Base description which applies to whole site

3.1 Verantwoording beleidsprioriteiten

In dit beleidsverslag kijken we terug op de beleidsprioriteiten uit de beleidsagenda van de begroting 2021. Deze zijn onderverdeeld in vijf thema's, die het gehele werkterrein van het ministerie van Financiën weerspiegelen.

Het ministerie van Financiën stond het afgelopen jaar opnieuw in grote maatschappelijke en politieke belangstelling en heeft onder druk grote stappen gezet in de realisatie van haar beleidsprioriteiten. Zo heeft de Autoriteit Persoonsgegevens geconcludeerd dat de Belastingdienst door het verwerken van persoonsgegevens in de Fraude Signalering Voorziening (FSV) in strijd heeft gehandeld met de beginselen van rechtmatigheid, doelspecificatie, juistheid en opslagbeperking van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG)1. Hierdoor zijn burgers en bedrijven geraakt, onder meer door het op onjuiste gronden weigeren van verzoeken tot minnelijke schuldhulpverlening. Het vertrouwen dat de samenleving in het ministerie van Financiën heeft, is daardoor - na de reeds eerder bekend geworden problematiek rond de kinderopvangtoeslag - verder onder druk komen te staan. Het ministerie zet alles op alles om dit vertrouwen van burgers, bedrijven en de samenleving terug te winnen. Zo is bijvoorbeeld gestart met het plan Herstellen, Verbeteren, Borgen (HVB) om problemen op te lossen in de wijze waarin de Belastingdienst is omgegaan met (persoons)registraties, risicomodellen en het gebruik van persoonsgegevens zoals nationaliteit. Daarnaast is er met volle kracht gewerkt om de ouders die gedupeerd zijn door de problemen met de kinderopvangtoeslag te helpen, door onder andere compensatiebetalingen voortkomend uit de € 30.000-regeling te doen, schulden te pauzeren en integrale beoordelingen te verrichten. In 2021 is hiertoe ruim € 1 mld. toegevoegd aan de begroting van Financiën middels Incidentele Suppletoire Begrotingen (ISB’s). Hiermee bedraagt het in totaal beschikbare budget voor toeslagenherstel € 5,2 mld. Ook is een programma DG Herstel Toeslagen opgericht om de coördinatie rondom beleid en uitvoering van de hersteloperatie te versterken.

Met ingang van 1 januari 2021 zijn de Douane en Toeslagen als zelfstandige directoraten-generaal binnen met ministerie van Financiën gepositioneerd. Deze DG’s nemen dienstverlening van diverse onderdelen van de Belastingdienst af. Ook heeft de Belastingdienst stappen gezet in het oplossen van tekortkomingen in de bedrijfsvoering, het financieel beheer en de ICT. De modernisering van de ICT moet er onder andere voor zorgen dat de Belastingdienst in de toekomst wendbaarder wordt. Om de zorg voor vakmanschap, fiscaliteit en rechtsstatelijkheid binnen de Belastingdienst te versterken, is de functie van plaatsvervangend directeur-generaal Fiscaliteit Belastingdienst aan de organisatie toegevoegd. In 2021 is de basis gelegd voor de formele start van de inspectie belastingen, toeslagen en douane per 1 januari 2022. Deze nieuwe toezichthouder zal toezien op compliance van de uitvoering aan geldende wet- en regelgeving waaronder de algemene beginselen van behoorlijk bestuur op het rechtsstatelijk handelen en juridische kwaliteit.

Ook heeft corona voor het tweede jaar op rij impact gehad op het werkterrein van het ministerie van Financiën. Het Kabinet-Rutte III heeft in reactie op de pandemie besloten tot een uitgebreid nood- en steunpakket voor bedrijven en zelfstandigen. Hierbij is onder andere tot uitstel van betaling van belastingschulden en tot het tijdelijk op 0,01% zetten van de invorderingsrente besloten. Om te voorkomen dat handelsstromen tot stilstand komen is daarnaast besloten om het herverzekeren van leverancierskredieten te verlengen tot 1 juli 2021. Het doel van deze maatregelen was om de bedrijvigheid en werkgelegenheid zoveel mogelijk te behouden en de schade voor werkenden en het bedrijfsleven zo veel mogelijk te beperken.

Deze coronasteunmaatregelen hebben in 2021 geleid tot extra uitgaven op de Financiënbegroting en tot lagere (niet-)belastingontvangsten. Zo hebben eind 2021 ruim 264.000 ondernemers een totale openstaande belastingschuld van € 18,5 mld. De robuuste staat van de overheidsfinanciën voorafgaand aan de pandemie maakt het relatief goed mogelijk om deze uitgaven op te vangen. De coronapakketten hebben vanzelfsprekend wel gevolgen voor de hoogte van de overheidsschuld. Het EMU-saldo is in 2021 uitgekomen op € -22 mld. ofwel ‒ 2,5% bbp, en de EMU-schuld op € 448 mld. ofwel 52,1% bbp. De schuld blijft hiermee onder de Europese grenswaarde van 60%.

Daarnaast heeft de pandemie impact gehad op de wijze waarop taken konden worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld bij de Belastingdienst en Toeslagen op het gebied van het uitoefenen van toezicht, dwanginvordering en de hulp bij aangifte. Ondanks het thuiswerken zijn telefonische en digitale oplossingen gezocht om de werkzaamheden en de dienstverlening aan burgers en bedrijven zo goed mogelijk voort te zetten. Daarmee zijn de reguliere processen ook in 2021 doorgegaan.

Het wegwerken van de problemen uit het verleden, de hedendaagse uitdagingen zoals de coronacrisis en het verbeteren van de sturing en de prestaties van het ministerie van Financiën heeft in 2021 grote druk gelegd op het personeel en de ICT capaciteit. Met het gestaag werken aan deze agenda heeft het ministerie in 2021 bijgedragen aan het versterken van een financieel gezond Nederland.

1

Kamerstukken II 2021-2022, 31 066, nr. 911

Licence