Base description which applies to whole site

nr. 2MEMORIE VAN TOELICHTING

A. Artikelsgewijze toelichting bij het begrotingswetsvoorstel

Wetsartikel 1

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt, dan wel uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State).

De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om de begrotingsstaat van de Raad van State, de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman, de Kanselarij der Nederlandse Orden, het kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba (IIB) voor het jaar 2006 vast te stellen.

Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor het jaar 2006. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota 2006.

Met de vaststelling van dit wetsartikel worden de uitgaven, verplichtingen en de ontvangsten voor het jaar 2006 vastgesteld. De in de begroting opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht. (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. W. Remkes

INHOUD blz.

B.Begrotingstoelichting3
     
 1.Leeswijzer3
 2.Het beleid5
  2.1.Tabel budgettaire gevolgen van beleid5
  2.2.De artikelen6
    1 Raad van State6
    2 Algemene Rekenkamer15
    3 De Nationale ombudsman19
    4 Kanselarij der Nederlandse Orden24
    5 Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen28
    6 Kabinet van de Gouverneur van Aruba32
   10 Nominaal en onvoorzien36
 3.Verdiepingshoofdstuk37

B. DE BEGROTINGSTOELICHTING

1. Leeswijzer

Algemeen

De begroting van de hoge colleges van staat is met ingang van de begroting 2004 gesplitst in deel IIA en deel IIB. Deel IIA bevat het onderdeel Staten-Generaal en deel IIB bevat de Raad van State, de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman, de Kanselarij der Nederlandse Orden, het kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba. De splitsing is tot stand gekomen naar aanleiding van het verzoek van de Staten-Generaal om de bijzondere positie van de Staten-Generaal zichtbaar te maken in de begroting. De tweede wijziging van de Comptabiliteitswet 2001, waarin de splitsing wordt geformaliseerd, is in voorbereiding.

Inhoud begroting

De kern van de begroting bestaat uit de beleidsagenda en de artikelen. Binnen de context van de bijzondere positie van de Colleges en Kabinetten is gewerkt aan een verbeterslag van de begroting gericht op de verbetering van de informatiewaarde en de toegankelijkheid van de begroting.

Opbouw begroting

De begroting is als volgt opgebouwd:

1 Leeswijzer

2 Het beleid

3 Verdiepingshoofdstuk.

De artikelen zijn ingedeeld in de volgende paragrafen:

1. Algemeen

2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt

3. Speerpunten 2006

4. Context

5. Risico's

6. Tabel budgettaire gevolgen van beleid

7. Operationele doelstellingen en prestatiegegevens

8. Bedrijfsvoeringsparagraaf.

Speerpunten 2006

Aangezien Hoofdstuk II voorgaande jaren geen (tekstuele) beleidsagenda kende is bij de artikelen een paragraaf Speerpunten 2006 opgenomen. Deze dient als tegenhanger voor de beleidsagenda.

Bedrijfsvoeringsparagraaf

Bij de artikelen is om de leesbaarheid te bevorderen tevens de paragraaf over bedrijfsvoering opgenomen. De colleges en kabinetten geven hier de ontwikkelingen ten aanzien van de bedrijfsvoering. Voor de goede orde wordt vermeld dat tussen tussen de Raad van State, de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman, de Kanselarij der Nederlandse Orden, het kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba en het kabinet afspraken zijn gemaakt over het financieel beheer. Uitgangspunt daarbij is dat de colleges en kabinetten in eerste instantie zelf verantwoordelijk zijn voor het beheer en dat de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zich strikt beperkt tot de verantwoordelijkheden waarop hij aanspreekbaar is op basis van de Comptabiliteitswet.

Controle achteraf is daarbij het vangnet om te beoordelen of de Colleges en Kabinetten bij hun beheer binnen de grenzen blijven die de Comptabiliteitswet stelt. Daartoe worden de administraties van de jaarlijks gecontroleerd door de Auditdienst van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Deze controle strekt zich ook uit tot de administratieve organisatie.

In zijn algemeenheid geldt dat in geval een paragraaf niet is ingevuld deze geheel is weggelaten.

2. HET BELEID

2.1. Tabel budgettaire gevolgen van beleid

Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000)
 2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 90 38785 96881 06980 64980 649 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005: 4 1746 37215 7537 2287 228 
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: 579181– 150– 159– 182 
1Raad van State 949172241235231 
2Algemene Rekenkamer 512453115113110 
3De Nationale ombudsman 1441393837 
4Kanselarij der Nederlandse Orden 49126262625 
5Kabinet van de Gouverneur van de 40151514  
 Nederlandse Antillen       
6Kabinet van de Gouverneur van Aruba 266666 
10Nominaal en onvoorzien – 1 141– 592– 592– 591– 591 
Stand ontwerp-begroting 2006:86 90294 18789 71289 16484 47384 46384 448
Opbouw ontvangsten (in € 1 000)
 2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 3 0182 9022 9022 9021 685 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005: 258– 78– 123– 125– 125 
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk:       
Stand ontwerp-begroting 2006:3 7853 2762 8242 7792 7772 7772 777

2.2. De artikelen

ARTIKEL 1: RAAD VAN STATE

1. Algemeen

De Raad van State stelt zich ten doel om door advisering en bestuursrechtspraak bij te dragen aan behoud en versterking van de democratische rechtsstaat.

De Grondwet en de Wet op de Raad van State vormen het wettelijk kader waarbinnen de Raad van State zijn taken verricht. Het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden vormt de grondslag voor zijn werkzaamheden als Raad van State van het Koninkrijk.

2. Begrotingsvoorstellen/kabinetsstandpunt

De begrotingsvoorstellen die de Raad van State heeft ingediend voor de ontwerpbegroting 2006, zijn reeds toegekend bij de Voorjaarsnota (Tweede Kamer, vergaderjaar 2004–2005, 30 105 IIB, nrs. 1 en 2).

De Raad van State neemt kennis van:

– Het kabinetsstandpunt strekkende tot incidentele verlaging van de raming in 2006 met € 0,044 mln in verband met de kosten voor Rijksnet en opvolger Rijksweb.

– Het kabinetsstandpunt strekkende tot incidentele verlaging van de raming in 2006 met € 0,039 mln voor de campagne Werken bij het Rijk.

– Het kabinetsstandpunt strekkende tot verlaging van de raming in 2006 met € 0,001 mln, in 2007 met € 0,003 mln, in 2008 met € 0,006 mln, in 2009 met 0,010 mln en in 2010 met 0,017 mln in verband met lagere WW-lasten voor de overheid (kortere uitkeringsduur).

Voor de genoemde posten geldt dat de ramingsverlagingen naar rato plaatsvinden voor alle departementen alsook voor de hoge colleges van staat en kabinetten.

3. Speerpunten 2006

Advisering

In 2006 zal de Raad van State zich ten aanzien van de advisering over wetgeving richten op de voortgaande verhoging van de kwaliteit van de advisering. Dit valt uiteen in de volgende speerpunten:

– versterken van de kwaliteit van de verplichte advisering;

– toename van onverplicht gevraagde en ongevraagde advisering;

– het realiseren van de door de Raad vastgestelde doorlooptijden;

Bestuursrechtspraak

In 2006 zal de Raad van State zich ten aanzien van de bestuursrechtspraak (met inachtneming van de vastgestelde doorlooptijden) richten op de volgende speerpunten:

– op doelmatige en op kwaliteit gerichte wijze van afdoen van zaken;

– behoud en verbetering van de juridische kwaliteit;

– bewaken van de rechtseenheid;

– betrokkenheid verstevigen bij ontwikkelingen binnen de rechterlijke organisatie en daarbuiten voorzover zij de bestuursrechtspraak raken.

4. Context

De democratische rechtsstaat ontwikkelt zich onder invloed van veranderingen in de maatschappelijke verhoudingen, zowel nationaal als internationaal. Deze wijzigingen hebben gevolgen voor de verhouding tussen wetgever, bestuur en rechter. Die verhouding moet in evenwicht zijn. Als adviseur streeft de Raad ernaar bij te dragen aan het behoud van dat evenwicht. Als bestuursrechter draagt de Raad bij aan dat evenwicht door de uitoefening van bestuursbevoegdheden te confronteren met de eisen die het recht daaraan stelt, zonder daarbij afbreuk te doen aan de democratische legitimatie van het beleid dat het bestuur op grond van die bevoegdheden uitoefent.

De penetratie van de Europese regelgeving in de Nederlandse wetgeving wordt steeds omvangrijker en gaat steeds dieper. Het proces van Europese regelgeving begint in Brussel en eindigt in het Nederlandse Staatsblad. In de huidige opzet van het wetgevingsproces kan de Raad zijn inbreng met betrekking tot de kwaliteit van de wetgeving pas leveren in de fase van omzetting van de op Europees niveau afgesproken regelgeving in Nederlandse wetgeving. Dit is zeker indien het voorstelen voor EU-basisrichtlijnen betreft te laat. Een heroriëntatie op de positie van de Raad in het proces van Europese regelgeving is daarom geboden.

De verhouding tussen Nederland en de Nederlandse Antillen en Aruba en tussen de Europese Unie en de Nederlandse Antillen en Aruba zal ook in 2006 en de daaropvolgende jaren zowel voor advisering als voor bestuursrechtspraak in beweging zijn. Dat heeft ook gevolgen voor de beide taken van de Raad, advisering en bestuursrechtspraak. De samenwerking tussen de instellingen van de landen van het Koninkrijk kan beter. Dat geldt ook voor de Raad van State voor het Koninkrijk.

Naar verwachting zal in de nabije toekomst, naast de Afdeling bestuursrechtspraak, de Afdeling advisering worden ingesteld. Uitgangspunten daarbij zijn verhoging van de kwaliteit van beide taken en ruimte voor toekomstige ontwikkelingen naast garanties voor onafhankelijkheid en onpartijdigheid.

5. Risico's

Een aantal factoren kan het beoogde resultaat van de werkzaamheden van de Raad negatief beïnvloeden. Een risico dat in dit kader onderkend is, wordt hieronder genoemd:

Door een onvoorziene fluctuatie van het zaaksaanbod bij de Afdeling bestuursrechtspraak kan spanning ontstaan tussen de benodigde en beschikbare personele capaciteit. Het risico bestaat dan dat de beoogde doorlooptijden niet gehaald worden. Gevolg daarvan kan zijn dat de rechtszekerheid van de burgers en het bestuur aangetast wordt.

6. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
1: Raad van State2004200520062007200820092010
Verplichtingen44 48450 72848 30148 49243 80443 80043 793
Uitgaven44 54050 72848 30148 49243 80443 80043 793
1.advisering6 6807 2336 9836 9986 9976 9966 995
2.bestuursrechtspraak37 86043 49541 31841 49436 80736 80436 798
waarvan Kamers 1 tot en met 3 29 68728 93231 12226 97526 97226 966
waarvan HBV Asiel 8 1127 1886 1565 7485 8755 875
waarvan HBV Regulier 5 6965 1984 2164 0853 9583 958
Ontvangsten1 7181 8891 4991 4541 4521 4521 452

7.1 Operationele doelstellingen Advisering

operationele doelstelling

a. Versterken van de kwaliteit van de verplichte adviezen;

b. Toename van de onverplichtgevraagde en ongevraagde advisering.

