Base description which applies to whole site

2.1 Nederland Veiliger (artikel 31, 32, 33, 34)

Bij het werken aan een veiliger Nederland zijn de landelijke beleidsdoelstellingen van de Veiligheidsagenda 2015–20181 leidend. Dan gaat het om de aanpak van: ondermijnende criminaliteit, cybercrime, fraude, kinderporno en High Impact Crimes, waaronder criminele jeugdgroepen en afpakken van crimineel vermogen.

Versterken van de aanpak van ondermijnende criminaliteit

Alleen door een effectieve samenwerking tussen alle relevante partijen waaronder het OM, politie, gemeenten, Belastingdienst, FIOD en de KMar, kan ondermijnende en georganiseerde criminaliteit effectief worden bestreden. Waar mogelijk combineren we de geïntegreerde overheidsinterventies met een privaatrechtelijke aanpak. De Regionale Informatie- en Expertise Centra (RIEC’s) zijn hierbij een onmisbare schakel. Het Landelijk Informatie- en Expertise Centrum (LIEC) voorziet hierbij in ondersteuning van de RIEC’s.

Binnen de geïntegreerde aanpak van ondermijnende criminaliteit ligt het accent op de regionaal bepaalde prioriteiten, zoals de aanpak van de outlaw motorcycle gangs (OMG’s) en vrijplaatsen. Daarnaast ligt het accent op de in het Nationaal Dreigingsbeeld gesignaleerde dreigingen, te weten de aanpak van drugscriminaliteit, witwassen/vastgoed, mensenhandel en – smokkel, fraude en milieucriminaliteit. Met de integrale aanpak worden meer criminele samenwerkingsverbanden aangepakt door middel van een subjectgerichte aanpak van sleutelfiguren/facilitators en verstoring van criminele bedrijfsprocessen. Tevens zetten alle betrokken partners in op het opwerpen van meer barrières ter voorkoming van ondermijning. In 2016 gaan we minimaal 950 criminele samenwerkingsverbanden per jaar strafrechtelijk aanpakken. Ook gaan we in overleg met het lokale gezag méér handhavingsacties uitvoeren, waaraan de politie deelneemt. Het werk van de TaskForce Brabant Zeeland gaat ook in 2016 nog door. De TaskForce richt zich op het integraal en effectief verstoren van de criminele industrie in Brabant en Zeeland met een focus op de thema’s hennep, synthetische drugs en OMG’s.

In het kader van het Nederlandse EU voorzitterschap zal worden ingezet op het versterken van de EU samenwerking in de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit. De multidisciplinaire of integrale aanpak van de georganiseerde criminaliteit staat centraal in de verschillende bijeenkomsten die we voornemens zijn te organiseren. Met betrekking tot de bilaterale samenwerking met de buurlanden zal de inzet zijn gericht op het implementeren van het Actieprogramma transnationale drugshandel en grensoverschrijdende criminaliteit met België, Frankrijk en Luxemburg. Ook de samenwerking met Duitsland ten aanzien van de aanpak van drugshandel, OMG’s en mobiele bendes zal worden geïntensiveerd.

Bestrijden van cybercrime

De intensivering op het terrein van cybercrime moet in lijn met de Veiligheidsagenda 2015–2018 op termijn leiden tot een forse toename van het aantal cybercrime-onderzoeken (naar 220 onderzoeken in 2016, trapsgewijs oplopend tot 360 in 2018). Binnen dit geheel zal ook het aantal complexe onderzoeken toenemen. Het hoge niveau van de bestrijding van hightech crime blijft in 2016 gehandhaafd. Met ingang van dit jaar is de versterkte aandacht voor cybercrime verruimd naar het niveau van alle eenheden van politie. Hiervoor werkt politie de aankomende jaren toe naar de digitale expertise conform het inrichtingsplan Nationale Politie én versterkt de politie de kwaliteit van de regionale eenheden om cybercriminaliteit effectief aan te pakken.

Tijdens het Nederlands Voorzitterschap van de EU in 2016 is versterking van de internationale samenwerking bij de aanpak van cybercrime prioriteit. De inzet van Nederland is er op gericht die samenwerking structureel te versterken. Ook wil het kabinet stappen zetten om de mogelijkheden tot digitale opsporing buiten de landsgrenzen te vergroten, onder andere door implementatie van de cybercrime conventie van de Raad van Europa. Ten slotte stelt Nederland voor om een Europees netwerk van aanklagers op het gebied van cybercrime te starten.

Versterken van de aanpak van (horizontale) fraude

Om kwetsbaarheden in regelingen weg te nemen is de fraudebestendigheid van wet- en regelgeving sinds eind 2013 een belangrijk onderdeel van de rijksbrede aanpak van fraude. Ook in 2016 worden nieuwe en bestaande wet- en regelgeving getoetst op fraudebestendigheid, onder andere door aan de hand van kennis van uitvoerders, toezichthouders en handhavers frauderisico’s te ontdekken en weg te nemen.

