Model 1.44 - Bijlage: Uitwerking Strategische Evaluatieagenda | |||||
---|---|---|---|---|---|
Uitwerking Strategische Evaluatieagenda Thema Versterkte internationale rechtsorde | |||||
Alle subthema's | |||||
Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel(en) |
Periodieke rapportage | Periodieke rapportage | uiterlijk 2031 | te starten | Periodieke rapportage | 1.1, 1.2, 1.3, |
Subthema Mondiaal multilateralisme | |||||
Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel(en) | |
Mid term review Mondiaal Multilateralisme | mid term review | 2025 | lopend | Mid term review Mondiaal Multilateralisme Beleid | 1.1 |
Subthema Mensenrechten | |||||
Uitwerking Strategische Evaluatieagenda Thema Veiligheid en stabiliteit | |||||
Alle subthema's | |||||
Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel(en) | |
Periodieke rapportage | Periodieke rapportage | uiterlijk 2031 | te starten | Periodieke rapportage | 2.1, 2.2, 2.3, 2.4, 2.5 |
Subthema Bestrijding internationale criminaliteit en terrorisme | |||||
Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel(en) | |
Beleidsevaluatie cyberveiligheid | beleidsevaluatie | 2027 | te starten | Nederlandse inzet op het gebied van cyberveiligheid | 2.2 |
Subthema Wapenbeheersing | |||||
Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel(en) | |
Beleidsevaluatie wapenbeheersing | beleidsevaluatie | 2028 | te starten | Nederlandse inzet wapenbeheersing | 2.3 |
Beleidsevaluatie NL samenwerking op nieuwe technologieën | beleidsevaluatie | 2027 | te starten | Nederlandse inzet op internationale samenwerking op het gebied van nieuwe technologieën (AI, Quantum, Space, etc) | 2.3 |
Beleidsevaluatie wapenexport | beleidsevaluatie | 2027 | te starten | Evaluatie wapenexportbeleid | 2.3 |
Subthema inzet missies | |||||
Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel(en) | |
Evaluatie missie Irak | evaluatie | ntb | te starten | Nederlandse inzet in Irak | 2 |
Uitwerking Strategische Evaluatieagenda Thema Effectieve Europese Samenwerking | |||||
Alle subthema's | |||||
Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel(en) | |
Periodieke Rapportage | Periodieke rapportage | uiterlijk 2031 | te starten | Periodieke rapportage | 3.1, 3.2, 3.3, 3.4 (met focus op art. 3.3, hechtere Europese waardengemeenschap |
Subthema Een hechtere Europese waardengemeenschap | |||||
Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel(en) | |
Evaluatie Raad van Europa | evaluatie | 2028 | te starten | Nederlandse inzet Raad van Europa (incl NL voorzitterschap) | 3.3 |
Subthema Europese Vredesfaciliteit | |||||
Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel(en) | |
Evaluatie Europese Vredesfaciliteit | evaluatie | ntb | te starten | Beleidsevaluatie Nederlandse inzet bij Europese Vredesfaciliteit | 3.5 |
Uitwerking Strategische Evaluatieagenda Thema Consulaire dienstverlening en uitdragen Nederlandse waarden | |||||
Alle subthema's | |||||
Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel(en) | |
Periodieke Rapportage | Periodieke rapportage | 2028 | te starten | Periodieke rapportage Consulaire dienstverlening | 4.1, 4.2 |
Subthema Consulaire Dienstverlening | |||||
Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel(en) | |
Beleidsevaluatie naar aansluiting dienstverlening op consulair maatschappelijke hulpvragen | beleidsevaluatie | 2026 | te starten | Beleidsevaluatie naar aansluiting dienstverlening op consulair maatschappelijke hulpvragen | 4.1 |
Beleidsevaluatie crisissituaties | beleidsevaluatie | 2027 | te starten | Beleidsevaluatie crisissituaties | 4.1 |
Subthema Opdrachten | |||||
Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel(en) | |
China strategie | beleidsevaluatie | 2026 | te starten | Beleidsevaluatie China-strategie (deel) | 4.4 |
UitwerkingBij het Ministerie van Buitenlandse Zaken zijn beleidsdirecties zelf verantwoordelijk voor het (laten) uitvoeren van regulier ex ante onderzoek, mid-term reviews en methodologisch minder complexe ex post evaluaties. Ex ante onderzoek betreft in de regel kleinere voorbereidende onderzoeksanalyses, die in beperkte mate ver vooruit gepland kunnen worden. Het gaat niet om grote aanbestede studies en rapporten voor het parlement. Directies laten ook regelmatig mid-term reviews en ex durante studies uitvoeren in de vorm van reguliere rapportages aan het parlement, zoals de Staat van het Consulaire en de Voortgangsbrief Gemeenschappelijke Buitenland- en Veiligheidsstrategie.