Toelichting

De Grondwet schrijft voor dat de Raad van State wordt gehoord over voorstellen van wet, ontwerpen van algemene maatregelen bestuur en voorstellen tot goedkeuring van verdragen door de Staten-Generaal. De operationele doelstelling inzake verplichte advisering volgt uit dit voorschrift.

Daarnaast kan de Raad door de regering worden gehoord over alle zaken waaromtrent zij dat oordeel nodig acht en de kunnen de Afdelingen van de Raad door de ministers om voorlichting worden gevraagd in zaken van wetgeving en bestuur (onverplicht gevraagde advisering). In deze categorie valt ook de advisering over amendementen en nota's van wijziging op voorstellen van wet.

Ten slotte kan de Raad op eigen initiatief aan de regering voordrachten doen omtrent onderwerpen van wetgeving en bestuur, waaromtrent hij het doen van voorstellen van wet of het uitvaardigen van algemene maatregelen van bestuur wenselijk acht en kan hij van zijn gevoelen doen blijken over aangelegenheden die naar zijn oordeel van bijzondere betekenis zijn (ongevraagde advisering).

motivering

a. In de verplichte advisering zal bijzondere aandacht worden gegeven aan de verhoging van de kwaliteit van de beleidsanalytische toetsing van de voorgelegde voorstellen;

b. De behoefte bij de regering (en de Staten-Generaal) aan de onverplichte advisering en de wenselijkheid van ongevraagde advisering nemen toe, het laatste onder meer – maar zeker niet alleen – door een afname van het collectief geheugen met betrekking tot de beginselen van het staatsrecht en het constitutioneel recht.

activiteiten 2006

a. De versterking van de kwaliteit van de wettelijke verplichte adviezen vindt plaats door:

• een verdieping van de beleidsanalytische toetsing van de voorstellen, waarbij nut en noodzaak en de effectiviteit van wetgeving ex ante getoetst worden;

• het ontwikkelen van een programma voor permanente educatie van Staatsraden en juristen;

• het ontwikkelen van handleidingen waarin de legisprudentie van de Raad over bepaalde onderwerpen wordt vastgelegd en actueel gehouden, met het oog op de consistentie, diepgang en snelheid van de advisering;

• kwaliteitscontrole in de vorm van systematische kennisneming van reacties op de adviezen, zoals de reactie van de regering in het nader rapport en de kritiek van derden, en het destilleren van tendenties uit adviezen.

a. De onverplichte advisering heeft betrekking op de onderstaande activiteiten en aspecten:

Door de regering onverplicht aan de Raad van State gevraagde adviezen

Wetgevingskwaliteitsbeleid: Op voorhand is niet aan te geven over welke specifieke onderwerpen de regering de Raad om advies zal vragen. Te verwachten zijn adviesaanvragen in het kader van de ontwikkeling van het wetgevingskwaliteitsbeleid en in het kader van de «Staat van de Wetgeving», zoals de regering heeft aangekondigd in het kabinetsstandpunt op het eindrapport Van wetten weten»;

Interbestuurlijke verhoudingen: Het kabinet, het Interprovinciaal Overleg en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten hebben een Code interbestuurlijke verhoudingen afgesloten. In die code is een rol voor de Raad van State voorzien in de vorm van het opstellen van een periodieke beschouwing over de interbestuurlijke verhoudingen;

Staten-Generaal: Ten slotte moet rekening worden gehouden met een toename van adviesaanvragen door de regering op verzoek van de Staten-Generaal, zoals over Europese regelgevende agentschappen en over de invloed van de Europese constitutionele orde op de Nederlandse constitutionele orde.

Adviezen op eigen initiatief van de Raad van State

• De mogelijkheden van de Raad om spontaan te adviseren zullen in kaart worden gebracht. In het bijzonder zal daarbij aandacht worden besteed aan de advisering over voorstellen van Europese regelgeving in een vroegtijdig stadium.

Overige activiteiten

Koninkrijksaangelegenheden: De samenwerking tussen de landen van het Koninkrijk verdient blijvende aandacht. De Raad van State kan daaraan een bijdrage leveren door zijn advisering aan de Koninkrijksregering en door het onderhouden van banden met de adviesraden van regeringen van de Nederlandse Antillen en Aruba;

Samenwerking adviesorganen en rechters: De Raad zal de uitvoering van zijn beide taken versterken door een doelgerichte en systematische samenwerking met andere adviesorganen en andere hoogste rechters. Die versterking is een onderdeel van een meer expliciet strategisch beleid, waarin centraal staat het antwoord op de vragen: met wie werkt de Raad samen en waarom, met wie onderhoudt de Raad contacten en waarvoor.

doelgroep

De Nederlandse wetgever en het Nederlandse openbaar bestuur. De Koninkrijkswetgever.

kosten behorend bij operationele doelstelling

In artikelonderdeel 5.1 is de uitgavenraming van de advisering opgenomen.

relevante beleidsnota's/kamerstukken/wetsartikelen

– Staat van de wetgeving: Kabinetsstandpunt op het eindrapport «Van wetten weten» Tweede Kamer, vergaderjaar 2003–2004, 29 349, nr. 1.

– Invloed Europese constitutionele orde op de Nederlandse constitiutionele orde: Handelingen 2004–2005, nr. 86, Tweede Kamer, pag. 5150–5158.

– Europese regelgevende agentschappen, Brief Voorzitter Eerste Kamer aan minister van BuiZa en Eerste Kamer, vergaderjaar 2004–2005, 22 112, G.

– Code interbestuurlijke verhoudingen, Tweede Kamer, vergaderjaar 2004–2005, 29 800 VII, nr. 15.

operationele doelstelling

Het realiseren van de door de Raad vastgestelde doorlooptijden.

motivering

Advisering binnen de vastgestelde doorlooptijd draagt bij aan de kwaliteit van de advisering.

activiteiten 2006

Het optimaliseren van de werkprocessen bij de advisering. In 2006 zal de Raad beschikken over een beschreven administratieve organisatie en beschreven werkprocessen op het vlak van de advisering.

doelgroep

De Nederlandse wetgever en het Nederlandse openbaar bestuur. De Koninkrijkswetgever.

prestatie-indicatoren

 
Soort zakenMaximale doorlooptijd
A zaken (eenvoudig)1 maand
B zaken (enigszins gecompliceerd)2 maanden
C zaken (gecompliceerd)3 maanden
 
Afhandeling adviesaanvragen (in aantallen)Realisatie 2004Planning 2005Planning 2006Planning 2007Planning 2008Planning 2009Planning 2010
Instroom651625675560585585635
Uitstroom643625675560585585635

Voor 2006 en 2010 wordt een verhoogde instroom verwacht, aangezien in het laatste jaar van een regeringsperiode meestal sprake is van een intensivering van de wetgeving. De verwachting voor 2007 is lager in verband met de verkiezingen van de Tweede Kamer in dat jaar. Vanaf 2007 wordt verwacht dat onteigeningen niet meer voor advisering zullen worden aangeboden; de meerjarige verwachting is als gevolg hiervan met 40 zaken per jaar naar beneden bijgesteld.

kosten behorend bij operationele doelstelling

In artikelonderdeel 5.1 is de uitgavenraming van de advisering opgenomen.

7.2 Operationele doelstellingen Bestuursrechtspraak

operationele doelstelling 1

Op doelmatige en op kwaliteit gerichte wijze van afdoen van zaken.

motivering

Korte doorlooptijden dienen voorop te staan. Snelheid, niet alleen vanwege het adagium «justice delayed is justice denied», maar ook ter wille van de slagvaardigheid van het bestuur.

activiteiten 2006

De gestelde normtijden zijn bereikt. Derhalve wordt het bestaande beleid op dat gebied gehandhaafd.

doelgroep

Justitiabelen.

prestatie-indicatoren

 
Doorlooptijden van zaken per Kamer HoofdzakenVoorlopige voorzieningen
1Ruimtelijke Ordening 5213
2Milieu 5213
3Hoger Beroep 4013
4Hoger Beroep Vreemdelingenbewaring en AC52
 asiel en235
 regulier legalisatie4013

Instroom van zaken Kamers 1, 2 en 3

In de onderstaande tabel is de gerealiseerde instroom van zaken voor de Kamers 1, 2 en 3 in het jaar 2004 en instroomverwachting voor 2005 en verdere jaren weergegeven.

De verwachte toename van de instroom van ruimtelijke ordeningszaken is gebaseerd op de wetenschap dat gemeenten momenteel wachten met het vaststellen van bestemmingsplannen tot de reconstructieplannen ingevolge de Reconstructiewet concentratiegebieden in werking zijn getreden en totdat er meer duidelijkheid bestaat over de streekplannen.

Als gevolg van de wijziging van de Wet ruimtelijke ordening is vanaf 2007 de instroom naar verwachting hoger.

 
Instroom zaken Kamers 1, 2 en 3 (in aantallen)Realisatie 2004Planning 2005Planning 2006Planning 2007Planning 2008Planning 2009Planning 2010
Ruimtelijke ordening8158701 0001 4901 4901 4901 490
Milieu2 1452 0502 0502 0502 0502 0502 050
Hoger Beroep2 7202 5102 5102 5102 5102 5102 510

Het effect van instroomverwerking is dat alle zaken binnen de maximale doorlooptijden worden afgedaan. Voor de zaken in eerste en enige aanleg geldt een maximale doorlooptijd van 52 weken. De maximale doorlooptijd van zaken in Hoger Beroep is 40 weken.

Instroom van zaken Kamer 4: Hoger Beroep in Vreemdelingenzaken

Onder het Hoger Beroep in Vreemdelingenzaken (HBV) wordt zowel de instroom van asielzaken, als de instroom van zaken van reguliere vreemdelingenzaken verstaan. De instroom van de zogenaamde bewaringszaken wordt voor 50% toegerekend aan de categorie asiel en voor 50% aan de categorie reguliere vreemdelingenzaken. In de onderstaande tabel is de instroom van zaken bij het HBV verdeeld over deze twee categorieën weergegeven. Voor HBV bedraagt de wettelijk vastgestelde maximale doorlooptijd 23 weken.

 
Instroom zaken Hoger Beroep Vreemdelingen (in aantallen)Realisatie 2004Planning 2005Planning 2006Planning 2007Planning 2008Planning 2009Planning 2010
Asiel4 0223 3462 8252 4142 2542 3042 304
Regulier1 5252 4482 0431 6531 6011 5511 551

De meerjarencijfers komen tot stand in het overleg tussen het ministerie van Justitie en de overige partners in de asielketen. In dit overleg is recent het aanbod van zaken voor het begrotingsjaar 2005 en de daaropvolgende jaren geraamd. De ervaring leert dat ook binnen een jaar de te verwachten instroom van zaken lastig te voorspellen is. Raming en realisatie wijken daarom vaak onderling af.

kosten behorend bij operationele doelstelling

In artikelonderdeel 5.2 is de uitgavenraming van de bestuursrechtspraak opgenomen.

operationele doelstelling 2

Behoud en verbetering van de juridische kwaliteit.

motivering

Bij de visie van de Raad van State op zijn eigen werk staat het begrip kwaliteit centraal. Kwaliteit, niet alleen vanwege de behoefte aan rechtsbescherming, maar ook vanwege de behoefte aan rechtseenheid en rechtsontwikkeling.

activiteiten 2006

• Kwaliteit rechterlijk functioneren

De Raad van State maakt in 2006 een begin met de operationalisering van een kwaliteitssysteem. Dit systeem is gericht op het meetbaar maken van verschillende aspecten van het rechterlijk functioneren die bepalend zijn voor de tevredenheid van de justitiabelen.

