Base description which applies to whole site

Artikel 12 Hoofdwegennet

Omschrijving van de samenhang in het beleid

Op dit artikel worden de producten op het gebied van Rijkswegen verantwoord. Betreft de onderdelen verkeersmanagement, beheer, onderhoud en vervanging, aanleg, GIV/PPS, netwerkgebonden kosten en de investeringsruimte.

Artikel 12 Hoofdwegennet op het Infrastructuurfonds is gerelateerd aan beleidsartikel 14 Wegen en Verkeersveiligheid op de Begroting hoofdstuk XII.

Budgettaire gevolgen van de uitvoering van art. 12 Hoofdwegennet (x € 1.000)
 

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

Verplichtingen

4.219.392

3.597.124

4.279.533

2.130.479

2.850.416

1.337.420

2.479.548

Uitgaven

2.659.773

2.494.262

2.800.084

2.128.843

1.756.604

2.291.915

2.241.330

Waarvan juridisch verplicht:

   

88%

       

12.01 Verkeersmanagement

30.768

21.794

19.189

20.674

20.258

20.257

20.257

12.02 Beheer, onderhoud en vervanging

567.308

544.784

624.755

566.080

455.869

492.944

483.143

12.02.01 Beheer en onderhoud

474.922

453.912

438.734

408.524

438.526

489.607

483.143

12.02.02 Servicepakket B&O

56.993

           

12.02.04 Vervanging

35.393

90.872

186.021

157.556

17.343

3.337

 

12.03 Aanleg

1.287.083

1.145.954

1.201.347

634.054

479.311

978.381

1.135.101

12.03.01 Realisatie

1.254.021

1.115.127

857.327

528.732

447.876

824.355

531.407

12.03.02 Verkenningen en planuitwerkingen

33.062

30.827

344.020

105.322

31.435

154.026

603.694

12.04 GIV/PPS

335.772

382.652

590.390

556.301

458.852

460.816

258.875

12.06 Netwerkgebonden kosten HWN

438.842

436.844

407.135

389.777

384.270

379.333

376.890

12.06.01 Apparaatskosten RWS

383.570

381.576

354.920

338.143

332.527

327.490

325.047

12.06.02 Overige netwerkgebonden kosten

55.272

55.268

52.215

51.634

51.743

51.843

51.843

12.07 Investeringsruimte

 

– 37.766

– 42.732

– 38.043

– 41.956

– 39.817

– 32.936

Van totale uitgaven

           

– Bijdrage aan agentschap RWS

1.023.726

949.079

891.304

869.048

894.064

934.967

925.565

– Restant

1.636.047

1.545.184

1.908.780

1.259.795

862.539

1.356.948

1.315.766

12.09 Ontvangsten

165.700

127.551

133.839

302.892

139.647

62.084

22.918

Budgetflexibiliteit

Met uitzondering van de verkenning en planuitwerking worden de budgetten in 2014 als juridisch verplicht beschouwd op de peildatum 1 januari 2014. Voor de mate van verplichting van het verkenningen en planuitwerkingsprogramma tot en met 2028 wordt verwezen naar het betreffende projectoverzicht.

Onderstaand zijn de beschikbare budgetten tot en met 2028 per jaar gepresenteerd op artikelonderdeelniveau. De mutaties zijn in de verdiepingsbijlage bij de begroting op hetzelfde detailniveau tot en met 2028 toegelicht.

Bedragen x € 1.000
 

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

12

Hoofdwegen

2.800.084

2.128.843

1.756.604

2.291.915

2.241.330

2.916.274

3.427.133

12.01

Verkeersmanagement

19.189

20.674

20.258

20.257

20.257

20.259

20.257

12.02

Beheer, onderhoud en vervanging

624.755

566.080

455.869

492.944

483.143

489.516

489.403

12.03

Aanleg

1.201.347

634.054

479.311

978.382

1.135.101

1.801.489

2.295.343

12.04

GIV/PPS

590.390

556.301

458.852

460.816

258.875

259.639

260.541

12.06

Netwerkgebonden kosten HWN

407.135

389.777

384.270

379.333

376.890

376.640

376.568

12.07

Investeringsruimte

– 42.732

– 38.043

– 41.956

– 39.817

– 32.936

– 31.268

– 14.979

                 

12.09

Ontvangsten

133.839

302.892

139.647

62.084

22.918

31.358

286.076

Bedragen x € 1.000
 

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

12

Hoofdwegen

2.331.691

2.707.002

2.487.666

2.431.671

2.238.102

2.112.908

2.048.721

2.154.676

12.01

Verkeersmanagement

20.301

20.275

20.261

20.247

20.220

20.221

20.218

20.303

12.02

Beheer, onderhoud en vervanging

407.863

407.777

407.731

421.610

453.339

453.339

453.331

458.030

12.03

Aanleg

1.242.548

1.678.928

1.453.075

1.307.280

1.146.138

1.024.108

575.569

82.229

12.04

GIV/PPS

255.107

233.669

238.877

303.735

234.828

232.496

172.017

171.267

12.06

Netwerkgebonden kosten HWN

377.439

377.847

378.072

378.924

379.359

379.348

379.387

378.023

12.07

Investeringsruimte

28.432

– 11.494

– 10.350

– 124

4.218

3.396

448.199

1.044.824

                   

12.09

Ontvangsten

 

35.000

           
12.01 Verkeersmanagement

Motivering

Met verkeersmanagement streeft IenM naar optimaal gebruik van informatie over de beschikbare infrastructuur en draagt IenM bij aan het bereiken van een voorspelbare en betrouwbare reistijd van deur tot deur. Daarmee worden de bereikbaarheid en verkeersveiligheid in Nederland, binnen de randvoorwaarden van duurzaamheid, bevorderd.

