De Strategische Evaluatie Agenda (SEA) laat zien hoe het ministerie van VRO de komende jaren werkt aan het voortbrengen van inzichten over de (voorwaarden voor) de doeltreffendheid en doelmatigheid van ons beleid. Door voldoende (goed) evaluatieonderzoek te programmeren neemt het aantal bruikbare inzichten toe.
Deze onderzoeksprogrammering biedt een overzicht van de geplande ex-ante-, ex-durante- en ex-postevaluaties van beleid. Tevens worden de doeltreffendheid en de doelmatigheid van het gehele beleid binnen de (sub)thema’s eens in de vier tot zeven jaar onderzocht middels een Periodieke rapportage. Ook deze onderzoeken zijn opgenomen in de SEA.
Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken | ||||
---|---|---|---|---|
Periodieke Rapportage: Woningmarkt en woningbouw | Afronding in 2028 | |||
Deel(evaluatie)onderzoeken | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) |
Monitors | ||||
Monitor flex- en transformatiewoningen | Ex durante | 2025 | Te starten | 1.2 |
Monitor financiële en fysieke herplaatsingsgarantie | Ex durante | 2025 | Te starten | 1.2 |
Landelijke monitor voortgang woningbouw | Ex durante | Halfjaarlijks | Lopend | 1.2 |
Monitor Wonen en Mobiliteit | Ex durante | Doorlopend | Lopend | 1.2 |
Monitor projecten met subsidie | Ex durante | Jaarlijks | Lopend | 1.2 |
Staat van de Volkshuisvesting | Ex durante | Jaarlijks | Lopend | 1.2 |
Evaluatie financiële regelingen woningbouwprojecten | ||||
Evaluatie Volkshuisvestingsfonds | Ex post | 2027 | Te starten | 1.2 |
Evaluatie woningbouw Gnephoek | Ex post | 2029 | Te starten | 1.2 |
Evaluatie stimuleringsregeling ontmoetingsruimten in ouderenhuisvesting | Ex durante | 2027 | Te starten | 1.2 |
Evaluatie RHA studentenhuisvesting | Ex durante | 2027 | Te starten | 1.2 |
Evaluatie gemeentelijke ondersteuning voor randvoorwaardelijke gebiedsmaatregelen | Ex durante | 2029 | Te starten | 1.2 |
Tussentijdse evaluatie grootschalige woningbouwgebieden | Ex durante | 2029 | Te starten | 1.2 |
Tussentijdse evaluatie WBI 2.0 | Ex durante | 2028 | Te starten | 1.2 |
Tussentijdse evaluatie realisatiestimulans | Ex durante | 2027 | Te starten | 1.2 |
Overig | ||||
Inzicht in de verwachte ontwikkeling en samenstelling van het aantal Nederlandse huishoudens | Ex ante | Jaarlijks | Lopend | 1.2 |
Inzicht in de verwachte ontwikkeling van het aantal nieuwe woningen in Nederland, de ontwikkeling van woningvoorraad en het woningtekort | Ex ante | Jaarlijks | Lopend | 1.2 |
Evaluatie van anterieure overeenkomsten en exploitatieplannen | Ex durante | 2026 | Lopend | 1.2 |
SEA-thema Woningbouwbeleid
Het woningbouwbeleid is gericht op het realiseren van voldoende, betaalbare en passende woningen. Daarvoor bestaat een langetermijnvisie op de woningbouw, wordt de voortgang gemonitord, wordt er gewerkt aan het invullen van de benodigde randvoorwaarden em wordt er ondersteund met kennis en innovatie. Er wordt daarnaast interdepartementaal overleg gevoerd over woningbouw en er wordt de benodigde (financiële) instrumenten gemaakt en beheerd.
Eerstvolgende periodieke rapportage
Binnen dit SEA-thema wordt toegewerkt naar een periodieke rapportage (PR) in 2028. Dit syntheseonderzoek brengt inzichten uit diverse monitors en evaluaties over de beleidsperiode 2022 tot en met 2028 bij elkaar. Dit met als doel om over het gehele thema uitspraken te kunnen doen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de beleidsvoetafdruk in deze periode.
In de Periodieke Rapportage wordt daarnaast ook gekeken naar de samenhang tussen de financiële regelingen. Voor zover mogelijk wordt er ook gekeken naar de doorwerking van beleid naar gemeenten. Daar moet echter bij opgemerkt worden dat er vanwege de omvang en de uitvoerbaarheid van de PR keuzes gemaakt moeten worden met waar de nadruk op zal liggen.