• De terugkoppeling

De «terugkoppeling» vindt tot dusverre plaats in het Jaarverslag van de Raad van State. Een meer methodische en systematische aanpak voor doorwerking van de ervaringen van de rechter met gebreken in de wetgeving wordt in gang gezet.

doelgroep

Justitiabelen.

prestatie-indicatoren

In zijn algemeenheid is dat de kwaliteit van het rechterlijk functioneren van de Afdeling bestuursrechtspraak. Deze kwaliteit wordt onderverdeeld in een aantal aspecten:

– Onpartijdigheid en integriteit;

– Deskundigheid;

– Bejegening van justitiabelen;

– Rechtseenheid;

– Snelheid en tijdigheid waarmee zaken worden behandeld.

Deze aspecten maken onderdeel uit van het kwaliteitssysteem dat door de Afdeling wordt ontwikkeld. Een belangrijk deel van deze aspecten wordt getoetst door middel van een klantwaarderingsonderzoek dat in 2005 wordt gehouden.

operationele doelstelling 3

Bewaken van de rechtseenheid.

motivering

Rechtseenheid heeft tot doel de kenbaarheid en voorspelbaarheid van uitspraken te waarborgen.

activiteiten 2006

Binnen de Raad van State invulling geven aan het aangekondigde wetsvoorstel, dat strekt tot de instelling van een gemeenschappelijke rechtseenheidkamer van de Afdeling bestuursrechtspraak, de Centrale Raad voor Beroep en het College van Beroep voor het bedrijfsleven.

doelgroep

Justitiabelen.

kosten behorend bij operationele doelstelling

In artikelonderdeel 5.2 is de uitgavenraming van de bestuursrechtspraak opgenomen.

operationele doelstelling 4

Betrokkenheid verstevigen bij ontwikkelingen binnen de rechterlijke organisatie en daarbuiten voorzover zij de bestuursrechtspraak raken.

motivering

Het op kwalitatieve wijze kunnen invullen van onze rol als appèlrechter.

activiteiten 2006

• Deelname aan Mediationproject;

• Samenwerking met het Gemeenschappelijke Hof van de Nederlandse Antillen en Aruba;

• Participatie in externe juridische inhoudelijke overleggen en in op de bedrijfsvoering gerichte overleggen.

doelgroep

De interne organisatie van de Raad van State.

kosten behorend bij operationele doelstelling

In artikelonderdeel 5.2 is de uitgavenraming van de bestuursrechtspraak opgenomen.

relevante beleidsnota's/kamerstukken/wetsartikelen

Contourennota modernisering rechterlijke organisatie (Tweede Kamer, vergaderjaar 2002–2003, 26 352, nr. 66).

8. Bedrijfsvoeringsparagraaf

In 2006 zal speciale aandacht worden gegeven aan verbetering van het contractenbeheer, het verplichtingenbeheer en de factuurverificatie. Voorts staat het jaar 2006 in het teken van de voorbereidingen van de aansluiting op de gemeenschappelijke personeels- en salarisadministratie voor de Rijksoverheid (P-direkt). De Raad behoudt echter zijn twijfel over nut en noodzaak.

Ook overigens stelt nieuwe regelgeving (bijvoorbeeld VBTB) steeds nadere eisen aan de administratie. Voor de ondersteunende bedrijfsprocessen moeten kengetallen en prestatiecriteria beschikbaar zijn om daarop (intern) te kunnen sturen en om (extern) de mate van doelmatigheid te kunnen vergelijken. Vaak moeten daarvoor op groter detailniveau gegevens worden vastgelegd.

Zulke ontwikkelingen bergen altijd het gevaar in zich van overregulering en bureaucratie, als uitvloeisel waarvan zich een tussenlaag vormt tussen beleid en uitvoering in. Ook de Raad ontsnapt niet aan een stapeling van regels en procedures (de «controletoren»). In 2006 zal daarom opnieuw de afweging worden gemaakt tussen nut en noodzaak, kosten en baten van verschillende verantwoordings- en controlemechanismen. Daarvoor wordt allereerst de rechtstreekse communicatie tussen bestuurder en uitvoerder hersteld en zal vervolgens worden bekeken waar de kosten van het inzetten van het verantwoordings- en controle-instrumentarium en van de nodige capaciteit voor onderhoud en beheer daarvan, kunnen worden beperkt.

ARTIKEL 2: ALGEMENE REKENKAMER

1. Algemeen

De strategie van de Algemene Rekenkamer is door het College van de Algemene Rekenkamer vastgesteld voor de periode 2004 – 2009 (gepubliceerd samen met het Verslag 2003, Tweede Kamer, vergaderjaar 2003–2004, 29 496, nr. 2). Daarin is onder meer de volgende missie geformuleerd:De Algemene Rekenkamer heeft als doel het rechtmatig, doelmatig, doeltreffend en integer functioneren van het Rijk en de daarmee verbonden organen te toetsen en te verbeteren. Daarbij toetst zij ook de nakoming van verplichtingen die Nederland in internationaal verband is aangegaan.

2. Begrotingsvoorstellen/kabinetsstandpunt

Het kabinet stemt in met het voorstel van de Algemene Rekenkamer om de raming 2006 incidenteel te verhogen met met € 0,400 mln in verband met de toetsing van niet financiële beleidsinformatie.

De Algemene Rekenkamer neemt kennis van:

– Het kabinetsstandpunt strekkende tot incidentele verlaging van de raming in 2006 met € 0,044 mln in verband met de kosten voor Rijksnet en opvolger Rijksweb.

– Het kabinetsstandpunt strekkende tot incidentele verlaging van de raming in 2006 met € 0,018 mln voor de campagne Werken bij het Rijk.

– Het kabinetsstandpunt strekkende tot incidentele verlaging van de raming in 2007 met € 0,002 mln, in 2008 met € 0,005 mln, in 2009 met € 0,008 mln en in 2010 met € 0,014 mln in verband met lagere WW-lasten voor de overheid (kortere uitkeringsduur).

Voor de genoemde posten geldt dat de ramingsverlagingen naar rato plaatsvinden voor alle departementen alsook voor de hoge colleges van staat en kabinetten.

3. Speerpunten 2006

Voor de speerpunten en prioriteiten in de werkzaamheden van de Algemene Rekenkamer zij verwezen naar het werkprogramma 2005 (gepubliceerd in maart 2005, Tweede Kamer, vergaderjaar 2004–2005, 30 047, nr. 4) en het werkprogramma 2006 (te publiceren in maart 2006).

4. Context

De Algemene Rekenkamer voorziet de regering, de Staten-Generaal en degenen die verantwoordelijk zijn voor de gecontroleerde organen van op onderzoek en onderzoekservaring gebaseerde informatie. Deze informatie bestaat uit onderzoeksbevindingen, oordelen en aanbevelingen over organisatie, beheer en beleid en is in beginsel publiek toegankelijk. Daarnaast is het haar verantwoordelijkheid om een bijdrage te leveren aan goed openbaar bestuur door kennisuitwisseling en samenwerking in binnen- en buitenland.

5. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
2: Algemene Rekenkamer2004200520062007200820092010
Verplichtingen26 52827 03925 99925 66125 65925 65625 650
Uitgaven26 69127 03925 99925 66125 65925 65625 650
1.recht- en doelmatigheidsbevordering bij het Rijk en verbonden organisaties en institutionele programma's 26 69127 03925 99925 66125 65925 65625 650
Ontvangsten 1 6271 2171 2171 2171 2171 2171 217

De Algemene Rekenkamer genereert ontvangsten voor ondersteuning van rekenkamers van andere landen en audits bij internationale organisaties. De vergoedingen die de Algemene Rekenkamer voor deze activiteiten ontvangt zijn in principe kostendekkend. Met kostendekkendheid wordt bedoeld de vergoeding voor directe uren en reis- en verblijfkosten.

6. Operationele doelstellingen

Functioneren van openbaar bestuur

Onder de noemer «functioneren van openbaar bestuur» richten wij ons onderzoek en onze andere activiteiten op verantwoording en toezicht (pijler I). Het gaat hier om:

– de verantwoording van ministers aan de Tweede Kamer;

– de verantwoording van de rijksoverheid en van instellingen die een band hebben met de rijksoverheid;

– het toezicht van de overheid op de naleving van de wet door instellingen en burgers.

Presteren van het openbaar bestuur

Onder de noemer «presteren van het openbaar bestuur» vallen ons onderzoek en onze andere activiteiten die gericht zijn op de aansluiting van beleid en uitvoering (pijler II). Hier gaat het om vragen als: «wordt het beleid waartoe besloten is, uitgevoerd?», «wordt het goed uitgevoerd?» en «leidt het tot resultaten die bedoeld waren?»

Projecten in binnen- en buitenland en EU

Naast de onderzoeksprojecten doen we een aantal samenwerkings- en ondersteuningsprojecten binnen Nederland (opkomst lokale en provinciale Rekenkamer(functie)s), het Koninkrijk der Nederlanden en in het buitenland. Daarbij werken we samen met rekenkamers uit de hele wereld.

Van de effectdoelen en prestatiedoelen van deze twee pijlers en van de activiteiten in het buitenland kan het volgende overzicht worden gemaakt.

Gerealiseerde en geraamde inzet in dagen per prestatiedoel 2004–2006

 
TerreinEffectdoelstellingenPrestatiedoelstellingenKosten in dagen gerealiseerd 2004Kosten in dagen planning 2005Kosten in dagen raming 2006*
Functioneren openbaar bestuur (Verantwoording en toezicht)Goede begroting en verantwoordingRapporten bij de jaarverslagen5 5047 2116 400
  Staat van de beleids- informatie8931 2441 100
 Sluitende ketens toezicht en verant- woordingEU-Trendrapport660795700
  Verantwoording en toezicht bij rechtspersonen met een wettelijke taak2 7683 1923 000
Overige rechtmatigheidsonderzoeken  7811 4311 100
Subtotaal  10 60613 87312 300
      
Presteren openbaar bestuur (Aansluiting van beleid en uitvoering)Aansluiting van beleid en uitvoeringOnderzoeken naar publieke voorzieningen2 0281 6241 800
  Onderzoeken naar veiligheid1 6081 6541 600
  Onderzoeken naar duurzame ontwikkeling592671600
Overige doelmatigheidsonderzoeken  1 8447581 300
Subtotaal  6 0724 7075 300
      
Projecten in binnen- en buitenland en EUGoed openbaar bestuur over de grenzen Internationale projecten1 5591 5981 600
Subtotaal  1 5591 5981 600
      
Totaal  18 23720 17819 200

* De cijfers voor 2006 zijn berekend door middeling van de cijfers van 2004 en 2005.