Verkeersmanagement

Producten

Bij verkeersmanagement wordt onderscheid gemaakt in de volgende maatregelcategorieën:

  • Verkeersgeleiding bij grote drukte, inclusief crisissituaties (onder andere weeralarm).

  • Hulpverlening voor doorstroming en informatievoorziening bij pech en ongevallen (incidentmanagement).

  • Maatregelen ter bevordering van gedisciplineerd en sociaal weggedrag, bijvoorbeeld ter voorkoming van bumperkleven en het negeren van rode kruizen.

  • Voorlichting over rijkswegen, zoals voorlichting over de gevolgen van wegwerkzaamheden.

Verkeersmanagementmaatregelen betreffen onder andere de inzet van weginspecteurs bij incidenten, toeritdosering, gebruik van spitsstroken, maar ook verkeersinformatie op panelen boven de weg. De meeste van deze maatregelen worden ingezet vanuit vijf regionale verkeerscentrales en een landelijke verkeerscentrale. Hierbij wordt het rijkswegennet in samenhang met het regionale wegennet beschouwd door gebiedsgericht verkeersmanagement waarbij wordt ingezet op regionale samenwerking. Dit krijgt ook vorm in het programma Beter Benutten. Hierin wordt samen met andere infrabeheerders, vervoersorganisaties en bedrijfsleven gewerkt aan regionale maatregelen om bestaande weg-, vaarweg-, spoor- en OV-verbindingen beter te benutten. Hetzelfde geldt ook voor de Praktijkproef Amsterdam, waarbij met het gecoördineerd netwerkbreed inzetten van maatregelen een bijdrage wordt geleverd aan de beleidsdoelen zoals verbeteren van de reistijd en bereikbaarheid in de regio Amsterdam. In deze proef zullen zowel wegkantsystemen als dynamische navigatiesystemen worden ingezet op het hoofd- en onderliggend wegennet in de regio Amsterdam.

In 2013 is het actieprogramma «Beter geïnformeerd op weg» gestart om in samenwerking met marktpartijen een gezamenlijke koers en een concrete agenda voor ontwikkeling en innovatie van verkeersmanagement voor de komende jaren te formuleren. Het actieprogramma bestaat uit een publiekprivate routekaart over Reisinformatie & Verkeersmanagement, waarin de strategische lijnen voor de beoogde ontwikkelingen worden beschreven. Om de routekaart concreet te maken volgen ook een uitvoeringsagenda voor de overheden en het bedrijfsleven. De routekaart zal in de 2e helft van 2013 gereed zijn, waarna de tactisch/operationele vertaling in de uitvoeringsagenda plaats vindt. Het actieprogramma biedt een meerjarig richtsnoer dat de basis legt voor publieke en private investeringen in reisinformatie en verkeersmanagement.

Meetbare gegevens

Specificatie bedieningsareaal:

Areaalomschrijving

Eenheid

2012

2013

2014

Verkeerssignalering op rijbanen

km

2.666

2.666

2.586

Verkeerscentrales

aantal

6

6

6

Spits- en plusstroken

km

318

308

328

Toelichting

De verwachte afname van verkeerssignalering op rijbanen is de resultante van enerzijds uitbreiding (A5 Westrandweg en A10/A8 2e Coentunnel) en anderzijds vermindering van de verkeerssignalering in 2014 door versoberingsmaatregelen (onder andere A18L, A12, A2). Zie ook de begroting van het Infrastructuurfonds over 2013, bijlage 5 (Kamerstukken II, 2012/13, 33 400 A).

De verwachte toename van het aantal kilometer spits- en plusstroken eind 2014, is de resultante van enerzijds aanleg- en reconstructieprojecten waarbij spitsstroken worden vervangen door reguliere rijstroken, permanente openstelling van een aantal plusstroken en anderzijds realisatie van extra plusstroken op de A28 (Rijnsweerd–Hoevelaken).

Indicator verkeersmanagement

Streefwaarde

Eenheid

Streefwaarde 2014

Op alle bemeten wegvakken wordt betrouwbare reis en route-informatie ingewonnen en tijdig geleverd aan de serviceproviders.

% van bemeten rij baanlengte

89%

Toelichting

Deze indicator geeft aan in welke mate Rijkswaterstaat betrouwbare reis- en route-informatie op de Dynamische Route-Informatie Panelen (DRIPs) zet en die informatie beschikbaar stelt voor serviceproviders en in welke mate dit tijdig gebeurt.

12.02 Beheer, onderhoud en vervanging

Motivering

Het rijkswegennet en de onmiddellijke omgeving daarvan in een dusdanige staat houden dat het vervullen van de primaire functie gewaarborgd is: het faciliteren van vlot en veilig vervoer van personen en goederen. Daarbij gelden randvoorwaarden voor milieu (natuur, lucht geluid en duurzaamheid).

Producten

Het regulier beheer en onderhoud van rijkswegen omvat maatregelen aan verhardingen, kunstwerken zoals bruggen, tunnels en viaducten, verkeersvoorzieningen, landschap en milieu en voorzieningen voor verkeersmanagement zoals signalering en verkeerscentrales.

Vervanging en renovatie betreft het tijdig programmeren en nemen van maatregelen aan kunstwerken en wegen waarbij regulier beheer en onderhoud niet meer voldoende is. Voornamelijk in de eerste helft en vanaf de jaren ’60 van de vorige eeuw zijn kunstwerken gerealiseerd die, mede door het intensieve gebruik, nu of in de komende decennia het moment van einde levensduur naderen. Op basis van onderzoek wordt concreet gemaakt voor welke kunstwerken wanneer vervanging of renovatie aan de orde is.

