Base description which applies to whole site

6.1 Bijlage Moties en toezeggingen

A. Overzicht van de door de Tweede Kamer aanvaarde moties:
Tabel 6.1.1 Overzicht van door de Tweede Kamer aanvaarde moties, vergaderjaar 2005–2006
 

Vindplaats

Omschrijving

Stand van zaken

1

Kamerstukken II, 2005/2006, 29 738, nr. 27

Motie-Koser Kaya/Weekers: verzoek om te rapporteren over mogelijkheden voor het verder beperken van het aantal pro forma ontslagzaken

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 20-01-2010 Evaluatie beperking verwijtbaarheidstoets

(Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 222)

2

Kamerstukken II, 2005/2006, 29 738/30 370, nr. 28

Motie-Noorman den Uyl over effect beperking verwijtbaarheidstoets op ontslagkosten en administratieve lasten

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 20-01-2010 Evaluatie beperking verwijtbaarheidstoets

(Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 222)

3

Kamerstukken II, 2005/2006, 30 300 XV, nr. 63

Motie-Van de Sande c.s. over fictieve dienstbetrekking niet meer van toepassing verklaren op stagiairs en vrijgestelde stagevergoeding invoeren; een en ander concreet uitwerken en implementeren

De doelgroepen en de vormgeving van de fictieve dienstbetrekkingen worden nader bezien aan de hand van de conclusies van het project vereenvoudiging fiscale arbeidsrelaties van Financiën

Planning: juli 2011

Tabel 6.1.2 Overzicht van door de Tweede Kamer aanvaarde moties, vergaderjaar 2006–2007
 

Vindplaats

Omschrijving

Stand van zaken

1

Kamerstukken II, 2006/2007, 30 413, nr. 80

Motie-Bibi de Vries c.s. over evaluatie van het dubbel toezicht

Evaluatie dubbel toezicht wordt uitgevoerd door IWI. IWI maakt hiervoor gebruik van de resultaten van de evaluatie Wet Financieel Toezicht (Wft).

Hierna zal IWI haar evaluatie afronden.

Planning: januari 2011

2

Kamerstukken II, 2006/2007, 30 552, nr. 27

Motie-Koopmans/Stuurman over een werkprogramma wetenschappelijke grenswaarden

Wacht op SER-advies over hittestress

Planning: december 2010

Tabel 6.1.3 Overzicht van door de Tweede Kamer aanvaarde moties, vergaderjaar 2007–2008
 

Vindplaats

Omschrijving

Stand van zaken

1

Kamerstukken II, 2007/2008, 31 311, nr. 12

Motie-Vos c.s. over zetels voor zelfstandigenorganisaties in de SER

Afgehandeld met brief d.d. 13-08-2009 middels adviesaanvraag aan de SER, gevolgd door brief aan de Tweede Kamer d.d. 15-09-2009 (Kamerstukken II, 2009/2010, 31 311, nr. 32)

2

Kamerstukken II, 2007/2008, 25 883, nr. 124

Motie-Ulenbelt over een onderzoek naar een aanbestedingssystematiek

De voorbereiding van de 5 pilot projecten is vrijwel afgerond. De projecten worden naar verwachting eind 2010 gestart.

Planning: november 2010

Tabel 6.1.4 Overzicht van door de Tweede Kamer aanvaarde moties, vergaderjaar 2008–2009
 

Vindplaats

Omschrijving

Stand van zaken

1

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 924 XV, nr. 9

Motie-Van Huijm c.s. over een laag btw-tarief voor dienstverlening aan huis

Afgehandeld met gezamenlijke brief van Financiën aan de Tweede Kamer d.d. 26-08-2009, (Kamerstukken II, 2008/2009, 31 924 XV, nr. 15)

2

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 514, nr. 24

Motie-Vermeij c.s. over samenspraak over beleidsplannen voor het regionale arbeidsmarktbeleid

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 18-09-2009 Motie Vermeij c.s. (31 514, nr. 24 over het regionale arbeidsmarktbeleid (Kamerstukken II, 2009/2010, 31 514, nr. 33)

3

Kamerstukken II, 2008/2009, 30 573, nr. 25

Motie-Van de Camp en Kamp over verblijfsbeëindiging van vreemdelingen zonder werk en aanscherping ingroeimodel sociale zekerheid

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 18-09-2009 motie van Ormel c.s. (31 702, nr. 4) nota Arbeidsmobiliteit en sociale zekerheid (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 149, nr. 1)

4

Kamerstukken II, 2008/2009, 30 536, nr. 101

Gewijzigde motie-Vos. c.s. over de naleving van de Wet op de mimimumloon in de postsector

De Tweede Kamer is geïnformeerd met brieven van EZ d.d. 20-10-2009 en d.d. 21-04-2010 (Kamerstukken II, 2009/2010, 30 536, nrs. 108 en 118)

Planning: 01-12-2010

5

Kamerstukken II, 2008/2009, 17 050, nr. 377

Motie-Bouchibti c.s. over een onderzoek naar de export van kinderbijslag naar niet-EU-lidstaten

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 18-09-2009 motie van Ormel c.s. (31 702, nr. 4) nota Arbeidsmobiliteit en sociale zekerheid (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 149, nr. 1)

6

Kamerstukken II, 2008/2009, 17 050, nr. 378)

Motie-Van der Vlies over het aanpassen van de hoogte van de kinderbijslag aan het prijspeil van het land waar het kind verblijft

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 19-09-2009 motie van Ormel c.s. (31 702, nr. 4) nota Arbeidsmobiliteit en sociale zekerheid (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 149, nr. 1)

7

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 700-XV, nr. 27

Motie-Van Hijum/Blok over mogelijke gevolgen voor de sociale zekerheid van immigratie uit Oost-Europa en landen buiten de EU

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 18-09-2010 motie van Ormel c.s. (31 702, nr. 4) nota Arbeidsmobiliteit en sociale zekerheid (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 149, nr. 1)

8

Kamerstukken II, 2008/2009, 30 573, nr. 19

Motie-Jacobi c.s. over toepassen arbeidsmarkttoets op buitenlandse imams

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 18-09-2009 Notitie Herziening Wet arbeid vreemdelingen (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 144, nr. 1)

9

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 767, nr. 9

Gewijzigde motie-Ortega-Martijn over het begrip redelijkheid in het kader van passende arbeid

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d 15-09-2009 Reactie op moties Ortega, bij wetsvoorstel 31 767 (Kamerstukken II, 2009/2010, 31 767, nr. 13)

10

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 767, nr. 8

Gewijzigde motie-Ortega -Martijn over een met de betrokken klant afgestemd maatwerkaanbod

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 15-09-2009 wetsvoorstel 31 767 (Kamerstukken II, 2009/2010, 31 767, nr. 13)

11

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 951, nr. 9

Motie-Halsema/Hamer over onderzoek naar belemmeringen voor ZZP'ers

Afgehandeld met brief van EZ aan de Tweede Kamer d.d. 15-09-2009. (Kamerstukken II, 2008/2009, 31 311, nr. 32)

12

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 780, nr. 31

Motie-Ortega-Martijn c.s. over een maatwerkaanbod

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 13-10-2009 over Stand van zaken aangenomen moties en toezeggingen bij het wetsvoorstel Wajong (Kamerstukken II, 2009/2010, 31 780, nr. 46)

13

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 780, nr. 35

Motie-Ortega-Martijn c.s. over waarborgen van gelijke arbeidsondersteuning vanuit de WIA en de Wajong

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 13-10-2009 over de stand van zaken aangenomen moties en toezeggingen bij het wetsvoorstel Wajong (Kamerstukken II, 2009/2010, 31 780, nr. 46)

14

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 775, nr. 33

Motie-Ortega-Martijn c.s. over mogelijke meerwaarde van voorbereidingsscholen

Afgehandeld met brief door de minister voor Jeugd en Gezin aan de Tweede Kamer d.d. 04-06-2009 kabinetsreactie op het WRR-rapport over Vertrouwen in de school van 04-06-2009 (Kamerstukken II, 2008/2009, 29 544, nr. 190)

15

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 070 nr. 30

Motie-Rutte c.s. over het onderzoeken van de mogelijkheid van een ontheffing op het arbeidsrecht (31 070, nr. 30)

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 14-09-2009 met de indiening van het wetsvoorstel tijdelijke verruiming v.d. mogelijkheid in het BW om arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd aan te gaan ivm het bevorderen v.d. arbeidsparticipatie van jongeren (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 058). Wet van 30 juni 2010, Staatsblad 274

16

Kamerstukken II, 2008/2009, 29 338, nr. 81

Gewijzigde motie-Gesthuizen/Besseling over opstellen van referentiewaarden voor de meest toegepaste nanodeeltjes

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 21-12-2009 Stand van zaken ontwikkeling nanodeeltjes en arbeidsomstandigheden (Kamerstukken II, 2009/2010, 25 883, nr. 161)

17

Kamerstukken II, 2008/2009, 29 544, nr. 193

Motie-Koser Kaya c.s. over betrekken van uitzendbureaus bij het actieplan

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 14-09-2009 over Jeugdwerkloosheid (Kamerstukken II, 2008/2009, 29 544, nr. 203)

18

Kamerstukken II, 2008/2009, 29 544, nr. 194

Motie-Van Huijm c.s. over afstemming met de inspanningen van sectoren in cao's en via O&O-fondsen

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 14-09-2009 over Jeugdwerkloosheid (Kamerstukken II, 2008/2009, 29 544, nr. 203)

19

Kamerstukken II, 2008/2009, 29 544, nr. 196

Motie-Spekman c.s. over het door de sociale partners toegezegde aandeel in de bestrijding van jeugdwerkloosheid

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 14-09-2009 over Jeugdwerkloosheid (Kamerstukken II, 2008/2009, 29 544, nr. 203)

20

Kamerstukken II, 2008/2009, 29 544, nr. 197

Motie-Spekman c.s. over extra zichtbare inspanningen door de rijksoverheid ter bestrijding van de jeugdwerkloosheid

De motie is overgenomen door de minister van BZK, die de Kamer schriftelijk zal informeren. Dit is vermeld in de brief aan de Tweede Kamer d.d. 14-09-09 over jeugdwerkloosheid (Kamerstukken II, 2008/2009, 29 544, nr. 203)

21

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 780, nr. 33

Motie-Ortega-Martijn c.s. over inzetten van interne jobcoaches

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 13-10-2009 over Stand van zaken aangenomen moties en toezeggingen bij het wetsvoorstel Wajong (Kamerstukken II, 2009/2010, 31 780, nr. 46)

22

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 514, nr. 25

Gewijzigde motie-Vermeij/Van Gent over een handreiking voor de cliëntenparticipatie in de LWI

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 26-06-2009 over Moties en toezegging behandeling wijziging Wet SUWI (Kamerstukken II, 2008/2009, 31 514, nr. 32)

23

Kamerstukken II, 2008/2009, 29 544, nr. 198

Motie-Van Gent c.s. over een plan van aanpak voor jong ondernemerschap

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 14-09-2009 over Jeugdwerkloosheid (Kamerstukken II, 2008/2009, 29 544, nr. 203)

24

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 537, nr. 10

Motie-Omtzigt c.s. over verankering van medezeggenschap van alle betrokkenen

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 04-12-2009 over Governance en medezeggenschap bij pensioenfondsen (Kamerstukken II, 2009/2010, 28 294, nr. 37)

25

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 775, nr. 30

Motie-Biskop c.s. over met gemeenten, werkgevers en roc's organiseren van het werkleeraanbod

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 03-12-2009 over Voortgang actieplan Jeugdwerkloosheid (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 210)

26

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 775, nr. 31

Gewijzigde motie-Biskop c.s. over programma's om niet-melders alsnog een werkleeraanbod te doen

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 03-12-2010 over Voortgang actieplan Jeugdwerkloosheid (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 210)

27

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 775, nr. 32

Gewijzigde motie-Ortega-Martijn c.s. over banen voor jongeren die leiden tot de kortste weg naar duurzame arbeidsparticipatie

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 03-12-2010 over Voortgang actieplan Jeugdwerkloosheid (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 210)

28

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 700-XV, nr. 28

Motie-Van Hijum c.s. over overdragen van de verantwoordelijkheid voor de financiering van de REA-scholingsinstituten

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 08-12-2009 over de REA-scholingsinstituten (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 461, nr. 53)

29

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 780, nr. 32

Motie-Ortega-Martijn

De motie verzoekt de regering, de verzekeringsartsen van het UWV – wanneer de Wajong'er of diens begeleider(s) daarom verzoekt (en) – bij de medische keuring contact op te laten nemen met de huisarts dan wel behandelend arts van de betreffende Wajong'er en deze informatie te betrekken bij de medische indicatie

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 13-10-2009 beantwoording motie van Hijum REA-instituten (Kamerstukken II, 2007/2008, 31 200 XV, nr. 87)

30

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 700-XV, nr. 31

Motie-Spies c.s. over begeleiding van jonge mensen met complexe problemen

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 13-04-2010 Voortgangsbrief Actieplan Jeugdwerkloosheid (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 245)

31

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 833, nr. 8

Motie-Van Hijum/Spekman over het elimineren van het risico op naheffing en boetes

Voortouw Minister Financiën.

Planning: oktober 2010

32

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 833, nr. 9

Motie-Spekman c.s. over de invoering van een progressief boetesysteem

Wordt meegenomen bij het Wetsvoorstel registratie uitzendondernemingen.

Planning: oktober 2010

33

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 833, nr. 10

Motie-Spekman/Van Hijum over de invoering van een boetesysteem met gebruikmaking van de zesmaandenfictie

Voortouw Minister Financiën.

Planning: oktober 2010

34

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 700-XV, nr. 38

Motie-Ortega-Martijn/Van Hijum over tegengaan van belemmeringen om na het 65 ste jaar door te werken

Wordt meegenomen in het wetsvoorstel Arbeidsrecht AOW'ers waarmee belemmeringen worden tegengegaan.

Planning: Eind 2010

35

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 707, nr. 14

Motie-Van Huijm/Tichelaar over het effect van de premiekorting op het arbeidsmarktperspectief voor ouderen

Wordt meegenomen in de evaluatie van de premiekorting ouderen

Planning: december 2011

36

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 780, nr. 34

Motie-Ortega-Martijn c.s. over verruimen van de criteria voor zelfstandigenaftrek door Wajong'ers

Per brief aan de Tweede Kamer d.d. 13-10-2009 (Kamerstukken 2009/2010, 31 780, nr. 46) is gemeld dat de evaluatie van het verlaagde urencriterium voor de startersaftrek voor arbeidsongeschikten- waaronder Wajongers- eind 2011 zal plaatsvinden. In aansluiting daarop kan worden bezien hoe de motie wordt uitgewerkt. De regeling wordt in 2011 geëvalueerd. In de evaluatie zal ook het verlaagde urencriterium worden bezien.

Planning: december 2011

37

Kamerstukken II, 2008/2009, 31 802, nr. 2

Motie-Omtzigt/Spekman over aspecten van de Anw en de verhouding tot de herziene Europese Sociale Code; hierin meenemen de rol van gemeentes bij reïntegratie van nabestaanden

Planning: november 2010

Tabel 6.1.5 Overzicht van door de Tweede Kamer aanvaarde moties, vergaderjaar 2009–2010
 

Vindplaats

Omschrijving

Stand van zaken

1

Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 207

Motie-Dibi/Vermeij over inzetten van onconventionele middelen om leeftijdsdiscriminatie bij bedrijven te kunnen aanpakken

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 08-12-2009 over Leeftijdsdiscriminatie (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 214)

2

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 163, nr. 6

Motie-Halsema over vergroten van de arbeidsparticipatie van vrouwen

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 10-12-2009, Schriftelijke antwoorden op de begroting SZW voor het jaar 2010 (32 123 XV) (Kamerstukken II, 2009/2010 32 222, nr. 4)

3

Kamerstukken II, 2009/2010, 26 447, nr. 50

Motie-Smilde c.s. over flexibele arbeidstijden en -plaatsen

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 08-12-2009 over Herziening Richtlijn ouderschapsverlof 2009Z24005 (Kamerstukken II, 2009/2010, 26 447, nr. 52)

4

Kamerstukken II, 2009/2010, 26 448, nr. 418

Motie-Blok c.s. over organiseren van nieuw overleg tussen UWV, Belastingdienst en softwarebedrijven

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 12-01-2010 overleg met softwareleveranciers en VNO-NCW van 07-01-2010 (Kamerstukken II, 2009/2010, 26 448, nr. 424)

5

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 29

Motie-Vermeij c.s. over verkleinen van de tweedeling op de arbeidsmarkt

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer door de MP d.d. 01-04-2010 Brede heroverwegingen (Kamerstukken II, 2009/2010, nr. (32 359, nr. 1)

6

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 31

Motie-Spekman c.s. over aanscherping van sancties bij arbeidsmarktfraude

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 18-01-2010 Aanbieding onderzoek evaluatie bestuurlijke boete (Kamerstukken II, 2009/2010, 170 50/29 523, nr. 396)

7

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 40

Nader gewijzigde motie-Koser Kaya/Van Hijum over betrekken van het duale ontslagvergoedingenstelsel bij de brede heroverweging

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer door de MP d.d. 01-04-2010 Brede heroverwegingen (Kamerstukken II, 2009/2010, nr. (32 359, nr. 1)

8

Kamerstukken II, 2009/2010, 30 012, nr. 28

Motie-Biskop/Vermeij over afspraken met sociale partners over individuele scholingsbudgetten

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 08-02-2010 reactie op toezeggingen en motie AO leven lang leren 16-12-2009 (Kamerstukken II, 2009/2010, nr. 30 012, nr. 32)

9

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 18

Motie-Van Hijum/Spekman over een duaal werkleeraanbod voor inburgeraars

Afgehandeld met brief d.d. 10-03-2010 over bevordering duaal werkleeraanbod bij uitkering voor inburgeraars (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123 XV, nr. 18)

10

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 34

Motie-Ortega-Martijn/Vermeij over een meldpunt klachten particuliere arbeidsmarktinitiatieven

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 05-03-2010 motie Ortega en Vermeij arbeidsmarktinitiatieven (Kamerstukken II, 2009/2010, nr. 32 123, nr. 34)

11

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 17

Motie-Van Hijum c.s over inzet van de extra middelen voor moeilijk bemiddelbare werklozen

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 07-04-2010 Antwoorden op vragen van het lid Van Hijum over de inzet van het re-integratiebudget WW door UWV Aanhangsel van de Handelingen 2009-2010, nr. 2141, Tweede Kamer)

12

Kamerstukken II, 2009/2010, 31 371, nr. 282

Motie-Vermeij/Van Gent over herstellen van de WW-rechten wanneer een werknemer door de gewijzigde regels wordt ontslagen

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 12-03-2010 Op weg naar herstel (Kamerstukken II, 2009/2010, nr. 29 544, nr. 238)

13

Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 235

Motie-Karabulut c.s. over een bemiddelende rol om het arbeidsconflict met de schoonmakers tot een goed einde te brengen

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 13-04-2010 Goed opdrachtgeverschap; rijksaanbesteding schoonmaakdiensten (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 243)

14

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 23

Motie-Blok/Koser Kaya over organisaties van zzp'ers in de SER

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 12-04-2010 Samenstelling SER 2010–2012 (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123 XV, nr. 58)

15

Kamerstukken II, 2009/2010, 31 311, nr. 53

Motie-Ulenbelt c.s. over een verzoek aan het UWV om in fraudeonderzoeken geen nieuwe beslissingen te nemen en alle lopende invorderingen op te schorten

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 11-05-2010 Informatie inzake herbeoordelingsoperatie vanuit de WW gestarte zelfstandigen (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123 XV/31 311, nr. 60)

16

Kamerstukken II, 2009/2010, 31 311, nr. 47

Motie-Ulenbelt c.s. over ambtshalve opnieuw beoordelen van dossiers van zelfstandigen

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 11-05-2010 informatie inzake herbeoordelingsoperatie vanuit de WW gestarte zelfstandigen (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123 XV/31 311, nr. 60)

17

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 163, nr. 9)

Motie-Pechtold over inzetten op om- en bijscholing

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 22-02-2010 Nota naar aanleiding van het verslag en nota van wijziging wetsvoorstel 32 247 (wetvoorstel wijziging AOW), (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 247, nr. 6)

18

Kamerstukken II, 2009/2010, 30 536, nr. 115

Motie-Vos/Van Gent over tegengaan van oneigenlijk gebruik van de overeenkomst van opdracht

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer van EZ en SZW d.d. 21-04-2010 (Kamerstukken II, 2009/2010, 30 536, nr. 118)

19

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 33

motie-Ortega-Martijn c.s. over achteraf inkopen van AOW-rechten

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 09-06-2010 Ontwikkelingswerkers en de vrijwillige verzekering AOW (Kamerstuken II, 32 123-XV, nr. 63)

20

Kamerstukken II, 2009/2010, 26 448, nr. 428

Motie-Van Hijum c.s. over de besteding van re-integratiemiddelen door het UWV

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 29-06-2010 over Re-integratiebudget WW 2010 (Kamerstukken II, 2009/2010, 26 448, nr. 437)

21

Kamerstukken II, 2009/2010, 24 515, nr. 165

Motie Ortega-Martijn waarin wordt beoogd de positie van de vrijwilligers in de schuldhulpverlening te versterken. Hiervoor heeft het kabinet € 5 mln. uitgetrokken voor subsidies aan landelijke organisaties van vrijwilligers. De totstandkoming van het subsidiekader en de projectaanvragen krijgen hun beslag in het eerste kwartaal van 2010

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 04-06-2010 (Kamerstukken II, 2009/2010, nr. 24 515, nr. 189)

22

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 26

Motie-Meeuwis/Koser Kaya over de totale kosten van re-integratie

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 12-07-2010 onderzoek effectiviteit re-integratie (Kamerstukken II, 2009/2010, 28 719, nr. 73)

23

Kamerstukken II, 2009/2010, 26 447, nr. 51

Motie-Meeuwis/Bouchibti over verlichting van de administratieve lasten

Motie zal worden afgehandeld met wetsvoorstel Arbeid en Zorg

Planning: eind 2010

24

Kamerstukken II, 2009/2010, 24 170, nr. 107

Motie-Jan de Vries over automatisch toekennen van een tegemoetkoming (TOG) bij een passende AWBZ-indicatie

Brief aan de Tweede Kamer wordt medio oktober 2010 verzonden.