Eind 2005 zal het Werkprogramma 2006 worden vastgesteld. Daarin zullen de in 2006 te leveren concrete prestaties worden vastgelegd. In de verantwoording over 2006 kunnen dan de beoogde kosten en prestaties worden afgezet tegen de realisatie.

In 2006 wordt de mid-term evaluatie van de strategie uitgevoerd. Hierin wordt de effectiviteit van de strategie van de Algemene Rekenkamer geanalyseerd. Tevens publiceert de Algemene Rekenkamer jaarlijks «terugblikken», waaruit het effect van de strategie kan worden afgeleid.

7. Bedrijfsvoeringsparagraaf

De Algemene Rekenkamer zal zich ook in 2006 inspannen om te voldoen aan de eisen die rijksbreed worden gesteld aan het financieel beheer, het materieel beheer en de administraties. Eind 2005 zullen in het Werkprogramma 2006 hiervoor verschillende projecten worden benoemd. Het gaat hier vooral om interne projecten waarin de onderzoeksmethodiek en/of de verschillende thema's uit de strategie 2004–2009 worden uitgediept, vaak in de vorm van projecten die niet leiden tot aparte publicaties, maar dienen voor de interne gedachtevorming en handelswijze. In 2006 worden, naast de nog te benoemen activiteiten, de volgende projecten geraamd: «lokale rekenkamers»; «baten-lasten in de praktijk» en «bedrijfsvoering».

Jaarlijks worden bestaande interne processen verder geprofessionaliseerd. Daarnaast worden nieuwe interne processen in gang gezet om onze effectiviteit als Algemene Rekenkamer te vergroten. In het nog op te stellen Werkprogramma 2006 wordt vastgesteld welke interne processen worden uitgevoerd. Twee projecten die doorlopen in 2006 zijn het Documentmanagement en het Audit Management Systeem en de peerreview Algemene Rekenkamer. Het laatste betreft een visitatie door een aantal zusterinstellingen.

ARTIKEL 3: DE NATIONALE OMBUDSMAN

1. Algemeen

Het leveren van een bijdrage aan de rechtsstaat door op verzoek of uit eigen beweging onderzoek te doen naar gedragingen van bestuursorganen van het Rijk en van andere bij of krachtens de wet aangewezen bestuursorganen.

De missie van de Nationale ombudsman is: vanuit onpartijdigheid een open oog en oor hebben voor klachten over de overheid en deze zodanig behandelen dat aan de burger en de overheid recht wordt gedaan, de overheid van klachten leert en dat wordt bijgedragen aan herstel van vertrouwen in de overheid.

2. Begrotingsvoorstellen/kabinetsstandpunt

De begrotingsvoorstellen die de Nationale ombudsman heeft ingediend voor de ontwerpbegroting 2006, zijn reeds toegekend bij de Voorjaarsnota (Tweede Kamer, vergaderjaar 2004–2005, 30 105 IIB, nrs. 1 en 2).

De Nationale ombudsman neemt kennis van:

– Het kabinetsstandpunt strekkende tot incidentele verlaging van de raming in 2006 met € 0,030 mln in verband met de kosten voor Rijksnet en opvolger Rijksweb.

– Het kabinetsstandpunt strekkende tot incidentele verlaging van de raming in 2006 met € 0,008 mln voor de campagne Werken bij het Rijk.

– Het kabinetsstandpunt strekkende tot verlaging van de raming in 2008 met € 0,001 mln, in 2009 met € 0,002 mln en in 2010 met € 0,003 mln in verband met lagere WW-lasten voor de overheid (kortere uitkeringsduur).

Voor de genoemde posten geldt dat de ramingsverlagingen naar rato plaatsvinden voor alle departementen alsook voor de hoge colleges van staat en kabinetten.

3. Speerpunten 2006

De speerpunten in 2006 zijn:

• Bekendmaken dat er een Nationale ombudsman is.

• Behandelen van de circa 12000 individuele klachtbrieven van burgers.

• Onderzoek verrichten uit eigen beweging.

• Kennisuitwisseling en samenwerking met instituten in het buitenland.

4. Context

De Nationale ombudsman kan niet zonder steun van de Tweede Kamer en de overige vertegenwoordigende lichamen zoals provinciale staten en gemeenteraden.

De klachtbehandeling door de Nationale ombudsman concentreert zich op burgers en de bestuursorganen waarover wordt geklaagd.

5. Risico's

Als risico's voor de Nationale ombudsman kunnen worden genoemd:

– Het werkaanbod is niet in balans met de beschikbare middelen, waardoor achterstanden in behandeling kunnen ontstaan.

– Klagers hebben te hoge verwachtingen wat de Nationale ombudsman voor hen kan betekenen.

6. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
3: De Nationale ombudsman2004200520062007200820092010
Verplichtingen8 9779 0798 4778 1768 1758 1748 173
Uitgaven8 9779 0798 4778 1768 1758 1748 173
1. reguliere klachten7 2318 1597 6667 3657 3647 3637 362
2. klachten van lagere overheden7965400000
3. onderzoek1577085454545454
4. communicatie691157714714714714714
5. internationale contacten10214343434343
Ontvangsten971013939393939

7. Operationele doelstellingen

operationele doelstelling behorende bij artikel 3.1

Het op verzoek van burgers onderzoeken van klachten over het optreden van het rijk, de politie, de zelfstandige bestuursorganen en de bestuursorganen van de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie.

motivering

Het betreft de uitvoering van een wettelijke taak.

activiteiten 2006

Er wordt uitgegaan van 10 500 klachten.

doelgroep

Burgers vormen de doelgroep.

prestatie-indicatoren

 
Aantal klachtenRealisatie 2003Realisatie 2004Prognose 2005Prognose 2006
 OutputOutputOutputOutput
 9 22710 12810 50010 500

kosten behorend bij operationele doelstelling

De kosten worden geraamd op € 7 688 000.

relevante wetsartikelen

Artikel 78a lid 1 Grondwet, artikel 9:1 lid 1 Algemene wet bestuursrecht en artikel 1a Wet Nationale ombudsman.

operationele doelstelling behorende bij artikel 3.2

Het op verzoek van burgers onderzoeken van klachten over het optreden van provincies, van waterschappen en van bij de Nationale ombudsman aangesloten gemeenten en gemeenschappelijke regelingen.

motivering

Het betreft de uitvoering van een wettelijke taak.

activiteiten 2006

Er wordt uitgegaan van 1400 klachten.

doelgroep

Burgers vormen de doelgroep.

prestatie-indicatoren

 
 Realisatie 2003Realisatie 2004Prognose 2005Prognose 2006
 OutputOutputOutputOutput
Waterschappen116146145145
Gemeenten8091 0021 1821 182
Provincies52586060
Gemeenschappelijke regelingen10131313
 9871 2191 4001 400

kosten behorend bij operationele doelstelling

De kosten worden geraamd op € 1 200 000 (in 2006 te verrekenen met de desbetreffende decentrale overheid).

relevante wetsartikelen

Artikel 78a lid 1 Grondwet, artikel 9:1 lid 1 Algemene wet bestuursrecht en artikel 1a lid 1b Wet Nationale ombudsman.

operationele doelstelling behorende bij artikel 3.3

Het uit eigen beweging instellen van onderzoek naar het optreden van bestuursorganen die onder de bevoegdheid van de Nationale ombudsman vallen resp. lopende onderzoeken eigener beweging uitbreiden.

motivering

Het betreft de uitvoering van een wettelijke taak.

activiteiten 2006

Het aantal onderzoeken eigener beweging wordt voor 2006 geraamd op 3. Het eigener beweging uitbreiden van lopende onderzoeken wordt voor 2006 geraamd op 15.

doelgroep

Burgers vormen de doelgroep.

kosten behorend bij operationele doelstelling

De kosten worden geraamd op € 55 000.

relevante wetsartikelen

Artikel 78 a lid 1 Grondwet.

operationele doelstelling behorende bij artikel 3.4

Het zorgen voor een actief voorlichtingsbeleid, zodanig dat burgers weten wat de Nationale ombudsman voor hen kan betekenen en dat zij hem weten te vinden.

motivering

Burgers uit alle geledingen van de maatschappij moeten weten dat er een Nationale ombudsman is en dat de Nationale ombudsman klachten over de overheid behandelt. Burgers moeten de Nationale ombudsman ook feitelijk weten te vinden waarbij voorkomen moet worden dat burgers als gevolg van onbekend-heid met de taak van het instituut vergeefs aankloppen.

activiteiten 2006

In het kader van een actief voorlichtingsbeleid wordt in 2006 betaalde communicatie ingezet.

doelgroep

Burgers, intermediairs zoals (rechts)hulpverleners en verwijzende instanties vormen de doelgroepen.

kosten behorend bij operationele doelstelling

De kosten worden geraamd op € 714 000 (waarvan € 405 000 voor betaalde communicatie).

evaluatieonderzoek

De effecten van betaalde communicatie worden jaarlijks geëvalueerd.

operationele doelstelling behorende bij artikel 3.5

Het op initiatief van de Nederlandse regering, de Europese Unie of de Raad van Europa dan wel op verzoek van het betreffende instituut ondersteunen van ombudsman- en vergelijkbare instituten in Midden en Oost Europa, de Balkan en in landen waarmee Nederland historische banden heeft.

motivering

Het bijdragen aan de vorming van goed bestuur, eerbiediging van mensenrechten en versterking van de rechtsstaat.

doelgroep

De doelgroepen zijn ombudsman en vergelijkbare instituten.

kosten behorend bij operationele doelstelling

De kosten worden geraamd op € 143 000 (waarvan € 100 000 in de vorm van Matra gelden en andere subsidies in 2006 worden terugontvangen).

8. Algemene kengetallen

 
Afgedane klachten (in aantallen)Realisatie 2003Realisatie 2004Prognose 2005Prognose 2006
Buitenwettelijke klachten1 6281 6881 7001 700
Binnenwettelijke klachten niet in onderzoek5 8366 5976 9006 900
Binnenwettelijke klachten in onderzoek: interventie en herkansing2 2432 5562 8002 800
Binnenwettelijke klachten in onderzoek: rapport507506500500
Totaal afgedane klachten10 21411 34711 90011 900
 
Doorlooptijden binnenwettelijke klachten in onderzoek: interventie, herkansing en rapport (in%)Realisatie 2003Realisatie 2004Prognose 2005Prognose 2006
tot en met 4 weken24212626
5 tot en met 26 weken53565757
Langer dan 26 weken23231717
 
Doorlooptijden «buitenwettelijke klachten» en «binnenwettelijke klachten niet in onderzoek» (in %)Realisatie 2003Realisatie 2004Prognose 2005Prognose 2006
tot en met 4 weken67626060
5 tot en met 8 weken21242626
Langer dan 8 weken12141414
 
Uitgaven per klacht (bedragen in € 1 000)*Realisatie 2003Realisatie 2004Prognose 2005Prognose 2006
Aantal afgedane klachten10 21411 34711 90011 900
Uitgaven per klacht760706730722

* Uitsluitend de personele en materiële kosten van de Nationale ombudsman, de substituut-ombudsman en de medewerkers van het Bureau Nationale ombudsman zijn opgenomen. Het bedrag per klacht omvat niet de kosten voor postactieven en omvat eveneens niet de huisvestingskosten die door de Rijksgebouwendienst worden gemaakt. De uitgaven van de artikelonderdelen 3.4 en 3.5 zijn buiten beschouwing gebleven.

