Base description which applies to whole site

10. Sociale fondsen SZW

Deze paragraaf presenteert de exploitatiesaldi en vermogensposities van de sociale fondsen. De informatie is bedoeld als achtergrondinformatie bij het jaarverslag. De daadwerkelijke verantwoording van uitgaven en inkomsten van de fondsen vindt plaats via de jaarverslagen van de SVB en UWV. De cijfers in deze paragraaf zijn gebaseerd op informatie van het CPB (CEP 2020) en sluiten niet precies aan op de jaarverslagen van UWV en de SVB. De reden hiervoor is dat SZW een ander boekhoudstelsel (kas-verplichtingenstelsel) voert dan UWV en de SVB (baten-lastenstelsel).

Exploitatiesaldi

Een groot deel van de uitgaven aan sociale zekerheid loopt via de sociale fondsen. In tabel 111 en tabel 112 zijn de exploitatierekeningen van de fondsen weergegeven. De arbeidsongeschiktheidsfondsen (Aof en Whk) en de WW-fondsen (Awf en Ufo) worden geïntegreerd weergegeven. Zowel de begrote bedragen als de gerealiseerde bedragen zijn weergegeven in prijzen 2019. Het exploitatiesaldo is het verschil tussen de ontvangsten en de uitgaven van een fonds. Naast de premieontvangsten behoren ook de rijksbijdragen en renteontvangsten tot de inkomsten van een fonds. De uitgaven bestaan naast de uitkeringen voornamelijk uit uitvoeringskosten. Daarnaast vinden tussen de fondsen onderlinge betalingen plaats. Het saldo tussen ontvangen en betaalde onderlinge betalingen is voor de sociale fondsen negatief, omdat uit deze fondsen ook premies worden betaald voor de zorgverzekering van uitkeringsgerechtigden. Tegenover de negatieve saldi bij de sociale fondsen staan dus positieve saldi bij de zorgfondsen.

Tabel 111 Overzicht sociale verzekeringen SVB 2019 (x € 1 mln)
 

Ouderdomsfonds (AOW)

Anw-fonds

 

Begroting

Realisatie

Begroting

Realisatie

Premies

26.193

23.554

267

166

Bijdragen van het Rijk

13.628

17.091

0

0

Ontvangen onderlinge betalingen

0

0

0

0

Saldo Interest

18

42

‒ 1

0

Totaal Ontvangsten

39.839

40.687

266

166

     

Uitkeringen / Verstrekkingen

38.173

38.539

377

350

Uitvoeringskosten

128

133

11

10

Betaalde onderlinge betalingen

522

542

24

24

Totaal Uitgaven

38.823

39.215

411

384

     

Exploitatiesaldo

1.016

1.472

‒ 145

‒ 218

Bron: SZW (financiële administratie) en CPB (CEP 2020).

Tabel 111 laat zien dat het exploitatiesaldo van het Ouderdomsfonds iets groter (meer positief) is dan bij begroting werd verwacht. Dat komt vooral doordat de ontvangsten hoger zijn uitgevallen dan in de begroting werd geraamd. De premie inkomsten vallen lager uit dan geraamd, maar dat wordt gecompenseerd via een hogere rijksbijdrage. De uitkeringslasten vallen iets hoger uit dan geraamd. Het exploitatiesaldo van het Anw-fonds is iets lager (meer negatief) dan verwacht. Dat komt met name door lagere premieontvangsten dan geraamd.

Tabel 112 Overzicht sociale verzekeringen UWV 2019 (x € 1 mln)
 

Arbeidsongeschiktheidsfondsen

WW-fondsen

 

Begroting

Realisatie

Begroting

Realisatie

Premies

15.648

16.972

8.250

8.946

Bijdragen van het Rijk

219

328

3

155

Ontvangen onderlinge betalingen

1.118

1.181

749

848

Saldo Interest

33

36

19

33

Totaal Ontvangsten

17.018

18.517

9.022

9.981

     

Uitkeringen/Verstrekkingen

11.229

12.494

5.254

4.680

Uitvoeringskosten

475

507

792

847

Betaalde onderlinge betalingen

1.922

2.200

1.034

902

Totaal Uitgaven

13.627

15.201

7.079

6.430

     

Exploitatiesaldo

3.392

3.316

1.943

3.551

Bron: SZW (financiële administratie) en CPB (CEP 2020).

Het exploitatiesaldo van de arbeidsongeschiktheidsfondsen (tabel 112) is vrijwel gelijk aan de raming uit de begroting. Onderliggend zijn echter zowel de uitgaven als de ontvangsten hoger uitgevallen dan geraamd. Het exploitatiesaldo van de WW-fondsen is fors hoger dan verwacht. Dat komt vooral doordat de uitgaven lager zijn uitgevallen.

Vermogenspositie

In tabel 113 worden de vermogensposities van de sociale fondsen vermeld. Hierbij zijn wederom de arbeidsongeschiktheidsfondsen en de werkloosheidsfondsen geïntegreerd weergegeven. Het aanwezige vermogen neemt jaarlijks toe of af met het exploitatiesaldo (zie tabellen 111 en 112). Net als het exploitatiesaldo is ook de vermogenspositie grotendeels gebaseerd op cijfers van het CPB (CEP 2020). De vermogensposities sluiten daarom niet precies aan op de jaarverslagen van UWV en de SVB.

Tabel 113 Vermogens sociale fondsen ultimo 2018 en 2019 (x € 1 mln)
 

Feitelijk vermogen ultimo 2018

Exploitatiesaldo 2019

Feitelijk vermogen ultimo 2019

    

Ouderdomsfonds (AOW)

30

1.472

1.502

Anw-fonds

3.631

‒ 218

3.413

Arbeidsongeschiktheidsfondsen

9.769

3.316

13.085

WW-fondsen

‒ 11.564

3.551

‒ 8.013

    

Totaal sociale fondsen

1.866

8.122

9.987

Bron: SZW (financiële administratie) en CPB (CEP 2020).

De sociale fondsen hebben ultimo 2019 een gezamenlijk positief vermogen van € 10,0 miljard. Het vermogen is in 2019 gestegen met € 8,1 miljard. In 2017 hadden de sociale fondsen nog een tekort, vanaf 2018 is dat omgeslagen in een overschot. Dankzij de gunstige economische omstandigheden is dat overschot in 2019 verder gegroeid.

Het vermogenstekort in de jaren vanaf de financiele crisis tot 2017 leidde overigens niet tot risico’s met betrekking tot de uitbetaling van de uitkeringen. De sociale fondsen (en de beheerders, UWV en SVB) zijn onderdeel van de collective sector. Hun tekort of overschot houden ze aan op een rekening-courant bij het Rijk. De sociale fondsen kunnen daardoor altijd over voldoende middelen beschikken. Dat is ook nodig, omdat het recht op een uitkering niet afhankelijk is van de geraamde uitgaven. Als iemand recht op een uitkering heeft, dan krijgt hij die dus ook. Omdat de sociale fondsen onderdeel van de collectieve sector zijn, werkt het exploitatiesaldo van de fondsen wel door in het EMU-saldo van de collectieve sector als geheel.

Licence