Base description which applies to whole site

10.2 Nationaal Archief

Het Nationaal Archief (NA) beheert de archieven van de rijksoverheid en archieven van maatschappelijke organisaties en individuele personen die van nationaal belang zijn (geweest). In de depots ligt bijna duizend jaar geschiedenis van Nederland opgeslagen in archieven en in duizenden kaarten, tekeningen en foto’s. De missie van het Nationaal Archief is het dienen van ieders recht op informatie en het geven van inzicht in het verleden van ons land door inzet voor een sterk archiefbestel, een afgewogen beleid voor archiefwaardering en selectie en optimale zorg voor alle rijksarchieven en de nationale archiefcollectie in Den Haag te beheren en onsite en online te presenteren.

Nationaal Archief en Regionale Historische Centra

Op basis van de Archiefwet 1995 heeft de Minister van OCW een specifieke verantwoordelijkheid voor alle rijksarchiefbewaarplaatsen, zijnde het Nationaal Archief in Den Haag en elf rijksarchiefbewaarplaatsen in de provinciehoofdsteden. De archiefbewaarplaatsen in de provinciehoofdsteden maken deel uit van de Regionale Historische Centra (RHC’s). De RHC’s zijn zelfstandige openbare lichamen, die vanuit het Rijk en andere partners een financiële bijdrage ontvangen. Dit jaarverslag handelt alleen om de baten en lasten van het Nationaal Archief. De rijksbijdragen aan de afzonderlijke RHC’s zijn onderdeel van artikel 14 (Cultuur) van de begroting van het Ministerie van OCW.

Nasleep impact Coronavirus

Door nasleep van de gevolgen van de coronapandemie is het financieel resultaat van het Nationaal Archief zoals verwacht ook in 2022 positief beïnvloed. Reguliere werkzaamheden en projecten zijn in de jaren hiervoor uitgesteld, vertraagd of anders ingevuld. De coronacrisis heeft verder tot gevolg dat er minder archieven zijn geworven, gedigitaliseerd en gerestaureerd. Daarnaast zijn er vertragingen geweest in de doorontwikkeling op toegangsketens en projecten zoals Handschriftherkenning en Internationale Erfgoedsamenwerking. In 2022 zijn veel activiteiten weer opgepakt en zijn er nieuwe projecten gestart, onder andere op het gebied van informatiehuishouding en oorlogsarchieven.

Tabel 80 Staat van baten en lasten van het agentschap NA (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

(1) Vastgestelde begroting

(2) Realisatie

(3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting

(4) Realisatie 2021

Baten

    

Omzet

45.739

54.460

8.721

47.710

waarvan omzet moederdepartement

44.438

52.814

8.376

45.550

waarvan omzet overige departementen

400

11

‒ 389

538

waarvan omzet derden

901

1.635

734

1.622

Rentebaten

0

52

52

0

Mutatie projectgelden

0

0

0

0

Vrijval voorzieningen

0

19

Bijzondere baten

0

0

Totaal baten

45.739

54.512

8.773

47.729

     

Lasten

    

Apparaatskosten

43.771

45.843

2.072

42.778

- Personele kosten

21.583

26.978

5.395

20.331

waarvan eigen personeel

19.068

21.008

1.940

17.578

waarvan inhuur externen

1.311

5.139

3.828

2.218

waarvan overige personele kosten

1.204

831

‒ 373

534

- Materiële kosten

22.188

18.865

‒ 3.323

22.447

waarvan apparaat ICT

1.142

786

‒ 356

740

waarvan bijdrage aan SSO’s

6.080

5.850

‒ 230

6.170

waarvan overige materiële kosten

14.966

12.229

‒ 2.737

15.537

Afschrijvingskosten

1.965

2.293

328

1.949

- Materieel

1.965

2.293

328

1.949

waarvan apparaat ICT

148

108

‒ 40

109

waarvan overige materiële afschrijvingskosten

1.817

2.185

368

1.840

- Immaterieel

0

0

0

0

Overige lasten

0

256

256

waarvan dotaties voorzieningen

0

256

256

waarvan bijzondere lasten

0

0

0

0

Rentelasten

3

7

4

6

Totaal lasten

45.739

48.399

2.660

44.733

     

Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening

0

6.113

6.113

2.995

Agentschapsdeel Vpb-lasten

0

0

0

0

     

Saldo van baten en lasten

0

6.113

6.113

2.995

Mutatie POK/WaU gelden*

0

0

0

0

Saldo van baten en lasten na resultaatbestemming *

0

0

0

0

Toelichting

Baten

Omzet moederdepartement

De omzet van het moederdepartement over 2022 bedraagt € 52,8 miljoen. Hierin is ook een bijdrage opgenomen voor activiteiten in het kader van Werk aan Uitvoering (WaU-gelden). De bijdrage voor verbetering van de informatiehuishouding (Open op Orde) is ook via OCW ontvangen.

De totale baten in 2022 zijn € 54,5 miljoen en € 8,8 miljoen hoger dan begroot.

De stijging ten opzichte van de begroting komt vooral doordat er projectmiddelen voor informatiehuishouding en Werk aan Uitvoering zijn opgenomen in het resultaat over 2022. Daarnaast is er een stijging door onder andere de loon- en prijsbijstellingen in 2022.

Het Nationaal Archief presenteert de doorbetalingen van gelden van OCW aan de regionale historische centra niet in de eigen omzet omdat het NA hierbij een kassiersfunctie vervult.

Omzet derden

De omzet derden is gestegen vanwege bijdragen van derden voor onder andere tentoonstellingen, archiefwerkzaamheden en doorbelastingen van gebruik van het gebouw. De bijdrage van de Provincie Zuid-Holland (€ 0,4 miljoen) is voor het beheer van de archieven Zuid-Holland.

Rentebaten

In de vastgestelde begroting is geen rekening gehouden met rentebaten omdat over direct opneembare tegoeden bij het schatkistbankieren geen rente werd vergoed. In 2022 is € 52.198 aan rentebaten ontvangen.

Tabel 81 Omzetverantwoording agentschap NA

Omzet moederdepartement (x € 1 miljoen)

52,8

waarvan direct gerelateerd aan geleverde producten/diensten

52,8

 

waarvan productgroep/dienstengroep Fysiek archief

12,9

 

waarvan productgroep/dienstengroep Digitaal archief

11,2

 

waarvan productgroep/dienstengroep Publiek

9,5

 

waarvan productgroep/dienstengroep Digitalisering

11,2

 

waarvan productgroep/dienstengroep Kennis en advies

8,0

Lasten

Apparaatskosten

De apparaatskosten bedragen € 45,9 miljoen en zijn circa € 2,1 miljoen hoger dan de begroting. De personele kosten nemen toe door een uitbreiding van de personele bezettingen en door cao-loonstijgingen. Er is meer uitgegeven aan de inhuur van extern personeel. Dit is met name inhuur voor specialistische (ict-)kennis.

Afschrijvingskosten

De afschrijving van de materiële vaste activa bedraagt € 2,3 miljoen en is € 0,3 miljoen hoger dan begroot en de realisatie van 2021.

Tabel 82 Balans per 31 december 2022 (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Balans 2022

Balans 2021

Activa

  

Vaste activa

9.994

10.224

Materiële vaste activa

9.994

10.224

waarvan grond en gebouwen

621

734

waarvan installaties en inventarissen

9.285

9.473

waarvan projecten in uitvoering

0

0

waarvan overige materiële vaste activa

88

18

Immateriële vaste activa

0

0

Vlottende activa

25.799

32.657

Voorraden en onderhanden projecten

41

55

Debiteuren

1.023

79

Overige vorderingen en overlopende activa

1.025

896

Liquide middelen

23.710

31.628

Totaal activa

35.793

42.881

   

