Base description which applies to whole site

Artikel 11 Waterkwantiteit

Algemene doelstelling

Het op orde krijgen en houden van een duurzaam watersysteem tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten, waardoor Nederland droge voeten heeft.

(Doen) uitvoeren

Rol en verantwoordelijkheden

Vanuit hoofdstuk XII wordt een bijdrage gedaan aan het Deltafonds (artikel 26.02). Vanuit het Deltafonds worden maatregelen en voorzieningen op het gebied van waterveiligheid en zoetwatervoorziening bekostigd. De rol (doen) uitvoeren heeft betrekking op taken binnen de volgende onderdelen:

  • Het waarborgen van de bescherming door primaire waterkeringen langs het kust- en IJsselmeergebied en rivierengebied volgens het wettelijk niveau; alsmede het dynamisch handhaven van de kustlijn op het niveau van 2001 (basiskustlijn).

  • Het (doen) uitvoeren van verkenningen en planuitwerkingen ten behoeve van waterveiligheid en zoetwatervoorziening.

  • Het (doen) uitvoeren van aanlegprojecten, zoals het Hoogwaterbeschermingsprogramma, Ruimte voor de Rivier en de Maaswerken.

  • Het (doen) uitvoeren van beheer en onderhoud.

Regisseren

De Minister is verantwoordelijk voor de vormgeving van het integrale waterbeleid, voor het deltaprogramma en het toezicht op de uitvoering van de wet- en regelgeving. Ook is de Minister verantwoordelijk voor het verbeteren van de doeltreffendheid en de doelmatigheid van de bestuurlijke organisatie en het instrumentarium ten behoeve van het waterbeleid. Daarnaast regisseert de Minister de afstemming van het waterbeheer rondom de Noordzee en met de buurlanden bovenstrooms gelegen in de stroomgebieden van Rijn, Maas, Schelde en Eems.

De rol «regisseren» heeft op dit artikel ook betrekking op taken binnen de volgende onderdelen:

  • Het realiseren van een maatschappelijk afgewogen verdeling van water en daarvoor het hoofdwatersysteem zo te beheren dat wateroverlast en -tekort worden voorkomen. Het zorgen voor kaders en instrumentarium voor regionale afwegingen om het regionale watersysteem op orde te brengen en te houden.

  • Het zorgen voor het ontwikkelen en implementeren van integraal waterbeleid in een aanpak gericht op de gebieden met grote rijkswateren.

  • Het beleid op de Topsector Water is gericht op het versterken van de concurrentiekracht van de Nederlandse Watersector. Het gaat onder meer om het versterken van innovatiekracht en menselijk kapitaal en exportbevordering organiseren en uitvoeren van bilaterale handelsmissies en het ontvangen van buitenlandse delegaties. De financiële inzet van IenM op de Topsector Water is weergegeven in de overzichtstabel «Bedrijfslevenbeleid en Topsectoren» in de beleidsagenda van de begroting van EZ. Deze inzet bestaat onder andere uit opdrachten in het kader van het versterken van de innovatiekracht, subsidies in het kader van Partners voor Water (internationale samenwerking) en programma’s voor Human Capital.

Tenslotte is de Minister verantwoordelijk voor het toezicht op en de handhaving van (een deel van) de wet- en regelgeving door de Inspectie Leefomgeving en Transport op dit beleidsterrein (zie beleidsartikel 24 Handhaving en toezicht).

Indicatoren en kengetallen

Onderstaande indicatoren geven weer hoe het is gesteld met het aantal kilometers dijken en duinen en het aantal kunstwerken die zorgen voor waterveiligheid in Nederland. De cijfers zijn gebaseerd op de toetsronden uit 2001, 2006 en 2011 (Kamerstukken II, 2010/11, 31 710, nr. 22).

Dijken en duinen (in kilometers)

Dijken en duinen (in kilometers)

Bron: Inspectie Leefomgeving en Transport, 2012

Kunstwerken (aangemerkt als primaire waterkering in aantallen)

Kunstwerken (aangemerkt als primaire waterkering in aantallen)

Bron: Inspectie Leefomgeving en Transport, 2012

De kengetallen hieronder geven meerjarige informatie over de stand van zaken van maatregelen ter verbetering van de waterveiligheid per programma: HWBP2, Ruimte voor de Rivier en Maaswerken. De beleidsinspanningen van de Minister van IenM richten zich op Hoofdstuk XII op de regie en uitvoering van deze projecten. In het jaarverslag van het Deltafonds wordt nader ingegaan op de uitvoering van deze projecten. Ten opzichte van de ontwerpbegroting 2013 zijn de gegevens voor de jaren 2012 en 2013 toegevoegd, op basis van de verschenen voortgangsrapportages32. In 2013 is bij de Maaswerken een nieuw project geïnitieerd: Zuidgeul Well Aijen. Hierover is de Tweede Kamer per brief geïnformeerd (Kamerstukken II, 2010/11, 18 106, nr. 204). Daarnaast is een aanvullend contract voor het retentiebekken Lateraalkanaal-West (LKW+) in voorbereiding gegaan.

