Base description which applies to whole site

Artikel 1. Raad van State

A Algemene doelstelling

De Raad van State heeft de taak om als adviseur voor wetgever en bestuur en als hoogste algemene bestuursrechter bij te dragen aan behoud en versterking van de democratische rechtsstaat en daarbinnen aan de eenheid, legitimiteit en kwaliteit van het openbaar bestuur in brede zin, alsmede aan de rechtsbescherming van de burger.

De Grondwet en de Wet op de Raad van State vormen het wettelijk kader, waarbinnen de Raad van State zijn taken verricht. Het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden vormt de grondslag voor zijn werkzaamheden als Raad van State van het Koninkrijk.

Met ingang van 1 januari 2014 is de Afdeling advisering als instantie aangewezen die in Nederland is belast met het onafhankelijk toezicht op de naleving van de begrotingsregels die in Europa zijn afgesproken. Deze functie vloeit voort uit het Stabiliteitsverdrag dat de lidstaten van de Europese Unie (EU) in 2012 hebben gesloten.

B Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor het beheer van de begroting van de Staten-Generaal en van de begroting van de Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs. De Colleges voeren zelf het beheer over hun begroting of hun begrotingsdeel. Over de inhoud van dit beheer bestaan afspraken (de zogenoemde beheerafspraken) tussen de Minister en de Colleges, waarin recht gedaan wordt aan hun staatsrechtelijke positie.1

C Beleidswijzigingen

Organisatie hoogste bestuursrechtspraak

In zijn brief2 van 11 september 2015 aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, mede namens diens ambtsgenoot van Veiligheid en Justitie het voorstel van wet organisatie hoogste bestuursrechtspraak aangeboden. Het wetsvoorstel ziet onder meer op de overgang van de rechtsmacht van geschillen die thans tot de competentie behoren van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven naar het domein van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het wetsvoorstel treft voorts een aantal maatregelen met betrekking tot het functioneel scheiden van de adviserende en rechtsprekende taken van de Raad van State.

De in de tabel «Budgettaire gevolgen van beleid» gepresenteerde uitgavenreeksen zijn gebaseerd op een ongewijzigde bedrijfsvoering, waarin nog geen rekening is gehouden met de budgettaire consequenties van het wetsvoorstel. De gevolgen van deze wijzigingen zijn evenmin verwerkt in tabellen over de gemiddelde doorlooptijden (tabel 1.2) en de instroom van zaken bij de Afdeling bestuursrechtspraak (tabel 1.3). De nota naar aanleiding van het verslag is aan de Voorzitter van de Tweede Kamer aangeboden op 24 mei 2016.

Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en de Algemene wet bestuursrecht in verband met vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht3

De wet, die onder andere beoogt het bestuurs(proces)recht te vereenvoudigen en verplicht tot facilitering van digitaal procederen, heeft ook betrekking op de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Standaard wordt dat een beroep elektronisch wordt ingediend (via het ontwikkelde web-portaal) en dat ook het overige berichtenverkeer tussen rechter en partijen digitaal geschiedt. Het wetsvoorstel is op 12 juli 2016 door de Eerste Kamer met algemene stemmen aangenomen. De verwachting is dat de wet per 1 februari 2017 in werking zal treden. De rechtspraak inzake vreemdelingenzaken (asiel en bewaring) zal als eerste verplicht digitaal behandeld worden. Voor de overige onderdelen van de bestuursrechtspraak wordt digitaal procederen vanaf 1 januari 2018 verplicht.

Met de ontwikkeling en implementatie van het programma Digitalisering Bestuursrechtspraak voldoet de Raad van State aan de verplichtingen die voortkomen uit het hiervoor genoemde wetsvoorstel en de bijbehorende, door het kabinet vastgestelde, planning.

D1 Budgettaire gevolgen van beleid

Vanaf 2017 is er voor gekozen om naast de uitgavenramingen van advisering en bestuursrechtspraak een nieuw artikel toe te voegen. Buiten de uitgaven voor advisering en bestuursrechtspraak is er sprake van uitgaven voor gemeenschappelijke diensten die deels deel uit maken van het primaire proces en deels onderdeel zijn van het secundaire proces. Het toevoegen van artikel 1.4 Raad van State gemeenschappelijke diensten vergroot de inzichtelijkheid van de uitgaven en draagt op die manier bij aan de transparantie van de overheidsfinanciën.

De budgettaire gevolgen in verband met de vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht hebben betrekking op de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en zijn verwerkt in de hieronder opgenomen tabel. Voor het begrotingsjaar 2017 is, aansluitend op in eerdere jaren gerealiseerde uitgaven ten behoeve van het project digitaal procederen, gerekend met € 1,8 mln. voor systeemontwikkeling en -beheer. Voor de jaren 2018 tot en met 2022 zijn in de uitgavenramingen van de onderdelen bestuursrechtspraak en gemeenschappelijke diensten totaal verlaagd met circa € 0,7 mln. per jaar ter bekostiging van de investering. De structurele beheerslasten van de systemen zijn nog niet in de raming verwerkt.