De directie Internationaal Onderzoek en Beleidsevaluatie (IOB) is bij Buitenlandse Zaken verantwoordelijk voor het verrichten van de Periodieke Rapportages (PR); IOB voert ook methodologisch complexe ex post evaluaties en omvangrijke synthesestudies uit. Beleidsdirecties en IOB overleggen welke strategische vragen daarbij relevant zijn in aanvulling op de voorwaarden waaraan de PR moet voldoen. Uitgangspunt is (1) optimaal eigenaarschap bij de directies van de onderbouwing van en verantwoording over het eigen beleid en tegelijkertijd (2) borging van de onafhankelijke werkwijze en inhoudelijke oordeelsvorming van IOB tijdens het onderzoek. Zowel tijdens de voorbereiding als de uitvoering van het evaluatieonderzoek is er op belangrijke momenten interactie met relevante betrokken partijen. De centrale vraagstelling en de Terms of Reference en in een latere fase de conceptteksten van het rapport worden besproken in een specifiek voor elke evaluatie samen te stellen referentiegroep. Die bestaat uit vertegenwoordigers van de betrokken (beleids-)directies alsmede externe onafhankelijke deskundigen, veelal wetenschappers. Steeds vaker wordt een bredere groep stakeholders geconsulteerd en bij het evaluatieproces betrokken.
Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft verschillende manieren om in haar inzicht- en kennisbehoeften te voldoen. Naast de evaluaties door IOB en de directies zelf, wordt er regelmatig nauw samengewerkt met externe kennisinstellingen om beleidsonderzoek uit laten voeren. Voor deze meerjarige onderzoeksprogramma’s wordt direct samengewerkt met universiteiten en denktanks, zoals Clingendael en Wageningen University & Research, maar ook indirect, via NWO en zogenaamde kennisplatforms. Daarnaast zijn er de aan het Ministerie gekoppelde adviesraden, te weten de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) en de Commissie van Advies inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV). De Eerste en Tweede Kamer worden separaat ingelicht over de (meerjarige) werkprogramma’s van deze adviesraden.
Thema: Versterkte internationale rechtsorde (SDG 16, 17)
Beschrijving beleidsthema
De algemene doelstelling voor dit thema is het bevorderen van een goed functionerende internationale rechtsorde, inclusief gastlandbeleid, met een blijvende inzet op mensenrechten als integraal onderdeel van het buitenlandbeleid. Een sterke internationale rechtsorde en eerbiediging van mensenrechten maken de wereld stabieler, veiliger, vrijer en welvarender. Dit vereist goed functionerende internationale instellingen en organisaties met een breed draagvlak, naleving en waar nodig aanvulling van de internationale wet- en regelgeving en voortdurende inzet tegen straffeloosheid voor mensenrechtenschendingen en het voorkomen van deze schendingen. Omdat de mensenrechten het best worden gewaarborgd in goed functionerende democratieën, zet Nederland zich in om het krimpen van de democratische ruimte wereldwijd tegen te gaan. De bevordering van mensenrechten is een kernelement van het Nederlands buitenlandbeleid. De positie van Nederland als gastland voor Internationale Organisaties (IO’s) en diplomatieke missies, in het bijzonder organisaties met een mandaat op het gebied van vrede en recht, biedt een goed uitgangspunt voor de bevordering van de ontwikkeling van internationale rechtsorde. Deze rechtsorde is onlosmakelijk verbonden met universele mensenrechten.