Eerder afgeronde monitors en evaluaties over deze beleidsperiode zijn terug te vinden in jaarverslagen. Zie voor het laatste jaarverslag: link. Aanvullend op wat reeds is afgerond wordt er voor de komende jaren de evaluaties en monitors geprogrammeerd die hierboven in de tabel zijn opgenomen.
Nieuw opgenomen (deel)evaluaties/monitors
Ten opzichte van de vorige begroting is er een aantal evaluaties opgenomen van recent geïntroduceerde financiële regelingen, zoals de evaluatie van de realisatiestimulans en de evaluatie van WBI 2.0. Ook is er een aantal monitors toegevoegd. Momenteel is de Landelijke Monitor Voortgang Woningbouw (LMVW) in ontwikkeling. Tussen het Rijk, het IPO en de VNG is afgesproken dat de LMVW hét verantwoordings- en sturingsinstrument is voor de monitoring van de woondeals en de nationale bouwdoelstelling. De LMVW bevat alle gemeentelijke woningbouwplannen. De belangrijkste gegevens in de LMVW-data zijn de aantallen woningen per plan uitgesplitst in gepland opleverjaar, de betaalbaarheidsklasses van deze woningen en de locatie van de plannen.
Nadere toelichting
Een groot deel van de uitgaven binnen het woningbouwbeleid gaat naar medeoverheden, met name de gemeenten. Zij kunnen verschillende stimuleringsmiddelen ontvangen voor woningbouwprojecten, zoals de woningbouwimpuls, startbouwimpuls, RHA en versnellen tijdelijke huisvesting. Voor veel van deze regelingen is al een evaluatie gepland. Bij het evalueren van deze regelingen komen uitdagingen kijken zoals werklast en evaluatielast bij medeoverheden en overige instellingen moeten behapbaar blijven.
Hoewel voor enkele regelingen al een evaluatie gepland staat, moeten de regelingen ook in samenhang worden bezien. Een belangrijke evaluatie met betrekking tot deze regelingen zou kunnen zijn hoe deze regelingen op elkaar inwerken en in hoeverre deze regelingen ook effectief zijn in samenhang. Die stap zou kunnen worden gezet tijdens de periodieke evaluatie.
Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken | ||||
---|---|---|---|---|
Periodieke Rapportage: Woningmarkt en woningbouw | Afronding in 2028 | |||
Deel(evaluatie)onderzoeken | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) |
Betaalbaarheid | ||||
Evaluatie leennormen | Ex post | 2025 | Lopend | 1.1 |
Evaluatie differentiatie inkomensgrenzen | Ex post | 2025 | Te starten | 1.1 |
Evaluatie betaalbaarheidsgrens | Ex durante | 2025 | Lopend | 1.1 |
Evaluatie Hypotheek Garantie Bonaire | Ex post | 2025 | Te starten | 1.1 |
Onderzoek Eigenwoningforfait | 2026 | 1.1 | ||
Evaluatie huurbevriezing | 1.1 | |||
Wet maximering huurprijsverhogingen geliberaliseerde huurovereenkomsten (verlengde Wet Nijboer) | 2026 | Te starten | 1.1 | |
Evaluatie NHG-grensmethodiek | Ex post | 2028 | Te starten | 1.1 |
Evaluatie NHG-provisiemethodiek | Ex post | 2029 | Te starten | 1.1 |
Evaluatie fonds betaalbare koopwoningen | Ex post | 2029 | Te starten | 1.1 |
Evaluatie Wet betaalbare huur | Ex post | 2029 | Te starten | 1.1 |
Evaluatie Huurtoeslag | Ex post | 2029 | Te starten | 1.1 |
Toegankelijkheid | ||||
Monitor Investeringscondities | Ex durante | 2025 | Lopend | 1.1 |
Evaluatie Wet versterking regie op de volkshuisvesting | 1.1 | |||
Monitor ouderenhuisvesting | Ex durante | 2025 | Lopend | 1.1 |
Monitor studentenhuisvesting | Ex durante | 2025 | Lopend | 1.1 |