Passiva

  

Eigen Vermogen

8.079

5.157

Exploitatiereserve

1.966

2.162

Onverdeeld resultaat

6.113

2.995

Voorzieningen

256

25

Langlopende schulden

  

Leningen bij het Ministerie van Financiën

6.953

7.520

Investeringsbijdrage

0

0

Projectgelden

0

0

Kortlopende schulden

  

Investeringsbijdrage

0

0

Projectgelden

0

0

Crediteuren

1.531

1.047

Belastingen en premies sociale lasten

21

26

Kortlopend deel leningen bij het Ministerie van Financiën

1.167

1.147

Overige schulden en overlopende passiva

17.786

27.959

Totaal passiva

35.793

42.881

Toelichting

Activa

Vaste Activa

De post Installaties en Inventarissen is per saldo met € 0,3 miljoen afgenomen door investeringen en de afschrijvingen hierop.

Vlottende Activa

De vlottende activa dalen doordat de liquide middelen zijn afgenomen. Dit is een gevolg van een terugbetaling aan OCW van liquide middelen die op de balans stonden. Het positieve bedrijfsresultaat over 2022 maakt ultimo 2022 ook onderdeel uit van de liquide middelen.

Tabel 83 Debiteuren (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

2022

2021

Vorderingen op het moederdepartement

Vorderingen op overige departementen

738

Vorderingen op overige debiteuren

285

79

Stand per 31 december

1.023

79

Tabel 84 Overige vorderingen en overlopende activa (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

2022

2021

Nog te ontvangen van moederdepartement

3

Nog te ontvangen op overige departementen

52

Nog te ontvangen van overige organisaties

970

896

Stand per 31 december

1.025

896

Liquide middelen

De liquide middelen bestaan uit de Rekening-Courant met de Rijkshoofdboekhouding (RHB) van het Ministerie van Financiën en een klein saldo kasmiddelen. De liquide middelen zijn afgenomen omdat het bestemmingsfonds voor huisvesting van de RHC’s in overleg met OCW is afgebouwd. Dit bestemmingsfonds wordt volledig in liquide middelen aangehouden. Deze middelen zijn niet vrij te besteden door het Nationaal Archief en zijn als vordering aan OCW op de balans verantwoord. Over de bestemming van de resterende middelen is het NA in overleg met OCW.

Passiva

Eigen Vermogen

Het eigen vermogen bedraagt ultimo 2022 € 8,1 miljoen. Hiermee komt het eigen vermogen boven de maximumomvang van 5 procent van de gemiddelde jaaromzet, berekend over de laatste drie jaar.

Tabel 85 Overzicht vermogensontwikkeling over de jaren 2020 ‒ 2022 (bedragen x € 1.000)
 

2022

2021

2020

Eigen Vermogen

   

Saldo per 1 januari

5.157

4.176

2.135

Onverdeeld resultaat

6.113

2.995

2.136

Overige directe mutaties

Directe vermogensmutatie

   

Bijdrage door moederdepartement

Overige directe mutaties

‒ 3.191

‒ 2.014

‒ 95

Saldo per 31 december

8.079

5.157

4.176

De verdeling van het onverdeeld resultaat over 2022 komt tot uitdrukking in de jaarrekening 2023. Het plafond aan eigen vermogen dat het NA mag aanhouden van 5 procent van de gemiddelde jaaromzet over de afgelopen 3 jaar is € 2,5 miljoen. Omdat er € 8,1 miljoen aan eigen vermogen is, heeft het NA een surplus van € 5,6 miljoen. Dit surplus wordt aan OCW betaald in 2023.

Voorzieningen

De voorzieningen zijn toegenomen. Dit is het saldo van dotaties, onttrekkingen en vrijval van wachtgeldverplichtingen. Er is per saldo voor € 230.000 aan dotatie aan voorzieningen in 2022. Deze hebben betrekking op de voorziening voor verplichtingen aan oud-personeelsleden.

