Base description which applies to whole site

4. Jonggehandicapten

Artikel

De overheid draagt zorg voor arbeidsondersteuning en een inkomensvoorziening voor jonggehandicapten.

Algemene doelstelling

De overheid heeft als doel de arbeidsparticipatie van jonggehandicapten te bevorderen. Voor jonggehandicapten die perspectief hebben op het verrichten van arbeid staat het recht op arbeidsondersteuning centraal. Zij komen in de zogeheten werkregeling van de Wet werk en arbeidsondersteuning Jonggehandicapten (Wajong). Met de jonggehandicapte (en eventueel diens ouders) wordt een individueel participatieplan opgesteld, waarin onder andere staat wat de beste manier is om een baan te vinden, welke ondersteuning daarbij beschikbaar is en welke rechten en plichten de jongere heeft. Als onderdeel van de arbeidsondersteuning kunnen zij zo nodig inkomensondersteuning aanvragen. Mensen die als gevolg van ziekte om medische of arbeidskundige redenen geen perspectief hebben op een baan, ook niet met ondersteuning, hebben recht op de uitkeringsregeling Wajong. Voor hen staat inkomensbescherming voorop.

Rol en verantwoordelijkheid

De Minister stimuleert het vinden van werk met een bijdrage voor re-integratieinspanningen aan het UWV en de REA-instituten. De Minister financiert de inkomensondersteuning met de uitkeringsregeling (de Wajong). Hij26 is verantwoordelijk voor:

  • De vormgeving, het onderhoud en de werking van het stelsel van wet- en regelgeving;

  • De vaststelling van het niveau van de uitkeringen uit hoofde van de Wajong;

  • Het ter beschikking stellen van middelen voor het aan het werk helpen van mensen die arbeidsmogelijkheden hebben;

  • De sturing van en het toezicht op de rechtmatige, doeltreffende en doelmatige uitvoering door het UWV.

Beleidsconclusies

In de begroting 2013 waren geen beleidswijzigingen voorzien. In de loop van 2013 is besloten met terugwerkende kracht een bedrag ter hoogte van de tegemoetkoming arbeidsongeschikten toe te kennen aan personen met een Nederlandse arbeidsongeschiktheidsuitkering (WIA, WAO, WAZ of Wajong) woonachtig in het buitenland (zie voor een verdere toelichting de beleidsconclusies bij artikel 3).

In 2013 is de subsidieregeling scholing jonggehandicapten met ernstige scholingsbelemmeringen geëvalueerd. Naar aanleiding van deze evaluatie is de subsidieregeling gecontinueerd met een aantal beperkte wijzigingen zoals scherpere toelatingscriteria.

De uitkeringslasten Wajong zijn € 93 miljoen hoger uitgekomen dan begroot. Zie voor een toelichting op de budgettaire ontwikkeling onderdeel A.

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 4.1 Begrotingsgefinancierde uitgaven en ontvangsten artikel 4 (x € 1.000)

artikelonderdeel

Realisatie 2009

Realisatie 2010

Realisatie 2011

Realisatie 2012

Realisatie 2013

Begroting 2013

Verschil 2013

Verplichtingen

2.670.218

2.606.167

64.051

Uitgaven

2.496.803

2.797.221

3.309.562

2.465.446

2.670.218

2.606.167

64.051

               

Inkomensoverdrachten

2.425.710

2.642.160

3.138.036

2.313.856

2.543.218

2.449.963

93.255

Wajong

2.425.710

2.642.160

3.138.036

2.313.856

2.543.218

2.449.963

93.255

               

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

71.093

155.061

171.526

151.590

127.000

156.204

– 29.204

Re-integratie Wajong

71.093

155.061

171.526

151.590

127.000

156.204

– 29.204

               

Ontvangsten

1.016

398

15.461

50.542

13.775

0

13.775

A. Inkomensoverdrachten

Toelichting financiële instrumenten

Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong)

De Wajong biedt inkomensondersteuning aan personen die voor het bereiken van de 18-jarige leeftijd arbeidsgehandicapt zijn geworden en geen arbeidsverleden hebben en aan jongeren die tijdens hun studie arbeidsongeschikt zijn geworden. De Wajong wordt uitgevoerd door het UWV.