Monitor aandachtsgroepen | Ex durante | 2025 | Lopend | 1.1 |
Evaluatie subsidie Cooplink | Ex post | 2026 | Lopend | 1.1 |
Evaluatie opkoopbescherming | 2026 | Te starten | 1.1 | |
Evaluatie nieuwe Huisvestingswet | Ex post | 2028 | Te starten | 1.1 |
Evaluatie Wet toeristische verhuur | Ex post | 2029 | Te starten | 1.1 |
Evaluatie Wet versterking regie op de volkshuisvesting | 1.1 | |||
Evaluatie fonds wooncoöperaties | Ex post | 2031 | Te starten | 1.1 |
Vraaggerichtheid | ||||
Onderzoek 30-jaars termijn | Ex post | 2025 | Te starten | 1.1 |
Evaluatie Kamerverhuurvrijstelling | 2025 | Lopend | 1.1 | |
Evaluatie convenant NRVT | Ex durante | 2026 | Te starten | 1.1 |
Onderzoek naar gebiedsgerichte aanpak van Leefbaarheid en Veiligheid (Wijkwijzer) | Ex durante | 2026 | Te starten | 1.1 |
Evaluatie wet Goed verhuurderschap | Ex post | 2026 | Te starten | 1.1 |
Evaluatie aanpak woondiscriminatie | Ex post | 2027 | Te starten | 1.1 |
Evaluatie Stimuleringsregelen ontmoetingsruimten ouderenhuisvesting | 2027 | Te starten | 1.1 | |
Evaluatie Doorontwikkeling Woonbase | Ex durante | 2027 | Te starten | 1.1 |
WoonOnderzoek | Ex durante | 2027 | Te starten | 1.1 |
Overig | ||||
Agentschapsdoorlichting Dienst van de Huurcommissie | Agentschapsdoorlichting | 2025 | Lopend | 1.1 |
SEA-thema Woningmarkt
De opgave is om te zorgen dat er voldoende betaalbare, passende woningen zijn, dat de woonkwaliteit eerlijk is verdeeld en dat de woningen duurzaam zijn. Om dit dichterbij te brengen maken we regels en afspraken voor de woningmarkt. Dit gaat bijvoorbeeld om regels over de maximale hoogte van hypotheken, over hoe huurcontracten eruit mogen zien, over wie er voorrang kan krijgen op een betaalbare woning of over hospitaverhuur. Door de onderdelen van het woonbeleid te monitoren en periodiek te evalueren, brengen we een beter functionerende woningmarkt binnen handbereik.
Eerstvolgende periodieke rapportage
Binnen dit SEA-thema wordt toegewerkt naar een periodieke rapportage in 2028. Dit syntheseonderzoek brengt inzichten uit diverse monitors en evaluaties over de beleidsperiode 2022 tot 2028 bij elkaar. Dit met als doel om over het geheel van het thema uitspraken te kunnen doen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de beleidsvoetafdruk in deze periode.
Reeds afgeronde monitors en evaluaties over beleid in deze beleidsperiode zijn terug te vinden in jaarverslagen. Zie voor het laatste jaarverslag: link. Aanvullend op wat reeds is afgerond wordt er voor de komende jaren de evaluaties en monitors geprogrammeerd die hierboven zijn opgenomen in de tabel.
Nieuw opgenomen (deel)evaluaties/monitors
Komende jaren staan er verschillende evaluaties gepland over het beleid op de koopmarkt. Zo wordt er gekeken naar de betaalbaarheidsgrens voor nieuwbouwwoningen, naar transparantie in het koopproces en wordt er gekeken naar de methodieken van de Nationale Hypotheekgarantie. Daarmee werken we aan een goed toegankelijke koopmarkt waarin risico’s voor consumenten beperkt en inzichtelijk blijven. Ook lichten we komende jaren een aantal aspecten van ons huurbeleid door. Het betreft bijvoorbeeld de evaluatie van de kamerverhuurvrijstelling, van de Wet goed verhuurderschap en van de Wet betaalbare huur. Want ook op de huurmarkt werken we zowel aan betaalbaarheid voor huurders als voor toegankelijkheid en goede investeringscondities.
