Base description which applies to whole site

nr. 1JAARVERSLAG VAN DE RAAD VAN STATE, DE ALGEMENE REKENKAMER, DE NATIONALE OMBUDSMAN, DE KANSELARIJ DER NEDERLANDSE ORDEN, HET KABINET VAN DE GOUVERNEUR VAN DE NEDERLANDSE ANTILLEN EN VAN HET KABINET VAN DE GOUVERNEUR VAN ARUBA (IIB)

Aangeboden 16 mei 2007

Ontvangsten (x € 1000)

kst-31031-IIB-1-1.gif

Uitgaven (x € 1000)

kst-31031-IIB-1-2.gif

Inhoudsopgave Jaarverslag 2006 Hoge Colleges van Staat en Kabinetten (IIB) blz.

A.Algemeen5
1.Door de minister getekende voorwoordbladzijde5
2.Dechargeverlening6
3.Leeswijzer11
   
B.Beleidsverslag12
4.Tabel budgettaire gevolgen van beleid voor IIB12
5.De artikelen13
 1. Raad van State13
 2. Algemene Rekenkamer16
 3. De Nationale ombudsman21
 4. Kanselarij der Nederlandse Orden29
 5. Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen31
 6. Kabinet van de Gouverneur van Aruba33
 10. Nominaal en onvoorzien36
   
C.Jaarrekening37
6.Verantwoordingsstaat37
7.Saldibalans38
   
D.Bijlagen43
8.Bijlage Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (WOPT)43

A. ALGEMEEN

1. Door de minister getekende voorwoordbladzijde

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

G. ter Horst

2. DECHARGEVERLENING

Verzoek tot dechargeverlening van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties inzake de Raad van State, de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman, de Kanselarij der Nederlandse Orden, de kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba aan de Voorzitters van de Eerste en de Tweede Kamer van de Staten-Generaal.

Onder verwijzing naar de artikelen 63 en 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verzoek ik de beide Kamers van de Staten-Generaal de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties decharge te verlenen over het in het jaar 2006 gevoerde financiële beheer met betrekking tot de uitvoering van de begroting van de Raad van State, de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman, de Kanselarij der Nederlandse Orden, kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba (IIB).

Ten behoeve van de oordeelsvorming van de Staten-Generaal over dit verzoek tot dechargeverlening is door de Algemene Rekenkamer als externe controleur op grond van artikel 82 van de Comptabiliteitswet 2001 een rapport opgesteld van haar bevindingen en haar oordeel met betrekking tot:

a. het gevoerde financieel en materieelbeheer;

b. de ten behoeve van dat beheer bijgehouden administraties;

c. de financiële informatie in de jaarverslagen;

d. de departementale saldibalansen;

e. de totstandkoming van de informatie over het gevoerde beleid en de bedrijfsvoering;

f. de in het jaarverslag opgenomen informatie over het gevoerde beleid en de bedrijfsvoering; van de de Raad van State, de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman, de Kanselarij der Nederlandse Orden, kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba (IIB). Dit rapport wordt separaat door de Algemene Rekenkamer aan de Staten-Generaal aangeboden.

Bij het besluit tot dechargeverlening dienen, naast het onderhavige jaarverslag/de onderhavige jaarverslagen en het hierboven genoemde rapport van de Algemene Rekenkamer, de volgende, wettelijk voorgeschreven, stukken te worden betrokken:

a. het Financieel jaarverslag van het Rijk over 2006; dit jaarverslag wordt separaat aangeboden.

b. de slotwet van de hoge colleges van staat, kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba (IIB) over het jaar 2006; deze slotwet is als afzonderlijk kamerstuk gepubliceerd. Het besluit tot dechargeverlening kan niet worden genomen, voordat de betrokken slotwet is aangenomen;

c. Het rapport van de Algemene Rekenkamer over het jaar 2006 met betrekking tot de onderzoeken, bedoeld in artikel 83 van de Comptabiliteitswet 2001. Dit rapport, dat betrekking heeft op het onderzoek van de centrale administratie van ’s Rijks schatkist en van het Financieel jaarverslag van het Rijk, wordt separaat door de Algemene Rekenkamer aangeboden.

d. De verklaring van goedkeuring van de Algemene Rekenkamer met betrekking tot de in het Financieel jaarverslag van het Rijk over 2006 opgenomen rekening van uitgaven en ontvangsten van het Rijk over 2006 alsmede met betrekking tot de Saldibalans van het Rijk over 2006 (de verklaring van goedkeuring, bedoeld in artikel 84, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001). Het besluit tot dechargeverlening kan niet worden genomen, voordat de verklaring van goedkeuring van de Algemene Rekenkamer is ontvangen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

G. ter Horst

Dechargeverlening door de Tweede Kamer

Onder verwijzing naar artikel 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verklaart de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal dat de Tweede Kamer aan het hiervoor gedane verzoek tot dechargeverlening tegemoet is gekomen door een daartoe strekkend besluit, genomen in de vergadering van

De Voorzitter van Tweede Kamer,

Handtekening:

Datum:

Op grond van artikel 64, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2001 wordt dit originele exemplaar van het onderhavige jaarverslag, na ondertekening van de hierboven opgenomen verklaring, ter behandeling doorgezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer.

Dechargeverlening door de Eerste Kamer

Onder verwijzing naar artikel 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verklaart de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal dat de Eerste Kamer aan het hiervoor gedane verzoek tot dechargeverlening tegemoet is gekomen door een daartoe strekkend besluit, genomen in de vergadering van

De Voorzitter van de Eerste Kamer,

Handtekening:

Datum:

Op grond van artikel 64, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 wordt dit originele exemplaar van het onderhavige jaarverslag, na ondertekening van de hierboven opgenomen verklaring, doorgezonden aan de Minister van Financiën.

3. LEESWIJZER

VBTB

De Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal spannen zich in om de begroting en verantwoording zoveel mogelijk op te stellen conform de VBTB-regels. Nieuw ten opzichte van het Jaarverslag 2005 is het terugkijken op de speerpunten 2006 in de paragraaf 2 en de componenten financiële rechtmatigheid en niet-financiële beleidsinformatie in de bedrijfsvoeringsparagraaf.

Opbouw Jaarverslag

Het jaarverslag over 2006 bestaat conform de regelgeving uit de volgende delen:

A. een algemeen deel met o.a. dechargeverlening;

B. een totaaltabel (IIB) budgettaire gevolgen van beleid;

C. jaarrekening;

D. bijlage WOPT.

De paragraafindeling van de artikelen is als volgt:

1. Algemeen

2. Speerpunten 2006

3. Budgettaire gevolgen van beleid

3a. Financiële toelichting

3b. Beleidsmatige toelichting (tabel beleidsprestaties)

4. Nader geoperationaliseerde doelstellingen

5. Bedrijfsvoeringsparagraaf

Er is alleen een inhoudelijke toelichting gegeven bij opmerkelijke verschillen tussen de oorspronkelijke vastgestelde begroting 2006 en de realisatie 2006. Om de leesbaarheid van de artikelen te vergroten is ervoor gekozen om de bedrijfsvoeringparaaf achter het betreffende artikel te plaatsen.

Aanbevelingen Algemene Rekenkamer

Omdat in de Action Auditlijst 2006 die de Algemene Rekenkamer opstelde naar aanleiding van het rechtmatigheidsonderzoek voor begroting IIB geen onvolkomenheden zijn gemeld, is geen Bijlage Aanbevelingen Algemene Rekenkamer opgenomen. Voor ontwikkelingen ten aanzien van de bedrijfsvoering (waaronder de administratieve processen) wordt verwezen naar de bedrijfsvoeringsparagraaf in de artikelen.

Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens

Onderzoek heeft uitgewezen dat bij de Overige Hoge Colleges van Staat en de Kabinetten sprake in 2006 is geweest van beloning van een functionaris die het gemiddelde belastbare loon per jaar van de ministers te boven gaat. Derhalve geldt voor het Jaarverslag 2006 van de Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten een verplichte melding van topinkomens in verband met de inwerkingtreding van de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens; zie hiervoor bijlage D.

B. BELEIDSVERSLAG

4. Tabel budgettaire gevolgen van beleid voor IIB

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
Totaaloverzicht IIBRealisatie 2002Realisatie 2003Realisatie 2004Realisatie 2005Realisatie 2006Vastgestelde begrotingVerschil
Verplichtingen79 68183 29087 88789 16192 15889 7122 446
Uitgaven79 15282 34086 90288 23592 24689 7122 534
Ontvangsten2 9783 4943 7853 2403 4352 824611

5. DE ARTIKELEN

Artikel 1. Raad van State

1. Algemene beleidsdoelstelling

De Raad van State stelt zich ten doel om door advisering en bestuursrechtspraak bij te dragen aan het behoud en de versterking van de democratische rechtsstaat en aan de samenhang en continuïteit van het Staatsbestel.

De Grondwet en de Wet op de Raad van State vormen het wettelijke kader waarbinnen de Raad van State zijn taken verricht. Het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden vormt de grondslag voor zijn werkzaamheden als Raad van State van het Koninkrijk.

2. Speerpunten 2006

De in de begroting genoemde speerpunten (zie ook onderstaande paragraaf 3b en de daarbij behorende nadere toelichting in paragraaf 4) zijn succesvol gerealiseerd.

3. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
1: Raad van StateRealisatie 2002Realisatie 2003Realisatie 2004Realisatie 2005Realisatie 2006Vastgestelde begrotingVerschil
Verplichtingen38 77741 31744 48445 66946 44848 301– 1 853
Uitgaven39 20540 73244 54045 52846 74048 301– 1 561
1. advisering5 7586 1416 6806 0156 5816 983– 402
2. bestuursrechtspraak33 44734 59137 86039 51340 15941 318– 1 159
Ontvangsten1 3611 5251 7181 9471 8641 499– 365

3a. Financiële toelichting

De uitgavenraming en -realisatie van respectievelijk advisering en bestuursrechtspraak betreffen zowel de directe uitgaven van de betrokken directies, als de aan advisering en bestuursrechtspraak toegerekende uitgaven van de andere organisatieonderdelen van de Raad, waaronder de personele uitgaven van de Staatsraden.

In vergelijking met de vastgestelde begroting zijn de uitgaven per saldo circa € 1,6 mln onder de raming gebleven. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door een budgetverschuiving van 2006 naar 2007 in de raming voor de nieuwbouw en een budgetoverheveling de naar de begroting van VROM die eveneens gerelateerd is aan de nieuwbouw. Als gevolg van een lagere instroom en afdoening van Hoger Beroep Vreemdelingenzaken op het terrein van asiel waren de uitgaven binnen Bestuursrechtspraak eveneens beneden de raming.

