Art. | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand begroting 2025 (inclusief NvW) | 59.996.991 | 64.414.242 | 67.273.411 | 69.328.299 | 71.745.052 | ||
Belangrijkste mutaties | |||||||
Eerste suppletoire begroting | 143.392 | ‒ 135.853 | ‒ 787.927 | ‒ 1.456.149 | ‒ 424.688 | 73.768.370 | |
Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (NOW) | 1 | 133.742 | |||||
Kadercorrecties Bijstand en LKS | 2 | ‒ 217.574 | ‒ 210.340 | ‒ 192.477 | ‒ 237.648 | ‒ 249.665 | ‒ 193.825 |
Kinderopvangtoeslag (KOT) | 7 | 33.624 | ‒ 200.118 | 419.699 | 268.447 | 173.366 | 163.744 |
Wet Kindgebonden Budget (WKB) | 10 | ‒ 220.237 | ‒ 181.446 | ‒ 369.606 | ‒ 335.641 | ‒ 297.507 | ‒ 261.333 |
Niet-kaderrelevant | 12 | 627.800 | 949.800 | 452.100 | ‒ 796.200 | ‒ 608.800 | 1.905.900 |
Lage-inkomensvoordeel | 1 | ‒ 181.526 | |||||
Banenafspraak | 2 | 57.585 | |||||
Invoering nieuwe financiering kinderopvang per 2029 | 7 | ‒ 38.300 | ‒ 611.600 | ‒ 2.168.900 | ‒ 1.742.900 | ‒ 155.700 | ‒ 47.300 |
Ingroeipad nieuw kinderopvangstelsel | 7 | 19.200 | 295.800 | 850.800 | 1.078.600 | 445.900 | 148.400 |
Steilere afbouw WKB vanaf een inkomen van 60.000 euro | 10 | ‒ 25.000 | ‒ 304.400 | ‒ 291.000 | ‒ 295.600 | ‒ 300.000 | |
Afschaffen criterium samengestelde gezinnen WKB | 10 | 4.600 | 56.200 | 55.100 | 40.800 | 50.200 | |
Actieagenda integratie | 13,99 | 4.968 | 10.622 | 15.647 | 22.252 | 26.657 | 21.990 |
Duurverkorting Werkloosheidsuitkering | div | 18.970 | 110.351 | 80.938 | |||
Invulling Taakstellingen | div | 30.500 | 44.085 | 57.901 | 72.238 | 86.530 | 86.530 |
Toedeling prijs- en loonbijstelling 2025 | 99 | 78.837 | 87.322 | 78.113 | 66.661 | 65.419 | 65.242 |
Overboekingen met andere begrotingshoofdstukken | div | ‒ 117.203 | ‒ 108.892 | ‒ 128.105 | ‒ 86.345 | ‒ 3.567 | ‒ 7.178 |
Overboekingen van Aanvullende post | div | 200.606 | 113.617 | 155.628 | 140.834 | 66.625 | 47.685 |
Kasschuiven | div | ‒ 193.011 | ‒ 234.885 | 162.436 | 152.753 | 55.975 | 85.332 |
Uitgekeerde Eindejaarsmarge 2024 | div | 15.241 | |||||
Desalderingen | div | 19.650 | |||||
Overige mutaties en extrapolatie | div | ‒ 110.510 | ‒ 69.418 | 127.037 | 157.730 | 114.528 | 71.922.045 |
Mutaties Amendementen | 55.668 | ‒ 34.332 | ‒ 34.332 | ‒ 34.332 | ‒ 34.332 | ‒ 34.332 | |
Amendement Bontenbal Taakstelling OCW | 99 | ‒ 34.332 | ‒ 34.332 | ‒ 34.332 | ‒ 34.332 | ‒ 34.332 | ‒ 34.332 |
Amendement Grinwis/Ceder Tijdelijk Noodfonds Energie | 2 | 50.000 | |||||
Amendement Van Kent t.b.v. sociaal ontwikkelbedrijven | 2 | 40.000 | |||||
Mutaties begroting 2026 | 1.116.165 | 1.463.142 | 1.287.929 | 1.737.237 | 1.532.361 | 1.476.491 | |
Herverkaveling Inburgering naar SZW | div | 421.392 | 353.211 | 345.366 | 312.181 | 271.472 | |
Compensatie inkomens sociaal-ontwikkelbedrijven | 2 | 24.575 | 23.759 | 23.063 | |||
WW-duurverkorting | 2 | ‒ 19.274 | ‒ 93.198 | ‒ 6.834 | |||
Wet op het Kindgebonden Budget (WKB) | 10 | ‒ 15.401 | ‒ 20.307 | 5.939 | 1.111 | 2.406 | ‒ 13.843 |
Kinderopvangtoeslag (KOT) | 7 | ‒ 2.107 | 603 | ‒ 3.488 | ‒ 22.295 | ‒ 35.855 | ‒ 43.302 |
