Base description which applies to whole site

Bijlage 4: Uitwerking Strategische Evaluatie Agenda

De Strategische Evaluatiegaenda (SEA) laat zien hoe BZK de komende jaren werkt aan het voortbrengen van inzichten over de (voorwaarden voor) de doeltreffendheid en doelmatigheid van ons beleid. Door voldoende (goed) evaluatieonderzoek te programmeren neemt het aantal bruikbare inzichten toe.

Deze onderzoeksprogrammering biedt een overzicht van de geplande ex ante, ex durante en ex post evaluaties van beleid. Tevens wordt de doeltreffendheid en de doelmatigheid van het gehele beleid binnen de (sub)thema’s eens in de vier tot zeven jaar onderzocht middels een Periodieke rapportage. Ook deze onderzoeken zijn opgenomen in de SEA.

Tabel 61 SEA-thema: Goed functionerend openbaar bestuur

Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken

Periodieke Rapportage: Goed Bestuur

Afronding in 2028

     

Deel(evaluatie)onderzoeken

Type onderzoek

Afronding

Status

Begrotingsartikel(en)

     

Beleid dat uitvoerbaar is en werkt: voor mensen en medeoverheden

Data financiën decentrale overheden

Ex durante

2023 e.v.

lopend

1.1

Evaluatie instrumenten van de Actieagenda Goed Bestuur

Ex durante

2024 e.v.

lopend

1.1

Evaluatie Uitvoerbaarheidstoets Decentrale Overheden

Ex post

2027

te starten

1.1

Aanpak Slagkracht

Ex durante

2025 e.v.

lopend

1.1

Staat van het Bestuur

Ex durante

2025, 2027

lopend

1.1

Evaluatie subsidieregeling Groeiopgave Almere

Ex post

2027

te starten

1.1

Evaluatie subsidieregeling Kenniscentrum Europa decentraal

Ex post

2026

te starten

1.1

     

Interbestuurlijke samenwerking en rechtvaardigheid in aanpak regionale verschillen

Reflexieve monitor Agenda Stad

Ex durante

2025 e.v.

[te starten/lopend/afgerond]

1.1

Evaluatie Regio Deals

Ex durante

2026

te starten

1.1

Evaluatie Nationaal Programma Vitale Regio’s

Ex durante

2030

te starten

1.1

     

Overig

Evaluatie subsidieregeling Oorlogsgravenstichting

ex post

2027

te starten

1

Toelichting

SEA-thema ‘Goed bestuur’

De samenleving staat voor grote maatschappelijke opgaven. Veel mensen maken zich zorgen over onderwerpen als het vinden van een woning, het betalen van rekeningen of de beschikbaarheid van zorg. Het kabinet heeft als doel om de problemen van mensen daadwerkelijk op te lossen én te werken aan het herstel van de betrouwbaarheid van de overheid. Werken aan goed bestuur is dan ook een belangrijke prioriteit. In het regeerprogramma is afgesproken dat het kabinet inzet op herstel en verandering van het openbaar bestuur.

Goed bestuur betekent voor inwoners een overheid die luistert, de mens centraal stelt en ruimte en vertrouwen geeft aan burgers, professionals en ondernemers. Het vraagt ook om beleid dat oog heeft voor regionale verschillen. Voor inwoners is er immers maar één overheid. Daarom is het belangrijk dat de overheid opgavegericht en integraal werkt. Provincies, gemeenten en waterschappen spelen hierbij een steeds grotere rol: zij staan het dichtst bij de inwoners en zijn onmisbaar bij het aanpakken van maatschappelijke opgaven. Zij moeten goed in staat worden gesteld om hun taken uit te voeren. Met de Agenda Goed Bestuur willen we daarom medeoverheden (bestuurders en volksvertegenwoordigers) in staat stellen om problemen van mensen op te lossen. We werken aan een herkenbare, slagvaardige, dienstbare en democratische overheid.

Eerstvolgende periodieke rapportage

Binnen dit SEA thema wordt toegewerkt naar een Periodieke rapportage in 2028. Dit syntheseonderzoek brengt inzichten uit diverse monitors en evaluaties over de beleidsperiode 2022 tot en met 2027 bij elkaar. Dit met als doel om over het gehele thema uitspraken te kunnen doen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de beleidsvoetafdruk in deze periode. Eerder afgeronde monitors en evaluaties over deze beleidsperiode zijn terug te vinden in jaarverslagen. Aanvullend op wat reeds is afgerond worden de evaluaties en monitors die hierboven in de tabel zijn opgenomen voor de komende jaren geprogrammeerd.

Nieuw opgenomen (deel)evaluaties/monitors

Evaluatie Uitvoerbaarheidstoets Decentrale Overheden (UDO)

De Uitvoerbaarheidstoets Decentrale Overheden (UDO) is bedoeld om de uitvoerbaarheid van beleid te versterken door medeoverheden in een vroeg stadium te betrekken bij beleid dat hen raakt. Met deze evaluatie wordt er gepoogd om inzicht te krijgen in hoe het instrument in de praktijk werkt: hoe wordt de UDO toegepast, en in hoeverre draagt dit beleidsinstrument bij aan uitvoerbaar beleid? Het doel is om te leren van de toepassing tot nu toe en om het instrument verder te ontwikkelen. Ook draagt de evaluatie bij aan transparantie over de inzet van het Ministerie van BZK rondom de UDO.

Evaluatie Regio Deals

Hoewel de Regio Deals formeel gedeeltelijk buiten dit begrotingsartikel vallen, is ervoor gekozen om de evaluatie vanuit inhoudelijke overwegingen op te nemen op de Strategische Evaluatieagenda Goed Bestuur. Regio Deals zijn een belangrijk instrument voor samenwerking tussen Rijk en regio, en leveren daarmee een belangrijke bijdrage aan het thema interbestuurlijke samenwerking. De Algemene Rekenkamer heeft in zijn verantwoordingsonderzoeken over 2023 en 2024 benadrukt dat het van belang is om zicht te hebben op de effecten van de inzet van Regio Deal middelen. Deze effecten worden gevolgd via onder andere de jaarlijkse voortgangsrapportages die regio’s opstellen (en waarvan een samenvatting met de Tweede Kamer wordt gedeeld). Daarin maken regio’s concreet hoe zij met Regio Deal middelen maatschappelijke opgaven hebben aangepakt. Ook worden regio’s gestimuleerd om een ‘lerende aanpak’ te hanteren; veel regio’s voeren tussentijdse en eindevaluaties uit. Op basis daarvan stellen zij hun aanpak tussentijds bij om maximaal bij te dragen aan de kwaliteit van wonen, werken en leven in hun regio. Ook komen daaruit lessen voort voor andere gebiedsgerichte nationale programma’s en voor de doorontwikkeling van de Regio Deals.

Aanpak Slagkracht

De Aanpak Slagkracht richt zich op de mate waarin overheden hun taken effectief kunnen uitvoeren, in samenhang met beschikbare middelen, ambities en uitvoeringscapaciteit. De aanpak helpt om op basis van een gezamenlijk beeld het gesprek over de versterking van de bestuurlijke slagkracht beter te voeren en beleidsinzet gericht aan te scherpen.

Evaluatie Nationaal Programma Vitale Regio’s

Het Nationaal Programma Vitale Regio’s is momenteel nog in de opstartende fase en een eerste evaluatie wordt op de SEA opgenomen voor 2030.

Nadere toelichting

Zoals eerder aangegeven, ligt de focus op een aantal thema’s rondom Goed Bestuur. Hieronder wordt er per thema toegelicht wat er wordt geevalueërd, waar de nadruk op ligt en welke onderdelen nog aandacht behoeven.