Voor de volledigheid wordt verwezen naar artikelonderdeel 18.12 «Nader toe te wijzen BenO en vervanging», waaronder middelen voor beheer en onderhoud en vervanging zijn bestemd, die nog niet aan netwerken kunnen worden toebedeeld.

In bijlage 5 is een nadere toelichting opgenomen op de wijze van aansturing van beheer en onderhoud, IBO, de voortgang implementatie versoberingen en efficiency, de budgettaire aspecten tot en met 2028, DBFM, areaalgroei, vervanging en renovaties en overige ontwikkelingen.

12.02.01 Beheer en Onderhoud

Voor een optimaal gebruik van het wegennet zet IenM in op een zo groot mogelijke beschikbaarheid, betrouwbaarheid en veiligheid van de infrastructuur van wegen, bruggen, viaducten, tunnels, aquaducten, matrixborden, verkeerscentrales en verkeersvoorzieningen. Daarbij gelden de eisen ten aanzien van het landschap en het milieu rond de rijkswegen als randvoorwaarden. Zowel het preventief als het correctief onderhoud vallen onder het beheer en onderhoud.

De uitgaven voor het beheer en onderhoud bestaan in hoofdlijn uit:

  • Uitgaven voor onderhoud van verhardingen waaronder het herstel van vorstschade en het zoveel mogelijk voorkomen daarvan.

  • Uitgaven voor onderhoud van kunstwerken.

  • Uitgaven voor onderhoud aan DVM-systemen zoals matrixborden, informatiepanelen en verkeerscentrales.

  • Klein variabel en vast onderhoud aan verkeersvoorziening, zoals onderhoud aan bermen, geleiderail, bewegwijzering, geluidsschermen en verlichting.

  • Uitgaven voor geluidmaatregelen (landschap en milieu) door naleving van geluidproductieplafonds voor zover geen onderdeel van een aanlegproject.

Meetbare gegevens

In onderstaande figuur is een verdeling gegeven van de beheer- en onderhoudskosten voor verhardingen, kunstwerken (bruggen en viaducten), DVM, verkeersvoorzieningen, landschap en milieu. Deze percentages zijn gebaseerd op een meerjarig gemiddelde.

Areaal rijkswegen
   

Eenheid

2012

2013

2014

Rijbaanlengte

Hoofdrijbaan

km

5.721

5.764

5.771

Rijbaanlengte

Verbindingswegen en op- en afritten

km

1.451

1.466

1.562

Areaal asfalt

Hoofdrijbaan

km2

75

75

75

Areaal asfalt

Verbindingswegen en op- en afritten

km2

12

13

13

Groen areaal

 

km2

202

202

200

Omvang Areaal
 

Areaal

Eenheid

Omvang 2014

Budget

x € 1.000

2014

Beheer, onderhoud en ontwikkeling

Oppervlakte wegdek

km2

88

438.734

Indicatoren BenO
 

streefwaarde 2014

De verhouding verstoringen door aanleg, beheer en onderhoud t.o.v. totale verstoringen.

10%

   

Tijdsduur (%) van het jaar dat de weg veilig beschikbaar is, zonder dat rijstroken zijn afgesloten of een snelheidsbeperking beperking is ingesteld door aanlegwerkzaamheden, onderhoudswerkzaamheden, door falen infra of falen verkeersmanagement.

90%

   

Voldoen aan norm voor verhardingen (stroefheid en spoorvorming) en

gladheidbestrijding en neemt binnen 24 uur, na constatering, maatregelen bij het (tijdelijk) niet voldoen van de norm bij wegen, viaducten, aquaducten, bruggen en tunnels (eenheid: % van de gevallen).

98%

12.02.04 Vervanging

De veiligheid en de beschikbaarheid van het hoofdwegennet moeten in stand worden gehouden tegen de achtergrond van een beperkte technische levensduur van kunstwerken. Het einde van de levensduur kan ontstaan door de ouderdom van het kunstwerk of door intensiever gebruik dan bij het ontwerp is voorzien. Door de intensieve aanleg in de eerste helft en voornamelijk ook vanaf de jaren 60 van de vorige eeuw valt te verwachten dat deze problematiek geleidelijk toeneemt.

Vervangingen en renovaties van kunstwerken worden ondergebracht binnen het programma Vervanging en Renovatie. De scope van het programma omvat alle kunstwerken waar zich binnen de duur van het programma een levensduurproblematiek voordoet met mogelijke ernstige gevolgen voor de veiligheid en beschikbaarheid van het hoofdwegennet. De projecten in het programma verlengen de levensduur van de kunstwerken zodat de veiligheid en de beschikbaarheid van de bestaande infrastructuur in stand wordt gehouden.

Het in 2008 gestarte programma Stalen Bruggen is in het programma vervangingen en renovaties opgenomen en onderdeel van onderstaande tabel met een overzicht van objecten die worden aangepakt.

Wegnr.

