Totaal toegekend NGF-budget | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | Restant | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal uitgaven NGF-Projecten | 1.152.515 | 0 | 0 | 0 | 8.792 | 67.694 | 195.244 | 880.816 |
Subtotaal uitgaven Open Leermateriaal | 40.020 | 0 | 0 | 0 | 1.606 | 6.199 | 7.972 | 24.243 |
Primair onderwijs | ||||||||
Subsidies | 31.123 | 1.558 | 5.839 | 1.347 | 22.379 | |||
Opdrachten | 1.167 | 128 | 0 | 1.039 | ||||
Voortgezet onderwijs | ||||||||
Subsidies | 6.349 | 6.349 | 0 | |||||
Apparaat kerndepartement | ||||||||
Personeel | 1.381 | 48 | 232 | 276 | 825 | |||
Subtotaal uitgaven Edu-V (Digitaal onderwijs goed geregeld) | 34.273 | 0 | 0 | 0 | 33 | 2.477 | 4.438 | 27.325 |
Primair onderwijs | ||||||||
Subsidies | 30.941 | 2.166 | 4.150 | 24.625 | ||||
Opdrachten | 1.208 | 40 | 0 | 1.168 | ||||
Apparaat kerndepartement | ||||||||
Personeel | 2.124 | 33 | 271 | 288 | 1.532 | |||
Subtotaal uitgaven Ontwikkelkracht | 101.231 | 0 | 0 | 0 | 179 | 7.754 | 22.634 | 70.664 |
Voortgezet onderwijs | ||||||||
Subsidies | 68.963 | 3.758 | 15.499 | 49.706 | ||||
Opdrachten | 23.152 | 35 | 2.302 | 41 | 20.774 | |||
Onderzoek en wetenschapsbeleid | ||||||||
Bekostiging | 4.991 | |||||||
Apparaat kerndepartement | ||||||||
Personeel | 9.116 | 144 | 1.694 | 2.103 | 5.175 | |||
Subtotaal uitgaven Innovatieprogramma Onderwijshuisvesting | 124.202 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.184 | 123.018 |
Voortgezet onderwijs | ||||||||
Subsidies | 121.861 | 856 | 121.005 | |||||
Opdrachten | 0 | 0 | ||||||
Apparaat kerndepartement | ||||||||
Personeel | 2.341 | 328 | 2.013 | |||||
0 | ||||||||
Subtotaal uitgaven Techkwadraat | 145.809 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.670 | 144.139 |
Voortgezet onderwijs | ||||||||
Subsidies | 141.939 | 1.301 | 140.638 | |||||
Opdrachten | 1.255 | 0 | 1.255 | |||||
Apparaat kerndepartement | ||||||||
Personeel | 2.615 | 369 | 2.246 | |||||
Subtotaal uitgaven Collectief laagopgeleiden en laaggeletterden | 7.600 | 0 | 0 | 0 | 181 | 1.526 | 3.269 | 2.624 |
Middelbaar beroepsonderwijs | ||||||||
Subsidies | 4.713 | 1.241 | 2.702 | 770 | ||||
Opdrachten | 2.887 | 181 | 285 | 567 | 1.854 | |||
Subtotaal uitgaven programma Leeroverzicht/Skills | 28.480 | 0 | 0 | 0 | 3.365 | 6.068 | 7.007 | 12.040 |
Middelbaar beroepsonderwijs | ||||||||
Opdrachten | 19.485 | 2.575 | 3.128 | 4.002 | 9.780 | |||
SBB | 8.780 | 790 | 2.940 | 2.790 | 2.260 | |||
Apparaat SZW | ||||||||
Personeel | 215 | 215 | 0 | |||||
Subtotaal uitgaven Nationale Aanpak Professionalisering Leraren | 73.100 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.487 | 71.613 |
Hoger beroepsonderwijs | ||||||||
Subsidies | 65.749 | 227 | 65.522 | |||||
Apparaat kerndepartement | ||||||||
Personeel | 6.655 | 1.239 | 5.416 | |||||
