Base description which applies to whole site

B. BEGROTINGSTOELICHTING

Budgettaire gevolgen van beleid

Bedragen x € 1.000

11 Goed functionerende economie en markten

Stand vastgestelde begroting 2015

Mutaties 1e

suppletoire begroting 2015

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

Totaal geraamd

Realisatie

Slotwetmutaties

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+

(3)

(5)

(6)=(5)-(4)

VERPLICHTINGEN

192.396

5.736

3.240

201.372

197.904

– 3.468

UITGAVEN

192.483

5.346

4.062

201.891

200.072

– 1.819

             

Subsidies

1.400

 

– 500

900

900

0

Digitalisering regionale radio

1.400

 

– 500

900

900

0

             

Opdrachten

14.186

1.264

– 4.507

10.943

8.575

– 2.368

Onderzoek en Opdrachten

1.866

457

1.341

3.664

2.961

– 703

PIANOo/TenderNed

6.857

1.243

– 5.800

2.300

1.040

– 1.260

Beleidsvoorbereiding en evaluaties Frequenties en Veiligheid

5.463

– 436

– 48

4.979

4.574

– 405

             

Bijdragen aan agentschappen

9.825

1.731

7.632

19.188

20.074

886

Agentschap Telecom

9.825

1.661

274

11.760

12.021

261

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

 

70

758

828

996

168

DICTU

   

6.600

6.600

7.057

457

             

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

162.309

2.590

2.259

167.158

166.532

– 626

Metrologie

13.935

300

– 235

14.000

14.268

268

Raad voor Accreditatie

105

 

155

260

190

– 70

ACM

402

 

278

680

645

– 35

CBS

147.867

2.290

2.061

152.218

151.429

– 789

             

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

4.763

– 239

– 822

3.702

3.991

289

Nederlands Normalisatie Instituut (NEN)

1.039

 

91

1.130

1.234

104

Internationale organisaties

3.664

– 239

– 925

2.500

2.757

257

Raad van deskundigen voor de nationale meetstandaarden

60

 

12

72

 

– 72

             

ONTVANGSTEN

52.265

– 15.100

– 10.097

27.068

52.224

25.156

             

High Trust

31.300

 

– 10.508

20.792

31.880

11.088

Diverse ontvangsten

20.965

– 15.100

411

6.276

20.344

14.068

Toelichting op de ontvangsten

High Trust

De realisatie is hoger dan de raming vanwege een vervroegde boete-ontvangst in 2015 die was voorzien voor 2016.

Diverse ontvangsten

De hogere ontvangsten zijn het gevolg van een bij Voorjaarsnota 2015 voorziene restitutie inzake FM-vergunningen voor commerciële radio. Deze restitutie heeft uiteindelijk niet plaatsgevonden omdat in 2016 op last van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) een nieuw bedrag moet worden vastgesteld dat vervolgens zal worden verrekend met de al door het betrokken radiostation betaalde bedragen.

Budgettaire gevolgen van beleid

Bedragen x € 1.000

12 Een sterk innovatievermogen

Stand vastgestelde begroting 2015

Mutaties 1e

suppletoire begroting 2015

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

Totaal geraamd

Realisatie

Slotwetmutaties

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+

(2)+(3)

(5)

(6)=(5)-(4)

VERPLICHTINGEN

488.699

101.217

46.285

636.201

638.508

2.307

UITGAVEN

569.897

2.991

– 39.558

533.330

534.926

1.596

       

   

Subsidies

82.422

11.335

– 44.795

48.962

45.154

– 3.808

MKB Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)

47.957

– 2.400

– 24.257

21.300

21.133

– 167

Eurostars

11.174

– 650

– 2.332

8.192

8.531

339

Lucht- en Ruimtevaart

13.347

12.885

– 20.519

5.713

3.511

– 2.202

Overig

9.944

1.500

2.313

13.757

11.979

– 1.778

 

         

Opdrachten

1.464

– 195

– 420

849

1.650

801

Onderzoek en opdrachten

1.464

– 195

– 420

849

1.650

801

 

         

Bijdragen aan agentschappen

61.643

– 124

– 3.253

58.266

57.773

– 493

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

61.004

– 123

– 3.469

57.412

56.995

– 417

Dienst Landelijk Gebied

500

– 500

       

Agentschap Telecom

139

499

216

854

778

– 76

 

         

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

113.349

8.247

151

121.747

121.747

0

TNO

113.349

8.247

151

121.747

121.747

0

 

         

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

311.019

– 16.272

8.759

303.506

308.603

5.097

Toeslag Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI-toeslag)

60.945

– 9.770

1.862

53.037

54.638

1.601

Internationaal Innoveren

14.000

 

4.031

18.031

17.019

– 1.012

Topsectoren overig

132.146

– 12.067

3.271

123.350

128.268

4.918

Marin, Deltares, NLR

40.833

3.565

371

44.769

44.589

– 180

Ruimtevaart (ESA)

61.925

2.000

– 117

63.808

63.982

174

Overig

1.170

 

– 659

511

107

– 404

       

   

ONTVANGSTEN

42.013

2.000

0

44.013

51.891

7.878

Luchtvaartkredietregeling

3.800

 

– 206

3.594

4.980

1.386

Technische Ontwikkelingsprojecten (TOP)

3.000

 

– 2.435

565

948

383

Rijksoctrooiwet

31.212

 

2.702

33.914

39.456

5.542

Eurostars

2.413

 

– 1.913

500

112

– 388

Diverse ontvangsten

1.588

2.000

1.852

5.440

6.395

955

Toelichting op de verplichtingen

Toeslag Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI-toeslag).

In 2015 is voor de TKI-toeslagregeling € 118,7 mln aan verplichtingen gerealiseerd. Dit is € 8,7 mln meer dan bij Najaarsnota 2015 werd verwacht. Bij Najaarsnota 2015 was reeds geanticipeerd op een groter beroep op de regeling op basis van de verwachtingen in oktober. Op basis van het beeld begin december bleek dat het beroep nog hoger zou zijn. Dit is per brief (TK, 34 300 XIII, nr. 166) aan de Kamer gemeld. De uitfinanciering van deze verplichtingen vindt plaats gedurende 6 à 7 jaar en wordt ingepast in het beschikbare kasbudget.

Toelichting op de uitgaven

Topsectoren overig

Voor de uitfinanciering van het verplichtingen in het kader van het oud FES-project BeBasic was meer kasbudget nodig dan geraamd stond in de begroting (€ 8 mln). Tegenover deze hogere uitgaven stonden lagere uitgaven voor onder andere de uitfinanciering van Phase 2 (– € 2,5 mln).

Toelichting op de ontvangsten

Er zijn € 5,5 mln meer octrooiopbrengsten gerealiseerd dan in de Najaarsnota werd geraamd. Voor € 1 mln is de stijging van de octrooiontvangsten toe te rekenen aan de toename van het aantal in Nederland geldig geworden (Europese) octrooien. Daarnaast zijn de meeropbrengsten deels het gevolg van een eerdere toename van het aantal nationale octrooien, waarvan het effect pas later zichtbaar wordt.

