Base description which applies to whole site

Paragraaf 3 – Belangrijke ontwikkelingen en verbeteringen in de bedrijfsvoering

Reorganisatie beleidskern

In 2015 werd door de SG de reorganisatie van de z.g. beleidskern, inclusief de concernondersteuning, aangekondigd. Per 1 april 2016 is in dit deel van het ministerie de nieuwe organisatiestructuur gerealiseerd. Hiermee heeft BZK een scherper profiel gekregen en werkt de organisatieopbouw samenhang meer in de hand. Het aantal beleidsdirectoraten is teruggebracht van drie naar twee, te weten DG Bestuur en Wonen en DG Overheidsorganisatie.

Vorming DGVBR

Het Rijksvastgoedbedrijf en de Shared Service Organisaties zijn met de vorming van het Directoraat-Generaal Vastgoed en Bedrijfsvoering Rijk (DGVBR) onder één dak gevoegd. Verdergaande integratie in de dienstverlening van DGVBR kan op termijn synergievoordelen opleveren zoals kwaliteitsverbetering en meer efficiency. De vorming van DGVBR heeft geleid tot een meer eenduidige governance door eigenaarsrollen te verplaatsen van directeuren-generaal die ook een opdrachtgeversrol vervullen naar de directeur-generaal VBR.

Nieuwe inrichting financiële functie

De reorganisatie van de beleidskern bood de gelegenheid de financiële functie op onderdelen anders in te richten. De taakgebieden binnen de financiële functie zijn in kaart gebracht en de verdeling tussen centrale en decentrale taken en verantwoordelijkheden is uitgewerkt. Er is voor gekozen per beleidsdirectoraat en voor het SG-cluster een volwaardige financiële eenheid in te richten binnen de bureaus (staf) van deze organisatieonderdelen. Financieel medewerkers die voorheen op directieniveau gepositioneerd waren maken nu onderdeel uit van de bureaus DG. Daarnaast is geïnvesteerd in samenwerking en afstemming tussen de verschillende organisatieonderdelen binnen de financiële kolom.

Indeling begrotinghoofdstuk IV (Koninkrijksrelaties)

De staatkundige structuur van het Koninkrijk en de samenwerking met het Caribische deel van het Koninkrijk zijn sinds 10-10-10 ingrijpend veranderd. Naar aanleiding hiervan is de financiële relatie met Caribisch Nederland en de landen de afgelopen jaren geëvolueerd. Dit is van invloed op de inzet en verdeling van de binnen begrotingshoofdstuk IV beschikbare middelen. De administratie is aan deze ontwikkelingen aangepast zodat deze beter aansluit op de actuele beleidspraktijk. Dit heeft er mede in geresulteerd dat nu een duidelijker onderscheid gemaakt kan worden tussen de activiteiten die betrekking hebben op de landen van het Koninkrijk (Aruba, Curaçao en Sint Maarten) en de activiteiten die betrekking hebben op Caribisch Nederland (Bonaire, Saba en Sint Eustatius).

Conversies

De opbouw van de financiële administratie moet altijd de organisatie volgen. Ingrepen in een organisatie leiden daarom tot aanpassingen in de structuur van de financiële administratie. Converteren is het overzetten van (historische) gegevens van de oude administratie(structuur) naar de nieuwe. In 2016 zijn voor het kerndepartement drie conversies gerealiseerd. Het betreft de conversie naar aanleiding van de reorganisatie van de beleidskern, de nieuwe indeling van begrotingshoofdstuk IV en de overgang naar 3F. Hierbij dient aangemerkt te worden dat de conversies voor de reorganisatie en begrotingshoofdstuk IV niet zonder extra inspanningen zijn verlopen. Hier zijn waardevolle lessen uit getrokken, hetgeen heeft geresulteerd in een succesvolle conversie naar 3F.

Overgang naar 3F

In 2015 en 2016 zijn de voorbereidingen getroffen voor de aansluiting van het kerndepartement van BZK bij 3F. Dit is een samenwerkingsverband van de ministeries SZW, VWS, FIN, OCW en BZK. Deze departementen maken gezamenlijk gebruik van hetzelfde financiële administratie systeem. BZK is hier vanaf 2 januari 2017 ook bij aangesloten.

Het afgelopen jaar heeft in het teken gestaan van het inrichten en testen van het systeem, het aanpassen van werkinstructies en het opleiden van de eindgebruikers in de financiële kolom. Als laatste onderdeel is eind december 2016 succesvol de conversie van de data uit het oude financiële systeem CAFAS naar het 3F-systeem uitgevoerd.

Voorbereiding VPB plicht

Per 1 januari 2016 is de vennootschapsbelastingplicht van overheidsbedrijven een feit. Om te bepalen welke organisatieonderdelen van BZK activiteiten ontplooien die onder de VPB plicht vallen, heeft in 2016 een uitgebreide analyse plaatsgevonden. Uit deze analyse bleek dat VPB-plichtige activiteiten zich vooralsnog bij een tweetal organisatieonderdelen bevinden. Dit zijn het RVB en de UBR. BZK is nog in overleg over de activiteiten van RvIG. Vóór 1 juni 2017 doet BZK/FEZ geconsolideerd aangifte voor het gehele ministerie over het fiscale jaar 2016. Op dit moment kan het ministerie nog geen inschatting maken van de omvang van zijn fiscale Vpb-positie.

IWR (ICT Werkomgeving Rijk)

BZK is rijksbreed verantwoordelijk voor de inkoopcategorie ICT Werkomgeving Rijk. In dat kader wordt thans een aantal Rijksbrede Europese aanbestedingen uitgevoerd ter opvolging van EASI2010- en OT2010 contracten.

Door late interdepartementale besluitvorming over de inkoopcategorieën en als gevolg van de grote complexiteit van deze ICT-aanbestedingen zal een aantal van de huidige raamcontracten niet tijdig kunnen worden vervangen. Alles is er op gericht de tijd tussen expiratie en nieuw contract zo kort mogelijk te houden. Voor enkele van de contracten was rechtmatige verlenging niet meer mogelijk. Voor die contracten heeft de secretaris-generaal van BZK desondanks ingestemd met verlenging. Niet verlengen zou ondoelmatig zijn en het primair proces van de deelnemers aan de contracten in gevaar brengen. Waar mogelijk zijn mitigerende maatregelen getroffen om het bedrag van de onrecht matige inkopen door de deelnemers zo laag mogelijk te houden.

Licence