Base description which applies to whole site

10. Saldibalans

Tabel 47 Saldibalans per 31 december 2020 van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) (bedragen x € 1.000)

Activa

31-12-2020

 

31-12-2019

 

Passiva

31-12-2020

 

31-12-2019

          

Intra-comptabele posten

       

1

Uitgaven ten laste van de begroting

27.249.827

 

18.014.004

2

Ontvangsten ten gunste van de begroting

751.309

 

749.047

3

Liquide middelen

0

 

0

     

4

Rekening-courant RHB1

0

 

0

4a

Rekening-courant RHB

26.584.170

 

17.249.592

5

Rekening-courant RHB Begrotingsreserve

262.700

 

243.400

5a

Begrotingsreserves

262.700

 

243.400

6

Vorderingen buiten begrotingsverband

85.941

 

856

7

Schulden buiten begrotingsverband

289

 

16.221

8

Kas-transverschillen

0

       

Subtotaal intra-compatabel

27.598.468

 

18.258.260

Subtotaal intra-comptabel

27.598.468

 

18.258.260

          

Extra-comptabele posten

       

9

Openstaande rechten

0

 

0

9a

Tegenrekening openstaande rechten

0

 

0

10

Vorderingen

510.337

 

432.281

10a

Tegenrekening vorderingen

510.337

 

432.281

11a

Tegenrekening schulden

0

 

0

11

Schulden

0

 

0

12

Voorschotten

15.292.952

 

10.026.414

12a

Tegenrekening voorschotten

15.292.952

 

10.026.414

13a

Tegenrekening garantieverplichtingen

829.374

 

286.211

13

Garantieverplichtingen

829.374

 

286.211

14a

Tegenrekening andere verplichtingen

20.239.328

 

13.101.131

14

Andere verplichtingen

20.239.328

 

13.101.131

15

Deelnemingen

0

 

0

15a

Tegenrekening deelnemingen

0

 

0

Subtotaal extra-comptabel

36.871.991

 

23.846.037

Subtotaal extra-comptabel

36.871.991

 

23.846.037

          

Totaal

64.470.459

 

42.104.297

Totaal

64.470.459

 

42.104.297

1

Rijkshoofdboekhouding

Toelichting op de saldibalans

Het intracomptabele deel van de saldibalans (financiële posten 1 t/m 8) bevat het resultaat van de financiële transacties in de departementale administratie die een directe relatie hebben met de kasstromen. Deze kasstromen worden via de rekening-courant met het Ministerie van Financiën bijgehouden.

Het extracomptabele deel bevat het saldo van de overige rekeningen die met sluitrekeningen in evenwicht worden gehouden.

De cijfers in de saldibalans zijn vermeld in duizendtallen en afgerond naar boven. Hierdoor kunnen bij het subtotaal en het totaal afrondingsverschillen optreden.

ad 1 en 2) Uitgaven ten laste en –ontvangsten ten gunste van de begroting

Onder de post uitgaven en ontvangsten zijn de per saldo gerealiseerde begrotingsuitgaven en -ontvangsten opgenomen. Deze komen overeen met de totaalbedragen uit de verantwoordingsstaat en zijn reeds toegelicht in het beleidsverslag.

ad 3) Liquide middelen

De post liquide middelen is opgebouwd uit het saldo van de banken en de contante gelden.

Het ministerie van VWS heeft vanwege saldoregulatie geen saldo op haar bankrekeningen, maar de kleine kas heeft wel een saldo (€130,85).

ad 4 en 4a) Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding

Deze post geeft per saldo de financiële verhouding met de Rijkshoofdboekhouding weer. Het bedrag is per 31 december 2020 in overeenstemming met de opgave van de Rijkshoofdboekhouding.

Ad 5 en 5a) Begrotingsreserves

Een begrotingsreserve is een meerjarige budgettaire voorziening die op een afzonderlijke rekening-courant bij het Ministerie van Financiën wordt aangehouden. Het gaat om een budgettaire voorziening of reserve binnen de Rijksbegroting. De reserve blijft meerjarig beschikbaar voor het doen van uitgaven in latere jaren. Voor de begrotingsreserve WFZ wordt een rekening-courant aangehouden bij het Ministerie van Financiën.

