Base description which applies to whole site

9.2 Toelichting Agentschap SZW (AGSZW)

Algemeen

Het AGSZW volgt bij de opstelling van de financiële verantwoordingen de inrichtingseisen zoals die zijn opgenomen in de Comptabiliteitswet 2001 en daarmee samenhangende regelingen (in het bijzonder de Regeling baten-lastendiensten 2011).

  • De waardering van de activa en passiva is tegen nominale waarden, tenzij anders vermeld.

  • De materiële vaste activa zijn gewaardeerd op aanschafwaarde minus de desbetreffende afschrijvingen (lineair). De investeringen worden in drie jaar afgeschreven.

  • De immateriële vaste activa zijn gewaardeerd op aanschafwaarde minus de desbetreffende afschrijvingen (lineair). De investeringen worden in drie jaar afgeschreven. Een uitzondering op deze regel zijn investeringen die via out of pocketkosten (rechtstreeks in rekening gebracht bij opdrachtgever; afgekort OOP) worden gefinancierd; deze investeringen worden volledig afgeschreven in het jaar van aanschaf/ontwikkeling.

  • Het eigen vermogen dat wordt aangehouden stoelt op de Regeling baten-lastendiensten 2011 (maximaal 5% van de gemiddelde omzet over de afgelopen drie boekjaren).

  • AGSZW heeft geen voorziening(en) opgenomen voor vakantiedagen en jubileumuitkeringen vanwege een onevenredige beheerslast.

  • Voorzieningen voor benoemde risico’s komen in overleg met de eigenaar en directie FEZ tot stand.

  • Er is een reorganisatievoorziening gevormd voor de financiële gevolgen van de reorganisatie, die op 1 maart 2013 zal worden gerealiseerd.

  • De omzet is gewaardeerd tegen opbrengstwaarde (aantal producten x productprijs en uren x tarief) en wordt als gerealiseerd beschouwd in de periode waarin de diensten zijn verricht en/of de producten zijn geleverd.

  • AGSZW stuurt op volledige uitvoering van uitgebrachte offertes en/of afgesproken producten (kalenderjaar gebonden). Hierdoor is waardering van een post onderhanden werk niet/nauwelijks aan de orde. Het financiële belang van afwijkingen in de uitvoering is gering. In de jaarrekening is dan ook geen post onderhanden werk opgenomen.

  • Lasten en overige baten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben.

Staat van baten en lasten AGSZW

Tabel 9.2 Staat van baten en lasten AGSZW 2012 (x € 1.000)
 

Begroting 2012

Realisatie 2012

Verschil 2012

Realisatie 2011

Baten

       

Opbrengst moederdepartement

12.130

13.209

1.079

14.328

Opbrengst overige departementen1

1.040

838

– 202

489

Opbrengst derden

Rentebaten

18

18

89

Vrijval voorzieningen

Baten out of pocket (OOP)2

8.190

8.585

395

10.562

Exploitatiebijdrage

Onttrekking aan bestemmingsreserve

436

– 436

133

Totaal baten

21.796

22.650

854

25.601

         

Lasten

       

Apparaatskosten

       

– personele kosten

10.803

11.375

572

11.983

– materiële kosten

10.833

10.366

– 467

9.533

Afschrijvingskosten

       

– immaterieel

150

869

719

3.334

– materieel

10

16

6

14

Overige lasten

       

– dotaties voorzieningen

766

766

38

– rentelasten

– bijzondere lasten

Totaal lasten

21.796

23.392

1.596

24.902

         

Saldo van baten en lasten

0

– 742

– 742

699

1

Inclusief Matra-projecten via Agentschap NL.

2

De out of pocketkosten betreffen specifieke wensen van de opdrachtgevers waarvan de werkelijke kosten (facturen) afzonderlijk in rekening worden gebracht bij de opdrachtgevers. Dit resulteert bij het AGSZW in out of pocket baten.