De uitgaven aan HBV betroffen in het jaar 2006 € 12,3 mln (2005: € 12,8 mln).

3b. Beleidsmatige toelichting

Beleidsprestaties 2006Realisatie
Advisering 
• Versterken van de kwaliteit van de verplichte adviseringJa
• Toename van onverplicht gevraagde en ongevraagde adviezenJa
• Het realiseren van de door Raad vastgestelde doorlooptijdenJa
  
Bestuursrechtspraak 
• Op doelmatige en op kwaliteit gerichte wijze afdoen van zakenJa
• Behoud en verbetering van de juridische kwaliteitJa
• Bewaken van de rechtseenheidJa
• Betrokkenheid verstevigen bij ontwikkelingen binnen de rechterlijke organisatie en daarbuiten voor zover zij de bestuursrechtspraak rakenJa

4. Nader geoperationaliseerde doelstellingen

In navolgende tabellen wordt informatie gegevens over instroom van:

Advisering

Instroom en afhandeling van adviesaanvragen (in aantallen)
 200220032004200520062006
 RealisatieRealisatieRealisatieRealisatieRealisatieBegroting
Instroom584556651603576675
Afhandeling619565643603592675

De gerealiseerde instroom van adviesaanvragen is in 2006, onder meer als gevolg van de vervroegde verkiezingen, onder de raming gebleven. Van de uitgebrachte adviezen is 80% binnen de norm voor de doorlooptijd afgedaan (ten opzichte van 77% in 2005 en 71% in 2004).

Bestuursrechtspraak

Instroom en afhandeling van zaken Kamers 1,2,3 (in aantallen)
 2002200320042005200620062006
 InstroomInstroomInstroomInstroomInstroomAfgedaanBegroting
Ruimtelijke Ordening1 0349168158569117911 000
Milieu2 0391 9152 1451 9681 7401 7992 050
Hoger Beroep2 3002 5182 7202 7702 4892 7412 510
Instroom en afhandeling van zaken HBV
 2002200320042005200620062006
 InstroomInstroomInstroomInstroomInstroomAfgedaanBegroting
Asiel3 5464 0223 4952 7562 7912 825
Regulier8851 5252 1022 2042 2262 043
Totaal2 1154 4315 5775 5974 9605 0174 868
Doorlooptijden zaken bestuursrechtspraak met zitting (in weken)
 Maximale doorlooptijdGemiddelde doorlooptijd 
 Norm20022003200420052006
Ruimtelijke ordening525842373842
Milieu524541393534
Hoger Beroep404135333436
Hoger Beroep Vreemdelingen23813149

5. De bedrijfsvoeringsparagraaf

1. Financiële rechtmatigheid

De begrotingsuitvoering is rechtmatig verlopen.

2. Totstandkoming niet financiële beleidsinformatie

De Raad van State hanteert een interne planning & controlcyclus met 4-maandelijkse managementrapportages. Voor de managementinformatie over de instroom- en uitstroomgegevens en doorlooptijden van verzoekschriften en wetgevingsadviezen hanteert de Raad van State een (intern) managementinformatiesysteem. Het met regelmaat updaten van het systeem vanwege het belang van betrouwbaarheid heeft de aandacht van de Raad van State. De interne procedures zijn erop gericht dat volledigheid en juistheid van de managementinformatie is geborgd. De managementinformatie is tevens reproduceerbaar.

3. Financieel- en materieel beleid en de daarvoor bijgehouden administraties

In het jaar 2006 is voor de financiële functie van de Raad van State een verbeterplan opgesteld. Onderdelen van het verbeterplan waren onder meer de registratie van bestellingen respectievelijk verplichtingen, het beheer van contracten en het uitvoeren van materieel beheer. De desbetreffende systemen en processen zijn inmiddels operationeel geworden. De in voorgaande jaren geconstateerde tekortkomingen zijn opgeheven.

4. Overige aspecten

In het verslagjaar is een informatieplan voor de Raad van State vastgesteld. Dit plan is de komende jaren richtinggevend voor de inrichting van de informatievoorziening die het primaire proces van de Raad ondersteunt. Meerjarige investeringen in systemen en organisatie zijn noodzakelijk om de informatievoorziening in overeenstemming te brengen met de gewenste eisen op het terrein.

Artikel 2. Algemene Rekenkamer

1. Algemene beleidsdoelstelling

De Algemene Rekenkamer heeft als doel het rechtmatig, doelmatig, doeltreffend en integer functioneren van het Rijk en de daarmee verbonden organen te toetsen en te verbeteren. Daarbij toetst zij ook de nakoming van verplichtingen die Nederland in internationaal verband is aangegaan. Zij voorziet daartoe de regering, de Staten-Generaal en degenen die verantwoordelijk zijn voor de gecontroleerde organen van op onderzoek en onderzoekservaring gebaseerde informatie. Deze informatie bestaat uit onderzoeksbevindingen, oordelen en aanbevelingen over organisatie, beheer en beleid en is in beginsel publiek toegankelijk.

Daarnaast is het haar verantwoordelijkheid om een bijdrage te leveren aan goed openbaar bestuur door kennisuitwisseling en samenwerking in binnen- en buitenland.

De Grondwet draagt de Algemene Rekenkamer op om de ontvangsten en uitgaven van het Rijk te onderzoeken (artikel 76). In de Grondwet is ook geregeld dat bij wet andere taken aan de Algemene Rekenkamer kunnen worden opgedragen. De taak om de ontvangsten en uitgaven van het Rijk te onderzoeken heeft van oudsher vooral vorm gekregen in het rechtmatigheidonderzoek. Geleidelijk aan heeft de Algemene Rekenkamer ook de doelmatigheid en doeltreffendheid van het rijksbeleid in het onderzoek betrokken.

De Algemene Rekenkamer bepaalt jaarlijks zelfstandig het onderzoeksprogramma. Ook bepaalt de Algemene Rekenkamer zelf wat daarvan openbaar wordt gemaakt. De Algemene Rekenkamer mag niet alleen onderzoek doen bij de rijksoverheid, maar ook bij zelfstandige organisaties die met publiek geld een publieke taak uitvoeren, bij particulieren, bedrijven en overheden die Europese subsidies ontvangen. De Algemene Rekenkamer ziet het als haar taak om Tweede Kamerleden te voorzien van bruikbare en relevante informatie, waarmee zij kunnen bepalen of het beleid van een minister rechtmatig, doelmatig en doeltreffend is uitgevoerd. Het doel van het onderzoek is niet alleen om kritische rapporten te schrijven, maar ook om samen met anderen een bijdrage te leveren aan oplossingen en ontwikkelingen om op die manier bij te dragen aan goed openbaar bestuur.

2. Speerpunten 2006

Deze taak en doelstelling zijn uitgewerkt in de strategie voor de periode 2004–2009: Presteren en functioneren van het openbaar bestuur. Centraal in deze strategie staan enkele kenmerken van goed openbaar bestuur zoals de Verenigde Naties die hebben benoemd. Op basis van onze wettelijke taak rekenen wij vier van deze criteria voor goed bestuur tot ons domein. Dit zijn: «transparantie», «publieke verantwoording», «effectiviteit en efficiëntie» en «vraaggerichtheid». Deze vier criteria hebben wij vertaald in twee «pijlers», die samen het fundament vormen van onze strategie: «Verantwoording en toezicht» en «Aansluiting van beleid en uitvoering». Beide pijlers zijn voor de lopende strategische periode de basis voor onze uitspraken en onze activiteiten. In 2005 hebben wij dit kader verder uitgewerkt in de brochure «Essentialia van goed openbaar bestuur».

3. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
2: Algemene RekenkamerRealisatie 2002Realisatie 2003Realisatie 2004Realisatie 2005Realisatie 2006Vastgestelde begrotingVerschil
Verplichtingen25 21226 54826 52826 63226 70125 999702
Uitgaven24 90826 27726 69126 33926 45725 999458
1. recht- en doelmatigheidsbevor- dering bij het Rijk en verbonden organisaties en institutionele programma’s24 90826 27726 69126 33926 45725 999458
Ontvangsten1 2411 3451 6279961 1591 217– 58

3a. Financiële toelichting

De begroting is per 1e en 2e suppletoire begroting opgehoogd met respectievelijk € 0,270 mln en € 0,367 mln. Het totaal van de begroting na de tweede suppletore wet is € 26,636 mln. De realisatie van de uitgavenbegroting is € 0,180 mln lager dan de begroting na de tweede suppletoire begroting. De verplichtingbegroting laat een kleine overschrijding zien en de geraamde ontvangsten zijn nagenoeg volledig gerealiseerd.

Het gerealiseerde overschot op de uitgaven ten opzichte van de begroting na de tweede suppletore wet was relatief klein: 0,7% van de begrote uitgaven. Het overschot is vooral veroorzaakt door een onderbezetting op voornamelijk ondersteunende functies. De onderbezetting kon voor een groot deel ongedaan worden gemaakt door inhuur van externe deskundigheid en de inschakeling van uitzendbureaus.

Topinkomens en bestuurskosten

Voor een uitgebreide toelichting op de bezoldiging van de president en leden en de ambtelijke top zij verwezen naar het Verslag 2006 van de Algemene Rekenkamer, verschenen op 29 maart 2007 (te vinden op www.rekenkamer.nl en via Parlando van de Tweede Kamer: ru07000009, Niet-dossierstuk 2006–2007). De organisatie maakt kosten voor de faciliteiten die het college nodig heeft voor de uitvoering van het ambt. Dit zijn de bestuurskosten. Voor een toelichting op deze bestuurskosten wordt eveneens verwezen naar het Verslag 2006 van de Algemene Rekenkamer.

3b. Beleidsmatige toelichting

In 2006 is de Algemene Rekenkamer halverwege de strategische periode aangekomen. Bij de publicatie van de strategie heeft de Algemene Rekenkamer zich voorgenomen een zogeheten midterm review te houden om te rapporteren hoe ver ze is met het verwezenlijken van onze strategische ambities. Tevens rapporteert de Algemene Rekenkamer over de noodzaak om bij te sturen en de eventuele mogelijkheden daarvoor.

