Base description which applies to whole site

ARTIKEL 9. ARBEIDSMARKT- EN PERSONEELSBELEID

Artikel

Algemene doelstelling

De kwaliteit van het onderwijs wordt gewaarborgd door de beschikbaarheid van voldoende personeel van voldoende kwaliteit voor alle onderwijsdeelnemers.

Rol en verantwoordelijkheid

De minister is verantwoordelijk voor een onderwijsstelsel dat zodanig functioneert dat het onderwijs aansluit bij de talenten en ambities van individuele leerlingen/studenten en bij de behoefte van de maatschappij. De leraar en de schoolleider zijn daarbij cruciaal.

Regisseren: De minister draagt verantwoordelijkheid voor het borgen van de onderwijskwaliteit van scholen. Om deze verantwoordelijkheid waar te maken levert zij een bijdrage aan het zorgen van voldoende docenten van voldoende kwaliteit. Zij doet dat door wetten en regels uit te vaardigen voor goed bestuur, door een dialoog te voeren met en toezicht te houden op belanghebbenden, en zo nodig actief regie te voeren.

Stimuleren: De minister is verantwoordelijk voor de uitvoering van directe stimuleringsmaatregelen ten behoeve van de ontwikkeling van de kwaliteit en professionaliteit van docenten en het bijdragen aan een aantrekkelijk beroep. Dit door middel van het in 2007 uitgebrachte actieplan «LeerKracht van Nederland» (kamerstuk 27 923, nr. 45) en het in mei 2011 uitgebrachte actieplan «Leraar 2020, een krachtig beroep»! (kamerstuk 32 500 VIII, nr. 176) en de op basis daarvan met belanghebbenden afgesloten convenanten en bestuursakkoorden.

Financieren: De minister draagt bij aan het lerarenbeleid op scholen door het financieren van de onderwijssectoren voor een betere beloning van docenten en van projecten op het gebied van arbeidsmarkt- en personeelsbeleid. Dit via aanvullende bekostiging, subsidies en opdrachten.

Indicatoren/kengetallen

Indicatoren voor het arbeidsmarkt- en personeelsbeleid worden beschreven in Trends in Beeld 2012.

Begrotingsakkoord

Beleidswijzigingen

De gevolgen van het Begrotingsakkoord 2013 voor artikel 9 worden toegelicht in de beleidsagenda en het algemene deel van het verdiepingshoofdstuk.

Budgettaire gevolgen van beleid en budgetflexibiliteit

Tabel 9.1 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 9 (bedragen x € 1 000)
   

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

Verplichtingen1

310 054

322 827

422 534

471 660

509 688

652 240

799 548

Totale uitgaven1

270 983

322 827

422 534

471 660

509 688

652 240

799 548

Waarvan juridisch verplicht

   

92%

       
               

Bekostiging

113 636

126 967

219 104

287 511

328 174

477 962

630 990

Hoofdbekostiging

0

0

64 835

129 932

170 525

198 403

350 241

 

Beloning LeerKracht lumpsum po/vo/bve

0

0

64 835

129 932

170 525

198 403

350 241

Prestatiebox

0

21 640

34 140

37 240

37 240

158 100

158 100

 

Professionalisering po/vo/bve

0

21 640

34 140

37 240

37 240

158 100

158 100

Aanvullende bekostiging

113 636

105 327

120 129

120 339

120 409

121 459

122 649

 

Functiemix VO Randstadregio's

52 140

52 496

61 152

61 152

61 152

61 152

61 152

 

Salarismix MBO Randstadregio's

34 787

34 851

40 997

40 997

40 997

40 997

40 997

 

Tegemoetkoming kosten opleidingsscholen

13 080

17 980

17 980

18 190

18 260

19 310

20 500

 

Loonkosten Onderwijsondersteunend personeel

13 629

0

0

0

0

0

0

               

Subsidies

142 767

177 679

185 331

166 104

163 576

156 466

150 751

 

Lerarenbeurs/zij-instroom

87 432

87 327

106 527

106 527

106 527

109 727

107 327

 

Prestatiebeloning

0

10 000

0

0

0

0

0

 

Stimuleren regionale samenwerkingsverbanden pabo’s en schoolbesturen

0

0

11 500

0

0

0

0

 

Verankering academische opleidingsschool

660

2 520

2 520

2 310

2 240

1 190

0

 