Beleidsconclusies

Het op dit artikel uitgevoerde beleid en de bijhorende resultaten waren het afgelopen jaar conform de verwachtingen zoals gemeld in de begroting. Er zijn geen grote afwijkingen of een noodzaak tot bijstelling aan het licht gekomen. Onderstaand wordt een aantal mijlpalen uit 2013 toegelicht.

In april 2013 is er een brief (Kamerstukken II, 2012/13, 33 400 J, nr. 19) aan de Tweede Kamer gestuurd met de tijdens het Wetgevingsoverleg (WGO) van 10 december 2012 toegezegde informatie. Dit betrof onder andere informatie over de in voorbereiding zijnde deltabeslissingen Waterveiligheid en Ruimtelijke adaptatie, het proces om te komen tot nieuwe normen, het onderzoek of via ruimtelijke inrichting de waterveiligheidsrisico’s kunnen worden beheerst en hoe we ons beter kunnen voorbereiden op een watersnoodramp. Ook is de Tweede Kamer geïnformeerd over de in 2014 te nemen deltabeslissing om te komen tot een duurzame en economische doelmatige zoetwatervoorziening in Nederland en over de gevolgen van de bezuinigingen op het Deltafonds.

In 2013 heeft de Minister een besluit genomen over het beleid voor de «buitendijkse bescherming van 13 kustplaatsen». Een bijzondere positie voor deze plaatsen binnen het algehele rijksbeleid voor buitendijkse gebieden is niet nodig gebleken (Kamerstukken II, 2012/13, 30 195, nr. 32).

Het wetsvoorstel doelmatigheid en bekostiging Hoogwaterbescherming is door de Tweede Kamer in 2013 aangenomen. De wet treedt per 1 januari 2014 in werking.

Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht van de budgettaire gevolgen van beleid (x € 1.000)

11

Waterkwantiteit

   

Realisatie

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Verschil

 
   

2011

2012

2013

2013

2013

 

Verplichtingen

   

37.457

45.755

– 8.298

1)

Uitgaven

   

41.021

40.946

75

 

11.01

Algemeen waterbeleid

   

35.591

34.769

822

 

11.01.01

Opdrachten

   

1.812

3.760

– 1.948

2)

11.01.02

Subsidies

   

12.259

12.305

– 46

 
 

– Partners voor Water (HGIS)

   

11.615

9.536

2.079

3)

 

– Overige subsidies

   

644

2.769

– 2.125

 

11.01.03

Bijdrage aan agentschappen

   

20.993

18.704

2.289

4)

 

– waarvan bijdrage aan RWS

   

20.265

18.704

1.561

 
 

– waarvan bijdrage aan KNMI

   

728

0

728

 

11.01.04

Bijdrage aan medeoverheden

   

527

0

527

 
 

– Waterschappen

   

527

0

527

 

11.02

Waterveiligheid

   

3.338

3.206

132

 

11.02.01

Opdrachten

   

3.338

3.206

132

 

11.03

Grote oppervlaktewateren

   

2.092

2.971

– 879

 

11.03.01

Opdrachten

   

2.092

2.971

– 879

 
 

Ontvangsten

   

78

470

– 392

5)

Verplichtingen (ad 1)

Toelichting op de financiële instrumenten

De lagere verplichtingen op dit artikel worden met name veroorzaakt door het programma Partners voor Water (HGIS). Op basis van de accountantsverklaringen 2010 tot en met 2012 is de openstaande verplichting aan AgentschapNL naar beneden bijgesteld. Het hierdoor niet gerealiseerde verplichtingenbudget is teruggeboekt naar het Ministerie van Buitenlandse Zaken (HGIS). In 2014 zal aan genoemd ministerie worden verzocht dit verplichtingenbudget weer aan de begroting van IenM toe te voegen.