De resultaten van de midterm review zijn gebruikt voor het werkprogramma van 2007. De programmering zelf werd ingeluid met een startconferentie waar voor het eerst ook Tweede Kamerleden aanwezig waren die vertelden welk onderzoek voor de volksvertegenwoordigers de meeste waarde heeft. Ook in het overige werk is het resultaat van de midterm review zichtbaar. Voorbeelden hiervan zijn de onderzoeken naar trends en structuren die in 2007 zullen starten. De komende jaren zullen de conclusies van de midterm review bij programmering en onderzoeksplanning een rol spelen. De Algemene Rekenkamer hoopt op deze wijze onze strategische ambities waar te kunnen maken. Onderstaande tabel vermeldt welke activiteiten de Algemene Rekenkamer in 2006 binnen de strategie gepland en gerealiseerd heeft, en welke capaciteit daarmee gemoeid was.

Voor een uitgebreide uitwerking van de samenhang tussen doelstellingen, prestaties en kosten zij verwezen naar het Verslag 2006 van de Algemene Rekenkamer, verschenen op 29 maart 2007 (te vinden op www.rekenkamer.nl en via Parlando van de Tweede Kamer: ru07000009, Niet-dossierstuk 2006–2007).

Tabel 1 Doelstellingen, prestaties en kosten in 2006.
TerreinEffectdoelstellingenPrestatiedoelstellingenAantal projectenKosten in dagen*
   geplandgerealiseerdgeplandgerealiseerd
Functioneren openbaar bestuurSystematisch bijdragen aan verbetering begroting en verantwoordingRijk verantwoord117478
Rapporten bij de jaarverslagen 200524246 4775 772
Staat van de beleidsinformatie 200611924780
Rechtmatigheidsonderzoek Verantwoording441 2181 223
 Sluitend maken ketens toezicht en verantwoordingEU-trendrapport11829821
Rechtmatigheidsonderzoek Toezicht744 9104 740
Subtotaal  383514 43213 414
Presteren openbaar bestuur Aansluiting van beleid en uitvoeringOnderzoek naar publieke voorzieningen421 2751 366
  Onderzoek naar veiligheid1000
  Onderzoek naar duurzame ontwikkeling32757941
  Diverse doelmatigheidsonderzoeken11803818
Subtotaal  952 8353 135
Totaal  474017 28616 549

* Het aantal dagen dat in totaal in 2006 en in voorgaande jaren aan de desbetreffende projecten is besteed.

4. Nader geoperationaliseerde doelstellingen

In de onderstaande tabel zijn de kosten van de in 2006 opgeleverde producten van de Algemene Rekenkamer weergegeven, uitgedrukt in dagen en in euro’s:

Tabel 3 Kosten gepubliceerde onderzoeken
 20052006
 Gerealiseerd dagenGepland begroting 2006 dagenGepland Werkprogramma dagenGerealiseerd dagen
Pijler 1 Onderzoek naar het functioneren van de overheid    
Goedkeuring rijksrekening en rapporten jaarverslagen5 7596 4006 5515 850
EU-trendrapport883700829821
Staat van de beleidsinformatie 20069521 100924780
Onderzoeken naar toezicht1 0423 0004 9104 740
Overige pijler 1-onderzoeken2 1221 1001 2181 223
Subtotaal pijler 110 75812 30010 44610 758
Pijler 2 Onderzoek naar het presteren van de overheid    
Domeinoverstijgend onderzoek2 5661 300803818
Onderzoek naar publieke voorzieningen1 9171 8001 2751 366
Onderzoek naar veiligheid2 8291 60000
Onderzoek naar duurzame ontwikkeling797600757951
Subtotaal pijler 28 1095 3002 8353 135
Totaal pijler 1 en pijler 218 86717 60017 28616 549

Extern gefinancierde internationale projecten

Voor de ondersteuning van zusterorganisaties en voor de audits bij internationale organisaties hanteert de Algemene Rekenkamer de eis dat deze minstens kostendekkend moet zijn. Voor de dekking van de personeelskosten worden de voor dienstverlening buiten de rijksoverheid geldende tarieven van de minister van Financiën gehanteerd. Voor de reis- en verblijfskosten hanteert de Algemene Rekenkamer de richtlijnen van de minister van Binnenlands Zaken en Koninkrijksrelaties. Deze tarieven vormen het uitgangspunt bij de offertestelling voorafgaand aan een project. De volgende tabel geeft aan in hoeverre de extern gefinancierde internationale projecten ook daadwerkelijk kostendekkend zijn geweest. Het betreft hier de personeelskosten en de reis- en verblijfskosten van projecten die in 2006 zijn afgerond.

Tabel 6 Mate van kostendekkendheid van afgeronde projecten in 2006 (personeelskosten en reis- en verblijfkosten in 2006 en voorgaande jaren)
ProjectKosten in €Ontvangsten in €Kostendekkendheid (%)
 20052006Totaal20052006Totaal 
Letland II9 8316 20916 040012 64812 64879
Letland III10 64722 90733 554044 24844 248132
Turkije010 93410 934010 72510 72598
Kosovo 2005038 55738 557046 34646 346120
Totaal20 47878 60799 0850113 967113 967115

Europese aanbestedingen

In 2006 heeft de Algemene Rekenkamer een Europese aanbesteding gehouden voor de catering. Naar verwachting zullen er in 2007 begonnen worden met de voorbereiding van zes Europese aanbestedingstrajecten op het gebied van: intranet/internet, Arbo, schoonmaak, kopieermachines, ICT hardware en kantoorartikelen.

Opleidingskosten

Het opleidingsprogramma van de Algemene Rekenkamer is gericht op permanente ontwikkeling van de deskundigheid (kennis, vaardigheden en competenties) van onze medewerkers. In 2006 is vooral geïnvesteerd in opleidingen die de strategie van de Algemene Rekenkamer ondersteunen. Onderdeel hiervan is dat de Algemene Rekenkamer effectieve beïnvloeding beter wil integreren in het dagelijkse werk van onderzoekers en projectteams. Hierop zijn een aantal opleidingsinspanningen gericht. In 2006 is voor het ontwikkelen en volgen van in- en externe opleidingen € 726 000 uitgegeven. Hiervan is € 480 000 besteed aan de uitvoering van het collectieve opleidingsprogramma en € 246 000 was bestemd voor het volgen van externe opleidingen. De totale tijdsinvestering voor het volgen van opleidingen in 2006 was 16 900 uur, wat neerkomt op 3,9% van de beschikbare arbeidstijd.

Tevredenheidsonderzoek personeel

In 2006 is bij de Algemene Rekenkamer een beperkte Duurzaamheid Strategie Scan (DSS) uitgevoerd naar de interne bedrijfsvoering. De DSS heeft een eerste indruk gegeven van hoe de interne bedrijfsvoering omgaat met MVO. In de scan is specifiek gekeken naar hoe de interne bedrijfsvoering presteert op sociaal-maatschappelijk, economisch en milieugebied. Medio 2007 zal de Algemene Rekenkamer MVO-beleid gaan invoeren en waar mogelijk maatregelen implementeren.

4. De bedrijfsvoeringsparagraaf

a. Mededeling

In het begrotingsjaar 2006 is op een gestructureerde wijze aandacht besteed aan het primaire proces, aan de ondersteunende processen en aan de hiermee samenhangende beheerstaken. Op basis van risicoanalyses is gekozen voor de in te zetten instrumenten van sturing en beheersing.

b. Financiële rechtmatigheid

De begrotingsuitvoering is rechtmatig verlopen.

c. Niet-financiële beleidsinformatie

De managementinformatiesystemen hebben voldaan aan de kwaliteitseisen. Er hebben zich in 2006 geen zodanige verstoringen voorgedaan dat de juistheid, volledigheid, tijdigheid, continuïteit en vertrouwelijkheid in gevaar zijn gebracht. De managementinformatie is reproduceerbaar.

De risicoanalyse van de ambtelijke organisatie is aangevuld met een analyse van het college. Deze twee analyses zullen in 2007 worden samengevoegd tot een geïntegreerde risicoanalyse van het instituut. De risico’s zullen opnieuw worden gewogen naar impact en kans van optreden. Vervolgens zal worden vastgesteld welke aanvullende beheersmaatregelen nodig zijn om de risico’s die de Algemene Rekenkamer loopt bij de uitvoering van haar taken, verder te reduceren.

De beheerrapportage maakt onderdeel uit van het management controlsysteem van de Algemene Rekenkamer. De beheerrapportage is zoveel mogelijk gebaseerd op de bestaande managementinformatiesystemen. Deze rapportage, die in principe ieder kwartaal wordt uitgebracht, bevat relevante bedrijfsvoeringsgegevens per directie. De informatie biedt mede de basis voor de interne in control statements van de directeuren. Op advies van het audit committee en van de interne accountant zal in het eerste kwartaal van 2007 een gestandaardiseerde formulering voor het interne in control statement wordt opgesteld. Daarvoor zal ook een normenkader worden ontwikkeld waaraan de directeuren de statements kunnen toetsen.

d. Financieel en materieel beheer

De inzet van de beheersinstrumenten heeft in het verslagjaar 2006 geresulteerd in beheerste bedrijfsprocessen van het financieel en materieel beheer. In het financieel beheer zijn in 2006 desalniettemin onvolkomenheden gesignaleerd. Daarvoor zijn verbeteracties in gang gezet. De onvolkomenheden zijn:

De interne mandaatregeling is niet op alle punten nageleefd. Handelingen die afwijken van de mandaatregeling leiden tot onrechtmatigheid. In het eerste kwartaal 2006 is voor een bedrag van € 104 000 aan verplichtingen aangegaan en betalingen verricht door daarvoor niet gemandateerde plaatsvervangend directeuren. Omdat deze handelwijze op zich aanvaardbaar en efficiënt was, is de mandaatregeling in het tweede kwartaal aangepast met terugwerkende kracht tot 1 januari 2006. De interne controle op de rechtmatige uitvoering van de mandaatregels en de overige voorschriften is verscherpt;

Terugkijkend op een periode van vier jaar moet worden geconstateerd dat in één project de procedure voor Europese aanbestedingen niet is nageleefd. Dit leidde in 2006 tot een onrechtmatige betaling van € 110 000. De voorbereidingen voor een aanbesteding volgens de Europese regelgeving is inmiddels in gang gezet. De bewaking door FEZ van de toepassing van de Europese aanbestedingregels door de budgethouders is verder verscherpt;

Hoewel het betaalgedrag van de Algemene Rekenkamer ten opzichte van 2005 is verbeterd, is ook in 2006 nog een te groot aantal betalingen (26%) te laat verricht. Door maatregelen te nemen is in het laatste kwartaal van 2006 85% van de betalingen binnen de betaaltermijn verricht. Voor geheel 2007 wordt dit als streefwaarde gehanteerd. FEZ zal het betaalgedrag maandelijks volgen en indien nodig maatregelen nemen.