Nadere toelichting
De verschillende doelen van het woonbeleid worden jaarlijks gevolgd aan de hand van verschillende monitors die zijn opgenomen in het overzicht. Jaarlijks wordt de Kamer hierover geïnformeerd in de Staat van de Volkshuisvesting. De thematische insteek van de periodieke rapportage wordt in de volgende SEA vastgesteld. Op basis van de gekozen reikwijdte kan worden afgewogen of specifieke evaluaties nog nodig zijn om goede uitspraken te doen over doeltreffendheid en doelmatigheid. We willen in de toekomst toe naar een beleidsdoelstelling die past bij de huidige opgave op de woningmarkt. Met name zaken als betaalbaarheid, duurzaamheid, en beschikbaarheid staan momenteel al centraal in ons beleid. Op basis hiervan willen we ook de periodieke rapportage in 2028 strategischer inrichten.
Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken | ||||
---|---|---|---|---|
Periodieke Rapportage: Energietransitie en de gebouwde omgeving | Afronding in 2026 | |||
Deel(evaluatie)onderzoeken | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) |
Verkenning verbreding publieke waarden | Verkenning | 2025 | Te starten | 2.1 |
Jaarlijkse evaluatie tranche subsidieregeling DUMAVA | Ex durante | 2026 | Lopend | 2.1 |
Evaluatie Warmtefonds | Ex durante | 2026 | Lopend | 2.1 |
Evaluatie Investeringssubsidie Duurzame Energie | Ex durante | 2026 | Lopend | 2.1 |
Evaluatie Aanpak Energiearmoede (NIP) | Ex post | 2026 | Te starten | 2.1 |
Evaluatie subsidieregeling Nationaal Isolatieprogramma (NIP) | Ex post | 2027 | Te starten | 2.1 |
Verduurzaming Groningen en Noord-Drenthe | Ex post | 2030 | Te starten | 2.1 |
SEA-thema Energietransitie en de gebouwde omgeving
Het beleid ter verduurzaming van de gebouwde omgeving heeft ten doel om in 2030 voldoende op koers te liggen om in 2050 de gebouwenvoorraad volledig aardgasvrij te maken en daarmee de uitstoot van broeikasgassen in dat jaar tot nul te reduceren. De beleidsdoelen reiken evenwel verder dan enkel emissiereductie. We zetten ook in op het versterken van onze (inter)nationale energieonafhankelijkheid, het verhogen van het comfort en het verlagen van de energierekening vooral voor huishoudens met de laagste inkomens.
De concrete doelen voor 2030 zijn:
– De uitstoot van broeikasgassen in de gebouwde omgeving reduceren tot maximaal 55% van de uitstoot in 1990.
– Verduurzamen van 2,5 miljoen woningen, met de nadruk op het verbeteren van de circa 1,5 miljoen energetisch slechtste woningen (E-, F- en G-labels).
– Een miljoen (hybride) warmtepompen extra in de bestaande woningvoorraad.
– Minstens 500.000 bestaande woningen extra aansluiten op een warmtenet.
– Minstens 120.000 utiliteitsgebouwen met een F- of G-label vergaand verduurzamen.
Het beleid is gericht op zowel de woning- als utiliteitsbouw en kent een individueel en een collectief spoor. Via de individuele aanpak worden eigenaren van gebouwen via onder andere normering, subsidies en voorlichting gestimuleerd en gefaciliteerd om te investeren in energiebesparing en verduurzaming. Via de collectieve en gebiedsgerichte aanpak worden gemeenten ondersteund en in staat gesteld om wijk voor wijk aardgasvrij te maken.
Eerstvolgende periodieke rapportage
Binnen dit SEA thema wordt toegewerkt naar een Periodieke rapportage in jaartal 2026. Dit syntheseonderzoek brengt inzichten uit diverse monitors en evaluaties over de beleidsperiode 2021 tot 2026 bij elkaar. Dit met als doel om over het geheel van het thema uitspraken te kunnen doen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de beleidsvoetafdruk in deze periode.
Reeds afgeronde monitors en evaluaties over beleid in deze beleidsperiode zijn terug te vinden in jaarverslagen. Zie voor het laatste jaarverslag: link. Aanvullend op wat reeds is afgerond wordt er voor de komende jaren de evaluaties en monitors geprogrammeerd die hierboven zijn opgenomen in de tabel.
Nieuw opgenomen (deel)evaluaties/monitors
De speciale ministeriële regeling voor de isolatieaanpak in het kader van het programma Nij Begun in de provincie Groningen en Noord-Drenthe, zal binnen 5 jaar na inwerkingtreding van een evaluatie worden voorzien. De regeling is op 1 mei 2025 in gang gezet, dus de evaluatie zal voor 1 mei 2030 worden uitgevoerd. Ten behoeve van deze evaluatie worden gedurende de uitvoering van de regeling de resultaten gemonitord.