Het beleidsthema is ingedeeld in drie subthema’s die elk samenvallen met een begrotingsdoelstelling: goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak (art 1.1); bescherming en bevordering van mensenrechten (art 1.2); en gastlandbeleid internationale organisaties (art 1.3).
Het beleid voor het subthema goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak is vastgelegd in de beleidsnota ‘Beleidskader Mondiaal Multilateralisme: Positionering van het Koninkrijk in een veranderende Multilaterale Wereldorde' en voor het subthema bescherming en bevordering van mensenrechten in de beleidsnota ’Mensenrechten, Democratie en Internationale Rechtsorde’.
Toelichting inzichtbehoefte en onderzoeksagenda:
PR en onderliggende evaluaties van het begrotingsartikel zijn recent afgerond. Geen nieuwe inzichtbehoeften voor 2026.
Toelichting inzichtbehoefte voor middellange termijn
De hierboven genoemde beleidsnota’s zijn richtinggevend voor de planning van evaluaties als onderdeel van de Strategische Evaluatie Agenda (SEA) 2024-2027, de evaluaties dienen om onder meer de doelmatigheid en doeltreffendheid van de uitvoering hiervan te beoordelen, en voor aanbevelingen voor de verdere implementatie van deze beleidsinstrumenten, die bovendien meegenomen kunnen worden in de ontwikkeling van nieuwe beleidsinstrumenten voor een nieuwe kabinetsperiode.
Voor de beleidsnota ‘Mondiaal Multilateralisme’ zal eind 2025 een evaluatie starten waarbij zal worden gekeken of de inzet dient te worden bijgesteld op basis van nieuwe ontwikkelingen, inzichten en ervaringen. Dit zal een mid-term review (MTR) betreffen.
Thema: Veiligheid en stabiliteit (SDG 4,10,16)
Beschrijving beleidsthema
Het belang van het thema Veiligheid en stabiliteit is sterk toegenomen en staat in het teken van geopolitieke concurrentie tussen meer westers georiënteerde landen enerzijds en Rusland en China anderzijds. Deze concurrentie was al langer zichtbaar maar is sinds de Russische oorlog in Oekraïne in een sterke stroomversnelling geraakt en heeft het veiligheidsbeeld fundamenteel veranderd. Veiligheid is nationaal opnieuw een centraal beleidsthema incl. nieuwe beleidskeuzes, met bijbehorende strategische beleidsevaluaties die terugkijken maar vooral lijnen kunnen doortrekken naar de toekomst.
Daarom is gekozen voor een bredere inzet op beleidsevaluaties op nieuwe thema’s zoals nieuwe technologieën. Daarbij dient opgemerkt te worden dat er ook een wens ligt om deze evaluaties breder in te zetten dan op BZ-inzet alleen. Juist op deze thema’s zijn andere departementen actief en soms leidend voor deelaspecten. Ook is er behoefte aan evaluatie van de bestuurlijke inbedding, coördinatie en besluitvorming van het thema veiligheid, van de inzet op respons op dreigingen en bijvoorbeeld nieuwe technologieën.