Objecten

Gereed

A6

Ketelbrug tussen Emmeloord en Lelystad

2013

A7

Kruiswaterbrug tussen Sneek en afslag Bolsward

2014

A50

Brug tussen de knooppunten Valburg en Ewijk

2015

A58

Kreekrakbrug tussen knooppunt Markiezaat en afslag Rilland

2015

A12

Galecopperbrug tussen de knooppunten Oudenrijn en Lunetten

2015

N3

Wantijbrug tussen Papendrecht en Dordrecht

2018

N15

Suurhoffbrug tussen Europoort en Oostvoorne

2018

A16

Brienenoordbrug tussen de knooppunten Ridderkerk en Terbregseplein

2018

A44

Kunstwerken A44/zuidelijke en noordelijke Kaagbruggen/Hoofdvaart/Lisserweg

2014

A15

Viaduct Wilhelminakanaal/Hardinxveld–Giessendam

2014

A15

Viaduct Veerdijk/Papendrecht

2015

A59

Brug Drongelens kanaal en Viaduct Hoogeinde/Drunen

2016

A22

Velsertunnel

2015

A76

Zuidelijk viaduct Daelderweg/Nuth

2016

12.03 Aanleg

Motivering

Door middel van voorbereiding en uitvoering van infrastructuurprojecten wordt bereikt dat de noodzakelijke capaciteit beschikbaar is en komt om de verwachte verkeersgroei te faciliteren en een betrouwbaar netwerk te realiseren met voorspelbare reistijden. Daarbij wordt rekening gehouden met de kaders van veiligheid en leefbaarheid.

12.03.01 Realisatie

Dynamisch Verkeersmanagement

Producten

Afgelopen jaren is onder andere via het programma Mobiliteitsaanpak € 200 mln geïnvesteerd in verkeersmanagementmaatregelen gericht op het verbeteren van de verkeerssituatie van trajecten uit de file top-50. Het betreft onder andere betere benutting van de bestaande infrastructuur en verbeteren van aansluitingen tussen de snelweg en regionale wegen. De laatste resterende werkzaamheden zullen in 2014 zijn afgerond. Een deel van het programma Mobiliteitsaanpak vindt inhoudelijk opvolging in het programma Beter Benutten.

Kleine projecten / afronding projecten

De volgende projecten zijn opengesteld en worden opgenomen onder de kleine projecten/afronding projecten:

  • A9 Alkmaar–Uitgeest;

  • N9 Koedijk–De Stolpen;

  • N50 Ramspol–Ens;

  • A2 Oudenrijn–Everdingen;

  • A2 Everdingen;

  • A12 Zoetermeer–Zoetermeer centrum;

  • N57 Veersedam–Middelburg;

  • A74 Venlo;

  • N34 Omleiding Ommen.

Mijlpalen Realisatieprojecten

In 2014 wil IenM de volgende mijlpalen realiseren:

Mijlpaal

Project

Oplevering

SAA Deeltraject A1/A10

 

N2 Meerenakkerweg

 

N35 Combiplan Nijverdal

 

A4 Burgerveen–Leiden (Zuid)

 

N31 Haak om Leeuwarden

Start realisatie

SAA Deeltraject A1/A6

 

A1 Bunschoten–Hoevelaken

 

N50 Ens–Emmeloord

 

A9 Omlegging Badhoevedorp

 

A7/A8 Purmerend–Zaandam–Coenplein

 

A79 Aansluiting Nuth

Overige maatregelen

Meer veilig-2

Met dit pakket wordt een bijdrage geleverd aan het verder terugdringen van het aantal verkeersslachtoffers door incidenten op het rijkswegennet. Realisatie van in totaal 123 maatregelen is gepland tot en met 2014. Het betreft:

  • Plaatsen of aanpassen van geleiderail;

  • Reconstructie van rotondes, kruispunten, invoegstroken;

  • Installeren van VRI’s, filedetectie- en filewaarschuwingssystemen;

  • Reconstructie van invoegers en uitvoegers;

  • Aanpassen midden- en zijbermen (halfverharding, zichtafscherming).

Het maatregelenpakket Meer veilig-2 wordt in 2018 geëvalueerd.

Meer veilig-3

Na 2014 wordt het Meer veilig-2 pakket opgevolgd door Meer veilig-3 (uitvoeringsperiode 2015–2018). Het pakket bevat naast kosteneffectieve maatregelen voor het oplossen van verkeersonveilige locaties ook maatregelen voor het oplossen van significante onveilige situaties op routes.

Maatregelpakket Verzorgingsplaatsen

Dit pakket is gericht op het oplossen van de meest acute kwantitatieve en kwalitatieve knelpunten op verzorgingsplaatsen langs (inter-)nationale vrachtcorridors. Binnen dit pakket worden landelijk 300 extra parkeerplaatsen voor vrachtwagens gecreëerd en nog eens 400 parkeerplaatsen meerjarig gehuurd. Daarnaast wordt ingezet op een structurele kwaliteitsverbetering van naar verwachting 40 verzorgingsplaatsen. Voor het realiseren van sanitaire voorzieningen op solitaire verzorgingsplaatsen wordt onderzocht of commerciële exploitatie en onderhoud van de voorzieningen door marktpartijen mogelijk is.

Meer Kwaliteit Leefomgeving

Dit pakket betreft het Meerjarenprogramma Ontsnippering. De geplande werkzaamheden binnen het programma lopen door tot 2018. Een voorbeeld van een ontsnipperingsproject is het plaatsen van een ecoduct of een dassentunnel. Hierdoor worden twee gescheiden natuurgebieden met elkaar verbonden. Voor 2014 staat de oplevering van het internationale ecoduct Kempengrens op de grens van Vlaanderen en Noord-Brabant gepland. Daarnaast wordt gewerkt aan de realisatie van ecoduct Laarderhoogt over de A1 en een 30 tal kleinere maatregelen die in 2014 worden uitgevoerd.

Belangrijkste budgettaire aanpassingen

  • Bij de projecten N33 Assen–Zuidbroek en A1/A6 SAA heeft de financial close plaatsgevonden. Beiden zijn overgeheveld naar het artikelonderdeel 12.04 geïntegreerde contractvormen.

  • Uitvoering MJPO: Het programma loopt af na 2018. Het resterende budget is overgeheveld naar de investeringsruimte van wegen (12.07).

