Base description which applies to whole site

6.1. Verdieping in de BKZ-deelsectoren

In deze verdiepingsparagraaf wordt een overzicht gegeven van de ontwikkelingen van de uitgaven onder het BKZ. Deze verdiepingsparagraaf is opgedeeld in de Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Wet langdurige zorg (Wlz). In deze paragraaf zijn de cijfers over de jaren 2012 tot met 2015 per deelsector gepresenteerd. Dit geeft een overzichtelijker en gedetailleerder beeld van de budgettaire ontwikkelingen binnen de afzonderlijke onderdelen van de zorg. De mutaties zijn weergegeven ten opzichte van de ontwerpbegroting 2015. De toelichtingen zijn onderverdeeld in verschillende categorieën: nominaal, mee- en tegenvallers, intensiveringen, maatregelen en technisch.

In deze paragraaf zijn de mutaties van de Zvw-sectoren voor de jaren 2012 en 2013, welke in de ontwerpbegroting 2016 niet waren toegelicht, alsnog van een toelichting voorzien. In de ontwerpbegroting 2016 zijn cijfers gepresenteerd en toegelicht vanaf het jaar 2014. Bij de AWBZ-sectoren waren er geen mutaties voor de jaren 2012 en 2013.

Verder worden in deze verdiepingsbijlage alleen de belangrijkste mutaties die na de tweede suppletoire begroting 2015 hebben plaatsgevonden toegelicht. Voor een meer gedetailleerde toelichting op de eerste suppletoire wet 2015 (TK 34 210-XVI, nr. 1), de ontwerpbegroting 2016 (TK 34 300-XVI, nr. 1) en de tweede suppletoire wet 2015 (TK 34 350-XVI, nr. 1) wordt verwezen naar de betreffende publicaties.

6.1.1. Zorgverzekeringswet (Zvw)

In deze paragraaf wordt ingegaan op de financiële ontwikkelingen binnen de Zvw in het afgelopen jaar voor de jaren 2012 tot en met 2015. In tabel 21 worden weergegeven de financiële mutaties in 2015 per deelsector tussen de ontwerpbegroting 2015 en het jaarverslag 2015. Het beeld voor 2015 is geactualiseerd bij de eerste suppletoire wet 2015, de ontwerpbegroting 2016, de tweede suppletoire wet 2015 en nu bij het jaarverslag 2015.

De opbouw van de ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten wordt na tabel 21 verder per deelsector weergegeven.

Tabel 21 Ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten per deelsector (bedragen x € 1 miljoen)
 

Ontwerpbegroting

Mutaties

Stand Jaarverslag

 

2015

2015

2015

Eerstelijnszorg

4.900,7

– 233,6

4.667,1

Huisartsenzorg

2.671,2

– 80,2

2.591,0

Tandheelkundige zorg

724,4

13,5

737,8

Paramedische zorg

672,4

– 31,4

641,1

Dieetadvisering

49,5

– 15,9

33,5

Verloskunde

217,6

– 1,1

216,5

Kraamzorg

298,7

– 0,5

298,2

Zintuiglijk gehandicapten

171,0

– 22,0

149,0

Eerstelijns kortdurend verblijf

96,0

– 96,0

0,0

       

Tweedelijnszorg

22.239,7

84,6

22.324,4

Medisch-specialistische zorg

20.315,9

37,4

20.353,3

Geriatrische revalidatiezorg

780,4

– 62,7

717,6

Beschikbaarheidbijdrage academische zorg

641,7

3,3

644,9

Beschikbaarheidbijdrage kapitaallasten academische zorg

47,2

– 10,5

36,7

Beschikbaarheidbijdragen overig medische-specialistische zorg

74,3

2,4

76,7

Garantieregeling kapitaallasten

0,0

77,7

77,7

Overig curatieve zorg

380,4

37,1

417,5

       

Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg

3.592,1

– 5,1

3.587,0

Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg

3.510,6

7,2

3.517,8

Intramurale langdurige ggz

81,5

– 12,3

69,2

       

Genees- en hulpmiddelen

6.393,3

– 390,7

6.002,6

Farmaceutische hulp

4.716,5

– 226,5

4.490,0

Hulpmiddelen

1.676,8

– 164,2

1.512,5

       

Wijkverpleging

3.079,5

125,5

3.205,0

Wijkverpleging

3.079,5

125,5

3.205,0

       

Ziekenvervoer

693,4

– 78,3

615,0

Ambulancevervoer

551,3

– 47,6

503,7

Overig ziekenvervoer

142,1

– 30,7

111,3

       

Opleidingen

1.228,9

– 11,7

1.217,2

Beschikbaarheidbijdrage opleidingen Zvw

1.228,9

– 11,7

1.217,2

       

Overig

1.258,8

– 34,6

1.224,2

Grensoverschrijdende zorg

828,4

– 70,3

758,1

Multidisciplinaire zorgverlening

430,4

35,7

466,1

       

Nominaal en onverdeeld

977,7

– 977,7

0,0

Nominaal en onverdeeld

977,7

– 977,7

0,0

       

Bruto Zvw-uitgaven

44.364,1

– 1.521,5

42.842,6

Eigen risico Zvw

3.190,7

0,0

3.190,7

Eigen bijdrage Zvw

27,0

0,0

27,0

Zvw-ontvangsten

3.217,7

0,0

3.217,7

Netto Zvw-uitgaven

41.146,3

– 1.521,5

39.624,8

Bron: VWS, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens.

In figuur 5 is de samenstelling van de Zvw-uitgaven per sector weergegeven voor het jaar 2015.

Figuur 5 Samenstelling Zvw-uitgaven 2015

Figuur 5 Samenstelling Zvw-uitgaven 2015
Huisartsen (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

2.321,7

2.394,7

2.596,7

2.671,2

Mutaties jaarverslag 2014

– 5,3

– 11,7

– 43,2

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

24,9

Mutaties ontwerpbegroting 2016

– 9,6

– 9,8

– 9,2

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

– 7,5

8,0

– 105,1

Totaal mutaties

– 14,9

– 29,0

– 44,4

– 80,2

Stand jaarverslag 2015

2.306,8

2.365,7

2.552,3

2.591,0

         

Deze sector bevat de huisartsenzorg. De uitgaven binnen deze sector hebben betrekking op inschrijftarieven, consulttarieven, bijzondere betalingen, avond- nacht en weekenddiensten, overige tarieven, resultaatbeloning & zorgvernieuwing huisartsen, verloskundige hulp door huisartsen en het deel van de kwaliteitsgelden dat betrekking heeft op ondersteuning van de eerstelijnszorg.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

– 9,6

– 9,8

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 7,5

8,0

– 105,1

Op basis van in maart 2016 ontvangen cijfers van het Zorginstituut zijn de realisatiecijfers geactualiseerd. Hieruit volgen in omvang geringe bijstellingen voor 2013 en 2014. In 2015 is sprake van een forse onderschrijding van het beschikbare kader. De gewijzigde bekostiging per 1 januari 2015 heeft mogelijk geleid tot behoedzame contractafspraken. De uitgaven voor POH-ggz laten nog steeds een stijgende lijn zien.

       
Tandheelkundige zorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

718,2

705,4

720,0

724,4

Mutaties jaarverslag 2014

4,1

– 8,2

22,4

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

6,6

Mutaties ontwerpbegroting 2016

– 1,2

0,2

– 2,9

– 2,9

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

0,8

5,4

9,8

Totaal mutaties

2,9

– 7,2

24,9

13,5

Stand jaarverslag 2015

721,1

698,2

744,9

737,8

         

Deze deelsector bevat de eerstelijns tandheelkundige zorg.

       
         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

– 1,2

0,2

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

0,8

5,4

9,8

Op basis van in maart 2016 ontvangen cijfers van het Zorginstituut zijn de realisatiecijfers geactualiseerd. In 2015 is sprake van een overschrijding van circa € 10 miljoen. Deze overschrijding wordt voornamelijk veroorzaakt door een stijging van de preventieve mondzorg bij jeugdige verzekerden. Voor de overige categorieën mondzorg zijn de uitgaven over 2015 t.o.v. 2014 licht gedaald als gevolg van de verlaging van de maximumtarieven met 5% per 1 juli 2015.