Beleidsartikel 1 Raad van State

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1.000)
   

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

Verplichtingen:

59.570

60.465

59.314

56.761

56.775

56.896

56.198

                 

Uitgaven:

59.502

60.465

59.314

56.761

56.775

56.896

56.198

                 

1.1

Advisering

0

7.068

5.723

5.771

5.774

5.785

5.785

                 

1.2

Bestuursrechtspraak

0

53.397

32.264

29.956

29.964

30.028

29.600

                 

1.3

Raad van State

59.502

0

0

0

0

0

0

                 

1.4

Raad van State gemeenschappijke diensten

0

0

21.327

21.034

21.037

21.083

20.813

                 

Ontvangsten:

 

2.017

1.950

1.950

1.950

1.950

1.950

1.950

E Toelichting artikelonderdeel

Artikel 1.1 Advisering

De Afdeling advisering

Taak van de Afdeling advisering is het op de meest doelmatige en kwalitatief goede wijze afdoen van binnengekomen adviesaanvragen en verzoeken om voorlichting. Tijdigheid, kenbaarheid en voorspelbaarheid zijn daarbij belangrijke kernbegrippen.

In onderstaande tabel zijn de realisatie 2015 en voor de jaren 2016 e.v. de planning van de afhandeling van adviesaanvragen door de Afdeling advisering weergegeven.

Tabel 1.1 Planning en afhandeling adviesaanvragen (in aantallen)
 

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

Instroom

465

550

500

500

500

500

500

Uitstroom

452

550

500

500

500

500

500

De gemiddelde instroom van adviesaanvragen ligt gedurende een reeks van jaren tussen de circa 450 – 550 per jaar. Het gemiddelde is voor de jaren 2017 e.v. aangehouden voor de te verwachte instroom van zaken.

Artikel 1.2 Bestuursrechtspraak

De Afdeling bestuursrechtspraak

Taak van de Afdeling bestuursrechtspraak is het op de meest doelmatige en kwalitatief goede wijze afdoen van binnengekomen zaken. Tijdigheid, kenbaarheid en voorspelbaarheid en bruikbare rechtsvorming zijn daarbij belangrijke aspecten.

De Afdeling bestuursrechtspraak bestaat uit drie kamers: de Ruimtelijke-ordeningskamer, de Algemene kamer en de Vreemdelingenkamer. In onderstaande tabel is de realisatie van de afhandeling van zaken door de Afdeling bestuursrechtspraak weergegeven. De gemiddelde doorlooptijden van alle afdoeningen (hoofdzaken en Voorlopige Voorzieningen) zijn weergegeven.

Tabel 1.2 Norm en gerealiseerde gemiddelde doorlooptijden van alle afdoeningen (in weken)
 

Norm doorlooptijd

Realisatie

2015

Realisatie

2014

Ruimtelijke-ordeningskamer

52

29

29

Algemene kamer

40

30

30

Vreemdelingenkamer

23

15

13

Totaal Bestuursrechtspraak

 

22

21

Instroom van zaken

In de onderstaande tabel is de gerealiseerde uitstroom van zaken in 2015 en de instroomverwachting voor 2016 en verdere jaren voor de Ruimtelijke-ordeningskamer, de Algemene kamer en de Vreemdelingenkamer weergegeven.

Tabel 1.3 Uitstroom 2015 en instroom 2016 e.v. van zaken Afdeling bestuursrechtspraak (in aantallen)
 

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

Ruimtelijke-ordeningskamer

2.258

1.725

1.725

1.725

1.725

1.725

 

Algemene kamer

3.688

3.800

3.800

3.800

3.800

3.800

 

Vreemdelingenkamer

5.853

7.880

8.340

8.340

8.340

8.340

 

Artikel 1.4 Raad van State gemeenschappelijke diensten

Voor een optimale efficiëntie en doelmatigheid worden de Raad en zijn Afdelingen advisering en bestuursrechtspraak ondersteund door één gemeenschappelijke ambtelijke organisatie.

De gemeenschappelijke diensten omvatten functies die werken ten behoeve van de inhoudelijke en logistieke ondersteuning van de Raad als geheel en beide Afdelingen en zijn ondergebracht in verschillende directies. Op deze wijze wordt op de meest efficiënte wijze verschillende functies georganiseerd voor de taken van de Raad van State, zoals de gemeenschappelijke kennisfunctie, onderzoek en trendanalyse.

Taakstelling

In de meerjarenreeks van de begroting 2017 is de taakstelling materieel en personeel uit het regeerakkoord Rutte II verwerkt. Deze taakstelling begon in 2016 en loopt op tot € 2,2 mln. structureel (4,4%) vanaf 2018. De Raad van State onderkent de noodzaak om een bijdrage te leveren en om mee te denken over maatregelen die een financiële matiging van maatschappelijke kosten tot gevolg hebben. Die maatregelen hangen wat de Raad betreft samen met een optimaal gebruik van kennis, mensen en middelen binnen de Raad en het optimaal gebruik maken van synergie- en schaalvoordelen, ook binnen de bestuursrechtspraak.

Ontvangsten

De ontvangsten van de Raad van State bestaan voornamelijk uit griffierechten.

1

Comptabiliteitswet 2001, artikel 19.

2

Kamerstukken 2015–2016, 34 389, nr. 1 e.v.

3

Kamerstukken 2015–2016, 34 059 A

Licence