De Strategische Evaluatie Agenda (SEA) is in 2021 geïntroduceerd als één van de instrumenten van het herziene Rijksbrede evaluatiestelsel. Met ingang van het Kabinet-Schoof is de SEA op het gebied van Toegang, toelating en opvang vreemdelingen (artikel 37.4), Opvang ontheemden uit Oekraïne (artikel 37.7) en Terugkeerbeleid artikel 37.5) overgeheveld naar de begroting van het Ministerie van Asiel en Migratie In de afgelopen jaren zijn er diverse evaluaties en onderzoeken verricht op deze thema's die in (meerdere of mindere mate) inzicht geven in de (voorwaarden voor) doeltreffendheid en doelmatigheid. Voor het thema Toegang, toelating en opvang vreemdelingen hebben deze inzichten in 2025 input geleverd voor de periodieke rapportage. Voor het thema Terugkeerbeleid geldt dat in 2026 de periodieke rapportage wordt uitgevoerd. Vanaf 2024 heeft AenM een derde thema op de SEA te weten Opvang ontheemden uit Oekraïne.
Thema/Periodieke rapportage | Eerstvolgende Periodieke rapportage | art. |
---|---|---|
Toegang, toelating en opvang vreemdelingen | 2025 | 37.4 |
Terugkeerbeleid | 2026 | 37.5 |
Opvang ontheemden uit Oekraïne | 2027 | 37.7 |
Voor het meest recente overzicht van de realisatie van periodieke rapportages (voorheen beleidsdoorlichtingen) staat op de site Rijksfinanciën.nl. In «Bijlage 3: Uitwerking Strategische Evaluatie Agenda».No section foundzijn alle geplande onderzoeken en evaluaties per beleidsthema nader uitgewerkt. De beleidsthema's op de Strategische Evaluatie Agenda zijn hieronder nader toegelicht.
Artikel 37 - Migratie
De doelstelling van het migratiebeleid is een, op maatschappelijk verantwoorde wijze en in overeenstemming met internationale verplichtingen, gereglementeerde en beheerste toelating tot, verblijf in en vertrek uit Nederland van vreemdelingen, alsmede verkrijging van het Nederlanderschap of de intrekking daarvan. Uitgaande van deze doelstelling omvat de SEA 3 thema’s: Toegang, toelating en opvang vreemdelingen, Opvang ontheemden uit Oekraïne en Terugkeerbeleid.
Toegang, toelating en opvang vreemdelingen
Voor het thema Toegang, toelating en opvang vreemdelingen is gekozen voor een indeling die op hoofdlijnen de verschillende beleidsterreinen binnen het migratiedomein volgt. Deze indeling weerspiegelt een logische samenhang en maakt het mogelijk om ook aandacht te besteden aan beleidsprioriteiten. Daarnaast kan zo per subthema inzichtelijk worden gemaakt wat er al aan kennis is op deze verschillende subthema’s en wat er nog ontbreekt. Via deze thematische indeling is het mogelijk om te kijken hoe alle ketenpartners samenwerken en bijdragen aan het behalen van de verschillende beleids- en ketendoelen en elkaar daarin versterken. Er werken namelijk veel verschillende organisaties samen aan het migratiebeleid.
Om deze redenen is ervoor gekozen om het thema Toegang, toelating en opvang vreemdelingen in te delen in de volgende vijf subthema’s:
1. Behandelen asielverzoeken
2. Asielopvang
3. Reguliere migratie
4. Grensbeheer
5. Overkoepelend
Deze indeling sluit deels aan op de beleidsdoorlichting van 2018. De indeling is iets gewijzigd ten opzichte van de vorige doorlichting door het sub-thema Grensbeheer toe te voegen. Dit weerspiegelt het begrotingsartikel. Daarnaast wordt binnen het subthema reguliere migratie breder gekeken naar de aansluiting van migratiebeleid op de Nederlandse samenleving. Tot slot is de ambitie om binnen alle sub-thema’s expliciet aandacht te besteden aan het perspectief van de migrant en hoe beleid uitpakt voor de mensen om wie het gaat. De subthema’s worden verder uitgewerkt in bijlage 3.
Planning periodieke rapportage
De periodieke rapportage (PR) wordt momenteel uitgevoerd en zal afgerond worden eind 2025, waarna weer een nieuwe cyclus begint. Er is voor dit moment gekozen omdat dit lang genoeg na de laatste beleidsdoorlichting (zeven jaar) is om (veranderingen in) het beleidsdomein en de beleidsimpact te kunnen beoordelen. Mogelijk zullen bij een nieuwe cyclus van de SEA ook de wetsvoorstellen asielnoodmaatregelen en de tweestatusstelsel in werking zijn getreden. Sommige onderzoeken en onderwerpen van deze SEA zullen worden opgenomen in de nieuwe cyclus, aangezien er ook beleidstrajecten zijn die langer doorlopen dan 2025 en nog in ontwikkeling zijn. Alle onderzoeken die voor na 2024 op de SEA staan, zijn onderdeel van de volgende cyclus.