Beleid dat uitvoerbaar is en werkt: voor mensen en medeoverheden

De uitvoerbaarheid van beleid en de balans tussen ambities, taken, middelen en uitvoeringskracht zijn belangrijke aandachtspunten binnen de inzet op goed bestuur. Binnen dit thema zijn twee evaluaties gepland: de evaluatie van de Uitvoerbaarheidstoets Decentrale Overheden (UDO) en de Aanpak Slagkracht. De evaluatie van de UDO geeft inzicht in hoe dit instrument wordt ingezet om in een vroeg stadium de uitvoerbaarheid van beleid mee te nemen bij nieuwe beleidsvoornemens. De Aanpak Slagkracht kijkt breder naar de slagkracht van medeoverheden, met specifieke aandacht voor de verhouding tussen taken, middelen en uitvoeringscapaciteit. Samen geeft dit een beeld van waar knelpunten ontstaan rondom uitvoerbaarheid en hoe onze inzet daarop aansluit. De UDO-evaluatie richt zich meer op ons eigen beleid, terwijl de Aanpak Slagkracht zicht geeft op bredere ontwikkelingen in de praktijk van medeoverheden.

We vinden het van belang om instrumenten van de Actieagenda Goed Bestuur te evalueren. Sommige instrumenten zijn opgenomen op deze SEA, namelijk de evaluatie van de UDO en de Reflexieve Monitor van Agenda Stad. Niet alle instrumenten zijn momenteel in een evalueerbaar stadium en/of vallen onder een ander begrotingsartikel. In deze jaarlijkse SEA worden er waar mogelijk nieuwe beleidsinstrumenten toegevoegd die we vanuit de actieagenda en rondom het thema Goed Bestuur evalueren.

Evaluaties van interbestuurlijke samenwerking

Op verschillende plekken wordt er ingezet op interbestuurlijk samenwerken bij de aanpak van maatschappelijke vraagstukken, onder andere via het Nationaal Programma Vitale Regio’s (NPVR) de Regio Deals en de Agenda Stad. Over elk van deze trajecten laten we evaluaties uitvoeren. Daarbij wordt ook geëxperimenteerd met nieuwe evaluatiemethoden, bijvoorbeeld om de werking van innovatieve aanpakken beter in beeld te brengen. Hierbij kan gedacht worden aan de Impact Maak- en Meettool van Agenda Stad.

Inzicht in ontwikkelingen binnen het openbaar bestuur

Daarnaast is het voor het realiseren van Goed Bestuur van belang om ontwikkelingen in het openbaar bestuur te volgen. Daarvoor worden de financiële ontwikkelingen bij medeoverheden gevolgd. Deze gegevens worden onder andere via de website: ‘www.findo.nl’ transparant gemaakt. Daarnaast wordt er voor bredere trends doorgegaan met de tweejaarlijkse Staat van het Bestuur. Dit biedt doorlopend belangrijke informatie over ontwikkelingen binnen het openbaar bestuur.

Evaluaties van subsidieregelingen en POK-middelen

Ook laten we diverse subsidieregelingen evalueren. Daarbij wordt onder meer gekeken of publieke middelen passend en effectief worden ingezet. Daarnaast loopt er een jaarlijks evaluatieonderzoek naar besteding van de POK-middelen om de gemeentelijke dienstverlening aan inwoners in een kwetsbare positie te versterken. Dit wordt gedaan door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, waardoor dit geen onderdeel is van deze SEA.

Ontwikkelpunt: inzicht in de eigen inzet op het thema Goed Bestuur

Een belangrijk aandachtspunt, mede voortbouwend op de meest recente beleidsdoorlichting ‘Openbaar Bestuur en Democratie’, is hoe beter inzicht te verkrijgen in de effectiviteit van de inzet van het Ministerie van BZK. Dit nemen we in de huidige Strategische Evaluatieagenda zoveel mogelijk mee, realiserende dat deze nog niet in alle gevallen goed te beantwoorden zijn. De komende periode wordt dit verder uitgewerkt, waarbij ook naar vernieuwing van het evaluatie-instrumentarium wordt gekeken om deze vragen scherper te kunnen aanpakken. De herziene systematiek van Periodieke rapportages, in vergelijking met de eerdere systematiek van beleidsdoorlichtingen, biedt meer flexibiliteit om de scope af te stemmen op de aard van het beleidsterrein en de actuele inzichtbehoefte. Het kiezen van een passende scope die inzicht geeft in onze inzet op het thema Goed Bestuur krijgt daarom expliciet aandacht bij de vormgeving van de volgende Periodieke rapportage in 2028. Daarnaast is er voorgenomen om meer werk te maken van het benutten van uitkomsten uit bestaande evaluaties in het beleidsproces. Hiervoor verwijzen we ook naar de eerdere brief van de Minister van BZK over de opvolging van aanbevelingen uit de eerdere Periodieke Rapportage (Kamerstukken II 2024/25, 30985, nr. 66).

Overig onderzoek Artikel 2: Nationale Veiligheid

Onderstaande tabel toont openbare onderzoeken die betrekking hebben op Artikel 2: Nationale Veiligheid.

Tabel 62 Overig onderzoek Artikel 2: Nationale Veiligheid

Deel(evaluatie)onderzoeken

Type onderzoek

Afronding

Status

Begrotingsartikel(en)

Overig onderzoek

    

AIVD jaarverslag

ex post

jaarlijks

lopend

2

AIVD/MIVD - Verslag van het functioneren van de diensten

ex post

2028

te starten

2

Tabel 63 SEA-thema: een sterke en weerbare democratische rechtsstaat

Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken

Periodieke Rapportage: Een sterke en weerbare democratische rechtsstaat

Afronding in 2028

     

Deel(evaluatie)onderzoeken

Type onderzoek

Afronding

Status

Begrotingsartikel(en)

     

Verkiezingen

Onderzoeksprogramma impact van desinformatie

ex durante

2025-2026

Lopend

1.2

Evaluatie verloop verkiezingen gemeenteraden en Tweede Kamer

ex post

2026

te starten

1.2.

     

Politieke partijen

Evaluatie subsidieregeling beroeps- en belangenverenigingen politieke ambtsdragers

Ex post

2025

afgerond

1.2

     

Decentrale democratie

Thorbeckeleerstoel

Ex post

2024

afgerond

1.2

Evaluatie interbestuurlijk toezicht

ex durante

2026

te starten

1.2

Onderzoek verloop aanbod sollicitanten burgemeestersvacatures

ex durante

2025

afgerond

1.2

Staat van het Bestuur

Ex durante

2023, 2025, 2027

lopend

1.2

Uitbreiding aantal decentrale volksvertegenwoordigers

Ex ante

2025

afgerond

1.2

     

Inwoners

Evaluatie nationaal burgerforum klimaat

Ex durante

2026

lopend

1.2

Programma maatschappelijke onrust en ongenoegen

ex post

2025

te starten

1.2

     

Overig

Evaluatie subsidieregeling Nationaal Comité 4 en 5 mei

Ex post

2026

lopend

1.2

Nadere verkenning effectieve en legitieme regionale samenwerking

ex durante

2025

afgerond

1.2

Toelichting

SEA-thema ‘Een sterke en weerbare democratische rechtsstaat»

De algemene doelstelling van artikel 1 luidt «Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) werkt aan een slagvaardig en betrouwbaar openbaar bestuur waarop inwoners kunnen vertrouwen. Een openbaar bestuur dat samen met de samenleving in staat is de maatschappelijke opgaven op te lossen. Veranderingen in onze maatschappij beïnvloeden hoe ons bestuur en onze democratie werkt. Om waarden als legitieme besluitvorming, slagkrachtig openbaar bestuur en transparantie daarbij te behouden en democratische waarden en vrijheden te borgen en versterken, is continue aandacht nodig voor de werking en inrichting van democratie en bestuur.»

In het tweede lid van het artikel gaat het in het bijzonder over het functioneren van de democratie. De verantwoordelijkheid van BZK bestaat op dit punt concreet uit de zorg voor het goed functioneren van het representatieve bestel van gemeenteraden, provinciale staten en parlement en de daarvan afgeleide bestuurlijke arrangementen en de staatsinrichting zoals we die nu kennen. Denk aan een goed verloop van eerlijke en veilige verkiezingen, het ondersteunen en versterken van politieke partijen, een weerbaar en integer bestuur, een inclusief en divers bestuur met een toegesneden rechtspositie en goede ondersteuning van politieke ambtsdragers, het benoemen van burgemeesters en Commissarissen van de Koning en het beschermen van de democratie tegen destabilisering. De verantwoordelijkheid van BZK bestaat tegelijkertijd uit het onderkennen en versterken van kwetsbaarheden in de democratie en het openbaar bestuur, en het inspelen op nieuwe ontwikkelingen zodat het democratische bestuur in Nederland vitaal, weerbaar en bij de tijd blijft.