25

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 22

Motie-Omtzigt c.s. over een standaardmodel voor de kosten van premieregelingen

Afgehandeld met brief aan de Tweede Kamer d.d. 30-06-2010 Uitvoeringskosten aanvullende pensioenregelingen (Kamerstukken II, 2009/2010, 30 413, nr. 147)

26

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 052, nr. 24

Motie-Sterk c.s. over toestemming aan houders van een medische verblijfsvergunning voor het verrichten van arbeid onder dezelfde voorwaarden als asielzoekers

Planning: december 2010

27

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 28

Motie-Vermeij c.s. over onderzoek naar instrumenten om zieke vangnetters aan werk te helpen

Planning: september 2010

28

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 360, nr. 3

Motie-Hamer c.s. over realiseren van het voornemen om extra WSW-ers en Wajongers in dienst te nemen

Afgehandeld met brief d.d. 19-05-2010 van BZK aan de Tweede Kamer (sociaal jaarverslag rijk) (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 124, nr. 14)

29

Kamerstukken II, 2009/2010, 26 834, nr. 26

Motie-Weekers over bestuurlijk overleg over de grensarbeidersproblematiek

Rapportage wordt meegenomen bij begroting SZW voor het jaar 2011

Planning: september 2010

30

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 19

Motie-Van Hijum/Spekman over betrekken bij de heroverweging van beëindiging van de export van sociale voorzieningen

Vóór Prinsjesdag 2010 zal er een brief naar Tweede Kamer worden verzonden waarin, heroverweging beëindiging van de export van sociale voorzieningen, wordt meegenomen.

Planning: september 2010

31

Kamerstukken II, 2009/2010, 24 515, nr. 181

Motie-Spekman/Blanksma-van den Heuvel over de rijksdoelen om kinderen maatschappelijk meer mee te laten doen

De Tweede Kamer met brief d.d. 11-05-2010 (Kamerstukken II, 2009/2010, 24 515, nr. 188) geïnformeerd over de uitwerking van de motie. De Tweede Kamer heeft tijdens de procedurevergadering van 18 mei 2010 besloten om de brief te agenderen voor het AO armoede/schuld hulpverlening op 13 oktober 2010.

Planning: december 2010

32

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 20

Motie-Van Hijum c.s. over een mogelijke uitbreiding van het zwangerschaps- en bevallingsverlof

Afgehandeld met brief d.d. 14-07-2010 over Onderzoek Kosten en baten uitbreiding zwangerschapsverlof (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 65)

33

Kamerstukken II, 2009/2010, 30 413, nr. 146

Motie-Omtzigt c.s. over blokkeren van mogelijk gebruik van geld van Nederlandse pensioenfondsen ter bestrijding van de kredietcrisis

Motie wordt beschouwd als ondersteuning van het huidige beleid en zal leidraad zijn bij de reactie op het Groenboek Pensioenen (waarop de Europese Commissie de reacties voor 15 november 2010 heeft gevraagd)

Planning: december 2010

34

Kamerstukken II, 2009/2010, 31 537, nr. 19

Motie-Omtzigt c.s. over modernisering van de governance van pensioenfondsen

Planning: eind 2010

35

Kamerstukken II, 2009/2010, 30 536, nr. 121

Motie-Gesthuizen c.s. over een onderzoek door de arbeidsinspectie naar de werkdruk en psychosociale arbeidsbelasting bij TNT

De Tweede Kamer met brief d.d. 14-07-2010 geïnformeerd over de uitvoering van de motie (Kamerstukken II, 2009/2010, 30 536, nr. 123)

Planning: december 2010

B. Overzicht van de door de bewindpersonen nog af te handelen toezeggingen:
Tabel 6.1.6 Overzicht van door de bewindspersonen nog af te handelen toezeggingen, vergaderjaar 1996–1997
 

Vindplaats

Omschrijving

Stand van zaken

1

Kabinetsstandpunt over bekrachtiging van protocol bij ILO-verdrag nr. 81 (Arbeidsinspectie)

Brief d.d. 29-10-1996

Kabinetsstandpunt over bekrachtiging van protocol bij ILO-verdrag nr. 81 (arbeidsinspectie) (Kamerstukken II, 1996/1997, 25 478, nr. 4)

Dit najaar wordt standpunt voorgelegd aan sociale partners.

Planning: december 2010

Tabel 6.1.7 Overzicht van door de bewindspersonen nog af te handelen toezeggingen, vergaderjaar 2004–2005
 

Vindplaats

Omschrijving

Stand van zaken

1

Minister heeft toegezegd dat recht op langdurend zorgverlof in relatie tot de financiële levensloopregeling (als financieringswijze) 3 jaar na de inwerkingtreding van de financiële levensloopregeling zal worden geëvalueerd. Dat wil zeggen een evaluatie van het gebruik van het recht op langdurend zorgverlof en de mate waarin levensloopregeling daarvoor wordt gebruikt

14-10-2004 Plenaire behandeling TK wetsvoorstel Wijziging Wet arbeid en zorg; langdurend zorgverlof (28 467)

(Handelingen 2004–2005, nr. 12, Tweede Kamer, pag. 672)

Wordt betrokken bij de evaluatie van de levensloopregeling. Evaluatierapport wordt tegelijk met de Kabinetsreactie na de zomer 2010 naar de Kamer gestuurd.

Planning: september/oktober 2010

2

Minister geeft aan welke zaken hij opneemt in de evaluatie van de levensloopregeling die hij aan de Tweede Kamer/Eerste Kamer heeft toegezegd

15-02-2005 Plenaire behandeling EK Wet aanpassing fiscale behandeling VUT/prepensioen en introductie levensloopregeling (29 760)

(Handelingen 2004–2005, nr. 15, Eerste Kamer, pag. 715)

Wordt betrokken bij de evaluatie van de levensloopregeling. Evaluatierapport wordt tegelijk met de Kabinetsreactie na de zomer 2010 naar de Kamer gestuurd.

Planning: september/oktober 2010

3

Minister zegt Eerste Kamer toe in de evaluatie van de levensloopregeling ook de participatie van mannen en vrouwen op de arbeidsmarkt op te nemen

15-02-2005 Plenaire behandeling EK Wet aanpassing fiscale behandeling VUT/prepensioen en introductie levensloopregeling (29 760)

(Handelingen 2004–2005, nr. 15, Eerste Kamer, pag. 715)

Wordt betrokken bij de evaluatie van de levensloopregeling. Evaluatierapport wordt tegelijk met de Kabinetsreactie na de zomer 2010 naar de Kamer gestuurd.

Planning: september/oktober 2010

Tabel 6.1.8 Overzicht van door de bewindspersonen nog af te handelen toezeggingen, vergaderjaar 2005–2006
 

Vindplaats

Omschrijving

Stand van zaken

1

De Kamer wordt op de hoogte gehouden van de verdere afwikkeling van de aangiften van vermeende fraude met ESF-gelden én de afwikkeling van de huisvestingsstichtingen

07-09-2005 AO inzake afwikkeling van de Arbeidsvoorzieningsorganisatie (Kamerstukken II, 2005/2006, 21 477, nr. 93)

Hoger beroep loopt.

Planning: juli 2011

2

De minister zegt Eerste Kamer toe de werking van de bezwaarprocedure goed te monitoren en ingrijpen indien nodig, daarbij zal –bij niet juist functioneren- onderzocht worden in hoeverre een alternatief bestuursorgaan aangewezen kan worden

01-11-2005 Openbare behandeling EK van de wetsvoorstellen WIA (30 034) en de invoeringswet WIA (30 118)

(Handelingen nr. 4, 2005–2006, Eerste Kamer, pag. 154–176)

Tussenevaluatie WGA is op 18 juni 2010 aan de Eerste Kamer gezonden.

Naar aanleiding van deze brief loopt een schriftelijk overleg tussen EK en Minister van SZW

3

Kabinetsstandpunt klokkenluiden (Kamerstukken II, 28 844, nr. 105)

Brief d.d. 26-06-2006

Evaluatieonderzoek klokkenluidersprocedures in ondernemingen. (Kamerstukken II, 2005/2006, 30 636, nr. 1)

Medio augustus vindt overleg plaats met BZK. Daarna wordt de Tweede Kamer geïnformeerd.

Planning: eind 2010.

4

De Arbeidstijdenwet zal na 3 jaar worden geëvalueerd

06-09-2006 Plenaire behandeling Wijziging van de Arbeidstijdenwet (30 532); (Handelingen 2005–2006, nr. 103, Tweede Kamer, pag. 6324–6325)

De Tweede Kamer met brief d.d. 01–10- 2009 geïnformeerd over evaluatie wijzigingen Arbeidstijdenwet (Kamerstukken II, 2009/2010, 30 532, nr. 27)

Planning: april 2012

Tabel 6.1.9 Overzicht van door de bewindspersonen nog af te handelen toezeggingen, vergaderjaar 2006–2007
 

Vindplaats

Omschrijving

Stand van zaken

1

De minister heeft toegezegd dat hij uiterlijk 01-01-2009 de Kamer zal informeren hoe ver pensioenuitvoerders zijn met het tot stand brengen van een pensioenregister. De kamerleden Verbeet, De Vries en Omtzigt willen dat pensioenuitvoerders uiterlijk op 01-02-2011 een pensioenregister operationeel hebben. Aanpassing van de noodzakelijke wetgeving is afhankelijk van de voortgang van de pensioensector met het ontwikkelen van een pensioenregister

21-09-2006 plenaire afronding TK van het wetsvoorstel Pensioenwet (30 413) (Handelingen 2006–2007, nr. 15, Tweede Kamer, pag. 1048–1061)

De Tweede Kamer met brief d.d. 04-02-2009 geïnformeerd over de stand van zaken (Kamerstukken II, 2008/2009, 31 226, nr. 41)

Planning: december 2010

2

De minister heeft toegezegd dat hij er voor zal zorgen dat de Sociale Verzekeringsbank zijn medewerking zal verlenen aan de informatievoorziening ten behoeve van het pensioenregister, dat pensioenuitvoerders uiterlijk 1 januari 2011 operationeel moeten hebben

21-09-2006 plenaire afronding TK van het wetsvoorstel Pensioenwet (30 413) (Handelingen 2006–2007, nr. 15, Tweede Kamer, pag. 1048–1061)

De Tweede Kamer met brief d.d. 04-02-2009 geïnformeerd over stand van zaken. (Kamerstukken II, 2008/2009, 31 226, nr. 41)

Planning: december 2010

3

Er zal een voorlichtingsbrochure Legionella worden opgesteld en deze zal worden verspreid.Na een gewenningsperiode zullen inspecties worden uitgevoerd

Brief 26-09-2006

Eindverslag inspectieproject «Legionella A656» (Kamerstukken II, 2006/2007, 26 442, nr. 24)

Nog dit jaar zullen een aantal inspecties worden uitgevoerd betreffende legionnella voor zover dit niet onder het toezicht van de waterleidingbedrijven valt.

Planning: november 2010

4

Standpunt betreffende bekrachtiging IAO-verdrag 187 & bijbehorende Aanbeveling 179 (aangenomen 95e zitting IAO 2006) inzake promotioneel kader gezondheid & veiligheid op het werk meenemen in geconsolideerd standpunt t.a.v. Verdag 119 (machineveiligheid 1963), Verdrag 139 (beroepskanker 1974), Verdrag 148 (werkmilieu, luchtverontreiniging, lawaai & trillingen 1997) Verdrag 167 (V&G in bouw 1988) Vedrag 170 (chemische stoffen 1990) Verdrag 184 (V&G in landbouw 2001)

Brief d.d.24-11-2006

tekst IAO-Verdrag nr. 187 en Aanbeveling nr. 179 (Kamerstukken II, 2006/2007, 29 427 nr. 33)

Planning: december 2010

5

Brochure Kinderopvang is gereed en wordt binnenkort (juli/augustus 2007) verstuurd naar de sector. Volgende inspecties zijn gepland in 2009/2010

07-02-2007 AO vaste cie SZW TK over Arbozaken

(Kamerstukken II, 2006/2007, 25 883, nr. 104)

Planning: december 2010

6

SZW heeft besloten naar aanleiding van de aanbevelingen van de SER de methodieken [...] met empowerment en soft skills [...] waarmee nu kleinschalig ervaringen zijn opgedaan breder aan te bieden aan gemeenten ter ondersteuning van lokale initiatieven

Brief d.d. 05-07-2007

Reactie op SER-advies: Niet de afkomst, maar de toekomst (Kamerstukken II, 2006/2007, 29 544/27 223, nr. 99)

Aan de uitwerking van de handreiking wordt momenteel gewerkt.

Planning: december 2010

Tabel 6.1.10 Overzicht van door de bewindspersonen nog af te handelen toezeggingen, vergaderjaar 2007–2008
 

Vindplaats

Omschrijving

Stand van zaken

1

In samenspraak met de toezichthouder (DNB) wordt nader bezien of de huidige regelgeving in situaties waarin uitvoerende werkzaamheden zijn uitbesteed voldoende effectief is

Brief d.d. 10-12-2007

Voorgenomen fusie ABP/Cordares. (Kamerstukken 2007/2008, 28 294, nr. 32)

Wordt betrokken bij brief over governance. In deze brief worden de gepresenteerde denkrichtingen uit de kabinetsreactie governance en medezeggenschap verder uitgewerkt in verschillende modellen.

Planning: eind 2010

2

In 2007 zijn afspraken gemaakt tussen de LSI en het CBP over de werkwijze waarmee fraude in de sociale zekerheid effectief en in overeenstemming met de Wbp kan worden bestreden. Dit houdt in dat koppeling van bestanden met persoonsgegevens in de controlefase alleen mag plaatsvinden indien de personen van wie de gegevens worden gekoppeld, door middel van een goed onderbouwd selectieprofiel zijn geselecteerd. Met behulp van de selectieprofielen worden deelpopulaties met een verhoogd risico op regelovertreding in beeld gebracht. De koppeling van persoonsgegevens kan dan tot die deelpopulaties worden beperkt. De SIOD heeft in de periode april 2008-april 2010 voor verschillende vormen van fraude onderzocht of het mogelijk is om selectie-profielen te ontwikkelen. Daartoe zijn bestanden met persoonsgegevens met behulp van zogenaamde «Privacy-Enhancing Technologies» gekoppeld. De Staatssecretaris heeft in maart 2008 aan de Kamer toegezegd haar te zullen te informeren over de uitkomsten van de in 2010 te houden evaluatie

Brief d.d. 19-12-2007

Bestandskoppeling (Kamerstukken II, 2007/2008, 17 050, nr. 346)

In de brief aan de Tweede Kamer d.d. 10-07-2009 over handhavingsonderwerpen (kamerstukken II, 2008/2009. 17 050, nr. 390) is een tussenstand opgenomen inzake de Black Box

Planning: december 2010

3

In verband met het streven van het kabinet om eind 2008 een besluit te nemen over het starten van de goedkeuringsprocedure m.b.t. het Maritiem Arbeidsverdrag 2006 (IAO) zal een wetvoorstel houdende de goedkeruing van het voornemen tot bekrachtiging en de wijziging van de relevante wetgeving voor uitdrukkelijke goedkeuring aan de Tweede Kamer worden aangeboden

Brief d.d. 24-01-2008

Toezending afschrift van brief aan de Tweede Kamer inzake de bekrachtiging van het Maritiem Arbeidsverdrag 2006 (Kamerstukken II, 2007/2008, 29 427, nr. 46)

Advies Raad van State: implementatiewet 18 juni 2010.

Planning: december 2010

4

De minister zal de Kamer rapporteren indien een andere lidstaat de Europese Sociale Code (herzien) zal ratificeren én zal jaarlijks de Kamer informeren over de activiteiten van de regering op dit terrein

12-03-2008 Stemming over het wetsvoorstel Goedkeuring van de opzegging van deel VI van de op 6 april 1964 te Straatsburg tot stand gekomen Europese Code inzake sociale zekerheid (Handelingen 2007–2008, nr. 61 Tweede Kamer, pag 4324–4328)

Rapportage wordt gecombineerd met eventuele informatie omtrent ratificatie door andere landen.

Planning: oktober 2010

5

Toezending van informatie van de Stichting van de Arbeid over de dekking van het arbeidsongeschiktheidspensioen voor gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers. De Stichting constateert dat, voor zover het duurzaam volledig arbeidsongeschikt beoordeelde actieve deelnemers betreft, er ten opzichte van de situatie onder de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering nauwelijks wijziging is opgetreden. Voor de gedeeltelijke arbeidsongeschikte werknemers heeft de Stichting hierover aan de pensioenkoepels en aan het Verbond van Verzekeraars om nadere informatie gevraagd. Zodra ik over deze informatie beschik, zal ik uw Kamer hierover informeren

Brief d.d.25-03-2008

pensioenwet debat over pensioenbewustzijn, nabestaanden- en arbeidsongeschiktheidspensioen (Kamerstukken II, 2007/2008, 30 413, nr. 108)

Een geaggregeerd beeld van de situatie bij de pensioenfondsen is pas mogelijk als ervaring is opgedaan met de verduidelijking in de regelgeving terzake (zie Stb. 2008, 316). Nadat de gegevens zijn ontvangen wordt de Tweede Kamer geïnformeerd.

Planning: december 2010

6

Evaluatie van de IOW vindt zo vroeg mogelijk in 2010 plaats, zodat hierover een debat met de Tweede Kamer mogelijk is. De evaluatie zal ingaan op de arbeidsmarktomstandigheden van ouderen en de belemmeringen in regelgeving om over te stappen vanuit een uitkeringssituatie naar de arbeidsmarkt. Aan de hand van de uitkomsten van de evaluatie en in het bijzonder de arbeidsmarktontwikkeling voor ouderen, zal een beslissing genomen worden over de horizonbepaling in de IOW

03-04-2008 Plenaire behandeling TK wetsvoorstel inkomensvoorziening oudere werklozen (30 819) (Handelingen 2007–2008, nr. 72, Tweede Kamer, pag. 5085)

Evaluatie wordt in het najaar naar de Tweede Kamer gestuurd.

Planning: december 2010

7

Evaluatie indexatielabel. Na invoering van het indexatielabel per 1 juli 2008 moeten we de mogelijkheid blijven verkennen om het label verder te verbeteren. Daarom ben ik van plan in 2011 het indexatielabel te evalueren

Brief d.d.14-04-2008

invoering Indexatielabel: stand van zaken (Kamerstukken II, 2007–2008, 30 413, nr. 109)

Planning: december 2011

8

WIA- evaluatie: knelpunten 35-min. In de WIA-evaluatie zal meegenomen worden of zich als gevolg van het Schattingsbesluit knelpunten voordoen voor 35-minners

23-04-2008 AO vaste cie SZW TK over de brief van de Raad van Werk en Inkomen inzake Poortwachterscentra (Kamerstukken II, 2007/2008, 28 333, nr. 102)

Planning: oktober 2010 is evaluatie-onderzoek gereed en december 2010 kabinetsstandpunt aan Tweede Kamer.

9

Toezegging dat de regering zal bezien of de in de artikelen 85 en 87 Pensioenwet opgenomen voorwaarde voor waardeoverdracht naar buitenland, namelijk dat de afkoopmogelijkheid niet ruimer mag zijn dan in Nederland, niet ook moet gelden voor de artikelen 88 en 89 van de Pensioenwet. (EK)

19-05-2008 Memorie van antwoord wijzigingswet Pensioenwet (Kamerstukken I, 2007/2008, 31 226, D)

Planning: december 2010

10

Aanpassing van het Ontslagbesluit zodat bij collectief ontslag, AOW-gerechtigden als eerste in aanmerking komen voor ontslag

Brief d.d.28-05-2008

Arbeidsmarktpositie van ouderen (Kamerstukken II, 2007/2008, 29 544, nr. 152)

Wordt meegenomen in het wetsvoorstel Arbeidsrecht AOW’ers

Planning: eind 2010

11

De PvdA en het CDA vroegen de minister om aandacht voor de Agrarische sector (brief LTO december 2007 aan VC SZW). De toezegging van de minister is om het effect op de werkgelegenheid in de sectoren, voor zover mogelijk, inzichtelijk te maken

03-07-2008 AO vaste cie SZW TK Arbeidsmarktbeleid (Kamerstukken II, 2007/2008, 31 200 XV/29 544, nr. 89)

Wordt bij vervolg-evaluatie premiegroepen WW meegenomen.

Planning: december 2010

12

Vervolg evaluatie premiegroepen WW, in hoeverre hebben de sectoren hun beleid aangepast naar aanleiding van de nieuwe systematiek, die tot doel heeft de cyclische- en seizoenswerkloosheid te verminderen

03-07-2008 AO vaste cie SZW TK Arbeidsmarktbeleid (Kamerstukken II, 2007/2008, 31 200 XV/29 544, nr. 89)

Wordt bij vervolg-evaluatie premiegroepen WW meegenomen.

