Base description which applies to whole site

5 Meerjarenprogramma Nationaal Coördinator Groningen

Algemene doelstelling

Het scheppen van voorwaarden voor een aardbevingsbestendig en kansrijk Groningen.

Om deze doelstelling te bereiken zorgt de Nationaal Coördinator Groningen in dialoog met alle maatschappelijke en bestuurlijke stakeholders voor een planmatige en daadkrachtige regie en sturing op een duurzame versterking en vernieuwing van het aardbevingsgebied, opdat deze regio weer veilig wordt en sterker dan ooit een nieuwe balans vindt tussen gaswinning en een versterkte gebiedsidentiteit en gebiedskwaliteit met nieuwe economische kansen en een leefbare en aantrekkelijke woon-, werk en leefomgeving.

Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van EZ is op grond van de Mijnbouwwet verantwoordelijk voor de gaswinning. De gaswinning in Groningen grijpt diep in op het dagelijkse leven van inwoners in het gebied, met name in het gebied waar zich frequent aardbevingen voordoen. Voor het kabinet staat de veiligheid van inwoners voorop. Naast een beperking van de gaswinning, is gekozen voor een brede flankerende aanpak die zich richt op de veiligheid (schadeherstel), het (preventief) versterken van woningen en gebouwen en het gelijktijdig investeren in de leefbaarheid, economie en duurzaamheid. De opgave in Groningen is een nationale opgave van de NAM, regio en Rijk, waarbij wordt gezocht hoe Rijksopgaven en Rijksambities verbonden kunnen worden aan regionale opgaven en regionale ambities.

De gezamenlijke opgave heeft als eerste geresulteerd in het bestuursakkoord «Vertrouwen op herstel en herstel van vertrouwen» (TK, 33 529, nr. 28) en in de aanvulling daarop (TK, 33 529, nr. 96, TK, 33 529, nr. 98). De afspraken in deze bestuursakkoorden zien mede op de intensivering, verbreding en versnelling van de inzet van betrokken overheden door middel van publieke regie in de vorm van een Nationaal Coördinator Groningen (NCG).

De NCG valt conform het Instellingsbesluit onder de verantwoordelijkheid van de Minister van EZ als coördinerend Minister (Staatscourant, nr. 12511). De NCG is belast met het bevorderen van de uitvoering van het meerjarenprogramma aardbevingsbestendig en kansrijk Groningen (bijlage bij TK, 33 529, nr. 212). De NCG voert de volgende taken uit:

Stimuleren

  • Het in samenhang bevorderen van de leefbaarheid, duurzaamheid en de economie van het aardbevingsgebied.

  • Het bevorderen van maatschappelijk, politiek en bestuurlijk draagvlak voor het meerjarenprogramma en van maatschappelijke participatie in de uitvoering daarvan en het bijdragen aan herstel van vertrouwen.

  • Het bevorderen van de instelling van een bedrijvenloket en een steunpunt voor burgers.

Financieren

  • Het financieel bijdragen aan de verduurzaming bij het herstel van woningen in de provincie Groningen.

  • Inzet specifiek instrumentarium voor de woningmarkt, waaronder een regeling voor achterstallig onderhoud en de opzet van een woonbedrijf.

  • Compensatie van extra kosten voor gemeenten en provincie.

(Doen) uitvoeren

  • Het bijdragen aan de uitvoering van het meerjarenprogramma.

  • Het behandelen van de complexe schademeldingen, door met alle betrokkenen te zoeken naar een oplossing en te komen met een bemiddelingsvoorstel.

  • Het inrichten van een breed instrumentarium ter bevordering van schadeafhandeling en de preventieve versterking van gebouwen, alsmede op de thema’s vergroten van leefbaarheid en de verbetering van de woningmarkt.

Regisseren

  • Het coördineren en faciliteren van de uitvoering van het meerjarenprogramma.

  • Het monitoren van de afhandeling van reguliere schadegevallen door het Centrum Veilig Wonen (CVW).

  • Het voeren van programmaregie bij de versterking van gebouwen in het aardbevingsgebied.

Beleidswijzigingen

Voor de aanpak van de aardbevingsproblematiek als gevolg van de gaswinning in de provincie Groningen is een meerjarenprogramma opgezet dat tot doel heeft te voorzien in een duurzame versterking van de leefbaarheid en het economische herstel in de provincie Groningen.