Subthema goede internationale samenwerking ter bevordering van de eigen en bondgenootschappelijke veiligheid
Nederland investeert sinds 2021 fors meer in haar eigen en bondgenootschappelijke veiligheid, zowel in bestaande allianties als in militaire capaciteiten die agressie kunnen afschrikken en desnoods beantwoorden. De NAVO blijft de hoeksteen van de verdediging van Nederlanders en ons grondgebied. Daarnaast manifesteert de EU zich steeds meer als een geopolitieke actor op het gebied van veiligheid, gebruik makend van haar economische gewicht en daarbij behorende machtsmiddelen waaronder sancties en inzet op economische veiligheid. In de respons op de Oekraïne crisis zijn NAVO en EU verenigd en in hoge mate complementair. Versterkte militaire aanwezigheid en inzet aan de oostflank van het NAVO-verdragsgebied leggen fors beslag op de beschikbare middelen van Defensie hetgeen impact heeft op inzetmogelijkheden elders in de wereld (zie ook verder onder subthema bevordering veiligheid en rechtsorde).
In het cyber domein heeft Nederland internationaal een sterke positie op o.a. normstelling, capaciteitsopbouw en mensenrechten. De aandacht verschuift daarbij deels naar een effectieve respons op inbreuken op Nederlandse cyberbelangen, zowel reactief als proactief. Nederland zal een voortrekkersrol blijven zoeken op deze terreinen.
Subthema Defensie-industrie en wapenexportbeleid
Nederland zet in op het versterken van het vermogen van Nederland en Europa om de eigen defensie-industrie te versterken en daarmee minder afhankelijk te zijn van andere landen voor verwerving van militaire capaciteiten en munitie. Het wapenexportbeleid speelt daarbij een rol omdat het vermogen van de industrie om te exporteren naar derde landen relevant is voor de concurrentiepositie en innovatie-vermogen. Nederland blijft daarbij scherp letten op het voorkomen dat wapens onbedoeld terecht komen in conflictgebieden of gebruikt worden voor mensenrechtenschendingen.
Subthema bestrijding internationale criminaliteit en terrorisme
In het veiligheidsbeleid staat terrorisme minder centraal, maar het blijft zich manifesteren op Europees en Nederlands grondgebied. Nederland richt zich op het onderhouden en versterken van internationale samenwerking bij bestrijding van uitingsvormen en grondoorzaken van terrorisme. Daarnaast blijven de financiering van terrorisme en Foreign Terrorist Fighters relevant. De uitdaging bestaat uit het aanpassen van de inzet aan de veranderde prioriteitstelling en het handhaven van de noodzakelijke inzet t.a.v. regionale brandhaarden en het zoveel mogelijk onderhouden van de zo succesvolle internationale samenwerkingsstructuur, met behoud van de inzet van financiële middelen t.b.v. terrorismebestrijding.
Nederland zet zich voorts in op CT-beleid met bijzondere aandacht voor mensenrechten en het maatschappelijk middenveld, naast effectieve terrorisme sancties. BZ speelt een lichte coördinerende rol met betrekking tot de Nederlandse inspanningen om grensoverschrijdende criminaliteit effectief aan te pakken. Hoewel internationale criminaliteit, waaronder drugscriminaliteit, een substantieel veiligheidsprobleem vormt, ligt het handelingsperspectief met name bij andere ministeries.
Subthema Wapenbeheersing
Nederland bevordert een gebalanceerde aanpak van nucleaire ontwapening, wapenbeheersing en non-proliferatie, met als uiteindelijk doel een wereld zonder kernwapens. Ook onder de huidige geopolitieke verhoudingen ziet Nederland het als een plicht om in te blijven zetten op het maken, verbeteren én afdwingen van internationale afspraken, ook op het gebied van politiek-juridische kaders over bezit, gebruik en verspreiding van conventionele en massavernietigingswapens.
Illegale wapenhandel in met name kleine en lichte wapens is een groeiend mondiaal probleem. Zo worden ze gebruikt bij terroristische aanslagen binnen en buiten Europa en verergeren ze gewapende conflicten. Nederland zet zich in voor betere toepassing en vernieuwing van de internationaal-rechtelijke en politieke kaders. De ontwikkelingen op het gebied van synthetische biologie, kunstmatige intelligentie en de toename van autonomie in wapensystemen vragen om een kritische houding en een doorlopend internationaal debat.