Planning: december 2010

13

Binnen 3 jaar na inwerkingtreding van het wetsvoorstel Wijziging van de Ziektewet, van het Burgerlijk Wetboek en van enkele andere wetten, zal de regering het parlement een verslag doen toekomen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de onderhavige maatregelen

09-09-2008 Plenaire behandeling EK van het wetsvoorstel Wijziging van de Ziektewet, van het Burgerlijk Wetboek en van enkele andere wetten in verband met het meldingsproces van een werknemer bij de ongeschiktheid tot het verrichten van arbeid en de sanctie voor de werkgever bij niet naleving van zijn verplichtingen in dit proces (31 357) (Handelingen 2007–2008, nr. 39, Eerste Kamer, pag. 1677–1678)

Binnen 3 jaar na inwerkingtreding zal de regering het parlement een verslag doen toekomen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de onderhavige maatregelen.

Planning: december 2011

14

In de eerstvolgende evaluatie van de Wet op de bedrijfsorganisatie zal een meting van de effecten van de Code Goed Bestuur worden meegenomen

10-09-2008 2e termijn plenaire behandeling TK Wetsvoorstel wijziging van de Wet op de bedrijfsorganisatie in verband met verdere modernisering van het stelsel van de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie (31 419) Re- en dupliek en afronden (Handelingen 2007–2008, nr. 110, Tweede Kamer, pag. 8009–8016)

Dit wordt meegenomen in de eerstvolgende (4-jaarlijkse) evaluatie.

Planning: januari 2012

Tabel 6.1.11 Overzicht van door de bewindspersonen nog af te handelen toezeggingen, vergaderjaar 2008–2009
 

Vindplaats

Omschrijving

Stand van zaken

1

Beoordeling beperking maximering hoogte WGA-premie voor kleine bedrijven

Brief d.d. 16-09-2008, notitie over doorgroei van ondernemingen. Kamerstukken II, 2008/2009, 31 311, nr. 21)

Planning: oktober 2010 is evaluatie-onderzoek gereed en december 2010 kabinetsstandpunt aan Tweede Kamer

2

Startkwalificatie alleenstaande ouder als criterium in evaluatie.De staatssecretaris zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Strik, toe in haar interactie met wethouders te beklemtonen dat ook alleenstaande ouders mét startkwalificatie in de periode in de opmaat naar de arbeidsmarkt extra moeten worden gestimuleerd om dit ter hand te blijven nemen. Voorts zegt zij toe dit criterium als aandachtspunt mee te nemen in de op handen zijnde evaluatie en monitoring

22-12-2008 Plenaire behandeling EK Wet verbetering arbeidsmarkt-positie alleenstaande ouders (31 519) (eerste termijn Kamer) (Handelingen 2008–2009, nr. 17, Eerste Kamer, pag. 853–876)

Er is een tussentijds onderzoek gedaan waarover is gerapporteerd in de Monitor Bestuurlijk Akkoord (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 223)

Planning eindrapportage:

december 2012

3

Evaluatie van de wet verbetering arbeidsmarktpositie alleenstaande ouders, 4 jaar na inwerkingtreding

22-12-2008 Plenaire behandeling EK Wet verbetering arbeidsmarktpositie alleenstaande ouders (31 519) (eerste termijn Kamer) (Handelingen 2008–2009, nr. 17, Eerste Kamer, pag. 853–876)

Er is een tussentijds onderzoek gedaan waarover is gerapporteerd in de Monitor Bestuurlijk Akkoord (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 223)

Planning eindrapportage:

december 2012

4

De minister zegt toe dat hij met het UWV de mogelijkheden zal bezien om een beeld te krijgen van de toepassing van het werkaanbod

03-03-2009 Plenaire behandeling TK wetsvoorstel Wijziging van de Werkloosheidswet in verband met het vergroten van de kans op werk van langdurig werklozen (Passende arbeid) (31 767) (Handelingen 2008–2009, nr. 58, Tweede Kamer, pag. 4716–4747)

Overleg met UWV over mogelijkheden om een beeld te krijgen van de toepassing van het werkaanbod is gevoerd. De planning ziet er als volgt uit:

– 1 juli 2009 tot 1 juli 2010: monitoren uitvoering door UWV

– Uiterlijk 31 december 2010: informeren Tweede Kamer

5

De minister zegt toe dat hij het samenstel van regelingen zal evalueren. Het tijdstip van die evaluatie wordt nader bezien in verband met de economische omstandigheden. De evaluatie zal naar verwachting niet vóór 2012 worden afgerond

03-03-2009 Plenaire behandeling TK wetsvoorstel Wijziging van de Werkloosheidswet in verband met het vergroten van de kans op werk van langdurig werklozen (Passende arbeid) (31 767) (Handelingen 2008–2009, nr. 58, Tweede Kamer, pag. 4716–4747)

Planning: december 2012

6

De minister zegt toe om aandacht te besteden aan het bewaken, monitoren en evalueren van de manier waarop de 25%-regeling geldt voor studerende Wajong'er. Het is de bedoeling om vanaf 2010 door het UWV te laten registreren hoeveel schoolgaande en studerende jonggehandicapten een inkomensondersteuning krijgen

16-04-2009 Vervolg plenaire behandeling Tweede Kamer Wetsvoorstel wijziging v.d. Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten i.v.m. het bevorderen van de participatie door werk en arbeidsondersteuning (31 780) (Handelingen 2008–2009, nr.  78, Tweede Kamer, pag. 6067–6084)

Vormt onderdeel van de monitor Wajong.

Planning 1e rapportage: november 2010

planning 2e rapportage: mei 2011

7

Zodra het oordeel van het deskundigencomité beschikbaar is over de verenigbaarheid van WIA en ILO verdrag 121 zal de Tweede Kamer daarover geïnformeerd worden

23-04-2009 AO vaste cie SZW TK over ILO Verdrag nr. 121 (Kamerstukken II, 2008/2009, nr. 29 427, nr. 58)

Behandeling is doorgeschoven naar de volgende zitting in december 2010.

Zodra uitkomst bekend is wordt Tweede Kamer geïnformeerd.

Planning: juli 2011

8

MP zal de minister van SZW in het kabinet vragen contact op te nemen met sociale partners om te bezien hoe vorm en inhoud kan worden gegeven aan de Motie-Halsema c.s. (31 951, nr. 8) over de concrete uitwerking van een midterm leerrecht. De Tweede Kamer zal daarover worden bericht

28-05-2009 Verantwoordingsdebat over het jaar 2008 (Handelingen 2008–2009, nr. 89, Tweede Kamer, pag. 6941–7022)

Wordt meegenomen in wetsvoorstel wederzijdse scholingsaanspraak.

Planning: medio 2011

9

De minister zal met UWV bezien of communicatie over de urenopgave door startende ondernemers op een eerder moment kan plaatsvinden

11-06-2009 AO vaste cie SZW TK over toepassing zelfstandigen-regeling door UWV (Kamerstukken II, 2008/2009, 17 050, nr. 388)

In samenwerking met UWV wordt aan adequate oplossing gewerkt.

Planning: september 2010

10

Voorlichting WGBL. Er zal middels voorlichting meer aandacht worden besteed aan leeftijdsdiscriminatie

Brief d.d.11-06-2009

Evaluatie WGBL (Kamerstukken II, 2008/2009, 30 347, nr. 2)

Planning: december 2010

11

De minister van SZW zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Strik, toe het risico van verdringing op de arbeidsmarkt mee te nemen in de aan de Tweede Kamer toegezegde evaluatie over de toepassing van de wet, die echter niet voor 2012 zal verschijnen in verband de huidige economische situatie.

23-06-2009 Plenaire behandeling EK wetsvoorstel Het vergroten van kansen op werk voor langdurig werklozen (Passende arbeid) (31 767)

(Handelingen 2008–2009, nr. 36 Eerste Kamer, pag.1654–1657 en 1671–1677

Wordt meegenomen bij de evaluatie.

Planning: januari 2012

12

Minister zal complexe WGA-uitkeringsstructuur betrekken bij evaluatie-WIA. Sociale partners worden bij WIA-evaluatie betrokken op zelfde wijze als nu bij tussenevaluatie-WGA

01-07-2009 AO vaste cie SZW Arbeidsongeschiktheid (Kamerstukken II, 2008/2009, 26 448, nr. 410)

Planning: oktober 2010 is evaluatie-onderzoek gereed en december 2010 kabinetsstandpunt aan Tweede Kamer.

13

Er wordt voorlichting gegeven over wetsvoorstel inlenersaansprakelijkheid zodat iedereen tijdig op de hoogte is.

10-09-2009 Plenaire behandeling TK over het wetsvoorstel (Wijz. van titel 7.10 (arbeidsovereenkomst) BW; totstandbrenging van een inlenersaansprakelijkheid met betrekking tot de voldoening van het toepasselijke minimumloon en de toepasselijke minimum-vakantiebijslag) (31 833) (Handelingen 2008–2009, nr. 109, Tweede Kamer pag. 8732–8741)

Er wordt overlegd over concrete invulling met Bureau MVR-groep i.h.k.v.campagne «Weet hoe het zit».

Planning: najaar 2010

Tabel 6.1.12 Overzicht van door de bewindspersonen nog af te handelen toezeggingen, vergaderjaar 2009–2010
 

Vindplaats

Omschrijving

Stand van zaken

1

De staatssecretaris verwacht de Kamer eind 2010 te kunnen informeren over de wijze waarop de langdurigheidstoeslag in de uitvoeringspraktijk wordt vormgegeven voor wat betreft de doelgroep, duur periode laag inkomen en de hoogte van de toeslag onderzoeken

10-09-2009 AO vaste cie SZW TK over Schuldhulpverlening (Kamerstukken II, 2009/2010, 24 515, nr. 159)

Planning: december 2010

2

Minister heeft tijdens plenaire behandeling in EK d.d. 22-09-09 toegezegd dat beide kamers tijdig ingelicht worden als te zijner tijd conclusies worden getrokken over de aanpassing van de WIA of binding aan Verdrag nr, 121 indien het oordeel van het ILO-deskundigencomité in de toekomst daartoe aanleiding mocht geven

22-09-2009 Voortzetting van de gezamenlijke plenaire behandeling EK van de wetsvoorstellen Goedkeuring opzegging deel VI Europese Code inzake sociale zekerheid (31 267) en Goedkeuring herziene Europese Code inzake sociale zekerheid (31 283)

(Handelingen 2009–2010, nr. 1, Eerste Kamer pag. 1–6)

Behandeling is doorgeschoven naar de volgende zitting in december 2010.

Zodra uitkomst bekend is wordt Tweede Kamer geïnformeerd.

Planning: juli 2011

3

Minister heeft toegezegd dat er per oktober 2010 een rapportage komt over hoe de structuur van de besluitvorming is, hoe deze zich ontwikkeld heeft en wat er nog verder veranderd moet worden om wel te kunnen voldoen aan de termijn van acht weken

23-09-2009 Plenaire behandeling TK wetsvoorstel wijziging van enkele bijzondere wetten in verband met de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen (31 844) (Handelingen 2009–2010, nr. 5, Tweede Kamer, pag. 312)

Het UWV stuurt SZW begin augustus een concept rapportage over de Wet Dwangsom.

Planning: oktober 2010

4

Arbocatalogi en beleidsregels. De beleidsregels blijven een zekere tijd gehandhaafd, geen jaren. In ieder geval vervallen ze zeker niet per 01-01-2010. De tijd dat deze gehandhaafd blijven is korter dan de extra tijd die de Commissie Begeleiding Arbocatalogi wordt gegeven voor stimulering van het opstellen van catalogi (1 jaar). Er wordt een brief met de termijnen naar TK gezonden

23-09-2009 AO vaste cie SZW TK over Arbo-onderwerpen (Kamerstukken II, 2009/2010, 25 883, nr. 158)

Planning: oktober 2010

5

Minister van SZW heeft toegezegd dat de AI in 2010 inspecties uit zal voeren in praktijklokalen bij scholen die achterblijven

23-09-2009 AO vaste cie SZW TK over Arbo-onderwerpen (Kamerstukken II, 2009/2010, 25 883, nr. 158)

Planning: december 2010

6

Voor 1 mei 2010 aanbieding aan de Kamer van wetsvoorstel als uitwerking van de Beleidsverkenning verlof en arbeidstijden

Brief d.d. 09-10-2009 over uitwerking beleidsverkenning modernisering regelingen voor verlof en arbeidstijden (Kamerstukken II, 2009/2010, 26 447, nr. 45)

Wordt meegenomen bij wetsvoorstel Arbeid en zorg

Planning: eind 2010

7

Wetsvoorstel arbeidsparticipatie jongeren. De regering heeft het voornemen om, met het oog op de mogelijkheid tot verlenging van de tijdelijke maatregel, in het voorjaar van 2011 een onderzoek naar effectiviteit van de maatregel uit te voeren. De regering zal bezien of het mogelijke verdringingseffect van schoolverlaters bij dit onderzoek kan worden betrokken. De Tweede Kamer zal in het najaar van 2011 worden geïnformeerd over de uitkomsten van het onderzoek en over het al dan niet verlengen van de maatregel

Brief d.d. 04-11-2009

nota naar aanleiding van het verslag van nota van wijziging voorstel van wet 32 058 (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 058, nr. 6)

De Tweede Kamer zal in het najaar van 2011 worden geïnformeerd.

Planning: najaar 2010

8

In de brief «Internationale arbeidsmobiliteit en sociale zekerheid» is een verkenning toegezegd naar de beëindiging van de export van tegemoetkomingen in de sociale zekerheid. Het gaat hier om tegemoetkomingen die veelal in het leven zijn geroepen als compensatie voor koopkrachteffecten.

Invulling van het onderzoek met de indiening van een wetsvoorstel zal uiterlijk bij de begroting SZW worden ingediend

11-11-2009 AO vaste cie SZW TK over Nota Arbeidsmobiliteit en sociale zekerheid (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 149, nr. 2)

Brief aan de Tweede Kamer d.d. 8-12-2009 (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 216)

Planning: september 2010

9

De Minister heeft toegezegd om met de Staatssecretaris van het Ministerie van VWS overleg te plegen over de inzet van de functie begeleiding in de Awbz op de werkvloer

18-11-2009 AO vaste cie SZW TK over Wajong-onderwerpen (Kamerstukken II, 2009/2010, 31 780, nr. 47)

Over de wijze waarop dit programma een vervolg kan krijgen wordt interdepartementaal overleg gevoerd.

Planning: september 2010.

10

De Minister heeft aan de Tweede Kamer en Eerste Kamer toegezegd dat er een brief over het sociaal ondernemerschap naar de Tweede Kamer verstuurd zal worden (conform eerdere toezeggingen)

18-11-2009 AO vaste cie SZW TK over Wajong-onderwerpen (Kamerstukken II, 2009/2010, 31 780, nr. 47)

Planning: december 2010

11

Tijdens het AO over de WAV heeft de minister toegezegd de aangevoerde overwegingen met betrekking tot verdringing mee te zullen nemen bij de uitwerking van de voorstellen voor de sportsector

18-11-2009 AO vaste cie SZW TK over notitie Herziening Wet arbeid vreemdelingen (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 144, nr. 3)

Planning: december 2010

12

De minister van SZW zegt, naar aanleiding van een opmerking van het lid Thissen, toe het kabinetsstandpunt over de plaats van social return in het aanbestedings- en inkoopbeleid van de rijksoverheid naar de Eerste Kamer te sturen.

24-11-2009 Plenaire behandeling EK wetsvoorstel Wijziging van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten in verband met het bevorderen van de participatie van jonggehandicapten door werk en arbeidsondersteuning (31 780) (Handelingen 2009–2010, nr. 10, pag. 284–308)

Mede naar aanleiding van het SZW onderzoek en de evaluatie van de pilots bij het Rijk, zal het kabinet begin 2011 een standpunt naar de Eerste Kamer zenden

Planning: maart 2011

13

De minister zegt toe dat bij het maken van de AMvB over de overgangsregeling voor jonggehandicapten die vallen onder de huidige Wajong, bekeken zal worden in hoeverre de mogelijkheid van de terugvaloptie naar de oude regeling gerealiseerd kan worden en op welke wijze dat het best gedaan kan worden. De Kamer zal hierover geïnformeerd worden.

24-11-2009 Plenaire behandeling EK wetsvoorstel Wijziging van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten in verband met het bevorderen van de participatie van jonggehandicapten door werk en arbeidsondersteuning (31 780) (Handelingen 2009–2010, nr. 10, pag. 284–308)

Wordt meegenomen bij AMvB overgangsregeling.

Planning: januari 2012

14

De Kamer informeren over gebruiksvoorwaarden EU-microfinanciering en vergelijking van deze voorwaarden met de nationale voorwaarden voor verstrekking van microkredieten

25-11-2009 AO vaste cie SZW TK over Europa-overleg (Kamerstukken II, 2009/2010, 21 501-31, nr. 195)

De Tweede Kamer zal over de wijze waarop dit vorm krijgt geïnformeerd worden.

Planning: november 2010

15

Flexibilisering pleegzorgverlof en andere aspecten van verlofregelingen en arbeidstijden. Deze onderwerpen zullen worden betrokken bij de wetgeving die voortvloeit uit het kabinetsstandpunt over de Beleidsverkenning modernisering regelingen voor verlof en arbeidstijden (26 447, nr. 45)

09-12-2009 VAO over uitwerking Beleidsverkenning modernisering regelingen voor verlof en arbeidstijden (Handelingen 2009–2010, nr. 35, Tweede Kamer, pag. 3592)

Wordt meegenomen in het wetsvoorstel verlof en arbeidstijden

Planning: eind 2010

16

Uitwerking governancemodellen.

Het kabinet zal de gepresenteerde denkrichtingen uit de kabinetsreactie governance en medezeggenschap verder uitwerken in verschillende modellen. Hierbij zal ook het resultaat van de commissie Frijns betrokken worden. De modellen zullen besproken worden met alle betrokken partijen, waarna de Kamer geïnformeerd wordt over de uitkomsten. Het kabinet is bereid ook de door de Stichting van de Arbeid genoemde suggesties in de afweging te betrekken

Brief d.d.04-12-2009

Governance en medezeggenschap bij pensioenfondsen (Kamerstukken II, 2009/2010, 28 294, nr. 37)

Wordt betrokken bij brief over governance. In deze brief worden de gepresenteerde denkrichtingen uit de kabinetsreactie governance en medezeggenschap verder uitgewerkt in verschillende modellen. De Kamer zal hier eind 2010 over worden geïnformeerd.

17

OCW en SZW zijn voornemens een diepergaand vervolgonderzoek te laten uitvoeren om inzicht te krijgen in de achterliggende factoren voor werkloosheid onder allochtone meisjes

Brief d.d. 08-12-2009

antwoorden op de vragen van de leden Koser Kaya, Vermeij en Bouchibti over de hoge werkloosheid onder jonge allochtone vrouwen (Aanhangsel van de Handelingen 2009-2010, nr. 943)

Wordt meegenomen in de kabinetsreactie op de Discriminatiemonitor.

Planning: december 2010

18

Invulling van het onderzoek met de indiening van een wetsvoorstel zal uiterlijk bij de begroting van SZW worden ingediend

Brief d.d. 08-12-2009 over AOW-partnertoeslag (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 216)

Verkenning is in voorbereiding

Planning: september 2010

19

In de kabinetsreactie op het SER advies over ZZP-ers zal worden ingegaan op de toegankelijkheid van pensioenen voor zelfstandigen

16-12-2009 AO vaste cie EZ TK over ZZP-ers (Kamerstukken II, 2009/2010, 31 311, nr. 37)

Planning: december 2010

20

Belemmeringen (lock in effecten) van de Wsw-CAO zullen met werkgevers en werknemers in kaart worden gebracht

12-01-2010 Plenaire behandeling TK wetsvoorstel Tijdelijke wet pilot loondispensatie (32 165)

(Handelingen 2009–2010, nr. 40, Tweede Kamer, pag. 3933–3942)

Planning: oktober 2010

21

De ondersteuning van Wsw-raden zal gedurende de looptijd van de pilots «werken naar vermogen» worden voortgezet

12-01-2010 Plenaire behandeling TK wetsvoorstel Tijdelijke wet pilot loondispensatie (32 165) (Handelingen, 2009–2010, nr. 40, Tweede Kamer, pag. 3933–3942)

Planning: januari 2013

22

Gaandeweg de pilots «werken naar vermogen» zal gekeken worden of er genoeg werkgevers participeren

12-01-2010 Plenaire behandeling TK wetsvoorstel Tijdelijke wet pilot loondispensatie (32 165) (Handelingen 2009–2010, nr. 40,Tweede Kamer, pag. 3933–3942)

Een eerste rapportage aan de Tweede Kamer is voorzien voor eind 2010.

23

In de tussentijdse rapportages zal inzicht worden geboden in de ontwikkeling van werknemers in verband met het bepalen van de periode wanneer het inkomen tot het wettelijk minimum wordt aangevuld

12-01-2010 Plenaire behandeling TK wetsvoorstel Tijdelijke wet pilot loondispensatie (32 165) (Handelingen 2009–2010, nr. 40, Tweede Kamer, pag. 3933–3942)

Een eerste rapportage aan de Tweede Kamer is voorzien voor eind 2010.

24

De Minister zal de Kamer afzonderlijk informeren over de mogelijkheden om de verplichtingen uit artikel 15 Wet arbeid vreemdelingen met betrekking tot de uitwisseling van informatie en de bewaarplicht te vereenvoudigen

Brief d.d.18-01-2010

Aanbieding onderzoek evaluatie bestuurlijke boete.