Opbrengst moederdepartement en overige departementen

In bovenstaande tabel is de initiële begroting 2012 weergegeven, zoals deze in september 2011 is vastgesteld. Ten tijde van het opstellen van deze begroting was er nog onvoldoende zicht op de werkvoorraad voortvloeiend uit de uitvoering van de opdrachten in 2012. Daarnaast hebben zich in de loop van 2012 fluctuaties in de uitvoering van de opdrachten voorgedaan, waardoor enkele offertes tussentijds zijn aangepast. Door bovenstaande factoren wijkt de gerealiseerde opbrengst af van de begroting.

Het AGSZW streeft ernaar de opdrachten zo efficiënt mogelijk uit te voeren om de uitvoeringskosten voor de opdrachtgevers zo laag mogelijk te houden. Een voorbeeld hiervan is dat het AGSZW bij de invoering van het nieuwe generieke case management systeem (DIANE) een automatische koppeling heeft gerealiseerd tussen dit subsidiesysteem en de financiële administratie. Dit heeft geleid tot besparingen op het gebied van de financiële administratie evenals op de managementondersteuning.

Rentebaten

De rentebaten (dagrente) worden ontvangen over het saldo op de rekening courant. De rentebaten zijn het gevolg van het mogen aanhouden van eerder genoemde exploitatiereserve en het (tijdelijk) gebruik maken van een depositorekening.

Onttrekking aan bestemmingsreserve

Tot en met 2011 is, met goedkeuring van het ministerie van Financiën, een bestemmingsreserve aangehouden. Aangezien goedkeuring van het ministerie van Financiën tot 2012 was verkregen is de bestemmingsreserve ultimo 2011 vrijgevallen. Hierdoor is de begrote onttrekking in 2012 niet gerealiseerd.

Personele kosten

De gerealiseerde personele kosten zijn ten opzichte van de begroting € 0,572 miljoen hoger uitgevallen. Ten tijde van het opstellen van de begroting 2012 was er nog onvoldoende zicht op de werkvoorraad en de daarvoor benodigde bezetting die uit de uitvoering van de opdrachten in 2012 zou voortvloeien.

Materiële kosten

De materiële kosten omvatten huisvestings-, kantoor-, communicatie-, overige personeels- , ICT- en onderzoekskosten en zijn inclusief de materiële component van de out of pocketkosten. Een substantieel deel van de kosten heeft betrekking op afgenomen diensten van het moederdepartement. De kosten hiervan zijn geregeld in dienstverleningsovereenkomsten.

De in 2012 gerealiseerde materiële kosten zijn € 0,467 miljoen lager dan begroot. Dit wordt vooral veroorzaakt doordat ten tijde van het opstellen van de initiële begroting de omvang van de voor de uitvoering van de opdrachten benodigde materiële kosten niet goed konden worden geschat.

Afschrijvingskosten, materieel en immaterieel

De afschrijvingskosten betreffen gedane investeringen in het ontwikkelen van software en aanschaffingen van hard- en software. In de immateriële afschrijvingskosten zijn begrepen de afschrijvingen betreffende de investeringen in de ontwikkeling van het nieuwe case management system (DIANE). Voor zover deze investeringen in 2012 aan specifieke regelingen zijn toe te rekenen, zijn deze volledig in 2012 afgeschreven en als out of pocket kosten in rekening gebracht bij de opdrachtgevers (totaal € 0,763 miljoen).

Dotaties voorzieningen

Dit betreft de dotatie aan de voorziening personeel en de reorganisatievoorziening.

Saldo van baten en lasten

De voornaamste oorzaak van het negatief saldo 2012 is de dotatie aan de reorganisatievoorziening. Het vormen van deze voorziening is het gevolg van de reorganisatie van AGSZW per 1 maart 2013. Om de kosten van de reorganisatie zo laag mogelijk te houden, wordt erop gestuurd herplaatsers op een andere functie binnen het AGSZW, het departement of elders te plaatsen.