Voor het in stand houden, beschermen en vernieuwen van dit democratisch bestel zet het ministerie uiteenlopende middelen in: wet- en regelgeving (bijvoorbeeld de Wet op de financiering van politieke partijen), geld (bijvoorbeeld in de vorm van de vergoedingen voor decentrale politieke ambtsdragers), toezicht (het stelsel van interbestuurlijk toezicht), flankerend beleid (bijvoorbeeld het netwerk weerbaar bestuur) en experimenten ten behoeve van onderhoud en innovatie (bijvoorbeeld experimenten met een nieuw stembiljet).

Eerstvolgende periodieke rapportage

Binnen dit SEA thema wordt toegewerkt naar een Periodieke rapportage in 2028. Dit syntheseonderzoek brengt inzichten uit diverse monitors en evaluaties over de beleidsperiode 2022 tot en met 2027 bij elkaar. Dit met als doel om over het gehele thema uitspraken te kunnen doen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de beleidsvoetafdruk in deze periode. Eerder afgeronde monitors en evaluaties over deze beleidsperiode zijn terug te vinden in de jaarverslagen van het Ministerie van BZK. Aanvullend op wat reeds is afgerond worden de evaluaties en monitors die hierboven in de tabel zijn opgenomen voor de komende jaren geprogrammeerd.

Nieuw opgenomen (deel)evaluaties/monitors

Voor 2025 is op enkele onderwerpen een nieuwe of reeds lopende evaluatie gepland die hieronder worden toegelicht.

Het nationaal burgerforum klimaat

Dit betreft een lerende evaluatie over aanpak, verloop en proces, maar ook over de betekenis van dit instrument voor het al of niet versterken van de democratie in het algemeen.

Maatschappelijke alliantie burgerschap

Voor deze alliantie tussen het ministerie en het V-fonds zal worden geëvalueerd wat het bereik en effect is van de projecten die met de middelen voor deze alliantie worden gefinancierd.

Informatie stakeholders bij het tegengaan van desinformatie bij verkiezingen

Geëvalueerd wordt of stakeholders worden bereikt en of het hen helpt bij het tegengaan van desinformatie.

Interbestuurlijk toezicht

Voorgenomen is een evaluatieonderzoek naar de effectiviteit van het interbestuurlijk toezicht.

Programma Maatschappelijke onrust en ongenoegen

Aangezien het programma zijn afronding nadert, wordt geëvalueerd wat deze aanpak heeft opgeleverd en op welke wijze het de doelgroepen al of niet heeft kunnen ondersteunen.

Nadere toelichting

Diverse vormen onderzoek

Het ministerie hecht er belang aan om periodiek te onderzoeken wat de uitwerking is van de inzet van deze middelen in het veld waarvoor ze bedoeld zijn. Daarnaast hecht het aan het benutten en ontwikkelen van kennis in de gehele beleidscyclus, niet alleen aan het einde. Daarom worden er uiteenlopende vormen van onderzoek verricht: monitoring, evaluatie, verkennend onderzoek en wetenschappelijke analyses.

Opvolging afgeronde beleidsdoorlichting 2024

In juni 2024 is de beleidsdoorlichting van artikel 1, Openbaar Bestuur en Democratie, van de begroting van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (hoofdstuk VII), over de periode 2018 tot en met 2021, aangeboden aan de Tweede Kamer (Kamerstukken II, 2023-2024, 30985, nr. 65).

De beleidsdoorlichting kan met de huidige focus op bestaand evaluatieonderzoek naar doelmatigheid en doeltreffendheid geen precies beeld geven van de mate waarin het beleid bijdraagt aan het openbaar bestuur en democratie. De dynamische politiek-bestuurlijke context maken het complex om beleid te toetsen op doeltreffendheid en doelmatigheid. Desalniettemin wordt in de doorlichting en in de bijbehorende reflecties van experts ook geconstateerd dat er in verschillende dossiers zeer systematisch wordt geëvalueerd, bijvoorbeeld op het terrein van verkiezingen of de besteding van gelden aan ProDemos of aan politieke partijen.

Daarbij is tevens een constatering dat met beperkte middelen essentiële taken in de instandhouding en het onderhoud van democratie en openbaar bestuur worden uitgevoerd, dat het ministerie daarbij vaak bouwt op wetenschappelijke kennis en ervaringen in andere landen en reageert op signalen uit de maatschappij. Die praktijk zal ook de komende jaren worden voortgezet.

Tegelijk neemt het ministerie op andere onderdelen de verbetermogelijkheden voor evaluaties ter harte. Die verbetermogelijkheden zijn er vooral wanneer er minder harde en meetbare instrumenten worden ingezet, bijvoorbeeld in innovatieve programma’s of daar waar met meerdere partners in het veld wordt samengewerkt. Hiervoor wordt in 2025 en 2026 een nadere verkenning verricht.

Tabel 64 SEA-thema: Overheidsdienstverlening, informatiebeleid en informatiesamenleving

Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken

Periodieke Rapportage: Overheidsdienstverlening, informatiebeleid en informatiesamenleving

Afronding in 2026

     

Deel(evaluatie)onderzoeken

Type onderzoek

Afronding

Status

Begrotingsartikel(en)

     

Digitalisering van de overheid

Financiering van datastelsel

Ex durante

2025

Nog te starten

 

TNO onderzoek systeemfuncties Interbestuurlijk Datastrategie

Ex durante

2025

Lopend

6.2

BSN-Koppelregister - evaluatie

Ex durante

2025/2026

Te starten

6.2

DigiD in het Buitenland - evaluatie

Ex durante

2025/2026

Te starten

6.2

(deel)evaluatie Evaluatie Wet Elektronische Publicaties (WEP)

Ex durante

2025/2026

In uitvoering

6.2

Sdu-rapportages KOOP/Logius (Bekendmakingswet (Bkw))

Ex durante

2025/2026

Te starten

6.2

Interbestuurlijk Datastrategie /Werk aan Uitvoering - Evaluatie

Ex durante

2025/2026

Te starten

6.2

Ervaren kwaliteit dienstverlening data.overheid.nl

Ex durante

2028

Nog te starten

6.2

Evaluatie Europese Digitale Identiteit

Ex post

2028

Te starten

6.2

     

Digitale samenleving

    

Beleidsevaluatie Algoritmekader

Ex post

2025

Te starten

6.2

Auditdienst Rijk-onderzoek vulling van het Algoritmeregister door de Rijksoverheid

Ex durante

2025

Te starten

6.2

ECP Begeleidingsethieksessies

Ex durante

2025

Te starten

6.2

Rathenau Dialoogprogramma

Ex durante

2025

Te starten

6.2

SIDN Fonds

Ex post

2025

Te starten

6.2

Expertisecentrum Digitalisering en Welzijn

Ex durante

2025

Te starten

6.2

Evaluatie digitale toegankelijkheid

Ex post

2027

Nog te starten

6.2

     

Overig onderzoek

    

Rijksorganisatie voor Ontwikkeling, Digitalisering en Innovatie

Agentschapsdoorlichting

2028

Nog te starten

6.2

SEA-thema ‘Overheidsdienstverlening, informatiebeleid en informatiesamenleving»

We zetten in op de digitalisering van de overheid om de grote maatschappelijke uitdagingen aan te pakken en overheidsdienstverlening te verbeteren. Dit doen we in intensieve samenwerking met medeoverheden en publieke dienstverleners. We zetten in op cloud, data en artificiële intelligentie, verbeteren de digitale basis, moderniseren de dienstverlening en versterken onze digitale weerbaarheid. We bewegen van een reactieve overheid naar een proactieve overheid, waarbij we onze overheidsbrede dienstverlening opnieuw inrichten vanuit het perspectief van burgers en ondernemers.