 
Personele ramingskengetallen (bedragen in € 1 000)Realisatie 2003Realisatie 2004Prognose 2005Prognose 2006
 Aantal Uitgaven per fte Aantal Uitgaven per fte Aantal Uitgaven per fte Aantal Uitgaven Per fte
Nationale ombudsman en substituut2120210221202120
Personeel Algemene Dienst Nationale ombudsman11055111561175711857
 
Materiële ramingskengetal- len (bedragen in € 1 000)*Realisatie 2003Realisatie 2004Prognose 2005Prognose 2006
 AantalUitgaven per fteAantalUitgaven per fteAantalUitgaven per fteAantalUitgaven per fte
 11220113211192412022

* Aantal is inclusief materiële uitgaven voor Nationale ombudsman en substituut-ombudsman.

9. Bedrijfsvoeringsparagraaf

Het jaar 2006 zal in het teken staan van de afronding van de in 2005 ingezette reorganisatie en het implementeren van tijdschrijven. Met de komst van een nieuwe Nationale ombudsman zullen de missie, visies en bedrijfsdoelstellingen tegen het licht worden gehouden en waar nodig bijgesteld. Tevens zal, rekening houdend met de beperkte omvang van de beheersorganisatie van de Nationale ombudsman, aan-dacht worden besteed aan het vergroten van controletechnische functiescheidingen bij het financiële beheer.

ARTIKEL 4: KANSELARIJ DER NEDERLANDSE ORDEN

1. Algemeen

De Kanselarij der Nederlandse Orden werd bij Koninklijk Besluit van 3 juni 1844 ingesteld. De Kanselarij der Nederlandse Orden is de organisatie die:

• het Kapittel voor de Civiele Orden en het Kapittel der Militaire Willems-Orde huisvest en ambtelijk ondersteunt in hun advisering over de voorstellen tot decoratieverlening

• zorg draagt voor het beheer van de versierselen van de onderscheidingen (zie artikelonderdeel 2, decoraties) en voor de correcte verzending ervan aan de betrokken ministeries

• zorgt dat registers worden aangehouden van in het Koninkrijk der Nederlanden onderscheiden personen

• in de persoon van de Kanselier der Nederlandse Orden de zuiverheid en waardigheid.

De werkzaamheden die binnen de Kanselarij worden uitgevoerd vloeien direct voort uit de taakomschrijving van de Kanselier der Nederlandse Orden de taakopdracht aan het Kapittel der Militaire Willems-Orde en aan het Kapittel voor de Civiele Orden.van de orden bewaakt.

Kapittel der Militaire Willems-Orde

De taken van het Kapittel der Militaire Willems-Orde behelzen:

• het adviseren van het Hoofd van het betrokken departement van algemeen bestuur omtrent de voordrachten voor benoeming of bevordering in en ontslag uit de Orde dan wel over aanvragen om in de Orde te worden opgenomen of bevorderd

• het verstrekken van inlichtingen aan het Hoofd van het betrokken departement van algemeen bestuur alsmede het geven van inzage in alle zakelijke gegevens en bescheiden aan deze Departementen

• het aanhouden van registers voor elk der vier klassen van ridders

• het houden van aantekening van verlening van het ordeteken aan onderdelen van de krijgsmacht.

Kapittel der Civiele Orden

Het Kapittel voor de Civiele Orden heeft als adviescollege op landelijk niveau tot taak Onze Minister wie het aangaat te adviseren over het verlenen van onderscheidingen in één van de Civiele Orden.

2. Begrotingsvoorstellen/kabinetsstandpunt

Het kabinet stemt in met het voorstel van de Kanselarij der Nederlandse Orden om de raming 2006 incidenteel te verhogen met € 0,1 mln voor investering in hardware.

De Kanselarij der Nederlandse Orden neemt kennis van het kabinetsstandpunt strekkende tot verlaging van de raming in 2009 en in 2010 met € 0,001 mln in verband met lagere WW-lasten voor de overheid (kortere uitkeringsduur).

3. Speerpunten 2006

Voortzetting van het digitaliseringsproject met als doel samenwerking tussen de diverse actoren in het proces te verbeteren en te vergemakkelijken. De succesvolle pilot met de provincie Zuid-Holland heeft geleid tot het product DAISY, dat thans een voorbeeldfunctie naar de overige provincies en gemeenten heeft. Uiteindelijk dient elk decoratievoorstel langs digitale weg te worden ingediend, bewaakt en behandeld.

4. Context

De Kanselarij der Nederlandse Orden vormt met een aantal instanties een gesloten keten van actoren die leidt tot de (eventuele) toekenning van een koninklijke onderscheiding of anderszins. Tot deze actoren worden gerekend de gemeenten, de provincies, Het Kapittel voor de Civiele Orden, het Kapittel der Militaire Willems-Orde, de ministeries alsmede de verschillende diplomatieke posten – verspreid over de continenten – van het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken. De relatie tussen de actoren is in bestuurlijke zin hiërarchisch van aard (van lokale overheid naar Rijksoverheid) en waarin de Kanselarij der Nederlandse Orden enerzijds een intermediaire doch anderzijds een sterk adviserende rol vervult naar de ministeries in totaliteit.

5. Risico's

De Kanselarij der Nederlandse Orden kent een aantal risico's in de taakuitvoering die in zekere zin van invloed zouden kunnen zijn op de resultaten. Een factor van belang blijft het totaal aantal decoratie-aanvragen van Koninklijke en niet-Koninklijke onderscheidingen op jaarbasis, aangezien dit in belangrijke mate van invloed is op de formatiesterkte, aanschaf van versierselen en daarmee consequentieel voor de begrotingsomvang. Naast de voornoemde bedrijfseconomische factoren zijn er nog factoren van mogelijk politieke of burgerlijke aard die van invloed kunnen zijn de resultaten en waarop het College geen directe invloed heeft.

6. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
4: Kanselarij der Nederlandse Orden2004200520062007200820092010 
Verplichtingen4 1663 2033 1433 0433 0433 0423 042 
Uitgaven3 1343 2033 1433 0433 0433 0423 042 
1. apparaat2 2541 7641 7041 6041 6041 6031 603 
2. decoraties8771 4341 4341 4341 4341 4341 434 
3. riddertoelagen3555555 
Ontvangsten98292929292929 

De Kanselarij der Nederlandse Orden heeft voor het jaar 2006 de beschikking over € 1 596 000 voor de dekking van de apparaatskosten en € 1 416 000 voor de dekking van de decoratiekosten. Voor de riddertoelagen blijft € 5000 gevoteerd.

7. Operationele doelstellingen

operationele doelstelling 1

Voortzetting Digitaliseringstraject (w.o. Daisy, digitale voorstellen en registers, vervanging ICT-materieel)

motivering

• de actoren kunnen hierdoor beter samenwerken

• effectiviteits- en efficiencyvergroting

activiteiten 2006

• scannen van afgehandelde decoratievoorstellen

• offerte en aanbesteding ICT jan-mei 2006

• opzetten Functioneel Ontwerp Dekor II/vervolg Daisy

doelgroep

De interne organisatie en ten aanzien van Daisy tevens op de externe organisatie.

prestatie-indicatoren

Streefwaarde: jaarlijkse opwaardering met ca. 5300 voorstellen, digitaal ontvangst en digitale registers (raadpleging)

Realisatie: vóór september i.v.m. aanwas nieuwe voorstellen voor AG 2007.

kosten behorend bij operationele doelstelling1

Kosten scanapparatuur: € 6180,00 p.j.

Kosten Fac. Zaken: € 28,60 per registermutatie (registratie)

Kosten personeel: p.m. (moet nog worden gemeten)

Kosten ICT-materieel: € 100 000,00 (incidenteel)

relevante beleidsnota's/kamerstukken/wetsartikelen

Archiefwet 1995, Documentair Structuurplan KNO, Functioneel Ontwerp Dekor II en Daisy

operationele doelstelling 2

Interne behandeling van decoratievoorstellen en verstrekking van versierselen.

motivering

De afdeling Toetsing & Advisering (T&A) van de Kanselarij der Nederlandse Orden is belast met de voorbereiding en uitvoering van werkzaamheden ontleend aan de taken van het Kapittel voor de Civiele Orden. De afdeling Facilitaire Zaken (FZ) verricht ondersteunende werkzaamheden.

H.M. de Koningin ondertekent het Koninklijk Besluit (KB) waarna de Minister die het aangaat dit contrasigneert. De ontvangst van een exemplaar van dit KB is voor de Kanselarij der Nederlandse Orden de legitimering (opdracht) om het versiersel met toebehoren uit te geven aan het betrokken ministerie.

activiteiten 2006

• Controle en registratie van decoratievoorstellen (FZ)

• Splitsing van voorstellen op Algemene en Bijzondere Gelegenheid (FZ en T&A)

• Prepareren en uitbrengen van preadviezen mbt voorstellen (T&A)

• Verzenden van definitief advies aan de Minister die het aangaat (T&A en FZ)

• uitlevering van versierselen, doorlopend

• uitlevering van trouwe dienst medailles KL/Klu/Mar, doorlopend

• uitlevering van vrijwilligersmedailles en jaartekens, doorlopend

• uitlevering van officiersdienstkruizen, doorlopend

• uitlevering van overige versierselen, doorlopend

doelgroep

Het speerpunt is gericht op het Kapittel voor de Civiele Orden, welk college de preadviezen behandelt en een zwaarwegend advies uitbrengt.

Het speerpunt is gericht op de externe omgeving, in dit verband hoofdzakelijk de ministeries voor wat betreft de Koninklijke onderscheidingen en voor de overige versierselen de gemeenten.

prestatie-indicatoren

Basiswaarde: gemiddeld 5200 preadviezen

Streefwaarde: gemiddeld 5500 preadviezen

Realisatie: eind februari/begin maart van het lopende decoratiejaar

Basiswaarde: gemiddeld 10 000–12000 stuks per jaar

kosten behorend bij operationele doelstelling

Kosten van T&A: € 1 057 153,001

Kosten van KCO; € 427 420,001

Kosten per uitgebracht advies: € 285,00 gemiddeld2

€ 74 470,00 per jaar (versierselenbeheer)

kosten van versierselen ex Kon. Onderscheidingen: € 52 325 (TDM);

€ 17 652 (Vrijw); € 33 288 voor de Off. Dienstkruizen.

evaluatie onderzoek

De activiteiten van het Kapittel voor de Civiele Orden worden – gelet op het externe karakter van de producten – in het reguliere jaarverslag verwoord. Daarnaast vindt eens per vier jaar een verantwoordingsverslag plaats aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

relevante beleidsnota's/kamerstukken/wetsartikelen

• Reglement op de Orde van de Nederlandse Leeuw en de Orde van Oranje-Nassau

• Wet van 29 september 1815 (instelling van de Orde van de Nederlandse Leeuw)

• Wet van 4 april 1892 (instelling van de Orde van Oranje-Nassau)

• Rijkswet van 15 april 1994 tot wijziging van beide genoemde wetten

• Rijkswet van 10 oktober 1996 tot wijziging van genoemde Rijkswet

• KB van 19 juni 1822, no 92, van 11 februari 1918, no 37, van 02 augustus 1946, Stb. 199 en van 15 augustus 1959, nr. 12 houdende instelling van Erepenning voor Menslievend Hulpbetoon.

