|   Toegankelijkheid1  |    Kwaliteit2  |    Betaalbaarheid  |    Betrokken samenleving  |  |
|---|---|---|---|---|
|   Algemene, levensfase overstijgende thema’s  |    • Ondersteuning van samen beslissen door mensen meer regie te geven over hun gezondheidsgegevens en professionals te laten beschikken over de juiste informatie op het juiste moment  |    • Bijdragen aan een toename van de levensverwachting resp. van de levensverwachting in goed ervaren gezondheid  |    • Houdbare ontwikkeling van de macro zorguitgaven  |    • Voldoende tevreden en goed toegeruste medewerkers  |  
|   • Zorg ook thuis kunnen laten plaatsvinden d.m.v. «e-health»  |    • Lastenreductie door eenmalig registreren en meervoudig gebruik  |    • Een goed werkende en transparante verzekeringsmarkt  |    • Bevorderen van zelf- en samenredzaamheid  |  |
|   • Iedereen die zorg en ondersteuning thuis ontvangt heeft de mogelijkheid om via een beeldscherm 24 uur per dag met een zorgverlener te communiceren  |    • Zorg op de juiste plek en het juiste moment kunnen laten plaatsvinden door informatie op de juiste plek en het juiste moment  |    • Voorkómen van isolement/ eenzaamheid van mensen met gezondheidsproblemen  |  ||
|   Zorg rond de geboorte  |    • Optimale keuzevrijheid voor type bevalling en begeleiding  |    • Voorkomen hoge geboortesterfte  |    • De investering in goede geboortezorg en preventie draagt bij aan voorkomen zware zorg later  |    • Snel herstel in gezinsverband  |  
|   • Goed geïnformeerde keuzes kunnen maken  |    • Perinatale sterfte zo laag mogelijk  |    • Kosteneffectiviteit preventie  |    • Vroegsignalering van medische en sociale problemen  |  |
|   • Een gezond kind op de wereld zetten is voor iedereen betaalbaar  |    • Stimuleren sociale netwerken, sport en bewegen, maatschappelijk en vrijwilligerswerk  |  |||
|   • Mensen herstellen snel en worden ook tijdens ziekteproces in staat gesteld te participeren  |  ||||
|   Gezond blijven  |    • Er is een laagdrempelige ondersteuning naar behoefte  |    • Gezond en veilig opgroeien  |    • Stimuleren maatschappelijke participatie  |  |
|   • Er is goed aanbod van gezondheidsbevordering voor groepen  |    • Het bevorderen van een gezonde leefstijl  |    • Cliënten en naasten ondersteunen om laatste levensfase zo lang mogelijk in of nabij eigen sociale omgeving door te kunnen brengen  |  ||
|   • Aandacht voor voldoende vrijwilligers dat palliatieve zorg verleent  |  ||||
|   Beter worden (acute zorg én niet-acute zorg)  |    • De cliënt centraal: mensen kunnen bij voldoende zorgaanbieders binnen redelijke termijn terecht  |    • Zinnige zorg en therapietrouw  |    • Beheersen zorgkosten per zorgsector  |    • Bevorderen dat mensen met elkaar het gesprek aangaan (omtrent de invulling van de laatste levensfase) met daarin een rol voor patiënten, naasten, vrijwilligers, artsen en andere hulpverleners  |  
|   • Beperken stapeling eigen betalingen  |    • Zorg met zo min mogelijk belasting en zo veel mogelijk resultaat voor patiënt.  |    • Doelmatige inzet van middelen  |  ||
|   • voorkomen van (vermijdbare) complicatie zoals vermijdbare sterfte, onverwacht lange ligduur en heropnamen  |    • Onnodig doorbehandelen voorkomen door goede (kennis over) palliatieve zorg  |  |||
|   • De medicatieveiligheid vergroten  |    • Zorg in de laatste fase is doelmatig georganiseerd  |  |||
|   Leven met een chronische ziekte en beperkingen  |    • De cliënt centraal: mensen kunnen bij voldoende zorgaanbieders binnen redelijke termijn terecht  |    • De medicatieveiligheid te vergroten,  |  ||
|   • Beperken stapeling eigen betalingen  |    • Maatwerk gericht op participatie en zelfredzaamheid  |  |||
|   • Binnen 5 jaar heeft 80% van de chronisch zieken direct toegang tot bepaalde medische gegevens. Van de niet chronisch zieken is dit 40%  |    • Ervaren kwaliteit van leven  |  |||
|   • Van chronisch zieken en kwetsbare ouderen kan 75% binnen 5 jaar zelfstandig metingen uitvoeren  |  ||||
|   Zorg in de laatste fase  |    • De cliënt centraal: mensen kunnen zelf kiezen in welke omgeving zij wensen te overlijden  |    • De wensen van de cliënt (welke zorg en waar) staan centraal op basis van het goede gesprek (samen beslissen).  |  