Budgettaire gevolgen van beleid

Bedragen x € 1.000

13 Een excellent ondernemingsklimaat

Stand vastgestelde begroting 2015

Mutaties 1e

suppletoire begroting 2015

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

Totaal geraamd

Realisatie

Slotwetmutaties

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+(3)

(5)

(6)=(5)-(4)

VERPLICHTINGEN

1.798.832

669.048

4.369

2.472.249

928.330

– 1.543.919

Waarvan garantieverplichtingen

1.591.250

674.000

– 749

2.264.501

722.430

– 1.542.071

UITGAVEN

306.921

– 5.367

8.428

309.982

294.859

– 15.123

 

       

Garanties

95.886

 

11.251

107.137

91.429

– 15.708

BMKB

71.000

 

71.000

65.330

– 5.670

Groeifaciliteit

9.365

– 749

8.616

3.499

– 5.117

Interne begrotingsreserve Groeifaciliteit

 

12.000

12.000

12.000

0

Garantie Ondernemings-financiering (GO)

11.842

   

11.842

10.600

– 1.242

Borgstelling Scheepsnieuwbouw

3.679

   

3.679

0

– 3.679

             

Subsidies

41.473

– 628

– 17.126

23.719

26.537

2.818

Bevorderen ondernemerschap

27.222

– 738

– 17.300

9.184

10.675

1.491

Interdepartementaal Programma Biobased Economy

1.500

110

– 110

1.500

951

– 549

Uitfinanciering subsidies

12.751

284

13.035

14.911

1.876

             

Opdrachten

24.110

– 9.777

6.278

20.611

21.411

800

Onderzoek & ontwikkeling

1.402

120

306

1.828

2.120

292

ICT-beleid

17.819

– 7.267

6.888

17.440

18.040

600

Beleidsvoorbereiding en evaluaties

2.559

– 2.500

– 45

14

0

– 14

Regiegroep Regeldruk / ACTAL

2.330

– 130

– 871

1.329

1.251

– 78

             

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

17.855

– 3.734

1.047

15.168

13.536

– 1.632

NBTC

8.471

339

8.810

8.810

0

UNWTO

240

 

240

313

73

Bijdragen aan instituten

9.144

– 3.734

708

6.118

4.413

– 1.705

             

Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s

107.271

170

478

107.919

109.287

1.368

Kamers van Koophandel / Ondernemerspleinen

107.271

170

478

107.919

109.287

1.368

           

0

Bijdragen aan agentschappen

20.326

8.602

6.500

35.428

32.659

– 2.769

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

18.117

8.602

6.499

33.218

30.501

– 2.717

Logius

2.209

1

2.210

2.158

– 52

 

       

ONTVANGSTEN

78.041

790

1.039

79.870

63.493

– 16.377

BMKB

25.000

 

25.000

32.307

7.307

BMKB begrotingsreserve

25.406

   

25.406

12.387

– 13.019

Groeifaciliteit

8.000

 

8.000

2.964

– 5.036

Garantie Ondernemingsfinanciering

13.000

 

13.000

9.443

– 3.557

Garantie Ondernemingsfinanciering begrotingsreserve

       

1.898

1.898

Borgstelling Scheepsnieuwbouw

4.000

 

4.000

15

– 3.985

Joint Strike Fighter

1.204

 

1.204

1.297

93

Diverse ontvangsten

1.431

790

1.039

3.260

3.184

– 76

Toelichting op de verplichtingen

Op artikel 13 is voor ruim € 1,5 mld minder aan verplichtingen aangegaan. Dit wordt vooral veroorzaakt doordat voor het verstrekken van garanties minder verplichtingenruimte nodig was dan geraamd. Voor de BMKB is € 84,1 mln niet benut (beschikbaar was € 530,2 mln), bij de Groeifaciliteit is € 85,6 mln niet benut (beschikbaar was € 114,3 mln), bij de Garantie Ondernemersfinanciering (GO) is € 131,1 mln niet benut (beschikbaar was € 250 mln) en bij de Borgstelling Scheepsnieuwbouw is 358,0 mln niet benut (beschikbaar was € 400 mln).

De beschikbare garantiebudgetten betreffen de maximaal beschikbare plafonds. Het is geen doel op zich om deze ruimte jaarlijks maximaal te benutten. De regelingen ademen namelijk mee met de economische conjunctuur. Bij de BMKB, de GO en de GSF is in 2015 sprake van een hogere benutting ten opzichte van vorig jaar. De uiteindelijke benutting van het budget van de Groeifaciliteit (GF) ligt flink lager dan het aanvankelijke beroep omdat in de praktijk onder de GF goedgekeurde participaties geen doorgang vinden.

Op MKB-financiering is een garantieverplichting aangegaan van € 86,7 mln aan de Europese Investeringsbank voor de € 100 mln funding aan Qredits. Het niet-benutte budget van het Aanvullend Actieplan MKB-financiering (€ 883,3 mln) blijft beschikbaar in 2016.

Toelichting op de uitgaven

De uitgaven op de BMKB lagen € 5,7 mln onder de raming omdat er minder verliesdeclaraties werden ingediend dan eerder werd aangenomen.

De uitgaven van de Groeifaciliteit waren € 5,1 mln lager dan begroot. Vanwege een lager dan geraamde benutting in voorgaande jaren valt het totaal van de ingediende schadedeclaraties ook lager uit.

Toelichting op de ontvangsten

Door hogere terugontvangsten als gevolg van afgewezen verliesdeclaraties vielen de totale inkomsten voor de BMKB € 7 mln hoger uit. Hierdoor en vanwege de lagere omvang aan verliesdeclaraties hoefde uiteindelijk € 13 mln minder aan de interne begrotingsreserve onttrokken te worden.

Vanwege de lagere benutting in voorgaande jaren vallen de ontvangsten voor de Groeifaciliteit € 5 mln lager uit. Hier staan ook lagere uitgaven als gevolg van schades tegenover.

Toelichting op de interne begrotingsreserves

Interne begrotingsreserve BMKB

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2015

66.555

+ Storting

 

– Onttrekking

– 12.387

Stand per 31/12/2015

54.168

De onttrekking dient ter dekking van de schadebetalingen BMKB zoals toegelicht in de EZ-begroting 2015.

Interne begrotingsreserve Groeifaciliteit

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2015

5.000

+ Storting

+12.000

– Onttrekking

 

Stand per 31/12/2015

17.000

In het kader van het Aanvullend Actieplan MKB-financiering is € 12 mln aan de EZ-begroting toegevoegd voor een kasreserve voor de garanties voor achtergestelde leningenfondsen. Het achtergestelde leningenfonds van het NLII gaat gebruik maken van de Groeifaciliteit. Daarom is € 12 mln toegevoegd aan de begrotingsreserve van de Groeifaciliteit.

Interne begrotingsreserve Garantie Ondernemersfinanciering

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2015

55.009

+ Storting

 

– Onttrekking

– 1.898

Stand per 31/12/2015

53.111

De onttrekking dient ter dekking van de schadebetalingen Garantie Ondernemersfinanciering.