(Kamerstukken II, 2009/2010, 17 050/29 523, nr. 396)

Planning: september 2010

25

Minister zal bezien of het instrument van (tijdelijke) stillegging van bedrijven of bedrijfssluiting kan worden opgenomen in de bestuursrechtelijke handhaving van de Wav en of dit kan bijdragen aan een effectievere handhaving

Brief d.d.18-01-2010

Aanbieding onderzoek evaluatie bestuurlijke boete.

(Kamerstukken II, 2009/2010, 17 050/29 523, nr. 396)

Planning: januari 2011 i.h.k.v. herziening WAV

26

Brede aanpak voor een multi ondernemingspensioenfonds (opf).

Op verzoek van het CDA heeft de minister toegezegd om in de loop van het jaar een standpunt in te nemen met betrekking tot een bredere aanpak voor het multi opf dan de aanpak die in het (inmiddels aanvaarde) wetsvoorstel is gekozen. Het gaat dan om een variant waarin werkgevers een pensioenregeling rechtstreeks kunnen onderbrengen bij een multi opf

21-01-2010 Plenaire behandeling wetsvoorstel (Wijzig. Pensioenwet; uitbreiden van de werkingssfeer voor ondernemingspensioenfondsen) (32 141) (Handelingen 2009–2010, nr. 45, Eerste Kamer, pag. 4350–4358)

Planning: december 2010

27

Inkomens- en vermogenspositie van 67-plussers: Tijdens het AO van de themacommissie Ouderenbeleid van 21 januari 2010 heeft de staatssecretaris van VWS op vragen van de VVD een onderzoek toegezegd naar de inkomens- en vermogenspositie van 67-plussers

21-01-2010 AO van de themacommissie Ouderenbeleid van 21 januari 2010 met min VWS

(Kamerstukken II, 2009/2010, 29 549, nr. 52)

Planning: december 2010

28

Minister zal in de gesprekken met sociale partners meenemen, dat als bij de evaluatie van de maatregel blijkt, dat er op een verkeerde manier gebruik is gemaakt van de tijdelijke maatregel, de maatregel niet verlengd zal worden

10-02-2010 Plenaire behandeling van het wetsvoorstel (Tijdelijke verruiming van de mogelijkheid in het BW om arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd aan te gaan in verband met het bevorderen van de arbeidsparticipatie van jongeren) (32 058) (Handelingen, 2009–2010, nr. 55. Tweede Kamer, pag. 4967)

Planning: december 2010

29

Minister zegt een overkoepelende rapportage van de AI toe over agressie en geweld over alle overheidssectoren na afloop van de inspecties in 2010

10-02-2010 AO vaste cie SZW TK over Arbo-onderwerpen (Kamerstukken II, 2009/2010, 25 883, nr. 165)

Inspectieprogramma (en voorlichtingsprogramma) is in fase uitvoering.

Planning: april 2011

30

De maatregel «verruiming van de mogelijkheid om een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd aan te gaan» wordt begin 2011 geëvalueerd. Daarbij wordt er gekeken naar de gevolgen van de maatregel voor het aantal vaste cq tijdelijke contracten en of er daadwerkelijk meer jongeren aan het werk zijn gekomen, dan wel aan het werk zijn gebleven.

10-02-2010 Plenaire behandeling van het wetsvoorstel (Tijdelijke verruiming van de mogelijkheid in het BW om arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd aan te gaan in verband met het bevorderen van de arbeidsparticipatie van jongeren) (32 058) (Handelingen, 2009–2010, nr. 55, Tweede Kamer, pag. 4967)

Het evaluatie-onderzoek zal in het voorjaar 2011 worden uitgevoerd. De Tweede Kamer zal in het najaar 2011 hierover worden geïnformeerd.

Planning: november 2011

31

Staatssecretaris zal in maart de eerste resultaten over de uitvoering van het Actieplan Jeugdwerkloosheid in het laatste tertaal van 2009 presenteren aan de Tweede Kamer. In maart, augustus en november 2010 zijn voortgangsrapportages voorzien

11-02-2010 AO vaste cie SZW TK over Jeugdwerkloosheid (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 234)

Deels afgedaan met brief d.d. 13-04-2010 aan de Tweede Kamer over de voortgangsbrief Actieplan Jeugdwerkloosheid

(Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 245)

Planning: voortgangsrapportages naar de Tweede Kamer december 2010

32

Onderzoek naar toegankelijkheid verlof in wetsvoorstel.

Minister zal bij het wetsvoorstel modernisering arbeid en zorg aangeven in hoeverre het gebruik daarvan voor midden en lage inkomens en mannen daardoor beïnvloed wordt

17-02-2010 Vervolg plenaire behandeling TK initiatief wetsvoorstel Halsema/Van Gent tot wijziging van de Wet arbeid en zorg (Vaderverlof) (31 071) (Handelingen 2009–2010, nr. 56, Tweede Kamer, pag. 5088–5109)

Wordt meegenomen in wetsvoorstel arbeid en zorg.

Planning: eind 2010

33

Minister zal begin april 2010 een brief aan de Kamer zenden waarin de plannen voor modernisering van het ouderschapsverlof worden geconcretiseerd

Vervolg plenaire behandeling TK initiatief wetsvoorstel Halsema/Van Gent tot wijziging van de Wet arbeid en zorg (Vaderverlof) (31 071)

(Handelingen, 2009–2010, Tweede Kamer, nr. 56, pag. 5088–5109)

Wordt meegenomen in wetsvoorstel arbeid en zorg.

Planning: eind 2010

34

In overleg met de betrokken ministeries zal worden bezien of het mogelijk is om een nadere specificatie voor prostitutie in de SBI-codering op te nemen

Brief d.d.02-04-2010

Antwoorden kamervragen van de leden Van Hijum en De Pater-Van der Meer over schijnzelfstandigheid in de prostitutiebranche (Aanhangsel van de Handelingen 2009–2010, nr. 2131)

Planning: december 2010

35

De minister zal nadenken over suggestie van mw. Linhard om werkgeversbijdrage pensioen ook op loonstrookje te vermelden. Dit om het pensioenbewustzijn van de burgers te vergroten

07-04-2010 AO vaste cie SZW TK over Pensioenonderwerpen (Kamerstukken II, 2009/2010, 28 294, nr. 40)

Planning: eind september 2010

36

De minister heeft aangeven voorafgaand aan de verkiezingen een brief aan de TK te sturen, waarin de verschillende governance modellen nader zijn uitgewerkt. Daarin wordt tevens teruggekomen op transparantie over beleggingsbeleid

07-04-2010 AO vaste cie SZW TK over Pensioenonderwerpen (Kamerstukken II, 2009/2010, 28 294, nr. 40)

Wordt betrokken bij brief over governance. In deze brief worden de gepresenteerde denkrichtingen uit de kabinetsreactie governance en medezeggenschap verder uitgewerkt in verschillende modellen.

Planning: De Kamer zal hier eind 2010 over worden geïnformeerd.

37

De minister stuurt voor 1 oktober 2010 het standpunt over de positie van de herverzekerde fondsen naar de Tweede Kamer. Het onderzoek naar de herverzekerde fondsen is in juni 2010 afgerond. Zodra de onderzoeks-resultaten bekend zijn zal overleg met de minister plaatsvinden, waarna een brief aan de Tweede Kamer zal worden geformuleerd

07-04-2010 AO vaste cie SZW TK over Pensioenonderwerpen (Kamerstukken II, 2009/2010, 28 294, nr. 40)

Planning: oktober 2010

38

In het Verslag van de Uitvoering zal ook worden ingegaan wat er is misgegaan bij de aansturing binnen het UWV t.a.v. de uitgaven re-integratie WW

08-04-2010 AO vaste cie SZW TK over Re-integratie (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 247)

De Tweede Kamer met brief d.d. 29-06-2010 geïnformeerd (Kamerstukken II, 2009/2010, 26 448, 437)

39

Wanneer de Kamer (zoals eerder ook FNV gemeld) meent dat er mensen zijn die tot de doelgroep behoren maar niet zijn aangeschreven, wil de minister de namen zodat alsnog passende actie kan worden ondernomen. Dat geldt eveneens voor mensen van wie de invorderingen niet zijn stopgezet, terwijl zij daarvoor wel in aanmerking komen. Ook als er door UWV gezegd is dat mensen geen herzieningsverzoek moeten indienen of als mensen door UWV geïntimideerd zijn, verneemt de minister dat graag. Hij zal dit dan controleren

20-05-2010 AO vaste cie SZW TK over Herbeoordeling startersregeling WW (Kamerstukken II, 2009/2010, 23 123- XV, nr. 62)

Planning: december 2010

40

De minister is gaarne bereid de Kamer te informeren door middel van een voortgangsrapportage; eenmaal per twee maanden

20-05-2010 AO vaste cie SZW TK over Herbeoordeling startersregeling WW (Kamerstukken II, 2009/2010, 23 123- XV, nr. 62)

Tweede Kamer met brief d.d. 18-08-2010 Eerste voortgangsrapportage herzieningsoperatie vanuit de WW gestarte zelfstandigen geïnformeerd (Kamerstukken II, 2009/2010, 32 123-XV, nr. 66.

41

Overleg met STAR over loondoorbetaling na 104 weken ziekte:

Met de STAR wordt overleg gevoerd over de loondoorbetaling na 104 weken ziekte. Indien uit het overleg met de STAR een oplossing volgt wordt de Tweede Kamer daarover geïnformeerd

17-03-2010 AO vaste cie SZW TK over Arbeidsongeschiktheid (Kamerstukken II, 2009/2010, 29 544, nr. 241)

Planning: december 2010

42

Evaluatie uitvoering aanvullende bijstand door SVB.

De regering zal de effecten van de overheveling van de uitvoering van de aanvullende bijstand voor 65-plussers naar de SVB 5 jaar na inwerkingtreding evalueren. (Kamerstukken II, 2009/10, 32 037, nr. 6).

In deze toegezegde evaluatie van de effecten van de overheveling, zal de regering de wijze waarop gemeenten de doelgroep ondersteunen bij de re-integratie en de daarbij benodigde samenwerking tussen SVB en gemeenten betrekken, zodat uiteindelijk een beeld uit de praktijk wordt verkregen. (Kamerstukken I, 2009/10, 32 037, C)

Kamerstukken II, 2009/2010, 32 037, nr. 6, en Kamerstukken I, 2009/2010, 32 037, C

Planning: februari 2015

43

Een structurele herbeziening van de WW-financiering om grote fluctuaties in de hoogte van de jaarlijkse (sector)premies in de toekomst te voorkomen met (behoud van) een prikkel voor werkgevers en sectoren om WW-lasten te beperken.

In het verlengde van deze tijdelijke maatregelen het kabinet structurele verbeteringen van de systematiek voor 2011 en verder, zal bezien

SZW Begroting voor het jaar 2010 SZW Begroting 2010 (32 123-XV)

Planning: december 2011

44

Kwalitatieve evaluatie over de effectiviteit van de loonkostensubsidies

Plenaire afronding TK van de behandeling van het wetsvoorstel horizonbepaling participatieplaatsen (31 548) (Handelingen 2008–2009, nr. 21, Tweede Kamer, pag. 1696–1702)

De Kamer wordt periodiek geïnformeerd over de kwantitatieve resultaten van de loonkostensubsidies via de viermaandelijkse rapportages van het UWV.

Daarnaast komt er een kwalitatieve evaluatie over de effectiviteit uiterlijk een jaar voor de afloop van het instrument.

Planning: januari 2012

45

Minister heeft toegezegd om de EK te informeren over het aantal mensen dat vanuit een tijdelijk contract in de werkloosheid terecht komt

29-06-2010 Plenaire behandeling EK voorstel van wet Tijdelijke verruiming van de mogelijkheid in artikel 668a van boek 7 BW om arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd aan te gaan (32 058) (Handelingen 2009–2010, nr. 34, Eerste Kamer, pag. 1430–1443)

Planning: september 2010

46

De minister van Financiën geeft tijdens de behandeling van het wetsvoorstel PPI (Premie Pensioeninstellingen) aan dat hij met zijn collega van SZW op dit moment een nieuwe planning voor fase III van de API aan het maken is. Daarop zegt hij toe dat voordat de Kamer officieel terugkomt van reces de TK daarover een brief zal ontvangen

30-06-2010 Plenaire behandeling TK wetsvoorstel Premie Pensioeninstellingen (PPI) (31 891) (Handelingen 2009–2010, nr. 93, Tweede Kamer, pag. 7686–7697)

Planning: september/oktober 2010

47

Als TNT en vakbonden gezamenlijk een onderzoek gaan doen naar de werkdruk dan kan de Arbeidsinspectie meekijken als partijen daarom verzoeken

29-06-2010 AO over Postmarkt (Kamerstukken II, 2009/2010, 30 536, nr. 124) en 01-07-2010 VAO over Postmarkt

(Kamerstukken II, 2009/2010, nr. 92, Tweede Kamer, pag. 7637–7642)

Planning: december 2010

48

De minster zegt toe dat de resultaten van het onderzoek van de Arbeidsinspectie naar het minimumloon in het najaar aan de Kamer zullen worden aangeboden

29-06-2010 AO over Postmarkt (Kamerstukken II, 2009/2010, 30 536, nr. 124) en 01-07-2010 VAO over Postmarkt

(Kamerstukken II, 2009/2010, nr. 92, Tweede Kamer, pag. 7637–7642))

Planning: december 2010

6.2 Bijlage Zelfstandige Bestuursorganen en Rechtspersonen met een wettelijke taak

Deze bijlage bevat een overzicht van de zelfstandige bestuursorganen (ZBO) en rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT) die onder de verantwoordelijkheid van het departement van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) vallen. Indien een ZBO of een RWT uit de departementale begroting en/of via de premie-uitgaven een bijdrage ontvangt, is het beleidsartikel vermeld waarin het ZBO of de RWT is opgenomen, evenals de daarbij behorende raming van de totale bijdrage voor 2011.

Tabel 6.2.1 Overzicht van ZBO’s en RWT’s van SZW
 

RWT

ZBO

Beleidsartikel

Bijdrage 2011

(x € 1 mln)

Raad voor Werk en Inkomen (RWI)

Ja

 

Artikel 47

5,3

Stichting Cultuur & Ondernemen

Ja

 

Artikel 46

2,1

Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) inclusief BKWI

Ja

Ja

Artikel 42, 43, 46, 47, 48 en 49

1 784,1

Sociale Verzekeringsbank (SVB)

Ja

Ja

Artikel 46, 49 en 50

239,9

Inlichtingenbureau (IB)

Ja

 

Artikel 46

5,8

Certificerende- en keuringsinstanties arbeidsomstandigheden

 

Ja

Artikel 44

Bedrijfstak- en beroepspensioenfondsen

 

Ja

Artikel 45

Raad voor Werk en Inkomen

De Raad voor Werk en Inkomen (www.rwi.nl) is het officiële en onafhankelijke overlegorgaan van vertegenwoordigers van werkgevers, werknemers en gemeenten. De Raad heeft tot taak overleg te voeren met de minister van SZW over voorstellen van deze raad betreffende het beleid met betrekking tot werk en inkomen, het arbeidsmarktbeleid en de bevordering van de kwaliteit en transparantie van de re-integratiemarkt.

Stichting Cultuur & Ondernemen

Stichting Cultuur & Ondernemen (www.kunstenaarsenco.nl) heeft als wettelijke taak het uitvoeren van beroepsmatigheidsonderzoeken in opdracht van de sociale diensten van gemeenten. Kunstenaars die gebruik maken van de WWIK moeten kunnen aantonen dat zij beroepsmatig werken.

UWV

Het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (www.uwv.nl) is een zelfstandig bestuursorgaan dat de sociale verzekeringen voor werknemers, zelfstandigen en jonggehandicapten uitvoert. De belangrijkste taak van het UWV is bemiddeling en re-integratie. Werkzoekenden kunnen bij het UWV terecht voor het vinden van werk of het aanvragen van een WW- of bijstandsuitkering. Werkgevers kunnen bij het UWV terecht voor personeelsbemiddeling en informatie over de arbeidsmarkt. Daarnaast verleent het UWV ontslagvergunningen en tewerkstellingsvergunningen, verricht keuringen en indicatiestellingen en geeft arbeidsrechtelijke informatie.

BKWI

Bureau Keteninformatisering Werk en Inkomen (www.bkwi.nl) is opgericht om het geheel aan centrale voorzieningen binnen de keten van werk en inkomen te beheren en door te ontwikkelen. Een onderdeel hiervan is het beheer van SUWI-net.

SVB

De Sociale verzekeringsbank (www.svb.nl) is een zelfstandig bestuursorgaan dat regelingen uitvoert voor verschillende overheidsorganisaties. Voor het ministerie van SZW voert de SVB de AOW, Anw, TOG, TAS, AIO en Bijstand Buitenland uit. Voor het ministerie van J&G voert de SVB de AKW en de Kindregelingen uit.

IB

Het Inlichtingenbureau (www.inlichtingenbureau.nl) ondersteunt gemeenten bij hun wettelijke taken in het kader van de sociale zekerheid. Het doel is bestrijding van fraude en bevorderen van samenwerking tussen de verschillende organisaties door gegevensuitwisseling tussen gemeenten en derden in de keten van werk en inkomen.

Certificerende- en keuringsinstanties arbeidsomstandigheden

Keuren en certificeren op het terrein van arbeidsomstandigheden.

Bedrijfstak- en beroepspensioenfondsen

De bedrijfstak- en beroepspensioenfondsen hebben als taak het uitvoeren van een bedrijfstak- of beroepspensioenregeling met verplichte deelname.

Tabel 6.2.2 Uitvoeringskosten per SUWI-organisatie

(× € 1 miljoen)

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

UWV totaal*

2 091,5

1 924,0

1 784,1

1 656,9

1 591,0

1 591,0

1 577,7

Reguliere kosten UWV

1 840,9

1 721,6

1 673,6

1 561,6

1 526,9

1 523,8

1 510,4

Transformatie/frictiekosten

118,9

18,8

0,2

Vernieuwingsbudget

64,4

59,3

32,5

33,3

Overige projectkosten

67,3

124,3

77,7

62,0

64,1

67,3

67,3

        

SVB totaal*

216,4

245,9

239,9

231,0

222,8

217,8

223,5

Reguliere kosten

216,4

245,9

239,9

231,0

222,8

217,8

223,5

        

BKWI totaal*

11,0

9,8

8,9

8,5

8,5

8,5

8,5

Reguliere kosten

8,7

8,4

8,5

8,5

8,5

8,5

8,5

Projectkosten

2,3

1,4

0,4

0

0

0

0

        

IB totaal**

6,8

7,2

5,8

5,8

5,8

5,8

5,8

Reguliere kosten

6,1

5,8

5,8

5,8

5,8

5,8

5,8

Projectkosten

0,7

1,4

0

0

0

0

0

Bron: jaarverslagen 2009 en de augustusbrieven 2011

*

De uitvoeringskosten van UWV, SVB , BKWI en IB zijn vermeld in loon-prijsniveau 2010 en exclusief beschikbare bestemmingsfondsen.

**

De uitvoeringskosten Inlichtingenbureau vormen onderdeel van het handhavingsbudget op artikel 46.

Aansturing en toezicht SUWI-organisaties

De Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Wet SUWI) is de «organisatiewet» voor de organisaties op het terrein van werk en inkomen. De aansturing en het toezicht op de SUWI-organisaties, zoals SVB en UWV, zijn binnen SZW expliciet belegd binnen de organisatie. De aansturing vindt plaats door een aparte afdeling binnen de directie Relatiebeheer, Uitvoeringsontwikkeling en Aansturing en het signalerende toezicht door de onafhankelijke Inspectie Werk en Inkomen. Deze scheiding tussen aansturing, toezicht en beleid borgt professionele aansturing en toezicht.

In tabel 6.2.2 worden de budgettaire kaders van de SUWI-organisaties weergegeven. De budgetten voor 2011 worden vòòr 1 december 2010 aan de organisaties beschikbaar gesteld.

Prestatie-indicatoren

De SUWI-organisaties verantwoorden zich op verschillende resultaatgebieden door middel van prestatie-indicatoren. Voor een overzicht van de prestatie-indicatoren wordt verwezen naar de jaarplannen van de SUWI-organisaties. De definitieve jaarplannen 2011 zullen vóór 1 oktober 2010 aan de minister van SZW aangeboden worden en na goedkeuring ter kennis worden gebracht van de beide Kamers der Staten-Generaal.

6.3 Bijlage Uitgaven en financiering budgetdisciplinesector sociale zekerheid en arbeidsmarkt
1 Inleiding

Inhoud

Deze bijlage beschrijft de uitgaven en financiering voor de budgetdisciplinesector sociale zekerheid en arbeidsmarkt (SZA). In de volgende paragraaf wordt een beeld geschetst van de opbouw van de SZA-uitgaven en de ontwikkeling van het uitgavenkader voor de periode 2008–2011. Hierbij wordt ingegaan op de volumeontwikkeling die hieraan ten grondslag ligt. Deze paragraaf besluit met een toetsing van de SZA-uitgaven aan de ijklijn en een overzicht van de mutaties sinds de Begroting 2010. In paragraaf drie wordt de financiering van de SZA-uitgaven voor de jaren 2010 en 2011 toegelicht. Het betreft hier de premiegefinancierde uitgaven. In deze paragraaf zijn de door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vastgestelde premiepercentages voor de volks- en werknemersverzekeringen opgenomen. Ook is een overzicht opgenomen van de voor het SZA-kader relevante premie-uitgaven. In de laatste paragraaf wordt een overzicht gegeven van de exploitatiesaldi en vermogensposities van de sociale fondsen.