Balans AGSZW

Tabel 9.3 Balans AGSZW per 31 december 2012 (x € 1.000)
 

2012

2011

Activa

   

Immateriële vaste activa

547

1

Materiële vaste activa

   

– grond en gebouwen

– installaties en inventarissen

– overige materiële vaste activa

19

25

Voorraden

Debiteuren

118

187

Nog te ontvangen / vooruitbetaald

977

632

Liquide middelen

5.060

9.227

Totaal activa

6.721

10.072

     

Passiva

   

Eigen Vermogen

   

– exploitatiereserve

2.535

1.836

– bestemmingsreserve

– onverdeeld resultaat

– 742

699

Voorzieningen

778

47

Leningen bij het ministerie van Financiën

Crediteuren

1.778

2.846

Nog te betalen / vooruit ontvangen

2.372

4.644

Totaal passiva

6.721

10.072

Immateriële vaste activa

Eind 2010 is begonnen met de bouw van DIANE, het nieuwe systeem voor onder andere ESF-2 2007–2013, de Regeling Tegemoetkoming Adoptiekosten en de Wet Inburgering. DIANE is een generiek case management systeem dat volgens een modulair procesmodel is opgezet. In 2012 is voor € 1,415 miljoen in DIANE geïnvesteerd. Voor een deel zijn deze investeringen voor 100% afgeschreven en als out of pocket kosten bij de opdrachtgevers in rekening gebracht (zie afschrijvingskosten).

Materiële vaste activa

In 2012 is voor € 0,010 miljoen geïnvesteerd. Materiële vaste activa worden grotendeels betrokken van het moederdepartement (onderdeel van afgenomen diensten) tegen jaarlijks afgesproken kosten (dienstverleningsovereenkomsten).

Debiteuren

De debiteuren betreffen facturen aan opdrachtgevers van de door AGSZW uit te voeren/uitgevoerde (subsidie)regelingen. Daarnaast is er sprake van declaraties/facturen op personeelsgebied (uitleen van AGSZW medewerkers) en overige.

Van de debiteuren heeft een bedrag van € 0,05 miljoen betrekking op facturen aan het ministerie van SZW.

Nog te ontvangen / vooruitbetaald

Deze post omvat hoofdzakelijk de nog definitief per regeling af te rekenen geleverde diensten en producten (opbrengst) 2012. Van de nog te ontvangen/vooruitbetaalde bedragen heeft een bedrag van € 0,607 miljoen betrekking op het ministerie van SZW.

Liquide middelen

De liquide middelen worden aangehouden op de rekening courant van het ministerie van Financiën. Het saldo sluit aan met de saldo-opgave van het ministerie van Financiën.

Eigen vermogen (Agentschapvermogen)

Het eigen vermogen, inclusief het onverdeeld resultaat 2012, bedraagt € 1,793 miljoen. Deze stand is hoger dan de zogenaamde 5%-norm (het maximale eigen vermogen is 5% van de gemiddelde omzet van de laatste drie jaren). Het maximaal aan te houden eigen vermogen bedraagt ultimo 2012 conform de 5%-norm € 1,114 miljoen (ultimo 2011: € 1,031 miljoen). Bij de berekening van de tarieven 2013 is in overleg met de eigenaar besloten om € 1,02 miljoen van het eigen vermogen van het AGSZW in te zetten ter verlaging van de tarieven 2013. Als het resultaat 2013 uitkomt op het begrote verlies van € 1,02 miljoen, dan valt de omvang van het eigen vermogen ultimo 2013 binnen het wettelijk maximum.

Tabel 9.4 Ontwikkeling eigen vermogen (x € 1.000)
 

2010

2011

2012

1. Eigen vermogen per 1 januari

2.214

2.344

2.535

2. Saldo van baten en lasten

364

699

– 742

3a. Uitkering aan moederdepartement

– 375

3b. Bijdrage moederdepartement ter

versterking van eigen vermogen

3c. Overige mutaties in eigen vermogen

– 234

– 133

3. Totaal directe mutaties in eigen vermogen

– 234

– 508

4. Eigen vermogen per 31 december (1+2+3)

2.344

2.535

1.793

Voorzieningen

De voorziening personeel betreft de afwikkeling van een langlopende nog niet afgeronde gerechtelijke procedure. In 2012 is een bedrag van € 0,020 miljoen ten laste van de voorziening gebracht. Ultimo 2012 bedraagt de voorziening personeel nog € 0,039 miljoen.