Interne begrotingsreserve Garantiefaciliteit Scheepsnieuwbouwfinanciering

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2015

10.044

+ Storting

 

– Onttrekking

 

Stand per 31/12/2015

10.044

Interne begrotingsreserve Garantie MKB-financiering

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2015

9.000

+ Storting

 

– Onttrekking

 

Stand per 31/12/2015

9.000

Budgettaire gevolgen van beleid

Bedragen x € 1.000

14 Een doelmatige en duurzame energievoorziening

Stand vastgestelde begroting 2015

Mutaties 1e

suppletoire begroting 2015

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

Totaal geraamd

Realisatie

Slotwetmutaties

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+(3)

(5)

(6)=(5)-(4)

VERPLICHTINGEN

3.960.853

9.320

1.900.906

5.871.079

6.494.697

623.618

Waarvan garantieverplichtingen

62.400

0

– 62.400

0

31.873

31.873

UITGAVEN

1.619.026

35.682

– 69.501

1.585.207

1.557.919

– 27.288

             

Subsidies

1.410.701

8.560

– 61.720

1.357.541

1.347.519

– 10.022

Topsectoren Energie

67.993

– 200

18.802

86.595

57.681

– 28.914

Energie-innovatie (IA)

7.872

 

14.600

22.472

17.300

– 5.172

Green Deal

750

1.094

– 1.093

751

1.809

1.058

Energieakkoord

35.464

 

– 22.450

13.014

10.631

– 2.383

MEP

380.000

– 1.613

– 13.400

364.987

362.995

– 1.992

SDE /SDE+

804.749

– 1.816

– 532

802.401

323.059

– 479.342

Interne begrotingsreserve duurzame energie

       

503.423

503.423

Compensatie Energie-intensieve bedrijven (ETS)

77.000

4.045

– 49.045

32.000

31.765

– 235

CCS

19.557

 

– 17.057

2.500

2.500

0

Hoge Flux Reactor

7.250

   

7.250

7.250

0

Elektrisch rijden

1.120

 

493

1.613

1.541

– 72

Caribisch Nederland

7.000

7.050

– 1.878

12.172

17.108

4.936

Overige subsidies

1.946

 

9.840

11.786

10.457

– 1.329

             

Garanties

1.000

   

1.000

1.922

922

Geothermie

1.000

   

1.000

0

– 1.000

Interne Begrotingsreserve Geothermie

       

1.922

1.922

             

Opdrachten

24.528

204

3.551

28.283

19.813

– 8.470

O&O bodembeheer

766

5.727

2.411

8.904

12.651

3.747

Joint implementation

1.300

537

– 1.811

26

252

226

Straling

6.060

– 6.060

40

40

50

10

Pallas

13.500

 

– 1.962

11.538

0

– 11.538

Onderzoek en opdrachten

2.902

 

4.873

7.775

6.860

– 915

             

Bijdragen aan agentschappen

44.963

– 4.846

4.222

44.339

41.805

– 2.534

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

39.557

– 1.119

4.178

42.616

40.168

– 2.448

Dienst Landelijk Gebied

500

– 500

     

0

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

680

– 1

7

686

681

– 5

Kern Fysische Dienst

3.226

– 3.226

26

26

0

– 26

KNMI

1.000

 

11

1.011

956

– 55

             

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

113.113

 

– 4.997

108.116

107.423

– 693

Doorsluis COVA heffing

111.000

 

– 5.000

106.000

106.074

74

TNO bodembeheer

2.113

 

3

2.116

1.349

– 767

             

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

24.721

31.764

– 10.557

45.928

39.437

– 6.491

ECN/NRG

23.949

31.880

– 10.301

45.528

38.819

– 6.709

Diverse instituten

772

– 116

– 256

400

618

218

             

ONTVANGSTEN

9.535.411

– 1.280.000

– 1.080.708

7.174.703

6.851.765

– 322.938

COVA

111.000

 

– 5.000

106.000

106.074

74

SDE+

320.000

 

– 41.000

279.000

278.861

– 139

Aardgasbaten

9.100.000

– 1.300.000

– 1.050.000

6.750.000

6.424.910

– 325.090

Ontvangsten zoutwinning

1.761

 

581

2.342

2.342

0

Diverse ontvangsten

2.650

 

14.711

17.361

19.578

2.217

Onttrekking uit interne begrotingsreserve duurzame energie

 

20.000

 

20.000

20.000

0

Toelichting op de verplichtingen

Duurzame energieproductie (MEP/SDE/SDE+)

De slotwetmutatie bij de verplichtingen (€ 624 mln voor het totaal van artikel 14) betreft voor het grootste deel (€ 503 mln) een administratief technische mutatie als gevolg van het storten in de interne begrotingsreserve van de kasmiddelen die in 2015 voor duurzame energieproductie beschikbaar waren maar niet zijn uitgegeven. Daarnaast is sprake van een verplichtingenmutatie van totaal € 33,8 mln voor de garantieregeling Geothermie (€ 31,9 mln garantieverplichting; zie onderstaande toelichting en € 1,9 mln storting in de begrotingsreserve).

Garantieverplichtingen

De verplichtingenrealisatie betreft in zijn geheel Geothermie. De openstelling van deze regeling loopt over de jaargrens heen (oktober 2015 tot en met maart 2016). De verwachting was dat de eerste aanvragen zich in 2016 zouden aandienen, echter al in 2015 zijn vier aanvragen ontvangen en verwerkt.

Toelichting op de uitgaven

Subsidies

Topsectoren Energie

De lagere realisatie is met name het gevolg van lagere uitgaven op de SDE+ projecten van de topsector energie vanwege vertraging in het opstarten van de projecten.

SDE/SDE+

Op de SDE en de SDE+-regeling is per saldo € 479 mln minder uitgegeven dan begroot, voornamelijk als gevolg van de vertraging in de start van een aantal grote energieprojecten. Het bedrag dat niet is uitgegeven is in de interne begrotingsreserve duurzame energie gestort.

Opdrachten

Pallas

In de begroting is een raming opgenomen voor betaling van de tweede tranche van een in 2012 toegezegde totale lening van € 40 mln van het Ministerie van Economische zaken en € 40 mln van de provincie Noord-Holland. Eind 2015 kwamen er echter vragen vanuit de provincie Noord-Holland over het project. Deze vragen hadden betrekking op de marktvooruitzichten voor Pallas, de ontwikkeling van een level playing field, de positionering van Pallas als onderzoeksreactor, de belangstelling van investeerders en de liquiditeitsbehoefte van de Stichting Pallas. De gerezen vragen zorgden voor uitstel van de betaling door Noord-Holland en dit heeft er toe geleid dat ook de tweede tranche van Economische Zaken uiteindelijk niet is uitbetaald in 2015.

Toelichting op de ontvangsten

Aardgasbaten

Door het besluit tot verlaging van het gaswinningsplafond en de daling van de gasprijs zijn de aardgasbaten lager uitgevallen.

Toelichting op de interne begrotingsreserves

Interne begrotingsreserve Geothermie

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2015

20.037

+ storting

1.922

– onttrekking

 

Stand per 31/12/2015

21.959

De interne begrotingsreserve voor de garantieregeling Geothermie is bedoeld om het budget voor deze regeling meerjarig in te kunnen zetten en een eventuele mismatch in de tijd tussen inkomsten en uitgaven op te vangen. Om gebruik te kunnen maken van de garantieregeling Geothermie betalen marktpartijen een premie aan de uitvoerder van de regeling (RVO) die wordt gestort in de interne begrotingsreserve.

Als dekking voor eventuele toekomstige uitgaven heeft in 2015 een storting van € 1,9 mln in de interne begrotingsreserve plaatsgevonden.

Interne begrotingsreserve Duurzame energie

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2015

594.363

+ storting SDE/SDE+

479.344

+ storting MEP

1.992

+ storting SDE+ projecten topsectoren

21.101

+ storting diverse projecten Energieakkoord

986

– onttrekking

– 20.000

Stand per 31/12/2015

1.077.786

De interne begrotingsreserve Duurzame energie is bestemd voor onbesteed gebleven middelen als gevolg van vertraging bij projecten waaraan reeds subsidie is toegekend en reeds verplichte projecten die niet tot uitvoering komen en door andere projecten moeten worden vervangen met het oog op het bereiken van de doelstelling. Via de begrotingsreserve blijven de middelen beschikbaar tot het moment dat ze alsnog zullen worden uitbetaald. In 2015 is € 503 mln in de reserve gestort en € 20 mln aan de reserve onttrokken.