Bijstelling MEV | div | 7.588 | 6.590 | ‒ 6.222 | 2.249 | 5.527 | 40.288 |
Energiefonds Kasschuif amendement Grinwis | 2 | ‒ 50.000 | 50.000 | ||||
Niet-kaderrelevant | 12 | 17.700 | ‒ 93.100 | ‒ 426.700 | 43.300 | 31.300 | ‒ 133.700 |
Herschikkingen met H40 | div | ‒ 4.979 | ‒ 1.320 | ‒ 900 | ‒ 3.400 | ‒ 8.700 | ‒ 15.600 |
Overboeken nominale ontwikkeling (van H83) | div | 1.274.920 | 1.173.448 | 1.280.674 | 1.351.001 | 1.418.211 | 1.418.983 |
Overboekingen met andere begrotingshoofdstukken | div | ‒ 89.218 | ‒ 98.965 | ‒ 69.528 | ‒ 22.675 | ‒ 27.970 | ‒ 21.260 |
Overboekingen van Aanvullende post | 2,7 | 65.833 | |||||
Kasschuiven | div | ‒ 4.514 | ‒ 9.677 | 68.342 | 35.446 | ‒ 74.504 | ‒ 15.093 |
Desalderingen | 96 | ‒ 985 | 1.815 | 1.615 | 4.015 | 4.015 | 4.015 |
Correctie Loon- en prijsbijstelling | 7 | ‒ 16.881 | ‒ 6.514 | ‒ 696 | ‒ 172 | ‒ 61 | ‒ 4 |
Overige mutaties | div | 42 | ‒ 1.231 | 11.923 | ‒ 498 | ‒ 991 | ‒ 8.631 |
Stand ontwerpbegroting 2026 | 61.312.216 | 65.707.199 | 67.739.081 | 69.575.055 | 72.818.393 | 75.210.529 |
Toelichting
In deze toelichting wordt de relevante informatie opgenomen. Bij beleidsmatige intensiveringen met een budgettaire mutatie van € 20 miljoen of meer in enig jaar wordt verwezen of vooruitgewezen naar een stuk met daarin de door de Kamer te ontvangen informatie conform de werkwijze Beleidskeuzes uitgelegd (CW3.1).
Mutaties eerste suppletoire begroting
De mutaties van de eerste suppletoire begroting zijn toegelicht in onderdeel 2.1 van de Memorie van Toelichting van de Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2024/25, 36 725 XV, nr. 2).
Mutaties Amendementen
Amendement Bontenbal Taakstelling OCW
De Kamer heeft een amendement van het lid Bontenbal aangenomen om een aanzienlijk deel van de bezuinigingen op de Begroting van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap terug te draaien. Een deel van de dekking hiervoor is onder andere gevonden in een bezuiniging op de apparaatskosten van departementen. Voor SZW komt dit neer op een taakstelling van € 34,3 miljoen.
Amendement Grinwis/Ceder Tijdelijk Noodfonds Energie
De Kamer heeft een amendement van het lid Grinwis aangenomen om € 50 miljoen extra beschikbaar te stellen voor het Tijdelijk Noodfonds energie.
Amendement Van Kent t.b.v. sociaal ontwikkelbedrijven
De Kamer heeft een amendement van het lid van Kent aangenomen om € 40 miljoen extra beschikbaar te stellen ter compensering van fiscale maatregelen sociaal ontwikkelbedrijven.
Mutaties begroting 2026
Herverkaveling Inburgering naar SZW
Met ingang van 2026 vallen de inburgeringsactiviteiten weer onder de begroting van het Ministerie van SZW. De middelen voor inburgering zijn overgeheveld van de begroting van Justitie en Veiligheid. Dat betekent dat artikel 13 van de SZW-begroting vanaf 2026 zowel om integratie als inburgering handelt.
Compensatie inkomens sociaal-ontwikkelbedrijven
Voor de compensatie van de inkomens van de medewerkers SO-bedrijven wordt het budget opgehoogd voor 2026 t/m 2028.
