Base description which applies to whole site

nr. 1 JAARVERSLAG VAN HET FONDS ECONOMISCHE STRUCTUURVERSTERKING (D)

Aangeboden 19 mei 2010

Inhoudsopgave blz.

A. Algemeen 4
  Aanbieding van het jaarverslag en verzoek tot dechargeverlening 7
  Bedrijfsvoeringsparagraaf 9
       
B Jaarrekening 10
1. Verantwoordingsstaten 10
  1.1. De verantwoordingsstaat van het Fonds economische structuurversterking voor de uitgaven en de ontvangsten 10
2. Financiële toelichting bij de verantwoordingsstaten 11
  I. Inleiding 11
  II. Financieel beheer 11
  III. Grondslagen van de financiële verantwoording 11
  2.1. toelichting bij de uitgavenartikelen 12
  2.2. toelichting bij de ontvangstenartikelen 21
3. Saldibalans 22

A ALGEMEEN

Aanbieding van het jaarverslag en verzoek tot dechargeverlening van de Minister van Economische Zaken en de Minister van Financiën aan de Voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer van de Staten-Generaal.

Hierbij bied ik, mede namens de Minister van Financiën, het jaarverslag met betrekking tot de begroting van het Fonds economische structuurversterking (D) over het jaar 2009 aan.

Onder verwijzing naar de artikelen 63 en 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verzoeken wij de beide Kamers van de Staten-Generaal de Ministers van Economische Zaken en Financiën decharge te verlenen over het in het jaar 2009 gevoerde financiële beheer met betrekking tot de uitvoering van de begroting van het Fonds economische structuurversterking (Fes).

Ten behoeve van de oordeelsvorming van de Staten-Generaal over dit verzoek tot dechargeverlening is door de Algemene Rekenkamer als externe controleur op grond van artikel 82 van de Comptabiliteitswet 2001 een rapport opgesteld van haar bevindingen en haar oordeel met betrekking tot:

a. het gevoerde financieel en materieelbeheer;

b. de ten behoeve van dat beheer bijgehouden administraties;

c. de financiële informatie in het jaarverslag;

d. de saldibalans;

e. de totstandkoming van de informatie over het gevoerde beleid en de bedrijfsvoering;

f. de in het jaarverslag opgenomen informatie over het gevoerde beleid en de bedrijfsvoeringvan het Fes.

Dit rapport wordt separaat door de Algemene Rekenkamer aan de Staten-Generaal aangeboden.

Bij het besluit tot dechargeverlening dienen, naast het onderhavig jaarverslag en het hierboven genoemde rapport van de Algemene Rekenkamer, de volgende, wettelijk voorgeschreven, stukken te worden betrokken:

a. Het Financieel jaarverslag van het Rijk over 2009. Dit jaarverslag wordt separaat aangeboden.

b. De slotwet van het Fes over het jaar 2009. De slotwet is als afzonderlijk kamerstuk gepubliceerd.

c. Het rapport van de Algemene Rekenkamer over het jaar 2009 met betrekking tot de onderzoeken, bedoeld in artikel 83 van de Comptabiliteitswet 2001. Dit rapport, dat betrekking heeft op het onderzoek van de centrale administratie van ’s Rijks schatkist en van het Financieel jaarverslag van het Rijk, wordt separaat door de Algemene Rekenkamer aangeboden.

d. De verklaring van goedkeuring van de Algemene Rekenkamer met betrekking tot de in het Financieel jaarverslag van het Rijk over 2009 opgenomen rekening van uitgaven en ontvangsten van het Rijk over 2009, alsmede met betrekking tot de Saldibalans van het Rijk over 2009 (de verklaring van goedkeuring, bedoeld in artikel 83, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001). Het besluit tot dechargeverlening kan niet worden genomen, voordat de verklaring van goedkeuring van de Algemene Rekenkamer is ontvangen.

De Minister van Economische Zaken,

M. J. A. van der Hoeven

Dechargeverlening door de Tweede Kamer

Onder verwijzing naar artikel 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verklaart de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal dat de Tweede Kamer aan het hiervoor gedane verzoek tot dechargeverlening tegemoet is gekomen door een daartoe strekkend besluit, genomen in de vergadering van

De Voorzitter van Tweede Kamer,

Handtekening:

Datum:

Op grond van artikel 64, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2001 wordt dit originele exemplaar van het onderhavige jaarverslag, na ondertekening van de hierboven opgenomen verklaring, ter behandeling doorgezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer.

Dechargeverlening door de Eerste Kamer

Onder verwijzing naar artikel 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verklaart de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal dat de Eerste Kamer aan het hiervoor gedane verzoek tot dechargeverlening tegemoet is gekomen door een daartoe strekkend besluit, genomen in de vergadering van

De Voorzitter van de Eerste Kamer,

Handtekening:

Datum:

Op grond van artikel 64, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 wordt dit originele exemplaar van het onderhavige jaarverslag, na ondertekening van de hierboven opgenomen verklaring, doorgezonden aan de Minister van Financiën.

