Base description which applies to whole site

1. Gemeenschappelijk Landbouwbeleid 1e pijler (GLB): Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF)

De ontvangen EU-steun voor het GLB pijler 1 bedraagt in 2016 € 812 mln voor directe inkomenssteun en markt- en prijsmaatregelen. De steun voor markt- en prijsmaatregelen fluctueert afhankelijk van de marktomstandigheden. Ten aanzien van het GLB is EZ verantwoordelijk voor een recht- en doelmatige uitvoering van het op EU-niveau vastgestelde beleid binnen Nederland. De uitvoering van het GLB is aan stringente Europese voorwaarden gebonden die met name de rechtmatigheid van de uitvoering moeten waarborgen. Nederland beschikt vanaf 16 oktober 2013 over één erkend betaalorgaan voor de uitvoering van het GLB (RVO). De Auditdienst Rijk (ADR) is belast met de controle van de door het betaalorgaan ingediende rekeningen bij de Europese landbouwfondsen.

Het Gemeenschappelijk landbouwbeleid pijler 1 maatregelen is onder te verdelen in:

  • a. Basisbetalingsregeling;

  • b. Betaling voor vergroening;

  • c. Betaling voor jonge boeren;

  • d. Graasdierpremie;

  • e. Teruggave financiële discipline;

  • f. Bedrijfstoeslag (nabetalingen);

  • g. Artikel 68 maatregelen (nabetalingen);

  • h. Markt- en prijsbeleid.

a. Basisbetalingsregeling

In 2016 zijn de eerste betalingen gedaan onder het nieuwe GLB. De bedrijfstoeslag is vervangen door de basisbetaling. Voor de basisbetaling is € 492 mln gedeclareerd bij de Europese Commissie.

b. Betaling voor vergroening

Landbouwers die gebruik maken van de basisbetalingsregeling zijn verplicht om vergroeningsmaatregelen toe te passen op hun bedrijf. Voor de vergroeningsbetalingen is 30% van het budget voor directe betalingen bestemd. In 2016 is € 211 mln voor vergroeningsbetalingen gedeclareerd bij de Europese Commissie.

c. Betaling voor jonge boeren

Voor de zogenaamde «top-up» betaling voor jonge boeren is 2% van het budget voor directe betalingen beschikbaar. In 2016 is bij de Europese Commissie € 10,8 mln gedeclareerd voor de «top-up» betaling voor jonge boeren.

d. Graasdierpremie

In 2016 werd € 1,5 mln voor steun aan graasdieren (runderen en schapen) gedeclareerd bij de Europese Commissie.

e. Teruggave financiële discipline

Op alle directe betalingen wordt een korting toegepast ten behoeve van de crisisreserve van de Europese Commissie. Indien de crisisreserve niet (volledig) wordt benut vindt teruggave plaats aan de landbouwers. In 2016 werd € 9,3 mln terugbetaald aan landbouwers.

f. Bedrijfstoeslag (nabetalingen)

In 2016 zijn nabetalingen gedaan die nog vielen onder het oude GLB-regime. Het betroffen voor een belangrijk deel de directe betalingen in de vorm van bedrijfstoeslagen. In 2016 is € 0,8 mln gedeclareerd bij de Europese Commissie voor bedrijfstoeslagen.

g. Artikel 68 maatregelen (nabetalingen)

Op basis van artikel 68 mocht Nederland een deel van de nationale enveloppe voor inkomenssteun herbestemmen voor het stimuleren van bijvoorbeeld milieuvriendelijke landbouw, kwaliteitslandbouw en risicoverzekeringen. In 2016 is voor nabetalingen van regelingen voor duurzame stallen, vaarvergoeding en precisielandbouw € 0,5 mln gedeclareerd bij de Europese Commissie.

h. Markt- en prijsbeleid

Het markt- en prijsbeleid is afgebouwd met als doel de landbouw marktgerichter te maken. Bij het markt- en prijsbeleid zijn er aan de ene kant uitgaven voor reguliere programma’s en aan de andere kant uitgaven in verband met slechte marktsituaties.

In 2016 bestond de reguliere steun uit operationele programma’s groente en fruit van € 39,5 mln, welk € 6 mln lager was dan in 2015 (€ 45,3 mln). Voor afzetbevordering is € 8,2 mln uitgegeven. Het betrof hier uitgaven in het kader van schoolfruit & melk en promotieprogramma’s. De uitgaven voor het Bijenprogramma bedroegen € 0,2 mln.

In verband met de slechte marktsituaties waren er in 2016 uitgaven. Deze bestonden uit tijdelijke bijzondere steunmaatregelen in reactie op het Russische invoerverbod voor de sectoren groente en fruit, waarvoor € 0,5 mln werd uitgekeerd. Voor zuivel en varkensvlees een extra steunpakket van € 29,9 mln. Vanwege de marktomstandigheden was € 9,3 mln besteed aan steun voor particuliere opslag van zuivel en varkensvlees en openbare opslag van magere melkpoeder.

Licence