Tabel 48 Begrotingsreserve (bedragen x € 1.000)
 

Saldo 1-1-2020

Toevoegingen 2020

Ontrekkingen 2020

Saldo 31-12-2020

Artikel

      

VWS begrotingsreserve WFZ

15.000

5.000

0

20.000

9

Totaal

15.000

5.000

0

20.000

 
Tabel 49 Begrotingsreserve (bedragen x € 1.000)
 

Saldo 1-1-2020

Toevoegingen 2020

Ontrekkingen 2020

Saldo 31-12-2020

Artikel

      

VWS begrotingsreserve Stimuleringsregeling wonen en zorg

28400

14.300

0

42.700

3

Totaal

28400

14.300

0

42.700

 
Tabel 50 Begrotingsreserve (bedragen x € 1.000)
 

Saldo 1-1-2020

Toevoegingen 2020

Ontrekkingen 2020

Saldo 31-12-2020

Artikel

      

VWS begrotingsreserve

200.000

0

0

200.000

4

Totaal

200.000

0

0

200.000

 

Begrotingsreserve WFZ

In het kader van de verdere beperking van de risico’s rond de achterborgstelling van het Rijk bij het WFZ wordt er vanaf het jaar 2017 een begrotingsreserve aangelegd voor eventuele schade.

Begrotingsreserve Stimuleringsregeling wonen en zorg

Dit betreft de overheveling binnen artikel 3 van per saldo € 42,7 miljoen van de stimuleringsregeling woonzorg arrangementen naar het instrument storting/onttrekking begrotingsreserve. De stimuleringsregeling bestaat voor een deel uit een borgstellingsregeling. Voor eventuele verliezen worden middelen gereserveerd.

Begrotingsreserve Pallas

Er wordt een begrotingsreserve garanties aangehouden.

ad 6) Vorderingen buiten begrotingsverband

Deze post betreft het saldo van de vorderingen waarvan verrekening met derden nog zal plaatsvinden.

Het RIVM voert namens VWS een aantal opdrachten uit waarbij het RIVM de kassiersfunctie heeft. Hierbij dienen de saldi van de uitgaven, ontvangsten en openstaande posten overeen te komen. N.a.v. een correctieboeking in de eindejaarsperiode is een vordering buiten begrotingsverband van € 85,8 miljoen ontstaan op RIVM.

Tabel 51 Vorderingen buiten begrotingsverband (bedragen x € 1.000)
     

Personeel

   

124

Vordering RIVM

   

85.816

Totaal

   

85.940

ad 7) Schulden buiten begrotingsverband

Deze post betreft het saldo van de schulden waarvan verrekening met derden nog zal plaatsvinden. Ten opzichte van vorig jaar is deze post een stuk lager, omdat de afdrachten met betrekking tot salarissen in december 2020 zijn betaald.

Tabel 52 Schulden buiten begrotingsverband (bedragen x € 1.000)
     

Afdracht belastingdienst

   

191

Diversen

   

98

Totaal

   

289

Ad 8) Kas-transverschillen

Op deze post worden bedragen opgenomen welke zijn verantwoord in de uitgaven en ontvangsten, maar nog niet daadwerkelijk per kas zijn uitgegeven en ontvangen. Het Ministerie van VWS heeft geen kas-transverschillen.

ad 9 en 9a) Openstaande rechten

Openstaande rechten zijn vorderingen die niet voortkomen uit met derden te verrekenen begrotingsuitgaven, maar die op andere wijze zijn ontstaan. Rechten kunnen ontstaan doordat conform wettelijke regelingen vastgestelde aanslagen aan derden worden opgelegd of op grond van doorberekening van de kosten van verleende diensten of geleverde goederen. Beiden doen zich bij het Ministerie van VWS niet voor.

ad 10 en 10a) Vorderingen

Vorderingen kunnen zijn voortgevloeid uit wettelijke heffingen, vorderingen van eerder gedane voorwaardelijke uitgaven en vorderingen uit verkoop of dienstverlening.