WW-duurverkorting
In de begroting is een besparingsverlies als gevolg van een jaar uitstel van de WW-duurverkorting verwerkt omdat de beoogde datum van inwerkingtreding van 1 januari 2027 niet uitvoerbaar is voor UWV. Dit leidt ten opzichte van de Voorjaarsnota 2025 tot lagere uitgaven aan bijstand, Toeslagenwet en de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen.
Wet op het Kindgebonden Budget (WKB)
De verwachte uitgaven aan het kindgebonden budget (WKB) worden structureel naar beneden bijgesteld. Onderliggend spelen er daarbij verschillende tegengestelde effecten. Enerzijds stijgen de structurele uitgaven aan WKB namelijk op basis van de cMEV-raming. Dit komt onder meer doordat de prognose voor de tabelcorrectiefactor (de relevante indexatiefactor voor de WKB) door het CPB naar boven is bijgesteld, waardoor de afbouwgrens voor paren en de vermogensgrenzen meerjarig hoger uitkomen dan eerder verwacht, met hogere WKB-uitgaven tot gevolg. Anderzijds is er een technische correctie gedaan vanwege de bij Voorjaarsnota genomen maatregelen op het kindgebonden budget (het inrichten van een extra knikpunt en het verlagen van de vermogensgrenzen), omdat er nog geen onderscheid was gemaakt tussen nabetalingen en terugontvangsten. Dit leidt tot minder uitgaven aan WKB. Per saldo leiden de bijstellingen tot lagere uitgaven aan het kindgebonden budget in 2030.
Kinderopvangtoeslag (KOT)
De uitgaven aan de kinderopvangtoeslag worden naar beneden bijgesteld op basis van twee ontwikkelingen. Ten eerste komt de werkloze beroepsbevolking op basis van de cMEV-raming van het CPB hoger uit dan eerder werd verwacht. Dit leidt tot minder gebruik van kinderopvang en als gevolg daarvan ook tot lagere uitgaven aan de kinderopvangtoeslag. Daarnaast vindt er een correctie plaats op de jaarlijkse indexatie. Bij het op prijsniveau 2025 brengen van de uitgaven aan de kinderopvangtoeslag was er nog geen rekening mee gehouden dat de nabetalingen over de periode tot en met 2024 niet meestijgen. Dit wordt nu gecorrigeerd, met lagere uitgaven als gevolg.
Bijstelling MEV
Ramingsbijstellingen op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2026).
Niet-kaderrelevant
De geraamde uitgaven aan de rijksbijdrage aan het Ouderdomsfonds voor de kosten van heffingskortingen en het vermogenstekort worden bijgesteld op basis van de MEV-raming van het CPB.
Herschikkingen met H40
Er zijn diverse herschikkingen en doorverdelingen naar het premiegefinancierde begrotingshoofdstuk, waaronder een budgetneutrale schuif tussen het begrotings- en premiegefinancierde budget voor de uitvoeringskosten van UWV. Dit is een gevolg van de jaarlijkse prijsherijking van de uitvoeringskosten.
Overboeken nominale ontwikkeling (van H83)
Dit betreft de nominale ontwikkeling in de budgetten van 2025 als gevolg van de mutaties van de uitgaven (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexatiepercentages van lonen en prijzen op basis van de macro-economische raming van het CPB.
Overboekingen met andere begrotingshoofdstukken
Er zijn in totaal 54 overboekingen met andere departementen, waarvan de grootste overboekingen zijn:
– Een overboeking naar BZK voor beschut werk. Dit betreft een (tijdelijke) ophoging van de rijksbijdrage beschut werk bij BZK (onderdeel van de IU Participatie). De ophoging volgt uit de voorjaarsnota 2025 en bedraagt in 2026 € 36,7 miljoen.
– Een overboeking naar het gemeentefonds voor de implementatie van de Participatiewet. Voor de implementatie van Participatiewet in balans spoor 1 wordt er binnen de begrotingshorizon cumulatief € 55,5 miljoen van de SZW-begroting overgemaakt naar het cluster Participatie van het Gemeentefonds (€ 15,2 miljoen in 2026).
– Een overboeking naar BZK van € 10,0 miljoen in 2026 voor de ontwikkeling van de sociale agenda. In de kabinetsreactie op de parlementaire enquête aardgaswinning Groningen (Nij Begun), is de ontwikkeling van een sociale agenda aangekondigd.12
– Overboeking naar Financiën voor de uitvoeringskosten die met de uitvoering van het opheffen van het handhavingsmoratorium DBA per 1 januari 2025 samenhangen (€ 7,4 miljoen in 2026).