Daarnaast blijven wij ons richten op het werk aan de uitdagingen die bestaan in onze digitale samenleving. We borgen de rechten van onze burgers online, Dat doen we bij de overheid zelf, maar ook door platformen en andere bedrijven aan de verantwoordelijkheden te houden die zij hierin hebben.

Eerstvolgende periodieke rapportage

Binnen dit SEA thema wordt toegewerkt naar een Periodieke rapportage over de periode 2020 t/m 2025. In 2025 ontvangt de Tweede Kamer een kamerbrief over de voorgenomen onderzoeksopzet. Dit onderzoek wordt afgerond in 2026. Dit syntheseonderzoek brengt inzichten uit diverse monitors en evaluaties over die beleidsperiode. Dit met als doel om over het gehele thema uitspraken te kunnen doen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de beleidsvoetafdruk in deze periode. Eerder afgeronde monitors en evaluaties over deze beleidsperiode zijn terug te vinden in jaarverslagen. Zie voor het laatste jaarverslag: link.

Nieuw opgenomen (deel)evaluaties/monitors

In 2026 staat er een Periodieke Rapportage gepland voor artikel 6.2. De focus van deze SEA richt zich dan ook op deze Periodieke Rapportage. Voorbereidend op deze PR worden in 2025-2026 nog enkele (deel) evaluaties uitgevoerd, namelijk: Evaluatie Burgerservicenummer-koppeling, Wet Elektronische publicatie en Inzet DigiD in het buitenland.

Ervaren kwaliteit dienstverlening data.overheid.nl

Data.overheid.nl is de toegangspoort tot de data van de overheid. Op dit portaal wordt de Nederlandse overheidsdata beschreven, dit kan zowel open als gesloten zijn. Daarbij geeft Data.Overheid.nl een invulling aan wettelijke taken, dient het als centraal informatiepunt voor de Data Governance Act en de Wet hergebruik overheidsinformatie en verzorgt het de doorlevering aan Europa (Data.Europa.eu). Voor de evaluatie van het portaal willen we de resultaten uit een drietal samenhangende trajecten als input gebruiken. Het gaat om een businesscase, een gebruikersonderzoek en een marktonderzoek.

Evaluatie Europese Digitale Identiteit

De herziene eIDAS verordening verplicht lidstaten om per eind 2026 een Europese Digitale Identiteit (EDI)-wallet uit te geven of te erkennen. In 2028 is een evaluatie van de implementatie van deze wettelijke verplichting voorzien.

Evaluatie digitale toegankelijkheid

Digitale toegankelijkheid gaat om het ervoor zorgen dat overheidswebsites en -apps voor mensen met een beperking te gebruiken zijn. Het beleid is erop geënt dat de overheidsorganisaties de standaard voor digitale toegankelijkheid toepassen en aan de wettelijke verplichting voldoen. Vanaf april 2022 werd daar uitvoering aan gegeven volgens het Stappenplan Digitale Toegankelijkheid (invulling motie Ceder, (Kamerstukken II 2021/22, 26643, nr. 839)). Hierin stonden de volgende pijlers centraal:

  • 1. Kennis over digitale toegankelijkheid vergroten

  • 2. Inclusief ontwerpen stimuleren

  • 3. Inzicht vergroten en datakwaliteit verbeteren

  • 4. Faciliteren van toezichthouders.

Dit beleid wordt met de uitvoering van het Nationaal Actieplan WebBeleid d.d. 1 juli 2025 herijkt. Digitale toegankelijkheid wordt daarin integraal met de standaard voor informatieveiligheid en domeinbeheer opgepakt. Uitvoering daarvan zal de komende periode plaatsvinden.

Nadere toelichting

De focus ligt voor de digitale overheid op het evalueren van het Federatief datastelsel, de Europese Digitale Identiteit en de Interbestuurlijke Datastrategie. Voor de digitale samenleving richten we ons het evalueren van het Algoritmekader en het Algoritmeregister. De focus ligt minder op het doorlichten van verschillende opdrachtnemers. Verschillende opdrachtnemers, zoals Logius, worden al separaat doorgelicht. De kennisbehoefte is daarmee afgedekt.

Over de gehele breedte geven de geplande monitors/evaluaties een goed beeld van onze doelstellingen. Gedurende de looptijd van de SEA zal de kennisbehoefte doorlopend geëvalueerd worden en de evaluatieagenda zal hierop worden aangepast. Na de Periodieke Rapportage zal de SEA herzien worden op basis van de nieuwe inzichten en kennisbehoeften voor Artikel 6.2.

Tabel 65 SEA-thema: Identiteitsstelsel

Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken

Periodieke Rapportage: Identiteitsstelsel

Afronding in 2025

     

Deel(evaluatie)onderzoeken

Type onderzoek

Afronding

Status

Begrotingsartikel(en)

     

Basisregistratie Personen

Evaluatie introductie van het burgerservicenummer in Caribisch Nederland

Ex ante/ex durante/ex post.1

 

Te starten

6.5

Evaluatie Wet wijziging Basisregistratie Personen in verband met briefadressen

Ex post

2025

Lopend

6.5

Evaluatie experimenten Basisregistratie Personen: registratie tijdelijke verblijfsadressen niet-ingezetenen, registratie aantal ingezetenen op woonadres, data van burgers minimaliseren

Ex durante

2025-2026

Lopend

6.5

CBS onderzoek adreskwaliteit Basisregistratie Personen

Ex durante

2027

Lopend

6.5

Evaluatie Wet Landelijke Aanpak Adreskwaliteit

Ex post

2026

Te starten

6.5

     

Reisdocumenten

Evaluatie ID kaart gedetineerden

Ex post

2025

Afgerond

6.5

Monitor Identiteit

Ex durante

2025, 2027

Te starten

6.5

Kwaliteitsonderzoek vingerafdrukken

Ex durante

2026

Lopend

6.5

Evaluatie van de verordening identiteitskaarten

Ex post

 

Te starten

6.5

Modernisering Afname Biometrie

Ex durante/ ex post

2028

Te starten

6.5

Verbeteren Reisdocumentenstelsel en fraudemaatregelen (nulmeting, evaluatie efficiëntie dienstverlening)

Ex durante / ex post

2028

Te starten

6.5

Overige fraudemaatregelen (bv. verplichte VOG, functiescheiding)

Ex durante / ex post

2028

Te starten

6.5

     

Overig onderzoek

    

Rijksdienst voor Identiteitsgegevens

Agentschapsdoorlichting

2026

Te starten

6

1

Wetgeving is nog in behandeling. Na in werking treding zal een invoeringstoets en een evaluatie gepland worden.

SEA-thema «Identiteitsstelsel»

De minister van BZK is verantwoordelijk voor de centrale vastlegging van persoonsgegevens in de Basisregistratie Personen (BRP) en voor het faciliteren van de verstrekking van reisdocumenten op basis van de BRP-gegevens en gegevens uit de reisdocumentenregisters.

Primaire doel Basisregistratie Personen

Het primaire doel van de BRP, zoals ondere andere omschreven in de wet BRP, is om te voorzien in een doelmatige informatievoorziening waarmee persoonsgegevens aan alle overheidsorganisaties en andere organisaties (afnemers) verstrekt kunnen worden die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van hun publieke of maatschappelijke taak. Hierdoor hoeven deze organisaties die informatie niet steeds weer bij de burger op te vragen (eenmalig registreren, meervoudig gebruik). Dit zorgt voor een efficiënte dienstverlening en voor minder administratieve lasten voor de burger.