|   Toegankelijkheid  |    Kwaliteit  |    Betaalbaarheid  |    Betrokken samenleving  |  |
|---|---|---|---|---|
|   Algemene, levensfase overstijgende thema’s  |    • Inzage medische gegevens chronisch zieken  |    • Levensverwachting  |    • Zorguitgaven op macroniveau (BKZ) incl. jaarlijkse groei  |    • Werkgelegenheid in zorg en welzijn  |  
|   • Zelfmeting en telemonitoring  |    • Levensverwachting in goed ervaren gezondheid  |    • Aandeel BBP besteed aan zorg  |    • Opleidingen gediplomeerden mbo, hbo, wo zorg en welzijn  |  |
|   • % Bevolking dat een (zeer) goede gezondheid ervaart  |    • Lasten per volwassene aan zorg  |  |||
|   • Overstappers zorgverzekering  |  ||||
|   • Modelovereenkomsten polismarkt  |  ||||
|   • Wanbetalers zorgverzekering  |  ||||
|   • Percentage collectief verzekerden  |  ||||
|   Zorg rond de geboorte  |    • % Bereik acute verloskunde binnen 45 minuten  |    • Foetale sterfte  |    • Kosten van zorg rond zwangerschap, bevalling en kraambed  |    • % Deelname PSIE (zwangerschapsscreening)  |  
|   • Aantal verloskundigen  |    • Neonatale sterfte  |    • % Vrouwen dat op enig moment in de zwangerschap heeft gerookt  |  ||
|   • Deelname zuigelingen Rijksvaccinatie-programm  |  ||||
|   Gezond blijven  |    • Aantal JOGG-gemeenten (Jongeren op Gezond Gewicht, Nationaal Programma Preventie)  |    • Vaccinatiegraad D(K)TP, BMR en HPV  |    • Uitgaven aan preventie, gezondheidsbescherming en gezondheidsbevordering (VWS-begroting)  |    • % jongeren dat dagelijks sociaal contact heeft met familie resp. vrienden en kennissen  |  
|   • Aantal gezonde sportkantines  |    • % (jongeren) met overgewicht resp. dat rookt resp. alcohol drinkt resp risicovol sociale media gebruikt  |    • % deelname sport en bewegen totaal resp. naar leeftijd  |  ||
|   • Aantal gezonde Scholen  |    • % deelname screeningen  |  |||
|   • Aantal jongeren met jeugdhulp (met/zonder verblijf), -bescherming of -reclassering  |  ||||
|   Beter worden (acute zorg én niet-acute zorg)  |    • Wachttijden: % dat boven Treeknormen zit  |    • Potentieel vermijdbare sterfte  |    • Uitgaven aan zorg per sector (GGZ, eerste lijn, MSZ)  |    • Aantal mantelzorgers  |  
|   • % boven 15 minuten aanrijdtijden ambulances  |    • Zorggerelateerde schade  |    • Gebruik generieke geneesmiddelen extramuraal  |    • Mensen met een lichamelijke beperking die betaald werk hebben  |  |
|   • Percentage met minimaal één keer per jaar contact met de huisarts resp. specialist resp. tandarts  |    • Vermijdbare ziekenhuis-opnamen: aantal opnamen per 100.000 inwoners bij diabetes /astma/COPD/hartfalen [p.j.]  |    • De gemiddelde ligduur in ziekenhuizen  |    • % volwassenen dat zich eenzaam voelt  |  |
|   • Afzien van zorg vanwege de kosten  |    • 5-jaarsoverleving kanker bij baarmoederhals-, resp. borst-, resp. dikke darmkanker)  |    • Wlz-uitgaven en -ontvangsten per sector  |    • % 75-plussers dat zich eenzaam voelt»  |  |
|   • Huisarts betrekt patiënt bij beslissingen / besteedt voldoende tijd aan patiënt / geeft patiënt gelegenheid om vragen te stellen  |  ||||
|   • Zorginfecties in ziekenhuizen  |  ||||
|   Leven met een chronische ziekte en beperkingen  |    • Het aantal personen in zorg bij huisarts voor één resp. twee of meer chronische ziekten  |    • Percentage zorgverleners dat aangeeft dat de kwaliteit van zorg verleend door de eigen afdeling/team niet goed is  |  ||
|   • Aantal mensen met een pgb  |    • Aantal patiënten van 65 jaar of ouder dat vijf of meer geneesmiddelen gebruikt  |  |||
|   • Gebruik zorg met verblijf en gebruik zonder verblijf (wijkverpleging)  |  ||||
|   • Wachtlijst Wlz  |  ||||
|   Zorg in de laatste fase  |    • Aantal meldingen van euthanasie naar locatie  |    • Aantal euthanasieverzoeken aan huisarts  |  ||
|   • Aantal meldingen van euthanasie naar type aandoening  |  ||||
|   • Aantal palliatieve sedaties door huisarts.  |  
Er zijn alleen indicatoren gebruikt die als kerncijfer op www.StaatVenZ.nl zijn opgenomen. Nieuwe kerncijfers op de StaatVenZ kunnen leiden tot nieuwe indicatoren in de VWS-monitor.