• TVA's (technische voorschriften aanschaf)

8. Bedrijfsvoeringsparagraaf

• Het voeren van een adequate voorraad van versierselen en aanverwante artikelen (circa € 1,1 mln voor aanschaf) blijft een zeer belangrijke plaats innemen in de bedrijfsprocessen.Tijdig inspelen op bijzondere gebeurtenissen (zoals verkiezingen) en een actief beleid in het terugvorderen van versierselen maken daarvan deel uit.

• Ten aanzien van het contractbeheer en het materieelbeheer worden nog meer dan voorheen de gegevens uitgesplitst en inzichtelijk(er) gemaakt. De werkprocessen rondom deze twee beheersaspecten worden geoptimaliseerd. Mutaties zijn dan eenvoudiger te verrichten.

• Naast een goed verplichtingenbeheer voert de Kanselarij der Nederlandse Orden ook een dergelijke maar meer gedetailleerde systematiek voor de interne verplichtingen, ook wel budgettering of kostenplaatsen genoemd.

• De beschrijving van de administratieve organisatie wordt actueel gehouden.

ARTIKEL 5: KABINET VAN DE GOUVERNEUR VAN DE NEDERLANDSE ANTILLEN

1. Algemeen

Het Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen (verder: het Kabinet) staat de Gouverneur met raad en daad terzijde bij zijn functioneren als orgaan van het Koninkrijk en als hoofd van de Regering van de Nederlandse Antillen.

De taken van het Kabinet vallen in de volgende delen uiteen: ondersteunen Gouverneur, doorgeleiden tekenstukken, uitvoeringstaken en bedrijfsvoering.

2. Begrotingsvoorstellen/kabinetsstandpunt

Het begrotingsvoorstel dat het Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen heeft ingediend voor de ontwerpbegroting 2006, is reeds toegekend bij de Voorjaarsnota (Tweede Kamer, vergaderjaar 2004–2005, 30 105 IIB, nrs. 1 en 2).

Het Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen neemt kennis van het kabinetstandpunt strekkende tot verlaging van de raming voor in 2009 en in 2010 met 0,001 mln in verband met lagere WW-lasten voor de overheid (kortere uitkeringsduur).

3. Speerpunten 2006

Het werkaanbod wordt bepaald door externe factoren (agenda van de Gouverneur), staatsstukken vanuit de Ministeries, verzoekschriften van burgers ca. Eigen speerpunten zijn hierdoor niet aanwijsbaar.

4. Context

Met de invoering van het Statuut in 1954 zijn bevoegdheden, verplichtingen en verantwoordelijkheden van de Gouverneur als orgaan van het Koninkrijk der Nederlanden geregeld in het «Reglement voor de Gouverneur».

De Gouverneur vertegenwoordigt de regering van het Koninkrijk en waakt daarbij over het algemeen belang van het Koninkrijk en is verantwoordelijk aan de regering hiervan.

Als vertegenwoordiger van de Koningin is de Gouverneur hoofd van de regering van de Nederlandse Antillen. Als hoofd van de regering is de Gouverneur onschendbaar. De Gouverneur oefent de uitvoerende macht uit onder verantwoordelijkheid van de ministers, die verantwoordelijk zijn aan de Staten van de Nederlandse Antillen.

5. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
5: Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen2004200520062007200820092010
Verplichtingen2 7502 5872 5432 5432 5432 5422 542
Uitgaven2 5782 5872 5432 5432 5432 5422 542
1.apparaat 2 5782 5872 5432 5432 5432 5422 542
Ontvangsten188404040404040

6. Operationele doelstellingen

operationele doelstelling 1

Ondersteunen Gouverneur: Het Kabinet analyseert maatschappelijke, politieke, juridische, bestuurlijke, economische, sociale en financiële ontwikkelingen en adviseert de Gouverneur hierover. Het gaat hierbij om een veelheid aan onderwerpen, van belastingwetgeving tot constitutionele verhoudingen, van armoedebeleid tot budgetdiscipline, van privatisering tot NGO-beleid. Het Kabinet is geen beleidsvormend orgaan. De informatieverwerving en analyses zijn uitsluitend bedoeld ter advisering van de Gouverneur.

motivering

De ambtelijke ondersteuning van de Gouverneur is er op gericht dat de Gouverneur zijn taken als Lands- en Koninkrijksorgaan op adequate wijze kan vervullen.

activiteiten 2006

• Drie medewerkers ondersteunen en adviseren de Gouverneur, elk op verschillende terreinen (buitenlandse betrekkingen/defensie, juridisch/bestuurlijk, financieel/economisch/sociaal).

• Het onderhouden van contacten, het vergaren van informatie, het bijwonen van vergaderingen, conferenties, e.d. zij de middelen om de Gouverneur van advies te kunnen voorzien.

• Het schrijven van toespraken.

• Het voorbereiden van en begeleiden bij ontvangsten en bij binnenlandse en buitenlandse dienstreizen.

doelgroep

De Gouverneur van de Nederlandse Antillen.

prestatie-indicatoren

 
Prestaties en productgegevens2002200320042006
(In aantallen)reali-satiereali-satiereali-satiestreefwaarde*
Nota's, brieven en toespraken3 3943 3512 6073 000

* De streefwaarde is afhankelijk van het aantal gelegenheden.

kosten behorend bij operationele doelstelling

De totale apparaatskosten kennen nog geen verbijzondering.

operationele doelstelling 2

Doorgeleiden tekenstukken:

De Gouverneur is belast met het toezicht op de naleving van Rijkswetten, Algemene Maatregelen van Rijksbestuur en Verdragen. In verband hiermee bereidt het Kabinet de toetsing voor van de aan de Gouverneur voorgelegde Antilliaanse (concept-)regelgeving aan het hoger wettelijk kader, Koninkrijksbelangen en algemene beginselen van behoorlijk bestuur.

motivering

Het Kabinet draagt bij aan de rechtstatelijkheid binnen de Nederlandse Antillen. Aangeboden stukken worden tijdig en in correcte vorm aan de Gouverneur ter tekening of ter goedkeuring voorgelegd.

activiteiten 2006

• Toetsen van en doorgeleiden van de aan de Gouverneur voorgelegde Antilliaanse conceptregelgeving en besluiten.

• Volgen van ontwikkelingen in de uitvoering van zowel Lands- en Rijkswetgeving.

doelgroep

De Gouverneur van de Nederlandse Antillen

prestatie-indicatoren

 
Prestaties en productgegevens2002200320042006
(In aantallen)reali-satiereali-satiereali-satiestreefwaarde*
Doorgeleiden Landsverordeningen en besluiten4 4674 9994 5034 500
Doorgeleiden Rijkswetten en verdragen1055076100

* De streefwaarde is afhankelijk van het aantal ingediende verordeningen/besluiten/verdragen.

kosten behorend bij operationele doelstelling

De totale apparaatskosten kennen nog geen verbijzondering.

operationele doelstelling 3

Uit enkele verdragen en Rijkswetten vloeit voort dat de Gouverneur de uitvoering daarvan verzorgt. Hierbij gaat het met name om de Paspoortwet en – voor wat betreft de uitgifte van visa – het Verdrag van Schengen. Het Kabinet bereidt de afkondiging van Rijkswetten en Algemene Maatregelen van Rijksbestuur voor, behandelt de aanvragen voor overvliegvergunningen en voor havenbezoeken, verzoekschriften alsmede voorstellen voor Koninklijke onderscheidingen.

motivering

Aanvragen voor paspoorten en visa worden volgens de geldende voorschriften behandeld. Op de uitgifte van paspoorten door eilandgebieden wordt actief toezicht gehouden.

activiteiten 2006

• Verzorgen van audits bij de eilandgebieden ter verbetering van het proces van de uitgifte van paspoorten.

• Behandelen van aanvragen van paspoorten en visa.

• Behandelen van verzoekschriften waaronder gratieverzoeken, uitleveringen.

• Adviseren en doorgeleiden van voorstellen voor Koninklijke onderscheidingen.

doelgroep

Burgers en andere mogendheden.

prestatie-indicatoren

 
Prestaties en productgegevens2002200320042006
(In aantallen)realisatierealisatierealisatiestreef-waarde*
Paspoorten573541551600
Visa788735683750
Gratieverzoeken  100 
Uitleveringen  25 
Paspoortsignaleringen  121 
Overvliegvergunningen en havenbezoeken  183200
Adviseren en doorgeleiden voorstellen Koninklijke onderscheidingen  56 

* De streefwaarde is afhankelijk van het aantal aanvragen

kosten behorend bij operationele doelstelling

De totale apparaatskosten kennen nog geen verbijzondering.

operationele doelstelling 4

Bedrijfsvoering:

De zorg voor de medewerkers en het beheer van de huisvesting, het secretariaat, de (financiële) administratie, de receptie en het archief maken het gezamenlijk mogelijk dat het Kabinet zijn inhoudelijke taken naar behoren kan uitoefenen. Het Kabinet ondersteunt tevens de huishouding van het Paleis van de Gouverneur.

motivering

Zowel de personele als materiële middelen en faciliteiten dienen adequaat te zijn om alle taken zo efficiënt mogelijk uit te kunnen voeren.

activiteiten 2006

• Het Kabinet zorgt voor adequate personele bezetting en uitvoering van rechtspositionele regelingen van met name de lokale medewerkers.

• Het actualiseren van de administratieve organisatie bij het financieel beheer.

• Het onderhouden van de van het paleis van de Gouverneur.

• Het verbeteren van documentatie en informatievoorziening archiefbeheer in verband met de voortschrijdende digitalisering van documenten.

doelgroep

De Gouverneur en het Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen.

kosten behorend bij operationele doelstelling

De totale apparaatskosten kennen nog geen verbijzondering.

7. Bedrijfsvoering

De bedrijfsvoeringsparagraaf is opgenomen als een operationele doelstelling.

ARTIKEL 6: KABINET VAN DE GOUVERNEUR VAN ARUBA

Artikel 6. Kabinet van de Gouverneur van Aruba

1. Algemeen

Het Kabinet van de Gouverneur van Aruba (verder: het Kabinet) staat de Gouverneur met raad en daad terzijde bij zijn functioneren als orgaan van het Koninkrijk en als hoofd van de Regering van Aruba.

De taken van het Kabinet vallen in drie delen uiteen: inhoudelijke advisering, uitvoering/controle en beheer/ondersteuning.

2. Begrotingsvoorstellen/kabinetsstandpunt

Er zijn door het Kabinet van de Gouverneur van Aruba geen begrotingsvoorstellen ingediend.