  • Het Pakket Meer veilig-3 is afzonderlijk zichtbaar gemaakt.

  • Bij A4 Delft– Schiedam zijn in de 1e suppletoire begroting 2013 de aanbestedingsmeevaller (– € 292,5 mln) en meerkosten van € 10,3 mln verwerkt. Een deel van deze meevaller was gereserveerd voor het opvangen van potentiële tegenvallers. Hiervan wordt nu € 59,7 mln toegevoegd aan het taakstellend budget voor tegenvallers bij de uitvoering en wijziging in de standaard tunneltechnische installatie na gunning. (zie ook toelichting meerkosten tunneltechnische installaties).

  • Bij A2 Holendrecht–Oudenrijn (Leidsche Rijn Tunnel) is in 1e suppletoire begroting 2013 € 56 mln toegevoegd aan het budget. Omdat slechts een beperkt deel nodig bleek, wordt bij deze begroting € 37 mln overgeheveld naar de investeringsruimte van wegen (12.07).

  • Als gevolg van een meevaller binnen de ZSM projecten is een overschot voorzien van € 32,3 mln. Dit budget is overgeheveld naar de investeringsruimte van wegen (12.07).

Meerkosten tunneltechnische installaties

Met het bereiken van overeenkomst met de aannemer van de Tweede Coentunnel is duidelijk hoeveel de meerkosten zijn geworden voor het openbreken van de contracten om de standaard voor tunneltechnische installaties waar mogelijk te implementeren bij de projecten N35 Combiplan Nijverdal, A2 Maastricht en de Tweede Coentunnel. Deze meerkosten bedragen in totaal € 198,5 mln. De inschatting was dat de meerkosten tussen de € 55 mln en € 150 mln zouden bedragen. Er is een reservering van € 100 miljoen in de begroting getroffen. Deze reservering is nu geheel aangewend. Bij de eerste suppletoire begroting 2013 zijn de meerkosten bij N35 Combiplan Nijverdal en A2 Maastricht verwerkt. Met name de meerkosten bij de Tweede Coentunnel zijn hoger uitgevallen dan werd ingeschat (zie 12.04). Een groot deel van de kosten zijn tijdsgebonden kosten. Doordat er onduidelijkheid was over het ontwerp van de installaties en de besturingssoftware, ging tijd voor de opdrachtnemer verloren. Omdat de onderhandelingen over de meerkosten van de tunneltechnische installaties lang duurden en de partijen ver uit elkaar lagen, is na anderhalf jaar onderhandeling besloten om de in het contract opgenomen geschillenprocedure te volgen (de zogenoemde Dispute Resolving Taskforce). Deze is met een bindende uitspraak gekomen. Het totaal van de gemaakte afspraken wordt verwerkt in een vaststellingsovereenkomst.

Projectoverzicht behorende bij 12.03.01: Realisatieprogramma Hoofdwegennet
 

Totaal

Budget in € mln

Oplevering

Projectomschrijving

huidig

vorig

t/m 2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

later

huidig

vorig

Projecten Nationaal

                       

Dynamisch verkeersmanagement

160

160

125

10

9

16

       

2012

Kleine projecten / Afronding projecten

153

93

 

41

28

21

22

8

 

34

nvt

nvt

Programma 130 km

57

95

11

34

10

0

0

0

0

     

Programma aansluitingen

99

98

23

4

7

17

21

14

13

 

nvt

nvt

Quick Wins Wegen

36

36

10

1

0

1

24

     

2011

ZSM 1+2 (spoedwet wegverbreding)

1.581

1.608

1.328

125

55

34

8

32

   

2016

2016

Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland

                       

A10 Amsterdam praktijkproef FES

48

47

6

4

10

26

1

     

2015

2015

A1/A6/A9 Schiphol–Amsterdam–Almere

2.174

2.916

333

140

171

109

211

498

238

474

2024

2020

A9 Badhoevedorp

336

331

28

44

43

45

46

46

48

36

2017

2017

A2 Holendrecht–Oudenrijn

1.219

1.255

1.181

23

10

5

       

2012

2012

A28 Utrecht–Amersfoort

224

222

139

54

28

2

       

2013

2013

Projecten Zuidvleugel

                       

A4 Burgerveen–Leiden

586

585

415

23

55

42

8

2

2

42

2014

2014

A4 Delft–Schiedam

661

593

123

140

180

162

36

20

   

2015

2015

Projecten Zuidwestelijke Delta

                       

N57/N59 EuroRAP (verkeersveiligheid)

10

10

 

0

1

2

3

3

1

     

N61 Hoek–Schoondijke

118

118

35

30

25

19

3

7

   

2014

2014

Projecten Brabant

                       

A4 Dinteloord–Bergen op Zoom

275

272

129

54

56

30

5

     

2015

2015

N2 Meerenakkerweg (A2 zone)

11

11

0

7

4

         

2014

2014

Projecten Limburg

                       

A2 Maasbracht–Geleen, 1e fase

170

170

151

6

4

2

8

     

2011/2013

2011/2013

A2 Passage Maastricht

623

619

350

142

91

30

9

     

2016

2016

A2/A76 Maatregelenpakket Limburg

110

108

37

0

53

6

 

14

   

2010/2015

2010/2015

A67 Aanpak toerit Someren

6

6

 

0

6

             

Projecten Oost-Nederland

                       

A50 Ewijk–Valburg

276

275

216

29

4

26

       

2015

2014

N35 Combiplan Nijverdal

307

306

214

70

20

2

     

0

2014

2014

Projecten Noord-Nederland

                       

N31 Leeuwarden (De Haak)