Primaire doel reisdocumenten

Het primaire doel van het beleid ten aanzien van reisdocumenten is om burgers in staat te stellen hun in de grondwet vastgelegde rechten op het verlaten van het land en terugkeer uit te kunnen oefenen. Daarvoor moet het stelsel, en het reisdocument zelf, zo veilig en toegankelijk mogelijk voor de burger zijn. Verder fungeert een reisdocument ook als identificatiemiddel in de zin van artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht (WID). De minister van BZK is de stelselverantwoordelijke voor de Paspoortwet en faciliteert het domein van reisdocumenten. De feitelijke verstrekking van reisdocumenten ligt bij de uitgevende instanties, voornamelijk gemeenten.

Eerstvolgende periodieke rapportage

Binnen dit SEA thema wordt toegewerkt naar een Periodieke rapportage over de periode 2019-2024. Dit syntheseonderzoek brengt inzichten uit diverse monitors en evaluaties over die beleidsperiode. Dit met als doel om over het gehele thema uitspraken te kunnen doen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de beleidsvoetafdruk in deze periode.

Eerder afgeronde monitors en evaluaties over deze beleidsperiode zijn terug te vinden in jaarverslagen.

Nieuw opgenomen (deel)evaluaties/monitors

Basisregistratie Personen

In 2026 evalueren we verschillende aspecten van de Basisregistratie Personen. Zo evalueren we enkele experimenten met het BRP, zoals registratie tijdelijke verblijfsadressen niet-ingezetenen, registratie aantal ingezetenen op woonadres en data van burgers minimaliseren. Daarnaast beoordelen we regelmatig de adreskwaliteit in het BRP. Al deze evaluaties worden uitgevoerd om te zien of de verschillende delen van de BRP kwalitatief behoud kunnen worden. Zodra de wetgeving met betrekking tot de introductie van het Burgerservicenummer in Caribisch Nederland in werking treedt kan een ex-post evaluatie ingepland worden. Met deze evaluaties willen we lessen trekken uit het gevoerde beleid rond de BRP, de introductie van het BSN in Caribisch Nederland en evalueren of verschillende wettelijke kaders doelmatig en doeltreffend zijn.

Reisdocumenten

We evalueren ter zijner tijd in EU verband de verordening identiteitskaarten en er wordt regelmatig een Monitor Identiteit uitgevoerd. Daarnaast voeren we een kwaliteitsonderzoek naar de Vingerafdrukken toe. Nog nader te bepalen evaluaties in de periode 2026-2028 zijn Modernisering Afname Biometrie, Verbeteren Reisdocumentenstelsel en fraudemaatregelen (nulmeting, evaluatie efficiëntie dienstverlening).

Nadere toelichting

De huidige geplande evaluaties geven een goed beeld van de verschillende ontwikkelingen binnen het beleidsthema ‘Identiteitsstelsel’. De BRP wordt op verschillende onderdelen geëvalueerd om te zien of er kwalitatieve verbeteringen of verbetering in de dienstverlening mogelijk zijn. Daarnaast zullen er na inwerking treeding van de wet ex ante, ex durante en ex poste evaluaties gepland worden voor het traject om het BSN in te voeren in Caribisch Nederland. Dit geeft gedurende het gehele beleidstraject goed inzicht in de doelmatigheid en doeltreffendheid van de beleidsinzet.

Tabel 66 SEA-thema: Hoogwaardige dienstverlening één overheid en GDI

Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken

Periodieke Rapportage: Hoogwaardige dienstverlening één overheid en GDI

Afronding in 2028

     

Deel(evaluatie)onderzoeken

Type onderzoek

Afronding

Status

Begrotingsartikel(en)

Hoogwaardige dienstverlening één overheid

Tweewegverkeer en vorderingenoverzicht rijk

Ex post

2026

Te starten

6.7

Opschaling MijnZaken

Ex post

2027

Te starten

6.7

Landelijke informatievoorziening

Ex post

2027

Te starten

6.7

Evaluatie digitale toegankelijkheid

Ex post

2027

Te starten

6.7

Meldpunt Fouten in Overheidsregistraties (MFO)

Ex durante

2028

Te starten

6.7

Levensgebeurtenissen

Ex durante

2027

Te starten

6.7

Signaalmanagement

Ex durante

2027

Te starten

6.7

Gebruiker centraal

Ex durante

2027

Te starten

6.7

Proactieve dienstverlening

Ex durante

2027

Te starten

6.7

Toekomst Basisregistratie Personen (BRP)

Ex post

2027

Te starten

6.7

     

Generieke Digitale Infrastructuur

Evaluatie centrale financiering GDI

Ex-durante

2026

Te starten

6.8

Evaluatie doorontwikkeling MijnOverheid

Ex-durante

2026

Te starten

6.8

Evaluatie domein Toegang

Ex-durante

2026/2027

Te starten

6.8

Evaluatie beleid innovatie

Ex-durante

2026/2027

Te starten

6.8

     

Overig

    

Logius

Agentschapsdoorlichting

2029

Te starten

6.2 en 6.8

SEA-thema ‘Hoogwaardige dienstverlening één overheid en GDI»

We zetten in op dienstverlening die aansluit bij de leefwereld en persoonlijke situatie van burgers en ondernemers. Zodat een goede en consistente beleving van dienstverlening vanuit de overheid ontstaat, die voldoet aan de behoeften en wensen van mensen. We zorgen ervoor dat mensen makkelijk in- en toegang hebben tot overheidsbrede dienstverlening en dat ze goed worden geholpen en ondersteund. En dat ze waar wenselijk proactief producten en diensten krijgen aangereikt. We zetten in op uniformering en standaardisering ten dienste van toegankelijke en logische overheidsbrede (digitale) dienstverlening. Bijvoorbeeld voor het verwerken van signalen en feedback van burgers en ondernemers.

Ook zetten wij verder in op een betrouwbare en adequate Generieke Digitale Infrastructuur. De Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) is de overheidsbrede digitale infrastructuur voor de publieke dienstverlening. De GDI zorgt dat overheidsorganisaties hun dienstverlening aan burgers en bedrijven betrouwbaar en adequaat kunnen uitvoeren. De GDI bestaat uit bouwstenen in de vorm van afspraken (stelsels), standaarden en voorzieningen. Ze ondersteunen de (digitale) dienstverlening van de overheid en alle publieke dienstverleners en private organisaties met een publieke taak. De GDI vormt zo het fundament voor publieke dienstverlening aan burgers en bedrijven en maakt veilige en betrouwbare (digitale) dienstverlening mogelijk. Ook voor de samenwerking tussen publieke organisaties onderling is de GDI cruciaal.

Burgers én bedrijven in 2030 ontvangen proactieve dienstverlening van de overheid, ervaren dat ze makkelijk ingang en toegang hebben tot de dienstverlening en beleven de overheid als een samenwerkend geheel:

  • We zetten met onze overheidsbrede portalen in op één samenhangende wegwijzer in het overheidslandschap, die burgers en ondernemers op een uniforme wijze doorgeleidt naar de juiste dienstverlening.

  • Burgers en ondernemers hebben toegang tot de Digitale Overheid via publieke én private inlogmiddelen en wallets, ook als vertegenwoordiger.

  • Alle overheidslagen maken gebruik van gestandaardiseerde generieke voorzieningen.

  • Ook specifieke voorzieningen voldoen aan verplichte standaarden zodat organisaties gegevens uit kunnen wisselen en beschikbaar kunnen stellen.

  • Deze voorzieningen zijn zo veel mogelijk open source en draaien op een gemeenschappelijke infrastructuur in datacentra van en voor de overheid aangevuld met private clouddienstverlening.

Eerstvolgende periodieke rapportage

Binnen dit SEA thema wordt toegewerkt naar een Periodieke rapportage in 2028. Dit syntheseonderzoek brengt inzichten uit diverse monitors en evaluaties over de beleidsperiode 2022 tot en met 2027 bij elkaar. Dit met als doel om over het gehele thema uitspraken te kunnen doen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de beleidsvoetafdruk in deze periode.

Eerder afgeronde monitors en evaluaties over deze beleidsperiode zijn terug te vinden in jaarverslagen. Zie voor het laatste jaarverslag: link. Aanvullend op wat reeds is afgerond worden de evaluaties en monitors die hierboven in de tabel zijn opgenomen voor de komende jaren geprogrammeerd.

