Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) (1) | Mutaties 2e suppletoire begroting (2) | Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2) | |
---|---|---|---|
Verplichtingen | 465.111 | 1.893 | 467.004 |
Uitgaven | 470.149 | 2.808 | 472.957 |
1 Personele uitgaven | 353.561 | 10.195 | 363.756 |
Waarvan eigen personeel | 293.905 | 8.016 | 301.921 |
Waarvan inhuur externen | 55.782 | 3.810 | 59.592 |
Waarvan overige personele uitgaven | 3.874 | ‒ 1.631 | 2.243 |
2 Materiële uitgaven | 116.588 | ‒ 7.387 | 109.201 |
Waarvan ICT | 33.130 | ‒ 283 | 32.847 |
Waarvan bijdrage SSO's | 63.339 | ‒ 595 | 62.744 |
Waarvan overige materiële uitgaven | 20.119 | ‒ 6.509 | 13.610 |
Ontvangsten | 8.104 | 3.252 | 11.356 |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget wordt met € 1,9 miljoen verhoogd. Dit wordt met name verklaard door onderstaande uitgavenmutaties. Het verschil wordt verklaard door een correctieboeking ten behoeve van de overboekingen naar het Mobiliteitsfonds.
Uitgaven
1 Personele uitgaven
Eigen personeel
De ophoging van het budget voor eigen personeel met € 8,0 miljoen wordt met name veroorzaakt door:
– hogere personele uitgaven voor de Luchtvaartdirectie (€ 3,1 miljoen). Op een aantal plaatsen eerder vacatures zijn vervuld dan verwacht en er bij de oprichting van een programmadirectie onduidelijkheid is ontstaan over de financiering van een aantal fte’s die overkwamen van een andere directie en daardoor is een aantal formatieplaatsen dubbel bezet. Daarnaast was er aan het begin van het jaar budget nodig voor externe inhuur en dat nu is teruggeboekt naar het personele budget.
– Hogere personele uitgaven van de Maritiemdirectie (€ 1,7 miljoen). Bij begrotingsvoorbereiding is rekening gehouden met een ingroeipad. Werving van het benodigde personeel is sneller verlopen dan verwacht, waardoor een tekort is ontstaan.
– De Naheffing Werkkostenregeling WKR (€ 3,0 miljoen). IenW heeft een naheffing inkomstenbelasting ontvangen vanwege het overschrijden van de vrije ruimte van de Werkkostenregeling voor onbelaste vergoedingen aan werknemers.
– Ontvangen klimaatfondsbijdragen vanuit het Ministerie van EZK en een verrekening van de kosten Rekenmeesterfunctie die door PBL wordt uitgevoerd (totaal € 2,0 miljoen).
– Lagere uitgaven als gevolg van vertraagde invulling van vacatureruimte (- € 2,9 miljoen).
– Van eerder gedane overboekingen vanuit het Mobiliteitsfonds voor projecten ERTMS, Tijdelijke Tolheffing en Vrachtwagenheffing voor apparaatsuitgaven wordt, door geactualiseerde prognoses, een deel teruggeboekt naar het Mobiliteitsfonds (totaal ‒ € 0,9 miljoen).
– Herschikking vanuit materiele uitgaven voor personele inzet voor invoering CIO-stelsel en Programma Open Overheid (€ 2,0 miljoen).
Inhuur externen
De ophoging van het budget voor externe inhuur met € 3,8 miljoen wordt met name veroorzaakt door:
– Dit betreft het eerder ontvangen aandeel van RWS voor de werkzaamheden voor de Vernieuwing SAP dat, door vertraging, niet meer in 2023 worden betaald. Deze worden teruggegeven aan RWS via het Mobiliteitsfonds (- € 0,6 miljoen)
– Inzet op vacatureruimte. Doordat het wervingstraject van nieuwe medewerkers, voornamelijk voor Inkoop en Subsidies, op vacatures langer loopt dan voorzien wordt externe inhuur ingezet (€ 2,8 miljoen).
– Een deel van de werkzaamheden voor vernieuwing SAP worden door uitbesteding derden uitgevoerd i.p.v. externe inhuur ‒ € 1,6 miljoen.
– Herschikking vanuit materieel. Voor de personele inzet voor de projecten Vernieuwing Content Manager, Cybersecurity, Open Overheid en vernieuwing CIO-stelsel is een herschikking noodzakelijk (€ 1,9 miljoen).
– Voor het uitvoeren van werkzaamheden in het kader van Maatwerkafspraken, Nucleair en het programma VTH (Vergunningverlening Toetsing en Handhaving) is meer externe inhuur noodzakelijk dan eerder was voorzien (€ 0,5 miljoen).
– Een actualisatie van de apparaatsuitgaven van Vrachtwagenheffing en Tijdelijke Tolheffing voor inhuur en detachering vanuit het Mobiliteitsfonds (€ 0,8 miljoen).
Overige personele uitgaven
Het budget voor overige uitgaven wordt verlaagd met € 1,6 miljoen omdat de verzekeringsmaatschappijenminder kosten in rekening hebben gebracht dan zij eerder hadden voorzien voor aanspraken van oud-werknemers.
2 Materiële uitgaven
ICT
De mutaties zijn lager dan de voorgeschreven norm en worden daarom niet toegelicht.
Bijdrage aan SSO's
De mutaties zijn lager dan de voorgeschreven norm en worden daarom niet toegelicht.
Overige materiële uitgaven
Het budget voor overige uitgaven wordt met € 6,5 miljoen verlaagd. Dit komt met name door:
– de bijdragen aan diverse IenW-onderdelen voor het invullen van arbeidsplaatsen, om te voldoen aan de banenafspraak o.a. RWS (MF) en ILT (artikel 24) (-€ 2,2 miljoen).
– een herschikking naar personele uitgaven voor personele inzet voor invoering CIO-stelsel en Programma Open Overheid (- € 2,8 miljoen).
– een verlaging van het budget, omdat de commissie integriteit, zoals bepaald in CAO, nog niet is aangesteld (- € 0,4 miljoen).
– een verlaging van het budget door de niet uitgevoerde geplande uitbreiding van gebouwen en lagere kosten voor bedrijfsvoeringsbeheer (- € 1,0 miljoen).
Ontvangsten
De ophoging van het ontvangstenbudget met € 3,3 miljoen betreft met name de de ontvangsten in 2023 voor de oprichtingsvergunning Pallas i.h.k.v. De Kernenergiewet (€ 2,5 miljoen) en de ICBR-bijdrage uit de Kostenverdeelnotitie 2023 voor Doorontwikkeling en Vernieuwing (€ 0,8 miljoen).