Vanaf verantwoordingsjaar 2017 worden de vorderingen met betrekking tot de zorgtoeslag niet meer opgenomen in de saldibalans van het Ministerie van Financiën maar verwerkt in de saldibalans van VWS (budgettair verantwoordelijke departement). Het totaal aan vorderingen zorgtoeslag bedraagt € 342,8 miljoen.

Tabel 53 Vorderingen naar ouderdom (zorgtoeslag) (bedragen x € 1.000)

Toeslagjaar

Openstaand 1-1-2020

Ingestelde vorderingen

Ontvangsten

Afboekingen

Openstaand 31-12-2020

      

t/m 2017

175.852

14.930

73.014

12.424

105.344

2018

113.592

91.641

135.007

2.344

67.882

2019

70.807

285.203

234.574

2.518

118.918

2020

0

155.608

104.583

415

50.610

Totaal

360.251

547.382

547.178

17.701

342.754

Tabel 54 Openstaande vorderingen naar ontstaansjaar (exclusief zorgtoeslag) (bedragen x € 1.000)
     

t/m 2017

   

41.499

2018

   

3.797

2019

   

5.189

2020

   

117.099

Totaal

   

167.584

Het vorderingensaldo van € 167,6 miljoen betreft vorderingen en bestaat uit:

  • vorderingen voor een bedrag van € 81,7 miljoen voornamelijk in verband met afgerekende subsidie-voorschotten;

  • vordering uit hoofde van een geëffectueerde aanspraak op een garantie van € 21,6 miljoen. Een civielrechtelijke procedure door de Landsadvocaat loopt, naar verwachting zal het grootste gedeelte van deze vordering niet te verhalen zijn;

  • vordering in verband met een terugbetalingsplicht van de voorfinanciering uitbreiding lab capaciteit van € 23,9 miljoen;

  • vorderingen met betrekking tot het innen van opgelegde bestuurlijke boetes uit hoofde van de Warenwet, Drank- en Horecawet, Tabakswet van € 4,4 miljoen en Geneesmiddelenwet en Wet BIG van € 7,4 miljoen;

  • vordering voor de lening van € 6,0 miljoen aan Sanquin Holding BV;

  • vordering van € 8,0 miljoen in verband met een lening aan Stichting Voorbereiding Pallas;

  • de op termijn opeisbare vorderingen van € 14,6 miljoen. Deze zijn hierna toegelicht.

Tabel 55 Opeisbaarheid van de vorderingen (inclusief zorgtoeslag) (bedragen x € 1.000)
     

Direct opeisbaar

   

495.740

Op termijn opeisbaar

   

14.597

Geconditioneerd

   

0

Totaal

   

510.337

  • een vordering die op termijn opeisbaar is, betreft een vordering van € 9,2 miljoen met betrekking tot correctie aansluitverschil AFBZ bij het CAK. Dit bedrag zal met ingang van het jaar 2019 tot en met 2025 met gelijke bedragen van € 2,3 miljoen worden verlaagd. In 2020 is een bedrag van € 2,3 ontvangen;

  • een vordering die op termijn opeisbaar is, betreft en lening uit 2008 van

    € 3,2 miljoen aan de NZa waarbij jaarlijks een bedrag van 0,2 miljoen wordt afgelost. De stand per 31-12-2020 was € 0,4 miljoen;

  • een vordering die op termijn opeisbaar is, betreft een vordering van € 5,0 miljoen van PD-ALT (onderdeel VWS) op de eigenaar van het RIVM terrein (PSP). Deze wordt verrekend met toekomstige verplichtingen rondom het schoon opleveren van het terrein (na verhuizing RIVM naar de nieuwbouw) aan PSP.

ad 11 en 11a) Schulden

Schulden zijn voortgekomen uit ontvangsten ten gunste van de begroting. Het Ministerie van VWS heeft geen schulden.

ad 12 en 12a) Voorschotten

Onder de post voorschotten zijn per saldo de bedragen opgenomen die aan derden zijn betaald vooruitlopend op later definitief vast te stellen of af te rekenen bedragen.