Apparaat VWS | ||||||||
Personeel DUSi | 696 | 21 | 675 | |||||
Subtotaal uitgaven Nationale LLO Katalysator | 167.000 | 0 | 0 | 0 | 900 | 3.777 | 35.403 | 126.920 |
Hoger beroepsonderwijs | ||||||||
Subsidies | 163.287 | 900 | 2.772 | 34.305 | 125.813 | |||
Apparaat kerndepartement | ||||||||
Personeel | 103 | 87 | 16 | 0 | ||||
Apparaat VWS | ||||||||
Personeel DUSi | 3.610 | 1.085 | 1.418 | 1.107 | ||||
Ontvangsten OCW | ||||||||
Ontvangsten (betreft een desaldering, tevens op de subsidie uitgaven) | 0 | ‒ 167 | ‒ 336 | 0 | ||||
Subtotaal uitgaven Digitaliseringsimpuls onderwijs NL | 140.000 | 0 | 0 | 0 | 1.388 | 14.934 | 48.666 | 75.012 |
Hoger beroepsonderwijs | ||||||||
Subsidies | 134.091 | 1.388 | 14.370 | 45.474 | 73.701 | |||
ZBO-bijdragen | 3.567 | 0 | 3.191 | 376 | ||||
Apparaat kerndepartement | ||||||||
Personeel | 151 | 87 | 64 | 0 | ||||
Apparaat VWS | ||||||||
Personeel DUSi | 2.191 | 529 | 727 | 935 | ||||
Ontvangsten OCW | ||||||||
Ontvangsten (betreft een desaldering, tevens op de subsidie uitgaven) | 0 | ‒ 52 | ‒ 790 | |||||
Subtotaal Creative Industries Immersive Impact Coalition (CIIIC) | 102.300 | 731 | 101.600 | |||||
Cultuur | ||||||||
Subsidies | 102.150 | 0 | 0 | 550 | 101.600 | |||
Subsidies (betreffen middelen vanuit de OCW begroting, buiten NGF om) | 0 | 31 | 0 | |||||
Apparaat kerndepartement | ||||||||
Personeel | 150 | 150 | 0 | |||||
Subtotaal uitgaven Biotech boosterreeks | 49.600 | 0 | 0 | 0 | 1.140 | 1.710 | 15.835 | 30.915 |
Onderzoek en wetenschapsbeleid | ||||||||
Subsidies | 49.600 | 1.140 | 1.710 | 15.688 | 31.062 | |||
Apparaat VWS | ||||||||
Personeel DUSi | 147 | 364 | ||||||
Subtotaal uitgaven De revolutie van zelfdenkende moleculaire systemen | 96.900 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4.450 | 21.945 | 70.505 |
Onderzoek en wetenschapsbeleid | ||||||||
Subsidies | 96.900 | 4.450 | 21.945 | 70.505 | ||||
Subtotaal uitgaven Einstein Telescope | 42.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 18.799 | 23.003 | 198 |
Onderzoek en wetenschapsbeleid | ||||||||
Subsidies | 42.000 | 18.799 | 23.003 | 198 |
Toelichting
Open Leermateriaal
Het programma «Impuls Open Leermateriaal» heeft als doel de onderwijskwaliteit op alle niveaus te verbeteren door te investeren in goed gebruik van hoogwaardig open leermateriaal. Dit stelt docenten in staat om beter in te spelen op de individuele behoeften van leerlingen, de motivatie te vergroten en de leerresultaten te verbeteren. Bovendien maakt het gebruik van open leermateriaal het onderwijs flexibeler en efficiënter door samenwerking en gedeelde kennis.
Om de doelstellingen te behalen werkt het programma aan vier samenhangende thema’s: opschaling in gebruik, regie op open, infrastructuur versterken en onderbouwen met kennis en kunde.