Nadere toelichting
Met de reeds uitgevoerde en geplande evaluaties is het grootste deel van de budgetten onder artikel 2.1 Energietransitie en duurzaamheid gedekt en is de periodieke rapportage die start in 2026 voorzien van voldoende evaluatiemateriaal. In 2025 start nog een verkenning naar de verbreding van publieke waarden te betrekken bij de evaluatie van het klimaatbeleid in de gebouwde omgeving, zoals waardecreatie, rechtvaardigheid, draagvlak en uitvoerbaarheid. Daarbij wordt niet alleen naar de gemaakte keuzes en de effectiviteit in het verleden gekeken maar vooral ook naar de potentiële effectiviteit en haalbaarheid van doelen in de toekomst. De inzichten uit deze verkenning zullen worden meegenomen bij de uitvoering van het syntheseonderzoek voor de periodieke rapportage over het klimaatbeleid in de gebouwde omgeving over de periode 2021 tot en met 2025, die in 2026 aan de Kamer zal worden gestuurd.
Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken | ||||
---|---|---|---|---|
Periodieke Rapportage: Bouwregelgeving en bouwkwaliteit | Afronding in 2027 | |||
Deel(evaluatie)onderzoeken | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) |
Evaluatie wettelijk CO-stelsel | Ex post | 2024 | Lopend | 2.2 |
Onderzoek handhavingsinstrumentarium Woningwet en Omgevingswet op het gebied van bouwen (evaluatie) | Ex post | 2024-2025 | Te starten | 2.2 |
Monitoring Wet kwaliteitsborging voor het bouwen | Ex durante | 2024-2026 | Lopend | 2.2 |
ZBO doorlichting Toelatingsorganisatie Kwaliteitsborging Bouw | ZBO doorlichting | 2025 | Te starten | 2.2 |
Beleidsevaluatie milieuprestatie gebouwen (mpg) | Ex post | 2026 | Te starten | 2.2 |
Evaluatie DigiGO | Ex-durante | 2026 | Te starten | 2.2 |
Tussenevaluatie samenwerkingsovereenkomst Rijk-NMD | Ex-durante | 2027 | Te starten | 2.2 |
SEA-thema Bouwregelgeving en bouwkwaliteit
Bouwregelgeving en bouwkwaliteit zijn brede begrippen. De technische bouwvoorschriften, waaraan bouwwerken in Nederland ten minste moeten voldoen, zijn opgenomen in het Besluit Bouwwerken Leefomgeving: een AMvB onder de Omgevingswet. Ook het toezicht daarop en de kwaliteitsborging zijn hierin, zij het deels, geregeld.
De middelen op artikelonderdeel 2.2 zijn bedoeld voor enerzijds instandhouden, actualiseren en (door)ontwikkelen van bouwvoorschriften. De maatschappelijke ontwikkelingen en internationale afspraken vormen hiervoor de input. Anderzijds worden de middelen randvoorwaardelijk ingezet om bepaalde maatschappelijke ontwikkelingen te stimuleren, zoals biobased bouwen.
De inzichtbehoefte binnen dit SEA-thema betreft vooral de werking van nieuwe onderdelen van de bouwregelgeving (Bbl). Het gaat daarbij om:
1. het nieuwe stelsel van kwaliteitsborging voor nieuwbouw (Wkb) en de rol daarbij van de toezichthoudende ZBO (TloKB);
2. de eisen voor de milieuprestatie van gebouwen (MPG);
3. de verplichte certificering voor werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties (CO-stelsel).
Ook is er behoefte aan inzicht over de invulling van de handhavingstaak door gemeenten op de Bbl-eisen voor bestaande bouw. De focus van de evaluatie van het Bbl is dus afgebakend tot deze onderwerpen. Daarbij wordt opgemerkt dat het Bbl in 2025 ook is beschouwd in het programma STOER (Schrappen tegenstrijdige en overbodige eisen en regelgeving) en dat de uitkomsten hiervan beschikbaar zijn voor de periodieke rapportage in 2027. Verder is van belang dat het Bbl, als een van de vier Amvb’s onder de Omgevingswet, ook valt onder de brede evaluatie van de Omgevingswet die is gepland voor 2029.