Vanaf verantwoordingsjaar 2017 worden de voorschotten met betrekking tot de toeslagregeling zorgtoeslag niet meer opgenomen in de saldibalans van het Ministerie van Financiën, maar verwerkt in de saldibalans van VWS (budgettair verantwoordelijk departement). De uitgaven die hiermee samenhangen zijn verantwoord onder de post uitgaven van artikel 8. In de onderstaande specificaties worden de openstaande voorschotten van het Ministerie verantwoord naar ouderdom, artikel en instrument.

Tabel 56 Voorschotten naar ouderdom (exclusief zorgtoeslag) (bedragen x € 1.000)
  

Saldo 1-1-2020

Verstrekt

Afgerekend

Openstaand 31-12-2020

      

t/m 2017

 

559.200

0

220.683

338.517

2018

 

735.117

0

358.246

376.871

2019

 

2.967.551

0

1.583.637

1.383.914

2020

 

0

7.473.703

297.741

7.175.962

Totaal

 

4.261.868

7.473.703

2.460.307

9.275.264

Tabel 57 Voorschotten naar ouderdom (zorgtoeslag) (bedragen x € 1.000)

Toeslagjaar

 

Saldo 1-1-2020

Verstrekt

Afgerekend

Openstaand 31-12-2020

      

t/m 2017

 

31.986

0

27.318

4.668

2018

 

390.153

0

353.680

36.473

2019

 

4.881.989

84.454

4.617.770

348.673

2020

 

460.416

4.703.955

0

5.164.371

2021

 

0

463.503

0

463.503

Totaal

 

5.764.544

5.251.912

4.998.768

6.017.688

In de onderstaande tabel is het saldo van de openstaande voorschotten per instrument op artikelniveau groter dan € 50,0 miljoen weergegeven.

Tabel 58 Openstaande voorschotten per instrument op artikelniveau (bedragen x € 1.000)

Art

Omschrijving

Instrument

31-12-2020

1

Volksgezondheid

Bijdrage aan agentschappen

749.767

  

Bijdrage aan medeoverheden

214.810

  

Bijdragen aan ZBO’s en RWT’s

251.728

  

Opdrachten

539.214

  

Subsidies

615.030

2

Curatieve Zorg

Bekostiging

91.618

  

Bijdragen aan agentschappen

67.300

  

Opdrachten

1.081.878

  

Subsidies

386.953

3

Langdurige zorg en ondersteuning

Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s

154.699

  

Opdrachten

53.268

  

Subsidies

361.514

4

Zorgbreed beleid

Bekostiging

269.957

  

Bijdrage aan agentschappen

90.180

  

Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s

378.588

  

Subsidies

2.841.873

5

Jeugd

Subsidies

123.390

6

Sport en bewegen

Bijdragen aan medeoverheden

256.809

  

Subsidies

227.396

7

Oorlogsgetroffenen en Herinnering Wereldoorlog II

Inkomensoverdrachten

209.029

8

Tegemoetkoming specifieke kosten

Inkomensoverdrachten

6.017.689

9

Bijdrage aan (int.)nationale organisaties

 

100.001

Voorschotten groter dan € 100,0 miljoen zijn hieronder toegelicht:

Artikel 1 Volksgezondheid

De openstaande voorschotten hebben met name betrekking op bijdragen aan het RIVM (€ 650,6 miljoen), Zorgonderzoek Nederland (€ 251,7 miljoen) en Stichting Nationaal Programma Griep (€ 100,9 miljoen) en opdrachten aan Mediq Nederland BV (256,5 miljoen) .