Tabel 86 Voorzieningen (bedragen x € 1.000)
  

Wachtgeld

Reorganisatie

Totaal

Stand 1 januari 2022

25

0

25

Dotatie

256

0

256

Onttrekking

25

0

25

Vrijval

0

0

0

Stand 31 december 2022

256

0

256

Langlopende schulden

De langlopende schulden dalen in 2022 vanwege aflossingen op leningen die zijn afgesloten bij het ministerie van Financiën. Deze werkwijze is passend bij de status van baten-lastenagentschap.

Kortlopende schulden

De crediteuren en nog te betalen bedragen zijn als volgt te specificeren:

Tabel 87 Crediteuren (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

2022

2021

Schulden op het moederdepartement

218

11

Schulden op overige departementen

177

68

Schulden op overige crediteuren

1.137

968

Stand per 31 december

1.531

1.047

Tabel 88 Overige verplichtingen en overlopende passiva (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

2022

2021

Nog te betalen aan moederdepartement

13.955

25.315

Nog te betalen aan overige departementen

219

232

Nog te betalen aan overige organisaties

3.612

2.411

Stand per 31 december

17.786

27.958

De nog te betalen bedragen aan het moederdepartement zijn voornamelijk gelden van de regionale historische centra uit de gevormde bestemmingsfondsen voor huisvesting. Dit geld is van het moederdepartement en direct opvraagbaar. Daarnaast staan in 2022 onder de nog te betalen bedragen aan het moederdepartement, overige departementen en overige organisaties de projectgelden die een kortlopend karakter hebben. Het Nationaal Archief heeft einde 2021 een bijdrage ontvangen van OCW aan het meerjarige project De oorlog voor de rechter.

Tabel 89 Overzicht leningen

lening

hoofdsom

looptijd (in hele jaren)

Rente %

Begindatum

Einddatum

aantal aflostermijnen

openstaande leensom31-12-2022

deel <1 jaar

deel >1 en <5 jaar

deel >5 jaar

3877

600.000

5

2,07%

30-11-2022

30-11-2027

20

600.000

120.000

480.000

3684

950.000

5

0,00%

7-12-2021

7-12-2026

60

760.000

190.000

570.000

3625

400.000

3

0,00%

25-6-2021

25-6-2024

12

200.000

133.333

66.667

3624

1.250.000

5

0,00%

25-6-2021

25-6-2026

20

875.000

250.000

625.000

3623

600.000

10

0,00%

25-6-2021

25-6-2031

40

510.000

60.000

240.000

210.000

3622

5.300.000

15

0,10%

25-6-2021

25-6-2036

60

4.770.000

353.333

1.413.333

3.003.333

3284

600.000

10

0,00%

16-7-2019

16-7-2029

40

405.000

60.000

240.000

105.000

Totaal

      

8.120.000

1.166.667

3.635.000

3.318.333

Tabel 90 Kasstroomoverzicht per 31 december 2022 (bedragen x € 1.000)
  

(1) Vastgestelde begroting

(2) Realisatie

(3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting

1.

Rekening courant RHB 1 januari +  depositorekeningen

15.692

31.628

15.936

 

totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

45.739

53.441

7.702

 

totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

‒ 43.771

‒ 55.560

‒ 11.789

2.

Totaal operationele kasstroom

1.968

‒ 2.119

‒ 4.087

 

totaal investeringen (-/-)

‒ 900

‒ 2.061

‒ 1.161

 

totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

3.

Totaal investeringskasstroom

‒ 900

‒ 2.061

‒ 1.161

 

eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

‒ 3.191

‒ 3.191

 

eenmalige storting door moederdepartement (+)

 

aflossingen op leningen (-/-)

‒ 1.349

‒ 1.147

202

 

beroep op leenfaciliteit (+)

900

600

‒ 300

4.

Totaal financieringskasstroom

‒ 449

‒ 3.738

‒ 3.289

5.

