGCentraal Orgaan Verklaring Omtrent het Gedrag
CRIEMCriminaliteit Etnische Minderheden
CRvBCentrale Raad van Beroep
CvTKCollege van Toezicht op de Kansspelen
  
D 
DCLDetentieconcept Lelystad
DEMOStichting Door, Vereniging Exodus Nederland, Stichting Moria en Stichting de Ontmoeting
DGDirectoraat-Generaal
DJIDienst Justitiële Inrichtingen
DNADeoxyribose Nucleic Acid
DNODiensten Niveau Overeenkomst
DSIDienst Speciale Interventies
DTNDreigingsbeeld Terrorisme Nederland
DT&VDienst Terugkeer en Vertrek
E 
EDElektronische Detentie
EGEuropese Gemeenschap
EHRMEuropees Hof voor de Rechten van de Mens
ETElektronisch Toezicht
EUEuropese Unie
EU-VISEuropees Visum Informatiesysteem
EVFEuropees Vluchtelingen Fonds
  
F 
FESFonds Economische Structuurversterking
FIOD-ECDFiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst – Economische Controle Dienst
FIUFinancial Intelligence Units
FLOFunctioneeel Leeftijdsontslag
FPUFlexibele Pensioen Uitkering
FRONTEXEuropees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen
FSOForensische Samenwerking in de Opsporing
  
G 
GBOGemeenschappelijke Beheerorganisatie
GPSGeïntegreerd Processysteem Strafrecht
GSRGarantstellingsregeling
GWGevangeniswezen
  
H 
HALTHet Alternatief
HIVHuman Immunodeficiency Virus
HRMHuman Resource Management
HRPTHerintegratieregeling Project Terugkeer
HTRHerzien Toezicht Rechtspersonen
  
I 
IBGIn Beslaggenomen Gelden
IBSInbewaringstelling
ICAOInternational Civil Aviation Organization
ICCWInterdepartementale Commissie voor Constitutionele aangelegenheden en Wetgevingsbeleid
ICERInterdepartementale Commissie Europees Recht
ICTInformatie- en Communicatietechnologie
IGCInter-governmental consultations on Asylum, Refugee and Migration Policies
INDImmigratie- en Naturalisatiedienst
IODInlichtingen- en Opsporingsdienst
IOMInternational Organisation for Migration
IPRInternationaal Privaatrecht
ISDInrichting voor Stelselmatige Daders
ITBIndividuele Trajectbegeleiding
IWBInternationaal Wetgevingsberaad
  
J 
JBZJustitie en Binnenlandse Zaken
JITJoint Investigation Team
JJIJustitiële Jeugdinrichtingen
J&GJeugd en Gezin
JustisJustitiële uitvoeringsdienst toetsing, integriteit, screening
  
K 
KCWKenniscentrum Wetgeving
KLPDKorps Landelijke Politiediensten
KMarKoninklijke Marechaussee
KNBKoninklijke Notariële Beroepsorganisatie
KWEKleine Woon Eenheden
KWGKleinschalige Woongroepen
  
L 
LBIOLandelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen
LKNPLandelijke Kader Nederlandse Politie
LNVministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
  
M 
MAOC-NMaritieme Analyse en Operatie Centrum Narcotica
MOTMeldpunt Ongebruikelijke Transacties
MRMinisterraad
MTVMobiel Toezicht Vreemdelingen
MvFministerie van Financiën
MVVMachtiging tot Voorlopig Verblijf
  
N 
NCTbNationaal Coördinator Terrorismebestrijding
NFINederlands Forensisch Instituut
NICCNationale Infrastructuur Cybercrime
NidosJeugdbescherming voor vluchtelingen
NPPNationaal Platform Personenschade
NVISNieuwe Visum en Informatie Systeem
NVvKNederlandse Vereniging voor Volkskrediet
  
O 
OCTAOrganized Crime Threat Assessment
OCWministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
ODAOfficial Development Assistance
OHOnherroepelijk(e)
OMOpenbaar Ministerie
OPFOutputfinanciering
OVAOverheidsbijdrage in de arbeidsontwikkeling
OVSOptimalisering voorwaardelijke sancties
OTSOndertoezichtstelling
  