Bedrijfsvoeringsparagraaf van het Fonds Economische Structuurversterking

De Minister van Economische Zaken en de Minister van Financiën verklaren hierbij als volgt:

De controle op de rechtmatigheid van de uitgaven en de ontvangsten is onderdeel van de accountantscontrole van de financiële overzichten, die deel uitmaken van het jaarverslag van de departementen waaraan bijdragen in de begroting worden verleend respectievelijk van welke ontvangsten worden overgedragen aan het Fes. De realisatie op de toezeggingen maakt derhalve onderdeel uit van de accountantscontrole bij de jaarverslagen van deze departementen.

De Fes-beheerder heeft in januari 2010 de rijksbetaalstukken van de betrokken departementen ontvangen betreffende de projectuitgaven in het jaar 2009. Een feitelijk rapport van bevindingen inzake het rijksbetaalstuk ondertekend door de betrokken departementale auditdienst zorgt voor assurance.

Uiterlijk 31 mei 2010 ontvangt de Fes-beheerder van elk betrokken departement een verantwoording over de uitgaven in jaar 2009 vanuit het Fes voorzien van een specifieke accountantsverklaring van de desbetreffende departementale auditdienst.

In 2009 is op een gestructureerde wijze aandacht besteed aan het financieel beheer, het materieel beheer en de daartoe behorende administraties van het Fes. Dit heeft geleid tot beheerste bedrijfsprocessen.

B Jaarrekening

1. Verantwoordingsstaat

1.1. De verantwoordingsstaat van het Fonds economische structuurversterking voor de uitgaven en de ontvangsten

Verantwoordingsstaat 2009 van het Fonds economische structuurversterkingBedragen in € 1000
    (1) (2) (3)=(2)-(1)
Art. Omschrijving Oorspronkelijk vastgestelde begroting Realisatie* Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting
    Uitgaven Ontvangsten Uitgaven Ontvangsten Uitgaven Ontvangsten
  Bijdragen van het fonds aan andere            
  begrotingen            
11 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van verkeer en vervoer 1 133 893   747 081   – 386 812  
12 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van milieu en duurzaamheid 274 850   288 406   13 556  
13 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van kennis en innovatie 526 638   525 146   – 1 492  
14 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van ruimtelijke ordening 121 356   163 501   42 145  
15 Projecten in voorbereiding 421 132     – 421 132  
               
  Sub-totaal uitgaven 2 477 869   1 724 134   – 753 735  
               
  Ontvangsten van het fonds            
21 Ontvangsten uit aardgasbaten   2 477 869   1 724 134   – 753 735
               
  Sub-totaal ontvangsten   2 477 869   1 724 134   – 753 735
               
  Saldi            
31 Voordelig eindsaldo/beginsaldo            
               
  Totaaltelling 2 477 869 2 477 869 1 724 134 1 724 134 – 753 735 – 753 735

* De gerealiseerde uitgavenbedragen zijn steeds naar boven afgerond (€ 1000). De gerealiseerde ontvangstenbedragen zijn steeds rekenkundig afgerond (€ 1000).

2 FINANCIËLE TOELICHTING BIJ DE VERANTWOORDINGSSTATEN

Algemeen

I. Inleiding

In 2009 is vanuit het fonds € 1 724,1 mln. aan bijdragen verstrekt aan de diverse begrotingen en is € 1 724,1 mln. ontvangen.

(x € 1 000) uitgaven ontvangsten
Raming in de begroting 2009 2 477 869 2 477 869
Realisatie 2009 1 724 134 1 724 134
Verschil – 753 735 – 753 735

II. Financieel beheer

Het Fes is een verdeelfonds dat bijdragen verstrekt aan de begrotingen van de vakdepartementen ten behoeve van economische structuurversterkende projecten. Ten laste van het fonds komen derhalve geen directe betalingen aan projecten. De feitelijke projectuitgaven worden verantwoord in de jaarverslagen van de desbetreffende vakdepartementen. Deze departementen zijn verantwoordelijk voor de rechtmatigheid en doelmatigheid van de met Fes-bijdragen gedekte uitgaven.

In bijlage 2 van het Jaarverslag van het Fes over het jaar 2007 (TK 2007–2008, 31 444 D, nr. 1), is voor het eerst een monitoringssrapportage opgenomen, waarin globaal wordt ingegaan op afwijkingen in budget en/of planning van lopende projecten. Afgesproken is om tweejaarlijks hierover te rapporteren in het Jaarverslag van het Fes. Omdat de monitoringsrapportage ingaat op de afwijkingen in budget en/of planning van lopende projecten, is er nu voor gekozen om de informatie over de voortgang van de projecten te integreren in de toelichting bij de uitgavenartikelen en niet in een aparte bijlage. Dezelfde (voortgangs)informatie gepresenteerd in bijlage 2 van het Jaarverslag 2007 is dus terug te vinden in hoofdstuk 2.1 van het onderhavige Jaarverslag. Voor inzicht in de stand van zaken en belangrijkste ontwikkelingen van alle projecten/programma’s verwijs ik naar de afzonderlijke departementale begrotingen, waar beleidsmatig verantwoording wordt afgelegd.

Met ingang van het begrotingsjaar 2010 (dus in het Jaarverslag over het jaar 2010) zal nader worden ingaan op de besluitvorming die heeft plaatsgevonden in het betreffende begrotingsjaar. Hiertoe is reeds de opzet van de begroting 2010 (TK 2009–2010, 32 123 D, nr. 2) aangepast.