Een andere belangrijke manier om fraude te ontdekken en te kunnen voorkomen of te bestraffen, is het delen van gegevens tussen overheidsorganisaties. Deze uitwisseling van informatie en de vorming van samenwerkingsverbanden past bij het doel van het kabinet om te komen tot een brede en integrale aanpak van fraude. Het kabinet werkt daarom aan een kaderwet voor de gegevensuitwisseling op het terrein van fraudebestrijding. Deze moet de betrokken diensten meer en beter in staat stellen om informatie snel en accuraat uit te wisselen, zodat ook beter kan worden besloten over de meest effectieve interventie. Bij de uitwerking zal nadrukkelijk aandacht zijn voor het recht op de bescherming van persoonsgegevens.

De versterking van de aanpak van fraude tegen burgers en bedrijven (zogenaamde «horizontale fraude») wordt ook in 2016 voortgezet. Kern van die aanpak is de preventie van fraude door het vergroten van de weerbaarheid en bewustwording van burgers en bedrijven en het opwerpen van barrières door private en publieke partijen tegen het plegen van specifieke fraudes. Publieke en private partners hebben hiertoe o.a. afspraken gemaakt binnen het Nationaal Platform Criminaliteitsbeheersing (NPC).

Naast preventieve maatregelen en versterkte publieke-private samenwerking vertaalt de hogere prioriteit van dit kabinet voor de fraudebestrijding zich ook in een stijging van het aantal strafzaken. In de Veiligheidsagenda 2015–2018 is de afspraak opgenomen dat de politie in 2016 1600 fraudezaken zal oppakken, 100 zaken meer dan in 2015.

Aanpak mensenhandel

We doen al het mogelijke om gedwongen arbeid en mensenhandel te voorkomen en op te sporen. Binnen de Taskforce Mensenhandel zetten we voortdurend in op een brede, integrale aanpak. Tal van initiatieven brengen we met elkaar in verbinding, om al deze vormen van uitbuiting te bestrijden. Het ontnemen van wederrechtelijk verkregen voordeel en het vergoeden van de schade aan slachtoffers zijn belangrijke onderdelen van deze aanpak. Ook gaat in 2016 aandacht uit naar de aanpak van loverboys en de bescherming van minderjarige slachtoffers. Om meer maatwerk te leveren aan de slachtoffers staat 2016 verder in het teken van de doorontwikkeling van het nationaal verwijzigingsmechanisme (een doorverwijssysteem voor o.a. ketenpartners en maatschappelijke organisaties) voor slachtoffers van mensenhandel.

Bestrijding kinderporno en kindersekstoerisme

De uitbreiding van de bestaande focus op slachtoffers en op vervaardigers en verspreiders zetten we voort. Het aantal interventies zal stijgen naar 700 in 2018 met focus op de meer complexe zaken. In 2016 ligt het accent nog steeds op het ontzetten van slachtoffers van misbruik. Speciale aandacht is er voor recidivisten, daders opererend in besloten netwerken en daders in risicovolle beroepen en posities. Het Plan van Aanpak Kindersekstoerisme voorziet voor langere tijd in meer concrete acties ter voorkoming en bestrijding van kindersekstoerisme. De tijdelijke inzet van een extra politieliaison in de regio Zuid-Oost Azië, internationale samenwerking en campagnes om de bewustwording te vergroten speelt in dit verband een belangrijke rol. In 2016 neemt Nederland voor een periode van twee jaar de coördinatie op zich van Don’t look away, de Europese campagne tegen kindersekstoerisme.

Terugdringen High Impact Crimes

De probleemgerichte ketenaanpak van overvallen, straatroven, woninginbraken en geweldsdelicten blijkt succesvol. Ook in 2016 en verdere jaren geniet deze aanpak van High Impact Crimes (HIC) dan ook een hoge prioriteit. Met betrekking tot straatroven en overvallen is de doelstelling in 2016 het maximale aantal te beperken tot respectievelijk 6.534 en 1.596. Voor de woninginbraken bedraagt dit – zonder aanvullende maatregelen – 72.346. Doel is om met een pakket van maatregelen2 het aantal woninginbraken terug te dringen van circa 91.000 in 2012 tot 61.000 in 2018. Bij de bestrijding van High Impact Crimes ligt de nadruk op het verhogen van het ophelderingspercentage, het afpakken van crimineel vermogen, een zorgvuldige bejegening van het slachtoffer en het maken van heldere afspraken op lokaal niveau over de beste lokale aanpak. Door actieve betrokkenheid van burgers te stimuleren, zal de heterdaadkracht van de politie toenemen. De geïntegreerde aanpak van problematische jeugdgroepen gaat ook in 2016 door. De aanpak van kindermishandeling zal op dezelfde leest geschoeid worden, waarbij de focus ligt op de problematiek op lokaal niveau.

Afpakken

Bij strafzaken met financieel gewin zetten we in op het afpakken van crimineel vermogen. De doelstelling is om in 2016 ruim € 110 miljoen aan crimineel vermogen in het strafrecht af te pakken. Om deze doelstelling te bereiken wordt onder andere de aanpak van ondermijning in Zuid-Nederland met € 3 mln. geïntensiveerd. Bij afpakken werken we ook samen met andere landen, binnen en buiten Europa.

1

Tweede Kamer 28 684, nr. 412.

2

Zie Veiligheidsagenda 2015–2018, pagina 12.

Licence