Het Kabinet van de Gouverneur van Aruba neemt kennis van het kabinetsstandpunt strekkende tot verlaging van de raming voor in 2010 met € 0,001 mln in verband met lagere WW-lasten voor de overheid (kortere uitkeringsduur).

3. Speerpunten 2006 (vergelijkbaar met de beleidsagenda voor de departementen)

Naar verwachting zal in het jaar 2006 veel aandacht uitgaan naar de besluitvorming in Koninkrijksverband over het rapport Jeserun. Dit zal zeer waarschijnlijk ook gevolgen hebben voor Aruba als land binnen het Koninkrijk. Het kabinet zal extra tijd en aandacht besteden aan de advisering van de Gouverneur op dit punt, dat van groot belang zal zijn voor de toekomstige verhoudingen binnen het Koninkrijk. Hoewel het kabinet niet over een financieel economische adviseur beschikt, zal het kabinet de advisering en ondersteuning van de Gouverneur t.a.v. de financieel-economische aspecten van het beleid van Aruba intensiveren, gezien het grote belang daarvan voor de Arubaanse samenleving.

Waar het de uitvoering van de rijksregelgeving inzake paspoorten en reisdocumenten betreft, zullen burgers van Aruba frequenter en gerichter geïnformeerd worden over de mogelijkheden en onmogelijkheden bij de uitgifte van deze documenten vanwege de Gouverneur. Hierbij zal worden samengewerkt met de betrokken landsdiensten.

Het administratieve proces van het kabinet zal zodanig ingericht worden, dat daaruit meer relevante informatie beschikbaar komt voor de Gouverneur bij de uitoefening van zijn kerntaken als Landsorgaan.

4. Context

Het Kabinet voert zijn taken onder a) en b) uit binnen het kader waarbinnen de Gouverneur zijn taken uitoefent. De belangrijkste regelingen zijn het Statuut van het Koninkrijk, de Staatsregeling Aruba, het Reglement van Orde van de Gouverneur van Aruba en alle vigerende regelgeving van Aruba. Voor het kabinet zijn primair van belang de Rijkswet op het Nederlanderschap, de rijkswetgeving (inclusief de uitvoeringsregelingen) inzake het paspoort en de instructies van de ministers van VNI en BuZa ten aanzien van de visumverlening.

De taken onder c) worden uitgevoerd in het kader van het Beheersbesluit kabinet van de Gouverneur van Aruba en de door de minister van BZK van toepassing verklaarde regelingen ten aanzien van het financiële beheer, de financiële verantwoording en de vigerende regelingen t,a,v, het lokaal personeel.

Met name bij de uitvoering van rijkswetgeving is het kabinet gebonden aan en afhankelijk van de werkwijze van enkele belangrijke diensten in Nederland. Dat zijn in het bijzonder de IND, het agentschap BPR en het ministerie van Buitenlandse Zaken.

5. Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
6: Kabinet van de Gouverneur van Aruba2004200520062007200820092010
Verplichtingen9821 5511 2491 2491 2491 2491 248
Uitgaven9821 5511 2491 2491 2491 2491 248
1.apparaat 9821 5511 2491 2491 2491 2491 248
Ontvangsten 57000000

6. Operationele doelstellingen

operationele doelstelling 1

Ondersteuning van de Gouverneur:

Het kabinet zal bij zijn werkzaamheden gericht op de inhoudelijke ondersteuning van de Gouverneur een duidelijk accent leggen op de twee genoemde beleidsterreinen. In de advisering worden sociaal maatschappelijke, politiek-bestuurlijke, juridische en financieel-economische aspecten van beleid betrokken.

De administratieve organisatie, in het bijzonder een deel van de automatisering, zal zodanig aangepast worden dat gemakkelijker en meer inzicht wordt verkregen in bepaalde kwantitatieve en kwalitatieve aspecten van de taakuitvoering van de Gouverneur. Deze analyses zijn alleen bedoeld voor de advisering van de Gouverneur door het kabinet.

motivering

De ambtelijke ondersteuning van de Gouverneur is er op gericht dat deze zijn taken als Lands- en Koninkrijksorgaan optimaal kan vervullen.

activiteiten 2006

• Twee medewerkers ondersteunen en adviseren. Er is daarbij gedeeltelijk sprake van specialisatie op beleidsterreinen

• Ontwikkelen en implementeren van aangepaste kantoorautomatisering

• Voorbereiden van consultatiegesprekken en overleggen

• Het onderhouden van een netwerk zowel nationaal als in Nederland ten einde de Gouverneur op alle voorkomende terreinen van deskundig advies te kunnen voorzien

• Het schrijven toespraken en het ondersteunen van de Gouverneur in zijn representatieve taken

doelgroep

De Gouverneur van Aruba

kosten behorend bij operationele doelstelling

De apparaatskosten van het kabinet zijn niet uitgesplitst naar afzonderlijke taken van de Gouverneur.

operationele doelstelling 2

Bekrachtiging Landsverordeningen en Landsbesluiten.

motivering

De Gouverneur bekrachtigt als hoofd van de Arubaanse regering landsverordeningen en landsbesluiten. Op grond van zijn taakstelling in het Statuut, de Staatsregeling en het Reglement van Orde van de Gouverneur van Aruba dienen aan de Gouverneur voorgedragen landsverordeningen en landsbesluiten getoetst te worden aan Rijkswetgeving, Algemene Maatregelen van Rijksbestuur en Verdragen. Het kabinet bereidt deze toetsing voor en adviseert de Gouverneur terzake van de verdere afdoening. Daarnaast is de Gouverneur van Aruba in een groot aantal landsbesluiten het bevoegd gezag, en zijn er verschillende landsverordeningen waarin de Gouverneur wordt genoemd als beroepsorgaan. Het kabinet adviseert de Gouverneur in beroepszaken en ondersteunt hem in de functie van bevoegd gezag.

activiteiten 2006

• Toetsen van aan de Gouverneur voorgelegde ontwerp landsverordeningen en landsbesluiten

• Overleg met landsdiensten o.a. met het oog op correcte vorm en formulering

doelgroep

De Gouverneur van Aruba.

prestatie-indicatoren

 
Prestaties en productgegevens20042006
(In aantallen)realisatiestreefwaarde*
Doorgeleiden Landsverordeningen en Landsbesluiten4 6004 500

* De streefwaarde is afhankelijk van het aantal ingediende verordeningen en besluiten.

kosten behorend bij operationele doelstelling

De apparaatskosten van het kabinet zijn niet uitgesplitst naar afzonderlijke taken van de Gouverneur.

operationele doelstelling 3

UitvoeringstakenIn enkele verdragen en (Rijks)wetten is bepaald dat de Gouverneur belast is met de uitvoering. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om de Paspoortwet, het Verdrag van Schengen en de Rijkswet op het Nederlanderschap. Het Kabinet zorgt voor afkondiging van Rijkswetten en Algemene Maatregelen van Rijksbestuur, geeft namens de Gouverneur paspoorten, laissez-passers en visa uit, beoordeelt optieverklaringen, registreert naturalisatieverzoeken en beoordeelt aanvragen voor toestemming voor schepen en luchtvaartuigen die het Arubaanse deel van territorium van het Koninkrijk doorkruizen of willen bezoeken.

motivering

Het kabinet geeft op deze wijze, binnen de grenzen van het door de Gouverneur gegeven mandaat, namens hem invulling aan zijn wettelijke taken.

activiteiten 2006

• Behandelen van aanvragen van paspoorten, nooddocumenten, visa,

• Beoordelen van optieverklaringen en registreren van naturalisatieverzoeken

• Behandelen van verzoeken voor toestemming voor overvliegen/landen en havenbezoeken of ankeren

• Behandelen van gratieverzoeken en uitleveringsverzoeken

Het kan uiteraard voorkomen zijn dat een operationele doelstelling zich niet leent om nader uit te splitsen in activiteiten. U kunt deze regel dan weglaten. Let wel: In dat geval dient de operationele doelstelling wel voldoende SMART geformuleerd te zijn.

doelgroep

Burgers, diplomatieke vertegenwoordigingen van vreemde mogendheden.

prestatie-indicatoren

 
Prestaties en productgegevens20042006
(In aantallen)realisatiestreefwaarde*
Paspoorten250250
Visa216250
Optieverklaringen5760
Naturalisatieverzoeken631650
Uitleveringen2 
Gratieverzoeken20 
Overvliegvergunningen50 

* De streefwaarde is afhankelijk van het aantal aanvragen

kosten behorend bij operationele doelstelling

De apparaatskosten van het kabinet zijn niet uitgesplitst naar afzonderlijke taken van de Gouverneur.

operationele doelstelling 4

Bedrijfsvoering

De zorg voor de medewerkers, het beheer van het kantoor van het kabinet, de ambtswoning van de Gouverneur, het beheer van de financiële administratie en het archief van het kabinet.

motivering

Personele en materiële middelen en faciliteiten dienen zodanig te zijn dat de Gouverneur alle taken kan uitvoeren.

activiteiten 2006

• Het kabinet zorgt voor adequate personele bezetting en uitvoering van rechtspositionele regelingen, in het bijzonder m.b.t. de lokale medewerkers;

• Het actualiseren van de administratieve organisatie

• Het invoeren van een nieuw document registratiesysteem en ordeningssysteem/plan voor het archief van het kabinet

• Het onderhouden van het kantoor van het kabinet en de ambtswoning van de Gouverneur.

Doelgroep

Gouverneur en kabinet van de Gouverneur van Aruba.

Kosten behorend bij operationele doelstelling

De apparaatskosten van het kabinet zijn niet uitgesplitst naar afzonderlijke taken van de Gouverneur.

7. Bedrijfsvoeringsparagraaf

De bedrijfsvoering is opgenomen als een separate doelstelling onder paragraaf 6.