III. Grondslagen van de financiële verantwoording

De financiële verantwoording is opgesteld overeenkomstig de Comptabiliteitswet. In de instellingswet van 21 december 1995 is opgenomen dat in afwijking van de Comptabiliteitswet de begroting en de financiële verantwoording van het Fes uitsluitend op kasbasis worden gepresenteerd. De uitgaven en ontvangsten worden middels verrekeningen ten laste, respectievelijk ten gunste van het Fes gebracht. Bepalend voor het dienstjaar waarin de verrekeningen worden geboekt is de valutadatum waarop de boeking door de Rijkshoofdboekhouding (RHB) is verwerkt.

In het Coalitieakkoord is afgesproken dat het Fes een vaste voeding krijgt die niet meer fluctueert als gevolg van mutaties in de gasbaten. Daarom wordt – vooruitlopend op een wijziging van de Wet Fonds economische structuurversterking, Stb. 1996, 51 en 52 (Feswet) en op basis van de begrotingswet 2009 – in het jaar 2009 de gasbatenvoeding van het fonds gevormd door de niet-belastingontvangsten van de staat uit aardgasbaten voor het bedrag dat daarvoor in de begrotingsstaat is opgenomen. Het in de begrotingsstaat opgenomen bedrag voor de gasbatenvoeding van het Fes in 2009 is derhalve gelijk aan de totale uitgaven geraamd in het jaar 2009. De voeding uit aardgasbaten wordt derhalve niet meer berekend als een percentage van de gasbaten.

Door de hierboven toegelichte manier van vaststellen van de gasbatenvoeding van het fonds is de Fes-voeding uit incidentele baten niet meer relevant en is derhalve komen te vervallen. Dit was ook al het geval in 2008. Omdat de ontvangsten uit aardgasbaten in het jaar 2009 en later zo zijn vastgesteld dat de uitgaven in enig jaar geheel gedekt kunnen worden, is ook het voordelig saldo niet meer relevant (evenals in 2008).

2.1 Toelichting bij de uitgavenartikelen

Artikel 11 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van verkeer & vervoer

Uitgavenraming vastgestelde begroting versus realisatie (x € 1000)
  Uitgaven
Stand vastgestelde begroting 2009 1 133 893
Realisatie 2009 747 081
Verschil (+ = meer gerealiseerd dan oorspronkelijk geraamd) – 386 812

Op dit artikel worden de bijdragen verantwoord die zijn verrekend met het Infrastructuurfonds en het Ministerie van Verkeer en Waterstaat in het kader van verkeer en vervoer. De verschillen tussen raming en realisatie in het jaar 2009 worden in onderstaande tabel gepresenteerd, waarna de belangrijkste verschillen (groter dan € 5 mln.) nader worden toegelicht.

Specificatie
(x € 1 000) Raming Realisatie Verschil Begr. Art.
1. Bereikbaarheid/voorfinanciering f 12 mld pakket 867 053 465 053 – 402 000 IF Divers
2. Infrastructuur Noordvleugel 41 212 41 212 IF 12
3. Praktijkproef verbetering doorstroming A10 A’dam 30 000 2 340 – 27 660 IF 12
4. Programma filevermindering 26 005 26 005 IF 12
5. Quick Wins vaarwegen 15 000 3 000 – 12 000 IF 15
6. Slimme benuttingsmaatregelen spoor 10 000 – 10 000 IF 13
7. Quick Wins wegen/Aanpak knooppunten 4 000 – 824 – 4 824 IF 12
8. Bijdrage systeemkosten tolheffing 10 000 11 845 1 845 IF 17
9. Betere benutting hoofdwegen Dynamisch verkeersmanagement 610 610 IF 12
10. Voorfinanciering GIS – 33 000 – 33 000 VenW 36
11. Bereikbaarheid en stedelijke ontwikkeling 230 840 230 840 IF Divers
Totaal 1 133 893 747 081 – 386 812    

1. Bereikbaarheid/voorfinanciering f 12 mld. pakket

Voor het Bereikbaarheid/voorfinanciering f 12 mld. pakket, dat bestaat uit meerdere (deel)projecten, heeft een kasschuif plaatsgevonden van middelen van 2009 naar 2011. Deze Fes-middelen waren reeds overgeboekt naar het Infrastructuurfonds.

2. Noordvleugel

Ten behoeve van het project Noordvleugel (Besluit Randstad Urgent) is een Fes-bijdrage van € 3 278 mln. toegekend aan het Infrastructuurfonds. Dit project is er op gericht op een duurzame wijze de economische concurrentiepositie van de Randstad te versterken, waarbij de ontwikkeling en ontsluiting van Almere een belangrijk en urgent vraagstuk is. Doordat de voorbereidende werkzaamheden met betrekking tot dit project sneller verlopen dan was begroot is een bedrag van ongeveer € 41 mln. meer gedeclareerd in 2009.

3. Praktijkproef verbetering doorstroming A10 Amsterdam

Door de veelheid van projecten die lopen in de regio Amsterdam (Spoedwet, Fileproof, Mobiliteitsaanpak, Centrales op orde) en de noodzaak de planningen van deze projecten goed op elkaar af te stemmen, is er voor het project Praktijkproef verbetering doorstroming A10 van het Infrastructuurfonds in 2009 ongeveer € 28 mln. minder gerealiseerd dan eerder begroot.