P 
PaVEMCommissie Participatie van Vrouwen uit Etnische Minderheidsgroepen
PBCPieter Baan Centrum
PBOParticuliere Beveiliging en Opsporing
PCPersonal Computer
PIPenitentiaire Inrichting
PIDSPlatform Interceptie Decriptie en Signaalanalyse
PIJPlaatsing in een Jeugdinrichting
PMPro memorie
PMJPrognosemodel Justitiële Ketens
PNRPassenger Name Record
PPPenitentiair Programma
PROMISProject Motiveringsverbetering in Strafvonnissen
PVProces Verbaal
PVAGMProgramma Versterking Aanpak Georganiseerde Criminaliteit
  
R 
RCRekening-Courant
REANReturn and Emigration of Aliens from the Netherlands
RebaRegeling eigen bijdrage asielzoekers
RGDRijksgebouwendienst
RHBRijkshoofdboekhouding
RIScRecidive Inschattings Schalen
RRBRaden voor rechtsbijstand
RVARegeling Verstrekkingen aan Asielzoekers
RvbRegeling verstrekkingen bepaalde categorieën vreemdelingen
RvdKRaad voor de Kinderbescherming
RvdrRaad voor de rechtspraak
RWTRechtspersoon met een Wettelijke Taak
  
S 
SERSociaal-Economische Raad
SGMSchadefonds Geweldsmisdrijven
SHNVereniging Slachtofferhulp Nederland
SIBStichting Slachtoffer in Beeld
SIODSociale Inlichtingen en Opsporingsdienst
SOTSturen Op Tijdigheid
SOVStrafrechtelijke opvang van verslaafden
SRNStichting Reclassering Nederland
StbStaatsblad
StcrtStaatscourant
STPScholings- en Trainingsprogramma’s
SVBSociale Verzekeringsbank
SZWministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
  
T 
TbsTerbeschikkingstelling
TGOTeams Grootschalige Opvang
TKTweede Kamer
TMOTerugkeer, Migratie en Ontwikkeling
TNVTijdelijke Noodvoorzieningen Vreemdelingen
  
U 
UNCITRALUnited Nations Commission on International Trade Law
UNHCRUnited Nations High Commissioner for Refugees
UWVUitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen
  
V 
VbbvVeiligheid begint bij Voorkomen
VIAVeiligheidsverbetering door Information Awareness
VIR-BIVoorschrift Informatiebeveiliging Rijksdienst – Bijzondere Informatie
VISVisum Informatie Systeem
VIVVennoot Inlichtingen Verstrekkingen
VKVreemdelingenkamer
VNVerenigde Naties
VNGVereniging van Nederlandse Gemeenten
VOGVerklaring omtrent gedrag
VOGnpVerklaring omtrent gedrag voor natuurlijke personen
VOGrpVerklaring omtrent gedrag voor rechtspersonen
VOVVersterking Opsporing en Vervolging
VPVreemdelingenpolitie
VROMministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu
VVAVerblijfsvergunning asiel
VvGBVerklaring van Geen Bezwaar
VVRVergunning tot Verblijf Regulier
VVtVVoorwaardelijke Vergunning tot Verblijf
VwVreemdelingenwet
VWSministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
  
W 
WAHVWet Administratiefrechtelijke Handhaving Verkeersvoorschriften
WAMWet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen
WbpWet bescherming persoonsgegevens
WIBWet Inburgering in het buitenland
WIPOWorld Intellectual Property Organization
WnaWet op het notarisambt
WobkaWet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie
WODCWetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum
WsnpWet schuldsanering natuurlijke personen
WVPSWet pensioenverevening bij echtscheiding
WWIWonen, Wijken en Integratie
WWMWet Wapens en Munitie
  
X 
XBRLeXtensible Business Reporting Language
  
Z 
ZBOZelfstandig Bestuursorgaan
ZMZittende Magistratuur

Strafrechtketen

kst-31444-VI-1-11.gif

Wet administratieve handhaving verkeersvoorschriften («Mulder»)

kst-31444-VI-1-12.gif

Bestuurlijke boete

kst-31444-VI-1-13.gif

Vreemdelingenketen1

kst-31444-VI-1-14.gif
Licence