       
Paramedische zorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

613,8

640,6

701,7

721,9

Mutaties jaarverslag 2014

– 0,4

– 11,3

– 44,0

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 36,5

Mutaties ontwerpbegroting 2016

– 3,3

– 1,9

– 0,4

– 0,4

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

1,6

– 0,2

– 10,4

Totaal mutaties

– 3,7

– 11,6

– 44,6

– 47,3

Stand jaarverslag 2015

610,1

629,0

657,1

674,6

         

De paramedische zorg omvat fysiotherapie, oefentherapie Caesar, oefentherapie Mensendieck, logopedie, ergotherapie en dieetadvisering. Dieetadvisering werd voorheen afzonderlijk gepresenteerd.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

– 3,3

– 1,9

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

1,6

– 0,2

– 10,4

Op basis van in maart 2016 ontvangen cijfers van het Zorginstituut zijn de realisatiecijfers geactualiseerd. Hieruit volgen in omvang geringe bijstellingen voor 2013 en 2014. In 2015 is sprake van een onderschrijding van het beschikbare kader met circa € 10 miljoen. Dit is het saldo van diverse, in omvang geringe, meevallers op de verschillende deelsectoren.

       
Verloskunde (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

218,2

200,1

211,0

217,6

Mutaties jaarverslag 2014

– 0,5

– 0,6

2,3

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

4,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

– 0,1

– 0,9

2,8

2,8

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

– 2,0

– 2,0

– 7,9

Totaal mutaties

– 0,6

– 3,5

3,1

– 1,1

Stand jaarverslag 2015

217,6

196,6

214,1

216,5

         

Deze deelsector bevat de extramuraal verstrekte verloskundige zorg. De verloskundige zorg verricht door huisartsen is bij de deelsector huisartsen opgenomen.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

– 0,1

– 0,9

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 2,0

– 2,0

– 7,9

Op basis van in maart 2016 ontvangen cijfers van het Zorginstituut zijn de realisatiecijfers geactualiseerd. Hieruit volgen in omvang geringe bijstellingen voor 2013 en 2014. In 2015 is sprake van een onderschrijding van het beschikbare kader met € 7,9 miljoen. Deze meevaller is mogelijk te verklaren door een afname van het aantal geboorten in 2015 ten opzichte van 2014.

       
Kraamzorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

283,5

282,1

292,5

298,7

Mutaties jaarverslag 2014

– 0,3

0,0

15,8

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

16,8

Mutaties ontwerpbegroting 2016

– 0,8

– 0,8

– 2,3

– 2,3

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

– 0,5

– 5,6

– 15,0

Totaal mutaties

– 1,1

– 1,3

7,9

– 0,5

Stand jaarverslag 2015

282,4

280,8

300,4

298,2

         

Op deze sector worden de uitgaven voor kraamzorg geraamd en verantwoord. De kraamzorg is tweeledig. Allereerst houdt deze de partusassistentie in: de ondersteuning van de verloskundige bij de bevalling. Daarnaast levert de kraamverzorgende hulp gedurende de eerste dagen na de bevalling en geeft zij advies met betrekking tot de verzorging van de pasgeborene en de kraamvrouw.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

– 0,8

– 0,8

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 0,5

– 5,6

– 15,0

Op basis van in maart 2016 ontvangen cijfers van het Zorginstituut zijn de realisatiecijfers geactualiseerd. Hieruit volgen in omvang geringe bijstellingen voor 2013 en 2014. In 2015 is sprake van een onderschrijding van het beschikbare kader met € 15 miljoen. Deze meevaller is mogelijk te verklaren door een afname van het aantal geboorten in 2015 ten opzichte van 2014.

       
Zintuiglijk gehandicapten (bedragen x € 1 miljoen)

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

0,0

0,0

0,0

171,0

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

1,7

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

– 23,7

Totaal mutaties

0,0

0,0

0,0

– 22,0

Stand jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

149,0

         

Zorg aan zintuiglijk beperkten (auditief en/of communicatief beperkten, visueel beperkten en doofblinden) valt sinds 1 januari 2015 onder de Zvw.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       

N.v.t.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

     

– 23,7

Deze sector is in 2015 nieuw onder de Zvw. Er is een onderschrijding te zien van € 23,7 miljoen. De zorgaanbieders hebben aangegeven dat er sprake is van forse uitval van de productie. De achtergrond hiervan wordt nog nader onderzocht.

       
Eerstelijns kortdurend verblijf (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

0,0

0,0

0,0

96,0

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 98,1

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

2,1

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Totaal mutaties

0,0

0,0

0,0

– 96,0

Stand jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

         

Verblijf onder de Zorgverzekeringswet omvat verblijf dat medisch noodzakelijk is in verband met geneeskundige zorg. Verblijf in verband met «zorg zoals huisartsen die plegen te bieden – het zogenoemde eerstelijns verblijf – is onder deze aanspraak mogelijk. Eerder waren de middelen overgeheveld naar de Zvw. In de zomer van 2014 is besloten het eerstelijns kortdurend verblijf terug te brengen onder de Wlz (TK 30 597, nr. 479). Per 2017 zullen de uitgaven alsnog bij de Zvw ondergebracht worden.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       

N.v.t.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       

N.v.t.

       
Instellingen voor medisch-specialistische zorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

17.614,7

18.289,8

18.574,3

0,0

Mutaties jaarverslag 2014

– 87,8

292,0

2,5

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

14,7

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

28,1

– 173,4

– 55,5

0,0

Totaal mutaties

– 45,0

118,6

– 53,0

0,0

Stand jaarverslag 2015

17.569,7

18.408,4

18.521,3

0,0

         

Deze sector is samengesteld uit de voormalige onderdelen algemene en categorale ziekenhuizen, academische ziekenhuizen, ZBC’s en een groot deel van overige curatieve instellingen (bijvoorbeeld centra voor erfelijkheidsonderzoek en dialysecentra). Als gevolg van de invoering van integrale tarieven in de medisch-specialistische zorg per 1 januari 2015 maakt deze sector met ingang van de begroting 2015 deel uit van het integrale kader medisch-specialistische zorg.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

14,7

     

Uit de laatste rapportage van het Zorginstituut Nederland van schadelastcijfers van verzekeraars over 2012 kwam naar voren dat de uitgaven € 14,7 miljoen hoger waren dan bij jaarverslag 2014.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

28,1

– 173,4

– 55,5

 

De bij jaarverslag 2013 en 2014 geboekte overschrijding 2012 (in totaal € 512,2 miljoen) pakt op basis van de actuele cijfers € 28,1 miljoen hoger uit dan bij ontwerpbegroting 2016 (zie hiervoor). Het gaat daarbij uitsluitend om hogere verrekenbedragen uit het transitiemodel; de schadelastgegevens van verzekeraars zijn niet meer gewijzigd. Aangezien de besluitvorming over de overschrijding 2012 is gebaseerd op de stand jaarverslag 2014, heeft deze nadere overschrijding geen effect voor de ziekenhuizen.

       

De overschrijding 2013 pakt op basis van de actuele cijfers € 173,4 miljoen lager uit dan is geboekt bij jaarverslag 2013 (€ 300 miljoen) en aanvullend bij jaarverslag 2014 (€ 292 miljoen). Over de inzet van het mbi om de geconstateerde overschrijding 2013 te redresseren wordt uiterlijk 1 mei 2016 besloten.

       

De voorlopige cijfers over 2014 laten een onderschrijding van € 55,5 miljoen zien. De resterende onzekerheid in de schadelastcijfers is nog dusdanig dat aan dit cijferbeeld geen conclusie kan worden verbonden. Besluitvorming over inzet van het mbi voor 2014 moet uiterlijk eind 2016 plaatsvinden.