4. Programma filevermindering

Doordat het programma filevermindering van het Infrastructuurfonds thans voorspoedig wordt uitgevoerd, is de onderuitputting uit eerdere jaren (als gevolg van bestuurlijke afstemming met de regio’s en langere voorbereidingstijd in verband met het innovatieve karakter van de deelprojecten) van ongeveer € 32 mln. in 2009 grotendeels weggewerkt (ongeveer € 26 mln.).

5. Quick wins vaarwegen

Door de subsidieaanvragers zijn de subsidie-bedragen in een trager kasritme opgevraagd dan eerder werd verwacht.

6. Slimme benuttingsmaatregelen spoor

De benuttingsmaatregel Spoor van het Infrastructuurfonds wordt in samenhang met andere werkzaamheden uitgevoerd. Daarbij worden de werkzaamheden op elkaar afgestemd. Dit impliceert voor de FES-bijdrage slimme benuttingsmaatregelen spoor dat deze in 2009 niet opgevraagd konden worden.

Artikel 12 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van milieu en duurzaamheid

Uitgavenraming vastgestelde begroting versus realisatie (x € 1000)
  Uitgaven
Stand vastgestelde begroting 2009 274 850
Realisatie 2009 288 406
Verschil (+ = meer gerealiseerd dan oorspronkelijk geraamd) 13 556

Op dit artikel worden de bijdragen geraamd voor projecten in het kader van milieu en duurzaamheid. De verschillen tussen raming en realisatie in het jaar 2009 worden in onderstaande tabel gepresenteerd, waarna de belangrijkste verschillen (groter dan € 5 mln.) nader worden toegelicht.

Specificatie
(x € 1 000) Raming Realisatie Verschil Begr. Art.
1. Luchtkwaliteit VROM (totaal) 69 700 97 444 27 744 VROM 5
2. Innovatie KRW 25 500 16 550 – 8 950 IF 11
3. Innovatieprogramma duurzaam openbaar busvervoer 7 482 7 482 VenW 36
4. UKR CO2 afvangtechnologie 6 000 – 6 000 EZ 4
5. PIEDWGO 6 000 – 6 000 WWI 2
6. Energy efficiency bedrijfsleven 4 448 4 448 EZ 4
7. Luchtkwaliteit, LNV 4 300 – 74 – 4 374 LNV 21
8. Synergie KRW 8 360 12 474 4 114 IF 11
9. Duurzaamheid-UKR 3 850 – 3 850 EZ 4
10. Westerschelde 7 000 4 201 – 2 799 LNV 23
11. Duurzaamheid-Europese aanbestedingsregeling CO2 opslag 2 500 18 – 2 482 VROM 3
12. Kas als energiebron 2 016 2 016 LNV 21
13. CATO 2 2000 2 000 EZ 4
14. Duurzame mobiliteit 1 440 1 440 VW 36
15. Bodemsanering 16 600 17 967 1 367 VROM 4
16. Duurzaamheid-Verhoging budget besparingstender UKR 1 200 – 1 200 EZ 4
17. Duurzaamheid-Energiebesparingstender UKR 2000 865 – 1 135 EZ 4
18. Duurzaamheid-Verhoging budget 4e tender UKR 7 500 6 585 – 915 EZ 4
19. Duurzaamheid-biobrandstoffen 3 500 4 173 673 VenW 36
20. Milieutechnologie PromT 4 900 4 243 – 657 VROM 7
21. Duurzaamheid-Ophoging budget EOS Demo-tender 1 040 1 311 271 EZ 4
22. Groninger pijpleiding 4 000 3 772 – 228 VROM 4
23. Groene grondstoffen, LNV 163 163 LNV 21
24. Groene grondstoffen, EZ 117 117 EZ 4
25. Gebouwde omgeving 104 104 WWI 2
26. Duurzame electriciteitsvoorziening 86 86 EZ 4
27. Nieuw Gas 57 57 EZ 4
28. Wind op zee 43 43 EZ 4
29. Ketenefficiency, LNV 21 21 LNV 21
30. MEP 100 900 100 900 EZ 4
Totaal 274 850 288 406 13 556    

1. Luchtkwaliteit VROM (totaal)

Het dossier Luchtkwaliteit van het Ministerie van VROM betreft een drietal onderwerpen, namelijk 1) Luchtwassers, 2) Verkeersmaatregelen, zoals stimulering roetfilters en 3) het pakket aan lokale maatregelen tegen fijn stof en beperken NOx emissies (NSL). In totaal is voor Luchtkwaliteit € 27,7 mln. meer gerealiseerd dan eerder begroot. Dit hangt voornamelijk samen met NSL. Het budget voor dit onderdeel is in 2009 met ongeveer € 40 mln. opgehoogd door toekenning van de 4e tranche aan dit project en toevoeging vanuit het aanvullend beleidsakkoord. Echter door complexe plannen en uitvoerige toetsing voorafgaand aan het verstrekken van subsidie, is ongeveer € 14 mln. van de middelen voor NSL niet tot besteding gekomen. Per saldo is op dit onderdeel dus circa € 26 mln. meer gerealiseerd in 2009.