Binnen dit SEA-thema is verder behoefte aan inzicht in de stimuleringsprojecten. Voor biobased bouwen is er behoefte aan een tussentijdse evaluatie van het programma Nationale Aanpak Biobased Bouwen. Voor de digitalisering in de bouw is er behoefte aan een tussentijdse evaluatie van het Digitaal Stelsel Gebouwde Omgeving.
Eerstvolgende periodieke rapportage
Binnen dit SEA-thema wordt toegewerkt naar een periodieke rapportage in 2027. Dit syntheseonderzoek brengt inzichten uit diverse monitors en evaluaties over de beleidsperiode 2021 tot 2027 bij elkaar. Dit met als doel om over het geheel van het thema uitspraken te kunnen doen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de beleidsvoetafdruk in deze periode.
Reeds afgeronde monitors en evaluaties over beleid in deze beleidsperiode zijn terug te vinden in jaarverslagen. Zie voor het laatste jaarverslag: link. Aanvullend op wat reeds is afgerond wordt er voor de komende jaren de evaluaties en monitors geprogrammeerd die hierboven zijn opgenomen in de tabel.
Nieuw opgenomen (deel)evaluaties/monitors
Beleidsevaluatie mpg
Met de vastgestelde Europese richtlijn EPBDIV is Nederland gehouden om een nieuw bouwvoorschrift op te nemen in de bouwregelgeving. Dit betreft de zogenaamde Whole Life Cycle Global Warming Potential. Dit instrument vertoont inhoudelijk overlap met de nationale milieuprestatie gebouwen. Met de evaluatie zal worden onderzocht wat het effect is geweest van het instrument mpg sinds inwerkingtreding, maar ook of en hoe de beide instrumenten vanaf 2030 naast elkaar kunnen en moeten blijven bestaan.
Tussenevaluatie samenwerkingsovereenkomst Rijk-NMD
In 2025 is een zesjarige samenwerkingsovereenkomst getekend met de Stichting Nationale Milieudatabase (NMD). Afgesproken is om deze in 2027 te voorzien in een tussenevaluatie en zo nodig bij te stellen aan de hand van nieuwe ontwikkelingen.
Evaluatie DigiGO
Het digitale stelsel in de gebouwde omgeving, waar vele stakeholders en partijen bij betrokken zijn, wordt komend jaar geëvalueerd. De scope wordt dit najaar vastgesteld.
Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken | ||||
---|---|---|---|---|
Periodieke Rapportage: Omgevingswet/Ruimtelijke ordening | Afronding in 2027 | |||
Deel(evaluatie)onderzoeken | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) |
Ruimtelijke ordening | ||||
PBL - Planmonitor Nationale Omgevingsvisie | Monitor | 2024 en verder | lopend | 3.1 |
Wettelijke evaluatie Kadaster 2025 | Ex post | 2026 | Lopend | 3.1 |
Evaluatie subsidieregeling Geonovum 2022-2027 | Ex post | 2026 | Te starten | 3.1 |
Omgevingswet | ||||
Voorverkenning actualisatie Visie Digitaal Stelsel Omgevingswet 2024 | Ex durante | 2025 | Lopend | 3.2 |
Actualisatie Visie Digitaal Stelsel Omgevingswet 2024 | Ex durante | 2025 | Te starten | 3.2 |
Evaluatie Informatiepunt Leefomgeving (IPLO) | Ex durante | 2025 | Te starten | 3.2 |
Evaluatie Raamovereenkomst Tactisch Beheerorganisatie (TBO) DSO-LV | Ex durante | 2025 | Te starten | 3.2 |
Invoeringstoets Omgevingswet | Ex durante | eind 2025/begin 2026 | Te starten | 3.2 |
Integrale financiële evaluatie Omgevingswet één jaar na inwerkingtreding (incl. Wkb) | Ex durante | eind 2025/begin 2026 | Te starten | 3.2 |
Evaluatie beheersovereenkomst DSO-LV | Ex durante | 2026 | Te starten | 3.2 |
Finaciele monitor Omgevingswet (incl. Wkb) | Ex durante | eind 2027 | Te starten | 3.2 |
Monitor Werking Omgevingswet | Ex durante | 2029 | Lopend | 3.2 |
Evaluatie Omgevingswet door evaluatiecommissie | Ex durante | 2029 | Lopend | 3.2 |
Reflectie evaluatiecommissie op Monitor Werking Omgevingswet 2025-2028 | Ex durante | 2029 | Lopend | 3.2 |
Integrale financiële evaluatie Omgevingswet vijf jaar na inwerkingtreding (incl. Wkb) | Ex durante | eind 2029 | Te starten | 3.2 |
SEA-thema Omgevingswet/Ruimtelijke ordening
Nederland is een klein land met grote ruimtelijke opgaven, zoals het bouwen van voldoende woningen voor iedereen, ruimte voor economie en ondernemers, een toekomstperspectief bieden aan de landbouw, robuuste natuur, de verduurzaming van onze energie en ruimte voor defensie. Het vraagt allemaal ruimte. Dit vereist een duurzame implementatie van de omgevingswet, samenwerking en regie, keuzes en multifunctioneel ruimtegebruik.