2 Uitgaven SZA-kader 2008-2011

Aansluiting bij begroting

Deze paragraaf geeft een overzicht van de SZA-uitgaven voor 2011. De totale begrotingsgefinancierde uitgaven bedragen komend jaar € 25,9 mld, terwijl de totale premiegefinancierde uitgaven € 48,6 mld bedragen. In het samenstel van uitgaven (samen € 74,5 mld) is echter sprake van een dubbeltelling. De sociale fondsen worden namelijk voor een deel gevuld uit begrotingsmiddelen. Een van de oorzaken daarvan is dat de opbrengsten van de AOW-premie onvoldoende zijn om de uitgaven te dekken. Zonder de bijdrage vanuit de begrotingsmiddelen zou het ouderdomfonds dus een structureel exploitatietekort laten zien. Daarnaast worden er begrotingsmiddelen naar de fondsen overgeboekt om de fondsen te compenseren voor lagere premie-inkomsten als gevolg van de herziening van het belastingstelsel in 2001. Al deze zogeheten «rijksbijdragen» worden verantwoord op artikel 51 van de begroting. Om dubbeltelling van de rijksbijdragen te voorkomen worden de begrotingsgefinancierde uitgaven verminderd met de rijksbijdragen van € 12,0 mld (inclusief bijdrage aan AOW spaarfonds). Verder vallen de apparaatsuitgaven van SZW en enkele andere uitgaven niet onder het SZA-kader maar onder het kader Rijksbegroting eng. Deze uitgaven worden dan ook niet meegeteld. De ontvangsten van ruim € 1,2 mld worden op het totaalbedrag in mindering gebracht. Daarnaast worden de SZA-uitgaven in 2011 vermeerderd met een bijzondere uitgave van € 12 mln. Het grootste gedeelte van de uitgaven uit de stimuleringspakketten – waartoe in het voorjaar van 2009 is besloten als reactie op de economische crisis – maakt geen onderdeel uit van de SZA-uitgaven. Deze worden op de totaaltelling in mindering gebracht. De totale uitgaven onder het SZA-kader bedragen dan € 60,7 mld. De bedragen staan in de begroting vermeld in constante prijzen. Het SZA-uitgavenkader is echter in lopende prijzen. Het gevonden bedrag wordt daarom verhoogd met de relevante loon- en prijsbijstellingen. De totale uitgaven onder het SZA-uitgavenkader komen daarmee in 2011 op € 61,8 mld.

Tabel 6.3.1: SZA uitgaven 2011 (x € 1 mln)
 

Begrotings-gefinancierde uitgaven

Premie-gefinancierde uitgaven

Totaal

A Totaal artikelen

25 881

48 633

74 513

1. Correctie dubbeltelling rijksbijdragen

11 990

  

2. Uitgaven Rijksbegroting eng

278

  

3. Ontvangsten

1 036

213

 

4. Bijzondere uitgaven

12

  

5. Stimuleringspakketten

78

220

 

B Totale uitgaven (constante prijzen) (A – 1 – 2 – 3 + 4 – 5)

12 511

48 200

60 711

    

6. Loon- en prijsbijstelling

243

832

 

Totale uitgaven (lopende prijzen) (B + 6)

12 754

49 032

61 786

Bron: SZW

Uitgavenontwikkeling

De uitgaven in het SZA-kader zijn onder te verdelen naar verschillende regelingen (zie tabel 6.3.2). De uitgaven aan de werkloosheidswet (WW) laten na de forse stijgingen in 2009 (+ 72%) en 2010 (+ 14%) in 2011 voor het eerst weer een daling zien (– 5%). De bijstandsuitgaven volgen met vertraging in mindere mate de oploop in de werkloosheid. Dit komt mede door de afspraak uit het Bestuurlijk Akkoord dat het macrobudget slechts wordt aangepast voor conjuncturele veranderingen boven een bandbreedte van 12 500 uitkeringen. De arbeidsongeschiktheidsuitgaven (WAO, WIA en WAZ) nemen in 2011, na een constante ontwikkeling in de jaren ervoor, af met ruim € 300 mln. Daar staat tegenover dat de ZW-uitgaven (uit hoofde van de ziektewet) en de WAZO-uitgaven (aan zwangerschaps- en bevallingsuitkeringen) langzaam oplopen. Ook de uitgaven aan de Wajong nemen toe; de stijging vlakt echter af (2% in 2011).

De uitgaven aan Anw-uitkeringen lopen al enkele jaren terug, als gevolg van de herziening van de Algemene Weduwen- en Wezenwet (AWW). Als gevolg van het destijds ingevoerde overgangsrecht zal vanaf 2021 sprake zijn van een stabiele situatie. De ouderdomsuitgaven lopen als gevolg van de vergrijzing jaarlijks op met 3%. De re-integratieuitgaven (incl. basisdienstverlening UWV) nemen in 2011 af als gevolg van opgelegde kortingen. Ditzelfde geldt voor de afname van het Wsw-budget in 2011 (zie art. 48).

Tabel 6.3.2: Uitgaven SZA-kader 2008–2011 (x € 1 mln)
 

2008

2009

2010

2011

WW-uitgaven (werkloosheid)

2 849

4 890

5 556

5 298

WWB-uitgaven (bijstand)

4 160

4 219

4 286

4 320

WAO/WIA/WAZ-uitgaven (arbeidsongeschiktheid)

9 851

9 855

9 813

9 504

ZW-uitgaven (vangnet ziekte)

1 362

1 525

1 567

1 602

WAZO-uitgaven (zwangerschap en bevalling)

1 000

1 122

1 161

1 172

Wajong-uitgaven

2 238

2 528

2 784

2 829

Anw-uitgaven (nabestaanden en (half)wezen)

1 249

1 190

1 102

1 005

AOW-uitgaven (ouderdom)

27 048

28 905

29 926

30 610

Re-integratieuitgaven

2 418

2 484

2 513

2 180

Sociale werkvoorziening (uitgaven Wsw)

1 936

1 993

1 968

1 842

Overige uitgaven*

349

188

398

1 425

Totaal SZA-uitgaven (x € 1 mln)

54 461

58 898

61 077

61 786

Totaal SZA-uitgaven (in % BBP)

9,1

10,3

10,3

10,0

Bron: SZW

*

In de overige uitgaven 2011 zijn ook de loon- en prijsbijstellingen opgenomen. Deze zijn voor 2011 nog niet toebedeeld aan de uitgavencategorieën. Het totaal aan SZA-uitgaven is weergegeven in «lopende prijzen».

Volumeontwikkelingen

De bovengenoemde ontwikkeling van de uitgaven wordt in sterke mate bepaald door de ontwikkeling van de onderliggende volumecijfers. De volumecijfers zijn afkomstig uit de macro-economische verkenning van het CPB (MEV 2011).

Door de economische crisis is de verwachting dat het volume werkloosheidsuitkeringen (WW) over de periode 2008 tot en met 2011 zal toenemen met 55% (80 000 uitkeringsjaren). In 2011 daalt het aantal WW-uitkeringen echter alweer met 25 000 uitkeringsjaren (– 10%). Het volume bijstandsuitkeringen groeit over dezelfde periode met 3%; deze groei vindt grotendeels plaats in 2010. Het aantal arbeidsongeschiktheidsuitkeringen (WAO/WIA) neemt gestaag af met ongeveer 3% per jaar. In 2011 ligt het volume 40 000 uitkeringsjaren lager dan in 2008. Het aantal ziektewetuitkeringen en het aantal wajong-uitkeringen stijgt daarentegen. Voor beide geldt dat de groei in 2011 afneemt. Het aantal nabestaanden neemt jaarlijks af, vanwege de geleidelijke uitstroom van «oude gevallen» (het overgangsrecht uit de voormalige AWW). Onder druk van de vergrijzing stijgt het aantal ouderdomsuitkeringen met 3% per jaar.

In totaal zorgen bovenstaande ontwikkelingen voor een stijging van het aantal uitkeringsgerechtigden met 50 000 uitkeringsjaren in 2011. Over de periode 2008–2011 is het aantal inactieven toegenomen met 6%. Het aantal actieven is juist met 2% afgenomen. Als gevolg van beide ontwikkelingen is de I/A-verhouding verslechterd van 62,6% in 2008 naar 68,3% in 2011, zie tabel 6.3.3.

Tabel 6.3.3: Volumeontwikkelingen en I/A verhouding 2008–2011 (x 1 000 uitkeringsjaren)
 

2008

2009

2010

2011

Werkloosheidsuitkeringen (WW)

143

200

247

222

Bijstandsuitkeringen

275

278

292

282

Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen (WAO/WIA/WAZ)

533

517

508

496

Ziektewetuitkeringen (ZW)*

125

131

137

139

Wajong-uitkeringen

168

179

193

206

Nabestaandenuitkeringen (Anw)

97

90

88

81

Ouderdomsuitkeringen (AOW)

2 480

2 544

2 603

2 685

Ziekteverzuim particuliere sector

225

215

191

197

Totaal aantal inactieven

4 046

4 153

4 259

4 307

     

Totaal aantal actieven

6 460

6 384

6 318

6 309

I/A-verhouding

62,6%

65,1%

67,4%

68,3%

Bron: CPB (MEV 2011)

*

De ziektewetuitkeringen zijn inclusief zwangerschaps- en bevallingsuitkeringen (WAZO)

Toetsing aan ijklijn

In tabel 6.3.4 zijn de uitgaven in het SZA-kader afgezet tegen de ijklijn (het kader waaraan de SZA-uitgaven worden getoetst). Uit deze vergelijking blijkt dat voor de jaren 2008, 2009 en 2011 sprake is van een onderschrijding van de ijklijn. In 2010 ontstaat naar verwachting een kleine overschrijding. De ruimte onder het kader (onderschrijding) in 2008 en 2009 is gebruikt ter oplossing van problematiek in de overige uitgavenkaders (Rijksbegroting in enge zin en het Budgettair Kader Zorg). De onderschrijding van € 0,3 mld in 2011 is de bijdrage van SZW aan de afspraak uit het Aanvullend Beleidsakkoord omtrent de tekortreductie van € 1,8 mld.

In het voorjaar is in verband met de economische crisis tevens besloten de kaders te corrigeren voor de macro-economische mutaties (met name werkloosheid en ruilvoet). Dit betekent dat voor de budgettaire gevolgen van de oplopende werkloosheid niet hoeft te worden omgebogen (de hogere WW-uitgaven leiden zowel tot hogere uitgaven als tot een hogere ijklijn). Ook de ruilvoetmutaties leiden niet tot meer of minder ruimte in het SZA-kader. In tabel 6.3.5 zijn de mutaties in de kaderstand sinds de vorige begroting toegelicht.

De stimuleringsmaatregelen uit het Aanvullend Beleidsakkoord – ingezet als reactie op de economische crisis – zijn buiten de kaders geplaatst. Deze behoren niet tot de SZA-uitgaven. Ze staan in tabel 6.3.4 afzonderlijk vermeld onder de kadertoetsing. In de tabel zijn enkel de stimuleringsuitgaven die via de SZW-begroting lopen weergegeven. Naast deze uitgaven, zijn er in het kader van de aanpak jeugdwerkloosheid middelen uitgekeerd aan gemeenten. Deze middelen, die dus niet in het overzicht zijn opgenomen, bedragen € 60 mln in 2009 en € 30 mln in 2010.

Tabel 6.3.4: Toetsing SZA-uitgaven aan ijklijn (x € 1 mld)
 

2008

2009

2010

2011*

Totale SZA-uitgaven (x € 1 mld)

54,5

58,9

61,1

61,8

IJklijn SZA-uitgaven (x € 1 mld)

54,9

59,4

60,9

62,1

Over / onderschrijding ijklijn SZA (x € 1 mld)

– 0,4

– 0,5

0,2

– 0,3

     

Stimuleringsmiddelen (buiten het kader, x € 1 mln)

 

161

289

298

Arbeidsmarkt

 

125

189

221

Jeugdwerkloosheid

 

7

50

27

Schuldhulpverlening

 

30

50

50

Bron: SZW

*

De onderschrijding van de ijklijn in 2011 is de bijdrage van SZW aan de afspraak uit het Aanvullend Beleidsakkoord over tekortreductie van € 1,8 mld.

Bijstellingen uitgavenkader

In (bovenstaande) tabel 6.3.4 is de kadertoetsing van de periode 2008 tot en met 2011 weergegeven. In tabel 6.3.5 is aangegeven hoe deze toetsing tot stand is gekomen. Startpunt daarbij is de kaderstand Miljoenennota 2010. De mutaties die sindsdien zijn opgetreden, kunnen worden opgedeeld in uitvoeringsmutaties, technische mutaties, intensiveringen en ombuigingen. Ook zorgen de loon- en prijsontwikkelingen voor een mutatie. Daarnaast heeft een aantal kadercorrecties plaatsgevonden.

De uitvoeringsinformatie liet met name tegenvallers zien bij de WAO/WIA, de WAZO en de AOW. De achtergrond van de tegenvaller in de WAO/WIA is divers. Het gaat zowel om een tegenvallende uitstroom in de WAO, hogere instroom in de WIA als om een hoger aantal herlevingen (oude rechten) in de WAO. Uitvoeringsinformatie over de uitgaven aan zwangerschaps- en bevallingsuitkeringen (WAZO) heeft vorig jaar reeds tegenvallers laten zien. Nadere analyse heeft ertoe geleid dat de loongroei voor vrouwen structureel naar boven is bijgesteld. Daarnaast is het aantal geboortes onder werkende vrouwen structureel toegenomen (omdat meer vrouwen werken komt een groter deel van de nieuw geborenen uit de schoot van een werkende vrouw). Naar boven bijgestelde prognoses rondom de levensverwachting hebben geleid tot een ophoging van de AOW-uitgaven. Daarnaast groeit het aandeel onvolledige AOW-uitkeringen minder snel dan werd verondersteld. De meevallende uitvoeringsmutaties in 2009 betreffen hoofdzakelijk de restituties in de kleine bijstandsregelingen. Deze zijn verwerkt bij slotwet.

Tegenover de uitvoeringsmutaties staat ook een beperkt aantal (beleidsmatige) intensiveringen en ombuigingen. De intensiveringen betreffen een aantal kleine maatregelen. De grootste post betreft een reservering van € 5 mln vanaf 2011 voor de uitkomsten van het akkoord dat in april is gesloten met de BES-eilanden. Onderdeel van dit akkoord zijn een verhoging van de uitkeringen per 2011 en een verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd. De ombuigingen hebben betrekking op de maatregelen die zijn getroffen om de eerder genoemde uitvoeringstegenvallers te compenseren (zie ook de tabel met herschikkingsmaatregelen in de beleidsagenda). Het betreft de korting op het Wsw-budget (€ 120 mln exclusief bevriezing), de omvorming van de AOW-tegemoetkoming naar de Mogelijkheid Koopkrachttegemoetkoming Oudere Belastingplichtigen (MKOB) en de verlaging van de tegemoetkoming voor arbeidsongeschikten (WAO, WIA, WAZ en Wajong), oudere belastingplichtigen (MKOB) en Anw-gerechtigden met € 14 op jaarbasis. Daarnaast is de korting op de AOW-partnertoeslag – reeds aangekondigd in de begroting 2010 – verhoogd van 6% naar 8%.

Naast de uitvoeringsmutaties en de beleidsmatige mutaties is een aantal mutaties opgetreden dat aangemerkt kan worden als technisch. Hieronder vallen reserveringen die vrijvallen en onderuitputting op kleine regelingen en op eerdere beleidsclaims. De technische mutaties hebben over het algemeen geen gevolgen voor burger en bedrijf.

Zoals eerder aangegeven, is in het Aanvullend Beleidsakkoord (voorjaar 2009) besloten het SZA-kader (de ijklijn) te corrigeren voor de budgettaire gevolgen van de oplopende werkloosheid en de ruilvoetmutaties. Hierdoor wordt voorkomen dat voor de oplopende werkloosheidsuitgaven omgebogen dient te worden. De ijklijn wordt normaal gesproken opgehoogd met de prijsontwikkeling van de nationale bestedingen (pNB). In combinatie met de daadwerkelijke prijsontwikkeling van de uitgaven leidt dit tot meer of minder ruimte onder het kader (ruilvoetwinst- of verlies). In tijden van economische crisis is vaak sprake van een ruilvoetwinst. Doordat ook hiervoor gecorrigeerd wordt, leidt de economische crisis niet tot meer (ruilvoet) of minder (werkloosheid) ruimte in het SZA-kader. Naast deze mutaties heeft nog een aantal andere (technische) correcties van de ijklijn plaatsgevonden.

Deze mutaties leiden tezamen tot de nieuwe kadertoetsing. Deze kadertoetsing is reeds toegelicht in tabel 6.3.4.

Tabel 6.3.5: Van Kaderstand naar Kaderstand (x € 1 mld)
 

2009

2010

2011

Kaderstand SZA Begroting 2010

– 0,4

0,0

– 0,2

    

Uitvoeringsmutaties

0,2

– 1,0

– 1,1

w.v. WAO

 

0,2

0,2

w.v. WAZO

 

0,0

0,0

w.v. AOW

 

0,0

0,1

w.v. conjuncturele mutaties*

0,2

– 1,0

– 1,4

    

Beleidsmatige mutaties

0,0

0,0

– 0,5

w.v. intensiveringen

0,0

0,0

0,0

w.v. ombuigingen

0,0

0,0

– 0,5

    

Technische mutaties

0,0

0,0

0,0

    

Mutatie loon- en prijsbijstelling

0,0

– 0,1

– 0,1

    

Kadercorrecties SZA

-0,2

1,3

1,6

w.v. conjuncturele mutaties*

– 0,2

1,0

1,4

    

Kaderstand SZA Begroting 2011

– 0,5

0,2

– 0,3

Bron: SZW

*

Bij het Aanvullend Beleidsakkoord is besloten het SZA-kader te corrigeren voor de budgettaire gevolgen van de oplopende werkloosheid en de ruilvoetmutaties.

3 Financiering SZA-uitgaven 2009-2010

Premievaststelling

Jaarlijks stelt de minister van SZW de premiepercentages volks- en werknemersverzekeringen vast. De voorstellen hiertoe voor 2011 zijn in tabel 6.3.6 opgenomen. Deze premiestelling heeft het kabinet beoordeeld binnen het lastenkader voor huishoudens en bedrijven, de koopkrachtontwikkeling en het gewenste EMU-saldo. Het saldo van de premie-inkomsten en de premiegefinancierde uitgaven (het exploitatiesaldo van de fondsen) telt mee voor de berekening van het EMU-saldo.

  • Wat betreft de premiepercentages AOW en Anw stelt het kabinet voor deze vast te stellen op hetzelfde niveau als in 2010. Bij het ouderdomsfonds zijn bij dit premiepercentage de premieopbrengsten niet voldoende om de uitgaven te dekken. De inkomsten van het ouderdomsfonds worden daarom aangevuld door middel van rijksbijdragen (zie artikel 51). Beide premies worden gecombineerd geheven met de loon- en inkomstenbelasting in de 1e en 2e schijf.

  • De AWf-werkgeverspremie wordt voorlopig vastgesteld op 4,20%, op hetzelfde niveau als in 2010. De werknemerspremie is met ingang van 2009 verlaagd tot 0%. De AWf-premie wordt geheven vanaf een franchise op ongeveer minimumloonniveau tot het maximumdagloon en wordt geïnd door de Belastingdienst. De hoogte van de AWf-premie is nog onder voorbehoud van vaststelling van de sectorfondspremies. Als het UWV voor 2011 een andere (gemiddelde) sectorfondspremie vaststelt dan nu wordt verwacht, dan kan de AWf-werkgeverspremie worden aangepast binnen een lastenneutraal kader.

  • De sectorfondspremies voor 2011 worden in oktober 2010 door het UWV vastgesteld, op advies van de verschillende sectoren. Uit de sectorfondsen (voorheen wachtgeldfondsen) wordt het eerste halfjaar van een WW-uitkering gefinancierd. De in de tabel weergegeven premie is een gemiddelde. In werkelijkheid verschilt de premie per sector. In principe worden de sectorpremies lastendekkend vastgesteld. In 2010 is hiervan afgeweken om zeer forse premiestijgingen voor (veelal conjunctuurgevoelige) sectoren te voorkomen. De gemiddelde premie is daardoor beneden lastendekkend niveau vastgesteld (1,48%). Indien de premies voor 2011 wel lastendekkend vastgesteld worden, worden de sectoren alsnog geconfronteerd met een forse premiestijging. Vandaar dat is besloten de uitgangspunten voor vaststelling van de sectorpremies opnieuw aan te passen conform de afspraken van vorig jaar. Sectorfondsen krijgen daarmee 5 jaar de tijd om het fondstekort dat eind 2010 bestaat aan te zuiveren (was 3 jaar). Daarnaast zijn de lastenplafonds voor 2011 (evenals in 2009 en 2010) op een lager niveau vastgesteld. De WW-uitgaven die uitstijgen boven het lastenplafond komen ten laste van het Algemeen Werkloosheidsfonds. Als gevolg van beide maatregelen stijgt de gemiddelde premie tot (naar verwachting) slechts 1,81%.

  • De Ufo-premie wordt vastgesteld op 0,78%, hetzelfde percentage als in 2010. De premieopbrengsten van het Ufo financieren voornamelijk de zwangerschaps- en bevallingsuitkeringen bij de overheidswerkgevers. Alleen overheidswerkgevers betalen de Ufo-premie.

  • De premie uniforme opslag kinderopvang bedraagt ook in het komende jaar 0,34%. De verplichte werkgeversbijdrage kinderopvang wordt door werkgevers in de marktsector betaald door middel van een opslag op de sectorfondspremie. De overheidswerkgevers betalen de bijdrage door middel van een opslag op de Ufo-premie.