2. Innovatie KRW

Voor het project Innovatie KRW van het Infrastructuurfonds is in 2009 ongeveer € 9 mln. minder uitgegeven dan begroot. Dit project is gericht op het stimuleren van innovatieve oplossingen voor de hardnekkige problemen die in de weg staan van doelrealisatie van de EU Kaderrichtlijn Water (KRW), middels een tenderregeling. De vertraging wordt veroorzaakt doordat de 2e tender in plaats van dit voorjaar pas in het najaar is gepubliceerd.

3. Innovatieprogramma duurzaam openbaar busvervoer

Voor het project Innovatieprogramma duurzaam openbaar busvervoer is in 2009 vanuit het Fes meerjarig een bedrag van € 10 mln. overgeheveld naar de begroting van het Ministerie van VenW. Dit project betreft een investeringsagenda voor schone bussen, waarbij ondermeer concessieverleners een financiële tegemoetkoming kunnen krijgen in de meerkosten die optreden om innovatie technologie te beproeven in de praktijk. Van de Fes-bijdrage van € 10 mln., is een bedrag van ongeveer € 7 mln. in 2009 tot besteding gekomen.

4. UKR CO2 afvangtechnologie

Voor de UKR-tender (Unieke Kansen Regeling) CO2 afvangtechnologie is € 20 mln vanuit het Fes toegekend. Deze middelen zijn bedoeld voor de stimulering van innovatieve ontwikkelingen van CO2 afvangtechnieken. Hiervoor hebben oorspronkelijk een drietal projecten subsidie gekregen. Inmiddels is echter één project ingetrokken. Een tweede project is nog niet van start gegaan in verband met het wijzigen van de locatie en deelnemers van het project. Het laatste project wordt momenteel wel uitgevoerd, maar gelet op de stand van zaken van dit project zijn nog geen voorschotten uitgekeerd.

5. PIEDWGO

Voor het programma innovatieve energiebesparing en duurzame warmte gebouwde omgeving (PIEDWGO) van het Ministerie van VROM/WWI zijn in 2009 geen uitgaven gedeclareerd bij het Fes. De middelen voor dit project zijn in eerste instantie toegekend aan VROM/WWI, maar in de loop van 2009 is besloten om dit te beleggen bij andere departementen (OCW en EZ) om aan te sluiten bij de reeds bestaande structuur (subsidieregelingen). Omdat dit in 2009 nog niet formeel is afgehandeld, zijn nog geen uitgaven gedeclareerd bij het Fes.

Artikel 13 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van kennis en innovatie

Uitgavenraming vastgestelde begroting versus realisatie (x € 1000)
  Uitgaven
Stand vastgestelde begroting 2009 526 638
Realisatie 2009 525 146
Verschil (+ = meer gerealiseerd dan oorspronkelijk geraamd) – 1 492

Op dit artikel worden de bijdragen geraamd voor projecten in het kader van kennis en innovatie. De verschillen tussen raming en realisatie in het jaar 2009 worden in onderstaande tabel gepresenteerd op hoofdlijnen gepresenteerd.

Specificatie
(x € 1 000) Raming Realisatie Verschil Begr. Art.
1. Bsik-projecten 139 673 127 033 – 12 640 Divers Divers
2. Diverse onderwijs projecten 170 415 172 099 1 684 Divers Divers
3. MS&ICT 3 178 10 480 7 302 Divers Divers
4. Vitale infrastructuur 2 940 6 677 3 737 Divers Divers
5. Inn. Programma’s en toponderzoek 24 719 27 189 2 470 Divers Divers
6. Overig 185 713 181 668 – 4 045 Divers Divers
Totaal 526 638 525 146 – 1 492    

In Bijlage I bij dit jaarverslag vindt u een uitgebreide specificatie van de verschillen op artikel 13 Kennis en innovatie. De belangrijkste verschillen (groter dan € 5 mln.) uit Bijlage I zijn:

Kennis Bsik-projecten

Voor de Bsik-projecten (Besluit subsidies investeringen kennisinfrastructuur) van het Ministerie van OCW is € 25,2 mln. minder gerealiseerd dan begroot. Dit grote verschil tussen raming en realisatie wordt veroorzaakt doordat een aantal consortia in 2009 geen voorschot heeft opgevraagd. Omdat de regeling voorschrijft dat jaarlijks een voorschot moet worden opgevraagd voordat het Ministerie van OCW tot betaling overgaat, zijn in 2009 minder uitgaven gedaan

Voor de Bsik-projecten van het Ministerie van EZ is € 15,6 mln. meer gerealiseerd dan begroot door aanpassing van het voorschotregime. Daarnaast is voor het Bsik-project NanoNed in 2009 een nabetaling gedaan op een declaratieverzoek uit 2008 dat in eerste instantie onvoldoende was onderbouwd.

Diverse onderwijsprojecten

In 2009 is voor het project VMBO/Funderend onderwijs van het Ministerie van OCW € 23,5 mln. meer uitgegeven dan begroot. De middelen voor dit project worden ondermeer besteed aan de stimulering van Brede scholen in het primair onderwijs. Omdat de subsidieregeling «Regeling stimulering aanpassing huisvesting brede scholen 2009» later is gepubliceerd dan eerder voorzien, is ook het budget wat voor 2008 beschikbaar was in 2009 uitgegeven. De in 2008 opgelopen vertraging is dus in 2009 ingelopen.