Voor dit doel is in 2016 in totaal € 244,2 mln uit de gasbaten beschikbaar gesteld voor de uitvoering van het meerjarenprogramma tot en met 2024. Deze € 244,2 mln aan uitgaven wordt als niet-relevant voor het uitgavenkader beschouwd. Het begrotingsartikel voor het meerjarenprogramma NCG kent een 100% eindejaarsmarge voor de uitgaven die vanuit de aardgasbaten worden gefinancierd. Dit houdt in dat budget dat in een bepaald jaar niet wordt benut, meegenomen kan worden naar volgende jaren en derhalve beschikbaar blijft voor de uitvoering van het meerjarenprogramma. Op deze wijze houdt het Kabinet rekening met de complexe en deels onvoorspelbare opgave waar de NCG voor staat en wordt de benodigde flexibiliteit geboden zodat het budget optimaal kan worden aangewend.

Dit betekent dat in deze begroting de in 2016 niet benutte middelen opnieuw zijn verdeeld over de komende jaren.

De 100% eindejaarsmarge geldt niet voor de middelen die in onderstaande budgettaire tabel onder verduurzamingsopgave overig (in totaal € 40 mln tot en met 2022) zijn opgenomen. De op deze post niet-benutte middelen worden binnen de EZ begroting meerjarig beschikbaar gemaakt zodat het totale budget wel beschikbaar blijft voor het verduurzamen van woningen bij versterken.

Budgettaire gevolgen van beleid artikel 5 (bedragen x € 1.000)
 

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

VERPLICHTINGEN

23.005

84.525

38.760

33.057

33.010

27.900

19.450

UITGAVEN

8.470

84.525

38.760

33.057

33.010

27.900

19.450

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

   

0%

       
               

Subsidies

 

65.466

25.160

20.157

20.110

16.000

9.150

Verduurzamingsopgave uit aardgasbaten

 

52.350

10.000

10.000

10.000

10.000

9.150

Verduurzamingsopgave overig (kader relevante uitgaven)

 

4.116

10.160

10.157

10.110

6.000

 

Instrumentarium woningmarkt

 

9.000

5.000

       
               

Opdrachten

8.320

19.010

13.600

12.900

12.900

11.900

10.300

Onderzoek en compensatie gemeenten en provincie

2.404

7.000

7.000

7.000

7.000

6.000

5.000

Werkbudget

5.916

12.010

6.600

5.900

5.900

5.900

5.300

               

Bijdragen aan agentschappen

150

49

         

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

150

49

         

Toelichting op de financiële instrumenten

Subsidies

Verduurzamingsopgave

In 2016 is aan NCG € 165 mln beschikbaar gesteld voor de combinatie van verduurzaming bij versterking en herstel van schade. Hiervan wordt € 23,5 mln aangewend voor het scholenprogramma.

Op 1 april 2017 is nieuwe waarde vermeerderingsregeling cf. de motie-Bosman c.s. (TK, 33 529 nr. 242) van start gegaan. Bewoners met € 1.000 schade of meer, kunnen € 4.000 subsidie ontvangen voor de verduurzaming van hun woning. Hiervoor is in totaal meerjarig € 89,15 mln gereserveerd. Daarnaast de een verplichting aangegaan om de nog openstaande aanmeldingen van de oude regeling af te handelen. Hiervoor is een bedrag van € 12,35 mln gereserveerd.

Woningen in Groningen die vanwege het risico op aardbevingen niet voldoen aan de veiligheidsnorm moeten bouwkundig worden versterkt. De kosten hiervan zijn voor rekening van de NAM. De uitvoering hiervan biedt echter de gelegenheid om meteen ook de woning te verduurzamen tot een maximum van € 4.000 per woning. Hiervoor is op de begroting van EZ een bedrag van € 40 mln gereserveerd voor de periode 2017–2021.

Instrumentarium woningmarkt

Vanuit de Rijksbijdrage is in totaal € 14 mln beschikbaar. Hiervan is € 10 mln beschikbaar voor de opzet van een woonbedrijf. Daarnaast is € 4 mln beschikbaar voor een regeling voor achterstallig onderhoud. Aangezien de kosten niet allemaal in een jaar vallen is een verdeling van achtereenvolgens € 9 mln en € 5 mln gehanteerd.

Scholenprogramma

Het scholenprogramma richt zich op het versterken en nieuwbouw van scholen in de provincie Groningen. Hiervoor is € 50 mln beschikbaar gesteld door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) in een structurele bijdrage van € 3 mln vanaf 2017. Hiernaast wordt door EZ € 23,5 mln bijgedragen uit de hierboven toegelichte verduurzamingsmiddelen.

De NCG heeft met de negen gemeenten, de betrokken scholenbesturen en het Ministerie van OCW een bestuurlijke afspraak gemaakt over de verdeling van de rijksbijdrage over de looptijd van het programma.

Deze middelen worden via het Gemeentefonds beschikbaar gesteld aan de betrokken gemeenten.

Deze gemeenten kunnen deze middelen in samenwerking met de betrokken schoolbesturen gebruiken voor de benodigde investeringen in nieuwe toekomstbestendige en duurzame scholen.

