Nationaal ruimtelijk beleid
De huidige ruimtelijke opgaven zijn groot, terwijl de fysieke ruimte in Nederland schaars is. Hoe Nederland er in de toekomst uitziet wordt bepaald door de keuzes die we nu maken. Denk aan de opgaven rondom woningbouw, defensie, energie en het landelijk gebied. In 2024 is doorgewerkt aan het maken van een nieuwe Nota Ruimte. Deze biedt een langetermijnvisie op ruimtelijk gebied en zal antwoord geven op de vraag hoe we met de schaarse ruimte omgaan. Een belangrijke mijlpaal daartoe is de publicatie van het Voorontwerp Nota Ruimte in juni 2024 geweest. Na de publicatie is gestart met de uitwerking en verdieping van een aantal keuzes uit het Voorontwerp. Op basis van het Regeerprogramma is gestart met de herijking van onderdelen uit het voorontwerp.
Nationaal grondbeleid
In 2024 is verder gewerkt aan de modernisering van grondbeleid. In het hoofdlijnenakkoord wordt een planbatenheffing (of een gelijkwaardig systeem) genoemd om bereikbaarheid en realisatie van betaalbare huur- en koopwoningen in de gebiedsontwikkeling te bevorderen. Hiernaar is een onderzoek gestart. Andere lopende onderzoeken waaraan is gewerkt zijn de grondfaciliteit en een integrale nationale grondbank. De eerste dient als financiële ondersteuning voor gemeenten voor aankoop van gronden t.b.v. gebiedsontwikkeling. Een integrale nationale grondbank richt zich op het mogelijk maken van maatschappelijke nationale opgaven, zoals voor de energietransitie of defensie. In december is de tweede voortgangsrapportage modernisering grondbeleid aan de Tweede Kamer verstuurd.
De Kamerbrief ‘Strategische inzet BZK-gronden voor nationale beleidsdoelen’ is in juni verzonden naar de Tweede Kamer. De brief bevat onder meer de opdracht aan het Rijksvastgoedbedrijf om binnen bepaalde condities agrarische gronden aan te gaan kopen. Deze opdracht is in 2024 geformaliseerd. De nieuwe gronden die worden aangekocht zijn agrarische gronden die in de toekomst ingezet kunnen worden als compensatiegronden (om het mogelijk te maken dat agrariërs hun bedrijfsvoering op een andere locatie kunnen continueren als zij op hun huidige locatie moeten wijken voor het realiseren van een nationaal doel) of het betreft het terugkopen van agrarische (erf)pachtrechten op gronden die reeds in bezit zijn van de Staat. Eind 2024 hebben de eerste terugkopen plaatsgevonden. Daarnaast zijn er concrete resultaten gehaald bij de toepassing van duurzaamheidscertificaten bij openbare uitgiften van geliberaliseerde pachtcontracten.
Ruimtelijke informatie
Ruimtelijke informatie is essentieel voor een evenwichtige verdeling van de schaarse ruimte en voor een effectieve uitvoering van beleid. In 2024 is de meerjarenvisie Zicht op Nederland naar de Tweede Kamer gestuurd. Deze visie schetst een toekomstbeeld waarin ruimtelijke vraagstukken met behulp van ruimtelijke informatie sneller, beter en goedkoper aangepakt kunnen worden. In het afgelopen jaar hebben we daartoe samen met medeoverheden en betrokken departementen een aantal belangrijke stappen gezet. Zo werd de laatste hand aan de Basisregistratie Ondergrond gelegd, waarmee volgend jaar een schat aan informatie over bodemmilieukwaliteit ter beschikking komt die relevant is voor eenieder die graafwerkzaamheden uitvoert, maar ook bij het maken van plannen voor woningbouw, klimaatadaptatie en de energietransitie. Verder hebben we stappen gezet om op een gestandaardiseerde manier ruimtelijke informatie uit verschillende domeinen bijeen te brengen in zogenaamde digitale tweelingen. Daarmee kunnen we de uitkomsten van beleidsingrepen simuleren en visualiseren, waardoor beter geïnformeerde besluiten mogelijk worden.
Ruimtelijke Kwaliteit
Met het programma ‘Mooi Nederland’ werken we aan een gedeeld beeld van de ruimtelijke toekomst van Nederland. Met ruimtelijke oplossingsrichtingen en strategieën laten we zien hoe we onze schaarse ruimte slimmer en rechtvaardiger kunnen verdelen. Daarbij worden de economische en sociaalmaatschappelijke aspecten meegenomen zodat een gezonde en toekomstbestendige leefomgeving kan worden gerealiseerd met ruimtelijke kwaliteit.