Nieuw opgenomen (deel)evaluaties/monitors

Wet elektronische publicaties

We evalueren de Wet elektronische publicaties (Wep). De Wep heeft tot doel herkenbare en toegankelijke publicatie van overheidscommunicatie zoals algemene bekendmakingen, mededelingen en inzage in voorgenomen besluiten te realiseren. Dat doen we door het stroomlijnen van de wettelijke verplichtingen ten aanzien van de publicatievoorschriften. Het bereiken van de burger moest een impuls krijgen door het invoeren van een laagdrempelige, brede attenderingsservice.

Opschaling van MijnZaken

De MijnZaken is een track & trace service die burgers op een transparante en eenduidige manier inzicht biedt in de status van hun aanvraag voor een product of dienst. De MijnZaken service is een generieke interactieservice binnen het VNG Omnichannel project. Deze service versterkt een kanaalonafhankelijke aanpak binnen gemeenten en op landelijk niveau (MijnOverheid).

Vorderingenoverzicht Rijk.

Het opvragen van informatie over financiële verplichtingen is op dit moment een tijdrovende en complexe activiteit, waarbij elke overheidsorganisatie individueel moet worden benaderd. Het Vorderingenoverzicht Rijk heeft als doel om informatie over financiële verplichtingen van meerdere overheidsorganisaties in één overzicht aan de burger beschikbaar te stellen. Dit in een mobiele app en op MijnOverheid. Om dit mogelijk te maken wordt een standaard ontwikkeld voor het verstrekken van dit soort informatie. Hiervoor wordt samengewerkt met Belastingdienst, Centraal Administratie Kantoor, Centraal Justitieel Incassobureau, DUO, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), Sociale Verzekeringsbank, Toeslagen en UWV.

Landelijke informatievoorziening

De Landelijke Informatievoorziening (LIV) is onlangs live gegaan als bètaversie op wegwijzer.overheid.nl. Vanuit deze basis wordt de informatievoorziening gefaseerd uitgebreid met nieuwe onderdelen en functionaliteiten. Dit gebeurt samen met vertegenwoordigers vanuit de publieke dienstverleners en decentrale overheden en op basis testen en (gebruikers)onderzoek. In de tweede helft van 2026 zal deze als Minimal Viable Product live gaan.

Meldpunt Fouten in Overheidsregistraties (MFO)

We onderzoeken hoe dit meldpunt vanuit de opstartperiode naar de beheerperiode is doorontwikkeld. We richten deze evaluatie voornamelijk op het vlak van trendanalyse ten behoeve van beleidsontwikkeling.

Centrale financiering Generieke Digitale Infrastructuur

In 2026 staat er een evaluatie gepland naar de centrale financiering van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI), welke in beheer is bij Logius. Met deze evaluatie krijgen we inzicht in de doelmatigheid en doeltreffendheid van de centrale financiering van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI). Dit is nodig omdat deze financieringsstroom een belangrijk deel van de totale financiering van beleidsartikel 6.8 behelst.

MijnOverheid en beleid omtrent innovatie

In 2027 zijn er evaluaties gepland voor de doorontwikkeling van MijnOverheid en beleid omtrent innovatie. Deze dossiers zijn van strategisch belang voor de Digitale Overheid en daarom is er behoefte aan inzicht in de doelmatigheid en doeltreffendheid van de beleidsontwikkelingen en de uitgave van de budgetten.

Domein Toegang

Binnen het domein Toegang maken we het voor inwoners mogelijk om op een veilige, betrouwbare en eenvoudige wijze gebruik te kunnen (laten) maken van de digitale overheidsdienstverlening door de ontwikkeling van het domein Toegang. Bouwstenen zijn: DigiD, DigiD Machtigen, eHerkenning, eIDAS, Public Key Infrastructure-Overheid, Burgerservicenummer-koppelpunt. 

Nadere toelichting

Over de gehele breedte geven de geplande monitors/evaluaties op het subthema «Hoogwaardige dienstverlening één overheid» een goed beeld van onze doelstellingen. Qua focus richt de evaluatieagenda zich op het beleid waarin de burger en ondernemer, ofwel de gebruiker, centraal staat. Dit komt onder andere terug in de kennisbehoefte om het beleid rondom levensgebeurtenissen te evalueren en op het beleid rondom de signalen die we vanuit verschillende hoeken krijgen. De focus ligt minder op de fysieke loketten van de Digitale Overheid, omdat er recentelijk al veel evaluaties en onderzoeken hebben plaatsgevonden. Bijvoorbeeld naar de Informatiepunten Digitale Overheid. 

De focus op het subthema GDI draait voornamelijk om de financiering van de GDI en enkele strategische dossiers. Hiermee krijgen we inzicht in de doelmatigheid en doeltreffendheid van een belangrijk onderdeel van de digitale overheid: de Generieke digitale infrastructuur. Aanvullend is er de komende jaren behoefte aan inzicht in een paar dossiers, vanwege een veranderende werkwijze en geplande doorontwikkelingen.De focus qua evaluaties ligt in de periode 2022-2028 minder op bijdragen aan de Rijkdienst voor Ondernemend Nederland, de Kamer van Koophandel en enkele kleinere dossiers. Deze dossiers hebben in vergelijking met de ingeplande evaluaties een minder grote financiële impact, of er zijn minder beleidsontwikkelingen waardoor de kennisbehoefte niet is gewijzigd.

Gedurende de looptijd van de SEA zal de kennisbehoefte doorlopend geëvalueerd worden en de evaluatieagenda zal hierop worden aangepast.

Tabel 67 SEA-thema: Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid

Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken

Periodieke Rapportage: Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid

Afronding in 2028

     

Deel(evaluatie)onderzoeken

Type onderzoek

Afronding

Status

Begrotingsartikel(en)

     

Rijk als werkgever

Bestedingsplan Leiderschap, diversiteit en inclusiviteit (POK-middelen)

Ex post

2025

Lopend

7

Evaluatie impact Staat van de Uitvoering 2022-2025

Ex post

2026

Te starten

7

Wet Normering Topinkomens

Ex post

2026

Te starten

7

Evaluatie psychosociale ondersteuning klokkenluiders door Slachtofferhulp Nederland

Ex durante

2026

Te starten

7

Rechtsbijstand en mediation voor klokkenluiders via Raad voor de Rechtsbijstand

Ex durante

2026

Te starten

7

Wet bescherming klokkenluiders

Ex post

2026

Te starten

7

Visitatiecommissie Algemene Bestuursdienst

Ex durante

2027

Te starten

7

Monitor interne meldregelingen Wet bescherming klokkenluiders

Ex durante

2024, 2026, 2028

Te starten

7

     

Informatievoorziening Rijk

Evaluatie I-strategie Rijk 2021-2025

Ex post

2025

Te starten

7

Beleidsevaluatie I vakmanschap

Ex durante

2025

Te starten

7

CIO Stelsel Rijksdienst 2026/207

ex post

2026/2027

Te starten

7

0-meting duurzaamheid ODC

ex ante

2026

Te starten

7

     

Organisatie Rijksoverheid en bedrijfsvoering

Evaluatie impact Ambtelijk vakmanschap (POK-middelen)

Ex durante

2026

Te starten

7

     

Huisvesting en faciliteiten

Rapportage Rijkshuisvestingsstelsels

Ex durante

2026

Te starten

7

subsidieregeling Center for People and Buildings

Ex post

n.t.b.