Nederland zet daarnaast in op internationale normstelling en samenwerking op het gebied van nieuwe technologieën, met name daar waar ze het militaire domein raken. Nederland heeft laten zien dat ze het debat een impuls kan geven en politiek draagvlak voor normering kan genereren, zoals bleek uit de succesvolle REAIM-conferentie over gebruik van AI in het militaire domein. Nederland heeft de ambitie om ook op andere nieuwe technologieën een dergelijke rol te pakken.
Subthema bevordering van veiligheid, stabiliteit en rechtsorde in internationaal verband
Door de druk op de internationale rechtsorde en de instabiliteit in de regio’s rondom Europa investeert het kabinet in vredesmissies en (crisisbeheersings-)operaties, als vorm van vooruitgeschoven verdediging. Het stimuleren van veiligheid en stabiliteit in regio’s zoals de Balkan, de Sahel en het Midden-Oosten is in het veiligheidsbelang van Europa. Waar mogelijk maakt de inzet van de krijgsmacht deel uit van een geïntegreerde aanpak. De geleerde lessen van recente missies, waaronder die in Afghanistan en de Sahel, worden toegepast in het vormgeven van nieuwe missies. De toegenomen inzet van de krijgsmacht op hoofdtaak 1 leidt ertoe dat er minder capaciteiten beschikbaar zijn voor inzet op hoofdtaak 2. Niettemin blijft Nederland, binnen de mogelijkheden, inzetten op deelname aan missies in de genoemde gebieden, waaronder in de komende tijd in EUFOR Althea in de Balkan, bij NMI Irak en op kleinere schaal bij diverse inzet in de Sahel.
Subthema bevordering van transitie in prioritaire gebieden
Nederland zet middels het Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen (NFRP) in op duurzame vergroting van maatschappelijke veerkracht en stabiliteit in de ring rond Europa. Het NFRP bestaat uit het Matra-programma voor de landen van het Oostelijk Partnerschap (OP) en de pre-accessieregio en het Shiraka-programma dat zich richt op landen in Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Met behulp van Matra-financiering wordt ingezet op rechtsstaatsontwikkeling, goed bestuur en democratisering in de landen van het OP en de EU pre-accessieregio. De activiteiten komen tot stand in nauwe samenwerking met Nederlandse ngo’s, het maatschappelijk middenveld en overheden in de doellanden. De inzet met Shiraka financiering in landen van het Midden-Oosten en Noord-Afrika heeft naast rechtsstaatsontwikkeling, goed bestuur en democratisering ook betrekking op het scheppen van voorwaarden voor economische ontwikkeling, met name gericht op werkgelegenheid en het bieden van perspectief aan jongeren. Met het NFRP Shiraka-programma worden activiteiten ondersteund die zich richten op versterking van overheden, waaronder korte opleidingen voor ambtenaren en ondersteuning van maatschappelijke initiatieven. Nederland ondersteunt met bovengenoemde programma’s de veranderende relatie tussen burger en overheid in de voor Nederland prioritaire regio rondom de Europese Unie, waarbij overheden meer verantwoording afleggen en burgers meer betrokken worden bij het bestuur.
Toelichting inzichtbehoefte en onderzoeksagenda Veiligheid en Stabiliteit
De onderzoeksagenda wordt gevuld met een aantal beleidsevaluaties op de relevante hoofdthema’s van het veiligheidsbeleid.
Daarnaast bestaat er voor missies die onder artikel 100 worden uitgevoerd een evaluatieverplichting per missie, soms aangevuld met aanvullende evaluaties van bredere effecten van opvolgende missies (vgl Afghanistan). Deze evaluaties zijn deels nog niet concreet te voorzien omdat ze voortvloeien uit toekomstige inzet. De resultaten van deze evaluaties, evenals lopende, nog niet gefinaliseerde evaluaties, vormen input voor de algehele beleidsevaluatie. Hierna volgt een korte beschrijving van de voorgestelde onderzoeken.