Rekening courant RHB 31 december + stand  depositorekeningen (=1+2+3+4)

16.311

23.710

7.399

Toelichting

In het kasstroomoverzicht wordt voor de operationele kasstroom een uitsplitsing gemaakt naar ontvangsten en uitgaven. De ontvangsten hebben betrekking op bijdragen van het moederdepartement, andere departementen, omzet derden en projectgelden. De uitgaven betreffen betalingen aan personeel en leveranciers voor de reguliere werkzaamheden, maar ook voor projecten. De vastgestelde begroting is niet aangepast, omdat de aanpassing geen consequenties heeft voor de totale operationele kasstroom.

De liquide middelen van het NA zijn in 2022 met circa € 7,9 miljoen afgenomen. Dit is het saldo van een toename die is veroorzaakt door het positieve resultaat en een afname vanwege terugbetalingen aan OCW in 2022.

Tabel 91 Overzicht doelmatigheidsindicatoren per 31 december 2022

Omschrijving

Realisatie

Vastgestelde begroting

 

2019

2020

2021

2022

2022

Generiek Deel

     
      

Gemiddeld gewogen kostprijs per productgroep

     

- de (gem) prijs per m fysiek archief (capaciteit)

15

18

17

18

20

- de (gem) prijs per Terabyte digitaal archief

1.231

1.514

1.191

1.253

1.300

Gemiddeld gewogen uurtarief intern personeel

     

- primaire taken - activiteiten

53

61

58

61

55

Aantal fte

     

- formatie op lumpsum en projecten

207,71

197,82

221,78

275,15

200-210

- formatie Programma Digitale Taken rijksarchieven

0

0

0

0

0

Saldo baten en lasten

201.162

2.135.837

2.995.491

6.113.292

0

Ontwikkeling aantallen bezoekers

     

- bezoekers - tentoonstellingen

18.398

5.486

855

5.456

20.000

- onderwijs

8.922

2.427

1.348

4.931

13.000

- studiezaal - bezoekers

17.121

6.690

6.589

10.139

12.000

- studiezaal - raadplegingen archiefstukken

134.071

83.480

95.691

112.986

100.000

- Website Nationaal Archief

1.601.889

1.921.441

2.065.979

1.921.015

1.500.000

Cijfer bezoeker tevredenheid

7,5

7,5

n.v.t.

n.v.t.

7,5

Voldoen aan webrichtlijnen Rijk

***

***

***

***

***

Beschikbaarheid - bereikbaarheid organisatie

     

- fysieke dienstverlening; geopend:

     

- informatiecentrum en studiezaal

di t/m vr

di t/m vr

di t/m vr

di t/m vr

di t/m vr

- tentoonstelling

di t/m zo

di t/m zo

di t/m zo

di t/m zo

di t/m zo

- ontvangst schoolgroepen

 

ma t/m vr

ma t/m vr

ma t/m vr

ma t/m vr

- Digitale dienstverlening eDepot (basisdienstverlening)

     

- beschikbaarheid (%)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

- helpdesk openingstijden op werkdagen

8:30–17:00

8:30–17:00

8:30–17:00

8:30–17:00

8:30–17:00

Toelichting

Met de opzet en implementatie van het integrale kostprijsmodel werd het mogelijk om per product en dienst de kosten inzichtelijk te maken en de benodigde lumpsum te onderbouwen voor uitvoering van de opgedragen taken.

De kostprijzen per productgroep in de begroting 2022 zijn gebaseerd op het kostprijsmodel 2018.

Het effect van de coronapandemie is terug te zien in het fors gedaalde aantal fysieke bezoekers in de laatste jaren, zowel van de tentoonstellingen als in het kader van onderwijs. Ten opzichte van 2020 en 2021 is er sprake van een toename maar het is nog niet op het niveau van 2019 en daarvoor. Daarentegen is te zien dat het aantal bezoekers van de website op een hoog niveau blijft.

Licence