Artikel 2 Curatieve Zorg

De openstaande voorschotten hebben betrekking op opdrachten aan Mediq Nederland BV (€ 993,5 miljoen).

Artikel 4 Zorgbreed beleid

De openstaande voorschotten hebben met name betrekking op bijdragen aan het CAK (€ 250,7 miljoen), subsidies aan de Coöperatief Samenwerkende Regio’s (€ 162,9 miljoen) en bekostiging van RCN Zorgcontracten ZICN voor verschillende organisaties (€ 264,4 miljoen).

Artikel 6 Sport

De openstaande voorschotten hebben met name betrekking op subsidies aan het NOC*NSF (€ 109,4 miljoen).

Artikel 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering Wereldoorlog II

De openstaande voorschotten op dit artikel hebben betrekking op de wetten Wereldoorlog II aan de Sociale Verzekeringsbank (€ 207,6 miljoen).

Artikel 8 Tegemoetkoming specifieke kosten

De openstaande voorschotten op dit artikel hebben grotendeels betrekking op de zorgtoeslag (€ 6.017,7 miljoen).

ad 13 en 13a) Garantieverplichtingen

Onder deze post is het saldo van de garantieverplichtingen opgenomen. Een garantieverplichting wordt gezien als een voorwaardelijke financiële verplichting aan een derde, die pas tot uitbetaling komt als zich bij de wederpartij een bepaalde omstandigheid (realisatie van een risico) voordoet. Een verschil tussen een garantieverplichting en een andere verplichting is dat de hoofdsom van een garantie veelal niet of slechts gedeeltelijk tot uitbetaling zal komen.

In de onderstaande tabel is het verloop van de uitstaande garantieverplichtingen weergegeven. De uitstaande garantieverplichtingen worden in het beleidsverslag verder toegelicht.

Tabel 59 Verloop van de uitstaande garantieverplichtingen (bedragen x € 1.000)
  

Stand per 1 januari 2020

924.063

Aanpassing beginstand in verband met de doorlichting van de leningsgegevens door het waarborgfonds voor de Zorgsector

0

Verleende garanties in het verslagjaar

180

Verleende garanties in het verslagjaar als gevolg van herfinanciering

0

Vervallen garanties in het verslagjaar

60.481

Vervallen garanties in het verslagjaar als gevolg van herfinancieringen

0

Stand per 31 december 2020

863.761

Het feitelijk risico van de garantieverplichtingen wordt gevormd door de som van de schuldrestanten van leningen die instellingen met een garantie hebben afgesloten. Het feitelijk risico –welke in de saldibalans tot uiting komt- is in de onderstaande tabel weergegeven.

Tabel 60 Verloop van het feitelijk risico van de garantieverplichtingen op basis van de schuldrestant van de leningen (bedragen x € 1.000)

Stand per 1 januari 2020

263.587

Aanpassing beginstand in verband met de doorlichting van de leningsgegevens door het waarborgfonds voor de Zorgsector en correcties op voorgaande jaren die nog niet waren verwerkt.

0

Stortingen in het verslagjaar (inclusief herfinancieringen)

180

Aflossingen in het verslagjaar (inclusief herfinancieringen)

39.625

Stand per 31 december 2020

224.142

Daarnaast is sprake van een garantiestelling voor een lening aan NRG Petten van 22,6 miljoen.

Tabel 61 Verloop van het feitelijk risico van de garantieverplichtingen NRG Petten op basis van de schuldrestant van de leningen (bedragen x € 1.000)
  

Stand per 1 januari 2020

22.624

Stortingen in het verslagjaar

Aflossingen / afboekingen in het verslagjaar

0

Stand per 31 december 2020

22.624

Verder zijn er garantieverplichtingen voor COVID-19 maatregelen

Tabel 62 Verloop van het feitelijk risico van de garantieverplichtingen COVID-19 maatregelen (bedragen x € 1.000)