InnovatieImpuls Onderwijs

7 416

4 559

3 791

1 872

0

0

0

 

Stimulering Krachtig meesterschap

3 543

2 100

0

0

0

0

0

 

Educatieve minor

648

2 616

0

0

0

0

0

 

Afstemming onderwijsarbeids-arkt vo

6 248

4 213

0

0

0

0

0

 

G.O.- en vakbondsfaciliteiten po

5 465

5 488

5 488

5 488

5 488

5 488

5 488

 

Arbeidsmarkt-/kennisactiviteiten po

2 209

2 230

2 230

2 230

2 230

2 230

2 230

 

Onderwijscoöperatie

2 900

2 900

2 930

2 930

2 930

2 930

2 930

 

Open Universiteit (LOOK)

7 780

6 370

3 930

3 930

3 930

3 930

3 930

 

Promotiebeurs voor leraren

1 200

2 300

7 700

8 000

6 800

6 500

6 500

 

Projecten professionalisering

0

13 910

12 370

12 290

12 710

4 775

4 775

 

Projecten regionale arbeidsmarktproblematiek

0

2 000

4 000

6 000

6 000

6 000

6 000

 

Overige projecten

17 266

29 146

22 345

14 527

14 721

13 696

11 571

               

Opdrachten

3 656

3 910

3 864

3 940

3 940

3 940

3 940

 

Onderzoek, ramingen en communicatie

3 656

3 910

3 864

3 940

3 940

3 940

3 940

               

Bijdrage aan baten/lasten

diensten

3 072

6 338

6 302

6 172

6 065

5 939

5 934

 

Uitvoeringsorganisatie DUO

3 072

6 338

6 302

6 172

6 065

5 939

5 934

               

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

7 852

7 933

7 933

7 933

7 933

7 933

7 933

 

Stichting Vervangingsfonds/Bedrijfsgezondheid

7 852

7 933

7 933

7 933

7 933

7 933

7 933

Ontvangsten

5 216

 

 

 

 

 

 

1

De bedragen zijn exclusief apparaatsuitgaven. Deze zijn opgenomen in de tabel budgettaire gevolgen van beleid in artikel 95 Apparaatskosten. Hierdoor wijken de totale uitgaven voor 2011 af van het jaarverslag 2011.

Hoofdbekostiging

Toelichting op de instrumenten

Beloning LeerKracht lumpsum

De investeringen in beloning van het onderwijspersoneel, ter verbetering van de arbeidsmarktpositie, voorvloeiend uit de convenanten LeerKracht van Nederland worden doorgezet. In totaal is in 2013 € 544 miljoen aan beloningsmaatregelen beschikbaar dat aan de lumpsum van de instellingen voor po, vo, mbo en ho wordt toegevoegd. Van dit bedrag is € 481 miljoen naar de onderwijssectoren overgeboekt (respectievelijk artikel 1 voor po, artikel 3 voor vo, artikel 4 voor mbo en artikel 6 voor ho).

Prestatiebox

Professionalisering po, vo en mbo

Voor de verdere verbetering van de professionele kwaliteit van leraren en schoolleiders in het po, vo en mbo worden in 2012 tot en met 2015 jaarlijks extra middelen ter beschikking gesteld. Hierover zijn afspraken gemaakt in de met de sectorraden afgesloten Bestuursakkoorden. De middelen voor po (in 2013 € 70,1 miljoen) en vo (in 2013 € 42 miljoen) zijn naar de sectoren overgeboekt en opgenomen in de prestatieboxen van die sectoren. De middelen voor het mbo (in 2013 € 34,1 miljoen, dit is inclusief de vanuit het Begrotingsakkoord 2013 toegevoegde middelen van € 14 miljoen) worden via een afzonderlijke subsidieregeling aan de sector ter beschikking gesteld.

Aanvullende bekostiging

Functiemix vo/Salarismix mbo Randstadregio’s

In de sectoren vo en mbo zijn aanvullend op de in de lumpsum op te nemen beloningsmaatregelen afspraken gemaakt over de versterking van de functie-/salarismix in de zogenaamde Randstadregio’s. Hier kennen scholen een grotere beloningsachterstand ten opzichte van de marktsector, een grotere arbeidsmarktproblematiek en (een optelsom) van grootstedelijke problemen. De middelen worden op grond van een ministeriële regeling in aanvulling op de lumpsum verstrekt aan instellingen in deze regio’s.

