Base description which applies to whole site

3.5 Pandemische paraatheid

De pandemie heeft geleerd hoe we ons beter kunnen voorbereiden op een eventuele volgende pandemie3334353637. Deze doelstelling kreeg in 2022 verder vorm door de beleidsagenda pandemische paraatheid en het programma dat daarbij hoort. Centraal staat hoe we in de toekomst een pandemie en de effecten daarvan zo goed mogelijk kunnen bestrijden met zo min mogelijk ziektelast en maatschappelijke gevolgen. Daarvoor moet de sturing en regie verbeterd worden, zetten we in op een grotere internationale samenwerking en versterken we kennis en innovatie.

Om de sturing en regie door de minister van VWS in een noodsituatie te verbeteren, is de eerste tranche wijzigingen in de Wet publieke gezondheid naar de Tweede Kamer gestuurd en eind december door haar aangenomen38. Daarmee ontstaat een wettelijke grondslag zodat we collectieve maatregelen kunnen nemen bij een uitbraak van een pandemische infectieziekte. Het Nationaal actieplan versterken zoönosenbeleid is opgesteld. Het actieplan strekt zich uit over de volle breedte van One Health (leefomgeving, veterinair en humaan), nationaal en internationaal, en richt zich op preventie, detectie en respons. Ook is in 2022 een start gemaakt met versterking van monitoring en surveillance van infectieziekten. De oprichting van de Landelijke functionaliteit infectieziektebestrijding is gestart bij het RIVM om meer regie en kennis beschikbaar te hebben in noodsituaties.

De internationale samenwerking is afgelopen jaar versterkt door de inbreng en rol van Nederland bij de totstandkoming en verbetering van instrumenten op Europees en internationaal niveau voor de pandemiebestrijding. Nederland leverde in 2022 bijdragen aan de Europese gezondheidscrisisorganisatie HERA (Health Emergency preparedness and Response Authority), Pandemic Fund, het kennisprogramma BeReady/Horizon, en donaties aan Coalition for Epidemic Preparedness Innovations (CEPI). Samenwerking in EU verband draagt ook direct bij aan het vergroten van de zelfredzaamheid en wendbaarheid van Nederland in crisissituaties. Daarnaast werkten we mee via het Europese IPCEI39 instrument aan het stimuleren van innovaties in de geneesmiddelensector via diverse inschrijfrondes. De ingediende voorstellen uit de eerste ronde zijn beoordeeld door VWS en voor toetsing aangeboden bij de Europese Commissie.

De investeringen in kennis en innovatie richtten zich in 2022 op drie programma’s die bijdragen aan een meer kennisgefundeerde aanpak door wetenschappers en voor beleidsmakers van een volgende pandemie: ventilatie, detectie en voorspelling en gedrag en maatschappij. Daarnaast is een innovatieprogramma voor therapie-ontwikkeling gestart, zoals geneesmiddelen of vaccins. Hiervoor is een subsidieregeling van Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) geopend zodat academische centra samen met startende bedrijven therapieen, zoals geneesmiddelen of vaccins, voor de bestrijding van een pandemie verder kunnen doorontwikkelen.

Flexibele en opschaalbare zorg en de leveringszekerheid van medische producten zijn geïdentificeerd als twee belangrijke beleidsopgaven. Er is een subsidie verstrekt aan het Zorginkoop Netwerk Nederland voor het inrichten van een meldpunt tekorten en alternatieven database en coördinatie bij tekorten. De subsidieregeling Basis Acute Zorg is opengesteld, opleidende zorginstellingen kunnen een vergoeding krijgen voor ruim 1000 studenten die na 1 juli 2022 starten met de opleiding. Zorgmedewerkers die deze opleiding hebben gevolgd kunnen op verschillende plekken in de acute sector aan de slag. Hierdoor zijn zij breed inzetbaar en kunnen zij indien nodig op verschillende plekken flexibel worden ingezet. De Nationale Zorgreserve kreeg verder vorm met de middelen die hiervoor beschikbaar zijn gekomen vanuit VWS. AEF voerde een onderzoek uit naar wat de beste inrichting is van de nationale zorgreserve en daar gaan we mee aan de slag40. Er is een start gemaakt met de versterking van de hygiëne en infectiepreventie in de langdurige zorg zodat kennis hierover wordt verstrekt. Ook werd er gewerkt aan scenario’s voor zorgcoördinatie en de mogelijkheid van patiëntenspreiding binnen de zorg.

Licence