Te starten

7

     

Rijksinkoop

Evaluatie Uitvoeringsagenda ISV

Ex post

2025

Te starten

7

Onderzoek externe Auditdiensten ISV

Ex post

2025

Te starten

7

Regie op de Monitoring MVOI fase 2 en 3

Ex post

2025

Te starten

7

     

Overig onderzoek

Jaarrapportage Bedrijfsvoering Rijk

Ex durante

jaarlijks

Lopend

7

SSC-ICT

Agentschapsdoorlichting

2026

Lopend

7

FM Haaglanden

Agentschapsdoorlichting

2027

Te starten

7

Rijksorganisatie Beveiliging en Logistiek

Agentschapsdoorlichting

2028

Te starten

7

O&P Rijk

Agentschapsdoorlichting

2027

Te starten

7

Huis voor Klokkenluiders

ZBO evaluatie

2026

Te starten

7

Deelname aan wetenschappelijk onderzoeksprogramma Werk in Transitie van het CfPB

Ex durante

2029

Te starten

7

SEA-thema ‘Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid»

De minister van BZK streeft naar een overheid die betrouwbaar, dienstbaar, dichtbij en rechtvaardig is en haar maatschappelijke taken optimaal uitvoert. Dit gebeurt door het creëren van randvoorwaarden voor het optimaal en duurzaam functioneren van overheidsorganisaties en in het bijzonder voor een efficiënte en effectieve bedrijfsvoering.  Het ministerie draagt hieraan bij in een regisserende en coördinerende rol, respectievelijk op het terrein van collectieve arbeidsvoorwaarden, personeelsbeleid Rijk en organisatie en bedrijfsvoering van het Rijk, waaronder ICT, huisvesting, inkoop en faciliteiten en Management Development. De rijksbrede bedrijfsvoering betreft de niet-financiële bedrijfsvoering, bedoeld om alle ruim 165.000 rijksambtenaren in staat te stellen samen aan de Rijksopgaven te werken – teneinde maatschappelijke opgaven te realiseren.

Eerstvolgende periodieke rapportage

In 2025 heeft de Tweede Kamer een Periodieke Rapportage over dit thema ontvangen over de beleidsperiode 2019-2023 (Kamerstukken II 2024/25, 30985, nr. 67). Binnen dit SEA thema wordt toegewerkt naar een Periodieke rapportage in 2028 over de beleidsperiode 2024-2027.

Toelichting nieuw opgenomen evaluaties/monitors

Binnen dit grote thema wordt er onderscheid gemaakt tussen een vijftal subthema’s. De nieuw opgenomen onderzoeken worden hieronder toegelicht.

  • 1. Rijk als werkgever

Bestedingsplan Leiderschap, diversiteit en inclusiviteit (POK-middelen)

De evaluatie van de impact van het bestedingsplan ‘Leiderschap, diversiteit, inclusie, voorkomen institutioneel racisme en onbewust vooroordelen’ wordt uitgevoerd in 2025 en wordt extern belegd bij een onafhankelijke partij, mogelijk bij een universiteit. Daarbij staan de vragen centraal of de interventies hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van de doelstellingen en of aanvullende inspanningen zijn te benoemen die mogelijk meer impact hebben. De uitgangspunten voor de evaluatie zijn aan de voorkant vastgesteld in 2021, zodat deze mede richting kunnen geven aan de ontwikkeling van het programma.

Evaluatie impact Staat van de Uitvoering 2022-2025

De evaluatie van de impact van de sinds 2022 jaarlijks uitgebrachte «Staat van de Uitvoering» start medio 2026. Doel is om systematisch de daadwerkelijke effecten te onderzoeken op de uitvoeringspraktijk, het beleid en de samenwerking tussen politiek, beleid en uitvoering. Met kwantitatief en kwalitatief onderzoek wordt nagegaan of de Staat van de Uitvoering politici, bestuurders en beleidsmakers bereikt, leidt tot verbeteringen, het lerend vermogen van de overheid versterkt en de kloof tussen beleid en uitvoering verkleint. De evaluatie wordt onafhankelijk uitgevoerd en moet inzicht geven in de toegevoegde waarde. De uitkomsten vormen de basis voor onderbouwde aanbevelingen voor de praktijk in de jaren daarna.

Monitor campagne veilig werk- en meldklimaat

BZK heeft de campagne veilig werk- en meldklimaat (2023-2024) gemonitord om de doelmatigheid en de effectiviteit van de campagne in het oog houden. De verschillende voorzieningen die zien op de ondersteuning van klokkenluiders op psychosociaal en juridisch gebied worden (tussentijds) geëvalueerd. Er worden onderzoeken gedaan om meer inzichten te verkrijgen als onderbouwing van beleid en wetgeving. De Universiteit van Amsterdam doet meerjarig onderzoek naar de bescherming van klokkenluiders. Er wordt gedragskundig onderzoek gedaan naar psychologische processen die van belang zijn bij het bevorderen van een veilig werk- en meldklimaat.

Wet normering topinkomens

In 2026 wordt de evaluatie van  de Wet Normering Topinkomens (WNT) afgerond. Deze wet dient elke vijf jaar te worden geëvalueerd, waarin wordt stilgestaan bij de doeltreffendheid en de effecten van de wet in de praktijk.

Wet bescherming klokkenluiders

De Wet bescherming klokkenluiders is op 18 februari 2023 in werking getreden. Om de effecten van de Wet bescherming klokkenluiders op de uitvoering in beeld te krijgen, is in 2024 een invoeringstoets uitgevoerd. De Wet bescherming klokkenluiders wordt in 2026 geëvalueerd. Overeenkomstig de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen vindt in 2026 een evaluatie plaats van het Huis voor klokkenluiders als zbo.

Visitatiecommissie Algemene Bestuursdienst

Om er zeker van te zijn dat het ABD-stelsel en het functioneren van de ABD goed blijven aansluiten bij de doelstellingen en maatschappelijke ontwikkelingen, is aan de Tweede Kamer toegezegd om periodiek een externe visitatiecommissie te vragen om het ABD-stelsel te evalueren en aanbevelingen te doen voor verbetering. De eerste visitatie heeft plaatsgevonden in 2023.

2. Informatievoorziening Rijk

CIO Stelsel Rijksdienst 2026/2027

Conform het CIO besluit heeft een evaluatie plaatsgevonden (CIO stelsel Rijksdienst 2021, nulmeting) die vervolgens elke drie jaar wordt herhaald. De laatste oplevering van het rapport was in 2024. In 2026 zal de nieuwe start worden gemaakt en oplevering rapport wordt verwacht in 2027. Doel van de evaluatie is om onderzoek te doen naar het digitaal leiderschap en lerend vermogen van het CIO-stelsel binnen de Rijksdienst.

3. Organisatie

Evaluatie impact Ambtelijk vakmanschap (POK-middelen)

Sinds eind 2020 wordt gewerkt aan het versterken van ambtelijk vakmanschap en opgavegericht samenwerken binnen de Rijksdienst. Werken vanuit publieke waarde, opgaven moeten steeds meer over de grenzen van de ministeries aangepakt worden. Daarvoor is verandering van gedrag van rijksambtenaren nodig. Het rijksbrede programma Grenzeloos Samenwerken werkt hieraan. Het meten van de impact van dat programma is ingewikkeld, maar hieraan wordt vanaf de start gewerkt. Het voornemen is om in 2026 een evaluatie af te ronden, waarin de kwantitatieve en kwalitatieve resultaten worden gepresenteerd, inclusief aanbevelingen over de aandachtspunten bij het vervolg.

4. Huisvesting en faciliteiten

Rapportage Rijkshuivestingsstelsel

Dit betreft een evaluatie van het rijkshuisvestingsstelsel kantorenhuisvesting Rijk en specialties Rijk (2 delen).

Subsidieregeling Center for People and Buildings

Betreft een evaluatie over de subsidieperiode 2025 en verder.

5. Rijkisinkoop

Evaluatie Uitvoeringsagenda Internationale Sociale Voorwaarden (ISV)

In de Uitvoeringsagenda ISV (2022-2025) staan 19 acties en toezeggingen om de toepassing van ISV in de Rijksinkoop te verbeteren. Deze acties worden geëvalueerd om te bezien welke (nieuwe of doorlopende) acties vanaf 2026 nodig en zinvol zijn. Om beleidscoherentie ten aanzien van het Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeven en Inkopen (MVOI)- en Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO)-beleid te bevorderen, wordt ook opgehaald hoe het ISV-beleid (beter) kan landen in de actualisatie van de Rijksinkoopstrategie en het Nationaal Plan MVOI.