Stand per 1 januari 2020

0

Stortingen in het verslagjaar

583.8961

Aflossingen/afboekingen in het verslagjaar

1.288

Stand per 31 december 2020

582.608

1

Totale verplichting m.b.t testkits is €259.482 inclusief btw, ivm verwachte vrijstelling van btw van €45.034 komt het bedrag lager uit op €214.448

De Staat is in 2020 een aantal principeovereenkomsten aangegaan met verschillende leveranciers voor zogeheten polymerase chain reactiontests (hierna PCR). Het betreft garantstellingen van VWS zodat GGD-en de afgenomen testmonsters kunnen sturen naar gecontracteerde laboratoria. De leveranciers garanderen beschikbaarheid van een afgesproken hoeveelheid tests per dag. De storting betreft de aangegane verplichtingen voor een bedrag van € 392,1 miljoen.

Voor de contracten met een drietal vaccinleveranciers zijn garantieverplichtingen aangegaan van totaal € 171,4 miljoen.

Met de garantieregeling Landelijk Consortium Hulpmiddelen (Mediq) is beoogd de inkoop van medische hulpmiddelen (waaronder mondkapjes en andere beschermingsmaterialen) te borgen (geen garantiebedrag vermeld) en met de garantieregeling met de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers (NVZA) wordt beoogd om de aankoop van geneesmiddelen, grondstoffen en andere geneeskundige middelen voor de gezondheidszorg gerelateerd aan de behandeling van COVID-19 patiënten te borgen (garantie maximaal € 20,4 miljoen; afgelost €1,3 miljoen).

ad 14 en 14a) Andere verplichtingen

De post openstaande verplichtingen vormt het saldo van de aangegane verplichtingen, hierop verrichte betalingen en negatieve bijstellingen van in eerdere begrotingsjaren aangegane verplichtingen.

Tabel 63 Verloop van de andere verplichtingen (bedragen x € 1.000)
  

Stand per 1 januari 2020

13.101.131

Aangegane verplichtingen

34.388.025

Tot betaling gekomen verplichtingen

27.249.828

Stand per 31 december 2020

20.239.328

In de onderstaande tabel is het saldo van de openstaande verplichtingen per instrument op artikelniveau groter dan € 50,0 miljoen weergegeven.

Tabel 64 Andere verplichtingen per instrument op artikelniveau (bedragen x € 1.000)

Art

Omschrijving

Instrument

31-12-2020

1

Volksgezondheid

Bijdrage aan agentschappen

1.279.318

  

Bijdrage aan medeoverheden

130.652

  

Bijdrage aan ZBO’s en RW

1.075.265

  

Opdrachten

961.866

  

Subsidies

691.659

2

Curatieve Zorg

Bekostiging

2.833.643

  

Opdrachten

263.327

  

Subsidies

289.206

3

Langdurige zorg en ondersteuning

Bekostiging

10.889.200

  

Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s

120.640

  

Subsidies

190.864

4

Zorgbreed beleid

Bekostiging

127.759

  

Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s

245.110

  

Subsidies

494.509

5

Jeugd

Subsidies

58.911

6

Sport

Subsidies

93.926

7

Oorlogsgetroffenen

Inkomensoverdrachten

197.800

Er zijn in 2020 twee omvangrijke negatieve bijstellingen van eerder aangegane verplichtingen geweest, hierbij is een grens gehanteerd van € 25 miljoen voor de beleidsartikelen en 10% voor het apparaatsartikel met een minimum van € 1 miljoen. Het betreft de BIKK vanwege ramingsbijstelling naar aanleiding van CEP 2020 en MEV 2021 (€ 25,3 miljoen). Verder is door de coronacrisis vertraging opgetreden in programma's die door ZonMw worden uitgevoerd, daarom is deze verplichting negatief bijgesteld (€ 32,3 miljoen). De hiermee gemoeide middelen schuiven daarom door naar latere jaren. Tevens zijn middelen voor de uitvoering van de Maatschappelijke Diensttijd (€ 10,8 miljoen) overgeboekt naar artikel 4 Zorgbreed beleid. Naast enkele budgetverhogingen zoals bij de programma’s Zorg voor Innoveren en tegen eenzaamheid is additioneel budget toegevoegd in het kader van de bestrijding van de COVID-19 uitbraak voor een actie- en onderzoeksprogramma gericht op mitigatie van zowel de effecten van de coronapandemie als de effecten van de maatregelen tegen de pandemie en een urgent onderzoek BCG-vaccinatie kwetsbare ouderen.