Ultimo 2012 is tevens een reorganisatievoorziening getroffen in het kader van de reorganisatie die in 2013 wordt doorgevoerd. Deze voorziening betreft de geschatte kosten voor medewerkers die naar ander werk worden begeleid. De kosten van de voorbereiding in 2012 van de reorganisatie (€ 0,015 miljoen) zijn ten laste van de voorziening gebracht. De stand van de reorganisatievoorziening is ultimo 2012 € 0,739 miljoen.

Tabel 9.5 Verloop en stand voorziening personeel en reorganisatie (x € 1.000)

Stand 1-1-2012

47

Betalingen ten laste van voorziening

– 35

Dotatie ten laste van resultaat

766

Stand 31-12-2012

778

Crediteuren

De post Crediteuren betreft nog te betalen afgenomen diensten op het gebied van bedrijfsvoering en personele aangelegenheden. Van de crediteuren heeft een bedrag van € 0,936 miljoen betrekking op facturen van het ministerie van SZW.

Nog te betalen / vooruitontvangen

Deze post bevat onder andere de nog definitief per regeling af te rekenen geleverde diensten en producten 2012.

Van de overige nog te betalen bedragen heeft in totaal € 1,510 miljoen betrekking op het ministerie van SZW.

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Pensioenlasten en verplichtingen zijn in de jaarrekening verwerkt uitgaande van de «verplichtingen aan de pensioen-uitvoerder» benadering, waarbij de aan het ABP te betalen premie als last in de resultatenrekening wordt verantwoord. De ABP pensioenregeling is een op het salaris gebaseerde middelloonregeling. In de rekening van baten en lasten is een bedrag van € 0,968 miljoen aan pensioenpremie verantwoord.

Het AGSZW heeft geen verplichtingen tot het voldoen van aanvullende bijdragen in het geval van een tekort bij het fonds, anders dan hogere toekomstige premies. Per balansdatum bedraagt de dekkingsgraad van het ABP 96%.

In 2009 heeft het ABP een herstelplan opgesteld. Dit herstelplan leidt tot een voorwaardelijke verplichting voor de baten- en lastendienst tot het betalen van een herstelpremie van 1 tot 3% in de jaren 2009–2013. Wij schatten deze voorwaardelijke verplichting voor 2013 in op een bedrag van € 0,172 miljoen.

Tabel 9.6 Kasstroomoverzicht AGSZW 2012 (x € 1.000)
   

Begroting 2012

Realisatie 2012

Verschil 2012

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2012

(incl. depositorekeningen)

8.099

9.227

1.128

2.

Totaal operationele kasstroom

160

– 2.742

– 2.902

         

3a.

Totaal investeringen (–/–)

– 250

– 1.425

– 1.175

3b.

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

3.

Totaal investeringskasstroom

– 250

– 1.425

– 1.175

         

4a.

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (–/–)

4b.

Eenmalige storting door moederdepartement (+)

4c.

Aflossingen op leningen (–/–)

4d.

Beroep op leenfaciliteit (+)

4.

Totaal financieringskasstroom

         

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2012 (=1+2+3+4)

(incl. depositorekeningen)

8.009

5.060

– 2.949

Operationele kasstroom

De operationele kasstroom bestaat uit het saldo van baten en lasten, gecorrigeerd voor afschrijvingen en mutaties in het werkkapitaal (mutaties in vlottende debetposten en kortlopende creditposten op de balans).

Investeringskasstroom

De investeringskasstroom is het totaal van de investeringen en de boekwaarde van de desinvesteringen. Met investeringen worden uitgaven voor de aanschaf van vaste activa bedoeld.

Financieringskasstroom

De totale financieringskasstroom is het saldo van de posten eenmalige uitkering aan het moederdepartement, eenmalige storting door het moederdepartement, aflossingen op leningen en beroep op de leenfaciliteit.