Er is een aanzienlijke progressie in het verbinden van scholen aan het programma. Er zijn flinke stappen gezet met de pilotscholen die deelnemen aan de subsidieregeling Impuls Open Leermateriaal. Inmiddels zijn 57 pilotprojecten actief en zijn meer dan 550 scholen betrokken. Het groeiende aantal deelnemers laat zien dat steeds meer scholen aan de slag willen met open leermateriaal. Begin 2024 was het eerste go/no go moment van Impuls Open Leermateriaal, waarna de financiële middelen beschikbaar kwamen tot en met schooljaar 2025-2026.
De Subsidieregeling Impuls Open Leermateriaal is in 2024 opnieuw opengesteld, gericht op specifieke thema’s en het borgen van open leermateriaal in het leermiddelenbeleid van de school. Er is veel animo voor de regeling en dat heeft geleid tot 98 ingediende aanvragen. De beoordelingscommissie informeert de aanvragers uiterlijk eind maart 2025 of hun aanvraag is toegekend.
In het programma zijn naast de pilotprojecten ook andere producten ontwikkeld en verrijkt. Zo zijn er in het afgelopen jaar weer nieuwe collecties (door)ontwikkeld, is een kwaliteitsmodel voor open leermateriaal opgesteld en zijn vanuit het open leerprogramma activiteiten georganiseerd voor leraren, schoolleiders en bestuurders in het werken met open leermateriaal.
Digitaal onderwijs goed geregeld
Door dit project maken scholen met minder inspanning en risico gebruik van digitale toepassingen in het onderwijs. Scholen kunnen op deze manier toekomstbestendig onderwijs bieden en het beste uit hun leerlingen/studenten halen.
In 2024 was het project volop in ontwikkeling. Een belangrijke mijlpaal was de goedkeuring van de eerste versie van het afsprakenstelsel. Dit vormt de basis voor de keurmerken die leveranciers van digitale onderwijs- en leermiddelen zullen gebruiken om aan te tonen dat ze voldoen aan de afspraken voor digitale gegevensuitwisseling. Medio 2024 is het convenant digitale onderwijsmiddelen en privacy (met circa 400 deelnemers en medestanders) overgegaan naar het Edu-V afsprakenstelsel. Het convenant geeft een sectorbrede uitleg hoe er door alle partijen moet worden omgegaan met persoonsgegevens omdat de AVG slechts in algemene bewoordingen weergeeft wat de rechten en verplichtingen van scholen en leveranciers zijn.
Daarnaast is in het najaar 2024 de eerste release uitgevoerd waarin de eerste afspraken uit het afsprakenstelsel zijn geïmplementeerd door meer dan 50 leveranciers. Dit laat zien dat er een breed draagvlak is binnen de sector om samen te werken aan toekomstbestendig digitaal onderwijs. In 2025 zal dit verder worden uitgevoerd.
Ter ondersteuning van deze implementatie zijn in 2024 twee subsidies verleend ter tegemoetkoming aan de deelnemende leveranciers. Er is een meerjarige roadmap opgesteld op basis waarvan gewerkt wordt. In 2025 zal de stichting Edu-V worden opgericht die deze afspraken en standaarden zal beheren en verder ontwikkelen inclusief een nieuwe governancestructuur met raad van toezicht, bestuur en adviesraad.
Ontwikkelkracht
Het programma «Ontwikkelkracht» investeert in het lerend vermogen van het onderwijs. Het programma verschaft ruimte, tijd en kennis door de kracht van de onderwijspraktijk te verbinden met inzichten uit onderzoek. Ontwikkelkracht is in schooljaar 2023-2024 van start gegaan met ruim veertig scholen en is in het schooljaar 2024-2025 al uitgegroeid naar ruim driehonderd. Ieder schooljaar is er ruimte voor meer scholen.