– Overboeking naar JenV van € 6,2 miljoen in 2026. Het Ministerie van SZW draagt bij in de kosten van de dienstverlening van het Juridisch Loket, voor zover deze uitgebreid of aangepast moet worden om de doelgroep te bereiken.
Overboekingen van Aanvullende post
Er zijn twee overhevelingen van de Aanvullende post bij het Ministerie van Financiën naar het Ministerie van SZW. Voor het energiefonds gaat het om een bedrag van € 60 miljoen en voor het opdrachtenbudget van het nieuwe kinderopvangstelsel € 5,8 miljoen. Voor de mutatie betreffende het energiefonds ontvangt uw Kamer de onderbouwing conform de werkwijze Beleidskeuzes uitgelegd (CW3.1) voordat hierover wordt gestemd.
Kasschuiven
Er zijn 30 kasschuiven waarvan de grootste zijn:
– Om het kasbudget van MDIEU voor 2025 in overeenstemming te brengen met verwachte uitgaven wordt er € 10 miljoen van 2026 naar 2025 geschoven.
– Op de begroting zijn middelen gereserveerd om geleidelijk toe te groeien naar de nieuwe financiering voor de kinderopvang en voor de invoering daarvan per 2029. Om deze middelen in het juiste kasritme te plaatsen wordt het budget herverdeeld over de jaren 2025 tot en met 2030.
– De uitvoeringstoetsen van Vbar en Flex zijn inmiddels herijkt. Door de vertraging in de inwerkingtreding zal de Belastingdienst per saldo voor beide wetsvoorstellen in 2025 en 2026 minder budget claimen, maar in de latere jaren hogere uitvoeringskosten hebben dan momenteel rekening mee is gehouden. Daarom wordt er € 3,6 miljoen in 2025 en € 1,1 miljoen in 2026 doorgeschoven naar 2027 en verder.
– De nabetalingen voor WIA-herstelacties lopen vertraging op. Met deze boeking wordt rekening gehouden met latere nabetalingen op WIA-uitkeringen, waardoor de besparing op de TW tevens later plaats zal vinden als gevolg van de herstelactie voor loonloze tijdvakken in de WIA. Daarom wordt er budget vanuit 2027 (€ 5,0 miljoen) naar 2025 (€ 3,4 miljoen) en 2026 (€ 1,6 miljoen) geschoven.
– Er wordt vanuit 2028 € 1 miljoen en vanuit 2029 € 3 miljoen naar 2026 geschoven voor de schuldhulpverlening.
– Er wordt € 3 miljoen van 2025 naar 2026 geschoven voor de subsidie van-werk-naar-werk.
Desalderingen
Er zijn diverse desalderingen waarvan de grootste zijn:
– De uitgaven en ontvangsten van de rijksschoonmaakorganisatie worden opgehoogd zodat die aansluiten bij de voorziene werkzaamheden.
– Aanpassing van de uitgaven en ontvangsten van het onderdeel van de UVB die de Europese subsidies (ESF) uitvoert en daarvoor vergoeding krijgt vanuit de Europese Commissie.
Correctie Loon- en prijsbijstelling
Eerder is de loon- en prijsbijstelling 2025 overgeheveld om het totaal van de uitgaven aan kinderopvangtoeslag op prijspeil 2025 te brengen. Doordat de nabetalingen over de jaren tot en met 2024 niet worden beïnvloed door het nieuwe prijspeil ontstaat een meevaller, met name in 2025 en 2026.
Overige mutaties
Er zijn diverse kleinere mutaties.
