Base description which applies to whole site

1. LEESWIJZER

Het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM) stelt de begroting van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (Begroting hoofdstuk XII) op van de Rijksbegroting en een begroting van het Infrastructuurfonds en het Deltafonds.

Voor u ligt de begroting van het Infrastructuurfonds.

Door een apart fonds voor infrastructuur kan beter invulling worden gegeven aan de doelstellingen zoals genoemd in de wet op het Infrastructuurfonds, te weten het bevorderen van een integrale afweging van prioriteiten en het bevorderen van continuïteit van middelen voor infrastructuur. Zo mag het fonds jaarlijkse saldi (meer of minder uitgaven in enig jaar) overhevelen – in tegenstelling tot de Begroting hoofdstuk XII van IenM – waardoor (kasmatige) vertragingen en versnellingen van projecten niet hoeven te leiden tot budgettaire knelpunten.

Het Infrastructuurfonds wordt voor het grootste deel gevoed door een bijdrage uit de Begroting hoofdstuk XII (artikel 26 Bijdrage Investeringsfondsen). Daarnaast worden voor een aantal projecten uitgaven doorberekend aan derden, zoals andere ministeries, lagere overheden, buitenlandse overheidsinstanties en de Europese Unie (EU)

De begroting bestaat uit de volgende onderdelen:

  • 1. Infrastructuuragenda, waarin de mijlpalen in het lopende infrastructuurprogramma worden gepresenteerd.

  • 2. Productartikelen, waarin per investeringsdomein de begrotingcijfers worden gepresenteerd. Hierin zijn ook de projectoverzichten opgenomen. Een nadere toelichting op deze en alle overige infrastructuurprojecten is te vinden in het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT)-projectenboek 2013.

  • 3. Bijlagen; de volgende bijlagen zijn opgenomen in deze begroting:

    • a. Voeding van het Infrastructuurfonds en begrotingstaat per productartikelonderdeel

    • b. Verdiepingsbijlage; hierin wordt de opbouw van de beschikbare bedragen per productartikel uiteengezet.

    • c. Verwerking Begrotingsakkoord

    • d. Overzichtsconstructie Kustwacht Nederland Nieuwe Stijl

    • e. Begroting Beheer en Onderhoud

    • f. Bijlage naar aanleiding van het Rapport van de Algemene Rekenkamer bij het Jaarverslag 2011 Infrastructuurfonds (Kamerstukken II, 2011/2012, 33 240 A, nr. 2). In de bestuurlijke reactie heeft de minister van IenM toegezegd inzichtelijk te maken hoe de onderbestedingen in de periode 2005–2010 alsnog ten gunste van het spoor komen.

    • g. Lijst met afkortingen.

Groeiparagraaf: wat is nieuw in deze begroting

De begroting is dit jaar gewijzigd door invoering van een nieuwe begrotingsstructuur, verdere doorvoering van het «verantwoord begroten» en maatregelen om meer transparantie te bieden.

Transparantie

In begrotingsonderzoeken en tijdens begrotingsbehandelingen is geconstateerd dat meer transparantie van de begrotingen van IenM wenselijk is. Recent heeft de Tweede Kamer naar aanleiding van het rapport van de Tijdelijke Commissie Onderhoud en Innovatie Spoor deze wens nog eens herhaald.

In de kabinetsreactie op het rapport van de Tijdelijke Commissie Onderhoud en Innovatie spoor (Kamerstukken II, 2011/2012, 32 707, nr. 16) is een pakket maatregelen aangekondigd om de informatievoorziening naar de Tweede Kamer beter en transparanter te maken. De maatregelen zijn – voor zover van toepassing op de begroting – in deze begroting doorgevoerd. Het betreft onder andere het inzichtelijk maken van significante kasschuiven en begrotingsmutaties over een langere periode (tot en met 2028) dan de reguliere meerjarenramingen (t+4).

Verder heeft de vaste Kamercommissie IenM geconstateerd dat met het toedelen van de bijdrage aan het Infrastructuurfonds aan de verschillende beleidsartikelen, veel sterker de inhoudelijke relatie gelegd kan worden tussen beleidsdoelstellingen, de ministeriële verantwoordelijkheid en het geld dat via het Infrastructuurfonds besteed wordt. Hiertoe is een nieuw beleidsartikel, artikel 26 Bijdrage Investeringsfondsen, geïntroduceerd. In de brief van IenM (Kamerstukken II, 2011/2012, 31 865, nr. 42) is verder aangegeven hoe IenM deze relatie wil versterken. In deze begroting is die lijn doorgevoerd.

Deze ontwikkelingen hebben hun uitwerking op de diverse onderdelen van de begroting van het Infrastructuurfonds. De volgende zaken zijn concreet gewijzigd ten opzichte van de begroting van het Infrastructuurfonds van 2012:

  • In de bijlage zijn de uitgaven per modaliteit weergegeven. Daarbij is het verschil met artikel 26 Bijdrage Investeringsfondsen van de Begroting hoofdstuk XII uitgewerkt. Dit verschil betreft voornamelijk de overige ontvangsten van het fonds.