Het totaal van de met de onvolkomenheden gemoeide bedragen heeft de tolerantiegrens niet overschreden.

e. Integriteit

In 2006 is duidelijk geworden dat er behoefte bestaat het beleid en de voorschriften voor integer gedrag op een aantal deelterreinen af te stemmen en samen te voegen. De eerste stappen hiervoor zijn gezet, wat in 2007 moet leiden tot een geïntegreerd integriteitbeleid.

Artikel 3. De Nationale ombudsman

1. Algemeen

De burger heeft recht op behoorlijke behandeling door de overheid. Meestal gebeurt dat ook. Maar het lukt niet altijd. Dan kan de burger terecht bij de Nationale ombudsman, wiens missie is de burger te beschermen tegen onbehoorlijk overheidsoptreden.

De Nationale ombudsman wil een gezaghebbend instituut zijn met deskundigheid over behoorlijk handelen op alle overheidsterreinen. Als onafhankelijke partij ontrafelt hij de problemen tussen overheid en burger en draagt daarvoor oplossingen aan. Hij doet dat op basis van verzoeken van burgers én uit eigen beweging en hij ontwikkelt en levert kennis.

Die taken moeten succesvol worden uitgevoerd. In de relaties met burgers en bestuursorganen is het aspiratieniveau dus hoog. Zo dienen burgers, die zich tot de Nationale ombudsman wenden, het contact te ervaren als persoonlijk, effectief en voortvarend. De bestuursorganen, wier handelen wordt onderzocht krijgen waar nodig scherp en doelgericht advies. Zij verschaffen de gevraagde informatie snel en tonen zich bereid de aanbevelingen te benutten als middel tot verbetering van hun handelen.

2. Speerpunten

De in de begroting 2006 vermelde speerpunten hebben alle acties van de Nationale ombudsman bepaald. Met name gaat het dan om:

1. bekendmaken dat er een Nationale ombudsman is. (zie verder paragraaf 4.4)

2. behandelen van de (...) klachtbrieven van burgers. (zie verder paragraaf 4.1 en 4.2)

3. verrichten van onderzoek uit eigen beweging. (zie verder paragraaf 4.3)

4. kennisuitwisseling en samenwerking met instituten in het buitenland (zie verder paragraaf 4.5)

  Wel noopte de forse groei van het aantal klachten van burgers (speerpunt 2) tot enige terughoudendheid bij het starten van onderzoek uit eigen beweging (speerpunt 3).

3. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
3: De Nationale ombudsmanRealisatie 2002Realisatie 2003Realisatie 2004Realisatie 2005Realisatie 2006Vastgestelde begrotingVerschil
Verplichtingen8 7308 6518 9779 89711 6388 4773 161
Uitgaven8 7308 6518 9779 89711 5198 4773 042
1. reguliere klachten7 1277 2337 2317 8778 8987 6661 232
2. klachten van lagere overheden5825457968061 38301 383
3. onderzoek31015915714637254318
4. communicatie686674691825702714– 12
5. internationale contacten254010224316443121
Ontvangsten104138977113939100

3a. Financiële toelichting

Met de eerste en de tweede suppletore begrotingen is het budget verhoogd. Het gaat vooral om het uitbreiden van de formatie van het bureau van de Nationale ombudsman in verband met de uitbreiding van de capaciteit voor onderzoek uit eigen beweging (artikelonderdeel 3.3) en de aanhoudende stijging van de instroom van klachten (artikelonderdeel 3.1, zie ook zie paragraaf 4.1) en het verwerken van de financiële bijdragen van de aangesloten decentrale overheden (artikelonderdeel 3.2, zie verder paragraaf 4.2). De verschillen tussen de oorspronkelijk vastgestelde begroting en de realisatie worden met name door die tussentijdse ophogingen verklaard.

Ten aanzien van de artikelonderdelen 3.1, 3.2 en 3.3 kunnen de volgende kengetallen worden opgesteld.

Personele ramingskengetallenRealisatie 2003Realisatie 2004Realisatie 2005Realisatie 2006
(bedragen in € 1 000)AantalUitgaven per fteAantalUitgaven per fteAantalUitgaven per fteAantalUitgaven per fte
Nationale ombudsman en substituut2120210221192127
Personeel Algemene Dienst Nationale ombudsman11055111561145812257

* verwerkt zijn de (geraamde) opbrengsten van betalende overheden

Materiële ramingskengetallenRealisatie 2003Realisatie 2004Realisatie 2005Realisatie 2006
(bedragen in € 1 000)AantalUitgaven per fteAantalUitgaven per fteAantalUitgaven per fteAantalUitgaven per fte
 11220113211162512432

* aantal is inclusief materiële uitgaven voor Nationale ombudsman en substituut-ombudsman en de (geraamde) opbrengsten van betalende overheden.

Totaal afgedane klachten en uitgaven per klacht (bedragen in € 1 000)*Realisatie 2003Realisatie 2004Realisatie 2005Realisatie 2006
Aantal afgedane klachten10 21411 34711 451**14 910
Uitgaven per klacht760706751687

* Uitsluitend de personele en materiële kosten van de Nationale ombudsman, de substituut-ombudsman en de medewerkers van het Bureau Nationale ombudsman zijn opgenomen. Het bedrag per klacht omvat niet de kosten voor postactieven en omvat eveneens niet de huisvestingskosten die door de Rijksgebouwendienst worden gemaakt. De uitgaven van de artikelonderdelen 3.4 en 3.5 zijn buiten beschouwing gebleven.

** Totaal van 14 910 afgedane klachten betreft 13 317 klachten (zie 4.1) en 1 593 klachten (zie 4.2)

3b. Beleidsmatige toelichting

Beleidsprestaties 2006Realisatie
3.1 Reguliere klachten en 3.2 Klachten van lagere overheden 
• afhandeling van klachten over rijksoverheid, de politie, de zelfstandige bestuursorganen en de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatieJa
• afhandeling van klachten over provincies, waterschappen en aangesloten en gemeenschappelijke regelingenJa
• bewaking doorlooptijdenJa
3.3 Onderzoek op eigen initiatief 
• onderzoek op eigen initiatiefGedeeltelijk*
3.4 Communicatie 
• Actief voorlichtingsbeleidJa
• Meer naar buiten treden in mediaJa
3.5 Ondersteunen buitenlandse ombudsinstituten 
• Ondersteunen buitenlandse ombudsinstitutenJa

* De in de loop van 2006 gerealiseerde ruimte is noodgedwongen ten dele besteed aan het opvangen van de werklast uit hoofde van het sterk toegenomen aantal klachten van burgers.

4. Nader geoperationaliseerde doelstellingen

Algemeen

In 2006 zijn circa 14 600 verzoekschriften ontvangen; dat is een groei van 23% ten opzichte van 2005 en veel meer dan in de begroting was voorzien. Daarvan vielen er circa 1400 buiten de bevoegdheid van de Nationale ombudsman. Daarnaast werd in ruim 26 000 gevallen telefonisch een beroep op hem gedaan.

In de loop van 2006 zijn circa 14 900 verzoeken afgedaan. Hiervan is 64% doorverwezen naar andere instanties of buiten behandeling gebleven, omdat de Nationale ombudsman niet bevoegd was. Er zijn gemiddeld 33 dagen nodig om deze zaken af te handelen.

Van de resterende 5 400 zaken kon het overgrote deel worden afgehandeld met een interventie, namelijk 4 281 zaken Bij een interventie treedt de Nationale ombudsman in direct contact met het betrokken bestuursorgaan om te bekijken of het probleem van de burger kan worden opgelost. De doorlooptijd van interventiezaken was in 2006 gemiddeld 58 dagen.

In 2006 zijn 393 rapporten uitgebracht naar aanleiding van verzoekschriften. De gemiddelde doorlooptijd van deze zaken was 14 maanden (tegenover ruim 13 maanden in 2005). Deze stijging is deels te verklaren door de energie die de organisatie heeft gestoken in het vóórblijven van de achterstanden als geheel.

Tot slot zijn er dit jaar zeven rapporten verschenen op basis van onderzoek op eigen initiatief, tegenover twee in 2005.

De kosten van de behandeling van de verzoeken en de onderzoeken op eigen initiatief waren € 10 237 608.1 Voor de behandeling van klachten van decentrale bestuursorganen is een bedrag van € 1 383 000 doorberekend.

4.1 Klachten over de rijksoverheid, de politie, de zelfstandige bestuursorganen en de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie.

Er zijn op verzoek van burgers 13 317 klachten onderzocht.

Een aanmerkelijk deel van de verzoeken betrof gelijksoortige perikelen met bepaalde bestuursorganen. Het was mogelijk met die bestuursorganen afspraken te maken, op basis waarvan via interventies snelle resultaten voor verzoekers zijn geboekt. Met name bij de klachten over de Belastingdienst konden daarmee flinke voordelen voor betrokkenen worden bereikt. Nevenvoordeel was dat er voor het Bureau (van de Ombudsman) minder tijd voor de behandeling van die verzoeken nodig was.

Prestatiegegevens2003200420052006Raming 2006
Aantal afgedane klachten9 22710 12810 23513 31710 500

De forse groei van het aantal verzoeken is veroorzaakt door wijzigingen in wettelijke stelsels die gevolgen hebben voor de burgers. Illustratie daarvan vormen de grote aantallen verzoekschriften over de Belastingdienst (+ 150%) en de UWV (+ 36%). Met name de uitvoering van de Zorgtoeslag, de Huurtoeslag en de Ziektewet heeft veel burgers in (financiële) problemen gebracht. Daarnaast is er sprake van een bescheiden autonome groei en is er een effect van de grotere media-aandacht die de Nationale ombudsman heeft gekregen.

Deze groei heeft echter niet geleid tot een aanzienlijke vertraging in de afhandeling. Dat is voor alles te danken aan de grote betrokkenheid en inzet van de medewerkers van het Bureau. Een aanmerkelijk deel van de verzoeken betrof gelijksoortige perikelen met bepaalde bestuursorganen. Het was mogelijk met die bestuursorganen afspraken te maken, op basis waarvan via interventies snelle resultaten voor verzoekers zijn geboekt. Nevenvoordeel was dat er voor het Bureau minder tijd voor de behandeling van die verzoeken nodig was.