De vier pijlers van het programma zijn in schooljaar 2023-2024 goed opgestart. Na een eerste pilotjaar waarin beide aanpakken kansrijk zijn gebleken, zijn de onderzoeks- en verbetercultuuraanpakken Groeikracht en Transformatieve School in schooljaar 2024-2025 gestart met de onderzoeksfase. De komende jaren wordt per traject gekeken naar het effect van de aanpak op de onderzoeks- en verbetercultuur, het handelen van leraren en de gerealiseerde leerwinst bij leerlingen.
Binnen de pijler kennisdeling wordt kennis uit onderzoek praktisch toepasbaar gemaakt voor scholen. In 2024 zijn onder meer verschillende themapagina’s opgeleverd waaronder Woordenschat en Aanpakken van probleemgedrag en zijn voorbereidingen getroffen voor het opbouwen van een overzicht van effectieve aanpakken. EducationLab is in 2023 van start gegaan met het LerarenLab, gericht op duurzame aanpakken om leraren aan te trekken en te behouden, en het TaalLab, gericht op bewezen effectieve taalaanpakken. Een groeiend aantal scholen en organisaties heeft zich in 2024 aangesloten bij deze eerste twee labs.
Binnen de pijler Expertscholen zijn in schooljaar 2023-2024 de eerste vijf aspirant-expertscholen gestart die in 2024-2025 scholen met een verbetervraag begeleiden. In schooljaar 2024-2025 zijn acht nieuwe aspirant-expertscholen gestart.
De programmaraad Ontwikkelkracht is tweemaal bijeengekomen. Tijdens de bijeenkomst Samen Scholen hebben deelnemende scholen kennis uitgewisseld en werden geïnteresseerde scholen geïnformeerd en geïnspireerd over de mogelijkheden van Ontwikkelkracht.
Innovatieprogramma Onderwijshuisvesting
Het Innovatieprogramma Onderwijshuisvesting richt zich op product- en procesinnovatie binnen scholenbouw die het mogelijk maken schoolgebouwen kwalitatief beter, sneller en kostenefficiënter te bouwen of renoveren. Opgedane kennis wordt breed en open toegankelijk beschikbaar gesteld via bouw- en processtandaarden. Het innovatieprogramma heeft een lerende aanpak door het daadwerkelijk bouwen en renoveren van circa 132 schoolgebouwen binnen primair en voortgezet onderwijs verdeeld over drie tranches. Dit gebeurt vanuit verschillende leerlabs, elk met een eigen thema.
Het Innovatieprogramma heeft in 2024 van het Nationaal Groeifonds voor de eerste tranche € 124,2 miljoen toegekend gekregen. De eerste tranche biedt ruimte voor 28 bouwprojecten verdeeld over drie leerlabs. In 2024 is de programmaorganisatie uitgebreid en het programmabureau ingericht. Ook zijn in het najaar van 2024 regiobijeenkomsten gehouden om het veld te informeren over het Innovatieprogramma. De openstelling van de subsidieregeling voor deelnemende bouwprojecten is vertraagd, waardoor de verwachte kosten voor die regeling niet in 2024 zijn gemaakt. De subsidieregeling is eind 2024 gepubliceerd en medio 2025 opengesteld.
Techkwadraat
Het programma Techkwadraat heeft als doel om dekkend, effectief en kwalitatief technologieonderwijs voor elke leerling in het funderend onderwijs aan te bieden. Het programma heeft drie programmalijnen om dit doel te bereiken. Onderdeel hiervan is een subsidieregeling waarmee scholen, buitenschoolse organisaties en bedrijven in iedere regio impact hebben. Zo kan elke leerling in de praktijk in aanraking komen met technologie, (natuur)wetenschappen (ook wel bèta/exact), techniek en ICT. Ook komt er specifieke ondersteuning voor regio’s en zorgen we ervoor dat regio’s van elkaar kunnen leren. Om die reden ondersteunt het programmabureau de regio’s, worden er bijeenkomsten voor kennisuitwisseling georganiseerd en worden er praktisch toepasbare tools en handvatten gemaakt. Door monitoringsprogramma’s, ontwikkel- en onderzoekstrajecten en peer-review zorgen we voor een regio-overstijgende leercyclus.