11.01 Algemeen waterbeleid
11.01.01 Opdrachten (ad 2)

De lagere realisatie bij de opdrachten is te wijten aan verschuivingen van de voorziene uitgaven voor de beleidsdoorlichting waterkwantiteit, het Nationaal Waterplan en de evaluatie Bestuursakkoord Water alsmede het niet doorgaan van het afscheidssymposium van de Commissie van Advies inzake de Waterstaatwetgeving (CAW) vanwege de opheffing hiervan.

Daarnaast waren er lagere kosten dan verwacht voor de Helpdesk Water en de technische ondersteuning bij het Omgevingsloket. De Helpdesk Water valt sinds begin 2013 samen met Bodem+ en Infomil binnen één RWS-directie. Er worden besparingen gerealiseerd door de nauwere samenwerking en harmonisatie van processen. Er wordt voortdurend gewerkt aan het up to date houden van de informatie op de website van de Helpdesk ten behoeve van publiek en mensen die vanuit hun professie gebruik maken van de informatie op de Helpdesk site.

De uitvoering van het in mei 2011 getekende Bestuursakkoord Water (BAW) (Kamerstukken II, 2010/11, 27 625, nr. 204) is in volle gang. De Visitatiecommissie waterketen is in 2013 gestart om de voortgang in beeld te brengen en om de samenwerking tussen de verschillende partijen verder te bevorderen. In Water in Beeld 2012 is al gerapporteerd dat de uitvoering van acties goed op koers ligt. Eind 2013 is de tussentijdse evaluatie van het BAW gestart.

Samen met de partners van het Bestuursakkoord Water (Rijk, provincies, gemeenten, waterschappen, drinkwaterbedrijven) is in 2013 de nieuwe gezamenlijke communicatiestrategie «Ons water» voorbereid. Doel is de burgers via een online platform op maat te informeren en bewuster te maken.

Met behulp van de Watercoalitie (een samenwerkingsverband tussen IenM, andere overheden, private partijen en maatschappelijke organisaties) wordt rond het onderwerp «Water in en om het huis» onderzocht of met adaptieve sturing bijgedragen kan worden aan de doelstellingen van het Bestuursakkoord Water voor wat betreft de waterketen. Het gaat erom naast drinkwaterbedrijven, gemeenten en waterschappen ook de huishoudens te activeren om hun deel bij te dragen. In 2013 zijn positieve ervaringen opgedaan met initiatieven rondom de thema’s anders omgaan met regenwater en het zelfvoorzienend huis van de toekomst.

Het huidige Nationaal Waterplan (NWP) loopt tot 22 december 2015. In 2013 heeft het ministerie verkend hoe invulling te geven aan de opvolger van het NWP op basis van de wettelijke eisen, de ontwikkeling van de Omgevingswet en de aankomende deltabeslissingen. Eind 2013 is besloten tot een partiële herziening van het NWP voor wat betreft de deltabeslissingen (Kamerstukken II 2013/14, 31 710 nr. 30).

IenM heeft het wetsvoorstel Wet aanpassing waterschapsverkiezingen toegezonden aan de voorzitter van de Tweede Kamer (Kamerstukken II, 2012/13, 33 719, nr. 7).

Ten aanzien van deze actielijnen van de Human Capital Agenda van de Topsector Water zijn er in 2013 forse stappen gezet. Wat betreft het bevorderen van het vergroten van instroom en versterken imago van de watersector is mede in het kader van het Techniekpact een pilot studiebeurzen Topsector Water uitgevoerd. Tevens worden inspanningen verricht om het waterbewustzijn onder jongeren te vergroten. Deze worden daar waar mogelijk gezamenlijk opgepakt in verschillende projecten, waarbij wordt gezocht naar samenwerking tussen publiek/private partners en onderwijs vorm wordt krijgt in zogenaamde HBO Centres of expertise en MBO Centra voor Innovatief vakmanschap. Hierin werken overheden, bedrijven, wetenschappers, docenten en studenten samen aan het bevorderen van de kwaliteit van het technisch onderwijs. Deze publiek-private samenwerkingsverbanden zoeken aansluiting bij de regionale kennisinfrastructuur en de relevante topsectoren en leveren een belangrijke bijdrage aan het op gang brengen en versnellen van innovaties. In de Centres of expertise33 werken ondernemers, wetenschappers, docenten en studenten samen aan het bevorderen van de kwaliteit van het technisch hbo-onderwijs. Deze publiek-private samenwerkingsverbanden zoeken aansluiting op de regionale kennisinfrastructuur door zich te richten op een van de topsectoren.