Art. | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand begroting 2025 (inclusief NvW) | 2.501.533 | 2.498.357 | 2.465.891 | 2.373.867 | 2.304.405 | ||
Belangrijkste mutaties | |||||||
Eerste suppletoire begroting | 23.017 | ‒ 1.600 | 50.743 | 151.052 | 191.733 | 2.390.502 | |
Bijstelling boete-ontvangsten | 1 | ‒ 900 | ‒ 900 | ‒ 900 | ‒ 900 | ‒ 900 | ‒ 900 |
Terugontvangsten TOZO | 2 | 8.013 | ‒ 1.100 | ‒ 1.000 | ‒ 300 | ||
Terugontvangsten TW | 2 | 1.536 | |||||
Terugontvangsten IOW | 2 | 2.458 | |||||
Terugontvangsten TSB | 6 | 2.639 | |||||
Uitvoeringsmutaties KOT | 7 | 15.602 | 25.743 | 23.186 | 13.389 | 2.535 | ‒ 4.094 |
Ontvangsten WKB | 10 | ‒ 29.932 | ‒ 20.184 | ‒ 16.595 | ‒ 20.021 | ‒ 20.898 | ‒ 20.598 |
Intensiveringen KOT | 7 | ‒ 4.450 | ‒ 4.650 | ‒ 4.200 | ‒ 1.200 | ‒ 1.150 | |
Invoering nieuwe financiering kinderopvang per 2029 | 7 | ‒ 500 | 45.400 | 158.900 | 212.600 | 143.800 | |
Intensiveringen WKB | 10 | ‒ 4.450 | ‒ 4.450 | ‒ 4.350 | ‒ 4.250 | ‒ 4.150 | |
Diverse kasschuiven | div | 4.200 | 9.900 | 8.800 | 4.200 | 1.500 | |
Desalderingen | 4 | 19.650 | |||||
Overige mutaties en extrapolatie | div | 3.951 | 41 | ‒ 148 | ‒ 266 | ‒ 354 | 2.276.094 |
Mutaties begroting 2026 | 120.745 | 133.570 | 131.193 | 118.920 | 114.788 | 124.018 | |
Herverkaveling Inburgering naar SZW | 13 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | |
Wet op het Kindgebonden Budget (WKB) | 10 | 5.695 | 8.168 | 2.397 | ‒ 12.026 | ‒ 18.522 | ‒ 20.714 |
Kinderopvangtoeslag (KOT) | 7 | 2.573 | 7.657 | 12.804 | 15.907 | 15.176 | 10.428 |
Niet-kaderrelevant | 7 | 109.475 | 111.102 | 114.701 | 116.613 | 120.755 | 132.294 |
Overboeken nominale ontwikkeling (naar H83) | 10 | 3.987 | 3.883 | 3.940 | 3.958 | 3.922 | 3.873 |
Desalderingen | 96 | ‒ 985 | 1.815 | 1.615 | 4.015 | 4.015 | 4.015 |
Overige mutaties | div | 0 | ‒ 2.055 | ‒ 7.264 | ‒ 12.547 | ‒ 13.558 | ‒ 8.878 |
Stand ontwerpbegroting 2026 | 2.645.295 | 2.630.327 | 2.647.827 | 2.643.839 | 2.610.926 | 2.514.520 |
Toelichting
Mutaties eerste suppletoire begroting
De mutaties van de eerste suppletoire begroting zijn toegelicht in onderdeel 2.1 van de Memorie van Toelichting van de Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van SZW (XV) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2024/25, 36 725 XV, nr. 2).
Mutaties begroting 2026
Herverkaveling Inburgering naar SZW
Zoals hierboven beschreven vallen de inburgeringsactiviteiten met ingang van 2026 weer onder de begroting van het Ministerie van SZW.
Wet op het Kindgebonden Budget (WKB)
De verwachte terugontvangsten van het kindgebonden budget worden per saldo naar beneden bijgesteld. Dit heeft voornamelijk te maken met de technische verwerking van de bij Voorjaarsnota genomen maatregelen op het kindgebonden budget (het inrichten van een extra knikpunt en het verlagen van de vermogensgrenzen). Omdat er structureel minder uitgaven aan de WKB zijn, worden er structureel ook minder terugontvangsten verwacht. De verwerking van de cMEV-raming van het CPB leidt juist tot iets hogere verwachte terugontvangsten. Per saldo worden de verwachte terugontvangsten in 2030 naar beneden bijgesteld.
Kinderopvangtoeslag (KOT)
De verwachte terugontvangsten van de kinderopvangtoeslag worden per saldo naar boven bijgesteld. Dit betreft voornamelijk een correctie op de toegepaste indexatie. Bij de indexatie voor 2025 zijn de ontvangsten nog niet op prijsniveau 2025 gebracht. Dit wordt nu gecorrigeerd. Als gevolg van het nieuwe prijspeil komen de ontvangsten over de toeslagjaren 2025 en verder hoger uit. De verwerking van de cMEV-raming van het CPB leidt juist tot iets lagere verwachte terugontvangsten. Per saldo worden de geraamde terugontvangsten naar boven bijgesteld.