Stichting Kennisnet is het expertisecentrum als het gaat om ICT in het onderwijs en voert het Fes-project Kennis (ICT en onderwijs) van het Ministerie van OCW uit. Kennis ICT en onderwijs. Stichting Kennisnet ziet het als opdracht om scholen en onderwijsinstellingen onafhankelijke diensten aan te bieden bij het effectief inzetten van ICT. Zo kan de kwaliteit van het leren verder toenemen. Door vertraging in het programma «stimuleren gebruik digitaal lesmateriaal» en het programma «digitale examens» is ongeveer € 3,5 mln. minder uitgegeven in 2009 dan eerder voorzien. Daarnaast heeft een terugvordering van ongeveer € 5.4 mln. plaatsgevonden. Het betreft hierbij oude subsidies uit de jaren voorafgaand aan 2009 voor projecten die succesvol zijn afgerond en waarvan middelen resteren. Deze terugvordering is in mindering gebracht op de Fes-declaratie van het Ministerie van OCW. In totaal is daarom voor het Fes-project Kennis (ICT en Onderwijs) ongeveer € 8,9 mln. minder gerealiseerd dan eerder geraamd.

Rendement en excellentie:

In 2009 is voor het Project Rendement en Excellentie van het Ministerie van OCW € 5,2 mln. minder gerealiseerd dan begroot. Omdat subsidies worden toegekend aan onderwijsinstellingen en de uitgaven afhankelijk zijn van welke instellingen uiteindelijk subsidie krijgen, wijken de feitelijke uitgaven af van de oorspronkelijke begroting (theoretische inschatting).

Overig

Voor het project Centre for Translational Molecular Medicine (CTMM) van het Ministerie van EZ is ongeveer € 16,3 mln. meer gerealiseerd in 2009. Dit project is gericht op predispositie, vroegtijdige diagnose en depersonaliseerde behandeling van patiënten. De hogere uitgaven worden deels veroorzaakt door de toekenning van de 2e tranche aan middelen voor dit Fes-project en deels doordat de middelen uit de 1e tranche sneller tot besteding komen dan eerder voorzien. Door toekenning van de tweede tranche van € 75 mln. komt de totale Fes-bijdrage aan dit project op ongeveer € 150 mln.

In 2009 is € 10,9 mln. minder uitgegeven voor het project RSV van het Ministerie van VWS dan begroot. Dit project is gericht op het financieren van preklinisch en klinisch onderzoek dat noodzakelijk is om het RSV-vaccin te kunnen laten registreren voor toelating tot de markt. De vertraging is opgetreden doordat de partners die het project uitvoeren te maken hebben met transities. Het bedrijf dat een deel van het project in eerste instantie zou uitvoeren werd overgenomen door een ander bedrijf. Interne prioritering heeft er toe geleid dat de geplande productie van klinisch materiaal niet kon worden uitgevoerd. De opdracht is, na veel overleg en herevaluatie van bestaande contracten, verleend aan het bedrijf dat de oorspronkelijke partner heeft overgenomen.

Voor het project TTI Farma van het Ministerie van VWS is in 2009 ongeveer € 7,7 mln. minder gerealiseerd dan begroot. De uitgaven zijn lager uitgevallen door verrekening van de te hoge bevoorschotting in voorgaande jaren in verband met vertraging (latere start) van de gesubsidieerde projecten. Deze vertraging werd veroorzaakt door de langere tijd die nodig was om de IP (Intellectual Property) arrangementen tot stand te brengen. IP arrangementen zijn nodig zodra een consortium wordt gevormd (uit bedrijfsleven en kennisinstellingen) dat een onderzoeksproject gaat uitvoeren om te regelen waar de octrooien en licenties terecht komen.

In het aanvullende beleidsakkoord is afgesproken dat het kabinet naast extra uitgaven ter stimulering van de economie ook FES-middelen inzet voor o.a. grootschalige researchprojecten/leraren. In dit kader is er in 2009 voor € 6,8 mln. aan FES-middelen toegekend voor het project Surfnet7 (Gigaport3) van het Ministerie van OCW.

Artikel 14 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van ruimtelijke ordening

Uitgavenraming vastgestelde begroting versus realisatie (x € 1000)
  Uitgaven
Stand vastgestelde begroting 2009 121 356
Realisatie 2009 163 501
Verschil (+ = meer gerealiseerd dan oorspronkelijk geraamd) 42 145

Op dit artikel worden de bijdragen geraamd voor projecten in het kader van milieu en duurzaamheid. De verschillen tussen raming en realisatie in het jaar 2009 worden in onderstaande tabel gepresenteerd, waarna de belangrijkste verschillen (groter dan € 5 mln.) nader worden toegelicht.