In 2013 is gestart met de voorbereiding voor de beleidsdoorlichting waterkwantiteit. In 2014 zal deze worden afgerond. Bepaald is dat de scope van de doorlichting zich zal richten op waterveiligheid.

11.01.02 Subsidies

HGIS Partners voor Water (ad 3)

De interdepartementale samenwerking tussen de Ministeries van IenM, Buitenlandse Zaken en Economische Zaken is in 2013 gecontinueerd. Onderdeel hiervan is het uitvoeringsprogramma Partners voor Water dat loopt tot en met 2015. De uitgaven worden via de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS) gefinancierd. De overschrijding op het programma Partners voor Water (HGIS) in 2013 wordt veroorzaakt, doordat de vertraging in 2012 bij de werkzaamheden in de Deltalanden in 2013 deels is ingelopen.

Kenniscoaches RIONED

In het BAW is afgesproken in de regio samen te werken bij de uitvoering van de beheertaken van het stedelijk watersysteem en de waterketen. Kenniscoaches kunnen dit proces faciliteren. Het programma Kenniscoaches is in december 2011 gestart en wordt uitgevoerd door Stichting Riolering Nederland (RIONED) en financieel ondersteund door IenM. Inmiddels zijn 15 kenniscoaches benoemd en getraind in het coachen van het bevorderen van samenwerking in de waterketen. Voorts heeft het programma Kenniscoaches in 2013 bijgedragen aan tal van bijeenkomsten die in het kader van samenwerken in de waterketen in 2013 zijn georganiseerd, bijvoorbeeld voor trekkers van samenwerkende regio’s. Het programma loopt tot en met december 2016.

11.01.03 Bijdrage aan agentschappen (ad 4)

De hogere realisatie bij de bijdrage aan agentschappen wordt veroorzaakt door extra beleidsonderzoeken voor waterveiligheid, inclusief een andere bekostigingssystematiek van het KNMI waarbij door DGRW richting KNMI gebruik wordt gemaakt van vraaggestuurde opdrachtverlening.

11.01.04 Bijdrage aan medeoverheden

Subsidieregeling compensatie kwijtschelding waterschappen

De subsidieregeling compensatie kwijtschelding waterschappen is een tijdelijke compensatie voor decentrale overheden voor een periode van 5 jaar (2013–2017). Lokale overheden mogen de kosten van kinderopvang in mindering brengen op het netto besteedbare inkomen dat in aanmerking genomen wordt bij het kwijtschelden van lokale belastingen en heffingen dat verschuldigd is door natuurlijke personen. Deze regeling geldt voor gemeenten en waterschappen.

De subsidieregeling compensatie kwijtschelding waterschappen loopt via de begroting van IenM vanwege de functionele relatie van IenM met de waterschappen. Dit heeft een praktische reden. Waterschappen hebben geen fonds waarin de tegemoetkoming zou kunnen worden gestort, vandaar dat bij waterschappen is gekozen voor een subsidieregeling. Het Ministerie van SZW heeft geen relatie met waterschappen. IenM heeft een functionele relatie met waterschappen en voert de regeling uit voor SZW. De regeling kent een jaarlijks plafond. Er kan geen sprake zijn van tegenvallers. Niet gebruikte middelen vloeien weer terug naar de subsidieverstrekker (SZW).

11.02 Waterveiligheid
11.02.01 Opdrachten

In 2013 is in samenwerking met koepelorganisaties en regio’s uitvoering gegeven aan het afronden van de overstromingsgevaar- en overstromingsrisicokaarten en een versie van de overstromingsrisicobeheerplannen (ORBP-en) voor de vier stroomgebieden Eems, Rijn, Maas en Schelde. De kaarten zijn 21 december 2013 via www.risicokaart.nl aan het publiek ter beschikking zijn gesteld. Uiterlijk 22 maart 2014 wordt aan de Europese Commissie gerapporteerd over de risicokaarten conform de verplichting uit de Richtlijn Overstromingsrisico’s (ROR).

In 2013 zijn het wetsvoorstel en de onderliggende regelgeving (AMvB en subsidieregeling) voorbereid waarmee de afspraken over de doelmatigheid en bekostiging van hoogwaterbescherming uit het Bestuursakkoord Water wettelijk werden verankerd. Het wetsvoorstel en de AMvB zijn per 1 januari 2014 van kracht geworden. Op basis van de derde ronde toetsing op veiligheid is in 2013 gewerkt aan het voorbereiden van de programmering van hoogwaterbeschermingsmaatregelen als onderdeel van het Deltaprogramma.