Openstaande verplichtingen groter dan € 100,0 miljoen zijn hieronder toegelicht:

Artikel 1 Volksgezondheid

De openstaande verplichtingen op dit artikel hebben met name betrekking op bijdragen aan het RIVM in het kader van bevolkingsonderzoeken, vaccinaties en Covid-19 (€ 1.170,5 miljoen). Bijdragen aan NVWA (€ 105,6 miljoen) en ZonMw (€ 1.075,3 miljoen). Verder hebben de openstaande verplichtingen van dit artikel betrekking op opdrachten aan het RIVM waarbij het RIVM een kassiersfunctie heeft namens VWS (€ 403,2 miljoen), Stichting projectbureau publieke gezondheid (€ 116,7 miljoen) en Mediq Nederland BV (€ 139,6 miljoen).

Artikel 2 Curatieve Zorg

De openstaande verplichtingen op dit artikel hebben betrekking op Rijksbijdrage tot 18 jaar (€ 2.796,5 miljoen) en opdrachten aan Mediq Nederland BV (€ 165,5 miljoen).

Artikel 3 Langdurige zorg en ondersteuning

De openstaande verplichtingen op dit artikel hebben betrekking op bijdrage kosten in kortingen (€ 4.039,2 miljoen) en Rijksbijdrage Wlz (€ 6.850,0 miljoen).

Artikel 4 Zorgbreed beleid

De openstaande verplichtingen op dit artikel hebben grotendeels betrekking op de bijdragen aan CAK (€ 110,7 miljoen), subsidie aan Coöperatief Samenwerkende Regio’s (€ 265,2 miljoen) en bekostiging van RCN Zorgcontracten ZICN voor verschillende organisaties (€ 127,6 miljoen).

Artikel 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering Wereldoorlog II

De openstaande verplichtingen op dit artikel hebben betrekking op de uitkeringslasten aan de Sociale Verzekeringsbank (€ 197,8 miljoen).

Algemene Kas van de ZFW

Tabel 65 Verloopstaat (bedragen x €1.000)
  

Vorderingen:

 

Stand vorderingen per 01-01-2020

72

Ontvangen van internationale verdragspartners

72

Stand vorderingen per 31-12-2020

0

  

Schulden:

 

Stand schulden per 01-01-2020

269

Betaalde UWV premies aan Zorginstituut Nederland (ZiNL)

269

Stand schulden per 31-12-2020

0

Het bedrag van de vorderingen per 31-12-2020 bedraagt € 0,= en het bedrag van de schuld bedraagt € 0,-. VWS heeft het saldo in 2020 met het Zorgverzekeringsfonds verrekend.

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Achterborg

Het Ministerie van VWS is achterborg voor het Waarborgfonds voor de Zorgsector (WFZ). Het totaalbedrag aan uitstaande verplichtingen is, volgens informatie van het WFZ, € 6.513,6 miljoen. Dit bedrag is de uitstaande restschuld per 2020. VWS staat daadwerkelijk borg, indien het risicovermogen van het WFZ en de obligoverplichting van 3% van het restant geborgde leningen van de deelnemers tezamen niet voldoende is om het WFZ aan zijn verplichtingen jegens geldgevers te laten voldoen. Via renteloze leningen van VWS aan het WFZ wordt in die situatie invulling gegeven aan het borg staan.