       
Vrijgevestigd medisch specialisten (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

2.042,0

2.144,5

2.238,5

0,0

Mutaties jaarverslag 2014

– 2,0

– 76,6

0,0

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

10,3

– 7,1

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

6,7

– 168,7

0,0

Totaal mutaties

8,3

– 77,0

– 168,7

0,0

Stand jaarverslag 2015

2.050,4

2.067,5

2.069,8

0,0

         

Deze sector omvat de honoraria van de vrijgevestigd medisch specialisten. Als gevolg van de invoering van integrale tarieven in de medisch-specialistische zorg per 1 januari 2015 maakt deze sector met ingang van de begroting 2015 deel uit van het integrale kader medisch-specialistische zorg.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

10,3

– 7,1

   

Uit de laatste rapportage van het Zorginstituut Nederland van schadelastcijfers van verzekeraars over 2012 kwam naar voren dat de uitgaven € 10,3 miljoen hoger waren dan bij jaarverslag 2014. Op basis van de op dat moment beschikbare gegevens over 2013 vielen de uitgaven voor dat jaar € 7,1 miljoen lager uit.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

6,7

– 168,7

 

De onderschrijding 2013 die bij jaarverslag 2014 (€ 76,6 miljoen) en begroting 2016 (aanvullend € 7,1 miljoen) voorlopig is geboekt, pakt op basis van de actuele cijfers € 6,7 miljoen lager uit. Op basis van nog voorlopige actuele cijfers is voor 2014 sprake van een onderschrijding van € 168,7 miljoen.

       
Mondziekten en kaakchirurgie (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

97,2

106,4

87,9

0,0

Mutaties jaarverslag 2014

1,6

– 12,9

7,1

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

– 1,0

0,9

2,3

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

– 1,6

– 18,0

0,0

Totaal mutaties

0,6

– 13,6

– 8,6

0,0

Stand jaarverslag 2015

97,8

92,8

79,3

0,0

         

Deze sector omvat de medisch specialistische zorg mondziekten en kaakchirurgie (tandheelkundige specialistische zorg). Het betreft zorg voor verzekerden tot en met 17 jaar en bijzondere tandheelkunde op basis van indicatie voor volwassenen. Verder bevat deze deelsector orthodontie door een specialist en kaakchirurgie. Als gevolg van de invoering van integrale tarieven in de medisch-specialistische zorg per 1 januari 2015 maakt deze sector met ingang van de begroting 2015 deel uit van het integrale kader medisch-specialistische zorg.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

– 1,0

0,9

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 1,6

– 18,0

 

De uitgaven aan mondziekten en kaakchirurgie zijn geactualiseerd op basis van cijfers van het Zorginstituut. De sector kent evenals de medisch-specialistische zorg een lang declaratieproces. Op basis van eerdere schadelastcijfers is de raming 2014 eerder incidenteel met in totaal € 9,4 miljoen verhoogd. Ten opzichte van die bijgestelde raming zijn de thans gerapporteerde uitgaven € 18,0 miljoen lager.

       
Medisch-specialistische zorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

0,0

0,0

0,0

20.315,9

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

40,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

– 2,6

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Totaal mutaties

0,0

0,0

0,0

37,4

Stand jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

20.353,3

         

In deze sector vallen met ingang van 2015 de instellingen voor medisch-specialistische zorg inclusief mondziekten en kaakchirurgie en de honoraria voor de vrijgevestigd medisch specialisten.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       

N.v.t.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       

N.v.t.

       
Geriatrische revalidatiezorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

0,0

798,7

823,0

780,4

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

– 135,6

– 87,8

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 23,4

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

– 2,3

– 1,2

– 1,2

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

– 7,2

– 26,3

– 38,1

Totaal mutaties

0,0

– 145,1

– 115,3

– 62,7

Stand jaarverslag 2015

0,0

653,6

707,7

717,6

         

Geriatrische revalidatiezorg richt zich op kwetsbare patiënten met meerdere aandoeningen, die in het ziekenhuis een medisch-specialistische behandeling hebben ondergaan. Deze patiënten hebben behoefte aan een multidisciplinaire revalidatiebehandeling die aan hun individuele herstelmogelijkheden en trainingstempo is aangepast en rekening houdt met andere aandoeningen. Geriatrische revalidatie onderscheidt zich daarmee in zorginhoud en cliëntgroep van de medisch-specialistische revalidatie. Doel is hen te helpen terug te keren naar de oude woonsituatie en maatschappelijk te blijven participeren.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

 

– 2,3

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 7,2

– 26,3

– 38,1

De uitgaven voor geriatrische revalidatiezorg zijn geactualiseerd op basis van gegevens van het Zorginstituut. De uitgaven voor 2013 en 2014 zijn nog € 7,2 miljoen resp. € 26,3 miljoen lager dan uit eerdere schadelastrapportages naar voren kwam. De uitgaven voor 2015 zijn met € 717,6 miljoen iets hoger dan de uitgaven over 2014.

       
Beschikbaarheidbijdrage academische zorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

701,5

686,3

704,7

641,7

Mutaties jaarverslag 2014

– 16,9

13,7

4,0

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

1,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

– 0,1

0,0

2,3

Totaal mutaties

– 16,9

13,6

4,0

3,3

Stand jaarverslag 2015

684,6

700,0

708,7

644,9

         

De academische ziekenhuizen en het NKI-AVL krijgen in verband met hun publieke taken – het leveren van topreferente zorg en onderzoek en innovatie – een beschikbaarheidbijdrage academische zorg.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       

N.v.t.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 0,1

 

2,3

Betreft de actualisering op grond van NZa-cijfers. Het bedrag voor 2015 is gebaseerd op de verleningen; de vaststellingen volgen in de loop van 2016.

       
Beschikbaarheidbijdrage kapitaallasten academische zorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

0,0

41,2

44,1

47,2

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

0,9

– 3,5

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,1

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

– 10,6

Totaal mutaties

0,0

0,9

– 3,5

– 10,5

Stand jaarverslag 2015

0,0

42,1

40,6

36,7

         

De academische ziekenhuizen krijgen met de invoering van prestatiebekostiging de kapitaallasten die ze maken voor hun publieke functie niet meer vergoed. Per 2013 is een beschikbaarheidbijdrage in het leven geroepen ten behoeve van de kapitaallasten die samenhangen met de academische zorg.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       

N.v.t.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

     

– 10,6

Betreft de actualisering op grond van NZa-cijfers. Het bedrag voor 2015 is gebaseerd op de verleningen; de vaststellingen volgen in de loop van 2016.

       
Beschikbaarheidbijdragen overig medisch-specialistische zorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

71,2

58,9

74,3

74,3

Mutaties jaarverslag 2014

– 2,0

0,9

– 15,7

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,1

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

14,5

5,1

2,3

Totaal mutaties

– 2,0

15,4

– 10,6

2,4

Stand jaarverslag 2015

69,2

74,3

63,7

76,7

         

Op deze sector worden de uitgaven geraamd van de beschikbaarheidbijdragen ten behoeve van de spoedeisende hulp, Calamiteitenhospitaal, helikoptervoorziening en Mobiel Medisch Team-voertuigen voor traumazorg, trauma- en gespecialiseerde brandwondenzorg, kenniscoördinatie, OTO (opleiden, trainen en oefenen), acute verloskunde en de post mortem orgaandonatie. De beschikbaarheidbijdragen academische zorg, kapitaallasten academische zorg en opleidingen worden apart gepresenteerd.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       

N.v.t.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

14,5

5,1

2,3

Betreft de actualisering op grond van NZa-cijfers. Het bedrag voor 2015 is gebaseerd op de verleningen; de vaststellingen volgen in de loop van 2016. De hogere uitgaven in 2013 en 2014 zijn het gevolg van het met terugwerkende kracht toekennen van beschikbaarheidbijdragen voor spoedeisende hulp en acute verloskunde.