Beleidsevaluatie cyber
Cyberbeleid is vrij recent geëvalueerd waarbij belangrijke aanbevelingen werden geformuleerd die in de nieuwe cyberstrategie zijn verwerkt. In de toekomst is er behoefte aan nieuw onderzoek naar de effectiviteit, prioriteitstelling en keuzes van de nieuwe cyberstrategie, waaronder van de versterkte inzet op actieve respons op cyber-aanvallen en -inbreuken.
Evaluatie van missies
Evaluaties reeds voorzien als onderdeel van Artikel 100 missies, zowel voor lopende als toekomstige missies, waaronder de inzet in Irak.
Beleidsevaluatie Nederlandse inzet wapenbeheersing
Nederland is een zeer actieve speler in het domein van wapenbeheersing/ ontwapening/non-proliferatie en probeert met initiatieven en in verschillende innovatieve coalities invloed uit te oefenen. Tegelijk is de internationale context lastig en is het de verwachting dat de scope voor vooruitgang van internationale samenwerking beperkt zal zijn. In dat licht is het wenselijk om inzicht te verkrijgen in de effectiviteit van de Nederlandse inzet en vooruit te kijken naar de toekomstige inzet. Nieuwe technologieën en de ontwikkeling van samenwerking op nieuwe terreinen zou daarbij speciale aandacht moeten krijgen, eventueel in een apart onderzoek.
Evaluatie Nederlandse inzet op internationale samenwerking op het gebied van nieuwe technologieën (AI, Quantum, Space, etc)
Evaluatie Nederlands Wapenexport
Er is behoefte aan onderzoek naar nieuwe keuzes in het wapenexportbeleid, de effectiviteit van internationale samenwerking en de gevolgen voor de defensie-industrie.
Thema: Effectieve Europese samenwerking (alle SDG’s)
Beschrijving beleidsthema
De algemene doelstelling is een effectieve Europese samenwerking om de Europese Unie en haar lidstaten zo vreedzaam, welvarend en sterk mogelijk de toekomst in te loodsen. Europa is essentieel voor onze welvaart, vrijheid en veiligheid. Een actieve opstelling van Nederland in het Europese besluitvormingsproces en in de bilaterale relaties met Europese partners is dan ook in het directe belang van Nederlandse burgers en bedrijven. Door consequent en constructief optreden kan Nederland zijn invloed binnen de Europese Unie vergroten. Zo kan Nederland mede vorm geven aan ontwikkelingen in Europa die direct van invloed zijn op onze economische, sociale en politieke toekomst.
Toelichting inzichtbehoefte en onderzoeksagenda
Begin 2025 is de meest recente Periodieke Rapportage Effectieve Europese Samenwerking opgeleverd. De Periodieke Rapportage richtte zich op de Nederlandse inzet in de Europese Unie.
Nederland is van mei t/m november 2027 voorzitter van het Comité van Ministers van de Raad van Europa (RvE). De RvE-evaluatie wordt over het voorzitterschap heen getild en zal direct erna worden gestart. De evaluatie biedt een goede mogelijkheid om de resultaten van het voorzitterschap te betrekken bij de bredere evaluatie t.a.v. de Raad van Europa. Oplevering verwacht rond 2028.
Europese Vredesfaciliteit zal op termijn worden geëvalueerd of meegenomen in een geografische/thematische evaluatie (zoals Oekraine).
In de komende jaren worden nieuwe inzichtbehoeften geformuleerd, op basis van de bevindingen van de periodieke rapportage en/of andere genoemde kennisvragen. Deze worden uitgewerkt in een daaropvolgende SEA en onderzoeksagenda.