Interne begrotingsreserve risicopremie lening ECN/NRG

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2015

6.600

+ storting

0

– onttrekking

0

Stand per 31/12/2015

6.600

De middelen op de interne begrotingsreserve risicopremie ECN/NRG zullen worden aangesproken als ECN, al dan niet tijdelijk, (gedeeltelijk) niet kan voldoen aan de terugbetalingsverplichtingen volgens de afgesloten leningsovereenkomst.

Budgettaire gevolgen van beleid

Bedragen x € 1.000

16 Concurrerende, duurzame, veilige agro-, visserij- en voedselketens

Stand vastgestelde begroting 2015

Mutaties 1e

suppletoire begroting 2015

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

Totaal geraamd

Realisatie

Slotwetmutaties

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+(3)

(5)

(6)=(5)-(4)

VERPLICHTINGEN

658.062

46.077

32.358

736.497

623.541

– 112.956

Waarvan garantieverplichtingen

131.869

 

131.869

28.348

– 103.521

UITGAVEN

585.628

36.109

32.408

654.145

667.686

13.541

 

   

0

 

Subsidies

53.904

24.829

– 1.318

77.415

90.430

13.015

Duurzame veehouderij

7.483

560

2.617

10.660

14.088

3.428

Investeringsregeling duurzame stallen

3.211

2.900

6.111

7.663

1.552

Kleine en grote netwerken POP-Nieuwe Uitdagingen

1.176

3

1.179

1.742

563

Regeling fijnstofmaatregelen

1.820

5

1.825

3.261

1.436

Overig

1.276

560

– 291

1.545

1.422

– 123

Plantaardige productie

15.526

– 3.613

– 996

10.917

9.562

– 1.355

Duurzaamheids-investeringen Nieuwe Uitdagingen

4.975

– 500

– 1.000

3.475

3.275

– 200

Demoregeling Schoon en Zuinig

1.032

3

1.035

911

– 124

Investeringsregeling energiebesparing (IRE)

375

 

375

113

– 262

Marktintroductie energie innovaties (MEI)

8.749

– 3.113

 

5.636

4.788

– 848

Overig

395

 

1

396

475

79

Diergezondheid en dierenwelzijn

2.008

 

– 2.008

 

3.368

3.368

Regeling in beslag genomen goederen

2.008

 

– 2.008

 

3.368

3.368

Visserij

7.483

350

21

7.854

6.229

– 1.625

Regelingen onder het nieuwe EFMZV

5.003

– 5.003

 

5.017

5.017

Overige (uitfinanciering regelingen onder EVF)

2.480

350

7

2.837

1.212

– 1.625

Interne begrotingsreserve visserij

5.017

5.017

0

– 5.017

Agrarisch ondernemerschap

11.138

– 2.650

– 981

7.507

9.496

1.989

Flankerend beleid pelsdierhouders

2.000

– 2.000

   

2.006

2.006

Brede weersverzekering

6.650

– 650

– 1.981

4.019

3.550

– 469

Investeringsregeling Jonge Agrariërs

2.488

1.000

3.488

3.940

452

Agrarische innovatie

2.997

1.235

9

4.241

3.416

– 825

Samenwerking POP Nieuwe uitdagingen

1.400

 

4

1.404

1.978

574

Overig

1.597

1.235

5

2.837

1.438

– 1.399

             

Apurement

7.269

28.947

20

36.236

44.271

8.035

Regeling apurement

7.269

20

7.289

11.799

4.510

Bijdrage begrotingsreserve apurement

 

28.947

 

28.947

32.472

3.525

 

       

Garanties

22.500

2.000

10.521

35.021

33.862

– 1.159

Bijdrage begrotingsreserve Borgstellingsfaciliteit

3.000

2.000

14

5.014

3.008

– 2.006

Verliesdeclaraties Borgstellingsfaciliteit

17.000

10.500

27.500

28.347

847

Garantstelling Marktintroductie Innovaties (GMI)

2.500

7

2.507

2.507

0

 

       

Opdrachten

134.903

3.711

7

138.621

136.539

– 2.082

Duurzame veehouderij

5.610

– 860

516

5.266

4.282

– 984

Mestbeleid

10.640

– 1.740

– 1.370

7.530

9.161

1.631

Plantaardige productie

1.739

40

– 467

1.312

1.092

– 220

Plantgezondheid

2.362

226

– 369

2.219

1.758

– 461

Diergezondheid en dierenwelzijn

10.104

676

240

11.020

8.044

– 2.976

Voedselveiligheid- en kwaliteit

4.917

367

– 1.097

4.187

3.820

– 367

Voedselzekerheid en internationaal en Europees landbouwbeleid

3.745

– 1.247

– 102

2.396

1.741

– 655

Visserij

1.180

– 66

– 326

788

3.398

2.610

Agrarisch ondernemerschap

2.364

– 100

770

3.034

2.849

– 185

Agrarische innovatie en overig

500

169

 

669

760

91

Kennisontwikkeling en innovatie

91.742

6.246

2.212

100.200

99.634

– 566

             

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

86.883

– 2.963

– 450

83.470

82.746

– 724

Medebewind en overige voormalige publieke PBO-taken

7.333

– 1.736

– 1.141

4.456

4.774

318

Dienst Landbouwkundig Onderzoek

75.816

– 167

75.649

75.221

– 428

Zon-MW (dierproeven)

1.880

– 1.880

   

0

0

College Toelating Gewasbeschermingssmiddelen en Biociden

1.037

653

753

2.443

2.751

308

Centrale Commissie Dierproeven

817

105

922

0

– 922

 

       

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

3.972

800

3.657

8.429

14.064

5.635

Diergezondheidsfonds

3.972

800

3.657

8.429

14.064

5.635

 

   

 

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

8.672

2.350

10

11.032

10.519

– 513

FAO en overige contributies

8.672

2.350

10

11.032

10.519

– 513

 

   

 

Bijdragen aan agentschappen

274.794

5.382

19.981

300.157

299.561

– 596

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

129.706

– 530

12.848

142.024

141.829

– 195

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

136.932

4.833

8.528

150.293

149.999

– 294

Dienst Landelijk Gebied

1.121

379

– 1.500

 

0

0

Rijksrederij

7.035

700

105

7.840

7.733

– 107

 

     

 

ONTVANGSTEN

313.058

30.087

– 224.516

118.629

123.539

4.910

Agrarisch ondernemerschap

 

245

373

618

267

– 351

Mestbeleid

7.209

– 700

– 1.800

4.709

3.324

– 1.385

Diergezondheid en dierenwelzijn

500

200

1.300

2.000

2.399

399

Voedselveiligheid en kwaliteit

430

70

 

500

374

– 126

Voedselzekerheid en internationaal en Europees landbouwbeleid

259.170

28.375

– 242.872

44.673

40.697

– 3.976

Visserij

4.993

700

 

5.693

9.154

3.461

Agrarische innovatie en overig

500

 

500

1.832

1.332

Kennisontwikkeling en innovatie

12.363

147

2.342

14.852

13.617

– 1.235

Garanties (provisies)

1.800

200

 

2.000

1.696

– 304

Agentschappen

   

5.689

5.689

5.689

0

Begrotingsreserves

26.593

350

10.452

37.395

44.490

7.095

Toelichting op de verplichtingen

Een groot gedeelte van de beschikbare garantieruimte komt te vervallen, omdat in 2015 weinig investeringen zijn gedaan waarop een garantstelling van de Garantieregeling Landbouw (en plus) rust.

Toelichting op de uitgaven

Subsidies

Diergezondheid en dierenwelzijn

Voor de Regeling in beslag genomen goederen (dieren) stond het beschikbare budget geraamd bij het opdrachtenbudget. De uitgaven worden verantwoord bij het subsidiedeel, de uitputting is uiteindelijk € 1,3 mln hoger uitgevallen dan geraamd.