|   Toegankelijkheid  |    Betaalbaarheid  |    Kwaliteit  |    Betrokken samenleving  |  |
|---|---|---|---|---|
|   Zorg rond de geboorte  |    Binnen 45 min. vervoerd naar ziekenhuis met acute verloskunde  |    Neonatale sterfte na een zwangerschapsduur van 22 weken  |    Vrouwen die roken tijdens zwangerschap  |  |
|   Indicatorwaarde: 99,8% (2016)  |    Indicatorwaarde: 3,1 per 1.000 (2014)  |    Indicatorwaarde: 8,6% (2015)  |  ||
|   Referentiewaarde: -  |    Referentiewaarde: geen vergelijkbaar internationaal cijfer beschikbaar)  |    Referentiewaarde: 0,9% (is het aandeel onder hoger opgeleiden)  |  ||
|   3-jarige trend: stabiel over de tijd  |    3-jarige trend: stabiel over de tijd  |    3-jarige trend: ongunstige trend  |  ||
|   Gezond blijven  |    Vaccinatiegraad D(K)TP 10-jarigen  |  |||
|   Indicatorwaarde: 92,7% (2013)  |  ||||
|   Referentiewaarde: 90% (de WHO-norm, nodig om groepsimmuniteit te bereiken)  |  ||||
|   3-jarige trend: stabiel over de tijd  |  ||||
|   Beter worden (acute zorg)  |    Ambulanceritten die binnen de 15-minutennorm plaatsvinden  |    30-dagen sterfte na ziekenhuis-opname voor acuut myocardinfarct  |    Heupfracturen die uiterlijk volgende kalenderdag geopereerd worden  |  |
|   Indicatorwaarde: 93,4% (2015)  |    Indicatorwaarde: 7,7% (2013)  |    Indicatorwaarde: 86,8% (2013)  |  ||
|   Referentiewaarde: 95% (wettelijke verplichting bij A1-inzetten)  |    Referentiewaarde: 8,4% (mediaan over de OECD-landen)  |    Referentiewaarde: 70,1% (Mediaan van OECD-landen)  |  ||
|   3-jarige trend: gunstige trend  |    3-jarige trend: gunstige trend  |  |||
|   3-jarige trend: stabiel over de tijd  |  ||||
|   Beter worden (niet acute zorg)  |    Wachttijden behandeling in zieken-huizen langer dan de Treeknorm  |    Mensen die afzien van periodiek mondonderzoek vanwege kosten  |    Ervaren problemen in afstemming tussen eerste en tweede lijn  |    Relatieve 5-jaarsoverleving bij borstkanker  |  
|   Indicatorwaarde: 13,0% (2015)  |    Indicatorwaarde: 1,5% (2014)  |    Indicatorwaarde: 15% (2013)  |    Indicatorwaarde: 85,3% (2014)  |  |
|   Referentiewaarde: 0% (wachttijd moet onder de treeknorm blijven)  |    Referentiewaarde: 3,8% (dit is de mediaan van OECD-landen)  |    Referentiewaarde: 29% (dit is de mediaan van OECD-landen)  |    Referentiewaarde: 85,9% (dit is de mediaan van OECD-landen)  |  |
|   3-jarige trend: stabiel over de tijd  |    3-jarige trend: ongunstige trend  |    3-jarige trend: geen trend beschikbaar  |    3-jarige trend: stabiel over de tijd  |  |
|   Leven met een chronische ziekte en beperkingen  |    Onvoldoende kwaliteit van zorg op de afdeling volgens verpleegkundigen en verzorgenden in de langdurige zorg Indicatorwaarde: 12,5% (2015)  |  |||
|   Referentiewaarde: PM  |  ||||
|   3-jarige trend: stabiel over de tijd  |  ||||
|   Zorg in de laatste fase  |  ||||
|   Indicatorwaarde: 6,0 (2010)  |  ||||
|   Referentiewaarde: 0,0% (Gebruik van alleen morfine als sedativum wordt door de KNMG ontraden)  |  ||||
|   3-jarige trend: gunstige trend  |