193

191

57

72

52

12

       

2014

2014

N33 Assen–Zuidbroek

0

205

                   

Overige maatregelen

                       

Meer kwaliteit leefomgeving

107

265

 

2

1

20

15

20

20

30

   

Meer veilig 2

27

29

 

27

               

Meer veilig 3

40

       

10

10

10

10

     

Verzorgingsplaatsen

25

23

 

4

5

5

10

         

Afrondingen

–1

     

–1

             

Totaal uitvoeringsprogramma

7.545

 

4.911

1.088

928

644

441

674

331

614

   

Realisatieuitgaven op IF 12.03.01 mbt planuitwerking

     

77

79

35

7

   

13

   

Programma Realisatie (IF 12.03.01)

     

1.165

1.007

679

448

674

331

628

   

Budget Realisatie (IF 12.03.01)

     

1.115

857

529

448

824

531

628

   

Overprogrammering (–)

     

– 50

– 150

– 150

0

150

200

     
12.03.02 Verkenningen en Planuitwerkingen

Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen

  • De taakstellende budgetten zijn op prijspeil 2013 gebracht.

  • A10 Zuidas: de door ProRail gemaakte kosten voor planuitwerking en voorbereiding realisatie, ad € 2,7 mln tot medio 2013, voor het gemeenschappelijk weg- en spoorproject worden door ProRail bij RWS in rekening gebracht. Naast de indexering voor prijspeil zijn deze middelen overgeheveld naar Infrastructuurfonds artikel 12.

  • Ring Utrecht: Het budget voor A12 Ring Utrecht (fase 2) en de rijksbijdrage aan de Noordelijke Randweg Utrecht (NRU) zijn apart in de begroting opgenomen.

  • Uit de reservering meerkosten tunnelveiligheid is € 17 mln overgegaan naar Infrastructuurfonds artikel 12.04 GIV voor de A10 Tweede Coentunnel. Een nadere toelichting is te vinden bij Infrastructuurfonds artikel 12.04 GIV. De reservering meerkosten tunnelveiligheid is nu geheel aangewend.

  • N65 Vught–Haaren: Op 16 mei 2013 is de startbeslissing genomen. De rijksbijdrage is opgenomen in de categorie gebonden.

  • De mijlpalen zijn herijkt door de bezuinigingen uit het Begrotings- en aanvullend Regeerakkoord van 2012 en projectspecifieke ontwikkelingen. Conform de brief van 13 februari 2013 over de invulling van de bezuinigingen (TK 33 400 A, 2012–2013, nr. 48) is in het MIRT-projectenboek de geactualiseerde planning per project opgenomen met een toelichting op de wijzigingen. Om onzekerheid over mijlpalen uit te drukken is conform vermelde brief bij openstelling een bandbreedte opgenomen. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de Leeswijzer.

Projectoverzicht behorende bij 12.03.02 Verkenningen en Planuitwerkingen

Bedragen x € 1 mln.

Budget

 

Planning

 

Projectomschrijving

huidig

vorig

TB

Openstelling

Verplicht

       

Realisatieuitgaven op IF12.03.01 mbt planuitwerkingsprojecten

– 328

– 364

   

Projecten Nationaal

       

Beter Benutten

465

469

nvt

nvt

Geluidsaneringprogramma – weg

255

255

nvt

nvt

Lucht – weg (NSL hoofdwegennet)

235

243

nvt

nvt

Externe Planuitwerkings Kosten Hoofdwegennet

243

234

nvt

nvt

Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland

       

A1/A6/A9 Schiphol–Amsterdam–Almere, deeltraject A9 Amstelveen (deel 4) en A6 Almere (deel 5)

1.039

1.039

2011

Deel 4:

2024– 2026

Deel 5:

2020–2022

A10 Zuidas

640

627

2016

2028

A10 Knooppunten De Nieuwe Meer en Amstel

332

326

2016

2028

N23 Alkmaar–Zwolle

36

36

nvt

2015

A12/A27 Ring Utrecht

1.120

1.102

2016

2024–2026

Rijksbijdrage aan de Noordelijke Randweg Utrecht

163

 

nvt

2026–2028

A27/A1 Utrecht.N. – knp. Eemnes – asl.Bunschoten

261

257

2014

2018

A28/A1 Knooppunt Hoevelaken

699

688

2018

2022–2024

A27 Houten–Hooipolder

721

709

2017

2023–2025

Stedelijke Bereikbaarheid Almere

25

25

nvt

nvt

Projecten Zuidvleugel

       

A13/A16 Rotterdam (excl. tolopbrengsten)

710

700

2015

2021

Projecten Oost-Nederland

       

A1 Apeldoorn Zuid–Beekbergen

36

35

2015

2016–2018

A12 Ede–Grijsoord

110

109

2011

2016–2018

A12/A15 Ressen–Oudbroeken (excl. tolopbrengsten) (ViA15)

529

527

2015

2019

N18 Varsseveld–Enschede

316

312

2013

2017

N35 Zwolle–Wijthmen

48

47

2015

2016–2018

Projecten Noord-Nederland

       

A7 Zuidelijke Ringweg Groningen, fase 21

551

543

2014

2019–2021

Gebonden

       

Projecten Nationaal

       

Beter Benutten

50

50

nvt

nvt

Reservering meerkosten tunnelveiligheid

0

17

nvt

nvt

Reservering tolopgave DBFM-aanbestedingen NWO, A13/A16 en A12/A15

301

301

nvt

nvt

Reservering tegenvallende tolopbrengsten A12/A15

60

60

nvt

nvt

Reserveringen voor LCC

223

223

nvt

nvt

Projecten Zuidvleugel

       