Budgettaire ontwikkelingen

De gerealiseerde Wajonguitgaven zijn € 93 miljoen hoger uitgekomen dan begroot. Dit is voor € 46 miljoen het gevolg van de loon- en prijsbijstelling. De overige € 47 miljoen is grotendeels het gevolg van een hoger dan geraamde instroom en een hogere gemiddelde uitkeringsprijs. Deze gemiddelde prijs is gestegen vanwege een lager aantal werkende Wajongers. Als mensen in de Wajong werken, krijgen ze meestal een aanvullende uitkering die lager is dan een volledige uitkering of eventueel een nuluitkering vanwege de inkomsten uit werk.

Beleidsrelevante kerncijfers

Het totale aantal Wajongers is in 2013 opnieuw gestegen. Dit komt doordat de instroom in de Wajong aanzienlijk hoger is dan de uitstroom. De uitstroom ligt op een lager niveau omdat het Wajong-bestand nog relatief jong is, waardoor nog weinig van hen de pensioengerechtigde leeftijd bereiken. Zoals verwacht is het volume «Wajong tot 2010» gedaald. Instroom in deze regeling kan alleen nog als gevolg van herleefde Wajongrechten.

De instroom in de Wajong is in 2013 hoger dan in de afgelopen twee jaren. De verwachting dat de introductie van de nieuwe Wajong met ingang van 2010 een lagere instroom tot gevolg zou hebben, is niet uitgekomen. Een klein deel van de gestegen instroom is het gevolg van een rechterlijke uitspraak waardoor circa 400 mensen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering ook recht op Wajong bleken te hebben. Deze eenmalige extra instroom heeft geen financiële gevolgen omdat het nuluitkeringen betreft.

Het aandeel werkenden is in 2013 gedaald ten opzichte van 2012. Dit is waarschijnlijk het gevolg van de tegenvallende economische ontwikkeling.

Tabel 4.2 Kerncijfers Wajong1
   

Realisatie 2011

Realisatie 2012

Realisatie 2013

Volume Wajong totaal (ultimo, x 1.000 personen)

216

227

239

• waarvan Wajong tot 2010

192

190

187

• waarvan Wajong met ingang van 2010

24

37

52

 

o waarvan werkregeling (%)

62

67

71

 

o waarvan studieregeling (%)

28

23

20

 

o waarvan duurzaam geen arbeidsmogelijkheden (%)

10

9

9

Instroom Wajong totaal (x 1.000 personen)

16

162

18

Uitstroom Wajong totaal (x 1.000 personen)

5,1

5,42

5,5

Aandeel werkenden in de Wajong (%)

25

24

23

1

UWV, jaarverslag

2

Dit is het berekende 12-maandscijfer. In het UWV jaarverslag is een 11,5-maandscijfer opgenomen

B. Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s

Re-integratie Wajong

Voor jonggehandicapten is een re-integratiebudget beschikbaar. Dit budget is bestemd voor de inzet van trajecten, voorzieningen en voor de financiering van de REA-instituten. Voor jonggehandicapten met arbeidsmogelijkheden die vallen onder de nieuwe Wajong (vanaf 2010) geldt een re-integratieplicht.

In 2013 is het re-integratiebudget niet volledig benut (- € 29 miljoen). Dit komt doordat de gemiddelde prijs per ingekocht traject is gedaald. Daarnaast speelt ook dat door de tegenvallende economische ontwikkeling minder mensen met een beperking aan het werk komen, wat leidt tot minder aanvragen voor voorzieningen en dus lagere uitgaven.

De middelen voor re-integratie Wajong zoals opgenomen in tabel 4.1 vormen samen met de middelen voor re-integratie WIA/WAO/WAZ/ZW (tabel 3.2) het totale re-integratiebudget waarover het UWV beschikt voor de inzet van trajecten en voorzieningen en voor de financiering van de REA-instituten. Voor wat betreft de onderdelen trajecten en voorzieningen is in tabel 4.3 een overzicht opgenomen.

Tabel 4.3 Overzicht taakstellende budgetten re-integratietrajecten en voorzieningen1 (x € 1.000)
 

Realisatie 2013

Begroting 2013

Verschil 2013

Re-integratie trajecten

90.000

109.000

– 19.000

Re-integratie voorzieningen

92.000

134.000

– 42.000

1

UWV, jaarverslag. De bedragen zijn exclusief de REA-instituten

C. Ontvangsten

De ontvangsten betreffen een terugbetaling van het UWV van teveel ontvangen middelen in 2012. Het voorschot dat in 2012 aan het UWV is overgemaakt met betrekking tot de Wajong bleek achteraf € 14 miljoen hoger te zijn dan de uitgaven van het UWV in dat jaar. Dit is in 2013 terugbetaald.

26

Voor een toelichting wordt verwezen naar de leeswijzer

Licence