Base description which applies to whole site

2.1.12 De begroting op hoofdlijnen

In deze paragraaf wordt op hoofdlijnen inzicht gegeven in de samenstelling en ontwikkeling van de uitgaven op begrotingshoofdstuk IX (Financiën en Nationale Schuld). In dit hoofdstuk wordt onderscheid gemaakt tussen de uitgaven van de (niet)beleidsartikelen 1 tot 10 en de beleidsartikelen 11 en 12 welke op transactiebasis zijn.

Beleidsartikelen Departement Financiën

De totale uitgaven voor de artikelen 1 tot en met 10 bedragen ongeveer € 10,9 mld. Hiervan is € 3,0 mld. apparaat (incl. ZBO’s en baten-lastendienst; zie figuur 1) en de rest bestaat uit € 7,9 mld. aan programma-uitgaven (excl ZBO’s en baten- lastendienst; zie figuur 2). De apparaatsuitgaven voor de Belastingdienst wordt in artikel 1 toegelicht en voor het kerndepartement in artikel 8.

Grafiek 1: Verdeling Apparaat binnen Financiën (* € 1 000)

Grafiek 1: Verdeling Apparaat binnen Financiën (* € 1 000)

Grafiek 2: Verdeling programma-uitgaven begroting IX Financiën 2013 (* € 1 000)

Grafiek 2: Verdeling programma-uitgaven begroting IX Financiën 2013 (* € 1 000)

De programma-uitgaven in totaal zijn € 7,6 mld. De grootste uitgaven zijn:

  • Heffings- en Invorderingsrente € 0,5 mld. (artikel 1);

  • Uitgaven voor de IABF van ongeveer € 2,0 mld. (artikel 3);

  • Kapitaalstorting aan het ESM van € 1,8 mld. (artikel 4);

  • Btw-compensatiefonds van € 2,9 mld. (artikel 6).

Grafiek 3: Niet-belastingontvangsten in € 1 000

Grafiek 3: Niet-belastingontvangsten in € 1 000

Voor 2013 is € 6,7 mld begroot aan niet-belastingontvangsten. De belangrijkste ontvangsten zijn (zie figuur 3):

  • Heffings- en invorderingsrente € 0,5 mld. (artikel 1);

  • Boetes en schikkingen en doorbelasten kosten

    vervolging € 0,3 mld (artikel 1);

  • Premies interbancaire leningen € 0,2 mld (artikel 2);

  • Ontvangsten IABF € 1,9 mld (artikel 3);

  • Winstafdracht DNB en Dividenden staatsdeelnemingen

    € 1,7 mld. (artikel 3).

Grafiek 4: Verleende garanties Financiën (* € 1 mld.)

Grafiek 4: Verleende garanties Financiën (* € 1 mld.)

Om bepaald beleid te bewerkstellen heeft de minister van Financiën een aantal garanties verstrekt. De belangrijkste verleende garanties in 2013 zijn (het uitstaande risico, zie figuur 4):

  • Garantiefaciliteit bancaire Leningen € 18,2 mld. (artikel 2);

  • Garantie EFSF van ongeveer € 97,8 mld. (artikel 4);

  • Garanties aan de IFI’s van ongeveer € 63,7 mld. (artikel 4);

  • WAKO garantie van € 14,0 mld. (artikel 2);

  • De Exportkredietverzekering voor ongeveer € 14,7 mld. (artikel 5);

  • Garantie aan het ESM van ongeveer € 35,4 mld. (artikel 4).

Hieronder is een totaaloverzicht van de ontvangsten en uitgaven van de begroting IX Financiën te vinden. De belastingontvangsten worden weergegeven als lijngrafiek.

Grafiek 5: Overzicht Uitgaven en Ontvangsten begroting IX Financiën

Grafiek 5: Overzicht Uitgaven en Ontvangsten begroting IX Financiën

Toelichting

De hoge uitgaven in 2011 en 2012 worden veroorzaakt door de interventies op de financiële markten. De hogere niet-belastingontvangsten in 2011 t/m 2012 komen door de terugbetalingen in het kader van de financiële interventies (o.a. ING securities). De belastingontvangsten laten een stijgende lijn zien, meer informatie hierover is te vinden in de Miljoenennota.

Begroting op hoofdlijnen Nationale Schuld

In deze paragraaf wordt de verwachte staatsschuld aan het einde van ieder jaar weergeven, alsmede de daarbij behorende rentekosten. Het betreft de staatsschuld. De schuldtoerekening vanwege de IABF (Illiquid Asset Backup Facility met ING) en de EFSF (European Financial Stability Facility) zijn niet meegenomen. Deze worden verantwoord in artikel 3.

Grafiek 6: Overzicht Staatsschuld en Rentekosten artikel 11

Grafiek 6: Overzicht Staatsschuld en Rentekosten artikel 11

De omvang van de staatsschuld (artikel 11) ultimo 2013 bedraagt naar verwachting circa € 371 mld. De raming voor de rentekosten in 2013 bedraagt € 10,1 mld. De onderstaande tabel geeft ook de interne schuldverhouding met aan de schatkist gelieerde instellingen weer, zoals Rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT’s), Sociale Fondsen en ZBO’s.

Tabel 1: Kerncijfers ontwerpbegroting en realisaties (in mld. euro's)

 

2011

2012

2013

EMU-schuld

394

434

447

Staatsschuld1 (artikel 11)

330

355

371

Schuldverhouding met ABN AMRO

– 3,8

– 3,8

– 3,8

Interne schuldverhouding (artikel 12)

– 16,1

– 21,5

– 28,9

Rentekosten staatsschuld

10,0

9,9

10,2

       

Rentekosten schuldverhouding ABNAMRO

– 0,2

– 0,2

– 0,1

Rente kosten totaal (artikel 11)

9,8

9,7

10,1

Rentekosten interne schuldverhoudingen (artikel 12)

– 0,5

– 0,4

– 0,4

Rentekosten Totaal (artikelen 11 en 12)

9,3

9,3

9,7

1

Exclusief de schuldtoerekening vanwege de IABF (Illiquid Asset Backup Facility met ING), en EFSF (European Financial Stability Facility). Deze worden verantwoord in artikel 3.

Licence