Thema: Consulaire dienstverlening en uitdragen van Nederlandse waarden (SDG 16)
Beschrijving beleidsthema
Het beleidsthema is ingedeeld in twee subthema’s die elk samenvallen met een indeling in begrotingsdoelstellingen: consulaire dienstverlening (art 4.1 en 4.2) en internationaal cultuurbeleid (art 4.3).
De algemene doelstelling van consulaire dienstverlening is het verlenen van goede consulaire diensten aan Nederlanders in nood in het buitenland, evenals het verstrekken van reisdocumenten aan Nederlanders in het buitenland. Daarnaast levert het Kabinet een bijdrage aan een gereguleerd personenverkeer door de Nederlandse inbreng in het Europese visumbeleid en is het verantwoordelijk voor de visumverlening kort verblijf.
Het versterken van de Nederlandse cultuursector door internationale uitwisseling en presentatie; verbindingen leggen met economische diplomatie en andere prioriteiten van geïntegreerd buitenlandbeleid, zoals het mensenrechtenbeleid en veiligheidsbeleid.
Toelichting inzichtbehoefte en onderzoeksagenda per subthema
Subthema consulaire dienstverlening
Er is behoefte aan een analyse van het consulair maatschappelijke beleid en dan met name rond de afgelopen jaren veelvuldig voorgekomen consulaire dienstverlening bij crises wereldwijd. Verwachting is dat het aantal crises de komende jaren niet zal afnemen en hoge eisen blijft stellen aan de uitvoering, zoals we de afgelopen jaren al hebben kunnen waarnemen. Bijstand aan Nederlandse burgers in nood is een kerntaak van het ministerie en elke crisis laat zien dat juist op die momenten de Nederlandse burger op snelle en adequate consulaire bijstand rekent. Ook de pers en politiek verdiepen zich dan meer in de consulaire dienstverlening, waardoor deze zich onder de hoge druk die een crisis met zich meebrengt, oplossingsgericht en snel moet inrichten. Een spanningsveld tussen de verwachtingen van de Nederlandse burger, de mogelijkheden van de Nederlandse overheid en de eigen verantwoordelijkheid van deze burger in het buitenland om goed voorbereid en geïnformeerd vanuit Nederland naar het buitenland te gaan, laat zich goed onderzoeken. Hierbij kunnen alle aspecten aan bod komen, zeker aangezien de afgelopen crises zijn geëvalueerd en lessen zijn geleerd, o.a.:
• Beleid en beleidskaders t.a.v. consulaire dienstverlening in crisissituaties;
• Bijbehorende informatiesystemen waaronder crisisregistratie-applicatie en informatieservice ;
• Voorbereidende werkzaamheden rond consulaire dienstverlening bij crises o.a. via opleiden/trainen/oefenen en consulair crisisplan posten;
• Samenwerking waaronder strategischere samenwerking met likeminded landen en interdepartementale afstemming;
• Handboeken en instructies.
Subthema internationaal cultuurbeleid
De evaluatie internationaal cultuurbeleid 2017-2020 is in 2022 afgerond en aan de Tweede Kamer gezonden. Er is op dit moment geen nadere inzichtbehoefte op dit subthema.
Thema: Feministisch Buitenlandbeleid (FBB) – overstijgend thema, alle SDG’s
Op 13 mei 2022 kondigde het kabinet aan een feministisch buitenlandbeleid te voeren (Kamerstuk 34952-162). De uitwerking ervan werd op 8 november 2022 aan het parlement gestuurd (Kamerstuk 34952-182). In 2023 is besloten het FBB toe te voegen aan de Strategische Evaluatie Agenda. Vanwege het besluit van de minister van Buitenlandse Zaken het feministisch buitenlandbeleid niet te continueren (Kamerstuk 36180-223), is besloten af te zien van verdere evaluatie.
Overig onderzoek
Met een evaluatie van de China-strategie (Kamerstuk 35207, nr. 1) wordt naar verwachting binnenkort gestart en zal in 2026 worden afgerond.