  • De opzet en terminologie van de verschillende artikelen in het Infrastructuurfonds en Deltafonds is conform de brief van IenM (Kamerstukken II, 2011/2012, 31 865, nr. 42) aangepast om meer uniformiteit te brengen in de artikelen. De vernieuwde opzet van de artikelen heeft als gevolg dat het Spoorartikel en de «Rijkswaterstaat-artikelen» wegen en hoofdvaarwegen nu vergelijkbaar van opzet zijn. De in de vorige begrotingen opgenomen projecten en budgetten onder Verkenningen en Planuitwerkingen zijn met ingang van deze begroting ondergebracht onder Aanleg.

  • Op de productartikelen van het Infrastructuurfonds worden onder de desbetreffende tabel «budgettaire gevolgen van de uitvoering» na de begrotingsperiode extracomptabel de budgetten op het niveau van artikelonderdeel weergegeven voor de looptijd tot en met 2028.

  • Mutaties op de beschikbare budgetten worden in de verdiepingsbijlage op hetzelfde detailniveau (artikelonderdeel) tot en met 2028 toegelicht.

  • In deze begroting wordt de nog niet aan sectoren toebedeelde investeringsruimte voor deze en volgende kabinetten tot en met 2028 op artikel 18 Overige uitgaven en ontvangsten van het Infrastructuurfonds geraamd, zodat deze voor de Tweede Kamer zichtbaar en navolgbaar wordt. Dit is ook zichtbaar onder de «extracomptabele» tabellen behorend bij artikel 26 Bijdrage Investeringsfondsen van de Begroting hoofdstuk XII . Zie voor een nadere toelichting op de investeringsruimte de brief over de Structuurvisie Infrastructuur en Milieu (Kamerstukken II, 2010–2011, 32 500 A, nr. 83)

  • De Infrastructuurfonds-artikelen 11 Hoofdwatersystemen en 16 Megaprojecten niet Verkeer en Vervoer, met uitzondering van Project Mainportontwikkeling Rotterdam (PMR)), zijn geconverteerd naar het Deltafonds en de Begroting hoofdstuk XII. In deze Infrastructuurfondsbegroting worden productartikel 11 Hoofdwatersystemen en de artikelonderdelen 16.02 tot en met 16.05 nog tot en met het jaar 2012 weergegeven. In de verdiepingsbijlage is beschreven hoe de conversie heeft plaatsgevonden.

  • Het inzicht in de budgetten van de planuitwerkingen/verkenningenprogramma’s tot en met 2028 wordt verhoogd door de nieuwe tabellen planuitwerking/verkenning in het Infrastructuurfonds en het Deltafonds (zie toelichting hieronder).

  • Significante kasschuiven en begrotingsmutaties worden inzichtelijk en traceerbaar gemaakt in de verdiepingsbijlage. Aangegeven wordt welke artikelen betrokken zijn bij mutaties en de effecten in de tijd worden weergegeven. Dit is voor alle productartikelen van het Infrastructuurfonds gedaan. Naast de financiële toelichting wordt ook een inhoudelijke toelichting gegeven op deze kasschuiven en begrotingsmutaties.

  • Conform de aanbeveling van de Tijdelijke Commissie Onderhoud en Innovatie Spoor worden alle mutaties in de begroting boven een bedrag van € 5 miljoen toegelicht.

Specifiek voor artikel 13 Spoorwegen zijn voorts de volgende wijzigingen doorgevoerd naar aanleiding van de aanbevelingen van de Tijdelijke Commissie Onderhoud en Innovatie Spoor:

  • Voor Beheer, onderhoud en vervanging spoor (artikelonderdeel 13.02) is een meer uitgebreide inhoudelijke toelichting opgenomen op de aanwending van de bijdrage aan ProRail. In deze begroting is een specificatie van de uitgaven opgenomen, die is gelijk getrokken met de specificatie zoals die is opgenomen in het beheerplan en het jaarrekening van ProRail.

  • De onderverdeling van het artikel van het Infrastructuurfonds voor Beheer, onderhoud en vervanging spoor (artikelonderdeel 13.02) is aangepast, zodat dit beter vergelijkbaar is met de gegevens in het beheerplan en de jaarrekening van ProRail.

  • Er is een zichtbare aansluiting gemaakt tussen de uitgaven op het Infrastructuurfonds en de uitgaven van ProRail. Dit is gedaan door de middelen voor ProRail apart zichtbaar te maken bij artikelonderdeel Aanleg (artikel 13.03) en door het opnemen van het grafische schema met financiële stromen spoorinfrastructuur.

  • Conform de Kabinetsreactie op het rapport van de Tijdelijke Commissie Onderhoud en Innovatie Spoor is duidelijk aangeven hoe de forfaitaire planningscorrectie op het aanlegprogramma wordt verwerkt.