Met slimme keuzes, gerichte instrumenten en samenwerkingen richten we Nederland efficiënt en prettig in. Een belangrijk speerpunt is daarom de nieuwe Nota Ruimte, die een integraal beeld zal geven van de toekomstige inrichting van ons land in 2030, 2050 en met een doorkijk naar 2100. Tevens werkt het Rijk met provincies aan ruimtelijke arrangementen en in 16 NOVEX-gebieden met (regionale) partners samen om landelijke en lokale ruimtelijke opgaven tot uitvoering te brengen.
Ook zijn er verschillende wettelijke instrumenten die helpen bij de ruimtelijke ordening. De Omgevingswet is de wet die regels stelt voor de fysieke leefomgeving en een vernieuwde gereedschapskist biedt om de fysieke leefomgeving in samenhang te beschermen en te benutten. Daarnaast kan het Rijk actief en passief grondbeleid voeren.
Het maken van integrale keuzes kan alleen als we goed inzicht hebben in wat wel en niet mogelijk is boven en onder de grond. Betrouwbare, toegankelijke ruimtelijke informatie over de leefomgeving is hiervoor de basis. Tot slot werkt het Rijk met verschillende partijen samen aan het versterken van (geo)data, onder meer op basis van de Kadasterwet.
In dit SEA-thema ligt de focus daarom voor ruimtelijke ordening (begrotingsartikel 3.1) op de bijdrage van keuzes in de Nota Ruimte en instrumentering hiervan op het doel van nationaal ruimtelijk beleid. Dit doel is het in balans beschermen en benutten van de fysieke leefomgeving, met behoud en waar mogelijk versterking van ruimtelijke kwaliteit.
Voor de Omgevingswet (begrotingsartikel 3.2) ligt de focus op het in de uitvoeringspraktijk gestalte geven aan de verbeterdoelen die aanleiding waren voor de herziening van het omgevingsrecht en de bouw van het stelsel Omgevingswet. Deze zijn:
1. het vergroten van de inzichtelijkheid, de voorspelbaarheid en het gebruiksgemak van het omgevingsrecht;
2. het bewerkstelligen van een samenhangende benadering van de fysieke leefomgeving in beleid, besluitvorming en regelgeving;
3. het vergroten van de bestuurlijke afwegingsruimte door een actieve en flexibele aanpak mogelijk te maken voor het bereiken van doelen voor de fysieke leefomgeving;
4. het versnellen en verbeteren van besluitvorming over projecten in de fysieke leefomgeving.
Eerstvolgende periodieke rapportage
Binnen dit SEA-thema wordt toegewerkt naar een periodieke rapportage in 2027. Dit syntheseonderzoek brengt inzichten uit diverse monitors en evaluaties over de beleidsperiode 2020 tot en met 2026 bij elkaar. Dit met als doel om over het geheel van het thema uitspraken te kunnen doen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de beleidsvoetafdruk in deze periode. De hierboven geduide focus voor ruimtelijke ordening en voor de Omgevingswet zal herkenbaar zijn.
Reeds afgeronde monitors en evaluaties over beleid in deze beleidsperiode zijn terug te vinden in jaarverslagen. Zie voor het laatste jaarverslag: link. Aanvullend op wat reeds is afgerond wordt er voor de komende jaren de evaluaties en monitors geprogrammeerd die hierboven zijn opgenomen in de tabel.
Nieuw opgenomen (deel)evaluaties/monitors
Voorverkenning en actualisatie ‘Visie Digitaal Stelsel Omgevingswet 2024’
Er wordt een voorverkenning uitgevoerd met als doel informatie ophalen als input voor het traject om te komen tot een actualisatie van de ‘Visie Digitaal Stelsel Omgevingswet 2024’. Het traject voor de actualisatie van de visie op het DSO wordt in 2025 opgestart.