De subsidieregeling voor Techkwadraat-regio’s is op 26 november 2024 gepubliceerd en de eerste aanvraagronde loopt van 4 december 2024 tot en met 13 januari 2025. Gedurende het jaar 2024 is de subsidieregeling opgesteld en is de ondersteuning rondom de subsidieregeling georganiseerd. Hiertoe is conform het NGF-plan een projectsubsidie verstrekt aan het Platform Talent voor Technologie (PTvT). Het onderwijsveld is na de zomer geïnformeerd over de regeling en is begonnen met het vormen van Techkwadraatregio’s en de voorbereiding van subsidieaanvragen. PTvT is aan de slag als programmabureau en zorgt voor de ondersteuning van het programma en de Techkwadraatregio’s.
Het eerste half jaar van 2025 zal in het teken staan van de beoordeling en eventuele aanpassing van de ingediende plannen. Doel is dat per schooljaar 2025/2026 de eerste regio’s activiteiten kunnen uitvoeren. Ook met de monitorings- en kennisdelingsactiviteiten van het programma Techkwadraat wordt in 2025 een start gemaakt.
LLO Collectief Laagopgeleiden en Laaggeletterden
In 2024 zijn de geselecteerde pilotregio’s, te weten Zuidoost Brabant en Twente, verder gegaan met het uitvoeren van hun projecten om onderwijsaanbod aan te bieden aan laagopgeleide en/of laaggeletterde deelnemers. Tot peildatum 8 augustus 2024 hebben 244 deelnemers gebruikgemaakt van het scholingsaanbod, daarmee zitten de regio’s op 61% van hun te behalen aantallen. Het landelijke projectleiderschap heeft de samenwerking met landelijke partijen gecontinueerd via een klankbordgroep. Tevens is het ontwikkelen van trainingsmodules doorgezet voor het professionaliseren van docenten, werkgevers en andere professionals op het gebied laaggeletterdheid. De gezamenlijke werkzaamheden op regionaal en landelijk niveau moeten ervoor zorgen dat kandidaten geholpen kunnen worden met hun basis- én vakvaardigheden om zo een betere positie op de arbeidsmarkt te verwerven. In 2024 zijn eveneens de voorbereidingen getroffen voor besluitvorming door het Nationaal Groeifonds over het al dan niet beschikbaar stellen van de voorwaardelijk toegekende middelen. Besluitvorming wordt begin 2025 verwacht.
Leeroverzicht en Skills
Met het investeringsvoorstel «Leeroverzicht en Skills» worden twee programma’s gefinancierd: de doorontwikkeling van het Programma Leeroverzicht (onder regie van het Ministerie van OCW) en het Programma Vaardig met Vaardigheden (onder regie van het Ministerie van SZW). Beide programma’s lopen volgens planning. Voor Leeroverzicht worden elke drie weken verbeteringen doorgevoerd in het zoeken en vinden. Belangrijke mijlpaal is het toevoegen van de Ontwikkelpaden en de SLIM-scholingsregeling die begin 2025 vanuit SZW worden gelanceerd. Op Leeroverzicht is het scholingsaanbod binnen deze sectorale Ontwikkelpaden inzichtelijk en wordt kenbaar gemaakt welke scholing subsidiabel is vanuit de SLIM-scholingssubsidie. Het technisch beheer en de reguliere doorontwikkeling van Leeroverzicht is succesvol overgedragen aan een beheerpartij. Leeroverzicht voert in afstemming met VmV een pilot uit waarmee inzichtelijk wordt hoe competentNL, en de skillstaal die hiermee ontwikkeld wordt, toegepast kan worden. Dit wordt allereerst voor de mbo-sector doorgevoerd. Met deze mijlpaal gaat «skills» voor het eerst van de wat onzichtbare infrastructuur, via toepassingen van derden, de eindgebruiker bereiken. Voor het Programma Leeroverzicht is in totaal € 19,7 miljoen tot en met 2026 beschikbaar, voor het Programma Vaardig met Vaardigheden is dat € 8,8 miljoen.
