Base description which applies to whole site

3.4. Nationale Politie (artikel 31)

De politie werkt steeds beter, vanuit een versterkte lokale inbedding, op een professionele wijze en met minder bureaucratie aan een veiliger Nederland.

Doorontwikkeling van de Nationale Politie

Begin 2015 zijn de basisteams en districtsrecherche conform planning van start gegaan en heeft de politie verder gewerkt aan de realisatie conform het Inrichtingsplan Nationale Politie.

Begin december 2015 hebben 57.500 politiemedewerkers bericht ontvangen over hun voorgenomen plaatsing bij de personele reorganisatie. Daarmee werd een randvoorwaardelijke stap gezet in de verdere inrichting van de eenheden, de vorming van het politiedienstencentrum (PDC) en de Staf van de politie. In de loop van 2015 bleek dat meer tijd nodig was om de hele politieorganisatie in te richten volgens het Inrichtingsplan Nationale Politie. De Tweede Kamer is daarover eind augustus 2015 geïnformeerd met de voortgangsbrief politie en de daarbij gevoegde Herijkingsnota18.

Met het Tussenbericht herijking van november 201519 is de Tweede Kamer geïnformeerd over de stand van zaken op de herijking en de naar aanleiding daarvan genomen maatregelen.

Het traject om te komen tot een geborgde continuïteit van de politie ICT is bijna afgerond. 2015 was daarmee vooral gericht op het verbeteren van de systemen voor de ondersteuning van het politiewerk en het in werking brengen van de basisteam en de districtsrecherches. Er is een start gemaakt met de uitrol van een nieuwe digitale werkomgeving, waar eind 2015 52.000 politiemedewerkers op waren aangesloten. De Basisvoorziening Handhaving is voorzien van een gebruiksvriendelijker interface en in december is gestart met een pilot voor een nieuw systeem voor de executie van vonnissen en het signaleren van personen. In het kader van het programma Mobiel Effectiever op straat zijn bijna 19.000 smartphones uitgerold in de basisteams waarmee de agent op straat informatie kan opvragen en digitale bonnen kan uitschrijven. Door de prioriteit voor het verbeteren en standaardiseren van ICT-systemen om de basis van de Nationale Politie op orde te brengen, schuift de structurele vernieuwing van de politie ICT op in de tijd.

Ook is verder gewerkt aan de uitvoering van het actieprogramma «Minder regels, meer op straat» Dit programma beoogt het presterend vermogen van de politie te vergroten. Enerzijds door de administratieve lasten voor de politiemedewerkers te verminderen, anderzijds via slimmer politiewerk en versnelling in de (strafrecht)keten. Het einddoel van het programma is een productiviteitswinst van 5.000 fte eind 201520 Op 31 december 2015 is daarvan volgens de voorlopige opgave 4872fte gerealiseerd. In het tweede kwartaal 2016 vindt nog een definitieve bijstelling plaats.

Inbedding van de Politieacademie in het politiebestel

In 2015 is een wetsvoorstel ingediend tot wijziging van de Politiewet 2012 in verband met de inbedding van de politieacademie in het nieuwe politiebestel.21 In dit wetsvoorstel blijft de Politieacademie een zelfstandig bestuursorgaan. De huidige sterkte en middelen van de Politieacademie gaan over naar de politie, met uitzondering van de directeur en zijn plaatsvervanger. De Minister bepaalt welk deel van de sterkte en de middelen van de politie door de korpschef aan de Politieacademie ter beschikking wordt gesteld

Vorming van de landelijke meldkamerorganisatie (LMO)

In 2015 zijn belangrijke voorbereidende stappen gezet voor de vorming van de landelijke meldkamerorganisatie. Alvorens met de daadwerkelijke uitvoering van de plannen te starten is in oktober 2015 een Gateway–review uitgevoerd. Daaruit bleek dat de opdracht om te komen tot een LMO niet binnen de huidige afspraken van tijd en geld gerealiseerd kan worden. Een heroriëntatie is nodig. Het einddoel blijft staan, maar de transitiestrategie wordt bijgesteld naar een meer realistische aanpak. De prioriteit komt te liggen bij de regionale samenvoegingstrajecten en het vormen van de landelijke ICT die noodzakelijk is om de 10 meldkamers als één virtuele organisatie te laten samenwerken22.

18

Kamerstukken II 29 628, nr. 554 bijlage.

19

Kamerstukken II 2015/16 29 628, nr. 591.

20

Kamerstukken I 2014/15, 30 880, nr. U.

21

Kamerstukken II 34 129, nr. 2.

22

Kamerstukken II 2015/16, 29 517, nr. 108

Licence