ARTIKEL 10. NOMINAAL EN ONVOORZIEN

Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000)
10: Nominaal en onvoorzien2004200520062007200820092010
Verplichtingen0000000
Uitgaven0000000
1.loonbijstelling        
2.prijsbijstelling        
3.onvoorzien        
4.waarde-overdracht en waarde-overname        
5.taakstellingen        
Ontvangsten0000000

3. VERDIEPINGSHOOFDSTUK

Totaal begroting

Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000)
Totaal IIB begroting2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005:090 38785 96881 06980 64980 649 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005:04 1746 37215 7537 2287 228 
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk:0579181– 150– 159– 182 
Stand ontwerp-begroting 2006:86 90294 18789 71289 16484 47384 46384 448
Opbouw ontvangsten (in € 1 000)
Totaal IIB begroting2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005:03 0182 9022 9022 9021 685 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005:0258– 78– 123– 125– 125 
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: 00000 
Stand ontwerp-begroting 2006:3 7853 2762 8242 7792 7772 7772 777

ARTIKEL 1. RAAD VAN STATE

Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000)
1: Raad van State2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 48 72345 29740 72040 30040 300 
1.1: advisering 6 9786 9356 9356 9356 935 
1.2: bestuursrechtspraak 41 74538 36233 78533 36533 365 
waarvan Kamers 1, 2 en 3 29 75530 36926 67626 68026 680 
waarvan HBV-Asiel 7 2444 7993 9733 6133 613 
waarvan HBV-Regulier 4 7463 1943 1363 0733 073 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005: 1 0562 8327 5313 2693 269 
1.1: advisering 10323232323 
1.2: bestuursrechtspraak 9532 8097 5083 2463 246 
waarvan Kamers 1, 2 en 3 – 646– 1 5464 280132132 
waarvan HBV-Asiel 7332 3672 1632 1172 244 
waarvan HBV-Regulier 8661 9881 065997870 
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: 949172241235231 
1.1: advisering 15225403938 
a. loonbijstelling 2121212121 
b. prijsbijstelling 8910101010 
c. leegboeken artikel 10 IIB 48999 
d. bijdrage Werken bij 't Rijk  – 6    
e. bijdrage Rijksnet en Rijksweb  – 8    
f. CAO budget 2005 38     
g. afroming WW-maatregelen n.a.v. SER-advies    – 1– 2 
1.2: bestuursrechtspraak 797147201196193 
a. loonbijstelling (Kamers 1, 2 en 3) 26933323232 
b. loonbijstelling (HBV-Asiel) 645544 
c. loonbijstelling (HBV-Regulier) 384444 
d. prijsbijstelling (Kamers 1, 2 en 3) 9711199100100 
e. prijsbijstelling (HBV-Asiel) 2417151414 
f. prijsbijstelling (HBV-Regulier) 1612111111 
g. leegboeken artikel 10B (Kamers 1, 2 en 3) 2035373636 
h. bijdrage Werken bij 't Rijk (Kamers 1, 2 en 3)  – 33    
i. bijdrage Rijksnet/Rijksweb (Kamers 1, 2 en 3)  – 36    
j. CAO budget 2005 (Kamers 1 t/m 3) 192     
k. CAO budget 2005 (HBV-Asiel) 47     
l. CAO budget 2005 (HBV-Regulier) 30     
m. WW-maatregelen n.a.v. SER-advies  – 1– 2– 5– 8 
Stand ontwerp-begroting 2006:44 54050 72848 30148 49243 80443 80043 793
1.1: advisering6 6807 2336 9836 9986 9976 9966 995
1.2: bestuursrechtspraak37 86043 49541 31841 49436 80736 80436 798
waarvan Kamers 1, 2 en 3 29 68728 93231 12226 97526 97226 966
waarvan HBV-Asiel 8 1127 1886 1565 7485 8755 875
waarvan HBV-Regulier 5 6965 1984 2164 0853 9583 958
Opbouw ontvangsten (in € 1 000)
1: Raad van State2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 1 7211 6051 6051 6051 605 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005: 168– 106– 151– 153– 153 
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk:       
Stand ontwerp-begroting 2006:1 7181 8891 4991 4541 4521 4521 452

ARTIKEL 2. ALGEMENE REKENKAMER

Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000)
2: Algemene Rekenkamer2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 26 18025 53325 53325 53325 533 
2.1:recht- en doelmatigheidsbevordering bij het Rijk en verbonden organisaties en institutionele programma's 26 18025 53325 53325 53325 533 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005: 34713131313 
2.1:recht- en doelmatigheidsbevordering bij het Rijk en verbonden organisaties en institutionele programma's 34713131313 
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: 512453115113110 
2.1:recht- en doelmatigheidsbevordering bij het Rijk en verbonden organisaties en institutionele programma's 512453115113110 
a. loonbijstelling 24333333333 
b. prijsbijstelling 5555555555 
c. leegboeken artikel 10B 1327293030 
d. niet finaniële beleidsinformatie  400    
e. bijdrage Werken bij 't Rijk  – 18    
f. bijdrage Rijksnet en Rijksweb  – 44    
g. CAO-budget 2005 201     
h. WW-maatregelen n.a.v. SER-advies   – 2– 5– 8 
Stand ontwerp-begroting 2006:26 69127 03925 99925 66125 65925 65625 650
2.1:recht- en doelmatigheidsbevordering bij het Rijk en verbonden organisaties en institutionele programma's26 69127 03925 99925 66125 65925 65625 650
Opbouw ontvangsten (in € 1 000)
2: Algemene Rekenkamer2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 1 2171 2171 2171 2171 217 
Stand ontwerp-begroting 2006:1 6271 2171 2171 2171 2171 2171 217

ARTIKEL 3. DE NATIONALE OMBUDSMAN

Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000)
3: De Nationale ombudsman2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 8 4238 1617 8227 8227 822 
3.1: reguliere klachten 7 5107 3567 0177 0177 017 
3.2: klachten van lagere overheden 00000 
3.3: onderzoek 5454545454 
3.4: communicatie 708708708708708 
3.5: internationale contacten 15143434343 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005: 512315315315315 
3.1: reguliere klachten 512315315315315 
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: 1441393837 
3.1: reguliere klachten 137– 5333231 
a. loonbijstelling 649999 
b. prijsbijstelling 1917161616 
c. leegboeken artikel 10 IIB 47888 
d. bijdrage Werken bij 't Rijk  – 8    
e. bijdrage Rijksnet en Rijksweb  – 30    
f. CAO-budget 2005 50     
g. WW-maatregelen n.a.v. SER-advies    – 1– 2 
3.4: communicatie 66666 
a. prijsbijstelling 66666 
3.5: internationale contacten 1     
a. prijsbijstelling 1     
Stand ontwerp-begroting 2006:8 9779 0798 4778 1768 1758 1748 173
3.1: reguliere klachten7 2318 1597 6667 3657 3647 3637 362
3.2: klachten van lagere overheden796000000
3.3: onderzoek157545454545454
3.4: communicatie691714714714714714714
3.5: internationale contacten1021524343434343
Opbouw ontvangsten (in € 1 000)
3: De Nationale ombudsman2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 3939393939 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005: 62     
Stand ontwerp-begroting 2006:971013939393939

ARTIKEL 4. KANSELARIJ DER NEDERLANDSE ORDEN

Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000)
4: Kanselarij der Nederlandse Orden2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 3 0313 0173 0173 0173 017 
4.1: apparaat 1 6101 5961 5961 5961 596 
4.2:decoraties 1 4161 4161 4161 4161 416 
4.3: riddertoelagen 55555 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005: 123     
4.1: apparaat 123     
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: 49126262625 
4.1: apparaat 31108887 
a. loonbijstelling 132222 
b. prijsbijstelling 44444 
c. leegboeken artikel 10 IIB 12222 
d. duurzame activa ICT  100    
e. CAO-budget 2005 13     
f. WW-maatregelen n.a.v. SER-advies     – 1 
4.2: decoraties 1818181818 
a. prijsbijstelling 1818181818 
Stand ontwerp-begroting 2006:3 1343 2033 1433 0433 0433 0423 042
4.1: apparaat2 2541 7641 7041 6041 6041 6031 603
4.2: decoraties8771 4341 4341 4341 4341 4341 434
4.3: riddertoelagen3555555
Opbouw ontvangsten (in € 1 000)
4: Kanselarij der Nederlandse Orden2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 2929292929 
Stand ontwerp-begroting 2006:98292929292929

ARTIKEL 5. KABINET VAN DE GOUVERNEUR VAN DE NEDERLANDSE ANTILLEN

Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000)
5: Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 2 4822 4882 4882 4882 488 
5.1: apparaat 2 4822 4882 4882 4882 488 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005: 6540404040 
5.1: apparaat 6540404040 
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: 4015151514 
5.1: apparaat 4015151514 
a. loonbijstelling 132222 
b. prijsbijstelling 1111111111 
c. leegboeken artikel 10 IIB 12222 
d. CAO-budget 2005 15     
e. WW-maatregelen n.a.v. SER-advies     – 1 
Stand ontwerp-begroting 2006:2 5782 5872 5432 5432 5432 5422 542
5.1: apparaat2 5782 5872 5432 5432 5432 5422 542
Opbouw ontvangsten (in € 1 000)
5: Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 00000 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005: 4040404040 
Stand ontwerp-begroting 2006:188404040404040

ARTIKEL 6. KABINET VAN DE GOUVERNEUR VAN ARUBA

Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000)
6: Kabinet van de Gouverneur van Aruba2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 1 5131 2431 2431 2431 243 
6.1: apparaat1 5131 2431 2431 2431 243  
Mutaties 1e suppletore begroting 2005: 120000 
6.1: apparaat 12     
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: 266666 
6.1: apparaat 266666 
a. loonbijstelling 131111 
b. prijsbijstelling 54444 
c. leegboeken artikel 10 IIB 01111 
d. CAO budget 2005 8     
Stand ontwerp-begroting 2006:9821 5511 2491 2491 2491 2491 248
6.1: apparaat9821 5511 2491 2491 2491 2491 248
Opbouw ontvangsten (in € 1 000)
6: Kabinet van de Gouverneur van Aruba2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005:000000 
Stand ontwerp-begroting 2006:57000000

ARTIKEL 10. NOMINAAL EN ONVOORZIEN

Opbouw (verpl.=) uitgaven (in € 1 000)
10: Nominaal en onvoorzien2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005: 35229246246246 
10.1: loonbijstelling 192192192192192 
10.2: prijsbijstelling 00000 
10.3: onvoorzien – 16520202020 
10.4: waarde-overdracht en -overname 817343434 
10.5: taakstellingen 00000 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005: 1 106363346345345 
10.1: loonbijstelling 672124140139139 
10.2: prijsbijstelling 277276260260260 
10.3: onvoorzien 165– 20– 20– 20– 20 
10.4: waarde-overdracht en -overname -8– 17– 34– 34– 34 
Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: – 1 141– 592– 592– 591– 591 
10.1: loonbijstelling – 864– 316– 332– 331– 331 
a. verdeling loonbijstelling – 806– 99– 98– 97– 97 
b. leegboeken artikel 10 IIB (deel IIA) – 15– 135– 146– 146– 146 
c. leegboeken artikel 10 IIB (deel IIB) – 43– 82– 88– 88– 88 
b. bijdrage Werken bij 't Rijk  – 98    
c. verdeling bijdrage Werken bij 't Rijk (deel IIA)  33    
d. verdeling bijdrage Werken bij 't Rijk (deel IIB)  65    
e. CAO budget 2005 594     
f. verdeling CAO budget 2005 – 594     
h. afroming WW-maatregelen n.a.v. SER-advies  – 1– 4– 12– 22 
i. verdeling afroming WW-maatregelen  141222 
10.2: prijsbijstelling – 277– 276– 260– 260– 260 
a. verdeling prijsbijstelling – 277– 276– 260– 260– 260 
10.3: onvoorzien 00000 
a. bijdrage Rijksnet  – 127    
b. verdeling Rijksnet  127    
Stand ontwerp-begroting 2006:0000000
10.1: loonbijstelling       
10.2: prijsbijstelling       
10.3: onvoorzien       
10.4: waarde-overdracht en -overname       
10.5: taakstellingen       
Opbouw ontvangsten (in € 1 000)
10: Nominaal en onvoorzien2004200520062007200820092010
Stand ontwerp-begroting 2005:121212121212 
Mutaties 1e suppletore begroting 2005:– 12– 12– 12– 12– 12– 12 
Stand ontwerp-begroting 2006:0000000
Licence