De achterliggende, meer structurele vragen rond de toestroom van zaken m.b.t. de Belastingdienst en het UWV zijn aangepakt met onderzoek op eigen initiatief (operationele doelstelling 3.3), evenals die rond de afwikkeling van de huursubsidie bij het Ministerie van VROM. De combinatie van afspraken met bestuursorganen en een onderzoek op eigen initiatief zorgt er op de korte termijn voor dat individuele burgers snel geholpen worden. Als het bestuursorgaan de aanbevelingen van de Nationale ombudsman vervolgens in zijn bedrijfsvoering doorvoert vermindert op wat langere termijn het aantal klachten en daarmee ook het beroep op actie van de Nationale ombudsman.

4.2 Klachten over provincies, waterschappen en aangesloten gemeenten en gemeenschappelijke regelingen

De Nationale ombudsman behandeld op verzoek van burgers klachten over decentrale bestuursorganen, die niet zelf over een ombudsvoorziening beschikken. Alle provincies en waterschappen, circa de helft van alle gemeenten en hun gemeenschappelijk regelingen maken deel uit van zijn werkterrein. In 2006 is geen wijziging van belang op dat punt opgetreden.

De decentrale overheden betalen voor klachtbehandeling door de Nationale ombudsman een kostendekkende bijdrage. Met ingang van 2006 geschiedt dat via een stelsel van een vaste bijdrage per inwoner. Afgezien van een jaarlijkse indexering wordt telkens om de drie jaar herijkt.

Er zijn op verzoek van burgers en met verrekening met de desbetreffende overheid van de te maken kosten, 1593 klachten onderzocht.

Prestatiegegevens:

 2003200420052006
Waterschappen116146138162
Gemeenten8091 0021 0201 324
Provincies52585043
Gemeenschappelijke Regelingen1013864

Verdere kengetallen m.b.t. operationele doelstelling 3.1 en 3.2

Voor het opvangen van de groei was de toegestane uitbreiding van de personele formatie én maximaal gebruik van tijdelijke krachten onontbeerlijk. Onder deze omstandigheden kon in het streven naar bekorting van de doorlooptijd in 2006 slechts bescheiden resultaten worden geboekt.

In onderzoek genomen, afgedane klachten*
 2003200420052006
Aantallen2 7503 0623 1335 401
Doorlooptijd tot en met 4 weken (%)24212647
Doorlooptijd 5 tot en met 26 weken (%)53565439
Doorlooptijd langer dan 26 weken (%)23232014

* inclusief klachten die door de Nationale ombudsman zijn doorgeleid naar bestuursorganen ter behandeling in hun interne klachtprocedures en die door de Nationale ombudsman gemonitord worden.

Niet in onderzoek genomen, afgedane klachten*
 2003200420052006
Aantallen7 4648 2858 3189 509
Doorlooptijd tot en met 4 weken (%)67626164
Doorlooptijd 5 tot en met 26 weken (%)21242622
Doorlooptijd langer dan 26 weken (%)12141314

Voor uitgebreider informatie wordt verwezen naar het jaarverslag 2006 van de Nationale ombudsman.

4.3 Onderzoek op eigen initiatief

In artikel 78a van de Grondwet is opgenomen dat de Nationale ombudsman ook op eigen initiatief onderzoek verricht naar gedragingen van bestuursorganen. Dit type onderzoek neemt sterk in belang toe omdat het wezenlijk bijdraagt aan het realiseren van de missie van de Nationale ombudsman. Toepassing van dit middel ligt onder meer voor de hand als het gaat om aangelegenheden die groepen mensen treffen, die niet gemakkelijk zelf kunnen klagen.

Op zijn verzoek zijn de mogelijkheden om dit type onderzoek uit te voeren in de loop van 2006 sterk verruimd. Helaas bleek het nodig om een deel van de capaciteit te benutten voor de behandeling van de zeer sterk gegroeide aantallen verzoeken van burgers. Desalniettemin konden in 2006 zeven onderzoeken worden afgerond. Aan het einde van 2006 waren vijf onderzoeken in uitvoering en is de voorbereiding van diverse andere gaande. Rond dezelfde tijd konden enkele nieuwe projectleiders worden aangesteld. Aan de ontwikkeling van een onderzoekprogramma voor de middellange termijn wordt gewerkt.

4.4 Actief voorlichtingsbeleid

Burgers uit alle geledingen van de maatschappij moeten weten dat er een Nationale ombudsman is die hun klachten over de overheid behandelt. Zij moeten de Nationale ombudsman ook feitelijk weten te vinden en zij moeten bekend zijn met de taak van het instituut zodat wordt voorkomen dat zij vergeefs bij de Nationale ombudsman aankloppen.

Met het oog daarop is in oktober 2006 een landelijke radio campagne gehouden. De campagne laat zien dat meer mensen de Nationale ombudsman weten te vinden. Dit was onder meer zichtbaar in het groeiende aantal mensen dat telefonisch contact zocht. Via nieuwsbrieven en voorlichtingsbijeenkomsten zijn de voor de Nationale ombudsman relevante intermediairs op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen op zijn werkterrein. Ook de website van de Ombudsman vervulde een belangrijke rol in de informatievoorziening. Tenslotte heeft de pers op tal van momenten aandacht besteed aan concrete zaken, hetgeen een gunstige invloed heeft op de communicatiedoelstellingen.

Bij de aanstelling van de (nieuwe) Nationale ombudsman heeft de Tweede Kamer aangegeven dat hij zich «moet (....) mengen in maatschappelijke discussies in een publieke openbare omgeving en met gezag bijdragen aan publieke meningsvorming». In verband daarmee is het persbeleid aangepast en heeft hij met succes vele gelegenheden benut om aan dat verlangen inhoud te geven. Ook de uitbreiding van het onderzoek uit eigen beweging levert de gewenste impuls op. Voorbeelden daarvan zijn: de presentatie van onderzoeken naar de 100% controle op Schiphol, de uitvoering van de Ziektewet en de uitvoering van de wetten op de huurtoeslag en de zorgtoeslag.

Met de voorbereiding voor activiteiten in het kader van 25 jaar Nationale ombudsman en de Dag van de burger is in 2006 een begin gemaakt.

4.5 Ondersteunen buitenlandse ombudsinstituten

Sinds 2002 stelt de Nationale ombudsman zijn kennis en ervaring beschikbaar aan ombudsman- en daarmee vergelijkbare instituten in de overzeese gebieden van het Koninkrijk, Midden- en Oost-Europa, de Balkan en de gebieden waar Nederland een historische band mee heeft.

In 2006 is het project met de Roemeense ombudsman verder ten uitvoer gebracht. Tijdens een bezoek van de Roemeense ombudsman aan Nederland werden de resultaten van het project besproken. Naar aanleiding van dit bezoek werden afspraken gemaakt voor een bezoek aan een regionaal kantoor van de Roemeense ombudsman. Dit bezoek vond plaats in november. Het samenwerkingsproject wordt financieel ondersteund door het Programma Maatschappelijke Transformatie Midden- en Oost Europa (Matra) van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

Voorts is het projectvoorstel ter versterking van het ombudsmaninstituut op Curaçao ingediend bij het Bestuurscollege van het eilandgebied Curaçao. De goedkeuring voor dit project is nog niet rond.

Een project met de ombudsman van Bulgarije zal per 1 januari 2007 van start gaan. De voorbereidingen voor dit project vonden plaats in de loop van 2006. In het kader van de samenwerking heeft de Nationale ombudsman een bezoek gebracht aan zijn Bulgaarse collega. Ook dit project wordt gefinancierd uit de Matra-gelden, maar de uitvoering wordt in dit geval gecoördineerd door de Economische Voorlichtingsdienst.

5. Bedrijfsvoeringsparagraaf

5a. Financiële rechtmatigheid

De begrotingsuitvoering 2006 is rechtmatig verlopen.

5b. Totstandkoming niet financiële beleidsinformatie

De niet voorzienbare stijging van de werklast is in 2006 hoofdpunt van aandacht geweest. Met alle middelen is er naar gestreefd de prestaties jegens de burger op peil te houden. Hoewel dat goeddeels is gelukt, is de werklast voor de medewerkers van de Nationale ombudsman inmiddels te hoog opgelopen. Het in december 2006 gehouden eerste Medewerkertevredenheidsonderzoek (Internetspiegel) toont dat herstel van het evenwicht van groot belang is. Evenals in 2006 is in 2007 de zorg voor voldoende menskracht én strakke sturing van de performance van vitaal belang.

In 2006 is een belangrijke vernieuwing van de elektronische systemen ter ondersteuning van de werkprocessen afgerond. Aan het eind van de zomer volgde ingebruikstelling. Op basis daarvan kan de voortgang van elk individueel klachtdossier nauwkeurig worden gevolgd en is op elk moment inzichtelijk te maken hoe de voortgang is in de belangrijkste bedrijfsprocessen. Ook kan managementinformatie sneller en eenvoudiger worden opgeleverd.

5c. Financieel en materieel beheer

In 2006 was sprake van beheerste bedrijfsprocessen inzake het financieel en materieel beheer. De begroting is niet overschreden.

Om tot een optimale bedrijfsvoering te komen, waaronder het ontwikkelen van normtijden, is een systeem van tijdschrijven onontbeerlijk. Na zorgvuldige voorbereiding is het Tijdregistratiesysteem in december 2006 operationeel geworden. In 2007 moet dat de nodige informatie gaan opleveren.

In het kader van het streven naar de meest doelmatige uitvoering van de onderzoeksactiviteiten is in het najaar van 2006 een project Optimalisering Primair Proces gestart. Met verbetering van de begrotings- en jaarplancyclus is een begin gemaakt. Rond de jaarwisseling is een Jaarplan 2007 voor het Bureau vastgesteld, dat een solider basis vormt voor sturing van bedrijfsprocessen.

Zoals bekend dient het financieel beheer beter te worden verankerd om te voldoen aan gewenste financiële functiescheidingen. Het is in 2006 niet gelukt de functie van een controller te bemensen. Het zoeken naar een bekwame controller wordt in 2007 voortgezet.

In 2007 wordt het stelsel van mandaten in de organisatie tegen het licht gehouden en waar nodig aangevuld en verbeterd.