Tabel planuitwerking/verkenningen

Deze begroting bevat nieuwe tabellen voor programma’s/projecten die zich bevinden in de fase van planuitwerking/verkenning en voor het eerst informatie over de mate van verplichting van het budget. Dit leidt tot meer inzicht in planuitwerking en verkenning, waarmee tevens invulling wordt gegeven aan de toezegging om de budgetflexibiliteit voor de periode tot en met 2028 inzichtelijk te maken. Het hele programma is daartoe per modaliteit ingedeeld in drie categorieën, te weten:

A: «Verplicht»

Hieronder vallen alle projecten/programma’s waar met (bestuurlijke) partijen concrete afspraken over zijn gemaakt over scope/tijd/geld/risico’s met het oog op de realisatie. Doorgaans worden deze neergelegd in bestuursovereenkomsten of convenanten. Daarnaast vallen projecten onder deze categorie, die onvermijdelijk zijn om aan wettelijke normen te kunnen voldoen zijn.

B: «Gebonden»

Deze categorie is voor projecten die niet onder (A) vallen, maar waarbij taakstellende projectbudgetten zijn vastgesteld en extern gecommuniceerd (bijvoorbeeld bij Voorkeursbeslissing), moties/amendementen erover zijn aanvaard en/of globale intentie/procesovereenkomsten zijn gesloten.

C: «Bestemd»

De overige projecten, programma’s, planuitwerkingen, verkenningen, niet zijnde (A) of (B), die geacht worden bij te dragen aan de geformuleerde beleidsdoelen vallen onder deze categorie. Ook bekende risico’s, zoals gemeld in correspondentie richting de Tweede Kamer kunnen hier opgenomen worden. Kenmerkend is dat nog geen politiek vastgestelde budgetten per project beschikbaar zijn. Indien beschikbaar wordt een kostenindicatie/bandbreedte opgenomen.

Deze aanpak is een groeiproces en wordt in de loop van het jaar geëvalueerd en indien nodig in de ontwerpbegroting 2014 aangepast.

Prestatieafspraken Beheer en Onderhoud

Het verkeersmanagement en beheer en onderhoud van het hoofdwegennet (artikel 12) en de hoofdvaarwegen (artikel 15) wordt door Rijkswaterstaat uitgevoerd op basis met de beleidsdiensten gemaakte prestatieafspraken. Voor de periode 2013–2016 zijn met Rijkswaterstaat  nieuwe prestatieafspraken gemaakt. Tevens zijn nieuwe indicatoren opgesteld. Deze nieuwe indicatoren sluiten beter aan op de beleidsdoelen. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de indicatoren zoals opgenomen bij de genoemde artikelen.

Toelichting bij Verdiepingsbijlage

Naar aanleiding van Cie. Kuiken is aan uw Kamer toegezegd dat de significante begrotingsmutaties en kasverschuivingen in de jaarlijkse begrotingscyclus beter inzichtelijk en traceerbaar worden gemaakt. Als invulling van deze toezegging zijn in de begroting 2013 van het Infrastructuurfonds voor het eerst de bijgaande tabellen en toelichtingen opgenomen die dit inzicht beogen te verschaffen. De tabellen geven inzicht in de begrotingsmutaties en kasschuiven over de gehele planperiode tot en met 2028. De majeure en politiek relevante mutaties worden vervolgens nader toegelicht. In de verdiepingsbijlage 2 zijn de jaren 2012 t/m 2017 opgenomen conform de Rijksbegrotingsvoorschriften. In verdiepingsbijlage 8 zijn de mutaties in de periode t/m 2028 opgenomen conform mijn toezeggingen.

Ter verduidelijking een toelichting op de in te tabellen gehanteerde termen/labelling:

  • Intensivering: de mutatie betreft een verhoging van de uitgaven op het artikel(onderdeel)vanuit een ander artikel (bijv. overboeking) of van buiten het fonds (bijv. verhoging fonds uit algemene middelen)

  • Extensivering: de mutatie betreft een verlaging van de uitgaven op het artikel(onderdeel) ten gunste van een ander artikel (bijv. overboeking) of naar buiten het fonds (bijv. taakstelling).

  • Neutraal: de mutatie is op artikelniveau per jaar budgettair neutraal, het betreft een verschuiving tussen artikelonderdelen

  • Inter-temporeel / kasschuif: de mutatie is binnen het artikelonderdeel meerjarig budgettair neutraal, er is sprake van een verschuiving tussen jaren

  • Technisch: de mutatie is financieel-technisch van aard en is budgettair en produktieneutraal (bijv. begrotingsconversie)

De begrotingen van IenM zijn ook digitaal beschikbaar op www.rijksbegroting.nl/.

Als bijstuk bij de begroting van het Infrastructuurfonds wordt ook jaarlijks het MIRT-projectenboek (www.mirtprojectenboek.nl) meegestuurd.

Licence