A4 Haaglanden (passage en poorten & inprikkers)

440

433

   

A4-A44 Rijnlandroute

555

546

   

Projecten Brabant

       

A58 Eindhoven–Tilburg

317

317

   

A58 Sint Annabosch–Galder

116

116

   

N65 Vught–Haaren2

45

     

Projecten Limburg

       

A2 't Vonderen–Kerensheide3

254

250

   

Projecten Oost-Nederland

       

N35 Nijverdal–Wierden

40

40

   

Bestemd

2.641

2.251

   

Projecten in voorbereiding

       

Projecten Nationaal

       

Reservering consequenties areaaluitbreiding op beheer en onderhoud

       

Studiebudget Verkenningen

       

Projecten Noordwest-Nederland

       

A7/A8/A9/A10 Noordkant Amsterdam

       

Projecten Zuidvleugel

       

Blankenburgverbinding (NWO)

       

A20 Nieuwerkerk–Gouwe

       

Projecten Oost-Nederland

       

A1 Zone (Apeldoorn–Deventer–Azelo)

       

Overige projecten in voorbereiding

       

Gesignaleerde Risico's

       

Totaal programma planuitwerking en verkenning

13.247

     

Begroting IF 12.03.02

13.247

     

legenda

TB = Tracébesluit

1

Dit beschikbare budget is excl. de middelen die op artikel 14 worden begroot (€ 55 mln).

2

Dit is exclusief de € 10,6 mln. die RWS heeft gereserveerd voor maatregelen op en langs de N65, conform het convenant tussen RWS en Vught van 13 juni 2007.

3

Bedrag is inclusief regiobijdrage (€ 35 mln, pp 2020).

Onderstaand is de budgetflexibiliteit voor de periode 2013–2028 weergegeven voor aanleg planuitwerkingen en verkenningen door inzicht te verstrekken in de opbouw van de MIRT-budgetten tot en met 2028.

Planuitwerking/verk. Wegen (Periode 2013–2028)

12.04 Geïntegreerde contractvormen

Motivering

Infrastructuur projecten die via een DBFM (Design, Build, Finance en Maintain) contract worden aanbesteed hebben als kenmerk dat sprake is van de overdracht van de integrale onderdelen van een bouwproject (ontwerp, bouw, onderhoud en financiering) aan een private opdrachtnemer. In plaats van een product wordt een dienst uitgevraagd, te weten de beschikbaarheid van de infrastructuur. De betaling vindt plaats aan de hand van de overeengekomen prestatie die wordt afgezet tegen de daadwerkelijk geleverde prestatie, de beschikbaarheid. Omdat het project gefinancierd is door banken en/of institutionele beleggers, is sprake van een sterke druk vanuit de financiers op de private opdrachtnemer om de afgesproken prestatie ook te leveren. Een lager prestatieniveau leidt tot lagere betalingen, die op hun beurt de terugbetaling van de financiering moeten zekerstellen. In de bouwfase kan sprake zijn van een gedeeltelijke betaling (de beschikbaarheidsvergoeding) als sprake is van de uitbreiding van een bestaande weg die ook tijdens de verbouwing beschikbaar moet blijven voor het wegverkeer. Bij openstelling van de weg wordt overgegaan naar een volledige beschikbaarheidsvergoeding.

In bijlage 3 van de nota Prioritering Investeringen Mobiliteit en Water is een lijst van in totaal 32 potentiële DBFM-projecten opgenomen. In de Voortgangsrapportage DBFM(O) wordt hierover periodiek gerapporteerd.

Producten

Het project A15 Maasvlakte Vaanplein verkeert in de bouwfase en kent een partiële beschikbaarheidsvergoeding. De volledige beschikbaarheidsvergoeding wordt na oplevering betaald vanaf 2015 tot en met 2035.

De A12 Lunetten–Veenendaal bevindt zich in de exploitatiefase waardoor sprake is van een volledige beschikbaarheidsvergoeding.

De N33 Assen–Zuidbroek is gegund en de financial close heeft onlangs plaatsgevonden. Deze kent een partiele beschikbaarheidsvergoeding. Naar verwachting wordt vanaf medio 2014 overgegaan naar een volledige beschikbaarheidsvergoeding. De N33 is een pilot met index linked financiering. Dit houdt in dat de beschikbaarheidsvergoeding jaarlijks wordt aangepast aan de inflatie-ontwikkeling.

Het project A1/A6 Diemen–Almere Havendreef, onderdeel van het programma Schiphol–Amsterdam–Almere (SAA) is gegund en de Financial close heeft plaatsgevonden. Naar verwachting zal in 2020 sprake zijn van volledige beschikbaarheidsvergoeding.

Het project A9 Holendrecht–Diemen (Gaasperdammerweg) onderdeel van het SAA programma is in aanbesteding. Verwacht wordt dat het DBFM contract wordt getekend in 2014. Vooralsnog zal dit traject beschikbaar komen voor beschikbaarheidsvergoeding in 2020.

In 2013 is voor het volgende DBFM project de aanbesteding gestart:

  • A12 Ede–Grijsoord, verwachting volledige beschikbaarheidsvergoeding in 2017.

Voor 2014 en 2015 is voorzien dat voor de volgende DBFM projecten de aanbesteding zal starten:

  • N18-Varsseveld–Enschede;

  • A12/15 Ressen–Oudbroeken (Via15);

  • A27/A1 Utrecht Noord-Knooppunt Eemnes–Bunschoten.

Het afronden van een aanbesteding resulteert in een meerjarige verplichting van zowel aanleg als ook beheer en onderhoud op het desbetreffende project.