Onderzoek externe Auditdiensten ISV

Doel van dit onderzoek is na te gaan in hoeverre de dienstverlening van externe auditdiensten voor Rijksinkoop van toegevoegde waarde is bij het beoordelen van (stappen van) gepaste zorgvuldigheid bij het toepassen van ISV beleid.

Regie op de Monitoring MVOI fase 2 en 3

Doel van het onderzoek is het creëren van eenduidige en betrouwbare sturingsinformatie over de toepassing en het effect van Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeven en Inkopen. Het onderzoek is gericht op alle overheidslagen en moet dan ook resulteren in vergelijkbaarheid van data.

In de tweede fase van het onderzoek wordt gewerkt aan eenduidige definities, doelstellingen en KPIs. Belangrijk aandachtspunt hierbij is de noodzakelijk datagovernance. Fase 3 staat in het teken van een meerjarenvisie en implementatieplan van MVOI monitoring.

Tabel 68 SEA-thema: Slavernijverleden

Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken

Periodieke Rapportage: Slavernijverleden

Afronding in 2030

     

Deel(evaluatie)onderzoeken

Type onderzoek

Afronding

Status

Begrotingsartikel(en)

     

Subsidieregelingen voor maatschappelijke initiatieven

Tussenevalutie regeling Europees Nederland

ex durante

2027

te starten

14

Evaluatie regeling Europees Nederland

ex post

2029

te starten na afronding laatste tijdvak in 2028.

14

     

Andere beleidsmatige maatregelen voor bewustwording en erkenning inEuropees Nederland

     
     

Herdenkingscomité Slavernijverleden

Besturingsmodel en voortgang doelstellngen

Ex durante

2026

te starten

14

SEA-thema «Slavernijverleden»

Naar aanleiding van de kabinetsreactie van 19 december 2022 is met de Voorjaarsnota 2023 € 200 mln. incidenteel uitgetrokken voor maatregelen voor meer kennis en bewustwording, het erkennen en herdenken, en de doorwerking van het slavernijverleden.

Daarnaast is structureel € 8 mln. beschikbaar gesteld voor een onafhankelijk Herdenkingscomité slavernijverleden. De bestemming van deze middelen is tot stand gekomen in een intensieve samenwerking met nazaten van tot slaafgemaakten uit Europees Nederland, Suriname en Caribisch deel van het Koninkrijk.

Eerstvolgende periodieke rapportage

In deze Periodieke rapportage zal worden onderzocht in hoeverre de ingezette beleidsinstrumenten doelmatig en doeltreffend zijn geweest. Het plan van aanpak voor deze periodieke rapportage zal in 2029 aan de Kamer worden aangeboden. De evaluatie zelf zal plaatsvinden in 2030.

Nieuw opgenomen (deel)evaluaties/monitors

Regeling voor maatschappelijke initiatieven (Europees Nederland)

De regeling voor de maatschappelijke initiatieven voor Europees Nederland is in 2024 gepubliceerd en de verwachting is dat medio augustus 2025 een eerste tijdvak wordt opengesteld waarna de eerste aanvragen in behandeling kunnen worden genomen.

Om te komen tot een uitvoerbare regeling zijn de afgelopen maanden door het ministerie van BZK intensieve gesprekken gevoerd met een beoogd uitvoerder: Uitvoering Van Beleid, onderdeel van Directie Dienstverlening Samenwerkingsverbanden en Uitvoering binnen het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Hierbij is het van belang dat de regeling laagdrempelig is en toegankelijk voor de gemeenschap.

Na inwerkingtreding van de subsidieregeling maatschappelijke initiatieven en de beleidsmaatregelen gefinancierd uit het fonds en de instelling van het Herdenkingscomité zal hier verdere concrete invulling aan gegeven worden.

Herdenkingscomité Slavernijverleden

Op 6 januari 2026 is de stichting Herdenkingscomité Slavernijverleden (HC) opgericht, waarvoor structureel € 8 miljoen beschikbaar is. Het HC organiseert onder andere de Nationale Herdenking en bevordert het maatschappelijk bewustzijn over het slavernijverleden en de doorwerking daarvan binnen het Koninkrijk en Suriname (indien gewenst). De werkorganisatie van het HC opereert zowel in Europees Nederland als het Caribisch deel van het Koninkrijk. Het BES-BZK verstrekt jaarlijks subsidie. Na één jaar wordt het besturingsmodel en de voortgang van het HC geëvalueerd.

Tabel 69 SEA-thema: Een veilig Groningen met perspectief

Syntheseonderzoeken op basis van afgeronde deel(evaluatie)onderzoeken

Periodieke Rapportage: Een veilig Groningen met perspectief

Afronding in 2030

     

Deel(evaluatie)onderzoeken

Type onderzoek

Afronding

Status

Begrotingsartikel(en)

     

Schadeafhandeling en versterking

Evaluatie Woonbedrijf

Ex post

2025

Lopend

15

Evaluatie instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG)

Ex post

2025

Lopend

15

Evaluatie subsidieregeling rechtsbijstand

Ex durante

2025

Lopend

15

Evaluatie versterkingsoperatie, afgebakend op taken NCG (onderdeel Staat van Groningen en Noord-Drenthe)

Ex post

2029

Te starten

15

     

Perspectief

Evaluatie subsidieregeling Bestuurlijke afspraken

Ex post

2025

Lopend

15

Evaluatie economische agenda (onderdeel Staat van Groningen en Noord-Drenthe)

Ex post

2029

Te starten

15

     

Overig

    

Monitor: Staat van Groningen

Rapportage

2025

lopend

15

SEA-thema 'Een veilig Groningen met perspectief"

Het kabinet werkt aan het oplossen van de gevolgen van de gaswinning uit het Groningenveld en het inlossen van de ereschuld aan bewoners die te lang onevenredig hiervan de lasten hebben gedragen. Concreet gaat het om het herstellen van schades en om het versterken van gebouwen, en om een generatielange investeringen in verduurzaming, sociaal welzijn en economische ontwikkeling. Het doel van het beleid is dat inwoners een veilig, hersteld en verduurzaamd huis krijgen. Verder draagt het Kabinet zorg voor het bevorderen van de brede welvaart in de gemeenten in de provincie Groningen, de gemeenten Aa en Hunze, Noordenveld en Tynaarlo zodat de brede welvaart uiterlijk in 2055 tenminste het landelijk gemiddelde bereikt.

Eerstvolgende periodieke rapportage

Binnen dit SEA thema wordt toegewerkt naar een Periodieke rapportage in 2030. Dit syntheseonderzoek brengt inzichten uit diverse monitors en evaluaties over de beleidsperiode tot en met 2029 bij elkaar. Dit met als doel om over het gehele thema uitspraken te kunnen doen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de beleidsvoetafdruk in deze periode.

Eerder afgeronde monitors en evaluaties over deze beleidsperiode zijn terug te vinden in jaarverslagen. Aanvullend op wat reeds is afgerond worden de evaluaties en monitors die hierboven in de tabel zijn opgenomen voor de komende jaren geprogrammeerd.

Nadere toelichting

De Staat van Groningen en Noord-Drenthe is een jaarlijks, samenhangend beeld van alle beschikbare informatie en onderzoeken over hoe het gaat met het herstel, de veiligheid en de (brede) welvaart in het gebied dat heeft geleden onder de gaswinning uit het Groningenveld. De Staat van Groningen wordt door een onafhankelijke partij samengesteld. Dit draagt bij aan de informatievoorziening van bewoners, bestuurders, volksvertegenwoordigers en andere betrokkenen, en maakt tijdige signalering van knelpunten en bijsturing van het beleid mogelijk. 

Met de Staat van Groningen en Noord-Drenthe verschijnt jaarlijks een complete monitor van de output, outcome en impact van alle onderdelen van het beleid ten aanzien van het herstellen van de gevolgen van de gaswinning uit het Groningenveld en de generatielange investeringen in verduurzaming, sociaal welzijn en economische ontwikkeling.

Licence