Kengetallen in verband met verbetering van de doelmatigheid

Het streven naar grotere doelmatigheid is de hoofddoelstelling van elke baten-lastendienst. Voor het AGSZW betekent dit het streven naar betere prestaties, bij optimaal gebruik van de ingezette middelen.

Tabel 9.7 Overzicht doelmatigheidsindicatoren en kengetallen AGSZW: financiële indicatoren

Doelstelling

Realisatie 20091

Realisatie 20101

Realisatie 20111

Begroting 20122

Realisatie 2012

Tarieven/uur:

         

Voorcalculatorisch integraal uurtarief (gemiddeld)

€ 79,79

€ 89,50

€ 89,23

€ 90,00

€ 87,69

Index ten opzichte van 2010 (2010 = 100)

89,2

100,0

99,7

100,9

98,0

Omzet per productgroep (pxq) (x 1.000):

         

Totale omzet (excl. OOP)

€ 13.294

€ 14.752

€ 14.817

€ 13.170

€ 14.047

Omzet Europese: nationale regelingen

80 : 20

80 : 20

87 : 13

87 : 13

94 : 6

Omzet productenregelingen: urenregelingen

91 : 9

86 : 14

89 :11

91 : 9

87 : 13

Fte-totaal:

         

Fte-totaal (excl. externe inhuur)

133

149

138

120

128

Omzet per fte:

         

Omzet per fte inclusief externe inhuur

€ 83.280

€ 89.328

€ 93.494

€ 98.556

€ 94.413

Saldo van baten en lasten (%):

         

Saldo van baten en lasten (x 1.000)3

€ 305

€ 364

€ 699

– € 300

– € 742

Saldo van baten en lasten als % van totale baten

2%

2%

3%

0%

– 3%

Productiviteit:

         

Declarabiliteit (= gedeclareerde uren (direct)/beschikbare uren)4

74%

76%

71%

75%

72%

Ziekteverzuimpercentage:

         

Ziekteverzuimpercentage (totaal incl. langdurig)5

5,9%

5,2%

4,5%

4,9%

1,9%

Uitvoeringskosten per opdracht:

         

Europees: ESF-2 2007–2013 (offerte 2010)6 7

8,6%

4,5%

9,0%

Uitvoeringskosten / gemiddelde projectsubsidie

         

Nationaal: Kinderopvang (offerte 2010)6

4,2%

n.v.t.

n.v.t.

Uitvoeringskosten / gemiddelde projectsubsidie

         
1

De huidige doelmatigheidsindicatoren zijn geïntroduceerd in de begroting 2011. Tot en met 2010 is een andere verzameling indicatoren gebruikt. De waarde van de indicatoren van voorgaande jaren kon in enkele gevallen uit de oude verzameling worden overgenomen, andere waarden zijn nieuw berekend.

2

De begroting van de waarden 2012 heeft plaatsgevonden bij de initiële begroting die in september 2011 is ingediend. Op dat moment is er nog onvoldoende zicht op de werkvoorraad voortvloeiend uit de uitvoering van de opdrachten in 2012.

3

Voor 2012 is een negatief saldo van baten en lasten begroot. In de tarievennotitie 2012, die in december 2011 is opgesteld, is € 0,3 miljoen vanuit het eigen vermogen van het AGSZW ingezet om de tarieven 2012 te verlagen. Door deze tariefsverlaging was de verwachting dat het saldo van baten en lasten € 0,3 miljoen negatief zou bedragen.

4

Een belangrijke reden voor het achterblijven van de productiviteit in 2011 en 2012 is dat een groot aantal uren is besteed aan de ontwikkeling en bouw van het nieuwe case management systeem DIANE. Deze uren zijn indirect verantwoord en zijn daarom niet declarabel.

5

Het ziekteverzuimpercentage vanaf 2010 is ontleend aan het voortschrijdend jaargemiddelde uit P-Direkt.

6

De uitvoeringskosten van ESF-2 en Kinderopvang in de jaren 2008 tot en met 2010 zijn niet gereconstrueerd.