Daarnaast zijn Public-private-comparator (PPC) -meerwaardetoetsen gepland voor de projecten:

  • A27 Houten–Hooipolder;

  • Rijnlandroute;

  • N35 Nijverdal–Wierden;

Belangrijkste budgettaire aanpassingen

  • De projecten N33 Assen–Zuidbroek en A1/A6 SAA zijn vanuit 12.03.01 overgeheveld naar dit artikelonderdeel 12.04 geïntegreerde contractvormen.

  • Het taakstellend budget voor het project A10 Tweede Coentunnel is bijgesteld met € 150 mln. Deze bijstelling komt voort uit het zoveel mogelijk implementeren van de standaard tunneltechnische installaties (€ 116 mln), uit overige meerkosten zoals aanpassingen weginrichting en waterafvoer (€ 8 mln), alsmede indexering naar prijspeil 2013 (€ 26 mln).

  • Overige budgetbijstellingen komen voort uit het op prijspeil 2013 brengen.

Tabel Projectoverzicht behorende bij 12.04 geïntegreerde contractvormen Hoofdwegennet
 

Totaal

Budget in € mln

           

Oplevering

Projectomschrijving

huidig

vorig

t/m 2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

later

huidig

vorig

Projectomschrijving

huidig

vorig

t/m 2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

later

huidig

vorig

Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland

                       

Aflossing tunnels

1.225

1.211

381

53

53

55

56

57

58

512

A10 Tweede Coentunnel

2.196

2.046

626

200

105

91

76

52

52

995

2013

2013–2014

A1/A6/A9 Schiphol–Amterdam–Almere

1.463

   

3

10

10

10

255

52

1.122

2019

 

A12 Lunetten–Veenendaal

627

619

150

65

24

24

24

24

24

294

2012

2013

Projecten Zuidvleugel

                       

A15 Maasvlakte–Vaanplein

2.031

2.001

189

41

347

357

274

52

52

717

2015

2015

Projecten Brabant

                       

A59 Rosmalen–Geffen, PPS

288

287

266

2

1

1

1

2

2

13

2005

2005

Projecten Noord-Nederland

                       

N31 Leeuwarden–Drachten

146

146

101

6

6

6

6

6

6

11

2007

2007

N33 Assen–Zuidbroek

315

   

12

45

13

13

13

13

206

2015

 

Totaal

8.291

 

1.714

382

591

557

459

461

258

     
12.06 Netwerkgebonden kosten Hoofdwegennet

Motivering

Op dit artikelonderdeel worden de aan het netwerk te relateren apparaatskosten (incl. afschrijving en rente) van RWS en de overige netwerkgebonden kosten geraamd.

12.07 Investeringsruimte

Motivering

Op dit artikel wordt de voor dit artikel beschikbare investeringsruimte tot en met 2028 verantwoord.

In mijn brief van 13 februari 2013 over de invulling van de bezuinigingen op het Infrastructuurfonds (Kamerstukken II, 2012/13, 33 400 A, nr. 48) is per sector de ruimte afgeleid voor nieuwe investeringen en risico’s. Bij Voorjaarsnota 2013 zijn hiertoe vervolgens per modaliteit aparte artikelonderdelen «Investeringsruimte» geïntroduceerd.

De belangrijkste (budgettaire) aanpassingen betreffen de volgende zaken:

  • Het budget dat op artikel 17.01 WST resteert (€ 4,5 mln) wordt naar dit onderdeel overgeboekt.

  • Uitvoering MJPO: Het programma loopt af na 2018. Het resterende budget is overgeheveld naar de investeringsruimte van wegen.

  • Het treffen van een reservering consequenties areaalgroei op beheer en onderhoud wegen onder planuitwerking vanuit de Investeringsruimte wegen (€ 411 mln).

  • Het leveren van de resterende dekking (€ 31,4 mln t/m 2028) voor tegenvallers uit de afhandeling van claims gerelateerd aan 2e Coentunnel.

  • Toevoeging van het niet benodigde geld bestemd voor de A2 Leidsche Rijn Tunnel ad € 37 mln. Op basis van de raming van nog te verwerken kosten is in 2013 € 56 mln toegevoegd aan het budget. Daarvan is slechts een beperkt deel nodig gebleken. Daarnaast is een overschot voorzien binnen de ZSM projecten (€ 32,3 mln). Over dit overschot is eerder gerapporteerd in de Voortgangsrapportage Planuitwerkingen droog, spoedaanpak en ZSM.

  • IenM dekt in de ontwerpbegroting over 2014 het budgettaire probleem dat is ontstaan door het niet uitkeren van de prijsbijstelling uit de resterende Investeringsruimte per investeringsdomein. Er resteert dan een kasritmeprobleem. IenM lost dit uiterlijk bij ontwerpbegroting 2017 op, maar zo mogelijk eerder bij een eerstvolgende herijking van het Investeringsprogramma.

12.07 Inv.ruimte Wegen
 

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

Investeringsruimte

             

9.904

57.628

Kaseffect verwerking index 2013

– 37.766

– 42.732

– 38.043

– 41.956

– 39.817

– 32.936

– 31.268

–24.883

–29.196

Totaal

–37.766

–42.732

–38.043

–41.956

–39.817

–32.936

–31.268

–14.979

28.432

(vervolg) 12.07 Inv.ruimte Wegen
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Totaal

Investeringsruimte

19.766

19.763

19.761

19.755

19.756

16.447

1.044.824

1.227.604

Kaseffect verwerking index 2013

– 31.260

– 30.113

– 19.885

– 15.537

– 16.360

431.752

 

0

Totaal

– 11.494

– 10.350

– 124

4.218

3.396

448.199

1.044.824

1.227.604

Licence