Niet-kaderrelevant
De werkgeversbijdrage kinderopvang is een vast percentage van de totale loonsom. De totale loonsom is naar boven bijgesteld. Dit leidt tot hogere ontvangsten werkgeversbijdrage.
Overboeken nominale ontwikkeling (van H83)
Dit betreft de nominale ontwikkeling als gevolg van de mutaties van de uitgaven (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexatiepercentages van lonen en prijzen op basis van de macro-economische raming van het CPB.
Desalderingen
Zie de toelichting onder uitgaven.
Overige mutaties
Er zijn diverse kleinere mutaties.
Art. | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand begroting t-1 (inclusief NvW) | 83.107.660 | 88.106.216 | 92.565.256 | 97.348.163 | 102.772.039 | ||
Belangrijkste mutaties | |||||||
Eerste suppletoire begroting | 395.649 | 794.369 | 1.089.650 | 644.440 | 222.238 | 108.157.812 | |
Compensatieregeling transitievergoeding - LAO | 1 | 23.670 | 30.470 | 13.370 | 17.216 | 21.187 | 25.288 |
Werkloosheidswet (WW) | 5 | ‒ 197.741 | ‒ 295.213 | ‒ 383.229 | ‒ 406.076 | ‒ 325.828 | ‒ 247.234 |
Verlofregelingen | 6 | 45.563 | 46.544 | 51.455 | 58.047 | 63.421 | 68.971 |
Ziektewet (ZW) | 6 | 99.180 | 79.073 | 96.209 | 119.702 | 137.351 | 140.668 |
Algemene Ouderdomswet (AOW) | 8 | ‒ 11.752 | ‒ 34.069 | ‒ 55.882 | ‒ 72.255 | ‒ 82.082 | ‒ 82.920 |
Uitvoeringskosten SVB en UWV (uitvoeringsinformatie) | 11 | 13.362 | 79.533 | 58.163 | 34.630 | 47.324 | 47.408 |
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) (uitvoeringsinformatie) | div | 319.416 | 463.971 | 488.955 | 396.561 | 401.505 | 300.719 |
Duurverkorting Werkloosheidsuitkering | 5 | 5.000 | 200.000 | 66.630 | ‒ 308.454 | ‒ 323.672 | |
Uitvoeringskosten SVB en UWV (beleidsmatig)) | 11 | 29.800 | 33.600 | 35.700 | |||
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) (beleidsmatig) | div | ‒ 31.985 | 166.677 | 211.746 | 196.536 | 214.274 | 224.048 |
Overige intensiveringen en ombuigingen | div | 57.529 | ‒ 116.157 | ‒ 136.817 | 39.954 | 341.887 | ‒ 5.742 |
Bijstelling nominaal | div | 130.192 | 233.643 | 398.740 | 302.302 | 153.927 | ‒ 209.134 |
Taakstelling HLA | 11 | ‒ 10.780 | ‒ 21.821 | ‒ 33.267 | ‒ 44.658 | ‒ 45.163 | |
Taakstelling OCW | 11 | ‒ 23.996 | ‒ 24.489 | ‒ 24.567 | ‒ 24.567 | ‒ 24.567 | ‒ 24.567 |
Overboekingen naar andere departementen | 11 | ‒ 6.426 | |||||
Overboekingen naar Begrotingshoofdstuk 15 | div | 2.507 | 5.064 | 7.850 | 10.855 | 13.391 | 15.731 |
Overboekingen van de Aanvullende post | div | 16.995 | 15.163 | 11.108 | 3.000 | ||
Diverse kasschuiven | div | ‒ 15.442 | ‒ 1.258 | 8.700 | 1.000 | 4.000 | 3.000 |
Overige mutaties en extrapolatie | div | ‒ 55.223 | 117.597 | 129.970 | ‒ 65.828 | ‒ 390.440 | 108.270.411 |
Mutaties begroting 2026 | 4.318.840 | 4.430.335 | 4.842.797 | 5.492.842 | 6.081.346 | 6.095.298 | |
WW-beëindiging op eigen initiatief | 5 | ‒ 20.908 | ‒ 43.205 | ‒ 22.297 | 0 | 0 | |
WW-duurverkorting | div | ‒ 5.000 | 5.000 | 134.345 | 369.432 | 0 | |
Vervroegen invoering RIV-toets | 3, 11 | 2.000 | 5.800 | 13.600 | 18.900 | ||
Uitstel re-integratie 2de spoor | div | ‒ 1.700 | ‒ 12.200 | ‒ 27.279 | ‒ 19.461 | ||
Niet-kaderrelevant | div | ‒ 9.959 | ‒ 7.876 | 6.711 | 24.341 | 79.742 | 443 |
Kadercorrecties | div | 14.288 | ‒ 178.441 | ‒ 198.902 | 16.102 | 73.019 | 212.743 |
Herschikkingen | div | 4.979 | 1.320 | 900 | 3.400 | 8.700 | 15.600 |
Overboekingen met andere begrotingshoofdstukken | div | 30 | 220 | 1.080 | 1.140 | 990 | ‒ 200 |