Garantie Ondernemingsfinanciering Cure

De tijdelijke regeling Garantie Ondernemingsfinanciering Curatieve Zorg (GO Cure) is in het kader van de kredietcrisis ingesteld om de bouw in de gezondheidszorg te stimuleren. Ziekenhuizen, categorale instellingen, geestelijke gezondheidszorg en zelfstandige behandelcentra hebben tot en met 2012 gebruik kunnen maken van de regeling. Bij de Go cure heeft de overheid garanties verstrekt voor 50% van een nieuwe banklening vanaf € 1,5 tot € 50,0 miljoen, met een maximale looptijd van 8 jaar. Voor de gedeeltelijke garantie van de overheid betalen de banken een kostendekkende provisie aan de staat. Vanwege het beperkte beroep op de regeling is voor 2014 geen garantieplafond beschikbaar gesteld. De verstrekte garanties lopen af in 2020.

Per 31 december 2020 bedraagt de omvang van de verstrekte garanties € 0,-.

Tabel 66 overzicht verstrekte garantie (bedragen x € 1.000)

Artikel

Omschrijving

Uitstaande garanties 2019

Verleend 2020

Vervallen 2020

Uitstaande garanties 2020

Garantieplafond

Totaal plafond

Totaalstand risicovoorziening

Artikel 2. Curatieve zorg

GO Cure

1.633

0

1.633

0

0

0

0

Totaal

 

1.633

0

1.633

0

0

0

0

Lopende geschillen

De afwikkeling van bezwaren van een aantal ziekenhuizen tegen de subsidieregeling opschaling curatieve zorg COVID-19 heeft mogelijk financiële gevolgen. We gaan er vooralsnog vanuit dat daarmee maximaal € 17,0 miljoen is gemoeid in 2021 en € 8,5 miljoen in 2022. De lopende juridische geschillen hebben een mogelijke financiële impact van circa € 13,0 miljoen.

BTW risico

Om in aanmerking te komen voor vrijstelling van invoerrechten en BTW voor de aanschaf van persoonlijke beschermingsmiddelen in verband met de uitbraak van Covid-19 dient VWS de ingevoerde goederen gratis of tegen kostprijs ter beschikking te stellen aan de zorg of andere onderdelen van de Rijksoverheid. De huidige vergunning loopt t/m 30 april 2021. Indien VWS niet voldoet aan deze voorwaarde dient VWS alsnog de BTW aan de Belastingdienst af te dragen. Het ingeschatte BTW risico bedraagt circa € 7,3 miljoen exclusief rente en eventuele boete.

Risico invoerrechten

Mediq Nederland BV heeft namens VWS persoonlijke beschermingsmiddelen aangeschaft en heeft hierbij gebruik gemaakt van een douanevergunning, zodat geen BTW of invoerrechten verschuldigd zijn. Een van de vergunningsvoorwaarden is dat de ingevoerde goederen gratis of tegen kostprijs ter beschikking gesteld worden aan de zorg. Deze vergunning loopt t/m 30 april 2021. In de garantieovereenkomst Mediq-VWS is VWS verantwoordelijk voor de fiscale risico’s. Het totale geschatte bedrag aan douanerechten bedraagt € 63 ‒ 65 mln. Dit is exclusief rente en eventuele boete.

ad 15 en 15a) Deelnemingen

Na het uitbreken van de coronacrisis heeft de minister van VWS besloten de verkoop van Intravacc on hold te zetten. Inmiddels ligt er een politiek besluit (zie Kamerbrief van minister MZS van 17 december 2020 1794779-215500-BPZ) om Intravacc voorlopig onder te brengen in een beleidsdeelneming waarbij alle aandelen in handen van de Staat blijven. De coronapandemie en de extra noodzaak van het borgen van publieke belangen rond vaccinontwikkeling, was aanleiding om de definitieve verkoop uit te stellen en de BV voorlopig in handen van de Staat te houden. Per 1 januari 2021 is de Intravacc BV operationeel en de intentie blijft om Intravacc op afstand te plaatsen mét behoud van de borging van de publieke belangen, maar hier wordt eind 2021 door het volgende kabinet een nadere afweging over gemaakt. Per 31 december 2020 vertegenwoordigt Intravacc BV geen waarde.

Licence