5d. Overige aspecten: organisatieontwikkelingen

In lijn met de wensen van de Tweede Kamer over zijn positionering heeft de Nationale ombudsman in 2006 een organisatievernieuwingsproces gestart, waarbij missie, kerntaken en aspiratieniveau weer scherp worden gesteld. Dat gaat in 2007 leiden tot vernieuwing van de organisatie.

Artikel 4. Kanselarij der Nederlandse Orden

1. Algemene beleidsdoelstelling

De Kanselarij der Nederlandse Orden ondersteunt het Kapittel voor de Civiele Orden en het Kapittel der Militaire Willems-Orde bij hun advisering over de voorstellen tot decoratie. Tevens wordt zorg gedragen voor het beheer van de versierselen van de onderscheidingen en voor de correcte verzending ervan aan degenen die ze uitreiken. Er worden registers aangehouden van in het Koninkrijk der Nederlanden onderscheiden personen en in de persoon van de Kanselier der Nederlandse Orden worden de zuiverheid en waardigheid van de Orden bewaakt. De taken van de Kanselarij der Nederlandse Orden vloeien rechtstreeks voort uit de taken van de Kanselier der Nederlandse Orden en de regelgeving met betrekking tot de genoemde Kapittels en de onderscheiden orden.

2. Speerpunten 2006

Het digitaliseringsproces is onverminderd voortgezet. Belangrijk onderdeel daarvan is het geheel van activiteiten rondom DAISY (Decoratie Aanvraag en Informatie Systeem). Inmiddels zijn in 2006 alle 12 provincies aangesloten met daarin 439 gemeenten, in totaal 1231 geregistreerde gebruikers op het Daisy-netwerk. Dit aantal kan in 2007 nog licht stijgen. Daisy is een webapplicatie van de Kanselarij der Nederlandse Orden en verbetert in belangrijke mate de registratie van de decoratievoorstellen, terwijl o.m. ook de voortgang uitstekend kan worden bewaakt door alle deelnemers.

3. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
4: Kanselarij der Nederlandse OrdenRealisatie 2002Realisatie 2003Realisatie 2004Realisatie 2005Realisatie 2006Vastgestelde begrotingVerschil
Verplichtingen3 6593 2974 1663 6973 8963 143753
Uitgaven3 0063 2033 1343 2044 1163 143973
1. apparaat20002 2502 2541 8631 9251 704221
2. decoraties1 0039508771 3382 1891 434755
3. riddertoelagen333325– 3
Ontvangsten44649812513029101

3a. Financiële toelichting

De begroting van de Kanselarij der Nederlandse Orden is bij 1e suppletore begroting 2006 verhoogd met € 0,509 mln. Deze verhoging is conform ingezet voor: de kosten voor het doen vervaardigen van een voorlichtingsfilm (€ 0,015 mln.), de aanwending van de eindejaarsmarge op de apparaatskosten uit het vorig jaar (€ 0,028 mln.), een extra toevoeging op de apparaatskosten i.v.m. toegenomen financiële druk (€ 0,04 mln.) alsmede (€ 0,09 mln.) in verband met rechtsgangkosten en UWV. Voorts is een eerste voorraad van de Politiemedailles besteld (€ 0,216 mln.) en is de voorraad Officiersdienstkruizen aangevuld (e.e.a. in samenwerking met het Ministerie van Defensie (€ 0,12 mln.).

De begroting is bij 2e suppletore begroting 2007verhoogd met € 0,464 mln. Deze verhoging is conform ingezet voor onder meer de hogere rechtsgangkosten (€ 0,02mln), € 0,066 mln. in verband met de jaarlijkse loon- en prijsbijstellingen op de artikelen 04.01 (Apparaat)en 04.02 (Decoraties). Ten slotte moest in een laat stadium van het jaar extra Politiemedailles worden besteld in verband met bijstelling van de externe opgave (NPI) van de hoeveelheid te onderscheiden politieambtenaren (€ 0,378 mln.).

3b. Beleidsmatige toelichting

Beleidsprestaties 2006Realisatie
• Registreren van decoratievoorstellen voor de Algemene Gelegen- heid en Bijzondere GelegenheidJa
• Zorgen voor ontvangst, registratie, toetsing en advisering van de binnen de gestelde termijnen ontvangen decoratievoorstellenJa
• Aanschaf en reparatie van versierselen en instandhouden van de minimum voorraadJa
• Na ontvangst van de Koninklijke Besluiten (kopie) uitleveren van de samengestelde onderscheidingen en oorkondenJa
• Op systematische wijze scannen en ontsluiten van de betreffende documenten en onderhoud van de trefwoordenlijstJa
• Wekelijkse vergadering van het Kapittel voor de Civiele Orden om de door de afdeling Toetsing & Advisering opgestelde pre-adviezen te behandelenJa
• Geven van voorlichting over de werking van het decoratiestelselJa
• Stilstaan bij de inwerkingtreding van het herziene decoratiestelsel 10 jaar geleden 
• Overleg met diverse maatschappelijke organisaties mbt het gene- reren van decoratievoorstellenJa

4. Nader geoperationaliseerde doelstellingen

Het Functioneel Ontwerp voor Decor-II (applicatie om het ketenproces verder te optimaliseren) is opgeleverd in het najaar van 2006. In het afgelopen jaar nam de nieuw ingestelde Politiemedaille een nadrukkelijke plaats in in de interne processen, met name door het keuringstraject en het logistieke proces. Er zijn verstrekt 473 medailles 12,5 jaar, 3316 medailles 25 jaar en 344 medailles voor 40 jaar trouwe dienst. Hoewel voor dat jaar het viervoudige aantal door het NPI was opgegeven en in voorraad genomen, zijn die aantallen nog niet verstrekt. Dit zal aldus in 2007 geschieden.

5. De bedrijfsvoeringsparagraaf

a. Financiële rechtmatigheid

De begrotingsuitvoering 2006 is rechtmatig verlopen.

b. Totstandkoming niet financiële beleidsinformatie

Uit de interne informatiesystemen (w.o. Decor en Snelstart) wordt informatie gegenereerd en vervolgens wordt dit wekelijks behandeld in de vaste vergadering van het Kapittel voor de Civiele Orden, het Managementteam alsmede in de afdelingsoverleggen. Deze wijze van informatiebeheersing is ruimschoots voldoende gebleken bij de sturing van de processen.

c. Financieel en materieel beheer

Alle processen zijn vastgelegd

in de Administratieve Organisatiebeschrijving. Er zijn thans geen wijzigingen hierin. Deze zullen na de implementatie van Decor II alsnog worden gemuteerd.

d. Overige aspecten

Er hebben zich geen reorganisaties voorgedaan binnen de Kanselarij der Nederlandse Orden. Wel wordt voortdurend nagedacht over efficiencyverbetering van de diverse administratieve procedures en processen.

Het Functioneel Ontwerp van Decor-II is gereed en is – gelijk aan de ontwikkeling van Daisy – bij een externe software-ontwikkelaar gelegd teneinde in het derde kwartaal van 2007 van start te kunnen gaan met een werkende applicatie.

In 2005 is door de Minister van BZK de Politiemedaille voor Trouwe Dienst ingesteld. De Kanselarij der Nederlandse Orden is gevraagd het ontwerp en de productie van de versierselen, jaartekens en de oorkonden te (doen) verzorgen. Gelijk aan de Trouwe Dienstmedailles voor de krijgsmachtonderdelen, is ook het beheer bij de Kanselarij der Nederlandse Orden gelegd. In het boekjaar 2006 zijn middelen beschikbaar gesteld voor dit doel. In navolging hierop is in dit zelfde jaar besloten ook een aandenken voor administratief personeel van de politie in te stellen in de vorm van een legpenning. Uitvoering wordt verwacht in 2007.

Artikel 5. Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen

1. Algemene beleidsdoelstelling

Het Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen (verder: het Kabinet) staat de Gouverneur met raad en daad terzijde bij zijn functioneren als orgaan van het Koninkrijk en als hoofd van de Regering van de Nederlandse Antillen.

Het Kabinet ontleent zijn plaats en taak aan die van de Gouverneur. Het ondersteunt de Gouverneur in beide hoedanigheden en vervult als zodanig een informerende, initiërende en adviserende rol voor de Gouverneur met betrekking tot beleid, wetgeving en uitvoering. Ook worden ontvangsten en bezoeken voorbereid en treedt het Kabinet op als trait d’union in de richting van autoriteiten, bestuurders, instellingen en organisaties. Tenslotte worden door het Kabinet consulaire werkzaamheden uitgevoerd, voor zover deze niet aan de Nederlandse vertegenwoordiging zijn opgedragen (koninklijk besluit van 7 oktober 2002, Stcrt. 2002, 200

2. Speerpunten 2006

Het werkaanbod wordt bepaald door externe factoren (agenda van de Gouverneur), staatsstukken vanuit de Ministeries, verzoekschriften van burgers ca. Eigen speerpunten zijn hierdoor niet aanwijsbaar.

3. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
5: Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse AntillenRealisatie 2002Realisatie 2003Realisatie 2004Realisatie 2005Realisatie 2006Vastgestelde begrotingVerschil
Verplichtingen2 3982 4352 7502 3002 2492 543– 294
Uitgaven2 3982 4352 5782 3012 1882 543– 355
1. apparaat2 3982 4352 5782 3012 1882 543– 355
Ontvangsten15735118877974057

3a. Financiële toelichting

De onderuitputting kan als volgt worden verklaard:

• Lagere personeelskosten in verband met vertraagde invulling vacature directeur.

• Lagere materiële kosten als gevolg van het niet tijdig opleveren van opdrachten (beveiliging, airco’s, vloerafwerking, nieuw meubilair kabinet, BHV materialen) en het niet vervangen van de dienstauto.

3b. Beleidsmatige toelichting

Beleidsprestaties 2005Realisatie
• Ondersteunen GouverneurJa
– nota’s, brieven en toespraken 
• Uitvoering en controleJa
– doorgeleiden Landsverordeningen en besluiten 
– doorgeleiden Rijkswetten en verdragen 
• UitvoeringstakenJa
– paspoorten 
– visa 
– gratieverzoeken 
– uitleveringen 
– paspoortsignaleringen 
– overvliegvergunningen en havenbezoeken 
– adviseren en doorgeleiden Koninklijke onderscheidingen 
– audits eilandgebieden in verband met uitgifte paspoorten 
• BedrijfsvoeringJa

4. Nader geoperationaliseerde doelstellingen

Ondersteunen Gouverneur

Bij het bezoek van Koningin Beatrix aan de Nederlandse Antillen heeft het Kabinet ondersteuning verleend.