Bijstelling MEV | div | 5.768 | 51.479 | 58.024 | 74.452 | 47.892 | 61.099 |
Kasschuiven | div | ‒ 71.962 | ‒ 18.912 | 90.874 | |||
Sociale lasten | div | 4.375.587 | 4.606.677 | 4.920.265 | 5.267.465 | 5.516.194 | 5.807.330 |
Overige mutaties | div | 109 | 1.776 | 1.750 | 294 | ‒ 944 | ‒ 1.156 |
Stand ontwerpbegroting 2026 | 87.822.149 | 93.330.920 | 98.497.703 | 103.485.445 | 109.075.623 | 114.253.110 |
Toelichting
In deze toelichting wordt de relevante informatie opgenomen. Bij beleidsmatige intensiveringen met een budgettaire mutatie van € 20 miljoen of meer in enig jaar wordt verwezen of vooruitgewezen naar een stuk met daarin de door de Kamer te ontvangen informatie conform de werkwijze Beleidskeuzes uitgelegd (CW3.1).
Mutaties eerste suppletoire begroting
De mutaties van de eerste suppletoire begroting zijn toegelicht in onderdeel 2.1 van de Memorie van Toelichting van de Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van SZW (XV) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2024/25, 36 725 XV, nr. 2).
Mutaties begroting 2026
WW-beëindigen op eigen initiatief
Met deze buitenwettelijke maatregel wordt het tijdelijk makkelijker gemaakt voor WW-gerechtigden om op eigen verzoek door UWV de WW-uitkering te laten beëindigen. Er vindt dan tijdelijk geen beoordeling meer plaats door UWV op de geldende voorwaarden voor het stopzetten van een WW-uitkering. Dit zorgt voor lagere uitkeringslasten WW van cumulatief € 86 miljoen. De vrijgekomen uitvoeringscapaciteit wordt ingezet om UWV zo goed mogelijk in staat te stellen de hersteloperatie WIA-dagloon uit te voeren. Dit is onderdeel van een aantal maatregelen die tijdelijk ingevoerd worden, waarmee UWV capaciteit kan besparen die kan worden ingezet voor de uitvoering van de hersteloperatie. De andere maatregelen zijn onder andere het in het geheel niet opleggen van een maatregel indien iemand een WW-uitkering te laat aanvraagt en het uitgaan van een hedenbeslissing bij overlijden bij een arbeidsongeschiktheidsuitkering.
WW-duurverkorting
In de begroting is een besparingsverlies als gevolg van een jaar uitstel van de WW-duurverkorting verwerkt omdat de beoogde datum van inwerkingtreding van 1 januari 2027 niet uitvoerbaar is voor UWV. Dit leidt ten opzichte van de Voorjaarsnota 2025 tot hogere uitgaven aan de WW- en loongerelateerde WGA-uitkering.
Vervroegen invoering RIV-toets
De meest recente prognoses wijzen op een nog groter oplopende achterstand bij het sociaal medisch beoordelen (SMB). Daarom gaat het wetsvoorstel RIV-toets (re-integratieverslagtoets) vanaf de ingangsdatum (1 januari 2028) gelden voor alle ziekmeldingen in plaats van alleen voor personen die vanaf dan hun eerste ziektedag hebben. Het wetsvoorstel gaat nog steeds in op 1 januari 2028, maar heeft de facto 2 jaar eerder effect. Hierdoor bespaart het wetsvoorstel al vanaf 2028 verzekeringsartsencapaciteit bij het UWV.
Uitstel re-integratie 2de spoor
Het wetsvoorstel re-integratie 2de spoor wordt uitgesteld met twee jaar naar 1 januari 2030. Dit wetsvoorstel regelt dat kleine en middelgrote werkgevers de re-integratie van zieke werknemers in het tweede ziektejaar in principe richten op re-integratie bij een andere werkgever (tweede spoor). Dit wetsvoorstel wordt uitgesteld gelet op de toenemende achterstanden bij het sociaal-medisch beoordelen (SMB) en de extra uitvoeringscapaciteit die dit wetsvoorstel van UWV vraagt.
