Base description which applies to whole site

A ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2021 wijzigingen aan te brengen in:

de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties;

de begrotingsstaat voor het BES-fonds.

Op 25 januari 2021 is vanwege de steunmaatregelen in het kader van Covid-19 de eerste incidentele suppletoire begroting 2021 naar de Tweede Kamer verzonden (Kamerstukken II 2020/21, 35712, nr. 1).

Normaliter wordt nieuw beleid in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. Aangezien uitvoering van de spoedeisende maatregelen die in deze tweede incidentele suppletoire begroting zijn opgenomen in het belang van het Rijk zijn, niet kan wachten tot formele autorisatie van beide Kamers der Staten-Generaal, zal het kabinet de uitvoering van de maatregelen starten. Hiermee wordt gehandeld conform lid 2 van artikel 2.27 van de Comptabiliteitswet 2016. Voor de indiening van deze tweede incidentele suppletoire begroting is uw Kamer vooraf geïnformeerd via de volgende Kamerbrieven:

  • «Vervolg voedselhulpprogramma Aruba, Curaçao en Sint Maarten» naar aanleiding van de rijksministerraad van 12 maart 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35 420, nr. 240);

  • «Besluitvorming rijksministerraad 26 maart 2021 inzake liquiditeitsbehoefte ACS tweede kwartaal 2021» (Kamerstukken II 2020/21, 35 420, nr. 245).

Voor de maatregelen voor het BES-fonds wordt in deze tweede incidentele suppletoire begroting geen beroep gedaan op lid 2 van artikel 2.27 van de Comptabiliteitswet 2016. Hierbij zal gewacht worden op formele autorisatie van de Staten-Generaal. Over deze maatregelen is de Kamer geïnformeerd via de volgende Kamerbrief:

  • «Uitbreiding economisch steun- en herstelpakket Caribisch Nederland (noodpakket 4.0)» van 12 februari 2021 (Kamerstukken II, 2020/21, 35 420, nr. 226).

In verband met de spoedeisendheid van de voedselhulpprogramma en de liquiditeitssteun treedt de wet in werking met terugwerkende kracht per de datum waarop de ministerraad akkoord ging met het vervolg op het voedselhulpprogramma.

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Licence