Visserij

Op het onderdeel Visserij zijn meer uitgaven verricht in het kader van het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij (EFMVZ) voor € 5,0 mln. De dekking komt uit de interne begrotingsreserve visserij.

Apurement

De uitgaven voor de regeling apurement is € 4,5 mln hoger uitgevallen dan geraamd.

Bij de slotbetaling is een € 3,5 mln hogere bijdrage in de begrotingsreserve apurement gestort.

Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken

De storting in het DGF is met € 5,6 mln verhoogd om beter aansluiting te vinden bij de geraamde DGF-uitgaven.

Opdrachten

In het kader van het mestbeleid zijn extra opdrachten betaald voor € 3,1 mln.

Toelichting op de ontvangsten

Voedselzekerheid en internationaal en Europees landbouwbeleid

De lagere ontvangst van € 4 mln hangt samen met vertraging in de EU-ontvangsten en de lagere ontvangst bij de vervallen waarborgen.

Begrotingsreserves

De hogere ontvangst van € 7,1 mln hangt samen met extra uitgaven voor de visserij en de landbouw, waardoor meer uit de reserves moest worden onttrokken.

Toelichting op de Interne begrotingsreserves

In onderstaande tabellen wordt het verloop van de interne begrotingsreserves toegelicht.

Interne begrotingsreserve Landbouw

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2015

33.249

+ bijschrijving rente

0

+ Storting voor uitfinanciering regeling Marktintroductie Energie Innovaties (MEI)

868

+ Storting voor uitfinanciering diverse regelingen gefinancierd met PAS-middelen

2.657

– Onttrekking voor betaling diverse regelingen

3.900

– Onttrekking voor betaling diverse projecten

7.094

– Onttrekking voor Ctgb

908

Stand per 31/12/2015

24.872

Toelichting op de stortingen

De uitfinanciering van de openstellingen van de regelingen MEI en PAS lopen ook de komende jaren nog door. Om kasbudget beschikbaar te houden voor de betalingen op de openstellingen, is het niet gebruikte kasbudget in de reserve landbouw gestort.

Toelichting op de onttrekkingen

In het verleden zijn bedragen in de reserve gestort om de uitfinanciering op diverse regelingen en projecten te kunnen financieren. In 2015 zijn daarvoor bedragen aan de reserve onttrokken. Het gaat daarbij om onder andere de duurzame stallen, investeringsregeling Jonge Agrariërs, regeling Fijnstofmaatregelen en de uitvoering van diverse projecten op het gebied van intensieve veehouderij. Op het budget voor College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) is een jaarlijks tekort. De onttrekking uit de reserve heeft tot doel dit tekort voor 2014 te dekken. Voor 2016 tot en met 2018 wordt eveneens een jaarlijkse onttrekking voorzien.

Interne begrotingsreserve Visserij

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2015

13.425

+ bijschrijving rente

0

+ storting voor subsidieregelingen onder EFMZV

5.017

– onttrekking voor subsidieregelingen onder EVF as 1

92

– onttrekking voor subsidieregelingen onder EVF as 2

199

– onttrekking voor subsidieregelingen onder EVF as 3

920

Stand per 31/12/2015

17.231

Toelichting op de stortingen en onttrekkingen

Voor de cofinanciering van het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij (EFMZV) is een bedrag van € 5 mln gestort omdat voor de opengestelde regelingen nog geen uitgaven zijn gedaan.

Er is € 1,2 mln onttrokken aan de interne begrotingsreserve Visserij om de nationale cofinanciering van het Europees Visserijfonds (EVF) aan te vullen.

Interne begrotingsreserve Borgstellingsfaciliteit

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2015

41.290

+ bijschrijving rente

0

+ storting voor flankerend beleid pelsdierhouderij

2.006

+ storting voor dekking verliesdeclaraties

5.516

– Onttrekking

26.650

Stand per 31/12/2015

22.162

Toelichting op de stortingen

Deze reserve is bedoeld om de verliesdeclaraties te betalen voor afgegeven garantiestellingen aan banken waarmee innovatieve en duurzame investeringen in de landbouw en visserij worden gefaciliteerd. Hiervoor is een reguliere storting gedaan van 3 mln. Daarnaast is een bedrag van € 2,5 mln gestort als reserve voor verliesdeclaraties voor de garantstelling voor marktintroductie van innovaties. Deze regeling is in 2015 nog niet opengesteld. Tenslotte is de jaarlijkse storting van € 2 mln gedaan die benodigd is voor het flankerend beleid bij het verbod op de pelsdierhouderij (amendement van Gerven/Dijsselbloem, TK, 2010–2011, 32 609 XIII, nr. 4).

Toelichting op de onttrekkingen

Ook in 2015 hebben de banken veel verliesdeclaraties als gevolg van faillissementen ingediend. Deze komen verliesdeclaraties komen ten laste van de Garantieregeling Landbouw. Garantieregeling Landbouw (en plus) ingediend.

Interne begrotingsreserve apurement

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2015

150.304

+ storting

28.947

– onttrekking

4.727

Stand per 31/12/2015

174.524

De reserve is bestemd voor door de Europese Commissie opgelegde correctievoorstellen op ingediende declaraties. De storting houdt verband met het door het Europese Hof nietig verklaarde besluit van de EC voor de correctie van de regeling aardappelzetmeel van ruim € 28 mln. De EC heeft dit bedrag in 2015 terugbetaald.

Voor de periode 2007–2009 heeft de EC in juni 2014 een correctievoorstel opgelegd van € 72 mln voor het dossier GMO Groeten en Fruit. EZ is naar het Bemiddelingsorgaan gegaan en heeft geadviseerd het correctievoorstel substantieel lager vast te stellen. Het definitieve besluit van de EC bedraagt € 50,8 mln. Dit bedrag zal Nederland naar verwachting in 2016 betalen ten laste van de interne reserve apurement.

Budgettaire gevolgen van beleid

Bedragen x € 1.000

17 Groen onderwijs van hoge kwaliteit

Stand vastgestelde begroting 2015

Mutaties 1e

suppletoire begroting 2015

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

Totaal geraamd

Realisatie

Slotwetmutaties

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+(3)

(5)

(6)=(5)-(4)

VERPLICHTINGEN

891.348

4.071

13.702

909.121

827.516

– 81.605

UITGAVEN

839.465

4.321

9.966

853.752

843.384

– 10.368

             

Leningen

       

55

55

Schatkistbankieren

       

55

55

             

Bekostiging

763.092

12.467

9.718

785.277

780.769

– 4.508

WO-groen

181.531

– 8.767

2.666

175.430

174.610

– 820

HBO-groen

87.188

3.464

1.289

91.941

90.568

– 1.373

MBO-groen

170.347

9.396

2.518

182.261

181.919

– 342

Wachtgelden

13.673

243

234

14.150

13.991

– 159

VMBO-groen

305.717

7.804

4.519

318.040

316.547

– 1.493

Aequor

4.636

327

– 1.508

3.455

3.134

– 321

 

       

Subsidies

74.524

– 8.146

233

66.611

60.695

– 5.916

Aansturing collectieve ondersteuning

4.039

69

4.108

5.875

1.767

School als Kenniscentrum

31.383

– 4.420

536

27.499

21.962

– 5.537

Kennisverspreiding en innovatie groen onderwijs

713

12

725

1.523

798

Aanvullende onderwijssubsidies

33.705

– 3.748

1.112

31.069

27.106

– 3.963

Ontwikkeling en beheer natuurkwaliteit

1.500

1

1.501

1.429

– 72

Educatie

3.184

22

– 1.497

1.709

2.800

1.091

             

Opdrachten

612

 

612

628

16

Kennisverspreidingsprojecten

612

 

612

628

16

 

       

Bijdragen aan agentschappen

1.237

 

15

1.252

1.237

– 15

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

1.237

15

1.252

1.237

– 15

 

       

ONTVANGSTEN

75

 

75

243

168

Toelichting op de verplichtingen

De beschikbare € 50 mln voor schatkistbankieren van groene onderwijsinstellingen hoefde niet te worden aangesproken. Verplichtingen voor subsidies met uitgaven 2015 waren al grotendeels meerjarig in voorgaande jaren aangegaan. Vanwege het wegvallen van de groene plus subsidies ingaande 2016 werden er in beperktere mate nieuwe verplichtingen aangegaan.