In 2016 is hiervoor een bedrag van € 17,625 mln overgemaakt. Bij Voorjaarsnota 2017 zijn, verdeeld over de jaren, de resterende middelen voor het scholenprogramma van de begroting van EZ overgeheveld naar het Gemeentefonds.

Aan het scholenprogramma dragen ook NAM (€ 172,5 mln) en de negen betrokken gemeenten (€ 44,5 mln) bij.

Opdrachten

Onderzoek en compensatie gemeenten en provincie

De NCG heeft in de komende jaren in totaal voor € 48,4 mln beschikbaar voor onderzoek en compensatie gemeente en provincie.

Het voor 2018 beschikbare onderzoeksbudget wordt vooral ingezet voor de ontwikkeling van het de nieuwe norm ten aanzien van aardbevingsbestendig bouwen, onderzoek woningmarkt en kennisplatforms.

Daarnaast is € 16 mln beschikbaar voor de compensatie van de door gemeenten en provincie extra benodigde inzet. Het voor 2018 beschikbare budget van € 4 mln wordt ingezet in de uitvoering van het meerjarenprogramma en de versterkingsactiviteiten binnen de gebiedsgerichte aanpak. Dit betreft onder andere de aan de versterkingsopgave gerelateerde taken ten aanzien van vergunningverlening, toezicht en handhaving, monumenten, openbare ruimte en ruimtelijke kwaliteit.

Werkbudget

Het werkbudget NCG inclusief aanvullend budget voor onder andere de gebiedsgerichte aanpak voor preventieve versterking van gebouwen en voor de bekostiging van arbiters voor schadeafhandeling bedraagt in totaal € 56 mln.

Apparaatsbudget

Naast het budget op artikel 5, is er op artikel 40 van de EZ-begroting een meerjarig budget geraamd van € 96 mln voor de apparaatsuitgaven van de organisatie NCG (personeel en materieel).

Daarnaast zal de NAM zal de komende jaren een bijdrage leveren aan specifieke programma’s van de NCG, waarbij voor 2016 is afgesproken dat de NAM hier in elk geval € 7 mln voor reserveert. Voor zover noodzakelijk is er op artikel 5 onder het kopje werkbudget NCG nog aanvullend budget beschikbaar voor personeel en materieel. Per jaar zal worden bekeken of dit aanvullend budget noodzakelijk is.

Naast de middelen die vanuit het Rijk beschikbaar zijn voor het meerjarenprogramma NCG is er vanuit het bestuursakkoord en het aanvullende bestuursakkoord totaal € 1,2 mld geraamd voor de verschillende maatregelen in Groningen (TK, 33 529, nr. 28 en TK, 33 529, nr. 96).

Dit bestaat uit de volgende middelen:

  • De NAM heeft € 600 mln begroot voor bouwkundig versterken, waarvan per 1 juli 2017 € 513,8 mln is gerealiseerd.

  • Voor schadeclaims werd oorspronkelijk € 250 mln geraamd. Per 1 juli 2017 is € 598 mln gerealiseerd.

  • De NAM is juridisch aansprakelijk om deze kosten te vergoeden. De in de bestuursakkoorden hiervoor genoemde bedragen zijn ramingen zonder plafond.

  • De NAM € 335 mln is begroot voor het overige instrumentarium NAM (de waardevermeerderingsregeling, waardevermindering, nieuwbouw, leefbaarheid en economisch perspectief (Economic Board). Hiervoor is € 265,3 mln aan uitgaven gedaan tot en met 1 juli 2017.

  • De Provincie Groningen draagt € 32,5 mln bij aan het bestuursakkoord voor de Economic Board. De Economic Board heeft als doel de economie van Noordoost-Groningen te versterken.

Voor specifieke programma’s maakt de NCG afspraken met betrokken partijen, zoals in het kader van het Scholenprogramma (zie brief van 6 juni jl. TK, 33 529, nr. 256).

Voor de financiële middelen die niet via de Rijksbegroting lopen, kan de Minister van Economische Zaken geen verantwoording afleggen. Met de NAM is in het bestuursakkoord afgesproken welk budget beschikbaar is en waaraan dit wordt besteed. Met de provincie Groningen is in het bestuursakkoord ook de hoogte van de bijdrage en de besteding hiervan afgesproken. Om de Tweede Kamer zo goed mogelijk te informeren, heeft NCG met betrokken partijen afspraken gemaakt om op enkele momenten in het jaar de Tweede Kamer te kunnen rapporteren over de realisatie van de uitgaven in het kader van het bestuursakkoord. Dit financiële overzicht maakt onderdeel uit van de kwartaalrapportages van de NCG.

Licence