Nationale Aanpak Professionalisering Leraren (NAPL)
De Nationale Aanpak Professionalisering van Leraren (NAPL) is in januari 2024 van start gegaan, heeft een looptijd van tien jaar en is gefinancierd uit het Nationaal Groeifonds. Het programma heeft als doel een belangrijke impuls te leveren aan de professionalisering van leraren in het po, vo en mbo. In 2024 is € 0,2 miljoen aan subsidies betaald voor de opstartfase.
Nationale Leven Lang Ontwikkelen (LLO)-katalysator
Met de nationale LLO-katalysator wordt een forse impuls gegeven aan de ontwikkeling van het bij-, op- en omscholingsaanbod. De middelen die gemoeid zijn met dit programma, zijn bedoeld voor de mbo-, hbo- en wo-instellingen. In 2024 is € 34,3 miljoen aan subsidies betaald, waarvan € 5,6 miljoen aan de Stichting LLO-Katalysator die verantwoordelijk is voor de uitvoering van het programma en € 28,7 miljoen via de twee subsidieregelingen van het programma (LLO-oplossingen en LLO-professionalisering van de energie- en grondstoffentransitie). In 2024 is € 0,3 miljoen aan opstartsubsidie terugontvangen. Daarnaast is per ultimo in 2024 reeds € 28,1 miljoen aan verplichtingen aangegaan die in 2025-2026 tot betaling zullen komen. Hierdoor is ook € 75,8 miljoen aan middelen als onderuitputting afgeboekt van de begroting en conform de begrotingsregels meegenomen naar 2025 in de 100% Eindejaarsmarge van het investeringsplafond. Er was meer tijd nodig om de verschillende bouwstenen te operationaliseren. De verwachting is dat de onderuitputting ingelopen wordt in 2025 conform schema.
Digitaliseringsimpuls onderwijs NL
Het programma beoogt om doorlopend het beste onderwijs te verzorgen en te faciliteren in leren zonder drempels met behulp van digitalisering en flexibilisering van het vervolgonderwijs (mbo, hbo, wo). Het programma kent twee fases. Fase 1 loopt van 2022 tot en met 2025, fase twee loopt van 2025 tot en met 2031.
In 2024 is voor fase 1 € 45,5 miljoen aan subsidies betaald, waarvan € 43,3 miljoen aan Npuls en € 2,2 miljoen via de CTL-regeling. In 2024 is € 0,8 miljoen aan opstartsubsidie terugontvangen. Daarnaast is per ultimo 2024 reeds € 28,6 miljoen aan verplichtingen aangegaan die in 2025-2026 tot betaling zullen komen. Hierdoor is ook € 31,7 miljoen aan middelen als onderuitputting afgeboekt van de begroting en conform de begrotingsregels meegenomen naar 2025 in de 100% Eindejaarsmarge van het investeringsplafond. Deze middelen worden nog geheel conform de plannen uit de aanvraag besteed aan de uitvoering van het programma, welke in een later stadium verdere invulling krijgen.
Creative Industries Immersive Coalition (CIIIC)
Het project Creative Industries Immersive Impact Coalition (CIIIC) richt zich op het versterken van de bedrijfstak gericht op Immersive Experiences (IX). CIIIC adresseert de knelpunten die een Nederlandse koppositie in IX bedreigen en kijkt naar toepassingen ervan in cultuur, gaming, media en entertainment, evenementen, maakindustrie, gebouwde omgeving en overheidsdiensten.