Door middel van ontwerpend onderzoek en het voeren van de maatschappelijke dialoog maken we de samenhang tussen complexe ruimtelijke vraagstukken inzichtelijk. We ontwikkelen integrale toekomstbeelden ten behoeve van de keuzes die gemaakt worden in het voorontwerp van de Nota Ruimte. Daarnaast laten we zien welke concrete handelingsperspectieven en mogelijke oplossingen er zijn voor de korte en lange termijn, en wie nodig zijn voor de integrale afweging. Zo dragen we bij aan het versnellen en verbeteren van ruimtelijke processen. De optelsom van ruimtelijk ontwerp, strategische verkenningen en waardegedreven maatschappelijke dialoog levert de condities voor innovaties en draagt concreet bij aan beleidsuitspraken.
Gebiedsgerichte Uitvoering
In NOVEX werken overheden in twee sporen samen aan de gebiedsgerichte uitwerking van de Nationale Omgevingsvisie en wordt er input opgehaald voor de nieuwe Omgevingsvisie, de Nota Ruimte.
In het spoor regie provincies werken wij samen met provincies. In 2024 hebben provincies, in samenspraak met gemeenten en waterschappen, ieder een ruimtelijk voorstel aangeboden naar aanleiding van de vragen in het Provinciaal startpakket fysieke leefomgeving. Het Planbureau van de leefomgeving en de het College van Rijksadviseurs hebben gereflecteerd op de ruimtelijke voorstellen. Met een rijksbrede vertegenwoordiging is bestuurlijk over de ruimtelijke voorstellen gesproken. Deze gesprekken hebben per provincie plaatsgevonden en daarnaast landsdelig in de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving. Onderwerp van gesprek was welke afspraken Rijk en provincies in ieder ruimtelijk arrangement dat ze gaan afsluiten moeten maken zodat er een versnelling van de uitvoering van nationale en decentrale opgaven kan plaatsvinden.
In de 16 NOVEX-gebieden werken Rijk en regio vanuit ontwikkelperspectieven naar uitvoeringsagenda’s en regionale investeringsagenda’s. Voor twee gebieden waar dit nog niet was gebeurd zijn ontwikkelperspectieven vastgesteld: Zuid-Limburg en Lelylijn. In zes NOVEX-gebieden zijn in 2024 eerste versies van Uitvoeringsagenda’s vastgesteld: Stedelijk Brabant, Utrecht Amersfoort, Zuidelijke Randstad, De Peel, Groene Hart en Noordzeekanaalgebied. Het Rijk heeft daarnaast met regio’s Stedendriehoek, Twente en Limburg Centraal afspraken gemaakt om te komen tot nieuwe verstedelijkingsstrategieën.
Regio Deals
De eerder gestarte en nog niet afgeronde Regio Deals werkten in 2024 verder aan het verbeteren van de kwaliteit van wonen, werken en leven in hun regio. Ook werkten zij aan het verbeteren van de samenwerking in de regio en tussen Rijk en regio. In 2024 zijn daar met de vijfde tranche 22 Regio Deals bijgekomen. Daarnaast is de inschrijving voor de zesde tranche Regio Deals geopend en inmiddels ook weer gesloten.
Uit het verantwoordingsonderzoek van de Algemene Rekenkamer, dat verschenen is in mei 2024, blijkt dat de Regio Deals van tranche 1 tot en met 3 hebben geleid tot versterking en intensivering van de samenwerking in de regio en met het Rijk. De impact op de brede welvaart is lastig te meten, omdat er vele andere factoren spelen die de brede welvaart beïnvloeden.
Omgevingswet
Het is nu één jaar na de inwerkingtreding van de Omgevingswet, die officieel op 1 januari 2024 van kracht werd met het Koninklijk Besluit. Alle betrokken partijen hebben de inwerkingtreding met veel professionaliteit en energie gerealiseerd. Dit was een belangrijke mijlpaal in de stelselwijziging van de fysieke leefomgeving. In het eerste halfjaar is onder andere ingezet op het snel en adequaat oplossen van issues. Dit is effectief gebleken, aangezien over het algemeen deze periode rustig en goed is verlopen zonder noemenswaardige calamiteiten. Het Omgevingsloket wordt goed gebruikt door initiatiefnemers, en de landelijke voorziening van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO-LV) functioneert stabiel.
In het tweede halfjaar zijn relevante ervaringen opgedaan die waardevolle feedback opleveren om het stelsel te verbeteren. Ten eerste wijst de aanzienlijke regeldruk op de noodzaak tot deregulering. Ten tweede zijn er veel ervaringen verzameld van onder andere bevoegde gezagen, uitvoeringsorganisaties, bedrijven en burgers. Deze ervaringen worden onder andere gebruikt om de gebruiksvriendelijkheid te verbeteren.