Toelichting op de uitgaven

Bekostiging

De uitgavenrealisatie op dit onderdeel komt € 4,5 mln lager uit dan geraamd. Dit wordt veroorzaakt door:

  • Van de middelen Loonruimte-akkoord kon € 1,3 mln niet meer in 2015 toegekend worden in de bekostigingsbrieven, omdat de middelen te laat beschikbaar kwamen. Deze middelen moeten daarom volgend jaar worden toegekend.

  • Op Kenniscentra werd € 0,3 mln bespaard vanwege lagere uitgaven boventallig personeel bij overdracht aan SBB (samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven).

  • Er waren meevallers van € 2,9 mln vanwege lagere prijzen in de OCW-conforme bekostigingsmodellen dan eerder geraamd.

Subsidies

De lagere uitgavenrealisatie op het onderdeel subsidies van € 5,9 mln lager wordt veroorzaakt door:

  • Er is in 2015 € 0,3 mln loonbijstelling en € 0,9 mln Loonruimte-akkoord toegevoegd. Deze € 1,2 mln is in 2015 niet nodig aangezien de bedragen voor 2015 al vast lagen.

  • Er werd € 1,2 mln ontvangen van OCW in het kader van de Regeling intensivering onderwijs die in 2015 niet leidt tot nieuwe uitgaven.

  • Voor € 2,9 mln was er vertraging in groene plus projecten (Regeling praktijkleren en groene plus)

  • Voor € 0,6 mln was er sprake van minderbesteding op subsidies vanwege lagere uitgaven (meevallers).

Budgettaire gevolgen van beleid

Bedragen x € 1.000

18 Natuur en Regio

Stand vastgestelde

begroting 2015

Mutaties 1e

suppletoire begroting 2015

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

Totaal geraamd

Realisatie

Slotwetmutaties

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+(3)

(5)

(6)=(5)-(4)

VERPLICHTINGEN

200.392

– 33.346

17.046

184.092

184.073

– 19

UITGAVEN

293.151

– 33.346

2.995

262.800

255.582

– 7.218

       

Subsidies

83.092

– 5

– 8.107

74.980

74.892

– 88

Zuiderzeelijn (18.1)

6.315

 

6.315

6.315

0

Cofinanciering EFRO, incl. ETS (18.1)

54.545

– 265

– 2.758

51.522

52.380

858

Bijdrage aan ROM’s (18.1)

6.325

– 738

5.587

5.380

– 207

Pieken in de Delta (18.1)

10.817

– 5.420

5.397

4.569

– 828

Programma Natuurlijk Ondernemen en Green Deals (18.2)

1.477

4

1.481

1.364

– 117

Regelingen Natuur (Burgereducatie, RDN, SBL, VNBL & beheer Kroondomeinen) (18.3)

3.613

260

805

4.678

4.884

206

 

       

Leningen

30.484

– 1.737

 

28.747

28.747

0

Rente en aflossingen voor bestaande leningen (EHS & PNB) (18.3)

30.484

– 1.737

 

28.747

28.747

0

 

       

Opdrachten

46.210

– 8.821

– 2.597

34.792

28.803

– 5.989

Onderzoeksmiddelen (18.1)

672

 

– 191

481

325

– 156

NURG/Maaswerken (18.2)

8.015

   

8.015

8.476

461

Mainport Rotterdam (18.2)

7.249

 

20

7.269

7.244

– 25

Programma Rijke Waddenzee (18.2)

0

653

– 30

623

159

– 464

Programma Natuurlijk Ondernemen en Green Deals (18.2)

4.833

– 1.671

– 231

2.931

3.230

299

Regiekosten regionale functie (18.2)

1.243

– 500

– 73

670

355

– 315

Nationale parken (18.2)

1.000

   

1.000

149

– 851

Invasieve soorten (18.3)

1.000

– 1.000

   

0

 

Kaderrichtlijn Marine Strategie/Noordzee (18.3)

954

– 375

– 41

538

230

– 308

Natura 2000 (18.3)

3.203

– 140

3.063

212

– 2.851

Monitoring (18.3)

2.258

– 44

2.214

1.691

– 523

Internationale biodiversiteit (18.3)

361

1

362

171

– 191

Caribisch Nederland (18.3)

779

193

972

686

– 286

Overig (18.3)

9.679

– 5.650

– 365

3.664

2.387

– 1.277

Natuurvisie

4.964

– 278

– 1.696

2.990

3.488

498

 

       

Bijdragen aan mede-overheden

17.525

80

– 6.185

11.420

12.069

649

Uitfinanciering Sterke Regio's en Nota Ruimte (18.1)

8.875

– 4.544

4.331

5.247

916

Programmatische Aanpak Stikstof (18.2)

6.000

80

– 1.648

4.432

5.509

1.077

Caribisch Nederland (18.3)

2.500

7

2.507

2.500

– 7

Decentralisatiemiddelen natuur (18.3)

150

 

150

0

– 150

 

   

 

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

26.354

2.480

1.142

29.976

30.476

500

Staatsbosbeheer (18.3)

26.354

2.480

1.142

29.976

30.476

500

 

       

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

910

351

– 24

1.237

551

– 686

Diverse contributies (18.3)

910

351

– 24

1.237

551

– 686

 

   

0

Bijdragen aan agentschappen

88.576

– 25.694

18.766

81.648

80.044

– 1.604

Dienst Landelijk Gebied

48.691

– 42.518

1.078

7.251

6.833

– 418

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

31.715

15.834

17.590

65.139

65.124

– 15

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

8.170

990

98

9.258

8.087

– 1.171

   

 

ONTVANGSTEN

96.707

25.200

7.849

129.756

126.077

– 3.680

Landinrichtingsrente

42.161

 

42.161

47.225

5.064

Jachtakten

1.031

 

1.031

1.036

5

Verkoop gronden

45.000

 

45.000

45.000

0

Overige

8.515

25.200

7.849

41.564

32.816

– 8.749

Toelichting op de uitgaven

Opdrachten

De lagere uitgaven bij het onderdeel opdrachten hangt samen met het niet uitbetalen van uitgaven voor Natura 2000 zijn € 2,8 mln en voor diverse projecten die niet volledig tot uitbetaling zijn gekomen.

Toelichting op de ontvangsten

Landinrichtingsrente

De meerontvangsten van € 5,0 mln houden voornamelijk verband met het feit dat begunstigden van ruilverkavelingsprojecten gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid om landinrichtingsrente vervroegd af te kopen.

Overige ontvangsten

De lagere ontvangst van € 8,8 mln door dat de taakstelling voor Platteland Ontwikkelingsprogramma (POP-2)-inkomsten voor grondverwerving indertijd meerjarig is geraamd. Terwijl deze geen onderdeel meer zijn van het programma vanaf 2007 (POP-3). Op deze taakstelling zijn derhalve vanaf 2007 geen ontvangsten meer gerealiseerd (€ 2,1 mln). Verder is er vertraging bij de realisatie opbrengsten van voormalige DLG-projecten zoals, Project Ontwikkeling Militaire Terreinen (Promt) circa € 5 mln. Tevens heeft vertraging plaatsgevonden bij aantal geplande subsidie eindafrekeningen waarop een terugontvangst was gepland.