Terugkeerbeleid
Terugkeerbeleid in Nederland is voor een groot deel geregeld in de Europese Terugkeerrichtlijn en verankerd in de Vreemdelingenwet 2000 (Vw) en verder uitgewerkt in het Vreemdelingenbesluit, het Voorschrift Vreemdelingen en de Vreemdelingencirculaire. Het Nederlandse terugkeerbeleid is erop gericht dat personen zonder rechtmatig verblijf Nederland en het Schengengebied verlaten. Personen die moeten terugkeren ontvangen een terugkeerbesluit. Deze gaat vaak gepaard met een vertrekperiode van 28 dagen, waarin de vreemdeling zelfstandig kan terugkeren. Wanneer een vreemdeling hier niet aan meewerkt kan de overheid hem uitzetten (gedwongen terugkeer). Hierbij kan als ultimum remedium vreemdelingenbewaring worden ingezet.
Vreemdelingen zonder rechtmatig verblijf zijn bijvoorbeeld vreemdelingen wiens aanvraag voor een verblijfsvergunning door de IND is afgewezen en de rechter ook het eventueel ingediende (hoger) beroep ongegrond heeft verklaard, of vreemdelingen wiens aflopende verblijfsvergunning door de IND niet wordt verlengd of wordt ingetrokken.
Er is voor gekozen onderzoeken op de SEA thematisch in te delen in vier sub-thema’s: 1 begeleiding & ondersteuning van vreemdelingen bij zelfstandig vertrek, 2 toezichtsmaatregelen met een vrijheidsbeperkend karakter, 3 samenwerking keten & internationaal en 4 overkoepelend (overig onderzoek). Zie bijlage 3 voor de uitwerking van deze subthema's.
De thematische indeling weerspiegelt een logische samenhang en maakt inzichtelijk wat er al aan kennis is en wat er nog ontbreekt. Het terugkeer beleid wordt door verschillende organisaties uitgevoerd. Via deze thematische indeling is het mogelijk om te kijken hoe alle ketenpartners samenwerken en bijdragen aan het behalen van de verschillende beleidsdoelen. De afbakening is daarom niet strikt beperkt tot begrotingsartikel 37.5, maar zou waar relevant ook het werk dat bijvoorbeeld BZ, KMar, AVIM en DJI in het kader van terugkeer doen kunnen omvatten. Daarnaast omvatten de eerste drie subthema’s de belangrijkste elementen die nodig zijn om terugkeerbeleid goed uit te kunnen voeren. Het is belangrijk om te monitoren of het beleid per thema daadwerkelijk doet waarvoor zij is opgesteld.
Planning periodieke rapportage
De periodieke rapportage staat gepland voor 2026. Er is voor dit moment gekozen omdat dit lang genoeg na de laatste beleidsdoorlichting (zeven jaar) is om iets te kunnen zeggen over (veranderingen in ) het beleidsdomein en beleidsimpact. Mogelijk zal de nieuwe Wet terugkeer en vreemdelingenbewaring ook in 2026 in werking zijn getreden. Ook zullen naar verwachting aanbevelingen uit de periodieke Schengenevaluatie en de evaluatie van de interpretatie en implementatie van de Terugkeerrichtlijn (beide afgerond in 2021) opgevolgd zijn.
Opvang ontheemden uit Oekraïne
Als gevolg van de Russische invasie in Oekraïne op 24 februari 2022 vluchtten veel mensen naar de EU. Om dit in goede banen te leiden, activeerde de EU voor het eerst de Richtlijn Tijdelijke Bescherming (RTB). Hiermee hebben ontheemden uit Oekraïne recht op bescherming en opvang. Nu het conflict in Oekraïne voortduurt neemt de noodzaak toe om het tijdelijke karakter van opvang en voorzieningen door te ontwikkelen voor ontheemden uit Oekraïne die op grond van de RTB in Nederland verblijven. Zo bevorderen we de zelfredzaamheid en participatie van ontheemden uit Oekraïne.
De opvang van ontheemden uit Oekraïne is opgenomen onder artikel 37.7 van de Rijksbegroting, maar wordt in de SEA als apart thema behandeld omdat deze doelgroep specifiek onder de RTB wordt opgevangen en voor deze doelgroep ook andere wet- en regelgeving geldt en als gevolg daarvan op andere wijze wordt gefinancierd. Bovendien is de bescherming, en dus ook wet- en regelgeving en bijbehorende financiering, tijdelijk van aard.
Onderzoek naar de opvang van ontheemden uit Oekraïne moet inzicht opleveren in de besteding van door het Rijk beschikbaar gestelde middelen, en gevolgen van het beleid voor de positie van ontheemden uit Oekraïne in de Nederlandse maatschappij op het gebied van o.a. arbeid, zorg en woonsituatie. Deze onderzoeken moet beleidsrelevante inzichten opleveren om lessen te trekken voor, indien aan orde, toekomstige inzet van de RTB en het migratiedomein in den brede. Effectieve besteding van middelen en de gevolgen en van het beleid voor de doelgroep zijn daarbij van wezenlijk belang.