       
Garantieregeling kapitaallasten (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

0,0

75,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

0,0

77,5

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

77,7

Totaal mutaties

0,0

0,0

77,5

77,7

Stand jaarverslag 2015

0,0

75,0

77,5

77,7

         

In verband met de afschaffing van de functiegerichte budgettering in de ziekenhuiszorg in 2012 is er een garantieregeling kapitaallasten in het leven geroepen voor de periode tot en met 2016. Op basis van de afwikkeling door de NZa kan worden bezien in welke mate een beroep is gedaan op deze regeling.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       

N.v.t.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Beleidsmatige mutaties

       

Garantieregeling kapitaallasten

     

77,7

In verband met de afschaffing van de functiegerichte budgettering in de ziekenhuiszorg is er een garantieregeling kapitaallasten in het leven geroepen. De hiervoor gereserveerde middelen voor 2013 en 2014 zijn geboekt op de sector garantieregeling kapitaallasten, maar vanaf 2015 vooralsnog onderdeel van nominaal en onvoorzien. Thans wordt deze reservering voor het jaar 2015 overgeheveld naar de sector garantieregeling kapitaallasten. Het gaat om een bedrag van € 75 miljoen, aangevuld met € 2,7 miljoen voor loon- en prijsbijstelling.

       

De NZa heeft tot nog toe € 15,4 miljoen (2013) en € 15,9 miljoen (2014) aan aanvragen gehonoreerd. Voor zowel 2013 als 2014 kunnen nog aanvragen worden ingediend. Pas na afwikkeling van de transitieregeling kapitaallasten (die loopt tot en met 2016) kan worden bezien in welke mate een beroep is gedaan op de garantieregeling kapitaallasten.

       
Overig curatieve zorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

259,0

339,7

357,1

380,4

Mutaties jaarverslag 2014

– 3,3

– 7,6

– 9,9

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 9,4

Mutaties ontwerpbegroting 2016

– 4,9

– 0,3

2,0

2,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

– 0,1

15,5

– 0,2

44,5

Totaal mutaties

– 8,3

7,6

– 8,1

37,1

Stand jaarverslag 2015

250,7

347,3

349,0

417,5

         

Mede naar aanleiding van het bestuurlijk akkoord met de ziekenhuissector omvat deze sector vanaf 2012 voornamelijk de huisartsenlaboratoria. De uitgaven van andere soorten instellingen zijn vanaf 2012 opgenomen in de sector instellingen voor medisch-specialistische zorg en vanaf 2015 in de sector medisch-specialistische zorg.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

– 4,9

– 0,3

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

– 0,1

15,5

– 0,2

44,5

De uitgaven voor overig curatieve zorg zijn geactualiseerd op basis van gegevens van het Zorginstituut. De sterke stijging van de uitgaven in 2015 komt deels door een toename van initiatieven die zijn gestart onder de beleidsregel innovatie. Daarnaast is sprake van hogere uitgaven doordat het sinds 2015 ook voor diabetespatiënten die geen zorg krijgen binnen de zorgketen diabetes mogelijk is een vergoeding te krijgen voor voetzorg.

       
Geneeskundige ggz (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

4.118,1

4.270,9

4.076,2

3.592,1

Mutaties jaarverslag 2014

1,1

– 46,7

0,0

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 7,2

Mutaties ontwerpbegroting 2016

– 0,8

– 17,8

0,0

2,1

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

– 136,9

– 290,4

0,0

Totaal mutaties

0,3

– 201,4

– 290,4

– 5,1

Stand jaarverslag 2015

4.118,4

4.069,4

3.785,8

3.587,0

         

Deze sector omvat tot en met 2013 de geneeskundige ggz geleverd door zowel eerstelijns psychologen (ELP) als aanbieders tweedelijns ggz, vanaf 2014 omvat deze de generalistische basis ggz en de gespecialiseerde ggz. Vanaf 2015 omvat deze ook de langdurige op behandeling gerichte intramurale ggz. Met ingang van de begroting 2013 worden op deze sector ook de uitgaven voor de diagnose en behandeling van ernstige, enkelvoudige dyslexie geraamd en verantwoord. De sector bevat ook de kwaliteitsgelden voor de ggz en de beschikbaarheidsbijdragen voor de ggz.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

– 0,8

– 17,8

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 136,9

– 290,4

 

Op basis van gegevens van het Zorginstituut is te zien dat de uitgaven voor geneeskundige geestelijke gezondheidszorg zorg over 2013 met € 136,9 miljoen zijn gedaald. In het voorjaar 2015 waren al onderschrijdingen van in totaal € 64,5 miljoen geconstateerd, zodat de totale onderschrijding op € 201,4 miljoen is uitgekomen. Over 2014 geven de ZiNL gegevens een onderschrijding aan van € 290,4 miljoen. Onderbouwde verklaringen van de onderschrijdingen zijn lastig te geven. De onderschrijdingen zouden kunnen samenhangen met de substitutie naar de POH-ggz (onder huisartsenkader), de verschuiving van specialistische ggz naar de generalistische basis ggz, en de scherpere inkoop van zorgverzekeraars. Vanwege het gebruik van de DBC-systematiek is zinvolle actualisering van het cijferbeeld 2015 op dit moment nog niet mogelijk, omdat slechts een zeer beperkt deel van de zorg is gedeclareerd. Daarom wordt hier bij stand jaarverslag voor 2015 het cijfer gepresenteerd dat in lijn is met de afspraken uit het bestuurlijk akkoord 2013.

       
Geneesmiddelen (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

4.587,2

4.319,3

4.506,3

4.716,5

Mutaties jaarverslag 2014

– 16,0

– 3,9

– 188,3

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 317,9

Mutaties ontwerpbegroting 2016

4,3

– 0,7

– 1,6

– 3,8

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

– 9,4

9,0

95,2

Totaal mutaties

– 11,7

– 14,0

– 180,9

– 226,5

Stand jaarverslag 2015

4.575,5

4.305,3

4.325,4

4.490,0

         

Op deze sector worden de uitgaven voor extramurale geneesmiddelen geraamd en verantwoord.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

4,3

– 0,7

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 9,4

9,0

95,2

De overschrijding van € 95 miljoen wordt voornamelijk verklaard doordat er in 2015 nieuwe geneesmiddelen het GVS zijn ingestroomd en het effect van deze geneesmiddelen op de totale kosten groter is dan waarmee in de raming rekening werd gehouden.

       
Hulpmiddelen (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

1.496,2

1.461,0

1.593,5

1.676,8

Mutaties jaarverslag 2014

– 0,3

9,1

– 82,8

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 76,5

Mutaties ontwerpbegroting 2016

– 2,0

– 0,5

3,1

3,1

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

– 0,8

3,8

– 90,8

Totaal mutaties

– 2,3

7,8

– 75,9

– 164,2

Stand jaarverslag 2015

1.493,9

1.468,8

1.517,6

1.512,5

         

Op deze sector worden de uitgaven voor extramurale hulpmiddelen die verstrekt worden krachtens de Regeling hulpmiddelen geraamd en verantwoord.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

– 2,0

– 0,5

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 0,8

3,8

– 90,8

De onderschrijding van circa € 91 miljoen in 2015 wordt voornamelijk verklaard doordat de uitgaven in de hulpmiddelensector zich lijken te stabiliseren, waardoor niet alle beschikbaar gestelde groeiruimte nodig blijkt te zijn in 2015. Dit komt onder andere doordat zorgverzekeraars meer inzetten op doelmatige inkoop en gepast gebruik.

       
Wijkverpleging (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

0,0

0,0

0,0

3.079,5

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

89,9

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

– 2,1

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

37,7

Totaal mutaties

0,0

0,0

0,0

125,5

Stand jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

3.205,0

         

Binnen de aanspraak wijkverpleging is sprake van zowel verpleging als verzorging. Hierbij gaat het om verpleegkundige handelingen zoals wondverzorging, injecties en catheterisaties en verzorgende handelingen zoals wassen en aankleden. De wijkverpleegkundige is in de eerste plaats een zorgverlener. Daarin vormt de (wijk)verpleegkundige tevens de schakel tussen de cliënt, zijn of haar sociale omgeving en de verschillende professionals. Binnen de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) was voor deze laatste coördinerende, regisserende en signalerende taken geen bekostigingstitel. De ruimte die de wijkverpleegkundige nodig heeft om breder te kijken dan de oorspronkelijke zorgvraag was door de indeling in functies en klassen verdwenen. Binnen de aanspraak wijkverpleging zijn naast de (wijk)verpleegkundige ook verzorgenden en gespecialiseerde verpleegkundigen werkzaam. Financiering vindt al dan niet plaats via een persoonsgebonden budget.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       

N.v.t.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

     

37,7

In maart 2016 zijn voorlopige realisatiecijfers 2015 van het Zorginstituut Nederland ontvangen. Op basis van deze cijfers is vooralsnog sprake van een overschrijding van het beschikbare kader met € 37,7 miljoen, een lagere overschrijding dan in de loop van 2015 door partijen werd verondersteld.