Uitvoering en Controle, Uitvoeringstaken

Prestaties en productgegevens20022003200420052006
(In aantallen)realisatierealisatierealisatierealisatierealisatie
Nota’s, brieven en toespraken3 3943 3512 6072 3232 799
Doorgeleiden Landsverordeningen en besluiten4 4674 9994 503500*503
Doorgeleiden Rijkswetten en verdragen105507644 
Paspoorten573541551553582
Visa788735683469509
Gratieverzoeken  100105149
Uitleveringen  252425
Paspoortsignaleringen  12190115
Overvliegvergunningen en havenbezoeken  183103264
Adviseren en doorgeleiden voorstellen Koninklijke onderscheidingen  5641 58
Audits eilandgebieden in verband met uitgifte paspoorten31231

* In 2005 is de wijze van registratie gewijzigd.

5. De bedrijfsvoeringsparagraaf

a. Financiële rechtmatigheid

De begrotingsuitvoering 2006 is rechtmatig verlopen. Ieder jaar wordt door Ernst & Young, in opdracht van de accountantsdienst van BZK, een audit uitgevoerd van de financiële administratie.

b. Totstandkoming niet financiële beleidsinformatie

Uit het interne financieel systeem (Exact) wordt maandelijks een managamentrapportage gegenereerd en vervolgens wordt deze informatie behandeld in de vaste Stafvergadering van het Kabinet. Deze wijze van informatiebeheersing is ruimschoots voldoende gebleken bij de sturing van de processen.

c. Financieel en materieel beheer

Alle processen zijn vastgelegd in de Administratieve Organisatiebeschrijving. Er zijn thans geen wijzigingen hierin.

d. Overige aspecten

Er hebben zich geen reorganisaties voorgedaan binnen het Kabinet. Wel wordt voortdurend nagedacht over efficiencyverbetering van de diverse administratieve procedures en processen.

Artikel 6. Kabinet van de Gouverneur van Aruba

1. Algemene beleidsdoelstelling

Het kabinet van de Gouverneur ondersteunt de Gouverneur in de uitvoering van zijn taken als Landsorgaan en als Koninkrijksorgaan. De laatste categorie is in omvang beperkt waar het de vaststelling van Landsbesluiten en Landsverordeningen betreft. Daarnaast voert de Gouverneur taken uit die in Rijkswetten c.a. zijn toegewezen. De taken van de Gouverneur op het gebied van naturalisatie en de uitgifte van reisdocumenten en visa zijn in 2006 marginaal gewijzigd.

2. Speerpunten 2006

De advisering over de financieel economische situatie in het algemeen en de stand van de overheidsfinanciën in het bijzonder heeft zijn beslag genomen in 2006. In Aruba en in het Koninkrijk is daarmee de stand van de overheidsfinanciën in 2006 een terugkerend bespreekpunt geworden op verschillende politieke en bestuurlijke niveaus zoals ook blijkt uit de conclusies van de rijksministerraad van november 2006.

De Gouverneur speelt tijdens de gesprekken over de staatkundige vernieuwingen een adviserende rol voor de partners in het Koninkrijk. Hiertoe heeft hij in 2006 verschillende werkbezoeken aan Nederland en de Nederlandse Antillen gebracht en heeft in 2006 daartoe regelmatig bewindslieden, parlementariërs en ambtenaren ontvangen.

3. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
6: Kabinet van de Gouverneur van ArubaRealisatie 2002Realisatie 2003Realisatie 2004Realisatie 2005Realisatie 2006Vastgestelde begrotingVerschil
Verplichtingen9051 0429829661 2261 249– 23
Uitgaven9051 0429829661 2261 249– 23
1. apparaat9051 0429829661 2261 249– 23
Ontvangsten7171572446046

3a. Financiële toelichting

De realisatie ten opzichte van de 2e suppletoire begroting geeft een onderuitputting aan ter grootte van € 0,0067 mln.

Deze geringe onderuitputting is grotendeels het effect van de ontwikkeling van de koers van de euro ten opzichte van de US dollar in de tweede helft van 2006 en het effect daarvan op de loonkosten van het kabinet die worden voldaan in euro’s. Daarnaast werd de afronding van aanpassingen aan de beveiliging van het kantoor niet voltooid voor het einde van het verslagjaar zodat deze kosten ten laste van het volgende jaar komen.

2b. Beleidsmatige toelichting

Beleidsprestaties 2006Realisatie
• Ondersteunen GouverneurJa
  
• Uitvoering en controleJa
– doorgeleiden Landsverordeningen en besluiten 
  
• UitvoeringstakenJa
– paspoorten 
– visa 
– optieverklaringen 
– naturalisatieverzoeken 
– uitleveringen 
– gratieverzoeken 
– overvliegvergunningen 

4. Nader geoperationaliseerde doelstellingen

Ondersteunen Gouverneur

Het kabinet is intensief betrokken geweest bij de voorbereiding van het bezoek van Koningin Beatrix aan Aruba en bij de ondersteuning en begeleiding tijdens dit bezoek. Bij het bezoek van Koningin Beatrix aan Aruba heeft het Kabinet ondersteuning verleend aan de organisatie van deze gelegenheid.

Uitvoering en Controle, Uitvoeringstaken

Prestaties en productgegevens2003200420052006
(In aantallen)realisatierealisatierealisatierealisatie
Doorgeleiden Landsverordeningen en besluiten4 6004 7004 400
Paspoorten272216139173
Visa250126124
Optieverklaringen576832
Naturalisatieverklaringen600631950311
Gratieverzoeken21436
Uitleveringen2035
Overvliegvergunningen201635

Paspoorten

In het verslagjaar is een lichte daling te zien geweest in het aantal aanvragen voor reisdocumenten voor Nederlandse ingezetenen van Aruba vanwege het ontbreken van een geldig reisdocument. Dat kan wijzen op een grotere bekendheid met de geldende eisen ten aanzien van reisdocumenten als gevolg van de informatie die door het kabinet aan het publiek wordt verschaftEen dergelijke daling geldt niet voor de bijzondere categorie van nooddocumenten voor ingezetenen die om medische redenen met spoed naar het buitenland dienen te reizen. Hoewel er nieuwe en uitgebreide afspraken zijn gemaakt met de nationale ziektekostenverzekeraar (die verantwoordelijk is voor het overgrote deel van dergelijke uitzendingen), blijken er regelmatig patiënten te zijn die niet beschikken over een geldig reisdocument.

Naturalisatieverzoeken

Uit de gegevens over 2006 blijkt een aanzienlijke daling in het aantal ingediende naturalisatieverzoeken. Dit is grotendeels toe te schrijven aan de per 1 mei 2006 verplicht gestelde naturalisatietoets voor verzoeken die in Aruba worden ingediend.

5. De bedrijfsvoeringsparagraaf

a. Financiële rechtmatigheid

De begrotingsuitvoering is rechtmatig verlopen.

b. Totstandkoming niet financiële beleidsinformatie

Voor de totstandkoming van de gegevens voor de tabel Uitvoering en Controle, Uitvoeringstaken geldt dat:

– De gegevens voor de categorieën 2 t/m 5 ontleend worden aan de registratie die het kabinet wettelijk verplicht is aan te houden, meestal in combinatie met de verplichting tot het archiveren van de bijbehorende documenten. De genoemde registraties worden ondersteund door geautomatiseerde gegevensbestanden.

– De gegevens voor de categorieën 1, 6, 7 en 8 ontleend worden aan het geautomatiseerde archief bestand van het Kabinet dat in ieder geval alle inkomende en uitgaande stukken registreert waarvoor het Kabinet een archiveringsverplichting heeft.

c. Financieel en materieel beheer

– In 2006 heeft het kabinet alle relevante werkprocessen integraal laten beschrijven. Op basis van deze beschrijving is geanalyseerd of er processen opnieuw ingericht dienen te worden en zo ja, hoe deze er uit moeten zien. Met de implementatie van de voorstellen zal het kabinet efficiënter en doelmatiger opereren. Daarnaast zal de beschrijving van de werkprocessen dienen als basis voor de implementatie van het nieuwe documentmanagementsysteem.

– Mede op advies van het agentschap BPR van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft de Gouverneur een beveiligingsfunctionaris aangesteld voor het houden van toezicht op de uitgifte van reisdocumenten in Aruba. Deze functionaris heeft met het Bevolkingsbureau en het kabinet van de Gouverneur in 2006 een aanvang gemaakt met het ontwerp en implementatie van een beveiligingsplan reisdocumenten.

d. Overige aspecten: huisvesting

In 2006 is wederom de geplande verbouwing van het kantoor niet gerealiseerd. Dit is gelegen in omstandigheden buiten het kabinet, waaronder de besluitvorming door het land Aruba aangaande de bestemming van het huidige kantoorpand en de vertraging in de realisatie van de bouwplannen van de Vertegenwoordiging van Nederland in Oranjestad, waardoor dat gedeelte van het kantoorpand ook in 2006 niet beschikbaar kwam ten bate van het kabinet. Op advies van onder andere de Koninklijke Marechaussee heeft er een investering plaatsgevonden in de beveiliging van het kantoorpand. Zo zijn er onder andere bewakingscamera’s, gelaagd glas en SKG goedgekeurd hang- en sluitwerk aangebracht en is er een aantal aanvullende veiligheidsmaatregelen getroffen. Ook zijn in 2006 de voorbereidingen getroffen voor de bouw van een hekwerk rond het kantoor en de bouw van een omheining rond de woning van de Gouverneur.