Invoeringstoets Omgevingswet
Er wordt een invoeringstoets gedaan met als doel om kort na inwerkingtreding van de Omgevingswet eerste indrukken op te doen van hoe de wet in de praktijk werkt. In de invoeringstoets is de aandacht allereerst gericht op burgers en bedrijven.
Evaluatie Informatiepunt Leefomgeving
De evaluatie van IPLO - het kenniscentrum dat uitleg geeft over de Omgevingswet, het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) en de regelgeving voor de leefomgeving (bodem, bouwen, water en milieu) - heeft onder andere als doel inzicht te krijgen in de bijdrage van IPLO aan de doelstellingen van de Omgevingswet, de scope van dienstverlening en de kosten van IPLO.
Evaluatie Raamovereenkomst Tactisch Beheerorganisatie
Deze evaluatie heeft als doel de uitvoering van de activiteiten door de Tactisch Beheerorganisatie (TBO) en de samenwerkingsrelatie tussen opdrachtgever (Strategische Beheerorganisatie SBO) en opdrachtnemer (TBO) te evalueren. De evaluatie kan bijdragen aan het maken van hernieuwde afspraken tussen betrokken partijen. Daarnaast kan de evaluatie mogelijk als input dienen voor het actualisatietraject in 2026 van de Beheerovereenkomst DSO-LV (2019).
Beleidsevaluaties Basisregistratie Ondergrond, Grootschalige Topografie en Wettelijke evaluatie Kadaster 2025
Dit betreft een evaluatie over de doeltreffendheid en het algeheel functioneren van de basisregistratie. Het gaat ook over een evaluatie over de beoordeling van de doelmatigheid en doeltreffendheid van het functioneren van Kadaster over 2021 tot en met 2025.
Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken | ||||
---|---|---|---|---|
Periodieke Rapportage: Rijksvastgoedbeleid | Afronding in 2027 | |||
Deel(evaluatie)onderzoeken | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) |
Evaluatie bijdrage Rijksvastgoedbedrijf | Ex post | 2026 | Te starten | 4 |
Evaluatie aankopen compensatiegronden en terugkoop erfpachtrechten | Ex post | 2026 | Te starten | 4 |
Evaluatie opvolging aanbevelingen beleidsdoorlichting 2021 | Ex post | 2026 | Te starten | 4 |
Overige onderzoeken | ||||
Agentschapsdoorlichting RvB | Agentschapsdoorlichting | 2026 | Te starten | 4 |
Toelichtende tekst
Artikel 4 van de VRO-begroting is beleidsarm, het artikel is gericht op de uitvoering van enkele taken door het Rijksvastgoedbedrijf, die verantwoord worden in het kas-verplichtingenstelsel. De taken betreffen het verzorgen van rijkshuisvesting van Hoge Colleges van Staat, het ministerie van AZ en het Koninklijk Huis, het beheren van monumenten die, naar hun aard, niet geschikt zijn voor rijkshuisvesting en het uitvoeren van het rijkshuisvestingsbeleid. Daarnaast realiseert het ministerie van VRO een optimaal financieel resultaat en maatschappelijk rendement bij het verwerven, beheren ontwikkelen en vervreemden van materiële activa van/voor de realisatie van rijksdoelstellingen, gerelateerd aan de strategische opgaven van het kabinet.
Toelichting per nieuw opgenomen evaluatie/monitor sinds vorige begroting
Conform de regeling periodiek evaluatieonderzoek (RPE) dient elke 4 tot 6 jaar een (sub)thema van de SEA geëvalueerd te worden. Eerder is gecommuniceerd dat de periodieke rapportage ‘Doelmatige Rijkshuisvesting’ uiterlijk in 2026 gepubliceerd zou worden. Vanwege het nog ontbreken van afgeronde relevante (voor)onderzoeken wordt dit echter verplaatst naar uiterlijk 2027 zodat er een gedegen beleidsevaluatie uitgevoerd kan worden. In 2026 zal er, conform de motie-Harbers, een brief naar de Kamer worden gestuurd met daarin de opzet, inclusief alle vooronderzoeken, en vraagstelling van de totale beleidsevaluatie. De agentschapsdoorlichting daarentegen vindt wel doorgang in 2026.