In 2013 is gewerkt aan de bouwstenen van het wettelijk toetsinstrumentarium (WTI) 2017. De faalmechanismen die het meest van belang zijn bij het werken met een overstromingskans zijn uitgewerkt in toetsregels. Het gaat met name om golfoploop en golfoverslag, stabiliteit, «piping», dijkbekledingen (gras/asfalt/steen) en ook duinafslag. Daarnaast zijn de voorbereidingswerkzaamheden uitgevoerd om de productieberekeningen voor het bepalen van de hydraulische belasting te kunnen uitvoeren. Op 26 september 2013 is de Landelijke Toetsdag georganiseerd, een kennisuitwisselingsdag rondom het toetsen van de primaire waterkeringen. In 2014 komt de deltacommissaris met een voorstel voor de nieuwe normen en zal besluitvorming plaatsvinden.

11.03 Grote oppervlaktewateren
11.03.01 Opdrachten

Op 20 december 2013 heeft het kabinet ingestemd met de ontwerp-Rijksstructuurvisie Windenergie op Zee, zijnde een partiële herziening van het Nationaal Waterplan (NWP) 2009–2015. Het gaat hierbij om de gebieden Hollandse Kust en Ten Noorden van de Waddeneilanden. Over de ecologische effecten van het aanleggen van windenergie gebieden op zee is de Tweede Kamer geïnformeerd tijdens het Algemeen Overleg op 24 april 2013 (Kamerstukken II, 2012/13, 30 300 VII, nr. 82).

De voorbereiding van de Beleidsnota Noordzee voor 2015–2021 is ter hand genomen via een Gebiedsagenda voor de Noordzee 2050, zoals besproken in het Algemeen Overleg met de Tweede Kamer op 24 april 2013. De samenwerking met de buurlanden wordt geïntensiveerd door wederzijde consultatie bij de planvorming. Het Noordzeeloket is in 2013 in de Rijkshuisstijl omgezet en nu tevens in de Engelse taal beschikbaar, waardoor deze ook door andere landen rond de Noordzee kan worden geraadpleegd.

In de Zuidwestelijke Delta is voor de samenhangende ontwikkeling van Grevelingen en Volkerak-Zoommeer in 2013 de voorbereiding van een rijksstructuurvisie gestart. De Kamer is hierover op 29 januari 2013 geïnformeerd (Kamerstukken II, 2012/13, 33 531, nr. 1).

In 2013 is de evaluatie afgerond van de Vlaams-Nederlandse samenwerking in het Schelde-estuarium. Deze evaluatie voorziet ook in een Agenda voor de Toekomst voor een duurzame balans tussen de belangen van een veilig, toegankelijk en natuurlijk Schelde-estuarium. De Kamer wordt hierover begin 2014 geïnformeerd.

Ontvangsten (ad 5)

De lagere realisatie is het gevolg van de verlaging van de EU-ontvangsten

Extracomptabele verwijzingen

Extracomptabele verwijzing naar artikel 1 Investeren in Veiligheid van het Deltafonds
(x € 1.000)
 

2013

Bijdrage uit artikel 26 van Hoofdstuk XII aan artikel 1 Investeren in Veiligheid van het Deltafonds

481.393

Andere ontvangsten van artikel 1 Investeren in Veiligheid van het Deltafonds

92.708

Totale uitgaven op artikel 1 Investeren in Veiligheid van het Deltafonds

574.101

waarvan

   

1.01

Grote projecten waterveiligheid

463.826

1.02

Overige aanlegprojecten

101.860

1.03

Studiekosten

8.415

Extracomptabele verwijzing naar artikel 3 Beheer, onderhoud en vervanging van het Deltafonds (x € 1.000)
 

2013

Bijdrage uit artikel 26 van Hoofdstuk XII aan artikel 3 Beheer, onderhoud en vervanging van het Deltafonds

190.180

Andere ontvangsten van artikel 3 Beheer, onderhoud en vervanging van het Deltafonds

 

Totale uitgaven op artikel 3 Beheer, onderhoud en vervanging van het Deltafonds

190.180

waarvan

   

3.01

Watermanagement

12.484

3.02

Beheer en Onderhoud

177.696

32

In de begroting 2013 zijn abusievelijk voor HWBP-2 voor het uitvoeringsjaar 2011 verkeerde waarden opgenomen; deze zijn bij dit jaarverslag gecorrigeerd en evenals in de ontwerpbegroting 2014 correct opgenomen.

Licence