Niet-kaderrelevant
Dit betreft de bijstelling van de nominale ontwikkeling als gevolg van de mutaties van de uitgaven (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexatiepercentages van lonen en prijzen op basis van de laatste macro-economische raming van het CPB (MEV).
Herschikkingen met H15
Er zijn diverse herschikkingen en doorverdelingen van het begrotingsgefinancierde begrotingshoofdstuk, waaronder een budgetneutrale schuif tussen het begrotings- en premiegefinancierde budget voor de uitvoeringskosten van UWV. Dit is een gevolg van de jaarlijkse prijsherijking van de uitvoeringskosten.
Overboekingen naar andere begrotingshoofdstukken
Dit betreft een teruggave van middelen over de jaren 2025 tot 2029 door uitstel van het Besluit inkomstenverhouding. Vanaf 2030 is er sprake van een structurele verhoging van het budget.
Bijstelling MEV
Dit betreft de bijstelling van de nominale ontwikkeling als gevolg van de mutaties van de uitgaven (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexatiepercentages van lonen en prijzen op basis van de macro-economische raming van het CPB.
Kasschuiven
Er zijn diverse kasschuiven waarvan de grootste zijn:
– De herstelacties WIA-dagloon en Loonloze tijdvakken zullen dit jaar nog niet starten met uitbetalen. Daarom schuiven de middelen voor de uitvoering van 2025 door naar 2027 (€ 13,4 voor herstelactie WIA-dagloon en € 3,6 miljoen voor Loonloze tijdvakken).
– Het later uitbetalen bij bovengenoemde herstelacties samen met de herstelactie WIA-indexatie heeft effect op de WGA en IVA. Voor de WGA wordt € 28,2 miljoen in 2025 en € 14,2 miljoen in 2026 doorgeschoven naar 2027 (€ 42,3 miljoen). Voor de IVA gaat het in totaal voor 2025 om € 24,3 miljoen en in 2026 om € 7,3 miljoen dat wordt doorgeschoven naar 2027 (€ 31,6 miljoen).
– Daarnaast is er een kasschuif in verband met de vertraging bij het wetsvoorstel proactieve dienstverlening, hierdoor verschuiven de implementatiekosten (€ 2,5 miljoen) voor de TW van 2025 naar 2026.
Sociale lasten
Vanaf 2025 worden voor een aantal uitkeringsregelingen de over deze uitkeringen betaalde werkgeverspremies toegevoegd aan de SZW-begroting. Deze wijziging heeft een technisch karakter. Het CBS classificeert werkgeverspremies die betaald worden over uitkeringen voortaan als overheidsuitgaven.
Overige mutaties
Er zijn diverse kleinere mutaties.
Art. | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand begroting t-1 (inclusief NvW) | 245.359 | 281.534 | 305.685 | 336.827 | 349.087 | ||
Belangrijkste mutaties | |||||||
Eerste suppletoire begroting | 13.203 | 8.795 | ‒ 3.421 | 8.697 | 14.822 | 363.229 | |
Bijstelling UFO ontvangsten | 5 | 25.010 | 20.410 | 9.367 | 21.312 | 27.155 | 14.973 |
Bijstelling UFO ontvangsten nominaal | 5 | ‒ 11.807 | ‒ 11.615 | ‒ 12.788 | ‒ 12.615 | ‒ 12.333 | ‒ 15.425 |
Overige mutaties en extrapolatie | 5 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 363.681 |
Mutaties begroting 2026 | 0 | 280 | 292 | 334 | 352 | 2 | |
Bijstelling MEV | 5 | 0 | 280 | 292 | 334 | 352 | 2 |
Stand ontwerpbegroting 2026 | 258.562 | 290.609 | 302.556 | 345.858 | 364.261 | 363.231 |
Toelichting
Mutaties eerste suppletoire begroting
De mutaties van de eerste suppletoire begroting zijn toegelicht in onderdeel 2.1 van de Memorie van Toelichting van de Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van SZW (XV) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2024/25, 36 725 XV, nr. 2).
Mutaties begroting 2026
Bijstelling MEV
Dit betreft de bijstelling van de nominale ontwikkeling als gevolg van de mutaties van de uitgaven (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexatiepercentages van lonen en prijzen op basis van de macro-economische raming van het CPB.