Artikel 10. Nominaal en onvoorzien

2. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
10: Nominaal en onvoorzienRealisatie 2002Realisatie 2003Realisatie 2004Realisatie 2005Realisatie 2006Vastgestelde begrotingVerschil
Verplichtingen0000000
Uitgaven0000000
1. loonbijstelling       
2. prijsbijstelling       
3. onvoorzien       
4. waarde-overdracht en waarde-overname       
5. taakstellingen       
Ontvangsten0000000

C. JAARREKENING

6. VERANTWOORDINGSSTAAT

Verantwoordingsstaat 2006 van de Raad van State, de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman, de Kanselarij der Nederlandse Orden, het kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het Kabinet van de Gouverneur van Aruba (IIB)
Bedragen in EUR1000
  (1)(2)(3)=(2)-(1)
OmschrijvingOorspronkelijk vastgestelde begrotingRealisatieVerschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
  verplichtingenuitgavenontvangstenverplichtingenuitgavenontvangstenverplichtingenuitgavenontvangsten
 TOTAAL89 71289 7122 82492 15892 2463 4352 4462 534611
           
1Raad van State48 30148 3011 49946 44846 7401 864– 1 853– 1 561365
2Algemene Rekenkamer25 99925 9991 21726 70126 4571 159702458– 58
3De Nationale ombudsman8 4778 4773911 63811 5191393 1613 042100
4Kanselarij der Nederlandse Orden3 1433 143293 8964 116130753973101
5Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen2 5432 543402 2492 18897– 294– 35557
6Kabinet van de Gouverneur van Aruba1 2491 24901 2261 22646– 23– 2346
10Nominaal en onvoorzien000000000

7. SALDIBALANS

SALDIBALANS PER 31 DECEMBER 2006 VAN DE OVERIGE HOGE COLLEGES VAN STAAT EN KABINETTEN (II B) in euro’s
1)Uitgaven 200692 244 4562)Ontvangsten 20063 435 288
      
3)Liquide middelen210 490   
      
4)Rekening-courant RHB 4a)Rekening-courant RHB86 565 512
      
5)Uitgaven buiten begrotingsverband (intra-comptabele vorderingen)577 7336)Ontvangsten buiten begrotingsverband (intra-comptabele schulden)3 031 879
      
7)Openstaande rechten 7a)Tegenrekening openstaande rechten 
      
8)Extra-comptabele vorderingen 292 049 8a)Tegenrekening extra-comptabele vorderingen292 049
      
9a)Tegenrekening extra-comptabele schulden 9)Extra-comptabele schulden 
      
10)Voorschotten465 33610a)Tegenrekening voorschotten465 336
      
11a)Tegenrekening garantieverplichtingen 11)Garantieverplichtingen 
      
12a)Tegenrekening openstaande verplichtingen2 917 46112)Openst. verplichtingen 2 917 461 
      
13)Deelnemingen 13a)Tegenrekening deelnemingen 
 TOTAAL96 707 525 TOTAAL96 707 525

Toelichting op de saldibalans van de Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten (II B) over het jaar 2006

Ad 1 en 2. Uitgaven en ontvangsten 2006

Bij de begrotingsuitgaven en -ontvangsten zijn de gerealiseerde uitgaven en ontvangsten opgenomen met betrekking tot het jaar waarvoor de Rijksrekening nog niet door de Tweede Kamer is goedgekeurd (2006).

Ad 3. Liquide middelen

De post liquide middelen is opgebouwd uit het saldo bij de banken (gebaseerd op het laatste dagafschrift) en de contante gelden aanwezig in de kluis van de kasbeheerders.

Het totaalbedrag van € 210 490 is als volgt opgebouwd:

Raad van State€     481
Algemene Rekenkamer€     443
Nationale Ombudsman€     359
Kanselarij der Nederlandse Orden€   1 546
Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen€ 119 123
Kabinet van de Gouverneur van Aruba€  88 538
Totaal€ 210 490

Ad 4. Rekening-courant RHB

Op de Rekening-courant met de Rijkshoofdboekhouding is de financiële verhouding met het ministerie van Financiën weergegeven. Opgenomen is het bedrag in overeenstemming met het saldobiljet van genoemd departement.

Ad 5. Uitgaven buiten begrotingsverband (intra-comptabele vorderingen)

Het bedrag van € 577 733 aan uitgaven buiten begrotingsverband is als volgt opgebouwd:

aVorderingen kasbeheerders Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten: 
 Raad van State€  17 086
 Algemene Rekenkamer€   1 500
 Nationale Ombudsman€   1 700
 Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen€ 374 377
 Kabinet van de Gouverneur van Aruba€  54 561
bOverige intra-comptabele vorderingen€ 128 509
 Totaal€ 577 733

Ad a. Vorderingen kasbeheerders Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten

De vorderingen van de Raad van State bestaan onder andere uit de post kruisposten (€ 7 676), personeelsvoorschotten (€ 7 030), voorraad irischeques (€ 1 625) en diverse incidentele kosten (€ 755).

De vorderingen van het Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen hebben betrekking op onder andere de post debiteuren N.A., vastlegging van openstaande paspoortgelden (€ 169 164), een post van het Koninklijke Huis (€ 95 800), nog te betalen paspoortgelden eilandengebieden (€ 98 128), vorderingen inzake PC Privé (€ 2 263) en KNIL (doorlopende declaratiesysteem) (€ 3 399).

De vorderingen van het Kabinet van de Gouverneur van Aruba hebben betrekking op onder andere de post Minbzk/stafdiensten (€ 41 889) betreffende onkosten in verband met bezoek van H.M. de Koningin aan Aruba.

Ad b. Overige intra-comptabele vorderingen

Deze post bestaat onder andere uit teveel betaalde salarissen (€ 64 162), geblokkeerde salarissen (€ 16 415) en doorberekening aan de Tweede Kamer (€ 20 744).

Ad 6. Ontvangsten buiten begrotingsverband (intra-comptabele schulden)

Het bedrag van € 3 031 879 aan ontvangsten buiten begrotingsverband is als volgt opgebouwd:

aSchulden kasbeheerders Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten: 
 Raad van State€   233 418
 Algemene Rekenkamer€     1 655
 Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen€   179 105
 Kabinet van de Gouverneur van Aruba€    27 104
bNog af te dragen loonheffing en sociale premies€ 1 462 341
cOverige intra-comptabele schulden€ 1 128 256
 Totaal€ 3 031 879

Ad a. Schulden kasbeheerders Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten

De schuld van de Raad van State bestaat uit van rekening-courant houders ontvangen voorschotten griffierecht die maandelijks per incasso worden verrekend (€ 195 782). De schuld van het Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen bestaat uit nog af te dragen paspoortgelden (€ 169 165).

Ad b. Nog af te dragen loonheffing en sociale premies

Het betreft de in de maand december 2006 ingehouden loonheffing en sociale premies die in de maand januari 2007 aan de betreffende instanties zijn doorbetaald.

Ad c. Overige intra-comptabele schulden

Het openstaande saldo betreft met name teveel betaalde salarissen met inhoudingen (€ 105 044), verschillende inhoudingen/afdracht P&O (€ 114 568) en nog af te dragen premies over december 2006 aan het ABP (€ 80 127). Deze premies worden in januari 2007 doorbetaald.

Ad 8. Extra-comptabele vorderingenAd 8a.

Tegenrekening extra-comptabele vorderingen

Het totaalbedrag van € 292 049 is als volgt opgebouwd:

Algemene Rekenkamer€ 120 621
Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen€ 171 428
Totaal€ 292 049

Het saldo van de Algemene Rekenkamer is voornamelijk een vordering op de Gemeente Dordrecht (€ 90 796) en een vordering op de Vrije Universiteit (€ 14 819). Alle afwikkelingen van de vorderingen vinden plaats in januari 2007.

De post van het Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen betreft een vordering op de eilandgebieden inzake paspoortgelden (€ 169 165) en de PC privé (€ 2 263).

Ad 10. Extra-comptabele voorschottenAd 10a.

Tegenrekening extra-comptabele voorschotten

De saldi van de per 31 december 2006 openstaande voorschotten en van de in 2006 afgerekende voorschotten kunnen als volgt worden gespecificeerd:

Stand openstaande voorschotten per 31 december 2006:

Algemene Rekenkamer€ 206 920
Nationale Ombudsman€ 258 416
Totaal€ 465 336

Overzicht afgerekende voorschotten in 2006:

Raad van State€ 1 927 586
Algemene Rekenkamer€   311 171
Nationale Ombudsman€   224 843
Totaal€ 2 463 600

Toelichting stand openstaande voorschotten:

De posten van de Algemene Rekenkamer betreffen voornamelijk in 2006 aan UWV/Loyalis verstrekte voorschotten (€ 206 070) en twee reisvoorschotten (€ 850). In januari 2007 worden de reisvoorschotten afgerekend.

De posten van de Nationale Ombudsman betreffen voorschotten aan UWV (€ 79 780) en Loyalis APPA (€ 78 636). Deze zullen na ontvangst van een (goedkeurende) accountantsverklaring worden afgewikkeld.

Ad 12. Openstaande verplichtingenAd 12a.

Tegenrekening openstaande verplichtingen

Het bedrag van € 2 917 461 aan openstaande verplichtingen is als volgt opgebouwd:

Verplichtingen 1 januari 2006 €  3 219 195 
Aangegane verplichtingen in 2006 € 92 158 184+
  € 95 377 379 
    
Tot betaling gekomen in 2006€ 92 244 456  
Negatieve bijstellingen verplichtingen uit eerdere begrotingsjaren€    215 462  
  € 92 459 918–/–
Totaal openstaande verplichtingen per 31 december 2006 €  2 917 461 

D. BIJLAGE

8. Publicatie op grond van de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens bij de Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten

Op grond van artikel 6 van de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Stb. 2006, 95) dient elk departement alsook de Hoge Colleges van Staat en de Kabinetten, via het jaarverslag een overzicht op te nemen van medewerkers die in het verslagjaar meer verdiend hebben dan het gemiddelde belastbare jaarloon van de minister-president. Dit gemiddelde belastbare jaarloon is voor 2006 vastgesteld op € 171 000 (zie de Mededeling van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 16 februari 2007 in de Staatscourant van 23 februari 2007 (Stcrt. 2006, nr. 39, blz. 10). Voor de Overige Hoge Colleges van Staat en de Kabinetten heeft de publicatieplicht betrekking op de navolgende functionarissen.

Bedragen in euro’s.
FunctieBelastbaar jaarloon 2005Pensioenafdrachten en overige voorzieningen betaalbaar op termijn 2005 Totaal 2005Belastbaar jaarloon 2005Pensioenafdrachten en overige voorzieningen betaalbaar op termijn 2006 Ontslagvergoeding Totaal 2006Motivatie  
Adjunct-directeur (Raad van State)     333 500333 500Afkoop restant wachtgelduitkering
Bureauhoofd (Raad van State)     178 400178 400Afkoop restant wachtgelduitkering
Personeelsadviseur (Algemene Rekenkamer)48 27212 07160 34349 11010 385158 105217 600Aanvulling FPU en vergoeding voor pensioen- opbouw
Beleidsmedewerker (Nationale Ombudsman)     279 747279 747Aanvulling FPU en vergoeding voor pensioen- opbouw
Licence