Specificatie
(x € 1 000) Raming Realisatie Verschil Begr. Art.
1. BIRK + saneringsregeling 50 967 25 254 – 25 713 VROM 2
2. Nijmegen Waalfront 17 500 17 500 VROM 2
3. Noordelijke IJ-oevers 14 112 14 112 VROM 2
4. Bossche Spoorzone 13 000 13 000 VROM 2
5. Maastricht Belvedere 10 000 10 000 VROM 2
6. Internationale Campus Eindhoven 7 000 7 000 EZ 3
7. Vitaliteit steden/Sleutelprojecten 24 289 30 897 6 608 VROM 2
8. Planvormingskosten NoRu 4 584 4 584 VROM 2
9. Greenports 8 100 4 093 – 4 007 LNV 22
10. Sleutelprojecten Rotterdam 3 000 3 000 IF 13
11. Geluidskaarten 3 000 44 – 2 956 VROM 2
12. Klimaatbuffers 3 000 143 – 2 857 VROM 2
13. Archeologisch bodemonderzoek (Malta) 1 976 1 976 OCW 14
14. Mooi Nederland 9 500 7 764 – 1 736 VROM 2
15. Waterdunen 1 634 1 634 VROM 2
16. Klavertje 4 (Greenport Venlo) 11 500 11 500 LNV 22
17. Primaviera 6 000 6 000 LNV 22
18. BIRK/A2 Maastricht 5 000 5 000 IF 12
Totaal 121 356 163 501 42 145    

1. BIRK + saneringsregeling

Het project BIRK (Budget Investeringen Ruimtelijke Kwaliteit) + saneringsregeling van het Ministerie van VROM is vertraagd door uitvoeringsproblemen bij een aantal gesubsidieerde projecten, waardoor de voorschotbetalingen achter lopen op schema. In 2009 is daarom 25,7 mln. minder gerealiseerd. Naar 13 projecten zijn inmiddels brieven gestuurd om voortgang in beeld te krijgen en spoedige uitvoering verder te stimuleren.

2. Nijmegen Waalfront

Voor het project Nijmegen Waalfront van het Ministerie van VROM is in 2009 € 17,5 mln. toegekend uit het Nota Ruimte budget. Dit project beoogt ondermeer de ruimtelijke en stedelijke kwaliteit in het nationaal stedelijk netwerk te verbeteren. De totale Fes-bijdrage aan dit project bedraagt € 25 mln.

3. Noordelijke IJ-oevers

Voor het project Bossche Spoorzone van het Ministerie van VROM is in 2009 ongeveer € 14,1 mln. toegekend uit het Nota Ruimte budget. Dit project is gericht op het realiseren van een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor bedrijven in research & development en de creatieve sector. De totale Fes-bijdrage aan dit project bedraagt € 30 mln.

4. Bossche Spoorzone

Voor het project Bossche Spoorzone van het Ministerie van VROM is in 2009 de totale bijdrage uit het Nota Ruimte budget voor dit project van € 13 mln. toegekend. Dit project omvat de integrale gebiedsontwikkeling van een nieuw centrumstedelijk gebied ten westen van het spoor en van de historische binnenstad van Den Bosch en beoogt de transformatie van een bedrijventerrein naar een gemengd gebied met wonen en werken (Kop van ’t Zand) en het leggen van een verbindende schakel tussen twee stadsdelen waardoor een completer gebied ontstaat (Ponte Palazzo).

5. Maastricht Belvedère

Voor het project Maastricht Belvedère van het Ministerie van VROM is in 2009 de totale bijdrage uit het Nota Ruimte budget voor dit project van € 10 mln. toegekend. Het doel van dit project is de herinrichting van het Belvedère gebied (beslaat ongeveer 280 hectare aan de noordwest kant van Maastricht) dat één van de krachtigste schakels vormt in ruimtelijke, fysieke en economische ontwikkeling van de stad en omliggende regio in de komende twintig jaar.

6. Internationale campus Eindhoven

Voor het project Internationale campus Eindhoven van het Ministerie van EZ is in 2009 € 7 mln. toegekend uit het Fes budget voor sterke regio’s. Dit project is gericht op de totstandkoming van een infrastructuur voor de internationale kenniswerkers en hun kinderen van 0 tot 18 jaar, onder andere middels het optimaliseren van de huidige educatieve voorzieningen.

7. Vitaliteit steden/Sleutelprojecten:

De uitgaven voor Sleutelprojecten van het Ministerie van VROM zijn ongeveer € 6,6 mln. hoger dan eerder begroot. Het Rijk ondersteunt de projecten rond de HSL-locaties: Amsterdam-Zuidas, Rotterdam Centraal, Den Haag Nieuw Centraal, Utrecht Centraal, Arnhem Centraal/Coehoorn-Noord en Breda Stationskwartier. Deze zes projecten worden de Nieuwe Sleutelprojecten (NSP) genoemd. De hogere uitgaven hebben betrekking op de Sleutelprojecten Utrecht (€ 2,7 mln.), Breda (€ 2,5 mln.) en Arnhem (€ 1,4 mln.).

Artikel 15 Projecten in voorbereiding

Uitgavenraming vastgestelde begroting versus realisatie (x € 1000)
  Uitgaven
Stand vastgestelde begroting 2009 421 132
Realisatie 2009
Verschil (+ = meer gerealiseerd dan oorspronkelijk geraamd) – 421 132

Op het artikel «Projecten in voorbereiding» worden bijdragen geraamd aan projecten waarvoor door de Fes-beheerders aan de betrokken departementen nog geen daadwerkelijke (definitieve) toezegging heeft plaatsgevonden, omdat deze projecten nog in de voorbereidende fase zijn. Daarnaast worden op dit artikel alle middelen geraamd die wel zijn toegezegd, maar nog niet zijn overgeheveld naar de desbetreffende departementale begrotingen. Voor zover middelen niet in 2009 werden aangewend, schuiven ze ten behoeve van die projecten door naar latere jaren.