       
Ambulancevervoer (bedragen x € 1 miljoen)

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

436,3

502,1

531,0

551,3

Mutaties jaarverslag 2014

– 0,5

– 15,0

– 11,9

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,6

Mutaties ontwerpbegroting 2016

– 2,6

14,4

0,1

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

0,9

– 4,7

– 48,2

Totaal mutaties

– 3,1

0,3

– 16,5

– 47,6

Stand jaarverslag 2015

433,2

502,4

514,5

503,7

         

De ambulancezorg kent twee kerntaken: spoedvervoer en besteld vervoer. Daarnaast staan ambulances ook paraat voor geneeskundige hulp bij ongevallen en rampen. Op deze sector worden tevens de uitgaven Centrale Posten Ambulancevervoer (CPA) verantwoord.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Technisch

       

Financieringsmutaties

– 2,6

14,4

   

Voor deze sector worden de budgetten vastgesteld door de NZa, terwijl de financiering van de sectoren wordt verantwoord door het Zorginstituut Nederland. Als gevolg van het tijdsverloop dat er zit tussen het moment waarop de NZa de budgetten voor de regionale ambulancevoorzieningen vaststelt en de uiteindelijke financiering, kan sprake zijn van financieringsvoorsprongen of financieringsachterstanden.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

10,5

4,1

– 25,0

Op basis van cijfers van de NZa inzake de budgetten van ambulance-aanbieders zijn de uitgaven voor ambulances geactualiseerd.

       
         

Financieringsmutaties

 

– 9,6

– 8,8

– 23,2

Voor deze sector worden de budgetten vastgesteld door de NZa, terwijl de financiering van de sectoren wordt verantwoord door het Zorginstituut. Als gevolg van het tijdsverloop dat er zit tussen het moment waarop de NZa de budgetten voor de regionale ambulancevoorzieningen vaststelt en de uiteindelijke financiering, kan sprake zijn van financieringsvoorsprongen of financieringsachterstanden.

       
Overige ziekenvervoer (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

128,8

125,4

134,7

142,1

Mutaties jaarverslag 2014

0,3

– 4,2

– 10,5

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 18,6

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

– 0,2

– 0,4

– 0,4

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

– 0,2

– 2,9

– 11,7

Totaal mutaties

0,3

– 4,6

– 13,8

– 30,7

Stand jaarverslag 2015

129,1

120,8

120,9

111,3

         

Het overig ziekenvervoer betreft het vervoer van patiënten van en naar zorgaanbieders. Hiervoor in aanmerking komen verzekerden die chemo- of radiotherapie ondergaan, nierdialyse ondergaan, zich uitsluitend in een rolstoel kunnen verplaatsen, zeer slechtziend zijn of van hun zorgverzekeraar hiervoor toestemming hebben gekregen. Het betreft zowel commercieel vervoer als vergoeding van de kosten van openbaar vervoer.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

 

– 0,2

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 0,2

– 2,9

– 11,7

Op basis van in maart 2016 ontvangen cijfers van het Zorginstituut zijn de realisatiecijfers geactualiseerd. Hieruit volgen in omvang geringe bijstellingen voor 2013 en 2014. In 2015 is sprake van een onderschrijding van het beschikbare kader met € 11,7 miljoen. Een deel van het budget is overgeheveld naar het gemeentelijk domein, waardoor ook de uitgaven zijn gedaald. Doordat in 2015 wel sprake was van groeiruimte is er een onderschrijding van het kader ontstaan.

       
Opleidingen (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

0,0

1.020,8

1.207,4

1.228,9

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

29,1

– 9,1

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

1,7

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

1,6

– 1,0

– 13,4

Totaal mutaties

0,0

30,7

– 10,1

– 11,7

Stand jaarverslag 2015

0,0

1.051,5

1.197,3

1.217,2

         

Met ingang van 2013 worden de specialistische vervolgopleidingen uit het zogenaamde opleidingsfonds (inclusief de opleiding tot huisarts) en een aantal ggz-opleidingen via een beschikbaarheidbijdrage op grond van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) gefinancierd. De uitvoering geschiedt door de NZa. De betalingen lopen via het Zorginstituut Nederland.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       

N.v.t.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

1,6

– 1,0

– 13,4

Op basis van in maart 2016 ontvangen cijfers van het Zorginstituut zijn de realisatiecijfers geactualiseerd. Hieruit volgen in omvang geringe bijstellingen voor 2013 en 2014. Op basis van deze actuele cijfers is in 2015 sprake van een meevaller van € 13,4 miljoen.

       
Grensoverschrijdende zorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

703,9

736,0

796,9

828,4

Mutaties jaarverslag 2014

4,8

– 44,5

– 264,1

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 48,6

Mutaties ontwerpbegroting 2016

– 7,8

– 15,3

– 58,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

4,2

– 22,9

– 21,7

Totaal mutaties

– 3,0

– 55,6

– 345,0

– 70,3

Stand jaarverslag 2015

700,9

680,4

451,9

758,1

         

Deze deelsector betreft de grensoverschrijdende zorg binnen en buiten het macroprestatiebedrag (mpb).

 

Binnen het macroprestatiebedrag betreft het zorgkosten gemaakt in het buitenland door verzekerden bij Nederlandse zorgverzekeraars. Dit zijn bijvoorbeeld de medische lasten na een ski-ongeluk, lasten die samenhangen met een behandeling in een Belgisch ziekenhuis of lasten van grensarbeiders die in Nederland werken en in Duitsland wonen.

 

De grensoverschrijdende zorg buiten het mpb betreft de lasten van internationale verdragen. Het gaat om kosten van zorg aan personen die (veelal) buiten Nederland wonen en niet aan Nederlandse sociale verzekeringswetgeving zijn onderworpen, maar die op grond van een Europese verordening of een door Nederland gesloten verdrag inzake sociale zekerheid recht hebben op geneeskundige zorg ten laste van Nederland. Dit betreft kosten van medische zorg van verdragsgerechtigden die wonen in het buitenland met een Nederlands pensioen en hun in het buitenland wonende gezinsleden. Het gaat ook om de zorgkosten van in het buitenland wonende gezinsleden van in Nederland werkende werknemers. Tegenover het recht op zorg staat de verplichting om een bijdrage aan Zorginstituut Nederland te betalen.

 

Het betreft ook de kosten van medische zorg voor personen die verzekerd zijn in het buitenland en langdurig of kortdurend verblijven in Nederland. Dit zijn in Nederland wonende en voor een buitenlandse werkgever werkende werknemers en hun gezinsleden, in Nederland wonende rechthebbenden op een buitenlands pensioen met hun gezin en toeristen). Deze zorgkosten worden doorberekend aan de internationale verdragspartners. De baten worden in mindering gebracht op de lasten.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

– 7,8

– 15,3

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

4,2

– 22,9

– 21,7

Over 2013 is een kleine overschrijding te zien van € 4,2 miljoen. Deze overschrijding is opgetreden bij de groep Zvw-verzekerden. Over 2014 is bij de Zvw-verzekerden een beperkte onderschrijding te zien van € 11,5 miljoen en bij de verdragsgerechtigen een beperkte onderschrijding van € 11,4 miljoen; samen € 22,9 miljoen. Bij de verdragsgerechtigden is over 2015 een onderschrijding te zien van € 44,8 miljoen. Dit wordt mede veroorzaakt doordat de baten bij de zorgkosten van verdragsgerechtigden die wonen in Nederland hoger zijn uitgevallen. Bij de Zvw-verzekerden is een overschrijding te zien van € 23,1 miljoen. Hierin zit het effect van de verkorting van de termijn waarbinnen het Zorginstituut de declaraties van andere landen verwerkt.