Budgettaire gevolgen van beleid,

Bedragen x € 1.000

19 Toekomstfonds

Stand vastgestelde begroting 2015

Mutaties 1e

suppletoire begroting 2015

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

Totaal geraamd

Realisatie

Slotwetmutaties

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+(3)

(5)

(6)=(5)-(4)

VERPLICHTINGEN

181.887

156.589

– 2.197

336.279

194.439

– 141.840

UITGAVEN

176.728

157.062

– 96.020

237.770

78.451

– 159.319

             

Leningen

176.728

151.358

– 96.366

231.720

72.401

– 159.319

I MKB-FINANCIERING

           

Volledig revolverend

           

Dutch Venture Initiative/Fund of Funds

21.600

105.800

– 95.000

32.400

3.000

– 29.400

Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen

 

44.000

– 2.000

42.000

0

– 42.000

             

Gedeeltelijk revolverend

           

Innovatiekrediet

76.454

– 1.308

1.194

76.340

45.178

– 31.162

Risicokapitaal (seed capital)

18.674

 

– 107

18.567

14.856

– 3.711

Vroege fasefinanciering

10.000

2.866

– 247

12.619

9.367

– 3.252

             

II INVESTERINGEN IN FUNDAMENTEEL EN TOEGEPAST ONDERZOEK

Met vermogensbehoud

           

Fundamenteel en toegepast onderzoek

50.000

 

– 206

49.794

0

– 49.794

             

III Staatsobligaties Toekomstfonds

           
             

Subsidies

           

IV Reëel rendement voor onderzoek

           
             

Bijdragen aan agentschappen

 

5.704

346

6.050

6.050

0

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

 

5.704

346

6.050

6.050

0

             

ONTVANGSTEN

21.188

44.000

– 34.000

31.188

49.428

18.240

MKB-FINANCIERING BESTAND INSTRUMENTARIUM

           

Innovatiekredieten

18.788

   

18.788

24.920

6.132

Seed

2.400

   

2.400

14.508

12.108

Fund of Funds (DVI I/Business Angels)

           

Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen

 

44.000

– 34.000

10.000

10.000

0

             

MKB-FINANCIERING INCIDENTELE MIDDELEN

           

Ontvangsten DVI II

           
             

Ontvangsten fundamenteel en toegepast onderzoek

           
             

Renteontvangsten Toekomstfonds

           

Toelichting op de verplichtingen

Op het verplichtingbudget is € 141,8 mln niet tot benutting gekomen in 2015. Vanwege de fondsconstructie blijft dit budget beschikbaar. Het bedrag bestaat met name uit:

  • Toegepast onderzoek (– € 49,8 mln). Voor de investeringen in fundamenteel en toegepast onderzoek zijn nog geen verplichtingen aangegaan (– € 50 mln). De regeling Toekomstfondskrediet Onderzoeksfaciliteiten is in 2015 opengesteld. Partijen dienden in het najaar van 2015 projectvoorstellen in voor investeringen in nieuwe en bestaande hoogwaardige onderzoeksfaciliteiten, waarvoor begin 2016 beoordeling en toewijzing plaatsvindt.

  • Innovatiekredieten (– € 44,6 mln). De benutting van het Innovatiekrediet in 2015 is met € 53 mln iets hoger dan in voorgaande jaren. Voor 2015 valt wel op dat de financiering van klinische projecten achter bleef bij de verwachting, omdat een aantal aanvragen niet voor het einde van het jaar afgerond konden worden en doorgeschoven zijn naar 2016.

  • Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (– € 42,0 mln). De ontvangst vanwege de voorgenomen verkoop van een deel van de aandelen LIOF kon niet in 2015 worden gerealiseerd, omdat de provinciale staten van Limburg het besluit pas in 2016 zullen bekrachtigen (dit is inmiddels gebeurd). De hiermee samenhangende uitgavenruimte van € 32 mln kon daarom in 2015 niet worden benut. Daarnaast kon de EZ-bijdrage aan de NOM ten behoeve van het Innovatiefonds Noord Nederland niet in 2015 worden verstrekt. De bijdrage zal in afstemming met de noordelijke provincies in 2016 beschikbaar worden gesteld. De ruimte van € 42 mln blijft vanwege de fondsconstructie beschikbaar binnen het Toekomstfonds.

Toelichting op de uitgaven

Op het kasbudget is € 159,3 mln niet tot benutting gekomen in 2015. Vanwege de fondsconstructie blijft dit budget beschikbaar.

Het bedrag bestaat met name uit:

  • Dutch Venture Initiative I (– € 29,4 mln). De investeringen vanuit de onderliggende investeringsfondsen zijn volatiel, omdat het lastig is om op voorhand te bepalen in welke en hoeveel ondernemingen wordt geïnvesteerd. Een aantal onderliggende fondsen is later gestart onder andere omdat het lastig blijkt te zijn om hun andere, private funding op te halen.

  • Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (– € 42,0 mln). Zie de toelichting op de verplichtingen.

  • Innovatiekrediet (– € 31,2 mln). Oorzaak hiervoor was onder andere dat als gevolg van de lager dan geraamde benutting van de regeling in voorgaande jaren de kasuitgaven ook op een lager niveau liggen. Daarnaast bleef de financiering van klinische projecten achter bij de verwachting. Dat heeft ermee te maken dat een aantal aanvragen niet voor het einde van het jaar afgerond konden worden en doorgeschoven zijn naar 2016.

  • Fundamenteel en toegepast onderzoek (– € 49,8 mln). Er zijn geen verplichtingen aangegaan waardoor er ook geen betalingen hebben plaatsgevonden in het kader van de regeling Toekomstfondskrediet Onderzoeksfaciliteiten. De overige bestedingen voor fundamenteel en toegepast onderzoek vanuit het Toekomstfonds worden in 2016 nader ingevuld.

Toelichting op de ontvangsten

De hogere ontvangsten uit de Seed Capital regeling (€ 12,1 mln) komen voornamelijk voort uit de investeringen in de bedrijven Dezima Pharma en Acerta Pharma.

De niet-beleidsartikelen

Bedragen x € 1.000

40 Apparaat

Stand vastgestelde begroting 2015

Mutaties 1e

suppletoire begroting 2015

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

Totaal geraamd

Realisatie

Slotwetmutaties

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+(3)

(5)

(6)=(5)-(4)

VERPLICHTINGEN

348.836

37.697

2.826

389.359

374.245

– 15.114

UITGAVEN

349.016

37.697

2.646

389.359

374.245

– 15.114

             

Personele uitgaven

229.124

32.892

– 11.425

250.591

248.694

– 1.897

Waarvan eigen personeel

200.353

4.668

5.780

210.801

199.484

– 11.317

Waarvan externe inhuur

6.290

318

– 31

6.577

8.364

1.787

Waarvan overige personele uitgaven

22.481

27.906

– 17.174

33.213

40.846

7.633

Materiële uitgaven

119.892

4.805

14.071

138.768

125.551

– 13.217

Waarvan ICT

7.065

– 689

211

6.587

6.255

– 332

Waarvan bijdrage aan SSO’s (exclusief DICTU)

40.722

– 1.509

204

39.417

38.878

– 539

Waarvan SSO DICTU

30.744

8.266

14.778

53.788

53.500

– 288

Waarvan overige materiële uitgaven

41.361

– 1.263

– 1.122

38.976

26.918

– 12.058

ONTVANGSTEN

31.299

4.395

10.490

46.184

42.425

– 3.759

Toelichting op de verplichtingen en uitgaven

Personele uitgaven

Er is in 2015 € 1,9 mln minder uitgegeven dan geraamd. Dit verschil wordt met name veroorzaakt doordat:

  • De vacaturevervulling bij Nationale Coördinatie Groningen (NCG) minder voorspoedig liep dan geraamd (– € 2,2 mln).