Tegemoetkoming kosten opleidingsscholen

Om de samenwerking tussen lerarenopleidingen en het afnemend veld te verbeteren zijn 56 opleidingsscholen (samenwerkingsverbanden van één of meer lerarenopleidingen met één of meer scholen voor po, vo en mbo) erkend. Zij ontvangen jaarlijks aanvullende bekostiging om gezamenlijk leraren op de werkplek op te leiden.

Subsidies

Lerarenbeurs/zij-instroom

De lerarenbeurs – voor zowel opleidingskosten als de vervangingskosten tijdens het studieverlof – wordt ingezet voor geaccrediteerde bachelor- en masteropleidingen ter verkrijging van hogere kwalificaties voor leraren in het po, vo, mbo en ho. In 2013 is circa € 48 miljoen beschikbaar voor nieuwe beurzen, waarmee aan ruim 5 000 leraren een beurs kan worden toegekend. Dit is inclusief de extra beurzen die vanuit het Begrotingsakkoord 2013 voor het vo (structureel 200 extra) en het ho (structureel 700 extra) beschikbaar zijn gekomen.

De zij-instroom voorziet in een subsidie voor de opleiding van onbevoegde zij-instromers in het vo en mbo. Het budget in 2013 bedraagt € 8 miljoen, waarmee voor ruim 400 personen een zij-instroomtraject bekostigd kan worden.

Stimuleren regionale samenwerkingsverbanden pabo’s en schoolbesturen

Om de inhoudelijke aansluiting van de pabo op de behoeften van scholen in het po (afnemend veld) te versterken worden vanuit het Begrotingsakkoord 2013 middelen ingezet voor een subsidieregeling, gericht op de uitvoering van regionale plannen van aanpak.

Verankering academische opleidingsschool

De academische opleidingsschool is een opleidingsschool die het opleiden van leraren verbindt met praktijkgericht onderzoek en schoolontwikkeling. Voor de verdere ontwikkeling en verankering van de academische opleidingsschool ontvangen 35 projecten in de periode 2012–2016 een afzonderlijke aanvullende subsidie. Na afloop hiervan is het de bedoeling deze te integreren in de aanvullende bekostigingsregeling «Tegemoetkoming kosten opleidingsscholen».

InnovatieImpuls Onderwijs

Het doel van dit project, dat doorloopt tot eind 2014, is tweeledig: het implementeren van innovatieve maatregelen in schoolorganisatie po en vo, gericht op verhoging van de arbeidsproductiviteit met behoud van onderwijskwaliteit en zonder verhoging van de werkdruk, en het meten van de effecten van deze maatregelen op de arbeidsproductiviteit.

G.O.- en vakbondsfaciliteiten po

Het bedrag voor de G.O.- en vakbondsfaciliteiten wordt, via de Stichting Financiering Structureel Vakbondsverlof Onderwijs (SFSVO), aan de scholen voor po beschikbaar gesteld voor de vergoeding van de kosten van vervanging van onderwijspersoneel, dat buitengewoon verlof is verleend voor deelname aan georganiseerd overleg en voor het verrichten van overige vakbondswerkzaamheden. De faciliteiten voor de sector po zullen op termijn, gelijk aan die voor de overige sectoren, worden opgenomen in de lumpsum van de instellingen.

Arbeidsmarkt-/kennisactiviteiten po

Met uitzondering van de sector po zijn de sectorale arbeidsmarktmiddelen opgenomen in de lumpsum van de betreffende sectorale instellingen. Voor de sector po zal dit niet eerder geschieden dan 2015, tot die tijd worden de sectorale po-arbeidsmarktmiddelen beschikbaar gesteld aan de door de sociale partners in het po opgerichte Stichting Arbeidsmarktplatform Primair Onderwijs.

Onderwijscoöperatie

De onderwijscoöperatie is van start gegaan op 1 oktober 2011 en wordt gevormd door de grootste onderwijsberoepsverenigingen in Nederland. Het belangrijkste uitgangspunt voor de coöperatie is dat deze van, voor en door de leraar is. Doel is het zorgen voor een krachtige beroepsgroep, met als speerpunten de bekwaamheid van de leraar (waaronder lerarenregister), de professionele ruimte van de leraar en een goed imago van het beroep. Om deze ambities te realiseren en te waarborgen is tussen de onderwijscoöperatie en OCW het Bestuursakkoord Beroepsgroep Leraren 2012–2015 gesloten, waarin ook afspraken zijn gemaakt over het door OCW ter beschikking stellen van financiële middelen.