       
Multidisciplinaire zorgverlening (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

353,5

404,4

430,1

430,4

Mutaties jaarverslag 2014

– 6,7

– 3,3

17,1

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

4,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

6,9

14,5

11,7

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

– 7,9

0,5

31,7

Totaal mutaties

0,2

3,3

29,3

35,7

Stand jaarverslag 2015

353,7

407,7

459,4

466,1

         

De multidisciplinaire zorgverlening (MDZ) betreft ketenzorg en geïntegreerde eerstelijnszorg. Binnen de ketens wordt zorg verleend waarbij zorgaanbieders van diverse disciplines de zorgonderdelen in samenhang en in samenwerking met de betreffende patiënt leveren.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering oude jaren

6,9

14,5

   

Van het Zorginstituut Nederland zijn geactualiseerde cijfers ontvangen met betrekking tot de gerealiseerde uitgaven in 2012 en 2013. Deze zijn nog niet eerder gepresenteerd. De bijstelling vanaf 2014 is meegenomen in de ontwerpbegroting 2016.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 7,9

0,5

31,7

Op basis van in maart 2016 ontvangen cijfers van het Zorginstituut zijn de realisatiecijfers geactualiseerd. Hieruit volgen in omvang geringe bijstellingen voor 2013 en 2014. In 2015 is sprake van een overschrijding van het beschikbare kader met € 31,7 miljoen. De overschrijding komt met name voort uit een stijging van het aantal in een keten geïncludeerde patiënten. Deze overschrijding wordt in samenhang bezien met de onderschrijding op de uitgaven voor huisartsenzorg (circa € 105,1 miljoen).

       
Nominaal en onverdeeld Zvw (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

0,0

0,0

350,1

977,7

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

0,0

– 350,1

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 528,8

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

– 27,2

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 339,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

– 82,7

Totaal mutaties

0,0

0,0

– 350,1

– 977,7

Stand jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

         

De sector nominaal en onverdeeld bevat de nog niet toebedeelde maatregelen, de nog niet uitgedeelde groeiruimte en loon- en prijsbijstellingen.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       

N.v.t.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Beleidsmatige mutaties

       
         

Garantieregeling kapitaallasten

     

– 77,7

In verband met de afschaffing van de functiegerichte budgettering in de ziekenhuiszorg is er een garantieregeling kapitaallasten in het leven geroepen. De hiervoor gereserveerde middelen voor 2013 en 2014 zijn geboekt op de sector garantieregeling kapitaallasten, maar vanaf 2015 vooralsnog onderdeel van nominaal en onvoorzien. Thans wordt deze reservering voor het jaar 2015 overgeheveld naar de sector garantieregeling kapitaallasten. Het gaat om een bedrag van € 75 miljoen, aangevuld met € 2,7 miljoen voor loon- en prijsbijstelling.

       
         

Nominaal en onverdeeld

     

– 5,1

Er is sprake van vrijval op de post nominaal en onverdeeld. Deze ruimte is met name een gevolg van het verschil tussen de oorspronkelijk beschikbaar gestelde middelen voor groei in de curatieve zorg en de in de verschillende zorgakkoorden gemaakte afspraken over de toegestane groei in die sectoren en de op grond daarvan niet benodigde middelen voor loon- en prijsbijstelling.

       
Ontvangsten Zvw (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

1.932,2

2.706,6

3.125,1

3.217,7

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

– 40,6

0,0

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Totaal mutaties

0,0

– 40,6

0,0

0,0

Stand jaarverslag 2015

1.932,2

2.666,0

3.125,1

3.217,7

         

Deze deelsector omvat onder andere het eigen risico en de eigen bijdragen binnen de Zvw.

         

Toelichting mutaties ontwerpbegroting 2016 (oude jaren)

       

N.v.t.

       
         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       

N.v.t.

       
6.1.2. Wet langdurige zorg (Wlz)

In deze paragraaf wordt ingegaan op de financiële ontwikkelingen binnen de Wlz in het afgelopen jaar voor de jaren 2012 tot en met 2015. In tabel 22 worden weergegeven de financiële mutaties in 2015 per deelsector tussen de ontwerpbegroting 2015 en het jaarverslag 2015. Het beeld voor 2015 is geactualiseerd bij de eerste suppletoire wet 2015, de ontwerpbegroting 2016, de tweede suppletoire wet 2015 en voor het jaarverslag 2015.

De opbouw van de ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten wordt na tabel 22 verder per deelsector weergegeven.

Tabel 22 Opbouw van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten per deelsector (bedragen x € 1 miljoen)
 

Ontwerpbegroting

Mutaties

Stand Jaarverslag

 

2015

2015

2015

Wlz-uitgaven

     

Nieuwe indeling

     

Binnen contracteerruimte

16.401,3

– 89,9

16.311,4

Ouderenzorg

8.857,0

– 263,8

8.593,2

Gehandicaptenzorg

6.032,0

– 89,6

5.942,4

Langdurige ggz

523,7

98,6

622,3

Volledig pakket thuis

186,0

167,0

353,0

Extramurale zorg

669,0

107,8

776,8

Overig binnen contracteerruimte

133,6

– 109,8

23,8

       

Persoonsgebonden budgetten

810,0

426,3

1.236,3

Persoonsgebonden budgetten

810,0

426,3

1.236,3

       

Buiten contracteerruimte

2.244,9

123,3

2.368,2

Kapitaallasten (nacalculatie)

1.355,0

33,7

1.388,7

Beheerskosten

197,1

– 38,0

159,1

Overig buiten contracteerruimte1

480,3

138,4

618,6

Nominaal en onverdeeld

212,6

– 10,7

201,8

       

Bruto Wlz-uitgaven

19.456,2

459,7

19.915,9

Eigen bijdrage Wlz

1.737,3

128,6

1.865,9

Netto Wlz-uitgaven

17.718,9

331,1

18.050,0

Bron: VWS, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens.

1

Bij de Wlz zijn onder de post «overig buiten contracteerruimte» opgenomen de deelsectoren: bovenbudgettaire vergoedingen, tandheelkunde Wlz, instellingen voor medisch-specialistische zorg Wlz, overig curatieve zorg Wlz, ADL, extramurale behandeling, zorginfrastructuur, eerstelijnverblijf, orthocommunicatieve behandeling, innovatie en beschikbaarheidbijdrage opleidingen Wlz.

In figuur 6 is de samenstelling van de Wlz-uitgaven per sector weergegeven voor het jaar 2015.

Figuur 6 Samenstelling Wlz-uitgaven 2015

Figuur 6 Samenstelling Wlz-uitgaven 2015
Ouderenzorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

8.742,6

8.445,8

8.847,0

8.857,0

Mutaties jaarverslag 2014

– 1,4

– 0,6

– 196,4

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

70,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

– 20,9

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

– 1,1

– 50,2

– 312,9

Totaal mutaties

– 1,4

– 1,7

– 246,6

– 263,8

Stand jaarverslag 2015

8.741,2

8.444,1

8.600,5

8.593,2

         

Op deze deelsector staat de uitgavenontwikkeling van de intramurale ouderenzorg, bestaande uit de zorgzwaartepakketten, de normatieve huisvestingscomponent, de toeslagen en vergoedingen voor dagbestedingen en vervoer.