  • De Aof-premie is (voorlopig) vastgesteld op 5,10%, een verlaging van 0,60 procentpunt. Deze premie is voor alle werkgevers even hoog en wordt door de minister van SZW vastgesteld. De Aof-premie is lager vastgesteld om onder andere de stijging van de sectorpremies en de stijging van de inkomensafhankelijke werkgeversbijdrage zorg te compenseren. Werkgevers ervaren hierdoor per saldo geen lastenverzwaring. Definitieve vaststelling van de Aof-premie vindt plaats in oktober.

  • De Aok-premie wordt door het UWV vastgesteld en door de minister van SZW goedgekeurd. Omdat uit de Aok de eerste vijf jaar van de WAO-uitkeringen wordt gefinancierd, en er geen nieuwe instroom in de WAO meer plaatsvindt, wordt de Aok-premie per 1 januari 2011 naar verwachting verlaagd naar 0%. Bij een hogere premie wordt dit gecompenseerd via de Aof-premie.

  • De premie voor de Werkhervattingskas, waaruit de uitkeringen voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA) wordt betaald, wordt vastgesteld door het UWV. Een eerste inschatting duidt op een rekenpremie van 0,62% in 2011.

Tabel 6.3.6: Premiepercentages voor de sociale verzekeringen

Premie

fonds

verzekering

2010

2011

AOW

Ouderdomsfonds

AOW

17,90%

17,90%

Anw

Nabestaandenfonds

Anw

1,10%

1,10%

     

AWf-werkgevers

Algemeen Werkloosheidsfonds

WW

4,20%

4,20%

AWf-werknemers

Algemeen Werkloosheidsfonds

WW

0,00%

0,00%

Sfn

Sectorfondsen (gemiddelde premie)

WW, 1e 6 maanden

1,48%

1,81%

Ufo

Uitvoeringsfonds voor de overheid

ZW overheidswerkgevers

0,78%

0,78%

KO

Uniforme opslag kinderopvang

Kinderopvang

0,34%

0,34%

     

Aof

Arbeidsongeschiktheidsfonds

WAO,WGA, IVA

5,70%

5,10%

Aok

Arbeidsongeschiktheidskas (rekenpremie)

WAO, 1e 5 jaar

0,07%

0,00%

Whk

Werkhervattingskas (rekenpremie)

WGA

0,59%

0,62%

Bron: SZW

Premie-uitgaven

Bij de raming van de premieontvangsten is rekening gehouden met de zogenaamde premie-uitgaven. Een premie-uitgave is een overheidsuitgave in de vorm van een derving of uitstel van premieontvangsten die voortvloeit uit een voorziening in de wet voor zover die voorziening niet in overeenstemming is met de primaire heffingsstructuur van de wet. Drie regelingen zijn expliciet opgenomen in de Wet financiering sociale verzekeringen (Wfsv): de premievrijstelling oudere werknemers, de premiekorting arbeidsgehandicapte en zieke werknemers en de premievrijstelling marginale arbeid16. De premievrijstelling oudere werknemers wordt vanaf 1-1-2009 langzaam afgebouwd en vervangen door een premiekortingsregeling. In het wetsvoorstel Premiekorting oudere werknemers is een premiekorting geregeld voor het in dienst nemen van uitkeringsgerechtigden van 50 jaar en ouder en voor het in dienst houden van werknemers in de leeftijd 62 jaar en ouder.

Daarnaast zijn er enkele regelingen die een lagere grondslag tot gevolg hebben en daardoor voor een lagere premieafdracht zorgen. Dit zijn de werknemersspaarregelingen (spaarloon) en de feestdagenregeling. Tegenover de lagere premieafdracht van deze regelingen staat ook een lagere aanspraak op uitkeringen. Uit onderstaande tabel blijkt dat de premie-uitgaven werknemersverzekeringen worden geraamd op € 1,2 mld in 2011.

Tabel 6.3.7: De premie-uitgaven in de werknemersverzekeringen (x € 1 mln)
 

2010

2011

Premievrijstelling oudere werknemers*

807

652

Premiekorting oudere werknemers*

255

311

Premiekorting arbeidsgehandicapten

44

45

Spaarloon

186

179

Feestdagen

37

39

   

Totaal

1 330

1 225

*

Vanaf 2009 wordt de premievrijstelling voor oudere werknemers afgebouwd. De premiekorting oudere werknemers is hiervoor in de plaats gekomen.

4 Sociale fondsen 2009–2010

Exploitatiesaldi

In tabel 6.3.1 is onderscheid gemaakt tussen begrotingsgefinancierde en premiegefinancierde uitgaven. De premiegefinancierde uitgaven lopen via de sociale fondsen. Op basis van de eerdergenoemde premiepercentages voor 2010 en 2011 en de verwachte ontwikkeling van de betreffende grondslagen zijn de ontvangsten van de sociale fondsen geraamd, zie tabel 6.3.8 en 6.3.9. Hierbij is rekening gehouden met de bijdragen aan de fondsen van het rijk en de onderlinge betalingen van de fondsen. Het saldo tussen betaalde en ontvangen onderlinge betalingen is voor de sociale verzekeringen negatief, omdat uit sommige van deze fondsen premies voor de zorgverzekering worden betaald. Tegenover deze negatieve saldi staan dus positieve saldi bij de zorgfondsen.

In de onderstaande tabellen zijn de arbeidsongeschiktheidsfondsen (de Aok, het Aof en het Whk) samengevoegd. Dit geldt eveneens voor de werkloosheidsfondsen (het AWf en de sectorfondsen). In de praktijk betreft het hier gescheiden fondsen. In tabel 6.3.10 staan de vermogens van de werkloosheidsfondsen wel afzonderlijk weergegeven.

Het exploitatiesaldo van de fondsen is het verschil tussen de premie-inkomsten en de premiegefinancierde uitgaven van de fondsen. In 2010 bedraagt dit saldo naar verwachting € – 5,5 mld voor alle fondsen samen, tegenover een exploitatiesaldo van € – 4,3 mld over 2009. In 2011 neemt het exploitatietekort naar verwachting af naar € 2,9 mld. De achtergrond bij deze tekorten in de huidige laagconjunctuur is gelegen in de afspraken uit de begrotingsregels. Daarin is een expliciete scheiding tussen uitgaven en inkomsten opgenomen. Een stijging van de uitgaven wordt daardoor niet gecompenseerd via een verhoging van de inkomsten. De inkomsten, die als gevolg van de economische neergang dalen, zijn daardoor onvoldoende om de gestegen uitgaven te financieren, waardoor een negatief exploitatiesaldo ontstaat. Het exploitatietekort van de fondsen maakt onderdeel uit van het totale (negatieve) EMU-saldo.

Het verslechterde exploitatiesaldo wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de verslechterde exploitatiesaldi van de WW-fondsen. Naast de invloed van recessie speelt daarbij de verlaging van de AWf-premies in 2009 een belangrijke rol. Voor werkgevers is de premie verlaagd met 0,6 procentpunt; voor werknemers bedroeg de daling 3,5 procentpunt.

Het positieve exploitatiesaldo in het ouderdomsfonds wordt in het volgende jaar verrekend met de uitbetaling van de rijksbijdrage. Het exploitatiesaldo van het Anw-fonds loopt op, omdat er steeds minder mensen gebruik maken van de Anw. Dankzij de invoering van de WIA is de instroom in de arbeidsongeschiktheidsregelingen aanzienlijk afgenomen. Bij aantrekkende premieontvangsten loopt het exploitatiesaldo van de arbeidsongeschiktheidsfondsen de komende jaren weer op.

Overigens zijn in het laatste rapport van de Studiegroep Begrotingsruimte kanttekeningen geplaatst bij de fondssystematiek (13e rapport Studiegroep Begrotingsruimte, blz. 72 e.v.). De fondssystematiek past goed bij de verzekeringsgedachte in de sociale verzekeringen. De relatie tussen uitgaven en inkomsten die door middel van een fonds wordt gelegd, is echter niet in overeenstemming met de scheiding die in de begrotingssystematiek tussen beide bestaat. Dit kan leiden tot verwarring wanneer bijvoorbeeld maatregelen worden getroffen om de sociale zekerheidsuitgaven te beperken. Lagere uitgaven worden niet (automatisch) gevolgd door lagere premieopbrengsten, waardoor fondsvermogens zullen groeien. Doordat de sociale fondsen onderdeel zijn van het geïntegreerd middelenbeheer (schatkistbankieren), hebben fondsvermogens hun historische functie (buffer om fluctuaties op te vangen) inmiddels verloren. Als gevolg van de huidige begrotingssystematiek verworden fondsvermogens tot niets meer dan een (gewenste) onevenwichtigheid tussen inkomsten en uitgaven. Op basis hiervan heeft de Studiegroep Begrotingsruimte geconcludeerd dat de fondsconstructie in begrotingstechnische zin geen toegevoegde waarde heeft.

Tabel 6.3.8: Overzicht sociale verzekeringen 2010 (x € 1 mln)
 

AOW

Anw

WAO

WW

Totaal

Premies

16 726

1 179

10 392

5 398

33 695

Bijdragen van het rijk

12 273

68

330

360

13 032

Ontvangen onderlinge betalingen

0

0

1 003

2 274

3 277

Saldo Interest

1

14

47

– 25

37

Totaal Ontvangsten

29 000

1 261

11 771

8 007

50 040

Uitkeringen/ Verstrekkingen

29 790

1 078

9 537

7 743

48 149

Uitvoeringskosten

134

24

453

904

1 515

Betaalde onderlinge betalingen

0

75

1 267

4 576

5 919

Totaal Uitgaven

29 924

1 178

11 258

13 223

55 583

      

Exploitatiesaldo

– 924

84

513

– 5 216

– 5 543

Bronnen: SZW, CPB (MEV 2011) en Ministerie van Financiën (MN 2011)

Tabel 6.3.9: Overzicht sociale verzekeringen 2011 (x € 1 mln)
 

AOW

Anw

WAO

WW

Totaal

Premies

21 688

1 534

9 585

6 064

38 871

Bijdragen van het rijk

8 163

91

310

367

8 931

Ontvangen onderlinge betalingen

0

0

878

648

1 526

Saldo Interest

– 11

25

59

– 190

– 117

Totaal Ontvangsten

29 840

1 650

10 831

6 889

49 211

Uitkeringen/ Verstrekkingen

29 902

992

9 356

7 616

47 866

Uitvoeringskosten

136

22

536

940

1 634

Betaalde onderlinge betalingen

0

73

1 239

1 263

2 576

Totaal Uitgaven

30 037

1 088

11 132

9 818

52 076

      

Exploitatiesaldo

– 197

562

– 301

– 2 929

– 2 865

Bronnen: SZW, CPB (MEV 2011) en Ministerie van Financiën (MN 2011)

Vermogenspositie

In tabel 6.3.10 staat voor de jaren 2010 en 2011 de vermogenspositie van de verschillende fondsen weergegeven. Het normvermogen is geraamd op basis van de geraamde uitgaven en ontvangsten en het moment waarop deze plaatsvinden. Als de totale uitgaven en ontvangsten stijgen, stijgt dus ook het normvermogen. Om het feitelijk vermogen aan te passen aan een gestegen normvermogen is een positief exploitatiesaldo nodig. Hiervan is bijvoorbeeld sprake bij de AOW. Omdat bij de AOW de rijksbijdragen de ontvangsten aanvullen tot het benodigde exploitatiesaldo is het aanwezige vermogen hier gelijk aan het benodigde vermogen. Er is dan ook geen sprake van een vermogensoverschot.

De sectorfondsen (ook wel wachtgeldfondsen genaamd) hebben in 2010 en 2011 een vermogenstekort. De sectorpremies worden nagenoeg lastendekkend vastgesteld, maar gedurende het jaar kan de realisatie van de uitgaven afwijken van hetgeen geraamd werd ten tijde van vaststelling van de premies. De opgelopen tekorten hoeven niet direct weggewerkt te worden. De sectorfondsen krijgen hier 5 jaar de tijd voor. Ook het (feitelijk) vermogen in het Algemeen Werkloosheidsfonds (AWf) slaat in 2011 om in een tekort. Dit zorgt niet voor risico’s met betrekking tot de uitbetaling van uitkeringen. Het AWf maakt onderdeel uit van de totale Rijksbegroting en is in feite niets anders dan een rekening van het UWV bij het ministerie van Financiën. In de afgelopen jaren ontving het UWV (de fondsen) een rentevergoeding van het ministerie van Financiën voor het positieve saldo. In het geval er een negatief vermogen ontstaat, betaalt het UWV hiervoor een rente aan het ministerie van Financiën. Het ministerie van Financiën garandeert hiermee dat het UWV altijd over voldoende middelen kan beschikken. Het zogenoemde «leeglopen van de fondsen» vormt derhalve geen enkel risico voor de uitbetaling van werkloosheidsuitkeringen. Wel maakt deze leegloop onderdeel uit van de verslechtering van het EMU-saldo van de afgelopen jaren.

De andere fondsen hebben wel een vermogensoverschot. Voor de WAO-fondsen is het totale vermogensoverschot in 2010 en 2011 respectievelijk € 2,4 mld en 2,7 mld. Voor de sociale fondsen samen betekent dit dat het vermogensoverschot in 2011 daalt van € 2,5 mld naar € – 0,3 mld. Het feitelijk (aanwezige) vermogen bedraagt in 2011 echter ruim € 3,9 mld.

Tabel 6.3.10: Vermogens sociale fondsen (x € 1 mln)
 

Ultimo 2010

Ultimo 2011

 

Feitelijk vermogen

Norm-vermogen

Vermogens-overschot

Feitelijk vermogen

Norm-vermogen

Vermogens-overschot

AOW

1 377

1 377

0

1 382

1 382

0

Anw

1 010

122

888

1 555

82

1 473

WAO

2 865

484

2 381

3 113

459

2 654

AWf

1 569

1 857

– 288

– 1 759

1 857

– 3 616

Sectorfondsen

– 86

454

– 540

– 410

423

– 833

Ufo

78

26

53

35

26

9

Totaal sociale fondsen

6 812

4 319

2 494

3 915

4 229

– 314

Bron: CPB (MEV 2011)

6.4 Bijlage Inkomensbeleid

Inleiding

In artikel 41 is het generieke koopkrachtbeeld voor 2011 gepresenteerd, het zogenaamde standaardkoopkrachtbeeld. Hierbij wordt rekening gehouden met de ontwikkeling van de consumentenprijsindex (CPI), de ontwikkeling van contractlonen, uitkeringen en pensioenen en de wijzigingen in belasting- en premietarieven. De koopkracht is alleen gepresenteerd voor bepaalde standaardgroepen.

Over alle huishoudens bezien wordt de koopkrachtontwikkeling in 2011 gemiddeld licht negatief geraamd. De raming voor de mediane koopkrachtstijging bedraagt – ¼%. De koopkrachtdaling wordt onder andere veroorzaakt doordat de loonontwikkeling niet boven de inflatie uitkomt. Daarnaast stijgen in 2011 de zorgpremies fors en worden de aanvullende pensioenen gemiddeld genomen niet geïndexeerd. Bij deze raming wordt – evenals in het generieke koopkrachtbeeld – geen rekening gehouden met dynamische ontwikkelingen zoals een loonsverhoging, het vinden van een beter betaalde baan of een verandering in de huishoudsamenstelling.

Naast de generieke maatregelen, die voor iedereen gelden, zijn er ook specifieke maatregelen. In deze bijlage inkomensbeleid wordt ingegaan op de specifieke maatregelen die de koopkracht van verschillende huishoudens raken. In tabel 6.4.1 staan de maatregelen die voor 2011 van belang zijn.

Tabel 6.4.1 Overzicht van beleidsmaatregelen met specifieke inkomenseffecten in 2011

Thema

Beleidsmaatregel

Inkomenseffect

1. Kinderen

Verhogen bedragen kindgebonden budget vanaf het tweede kind

+

 

Niet indexeren kinderbijslag en kindgebonden budget

 

Bezuiniging kinderopvangtoeslag

 

Wijziging indicatiestelling TOG

+/–

2. Zorg

Afbouw vermenigvuldigingsfactor fiscale regeling ziektekosten

 

Pakketmaatregelen en verhoging eigen bijdrage binnen de ZVW

+/–

 

Korting persoonsgebonden budgetten

 

Invoering minimum eigen bijdrage AWBZ intramuraal

3. Wonen

Verhoging eigen bijdrage huurtoeslag

4. Onderwijs

Niet indexeren van de normbedragen in de studiefinanciering

5. Sociale Zekerheid

Korting AOW-partnertoeslag

 

Omvorming van de AOW-tegemoetkoming

 

Korting van tegemoetkomingen MKOB, Anw en AO

 

Ziektewetmaatregelen

6. Overig

Versobering uitbetaling algemene heffingskorting

 

Verhoging accijns op tabak

 

Maatregelen rond transitie BES

+

 

Verruiming mogelijkheden kwijtschelding lokale lasten

+

 

Maatregelen op het terrein van Justitie

Mede door deze maatregelen treedt er spreiding op in de koopkrachtontwikkeling. De spreiding in het koopkrachtbeeld als gevolg van de bovenstaand maatregelen wordt getoond in figuur 6.4.1. De meeste maatregelen die grote groepen burgers raken – waaronder de aanpassing van het kindgebonden budget, de bezuiniging op de kinderopvangtoeslag, de bezuiniging op de huurtoeslag, de kortingen op de tegemoetkomingen voor oudere belastingplichtigen (MKOB), Anw en arbeidsongeschikten en de versobering van de uitbetaling van de algemene heffingskorting – zijn meegenomen in de puntenwolk. Maatregelen die kleinere groepen raken – zoals de aanpassing van de TOG-indicatie, de maatregelen in de ziektewet, maatregelen op het terrein van justitie en de verruiming van kwijtschelding – dan wel waarvan gegevens ontbreken over wie precies geraakt worden – zoals geldt voor pakketmaatregelen in de ZVW en de korting op persoonsgebonden budgetten – zijn niet meegenomen in de puntenwolk. In de puntenwolk zijn overigens zelfstandigen niet opgenomen.

Figuur 6.4.1: statische koopkrachtontwikkeling huishoudens (op basis van MEV 2011)

Figuur 6.4.1: statische koopkrachtontwikkeling huishoudens (op basis van MEV 2011)

De specifieke maatregelen worden hieronder verder toegelicht.

Toelichting op de specifieke maatregelen

1. Kinderen

Verhogen kindgebonden budget vanaf het tweede kind en niet indexeren kinderbijslag en kindgebonden budget

In 2009 is de Wet Kindgebonden Budget ingevoerd. Hierdoor ontvangen ouders met een inkomen tot ongeveer anderhalf keer modaal een bedrag dat afhankelijk is van het aantal kinderen. In 2011 worden de bedragen van het kindgebonden budget voor tweede en volgende kinderen eenmalig verhoogd. De nieuwe bedragen voor het kindgebonden budget worden € 1 011 voor het eerste kind, € 488 voor het tweede kind (+ € 177), € 386 voor het derde kind (+ € 203), € 305 voor het vierde kind (+ € 199), € 203 voor het vijfde kind (+ € 152) en € 102 voor het zesde en volgende kind (+ € 51). Hier tegenover staat dat de bedragen voor het kindgebonden budget en de kinderbijslag niet worden geïndexeerd.

Het niet indexeren van de kinderbijslag en het kindgebonden budget heeft negatieve inkomenseffecten omdat zonder deze bezuinigingsmaatregel alle bedragen verhoogd zouden worden. Het verhogen van de bedragen voor het tweede en volgende kind heeft een positief inkomenseffect voor de huishoudens met meer dan één kind. Deze verhoging heeft vooral een positief inkomenseffect voor lage inkomens omdat een nominale verhoging relatief meer effect heeft voor lagere inkomens. Vanaf een inkomen van ongeveer anderhalf keer modaal heeft een verhoging van de bedragen geen enkel effect omdat er rond deze inkomensgrens geen recht meer bestaat op kindgebonden budget.

Bezuiniging kinderopvangtoeslag

In 2011 worden de percentages in de kinderopvangtoeslagtabel neerwaarts aangepast, waardoor huishoudens die gebruik maken van formele kinderopvang minder kinderopvangtoeslag ontvangen. Dit leidt voor deze huishoudens tot een gemiddeld negatief inkomenseffect van 1%. De maatregel is inkomensneutraal vormgegeven, wat inhoudt dat het inkomenseffect bij benadering gelijk is voor verschillende inkomensniveaus. Het effect kan per huishouden wel verschillen door een verschillend gebruik van kinderopvang (verschillend aantal afgenomen uren of een verschillende uurprijs). Door deze spreiding varieert het inkomenseffect onder de 495 000 (juli 2010) kinderopvanggebruikers tussen 0 en – 3%, waarbij de grote meerderheid zich tussen 0 en – 2% bevindt.

Wijziging indicatiestelling TOG

De Tegemoetkoming onderhoudskosten thuiswonende gehandicapte kinderen (TOG) geeft ouders van gehandicapte kinderen recht op een tegemoetkoming van circa € 210 per kwartaal. Per 1 april 2010 is in de indicatie het criterium gewijzigd, waardoor alleen ouders van kinderen die geïndiceerd zijn voor tien of meer uren AWBZ-zorg per week recht krijgen op een tegemoetkoming. Tegelijkertijd is voor 2010 een extra vergoeding van € 1 460 geïntroduceerd voor TOG-gerechtigde alleenverdienershuishoudens.

Vanaf 1 oktober 2010 geldt het nieuwe indicatiecriterium ook voor «zittende» gevallen. Naar verwachting verliezen circa 35 000 huishoudens hierdoor hun tegemoetkoming. Als overgangsregime ontvangen zij nog wel twee kwartalen een halve tegemoetkoming. In 2011 ontvangen ouders die niet aan de nieuwe criteria voldoen hiermee nog € 105 (één kwartaal halve tegemoetkoming), tegen € 735 in 2010 (drie kwartalen gehele tegemoetkoming; één kwartaal halve tegemoetkoming). Voor een paar met twee kinderen en een modaal inkomen betekent dit in 2011 een inkomenseffect van ongeveer – 2,5%.