Open Universiteit (LOOK)

Het Ruud de Moor Centrum gaat sinds medio 2012 verder onder een nieuwe naam: LOOK, Wetenschappelijk Centrum Leraren Onderzoek. Kernactiviteit is het doen van praktijkgericht onderzoek naar het professionaliseren van, voor en door leraren. Leraren doen actief mee aan het onderzoek en reflecteren op onderzoek. Doel is het versterken van de beroepsgroep leraren en daarmee de kwaliteit van het onderwijs als geheel, van wetenschap tot dagelijkse praktijk.

Promotiebeurs voor leraren

Leraren in het po, vo, mbo en ho worden in staat gesteld om onderzoek te verrichten dat uitmondt in een proefschrift. De leraren krijgen, met behoud van salaris, vier jaar lang twee dagen per week vrij om te werken aan onderzoek. Vanuit het Begrotingsakkoord 2013 zijn voor het ho extra middelen (€ 5 miljoen) toegekend, waardoor voor de sector ho structureel 38 extra beurzen kunnen worden toegekend.

Projecten professionalisering

Ten behoeve van de begeleiding/ondersteuning van de instellingen voor po, vo en mbo bij de professionalisering van hun onderwijspersoneel en de borging ervan worden aan School aan Zet en MBO Diensten subsidies verstrekt voor de periode 2012–2015. Ook voor het Leraren- en schoolleidersregister worden middelen beschikbaar gesteld. Tenslotte worden via diverse subsidies projecten en plannen ter versterking van de kwaliteit van de lerarenopleidingen ondersteund.

Projecten regionale arbeidsmarktproblematiek

Via een vraaggestuurde aanpak wordt ondersteuning geboden aan regio’s, die acute knelpunten ervaren of verwachten op de onderwijsarbeidsmarkt. Een raming maakt inzichtelijke hoe deze markt zich regionaal ontwikkelt en welke knelpunten zich voordoen. Op basis hiervan stellen de betrokken besturen in de regio een plan van aanpak op met gerichte en concrete oplossingen voor de korte termijn. Bijvoorbeeld het beperken van de uitstroom uit het beroep of de uitval uit de lerarenopleidingen en het bieden van voldoende stageplaatsen door schoolbesturen.

Overige projecten

In de actieplannen «LeerKracht van Nederland» en «Leraar 2020 – een krachtig beroep!» is de noodzaak onderschreven dat er voldoende en goed opgeleide leraren komen en dat de professionele school, een school met een goed personeel- en opleidingsbeleid, verder ontwikkeld wordt. Daarom worden de komende jaren impulsen, experimenten, pilots en onderzoeken ondersteund naar o.a. het bereiken van nieuwe doelgroepen aan leraren, het personeel- en opleidingsbeleid bij scholen, de verbetering van de begeleiding van startende leraren en de verlichting van werkdruk door een andere organisatie van het onderwijs. Te noemen in dit verband zijn subsidies ten behoeve van de kennisbases en -toetsen, het programma 1e de Klas, het opzetten van een begeleidingsprogramma voor beginnende vo-leraren, de educatieve minor in het wo en uitbreiding kopopleiding in het ho. Ook wordt hieruit het gehele professionaliseringsprogramma voor leraren in Caribisch Nederland bekostigd.

Opdrachten

Onderzoek, ramingen en communicatie

Ter ondersteuning, monitoring en evaluatie van het beleid wordt expertise op het terrein van communicatie, onderzoek en het maken van ramingen aangewend.

Bijdrage aan baten/lastendiensten

DUO

De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) is de uitvoeringsorganisatie van het ministerie van OCW en levert producten en diensten op het terrein van bekostiging van instellingen, financiering van studenten en informatievoorziening. Het betreft het aandeel in de uitvoeringskosten van DUO voor dit begrotingsartikel.

Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s

Stichting Vervangingsfonds/Bedrijfsgezondheid

Via deze subsidie investeert OCW in het arbeidsomstandighedenbeleid, (ziekte) verzuimbeleid en re-integratiebeleid (AVR-taken) in de sector po. Voor de overige sectoren loopt dit via de lumpsumbekostiging.

Artikel

Licence