Base description which applies to whole site

4.1. Inkomstenbronnen van gemeenten

De uitgaven van gemeenten worden uit verschillende inkomstenbronnen bekostigd. Tabel 4.1.1. bevat een overzicht van de verschillende inkomstenbronnen van de gemeenten voor de periode 2010–2016. De cijfers tot en met 2014 zijn op basis van de jaarrekeningen. De cijfers 2015 en 2016 zijn op basis van de begrotingen.

Tabel 4.1.1 Inkomsten gemeenten (in miljoenen euro's)
 

Rekening

Rekening

Rekening

Rekening

Rekening

Begroting

Begroting

 

2010

2011

2012

2013

20141

2015

20161

Gemeentefonds

18.591

18.370

18.437

17.972

18.697

27.252

27.261

Specifieke uitkeringen

10.163

9.613

9.212

9.558

9.392

6.216

6.194

Onroerendezaakbelasting (OZB)

3.043

3.170

3.336

3.446

3.542

3.866

3.955

Overige belastingen

903

960

1.001

1.042

1.099

1.114

1.182

Retributies

3.922

3.982

3.982

3.929

4.021

4.077

4.116

Bouwgrondexploitatie

7.171

6.992

6.242

5.562

5.430

3.997

3.954

Onttrekkingen reserves

10.563

9.162

9.070

8.127

7.044

4.027

3.233

Overige middelen

11.298

12.211

11.140

10.708

10.207

7.050

6.966

Totale inkomsten

65.656

64.460

62.420

60.343

59.432

57.597

56.861

Bron: CBS(Statline) met uitzondering van:

Gemeentefonds. Bron: Ministerie van BZK: jaarrekeningcijfers conform slotwetten gemeentefonds en begrotingscijfers conform ontwerpbegrotingen gemeentefonds.

Specifieke uitkeringen. Bron jaarrekeningcijfers 2010–2013: CBS: informatie aangeleverd door gemeenten en gecorrigeerd door het CBS (Informatie voor Derden). Bron jaarrekeningcijfers 2014 en begrotingscijfers 2015: Bron: Ministerie van BZK, Onderhoudsrapporten Specifieke uitkeringen 2015 en 2016. Bron begrotingscijfers 2016: Ministerie van BZK: Bijlagen specifieke uitkeringen in de ontwerpbegroting 2016 van het Ministerie van BZK (met bewerking door het Ministerie van BZK).

OZB. Bron begrotingscijfers: COELO Atlas lokale lasten 2015 en 2016.

Overige middelen: CBS(Statline) en bewerking BZK.

1

Voorlopige cijfers.

De grootste inkomstenbron (49% in 2016) is – zeker sinds de decentralisaties in het sociale domein – het gemeentefonds. Het bedrag in tabel 4.1.1. betreft het totale verplichtingenbedrag voor het gemeentefonds en omvat de algemene uitkering, de integratie-uitkering sociaal domein (vanaf 2015), de overige integratie-uitkeringen en de decentralisatie-uitkeringen. Een beschrijving van de opbouw is te vinden in hoofdstuk 3 van de ontwerpbegroting 2016.

De in omvang op één na grootste inkomstenbron (11% in 2016) wordt gevormd door de specifieke uitkeringen. Het overgrote deel hiervan heeft betrekking op bijstandsuitkeringen. De daling in 2015 ten opzichte van 2014 komt grotendeels doordat een deel van de specifieke uitkeringen is opgegaan in het gemeentefonds als gevolg van de decentralisaties in het sociale domein. Op de specifieke uitkeringen wordt in paragraaf 4.2. dieper ingegaan.

Naast de uitkeringen van het Rijk hebben de gemeenten inkomsten uit de Onroerende Zaakbelasting (OZB), retributies en overige belastingen. Op deze opbrengsten uit lokale heffingen wordt in paragraaf 4.3. ingegaan.

Licence