Hier staat tegenover dat er 11 000 nieuwe TOG-gerechtigden zijn door de wijziging van de TOG. Voor hen is er een positief inkomenseffect, dat deels (voor drie kwartalen) in 2010 neerslaat en deels (voor één kwartaal) in 2011. Voor een paar met twee kinderen en een modaal inkomen betekent dit in 2011 een inkomenseffect van ongeveer + 0,8% ten opzichte van 2010.

2. Zorg

Afbouw vermenigvuldigingsfactor fiscale regeling ziektekosten

Per 2009 is de Buitengewone Uitgavenregeling (BU) vervangen door de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg). De overgang van de Buitengewone Uitgavenregeling naar de Wtcg heeft in 2009 geresulteerd in een aanzienlijke spreiding in inkomenseffecten. Ook in 2011 zijn er, zij het in beperktere mate, inkomenseffecten samenhangend met de Wtcg.

Binnen de Wtcg is namelijk sprake van een nieuwe fiscale regeling voor specifieke ziektekosten. Binnen deze fiscale regeling kunnen kosten worden afgetrokken van ondermeer genees- en heelkundige hulp, voorgeschreven medicijnen, hulpmiddelen, reiskosten naar zorgaanbieders, diëten en extra kleding en beddengoed. In de Buitengewone Uitgavenregeling gold voor een aantal specifieke kostenposten een vermenigvuldigingsfactor van 2,13 bij huishoudens met een (gezamenlijk) verzamelinkomen tot circa € 32 000. In de nieuwe fiscale regeling blijft deze vermenigvuldigingsfactor gelden voor 65-plussers, maar wordt deze voor 65-minners afgebouwd: van 2,13 in 2009 naar 1,77 in 2010 en 1,40 in 2011 en verder. Hierdoor treden in 2011 negatieve inkomenseffecten op bij 65-minners met aftrekbare zorgkosten die onder de vermenigvuldigingsfactor vallen en een gezamenlijk verzamelinkomen tot circa € 32 000. De omvang van dit inkomenseffecten neemt toe met de hoogte van de specifieke ziektekosten. Verder neemt het inkomenseffect toe als de aftrekpost doorwerkt in het recht op inkomensafhankelijke regelingen zoals de zorgtoeslag en de huurtoeslag en dergelijke. Naar verwachting hebben in 2011 zo’n 325 000 huishoudens negatieve inkomenseffecten als gevolg van de afbouw van deze vermenigvuldigingsfactor naar het structurele niveau van 1,4. Het gaat hierbij voor 93% van de betrokken huishoudens om inkomenseffecten kleiner dan 1,5%.

Pakketmaatregelen en verhoging eigen bijdragen binnen de ZVW

Voor 2011 zijn diverse pakketmaatregelen voorgesteld binnen de Zorgverzekeringswet (ZVW). Zo wordt tandheelkunde voor 18 tot en met 21-jarigen geschrapt, evenals anticonceptie voor vrouwen ouder dan 21 jaar, extracties door tandheelkundig specialisten, gebruik van antidepressiva bij milde tot matige depressies en eenvoudige mobiliteitshulpen zoals krukken, loophekjes en rollators. Tevens wordt de eigen bijdrage voor fysiotherapie uitgebreid naar de eerste twaalf (in plaats van de eerste negen) behandelingen.

De beperking van het basispakket brengt met zich mee dat de door de verzekerde gemaakte kosten voor de zorg waar dit op van toepassing is toenemen. Dit effect treedt bijvoorbeeld op via het afsluiten van een aanvullende verzekering. Anderzijds zullen de eigen betalingen in het kader van het eigen risico voor sommige verzekerden afnemen. De verhoging van de eigen bijdrage voor fysiotherapie leidt tot extra uitgaven voor verzekerden die gebruik maken van dit type zorg. In de koopkrachtberekeningen is rekening gehouden met een gemiddelde toename van de eigen betalingen met ongeveer € 16 per volwassene als gevolg van de pakketmaatregelen en de verhoging van eigen bijdragen in de ZVW. De daadwerkelijke eigen betalingen zullen uiteraard per huishouden variëren afhankelijk van het zorggebruik.

De pakketbeperkingen en de verhoging van eigen bijdrage fysiotherapie leiden er toe dat minder zorgkosten hoeven te worden gedekt door premies voor de zorgverzekering. Het drukkend effect op de nominale en inkomensafhankelijke premie heeft positieve gevolgen voor het besteedbaar inkomen van alle verzekerden. Kanttekening hierbij is wel dat een drukkend effect op de nominale premie in veel gevallen wordt afgeroomd door een lagere zorgtoeslag. Het saldo-effect van hogere eigen betalingen en lagere premies is afhankelijk van het daadwerkelijke zorggebruik.

Korting persoonsgebonden budgetten

Voor 2011 is een korting voorzien van 3% op alle persoonsgebonden budgetten. Tevens worden de persoonsgebonden budgetten in 2011 niet geïndexeerd. Deze maatregel heeft negatieve inkomensgevolgen voor 126 000 huishoudens die een persoonsgebonden budget ontvangen. De omvang van het effect is afhankelijk van de hoogte van het persoonsgebonden budget.

Invoering minimum eigen bijdrage AWBZ intramuraal

Op dit moment betaalt een bewoner van een intramurale instelling met bijvoorbeeld alleen een AOW-uitkering een hoge eigen bijdrage intramuraal van rond € 450 per maand. Ook bewoners met alleen een Wajong-uitkering betalen een gemiddelde bijdrage die hoger is dan de € 400 per maand. In AWBZ-instellingen is echter een groep bewoners waarbij de hoge eigen bijdrage lager is dan € 400 per maand. Per 2011 wordt een maatregel genomen die er voor zorgt dat iedereen die langdurig in een AWBZ-instelling verblijft en geen thuiswonende partner heeft minimaal € 400 per maand eigen bijdrage betaalt.

Voor circa 23 000 mensen zal de eigen bijdrage door deze maatregel toenemen. De minister van VWS heeft de Tweede Kamer toegezegd nader te inventariseren om welke groepen van cliënten het precies gaat. Tevens gaat hij na hoe geregeld kan worden dat deze mensen na het betalen van de eigen bijdrage minimaal het bedrag aan zak- en kleedgeld ter vrije besteding overhouden.

3. Wonen

Verhoging eigen bijdrage huurtoeslag

Met ingang van 1 januari 2011 wordt de eigen bijdrage in de huurtoeslag met € 0,86 per maand extra verhoogd. Dit ter invulling van een in de begroting van 2010 aangekondigde bezuiniging in de huurtoeslag. Deze maatregel raakt alle circa één miljoen ontvangers van huurtoeslag. Inkomenseffecten van deze maatregel liggen tussen de 0 en maximaal – 0,1% voor huishoudens met een inkomen op het sociaal minimum.

4. Onderwijs

Niet indexeren van de normbedragen in de studiefinanciering

In 2011 worden de normbedragen die gelden voor de basis- en aanvullende beurs niet geïndexeerd. Indexatie vindt normaal gesproken plaats op basis van de systematiek t-2. Het niet indexeren van de basisbeurs heeft een negatief inkomenseffect voor alle studenten met een recht op de basisbeurs. Het niet indexeren van de aanvullende beurs heeft alleen een negatief inkomenseffect voor de studenten waarvan de ouders minder dan € 45 000 verdienen. In 2011 hebben naar schatting 246 600 studenten een gehele of gedeeltelijke aanvullende beurs.

5. Sociale zekerheid

Korting AOW-partnertoeslag

Gehuwde AOW-gerechtigden ontvangen in principe 50% van het nettominimumloon per maand. Als beide partners 65 jaar of ouder zijn ontvangen zij dus samen 100%. Zolang één van de partners nog geen 65 jaar is bestaat er recht op een partnertoeslag, die tot en met 2010 maximaal 50% van het netto minimumloon bedraagt. De uiteindelijke hoogte van de partnertoeslag is afhankelijk van de inkomsten van de jongere partner.

AOW’ers die vanaf 1 januari 2011 recht hebben dan wel recht krijgen op een partnertoeslag voor de jongere partner, krijgen vanaf deze datum te maken met een korting op de toeslag. De hoofdregel is een generieke korting van 8%. Indien echter het gezamenlijke inkomen onder de 110% van het wettelijk minimumloon (WML) ligt, dan wordt de partnertoeslag niet gekort. Huishoudens met een gezamenlijk inkomen dat net boven 110% van het WML worden gekort tot deze grens. In dergelijke gevallen valt de korting dus lager uit dan 8%. Het aantal huishoudens dat te maken heeft met deze maatregel bedraagt 161 000.

Gemiddeld ontvangt een AOW’er met partnertoeslag ongeveer € 6 400 bruto per jaar aan partner-toeslag. Een korting van 8% houdt in dat een huishouden ongeveer € 500 per jaar minder ontvangt. Voor huishoudens met beperkte extra inkomsten bovenop de AOW, die net boven de inkomensgrens van 110% WML zitten betekent dit een inkomensdaling van maximaal 3%. Bij toenemende aanvullende inkomsten neemt het procentuele inkomenseffect af. Aangezien de meeste 65-plussers aanvullende inkomsten (bijvoorbeeld in de vorm van aanvullend pensioen) hebben, is het inkomenseffect over het algemeen lager.

Omvorming van de AOW-tegemoetkoming

De AOW-tegemoetkoming is een koopkrachtinstrument bedoeld om ouderen gericht te kunnen ondersteunen in de koopkracht. De AOW-tegemoetkoming is een bedrag bovenop de AOW-uitkering. De AOW-tegemoetkoming bedraagt in 2010 € 411 euro per jaar. Deze AOW-tegemoetkoming wordt omgevormd naar een koopkrachtregeling voor oudere belastingplichtigen (MKOB). Dit betekent dat oudere niet-belastingplichtigen het recht op de tegemoetkoming verliezen. Dit zijn AOW-ers die in het buitenland wonen en niet in Nederland belasting betalen. Deze maatregel heeft alleen inkomenseffecten voor AOW-ers die in het buitenland wonen. Het gaat hier om ongeveer 260 000 AOW-ers. Het precieze inkomenseffect is onder andere afhankelijk van het fiscale stelsel in het betreffende land en de hoogte van het inkomen.

Korting van tegemoetkomingen MKOB, Anw en AO

De tegemoetkomingen voor oudere belastingplichtigen (MKOB), nabestaanden (Anw) en arbeidsongeschikten (WAO, WIA, WAZ en Wajong) worden in 2011 gekort. Bij de Anw-tegemoetkoming gaat het om een bruto toeslag op de feitelijke uitkering die maandelijks aan alle Anw-gerechtigden wordt verstrekt. De AO-tegemoetkoming betreft een netto bedrag dat jaarlijks wordt uitgekeerd aan degenen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering van het UWV die ten minste 35% arbeidsongeschikt zijn. Normaliter worden deze tegemoetkomingen jaarlijks geïndexeerd. In de begroting 2010 was reeds aangekondigd dat deze tegemoetkomingen in 2010 en 2011 niet geïndexeerd zouden worden. Daarnaast worden de tegemoetkomingen in 2011 gekort met een bedrag van € 14. Als gevolg van het achterwege laten van de indexering en de korting van de MKOB hebben ouderen met alleen AOW te maken met een negatief inkomenseffect van ca. 0,2%. Voor de korting van de andere tegemoetkomingen gelden vergelijkbare inkomenseffecten. Overigens staat tegenover de verlaging van de MKOB wél een verhoging van de ouderenkorting. De inkomenseffecten als gevolg van de verlaging van de MKOB en de verhoging van de ouderenkorting zijn ook meegenomen in het standaardbeeld.

Ziektewet-maatregelen

In de Ziektewet (ZW) wordt een aantal maatregelen genomen die inkomensefffecten in 2011 hebben. Zo worden de inkomsten van iemand met het recht op ziekengeld die – deels – werkt voortaan verrekend met het ziekengeld, waarbij een vast percentage van de inkomsten is vrijgesteld. Deze systematiek wordt ook gehanteerd in de WIA. In de huidige situatie in de ZW bestaat er een vrijstelling van arbeidsinkomsten tot een bepaald bedrag en daarboven vindt volledige verrekening plaats van de inkomsten met het ziekengeld. Dit heeft negatieve inkomenseffecten voor iedereen, die werkt in de ZW. De omvang van het inkomenseffect is afhankelijk van de hoogte van de bijverdienste.

Een tweede maatregel is dat het recht op WW in 2011 niet meer wordt verlengd als iemand een periode van de tijd ziek is. Zodra een werkloze ziek wordt dan komt hij of zij in de ziektewet terecht. In de periode dat iemand in de ziektewet zit wordt in de nieuwe situatie dus ook WW-recht verbruikt. Dat betekent bijvoorbeeld dat een zieke werkloze na een twee jaar durende ziekteperiode twee jaar recht op WW heeft verbruikt. Dit heeft negatieve inkomenseffecten voor zieke WW-ers. Zij komen met deze maatregel eerder in de bijstand terecht.

6. Overig

Versobering uitbetaling algemene heffingskorting

Voor iedere belastingplichtige geldt de algemene heffingskorting. De algemene heffingskorting vermindert de verschuldigde inkomstenbelasting. De algemene heffingskorting is in beginsel dan ook niet hoger dan de verschuldigde inkomstenbelasting. Hierdoor kunnen niet of weinig verdienende belastingplichtigen de algemene heffingskorting niet of niet helemaal te gelde maken. Voor niet of weinig verdienende partners geldt hierop een uitzondering voor zover hun partner inkomstenbelasting verschuldigd is. In dat geval wordt de algemene heffingskorting uitbetaald aan de niet of weinig verdienende partner.

Het gevolg van de uitbetaling van de algemene heffingskorting is dat een partner die zich niet op de arbeidsmarkt begeeft of een kleine deeltijdbaan heeft een kleinere prikkel tot (meer) werken ervaart. De uitbetaling van de algemene heffingskorting aan de niet of weinig verdienende partner wordt om die reden sinds 2009 stapsgewijs (in 15 jaar met 6 2/3%-punt per jaar) afgebouwd. Het wordt zo voor de minstverdienende partner meer lonend om te gaan werken. Er wordt gestreefd naar een zekere balans tussen de inkomenspositie van kostwinnersgezinnen en de participatiebevordering van niet of weinig verdienende partners. Daarom bestaat een uitzondering op de beperking: gezinnen met een kind van vijf jaar of jonger. Voor hen blijft de uitbetaling van de algemene heffingskorting onverkort van toepassing. Daarnaast bestaat een uitzondering voor partners die geboren zijn voor 1 januari 1972; ook voor hen blijft de uitbetaling van de algemene heffingskorting onverkort van toepassing. In totaal hebben circa 120 000 huishoudens wél te maken met de versobering van de uitbetaling van de algemene heffingskorting. Voor een alleenverdiener met een modaal inkomen en twee kinderen gaat het hierbij om een inkomenseffect van crica 0,5%.

Verhoging accijns op tabak

In 2011 wordt de accijns op sigaretten en shag verhoogd. De prijs stijgt door de verhoging van de accijns met bijvoorbeeld ongeveer 26 cent voor een pakje sigaretten van 19 stuks. Deze beleidsmatige prijsstijging werkt ook door in het consumentenprijsindexcijfer, en het gemiddelde effect zit hiermee in de koopkrachtcijfers verwerkt. De daadwerkelijke effecten zijn afhankelijk van het rookgedrag binnen een huishouden.

Maatregelen rond transitie BES

De transitie van Bonaire, Sint Eustatius en Saba naar bijzondere gemeenten van Nederland per 10 oktober 2010 heeft ook gevolgen voor de inkomens van de inwoners van de BES. Het uitgangspunt voor de transitie is steeds geweest dat niemand er op achteruit gaat. Maatregelen die spelen zijn onder andere de invoering van een nieuw belastingstelsel, verhoging van het ouderdomspensioen (AOV), verhoging van het nabestaandenpensioen (AWW), verhoging van de onderstandsuitkeringen en aanpassing van het minimumloon naar het niveau van Bonaire. Naast deze maatregelen wordt gewerkt aan verbetering van de sociaal-economische situatie op onder andere het terrein van scholing en arbeidsmarkt.

Verruiming mogelijkheden kwijtschelding lokale lasten

Het is het streven per 2011 de mogelijkheden te verruimen kwijtschelding te verlenen van belastingen en heffingen die door gemeenten, provincies of waterschappen worden geheven. Decentrale overheden krijgen de mogelijkheden om bij de beoordeling van de kwijtscheldingsaanvraag uit te gaan van de ruimere vermogensnormen uit de Wet werk en bijstand in plaats van de normen uit de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 zoals deze nu gelden. De nadere regels met betrekking tot de wijze waarop de kosten van bestaan in aanmerking worden genomen blijven daarnaast gewoon bestaan. Daarnaast wordt de mogelijkheid gecreëerd voortaan zelfstandige ondernemers op gelijke voet als particulieren in aanmerking te laten komen voor kwijtschelding van lokale belastingen. De kwijtschelding in dit voorstel kan alleen lokale belastingen betreffen die géén relatie hebben met een onderneming die door de belastingplichtige wordt gedreven of een beroep betreffen dat door hem wordt uitgeoefend.

De gemeenteraad, provinciale staten of het algemeen bestuur kunnen besluiten al dan niet van deze ruimere mogelijkheden gebruik te maken. In het geval van deze mogelijkheden gebruik wordt gemaakt heeft dat positieve inkomenseffecten voor huishoudens met een vermogen onder de ruimere norm en voor zelfstandigen met een inkomen onder de inkomensnorm om voor kwijtschelding in aanmerking te komen. Deze norm verschilt per gemeente.

Het wetsvoorstel rond verruiming van de kwijtschelding is ingediend bij de Tweede Kamer en wacht op behandeling. Insteek is wel om het wetsvoorstel op 1 januari 2011 in werking te laten treden.

Maatregelen op het terrein van justitie

De boetes stijgen in 2011 met 15%. Deze stijging werkt niet door in de koopkrachtcijfers omdat boetes door het CBS niet worden meegenomen bij de berekening van de consumentenprijsindex. Daarnaast worden de griffierechten verhoogd met een totale budgettaire opbrengst van € 15 mln. Deze verhoging is wel verwerkt in de consumentenprijsindex, en het gemiddelde effect zit hiermee in de koopkrachtcijfers verwerkt. De daadwerkelijke effecten zijn afhankelijk van de te betalen boetes en griffierechten per huishouden.

6.5 Bijlage subsidies

In deze bijlage wordt een overzicht gegeven van de subsidies van het Ministerie van SZW. Daarbij wordt aangesloten bij het Subsidie Overzicht Rijk (SOR). De minister van Financiën heeft het SOR 2010 in maart aan de Tweede Kamer aangeboden.

Definitie subsidie

In het SOR wordt de subsidiedefinitie van de Algemene wet bestuursrecht gebruikt. De Algemene wet bestuursrecht definieert een subsidie als volgt (artikel 4.21 Awb):

«De aanspraak op financiële middelen, door een bestuursorgaan verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten».

Artikel 4.21, lid 3 specificeert de definitie nader:

«De subsidietitel is niet van toepassing op de aanspraak op financiële middelen die wordt verstrekt op grond van een wettelijk voorschrift dat uitsluitend voorziet in verstrekking aan rechtspersonen die krachtens publiekrecht zijn ingesteld.»

Uit lid 3 kan afgeleid worden dat specifieke uitkeringen aan gemeenten of provincies volgens deze definitie geen subsidies zijn.

Overzicht subsidies

Binnen het SOR wordt onderscheid gemaakt tussen subsidies uit hoofde van subsidieregelingen en uit hoofde van de Kaderwet SZW. Subsidieregelingen zijn regelingen die door het Ministerie van SZW zijn ingesteld. De Kaderwet SZW is een algemene titel op grond waarvan partijen een subsidieverzoek kunnen indienen bij het Ministerie van SZW.

Tabel 6.5.1 Subsidies uit hoofde van subsidieregelingen (x € 1 000)

Artikel

Omschrijving

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

42 OD 2

Omscholingsbonus

550

25 500

     

42 OD 3

Raakvlak onderwijs arbeidsmarkt

 

700

700

    

42 OD 3

Subsidies stimulering leeftijdsbewust beleid

1 354

368

     

43 OD 1

Kwaliteit Arbeidsverhoudingen

291

334

515

515

515

515

515

43 OD 4

Jaar van de gelijke kansen

39

      

47 OD 2

Scholing jonggehandicapten

9 000

15 800

13 300

13 300

13 300

13 300

13 300

47 OD 2

Stagejobcoach

 

4 000

2 000

    

47 OD 2

Wajong adviesvouchers

 

3 000

3 000

3 000

3 000

3 000

3 000

97 OD 1

Regeling Bedrijfsverzamelgebouwen

50

9

127

    

97 OD 1

Regeling schoonmaakdiensten particulieren

501

      

RBB1

Europees Jaar van de Bestrijding van Armoede en Sociale Uitsluiting

 

280

     
 

Totaal subsidieregelingen

11 785

49 991

19 642

16 815

16 815

16 815

16 815

1

Rekening buiten begrotingsverband

Toelichting

De daling van de omvang van de subsidies wordt vooral ingegeven door het aflopen van de scholingsbonus.