7

De stijging van de uitvoeringskosten ESF-2 als percentage van de gemiddelde projectsubsidie kan worden verklaard doordat meer tijd wordt besteed aan de controle van einddeclaraties. Doel hiervan is om te bewerkstelligen dat de verschillen tussen de bevindingen van de eerstelijnscontrole door AGSZW en de tweedelijnscontrole door de Audit Autoriteit ESF zo gering mogelijk zijn.

Tabel 9.8 Overzicht doelmatigheidsindicatoren en kengetallen AGSZW: kwalitatieve indicatoren

Doelstelling

Realisatie 20091

Realisatie 20101

Realisatie 20111

Begroting 2012

Realisatie 2012

Klanttevredenheid:

         

Totaalwaardering onderzoek2

 

6,75

niet gemeten

7,00

6,81

Telefonische bereikbaarheid:3

         

% oproepen dat leidt tot contact

9

 

niet gemeten

9

niet gemeten

% van contact binnen 15 seconden

5

 

niet gemeten

6

niet gemeten

Uitkomsten bezwaar- en beroepsprocedures:

         

% bezwaarprocedures geheel gegrond4

   

14

6

54

% bezwaarprocedures deels gegrond

   

5

16

2

% beroepsprocedures geheel of deels gegrond

   

38

22

20

Aanvragen / einddeclaraties via internet:

         

% Europese regelingen

   

100

99

100

% Nationale regelingen5

   

0

80

76

Doorlooptijd beschikkingen:

         

% tijdige beschikkingen

   

93

99

92

Aantal dwangsommen betaald6

   

0

0

0

Bedrag dwangsommen betaald (€)

   

0

0

0

Doorlooptijd betalingen:

         

% tijdige betalingen

   

98

99

99

Aantal malen wettelijke rente betaald7

   

10

0

19

Bedrag wettelijke rente betaald (€)

   

€ 278

€ 0

3.928

Bedrag wettelijke rente ontvangen (€)

   

1.776

niet begroot

393

1

De huidige doelmatigheidsindicatoren zijn geïntroduceerd in de begroting 2011. Tot en met 2010 is een andere verzameling (voornamelijk financiële) indicatoren gebruikt. Er is alleen een waarde bij de kwalitatieve indicatoren van voorgaande jaren ingevuld als deze voorhanden was.

2

De 1-meting van het klanttevredenheidsonderzoek heeft deels in 2011 en deels in 2012 plaatsgevonden. Het deelonderzoek in 2011 heeft zich beperkt tot de aanvragers van nationale subsidieregelingen. Het deelonderzoek in 2012 betrof de Europese subsidieregelingen. De totaalwaardering van de 1-meting (ER + NR) bedroeg 6,81.

3

In 2009 is een onderzoek naar de telefonische bereikbaarheid uitgevoerd. Het AGSZW doet mee als er een departementaal onderzoek naar de telefonische bereikbaarheid wordt gedaan. Dit heeft in 2012 niet plaatsgevonden.

4

Bij bezwaarprocedures kan de aanvrager nog aanvullende informatie aandragen. Van deze mogelijkheid heeft bijvoorbeeld een aantal aanvragers van Actie E ESF-2 gebruik gemaakt; zij hebben in bezwaar nog een (juist) uittreksel van de Kamer van Koophandel geleverd.

5

Alle aanvragen van de subsidieregeling ESF-2 2007–2013 komen via het e-portaal van DIANE binnen.

Van de nationale regelingen is 76% van de aanvragen digitaal ingediend. Dit verklaart de stijging in 2012 van het aantal aanvragen/einddeclaraties van nationale regelingen dat via internet binnenkomt.

6

Dwangsommen worden alleen betaald als de aanvrager bij te late beschikking een claim indient. In 2012 is geen enkele claim ontvangen.

7

Bij te late betaling wordt, conform de bepalingen in de AWB, op eigen initiatief door het AGSZW wettelijke rente aan de begunstigde betaald. Dit behoeft niet door de begunstigde te worden aangevraagd. In enkele gevallen is er bij te late betaling geen wettelijke rente betaald omdat de vertraging (mede) te wijten was aan de begunstigde.

Licence