Het verschil bestaat uit:

1. Het overboeken van een bedrag van circa € 395 mln. uit 2008 naar 2009 bij Voorjaarsnota 2009 (diverse projecten) in verband met gewijzigde kasritmes.

2. Meerdere mutaties bij Voorjaarsnota 2009, Najaarsnota 2009 en Slotwet 2009 (in totaal circa € 631 mln.), die de overboeking van middelen van artikel 15 Projecten in voorbereiding naar de desbetreffende uitgavenartikelen betreffen.

3. Het overboeken van de overige middelen (circa € 185 mln.) bij Slotwet 2009 naar latere jaren in verband met gewijzigde kastritmes.

2.2 Toelichting bij de ontvangstenartikelen

Artikel 21 Ontvangsten uit aardgasbaten

Ontvangstenraming vastgestelde begroting versus realisatie (x € 1000)
  Ontvangsten
Stand vastgestelde begroting 2009 2 477 869
Realisatie 2009 1 724 134
Verschil (+ = meer gerealiseerd dan oorspronkelijk geraamd) – 753 735

In het Coalitieakkoord is afgesproken dat het Fes een vaste voeding krijgt die niet meer fluctueert als gevolg van mutaties in de gasbaten. Daarom wordt – vooruitlopend op een wijziging van de Wet Fonds economische structuurversterking, Stb. 1996, 51 en 52 (Feswet) en op basis van de begrotingswet 2009 – in het jaar 2009 de gasbatenvoeding van het fonds gevormd door de niet-belastingontvangsten van de staat uit aardgasbaten voor het bedrag dat daarvoor in de begrotingsstaat is opgenomen. Het in de begrotingsstaat opgenomen bedrag komt overeen met de totale uitgaven geraamd in het jaar 2009.

De voeding uit aardgasbaten wordt derhalve niet meer berekend als een percentage van de gasbaten en komt overeen met de gerealiseerde kasuitgaven in 2009 van € 1 724 mln. Hiermee wordt dezelfde werkwijze gevolgd als in 2008.

3 Saldi

Artikel 31 Voordelig eindsaldo/beginsaldo

Uitgavenraming vastgestelde begroting versus realisatie (x € 1000)
  Uitgaven (eindsaldo) Ontvangsten (beginsaldo)
Stand vastgestelde begroting 2009
Realisatie 2009
Verschil (+ = meer gerealiseerd dan oorspronkelijk geraamd)

Omdat de ontvangsten uit aardgasbaten in het jaar 2009 zo zijn vastgesteld dat de uitgaven in het jaar 2009 gedekt kunnen worden is het voordeling eindsaldo niet meer relevant. Hiermee wordt dezelfde werkwijze gevolgd als in 2008.

Saldibalans

Saldibalans per 31 december 2009 van het Fonds economische structuurversterking(bedragen x € 1 mln)
Uitgaven ten laste van de begroting 1 724,1 Ontvangsten ten gunste van de begroting 1 724,1
Rekening-courant RIC ultimo 2009 Rekening-courant RIC ultimo 2008
Extra-comptabele vordering 113,5 Tegenrekening extra-comptabele vordering 113,5
Totaal 1 837,6 Totaal 1 837,6

Toelichting (bedragen x € 1000)

Uitgaven ten laste van de begroting (€ 1 724 134)

Betreft de in 2009 verrekende bijdragen aan andere departementen

Rekening-courant RIC ultimo 2009 (€ 0)

Saldo op valutadatum 31 december 2009.

Extra comptabele Vordering (Voorfinanciering € 113 540)

Per 31 december 2009 lopen nog vier Fes-toezeggingen waarin sprake is van voorfinanciering voor in totaal € 268,1 mln.:

• Voorfinanciering GIS van het Ministerie van VenW € 169 mln.

• Beelden voor de toekomst van het Ministerie van OCW: betreft een voorfinanciering van € 64,2 mln.

• Respiratoir Syncytieel Virus (RSV) van het Ministerie van VWS: betreft een voorfinanciering van € 27,9 mln.

• Internationale campus Eindhoven van het Ministerie van EZ: betreft een voorfinanciering van € 7 mln.

Per 31 december 2008 is een bedrag ad € 137,8 mln. feitelijk voorgefinancierd. In 2009 is hierop terugontvangen een bedrag ad € 33 mln. betreffende de voorfinanciering GIS, dat conform de bestendige gedragslijn in mindering van bezwaar op artikel 11 van de Fes begroting is verantwoord. Daarnaast is in 2009 aan voor het project Internationale campus Eindhoven € 7 mln. en voor het project RSV € 1,7 mln. aan voorfinanciering verstrekt. Het eindsaldo 2009 aan voorfinanciering bedraagt derhalve € 113,5 mln.:

• Voorfinanciering GIS van het Ministerie van VenW € 104,0 mln.

• Respiratoir Syncytieel Virus (RSV) van het Ministerie van VWS: € 2,5 mln.

• Internationale campus Eindhoven van het Ministerie van EZ € 7,0 mln.

Ontvangsten ten gunste van de begroting (€ 1 724 134)

Betreft de in 2009 verrekende ontvangsten.

Rekening-courant RIC ultimo 2008 (€ 0)

Saldo op valutadatum 31 december 2008.

Licence