         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 1,1

– 50,2

– 312,9

Per saldo doet zich in 2015 binnen de contracteerruimte een meevaller voor van € 56 miljoen. Tussen de verschillende sectoren is er echter sprake van (soms) forse verschuivingen. De uitgaven aan ouderenzorg zijn in 2015 circa € 312 miljoen achtergebleven bij de oorspronkelijke raming. Hiervan heeft een groot deel betrekking op een technische correctie tussen de kaders voor ouderenzorg en de langdurige ggz (€ 95 miljoen). De lagere uitgaven bestaan verder uit een volume- en prijseffect en de daaraan gekoppelde (lagere) uitgaven aan de normatieve huisvestingscomponent (€ 32 miljoen). Tegenover deze daling bij de intramurale ouderenzorg staan in 2015 hogere uitgaven aan pgb, VPT-ouderenzorg (€ 69 miljoen), de subsidieregeling eerstelijnsverblijf en aan de langdurige ggz (vanwege de correctie). Voor 2013 en 2014 zijn de uitgaven op basis van realisatiecijfers bijgesteld.

       
Gehandicaptenzorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

5.265,1

5.251,7

5.524,3

6.032,0

Mutaties jaarverslag 2014

0,7

12,0

– 62,2

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 79,9

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

– 2,2

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

3,1

– 4,9

– 7,5

Totaal mutaties

0,7

15,2

– 67,1

– 89,6

Stand jaarverslag 2015

5.265,9

5.266,9

5.457,3

5.942,4

         

Op deze deelsector staat de uitgavenontwikkeling van de intramurale gehandicaptenzorg, bestaande uit de zorgzwaartepakketten, de normatieve huisvestingscomponent, de toeslagen en vergoedingen voor dagbestedingen en vervoer.

         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Beleidsmatige mutaties

       

Schuif zorg in natura naar pgb

     

– 80,0

Op verzoek van de zorgkantoren zijn eind 2015 middelen verschoven van de contracteerruimte (zorg in natura) naar het pgb-kader. Hierbij is rekening gehouden met het voor pgb’s verwachte benuttingspercentage van 86%. De overige 14% (€ 11,2 miljoen) is geboekt op de sector nominaal en onverdeeld.

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

3,1

– 4,9

72,5

De uitgaven aan gehandicaptenzorg zijn € 72,5 miljoen hoger uitgevallen dan de oorspronkelijke raming. Het verschil tussen de raming en realisatie komt door hogere uitgaven aan dagbesteding en vervoer (€ 59 miljoen) en hogere uitgaven aan de nhc-component. Het gaat naar verwachting vooral om verschuivingen met een ramingstechnische oorzaak. Per saldo is er in 2015 sprake van een meevaller bij de zorg in natura. Voor 2013 en 2014 zijn de uitgaven op basis van realisatiecijfers bijgesteld.

       
Langdurige ggz (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

1.584,5

1.566,9

1.634,1

523,7

Mutaties jaarverslag 2014

– 1,5

11,1

– 36,2

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 37,3

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

– 2,1

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

0,7

3,8

137,9

Totaal mutaties

– 1,5

11,8

– 32,4

98,6

Stand jaarverslag 2015

1.583,0

1.578,7

1.601,8

622,3

         

Op deze deelsector staat de uitgavenontwikkeling van de intramurale langdurige geestelijke gezondheidszorg onder de Wlz, bestaande uit de zorgzwaartepakketten, de normatieve huisvestingscomponent, de toeslagen en vergoedingen voor dagbestedingen en vervoer. De intramurale geneeskundige geestelijke gezondheidszorg korter dan een jaar valt onder de Zorgverzekeringswet. Voor nieuwe instroom vanaf 1-1-2015 geldt dat intramurale geneeskundige geestelijke gezondheidszorg korter dan drie jaar onder de Zvw valt.

         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

0,7

3,8

137,9

Er is sprake van een forse tegenvaller bij de langdurige ggz in vergelijking met de oorspronkelijke raming. Hiervan heeft een groot deel betrekking op een technische correctie tussen de kaders voor ouderenzorg en de langdurige ggz (€ 95 miljoen). Verder gaat de afbouw van ggz-B minder snel dan gedacht (€ 28 miljoen). Uit een nadere analyse moet blijken waar deze tegenvaller door wordt veroorzaakt. Voor 2013 en 2014 zijn de uitgaven op basis van realisatiecijfers bijgesteld.

       
Volledig pakket thuis (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

0,0

0,0

0,0

186,0

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

70,7

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

0,0

0,0

96,2

Totaal mutaties

0,0

0,0

0,0

167,0

Stand jaarverslag 2015

0,0

0,0

0,0

353,0

         

Het Volledig Pakket Thuis (VPT) is een budget waarmee cliënten met een indicatie voor een intramuraal zorgpakket (ZZP) de benodigde zorg- en dienstverlening in de thuissituatie ontvangen, waarbij de huisvestingscomponent niet wordt verzilverd.

         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

     

96,2

Een groter aandeel van de Wlz-cliënten heeft gekozen voor het Volledig Pakket Thuis. De stijging doet zich zowel bij de ouderenzorg (€ 69 miljoen) als de gehandicaptenzorg voor

(€ 27 miljoen).

       
Extramurale zorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

4.139,4

4.259,5

4.419,1

669,0

Mutaties jaarverslag 2014

– 4,7

– 15,1

38,5

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

56,2

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

– 4,4

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

8,5

48,5

56,0

Totaal mutaties

– 4,7

– 6,5

87,0

107,8

Stand jaarverslag 2015

4.134,7

4.252,9

4.506,1

776,8

         

Een deel van de verblijfsgeïndiceerden ontvangt extramurale zorg, die in de eigen woonomgeving wordt gegeven. Onder deze zorg valt persoonlijke verzorging, verpleging, begeleiding en behandeling.

         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

8,5

48,5

56,0

De uitgaven aan extramurale zorg zijn hoger dan oorspronkelijk geraamd. Deze hogere uitgaven worden gecompenseerd door lagere uitgaven aan intramurale zorg. Voor 2013 en 2014 zijn de uitgaven op basis van realisatiecijfers bijgesteld.

       
Overig binnen contracteerruimte (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

1.032,5

1.290,7

1.334,1

133,6

Mutaties jaarverslag 2014

– 4,8

– 134,7

48,6

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 4,4

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

3,5

– 115,6

– 105,4

Totaal mutaties

– 4,8

– 131,2

– 66,9

– 109,8

Stand jaarverslag 2015

1.027,7

1.159,5

1.267,1

23,8

         

Op deze deelsector worden alle uitgaven binnen de contracteerruimte verantwoord die niet – direct – toe te rekenen zijn aan één van de andere deelsectoren in de Wlz of waarvoor specifiek middelen beschikbaar zijn gesteld. Het gaat bijvoorbeeld om geoormerkte middelen in de aanwijzing budgettair kader Wlz (onder andere de regeling regelvrije zorg).

         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

3,5

– 115,6

– 105,4

De neerwaartse bijstelling van deze sector betreft naast enkele technische bijstellingen voor een belangrijk deel uit minder uitgaven aan regelvrije zorg door afloop van de experimenten regelarme instellingen (ERAI).

       
Persoonsgebonden budgetten (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

2.458,7

2.477,3

2.421,4

810,0

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

– 62,4

22,6

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

361,5

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

23,9

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

0,0

– 33,0

40,9

Totaal mutaties

0,0

– 62,4

– 10,4

426,3

Stand jaarverslag 2015

2.458,7

2.414,9

2.411,0

1.236,3

         

Deze deelsector betreft de uitgaven in het kader van de persoonsgebonden budgetten.

         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Beleidsmatige mutaties

       

Schuif zorg in natura naar pgb

     

68,8

Op verzoek van de zorgkantoren zijn eind 2015 middelen verschoven van de contracteerruimte (zorg in natura) naar het pgb-kader. Hierbij is rekening gehouden met het voor pgb’s verwachte benuttingspercentage van 86%. De overige 14% (€ 11,2 miljoen) is geboekt op de sector nominaal en onverdeeld.

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

   

– 33,0

– 27,9

Voor 2014 zijn de uitgaven op basis van realisatiecijfers bijgesteld. Voor 2015 is de uitgavenraming bijgesteld op basis van gegevens van de NZa over toegekende pgb-bedragen.