  • Er een correctie (– € 3,7 mln) op de uitgaven heeft plaatsgevonden voor de Werk naar Werk kandidaten (VWNW) van voormalig DLG over de 2e helft van 2015. Deze uitgaven zijn betaald uit het eigenvermogen van DLG.

  • De uitgaven van externe inhuur hoger (€ 1,8 mln) waren dan geraamd. De hogere externe inhuur wordt voornamelijk verklaard door de inzet van ICT specialisten voor het Identity Management Systeem (IdM).

  • Aan Sociaal Flankerend Beleid (SFB) (€ 2,0 mln) meer is uitgegeven dan geraamd.

Bij materiële uitgaven is er € 13,2 mln minder uitgegeven dan geraamd. Dit wordt met name veroorzaakt doordat:

  • De materiële uitgaven (– € 3,5 mln) van Nationaal Coördinatie Groningen (NCG) zijn verantwoord op artikel 14 (Energie ETM), terwijl de uitgaven op artikel 40 (Apparaat) waren begroot.

  • Lagere uitgaven bij ACM (– € 5,9 mln). Deze lagere uitgaven worden o.a. veroorzaakt doordat de huisvestingskosten aan andere inwonende organisaties zijn doorbelast en er een vertraging van een aantal onderzoeksprojecten heeft plaatsgevonden.

  • Vertraagde uitvoering van ICT projecten bij het CPB (– € 1,3mln).

  • Dat de uitgaven (– € 1,1 mln) voor Regiebureau Pop lager zijn dan geraamd in verband met de start van het Regiebureau POP nieuwe stijl in 2015.

Toelichting op de ontvangsten

De lagere ontvangsten hangen voornamelijk samen met de vertraagde binnenkomst van geraamde ontvangsten voor bij telecom- en postbedrijven in rekening gebrachte tarieven door de Autoriteit Consument en Markt.

Bedragen x € 1.000

41 Nominaal en Onvoorzien

Stand vastgestelde begroting 2015

Mutaties 1e

suppletoire begroting 2015

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

Totaal geraamd

Realisatie

Slotwetmutaties

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+(3)

(5)

(6)=(5)-(4)

VERPLICHTINGEN

0

10.184

– 10.184

0

0

0

UITGAVEN

0

10.184

– 10.184

0

0

0

             

41.10 Prijsbijstelling

0

3.242

– 3.242

0

0

0

41.20 Loonbijstelling

0

6.942

– 6.942

0

0

0

41.30 Onvoorzien

0

0

0

0

0

0

41.40 Nog te verdelen

0

0

0

0

0

0

Toelichting

Op artikel 41 Nominaal en onvoorzien worden geen uitgaven gedaan. Bij 2e suppletoire begroting 2015 zijn de loon- en prijsbijstelling toegedeeld aan de relevante artikelen.

Budgettaire gevolgen Diergezondheidsfonds (DGF)

Bedragen x € 1.000

01 Bewaking en bestrijding van dierziekten en voorkomen en verminderen van welzijnsproblemen

Stand vastgestelde begroting 2015

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

Mutaties 2e suppletoire begroting 2015

Totaal geraamd

Realisatie

Slotwetmutaties

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+(3)

(5)

(6)=(5)-(4)

VERPLICHTINGEN

21.860

20.964

19.618

62.442

33.114

– 29.328

UITGAVEN

21.860

20.964

19.618

62.442

33.114

– 29.328

             

Programma-uitgaven

21.860

20.964

19.618

62.442

33.114

– 29.328

         

Opdrachten

21.860

20.964

19.618

62.442

33.114

– 29.328

U0111 Bewaking van dierziekten

9.307

0

9.826

19.133

14.161

– 4.972

U0112 Bestrijding van dierziekten

12.553

20.964

9.792

43.309

18.915

– 24.394

U0113 Voorkomen en verminderen van welzijnsproblemen

0

0

0

0

0

0

U0114 Overig

0

0

0

0

38

38

ONTVANGSTEN

21.860

20.964

19.618

62.442

27.410

– 35.032

Toelichting op de verplichtingen en uitgaven

Programma-uitgaven onderdeel UO111 Bewaking van dierziekten

De uitgaven voor het onderdeel Bewaking van dierziekten zijn € 4,9 mln lager dan geraamd. Dit wordt onder andere veroorzaakt door lagere uitgaven voor het Salmonella-vaccinatie programma ad € 1,6 mln doordat de Europese regelgeving hiervoor laat is gepubliceerd. Daarnaast lopen enkele instanties belast met de monitoring van dierziekten achter met facturering waardoor in totaal circa € 1,3 mln lagere uitgaven gerealiseerd zijn. De afrekening met de vereffeningsorganisatie Productschappen waarvoor € 1,7 mln onvoorzien was opgenomen zal pas in 2016 afgewikkeld worden.

Programma-uitgaven onderdeel UO112 Bestrijding van dierziekten

De uitgaven voor het onderdeel Bestrijding van dierziekten zijn € 24,3 mln lager dan geraamd bij de 2e suppletoire begroting 2015. Dit wordt veroorzaakt doordat het DGF-saldo van 2014 ad € 19,1 mln dat bij Voorjaarsnota 2015 is toegevoegd niet in 2015 is uitgegeven. De afrekening met de Vereffeningsorganisatie Productschappen waarvoor onvoorzien € 3,2 mln was opgenomen heeft nog niet plaatsgevonden. Voorts worden de uitvoeringkosten RVO ad € 1,6 mln berekend op basis van nacalculatie en zal verrekening met de voormalige Productschappen pas in 2016 plaatsvinden. Verder lopen enkele vaste contractpartijen in het kader van dierziektebestrijding achter met factureren. Niet alle facturen van de vaste contractpartijen voor de mogelijke bestrijding van dierziekten zijn ontvangen.

Toelichting op de ontvangsten

De ontvangstenrealisatie valt € 35 mln lager uit dan in de 2e suppletoire begroting 2015 was geraamd. Dit wordt veroorzaakt doordat in de raming bij de 2e suppletoire begroting 2015 de ontvangsten gelijk zijn gesteld aan de uitgaven van het DGF ad € 62,4 mln. Dit was echter een technische verwerking (conform de fondsconstructie moeten de ontvangsten en uitgaven aan elkaar gelijk zijn). De werkelijke ontvangsten zijn een stuk lager. Voorts zijn de ontvangsten in 2015 lager doordat gelet op de opheffing van de productschappen er reeds eind 2014 een voorschot van € 3,3 mln van Productschap Zuivel voor 2015 is ontvangen en een bedrag van € 6 mln van het Productschap Pluimvee en Eieren ten behoeve van de bestrijding AI (waarvan € 0,8 mln is uitgegeven in 2014, de overige kosten komen ten laste van 2015). Ook zijn de heffingen in de sector pluimvee pas laat in 2015 gefactureerd waardoor er € 3,3 mln minder is ontvangen dan begroot en zijn de kosten voor bestrijding Mycoplasma € 0,6 mln. nog niet ontvangen door RVO. Een bedrag voor de dekking van de kosten voor de AI-uitbraken ad € 2,6 mln is nog niet verrekend met de sector.

Licence