Tabel 6.5.2 Subsidies uit hoofde van de Kaderwet (x € 1 000)

Artikel

Omschrijving

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

41 OD 2

Inkomensbeleid

40

40

45

5

5

5

5

42 OD 3

Breed initiatief maatschappelijke binding

434

224

     

42 OD 3

Subsidies doelgroepen

1 986

2 106

1 671

1 778

1 778

1 778

1 778

43 OD 2

Stichting Scharlaken

  

80

    

43 OD 4

Subsidies Expertisecentrum Leeftijd

212

244

409

408

408

408

408

44 OD 1

Subsidies arbeidsomstandigheden

12 364

11 695

10 428

14 876

15 876

15 876

15 876

45 OD 2

Pensioenen

299

160

160

160

160

160

160

47 OD 2

Stichting Blik op Werk

315

150

     

47 OD 2

Subsidies re-integratie (o.a. IPW) en Cliëntenraden

2 610

2 001

994

662

662

662

662

48 OD 1

Pilots Wet Sociale Werkvoorziening

3 922

1 864

831

240

755

  

98 OD 1

NIBUD (aan de hand van onderzoeksprogramma)

323

312

304

304

304

304

304

98 OD 1

Projectsubsidies

32

322

1 102

1 102

1 102

1 102

1 102

 

Totaal Kaderwet SZW

22 537

19 118

16 024

19 535

21 050

20 295

20 295

Toelichting

Deze tabel geeft een overzicht van de middelen die in de begroting van SZW beschikbaar zijn voor subsidies (uit hoofde van de Kaderwet).

6.6 Lijst met afkortingen

AD

Algemene doelstelling

AFM

Autoriteit Financiële Markten

AI

Arbeidsinspectie

AIO

Aanvullende Inkomensvoorziening Ouderen

AKO

Algemeen Ketenoverleg

AKW

Algemene Kinderbijslagwet

AMvB

Algemene Maatregel van Bestuur

ANW

Algemene Nabestaandenwet

Aof

Arbeidsongeschiktheidsfonds

AOV BES

Algemene Ouderdomsverzekering BES-eilanden (Bonaire, St. Eustatius en Saba)

AOW

Algemene Ouderdomswet

Arbo

Arbeidsomstandigheden

ATW

Arbeidstijdenwet

avv

Algemeen verbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten

Awb

Algemene wet bestuursrecht

AWBZ

Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten

AWf

Algemeen Werkloosheidsfonds

AWW BES

Algemene Weduwen- en Wezenverzekering BES-eilanden (Bonaire, St. Eustatius en Saba)

BBA

Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen

bbp

bruto binnenlands product

Bbz

Besluit bijstandsverlening zelfstandigen

BES

Bonaire, St. Eustatius en Saba

bhv

Bedrijfshulpverlening

BIA

Beperking inkomensgevolgen arbeidsongeschiktheidscriteria

BIKK

Bijdragen in de kosten van heffingskortingen

BKWI

Bureau Keteninformatisering Werk en Inkomen

BUIG

Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorzieningen Gemeenten

BVG

Bedrijfsverzamelgebouwen

BW

Burgerlijk Wetboek

cao

collectieve arbeidsovereenkomst

CBS

Centraal Bureau voor de Statistiek

CEP

Centraal Economisch Plan

CPB

Centraal Planbureau

CWI

(voormalig) Centra voor Werk en Inkomen

DNB

De Nederlandsche Bank

EBB

Enquête Beroepsbevolking

EQUAL

Transnationaal programma van de Europese Unie gericht op het creëren van gelijke kansen en het bestrijden van discriminatie op de arbeidsmarkt

ESF

Europees Sociaal Fonds

EU

Europese Unie

EVC

Erkenning van Verworven Competenties

fte

fulltime equivalent (=voltijdbaan)

FTK

Financieel Toetsingskader

GBA

Gemeentelijke Basisadministratie

IAS

Instituut Asbestslachtoffers

IAU

Incidentele aanvullende uitkering

IB

Inlichtingenbureau

ICT

Informatie- en Communicatie Technologie

ID-banen

Instroom, doorstroombanen

IOAW

Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers

IOAZ

Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen

IOW

Inkomensvoorziening oudere werklozen

IPW

Innovatie Programma Werk en bijstand

IVA

Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten

IWI

Inspectie Werk en Inkomen

KGB

Kindgebonden budget

KOT

Kinderopvangtoeslag

MAU

Meerjarige aanvullende uitkering

MEV

Macro-Economische Verkenning

mkb

midden- en kleinbedrijf

MKOB

Mogelijkheid koopkrachttegemoetkoming voor oudere belastingplichtigen

NEA

Nationale enquête arbeidsomstandigheden

Nug

Niet-uitkeringsgerechtigde

OD

Operationele doelstelling

OESO

Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling

O&O-fondsen

Opleiding- en ontwikkelingsfondsen

OOP

Out of pocket kosten

OR

Ondernemingsraad

PSW

Pensioen- en Spaarfondswet

RCN

Rijksdienst Caribisch Nederland

RHB

Rijkshoofdboekhouding

RI&E

Risico Inventarisatie en Evaluatie

ROC

Regionaal Opleidingscentrum

RWI

Raad voor Werk en Inkomen

RWT

Rechtspersoon met een wettelijke taak

SCP

Sociaal en Cultureel Planbureau

SEC

Subsidie Expertise Centrum

SER

Sociaal Economische Raad

SIOD

Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst

Sisa

Single information, single audit

SOR

Subsidie Overzicht Rijk

STA

Subsidieregeling Totstandkoming Arbocatalogi

STAP

Stimulering Arbeidsparticipatie

STAR

Stichting van de Arbeid

SUWI

Structuur Uitvoering Werk en Inkomen

SVB

Sociale Verzekeringsbank

Sw-bedrijven

Sociale werkvoorzieningsbedrijven

SZA

Sociale Zekerheid en Arbeidsmarkt

SZW

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

TAS

Regeling Tegemoetkoming asbestslachtoffers

TBA

Wet terugdringing beroep op de arbeidsongeschiktheidsregelingen

TK

Tweede Kamer

TOG

Tegemoetkoming Onderhoudskosten thuiswonende gehandicapte kinderen

Tri

Tijdelijke regeling inkomensgevolgen herbeoordeelde arbeidsongeschikten

TW

Toeslagenwet

UWV

Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen

Vazalo

Voorzieningen arbeid en zorg alleenstaande ouders

VNG

Vereniging Nederlandse Gemeenten

Waadi

Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs

WAMIL

Wet Arbeidsongeschiktheidsvoorziening Militairen

WAO

Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering

WAV

Wet Arbeid Vreemdelingen

WAZ

Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering Zelfstandigen

WAZO

Wet arbeid en zorg

WBO

Wet op de bedrijfsorganisatie

WEOR

Wet op de Europese Ondernemingsraden

WAJONG

Wet Werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten

WGA

Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsongeschikten

WIA

Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen

WIJ

Wet investeren in jongeren

Wmco

Wet melding collectief ontslag

WML

Wet Minimumloon en minimumvakantiebijslag

WOR

Wet op de Ondernemingsraden

Wsw

Wet sociale werkvoorziening

WTCG

Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten

WTV

Werktijdverkorting

WVA

Wet Vermindering Afdracht Loonbelasting en Premie Volksverzekeringen

WW

Werkloosheidswet

WWB

Wet Werk en Bijstand

WWIK

Wet Werk en Inkomen Kunstenaars

ZBO

Zelfstandige Bestuursorgaan

ZW

Ziektewet

zzp’er

zelfstandige zonder personeel

6.7 Trefwoordenregister

Activerende sociale zekerheid 7, 65

Administratieve lasten 4, 35, 127, 166, 171

Adoptieverlof 48, 49

Agentschap SZW 3, 95, 97, 133, 136, 140, 141, 142, 143, 144

AIO 112, 113, 118, 119, 187, 210

AKW 20, 124, 160, 187, 210

Algemeenverbindendverklaring 45

Anw 18, 102, 103, 104, 111, 112, 114, 116, 117, 130, 131, 132, 161, 169, 187, 190, 191, 192, 193, 195, 196, 197, 198, 199, 200, 205

AOW 8, 14, 15, 17, 18, 19, 24, 26, 52, 54, 59, 88, 111, 112, 113, 114, 115, 117, 118, 119, 125, 127, 129, 130, 131, 161, 169, 171, 176, 181, 187, 189, 191, 192, 193, 194, 195, 196, 198, 199, 200, 204, 205, 210

Arbeid en zorg 47, 48, 71, 119, 173, 179, 183, 211, 212

Arbeidsduur 47, 49

Arbeidsinspectie 13, 19, 20, 38, 39, 46, 49, 55, 56, 138, 150, 164, 172, 185, 210

Arbeidskorting 15, 22, 24, 25, 27, 32, 33, 38

Arbeidskosten 34, 35, 36, 40

Arbeidsmarkt 2, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 16, 17, 19, 21, 22, 23, 25, 30, 31, 34, 37, 38, 41, 46, 49, 50, 77, 82, 83, 88, 94, 95, 96, 98, 100, 102, 104, 107, 115, 167, 169, 170, 173, 176, 177, 178, 186, 189, 193, 206, 207, 208, 210, 211

Arbeidsmigratie 11, 13

Arbeidsomstandigheden 10, 21, 52, 53, 54, 55, 56, 57, 152, 168, 186, 187, 209, 210, 211

Arbeidsongeschiktheid 19, 31, 32, 33, 52, 66, 68, 73, 74, 78, 79, 80, 82, 85, 86, 97, 98, 116, 119, 176, 178, 180, 184, 190, 191, 192, 196, 197, 198, 205, 210, 211, 212

Arbeidsparticipatie 2, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 13, 14, 21, 22, 27, 30, 31, 32, 33, 36, 37, 38, 39, 40, 43, 51, 52, 70, 76, 82, 94, 102, 103, 105, 106, 108, 136, 150, 155, 168, 169, 170, 180, 182, 211

Arbeidsrechtelijke bescherming 11, 21, 41

Arbeidstijden 9, 48, 52, 54, 55, 56, 57, 170, 173, 179, 181, 210

Arbeidsuitval 52

Arbeidsverhoudingen 2, 21, 41, 44, 45, 46, 136, 151, 208, 210

Arbocatalogus 55, 56

Armoede 14, 22, 26, 27, 28, 66, 71, 87, 88, 89, 90, 92, 172, 208

Asbestslachtoffers 111, 123, 124, 126, 160, 210, 211

Baten-lastendienst 1, 2, 3, 136, 140, 148

Bbz 68, 69, 70, 75, 86, 90, 210

BES 3, 4, 15, 59, 67, 72, 91, 92, 95, 97, 103, 112, 113, 120, 121, 136, 163, 164, 165, 193, 200, 207, 210

Bevallingsverlof 43, 48, 49, 172

BIA 67, 68, 85, 86, 154, 210

Bijstand 15, 19, 27, 28, 31, 65, 66, 67, 68, 69, 70, 71, 86, 87, 88, 89, 90, 91, 101, 102, 103, 113, 119, 135, 154, 184, 186, 187, 190, 191, 192, 193, 206, 207, 210, 211, 212

BIKK 19, 130, 131, 161, 210

BKWI 95, 96, 156, 186, 187, 210

Brugbanen 13, 102

Crisis 5, 6, 12, 14, 15, 16, 17, 30, 31, 35, 39, 62, 69, 72, 76, 77, 86, 87, 95, 98, 172, 189, 191, 192, 194

DeeltijdPlus 42

Deeltijdval 26, 27, 28

Deeltijd-WW 16

EQUAL 210

ESF 20, 36, 94, 95, 97, 140, 141, 143, 173, 210

Etnische minderheden 38, 49

Ex-mijnwerkers 133

Gehandicapten 8, 9, 32, 33, 65, 78, 82, 83, 97, 108, 130, 197, 202, 212

Gelijke behandeling 41, 44, 48, 49, 50

Handhaving 4, 19, 20, 41, 42, 46, 47, 52, 53, 54, 55, 58, 65, 67, 71, 75, 77, 78, 79, 80, 81, 91, 94, 106, 116, 117, 118, 119, 120, 121, 135, 138, 154, 155, 163, 165, 175, 182, 187

Herintredersval 26, 27, 28

ID-banen 133, 156, 157, 162, 210

Inkomensbeleid 2, 21, 22, 24, 25, 26, 136, 150, 200, 209

Inkomensbescherming 2, 66, 72, 73, 75, 82, 91, 112, 113, 117, 120, 136, 153, 159

Inkomensontwikkeling 22, 23, 25

Inkomensvoorziening 58, 67, 68, 69, 70, 73, 75, 78, 82, 85, 86, 87, 89, 90, 91, 112, 113, 118, 176, 210, 211

Inlichtingenbureau 71, 86, 186, 187, 210

Inspectie Werk en Inkomen 1, 3, 136, 138, 145, 187, 211

IOAW 68, 69, 70, 75, 86, 90, 210

IOAZ 68, 69, 70, 75, 86, 90, 211

IOW 67, 75, 77, 78, 92, 113, 119, 153, 176, 211

IVA 72, 73, 78, 79, 81, 130, 196, 211

Jeugdwerkloosheid 15, 16, 19, 31, 32, 34, 39, 168, 169, 182, 192, 193

Jongeren 9, 16, 31, 32, 34, 36, 37, 38, 39, 51, 68, 70, 77, 82, 86, 88, 89, 90, 102, 154, 155, 168, 169, 180, 182, 212

Jonggehandicapten 68, 82, 83, 97, 178, 180, 186, 208, 212

Kinderarbeid 55

Kinderbijslag 24, 25, 124, 167, 200, 201, 210

Kinderopvang 15, 24, 26, 27, 124, 141, 143, 174, 195, 196, 200, 202, 211

Kindgebonden budget 15, 24, 25, 27, 124, 200, 201, 202, 211

Koopkracht 15, 17, 19, 22, 24, 25, 26, 115, 123, 125, 127, 131, 161, 180, 193, 194, 200, 201, 203, 205, 207, 211

Kunstenaars 68, 70, 86, 88, 186, 212

Langdurigheidstoeslag 179

Leeftijdsbewust beleid 49, 208

Leenbijstand 88, 89, 90

Levensloopregeling 41, 43, 48, 49, 173

Loonderving 119, 120

Loondoorbetaling 74, 78, 119, 120, 184

Loonkostensubsidie 13, 97, 98, 102, 103, 184

Loonontwikkeling 15, 24, 25, 137, 200

Loonvorming 44

Medezeggenschap 44, 45, 46, 62, 63, 64, 168, 175, 181, 183

Minimumloon 13, 15, 24, 26, 27, 28, 42, 46, 83, 84, 91, 112, 116, 118, 119, 120, 179, 185, 195, 204, 205, 207, 212

MKOB 17, 18, 20, 24, 111, 115, 123, 124, 125, 127, 128, 131, 160, 161, 193, 200, 205, 211

Naleving 4, 21, 41, 46, 54, 55, 56, 78, 80, 81, 90, 91, 106, 112, 117, 119, 135, 167, 177

Ontslag 11, 12, 16, 17, 41, 46, 47, 61, 76, 78, 91, 95, 166, 170, 176, 186, 212

Ouderen 7, 8, 10, 15, 21, 24, 25, 32, 33, 38, 39, 40, 49, 53, 58, 67, 76, 112, 113, 118, 127, 169, 176, 182, 205, 210

Ouderschapsverlof 43, 48, 49, 61, 170, 183

Participatiebudget 19, 69, 86, 95, 96, 97, 102, 156, 157

Partnertoeslag 17, 18, 19, 115, 118, 119, 181, 193, 200, 204, 205

Pensioen 2, 4, 7, 8, 14, 15, 17, 21, 24, 25, 58, 59, 60, 61, 62, 63, 64, 113, 114, 117, 118, 121, 136, 153, 168, 172, 173, 174, 176, 181, 182, 183, 185, 186, 187, 193, 200, 205, 207, 209, 211

Pensioenregelingen 21, 58, 59, 60, 61, 62, 171

Preventie 16, 55, 56, 66, 72, 87, 100, 138

Re-integratie 2, 4, 12, 18, 19, 20, 33, 40, 65, 69, 79, 86, 94, 95, 96, 97, 98, 99, 101, 102, 103, 104, 105, 136, 156, 157, 170, 171, 183, 184, 186, 190, 191, 209

RWT 2, 186, 211

Scholing 10, 15, 17, 30, 31, 32, 33, 36, 69, 70, 71, 100, 169, 170, 171, 178, 207, 208

Schuldhulpverlening 14, 15, 16, 72, 86, 87, 89, 90, 92, 171, 179, 193

Silicoseregeling 133

Sociale fondsen 2, 129, 132, 136, 161, 189, 197, 198, 199

Sociale werkvoorziening 2, 33, 65, 84, 106, 107, 136, 158, 191, 211, 212

Sociale zekerheid 4, 6, 13, 52, 94, 111, 115, 148, 149, 157, 167, 175, 179, 180, 187, 189, 198, 204

Spaarfonds AOW 129, 130, 131, 132, 161

Startkwalificatie 32, 33, 36, 37, 40, 96, 177

Subsidie 2, 15, 23, 31, 34, 36, 37, 42, 44, 45, 53, 54, 55, 58, 95, 97, 108, 109, 133, 135, 136, 139, 140, 141, 143, 144, 148, 156, 163, 171, 208, 209, 211

SUWI 94, 96, 100, 101, 103, 168, 186, 187, 188, 211

SVB 90, 112, 113, 114, 115, 116, 117, 118, 119, 123, 124, 125, 126, 127, 129, 159, 160, 161, 163, 164, 184, 186, 187, 211

TAS 111, 123, 124, 126, 127, 128, 187, 211

TBA 85, 211

TOG 20, 111, 123, 124, 125, 126, 128, 160, 171, 187, 200, 201, 202, 211

Tri 68, 133, 154, 211

TW 55, 112, 113, 119, 120, 159, 210, 211

Uitkeringsgerechtigden 14, 15, 22, 33, 65, 66, 68, 79, 86, 91, 94, 95, 98, 99, 101, 102, 103, 113, 117, 121, 191, 196

UWV 11, 12, 16, 18, 19, 30, 32, 33, 37, 43, 46, 47, 49, 65, 66, 72, 75, 76, 78, 79, 80, 81, 82, 83, 84, 85, 86, 94, 95, 97, 98, 99, 100, 101, 102, 104, 107, 109, 112, 119, 120, 129, 130, 153, 154, 155, 156, 157, 163, 164, 169, 170, 171, 178, 179, 183, 184, 186, 187, 190, 195, 196, 199, 205, 211

Vazalo 67, 71, 87, 154, 211

Verlof 9, 21, 41, 43, 48, 61, 179, 181, 183

Verzuim 21, 52, 53, 54, 55, 143, 152, 192

Wajong 9, 18, 19, 33, 65, 67, 68, 82, 83, 84, 85, 92, 95, 97, 102, 107, 113, 119, 120, 131, 153, 154, 155, 156, 167, 168, 169, 171, 178, 180, 190, 191, 192, 193, 204, 205, 208

WAO 13, 17, 18, 72, 73, 78, 79, 81, 97, 98, 99, 102, 107, 113, 119, 130, 190, 191, 192, 193, 194, 195, 196, 198, 199, 205, 211

WAV 38, 39, 47, 180, 182, 211

WAZ 18, 72, 74, 78, 80, 81, 97, 98, 99, 102, 107, 113, 130, 190, 191, 192, 193, 194, 205, 212

Werk en inkomen 12, 68, 70, 73, 78, 86, 108, 145, 147, 187

WERKbedrijf 33, 94, 95, 99, 100

Werkloosheid 6, 11, 12, 15, 16, 22, 26, 27, 28, 30, 31, 36, 39, 65, 66, 69, 72, 74, 75, 76, 78, 88, 91, 101, 157, 177, 178, 181, 184, 190, 191, 192, 194, 195, 196, 197, 199, 210, 212

Werkplein 12, 16, 72, 82, 87, 94, 99, 100, 102, 109

Werktijdverkorting 11, 15, 46, 47, 73, 212

WGA 13, 67, 72, 73, 74, 78, 79, 81, 130, 173, 177, 178, 196, 212

WIA 17, 18, 33, 65, 73, 78, 79, 81, 92, 97, 98, 99, 102, 113, 167, 173, 176, 178, 179, 190, 191, 192, 193, 197, 205, 206, 212

WIJ 1, 2, 3, 16, 39, 69, 70, 71, 75, 86, 87, 89, 90, 92, 102, 212

Wsw 9, 10, 18, 19, 65, 95, 106, 107, 108, 109, 110, 181, 190, 191, 193, 212

WTCG 82, 212

WW 11, 12, 15, 16, 32, 47, 65, 67, 69, 70, 72, 73, 74, 75, 76, 77, 78, 85, 86, 92, 93, 96, 97, 98, 99, 101, 102, 103, 104, 112, 113, 114, 119, 120, 121, 141, 155, 159, 170, 171, 177, 183, 184, 186, 190, 191, 192, 195, 196, 197, 198, 206, 207, 210, 212

WWB 19, 20, 65, 68, 69, 70, 71, 75, 86, 87, 88, 89, 90, 94, 103, 104, 113, 154, 155, 159, 191, 212

WWIK 19, 67, 68, 69, 70, 75, 86, 90, 186, 212

ZBO 2, 20, 164, 165, 186, 212

Zorgverlof 48, 61, 173, 181

ZW 72, 74, 78, 80, 81, 113, 119, 120, 190, 191, 192, 196, 206, 212

Zwangerschapsverlof 172

Zzp 11, 170, 212

16

De premievrijstelling marginale arbeid heeft een verwaarloosbaar budgettair beslag. De premie-uitgaven voor de volksverzekeringen AOW en Anw worden verantwoord in de Miljoenennota in het totaal van de gecombineerde heffing voor de loon- en inkomstenbelasting.

Licence