       
Kapitaallasten (nacalculatie) (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

2.585,2

2.365,8

2.118,6

1.355,0

Mutaties jaarverslag 2014

13,8

28,9

64,7

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

85,1

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

– 6,8

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

– 19,3

– 61,5

– 44,7

Totaal mutaties

13,8

9,6

3,2

33,7

Stand jaarverslag 2015

2.598,9

2.375,4

2.121,8

1.388,7

         

Deze deelsector betreft de na te calculeren kapitaallasten van de gebouwen waarin Wlz-zorg met verblijf wordt geleverd.

         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 19,3

– 61,5

– 44,7

De nacalculeerbare kapitaallasten laten een (beperkte) meevaller zien. Vanaf 2018 zullen de kapitaallasten overigens volledig in de zzp-tarieven zijn verwerkt (middels de nhc). Voor 2013 en 2014 zijn de uitgaven op basis van de meest recente data van de NZa bijgesteld.

       
Overig buiten contracteerruimte (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

1.734,4

1.489,1

1.561,0

480,3

Mutaties jaarverslag 2014

6,8

– 8,1

– 43,6

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

83,2

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

58,3

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

0,6

– 17,1

– 3,1

Totaal mutaties

6,8

– 7,5

– 60,7

138,4

Stand jaarverslag 2015

1.741,2

1.481,6

1.500,3

618,6

         

Op deze deelsector worden de kosten verantwoord van bovenbudgettaire vergoedingen voor individueel aangepaste hulpmiddelen, tandheelkunde Wlz, instellingen voor medisch-specialistische zorg Wlz, overig curatieve zorg Wlz, ADL, extramurale behandeling, zorginfrastructuur, eerstelijnsverblijf, orthocommunicatieve behandeling, innovatie en beschikbaarheidbijdrage opleidingen Wlz.

         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

0,6

– 17,1

– 3,1

De onderschrijding in 2015 is het saldo van diverse in omvang geringe meevallers (extramurale behandeling, ADL, overig buiten CR en medisch-specialistische zorg Wlz) en tegenvallers (bovenbudgettaire vergoedingen, tandheelkundige zorg Wlz, eerstelijnsverblijf en beschikbaarheidsbijdrage opleidingen Wlz). Voor 2013 en 2014 zijn de uitgaven op basis van de meest recente data van de NZa bijgesteld.

       
Beheerskosten (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

194,1

182,9

222,4

197,1

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

– 0,7

– 6,6

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 54,7

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

8,0

Mutatie jaarverslag

0,0

0,0

– 1,3

8,7

Totaal mutaties

0,0

– 0,7

– 7,9

– 38,0

Stand jaarverslag 2015

194,1

182,1

214,5

159,1

         

Onder deze deelsector vallen de uitvoeringskosten ten laste van de Wlz van zorgkantoren en de kosten van het College Sanering Zorginstellingen.

         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

0,0

– 1,3

8,7

Op grond van de Nadere aanwijzing beheerskosten Wlz 2015 zijn extra middelen beschikbaar gesteld voor de uitvoering van de Wlz. Deze middelen zijn o.a. bestemd voor extra werkzaamheden ten behoeve van pgb-houders (€ 5,9 miljoen), voor bijzondere groepen (bijv. Wlz-indiceerbaren (€ 0,9 miljoen)) en voor bemiddeling voor cliënten met een intramurale zorgvraag (€ 2,7 miljoen). Voor 2014 zijn de uitgaven op basis van de meest recente data van de NZa bijgesteld.

       
Nominaal en onverdeeld (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

127,7

182,5

25,4

212,6

Mutaties jaarverslag 2014

– 7,7

108,8

– 96,8

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 198,4

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

– 3,5

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

– 10,0

Mutatie jaarverslag

0,0

4,7

197,2

201,1

Totaal mutaties

– 7,7

113,6

100,5

– 10,7

Stand jaarverslag 2015

120,0

296,1

125,9

201,8

         

Deze niet-beleidsmatige deelsector heeft een technisch-administratief karakter. Vanuit deze deelsector vinden overboekingen van loon- en prijsbijstellingen naar de loon- en prijsgevoelige deelsectoren binnen de begroting plaats. Ook worden er taakstellingen of extra middelen op deze deelsector geplaatst die nog niet aan de deelsectoren zijn toegedeeld.

         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Technisch

       

Overige mutaties

     

– 0,7

De post overige is het saldo van verschillende mutaties met een overwegend technisch karakter. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om een restant aan loon- en prijsbijstelling.

       
         

Financieringsmutatie

 

4,7

197,2

201,8

Bij financieringsmutaties is sprake van een zeker tijdsverloop tussen het moment waarop de NZa de productieafspraken van partijen ontvangt en de verwerking daarvan in de budgetten en de bevoorschotting/declaraties van de instellingen. Als gevolg daarvan is het gebruikelijk dat de financiering binnen een jaargrens afwijkt van de productie (budgetten) in dat jaar. Zo ontstaan zogeheten financieringsachterstanden of -voorsprongen. Deze financieringsmutatie betekent dat er in 2015 meer is gefinancierd dan uiteindelijk is geproduceerd. Voor 2013 en 2014 is de financieringsmutatie op basis van de meest recente data van de NZa bijgesteld.

       
Preventieve zorg (Rijksvaccinatieprogramma) (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

Stand ontwerpbegroting 2015

103,3

93,9

139,3

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

0,0

– 46,9

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

0,0

0,0

Totaal mutaties

0,0

0,0

– 46,9

Stand jaarverslag 2015

103,3

93,9

92,4

       

Deze deelsector (oude indeling) omvat het Rijksvaccinatieprogramma (RVP).

       

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

     

N.v.t.

     
Dagbesteding en vervoer (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

Stand ontwerpbegroting 2015

1.217,8

1.150,5

1.166,2

Mutaties jaarverslag 2014

5,7

– 10,5

– 3,4

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

– 0,2

– 17,3

Totaal mutaties

5,7

– 10,7

– 20,7

Stand jaarverslag 2015

1.223,5

1.139,8

1.145,5

       

Op deze deelsector (oude indeling) worden de uitgaven verantwoord voor cliënten die thuis wonen en één of meer dagdelen per week voor dagbesteding naar een instelling gaan. Vanwege de geringe mobiliteit van deze cliënten is vervoer veelal noodzakelijk. Het betreft ook intramurale cliënten die dagbesteding genieten op een andere locatie.

       

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

     
       

Mee- en tegenvallers

     

Actualisering

 

– 0,2

– 17,3

Op basis van de meest recente data van de NZa zijn de uitgaven aan dagbesteding en vervoer in 2013 en 2014 met circa € 17 miljoen neerwaarts bijgesteld.

     
Mee-instellingen (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

Stand ontwerpbegroting 2015

190,3

173,8

179,3

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

0,0

1,2

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

0,0

0,0

Totaal mutaties

0,0

0,0

1,2

Stand jaarverslag 2015

190,3

173,8

180,5

       

Op deze deelsector (oude indeling) wordt de subsidie aan MEE-organisaties verantwoord. MEE-organisaties ontvangen een subsidie van het Zorginstituut Nederland op grond van de AWBZ.

       

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

     

N.v.t.

     
Ontvangsten Wlz (bedragen x € 1 miljoen)
 

2012

2013

2014

2015

Stand ontwerpbegroting 2015

1.696,6

1.900,3

1.985,0

1.737,3

Mutaties jaarverslag 2014

0,0

28,0

9,6

0,0

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

154,0

Mutaties ontwerpbegroting 2016

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

0,0

0,0

0,0

0,0

Mutatie jaarverslag

0,0

– 13,4

– 23,7

– 25,4

Totaal mutaties

0,0

14,6

– 14,1

128,6

Stand jaarverslag 2015

1.696,6

1.914,8

1.970,9

1.865,9

         

Betreft de eigen bijdragen die binnen de Wlz verplicht zijn.

         

Toelichting mutaties jaarverslag 2015

       
         

Mee- en tegenvallers

       

Actualisering

 

– 13,4

– 23,7

– 25,4

Het lagere aantal cliënten in de intramurale ouderenzorg dan eerder geraamd, leidt tot een tegenvaller bij de opbrengsten van de eigen bijdrage in de Wlz.

       
Licence