In 2024 is de voorbereiding voor CIIIC van start gegaan. Het programma wordt ontwikkeld en uitgevoerd door een stevig consortium dat een opkomend, nog niet sterk georganiseerd veld vertegenwoordigt. Het consortium bestaat in de kern uit het ministerie van OCW en vijf uitvoeringsorganisaties: NWO/regieorgaan SIA (NWO/SIA), de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie (SCI), TNO en het TKI ClickNL.
Biotech Booster
Biotech Booster is een uniek verbond van kennisinstellingen en bedrijven om kennis over biotechnologie beter om te zetten in bedrijvigheid en toepassingen. Zo draagt innovatie in biotechnologie maximaal bij aan het oplossen van maatschappelijke uitdagingen in gezondheid, klimaat, energie, landbouw en voeding. Biotech Booster vergroot het toekomstige innovatie- en verdienvermogen. In 2024 is € 15,7 miljoen uitgegeven. Hiervan zijn de eerste subsidies verstrekt voor valorisatie-projecten op het gebied van de biotechnologie. Deze subsidies helpen uitvindingen met veel potentie de komende jaren verder brengen richting een innovatief product of proces, en hebben daarmee nut voor de maatschappij.
De revolutie van zelfdenkende moleculaire systemen
Nederland heeft in het verleden goede keuzes gemaakt door te kiezen voor het met schaal en stabiliteit ontwikkelen van kennis van complexe moleculaire systemen, hetgeen onder andere geleid heeft tot een Nobelprijs voor Ben Feringa. Het begrijpen, manipuleren en synthetiseren van dergelijke systemen zou een doorbraak teweeg brengen naar nieuwe duurzame materialen en energiezuinige oplossingen voor dataopslag en dataverwerking. De ambitie van dit onderzoeksprogramma is om in zeven jaar een ecosysteem rond een volledig geautomatiseerd laboratorium (Robotlab) te ontwikkelen, waarin chemisch onderzoek, hoogwaardige technologie en kunstmatige intelligentie worden gecombineerd. In 2024 is € 21,9 miljoen uitgegeven. In 2024 is een start gemaakt met het ontwikkelen van een nieuwe R&D-infrastructuur, namelijk het Robotlab, en het opzetten van een landelijke Max Planck Research Campus. Er zijn in 2024 een groot aantal samenwerkingsovereenkomsten met private partijen afgesloten, waarbij de eerste commercieel succesvolle toepassingen gerealiseerd zijn. Deze successen maken Big Chemistry een interessante partner voor veel (inter)nationale kennisinstellingen en bedrijven. Via NWO is een Call voor proof-of-concept studies uitgezet om via publiek-private samenwerkingsprojecten commercieel interessante toepassingen te ontwikkelen.
Einstein Telescope
De Einstein Telescope biedt Nederland de unieke kans een wereldwijde leiderschapspositie in te nemen in een nieuw baanbrekend wetenschapsgebied: zwaartekrachtsgolvenonderzoek. De grensregio van Zuid-Limburg is een van de mogelijke locaties voor dit innovatieve observatorium. Huisvesting van de Einstein Telescope in deze regio heeft mogelijk een groot positief gevolg voor de wetenschap, economie en maatschappij. In 2024 is € 23,0 miljoen uitgegeven. Om de kans te vergroten de Einstein Telescope naar de EMR-regio te halen, is een plan opgesteld en onderbouwd door het ET-EMR Projectbureau in Maastricht samen met de partners, onderzoeksinstituut Nikhef en regionale ontwikkelingsmaatschappij LIOF, dat een aantal activiteiten moet worden uitgebreid om de Einstein Telescope naar de EMR te halen. Onderdeel van dit plan zijn het vergroten van het talentaanbod met behulp van een regionale talentagenda, het intensiveren van wetenschappelijk en technologisch leiderschap en van valorisatie met industriepartners.