Base description which applies to whole site

5.3 Verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten

De verticale toelichting bevat een cijfermatig overzicht van de budgettaire veranderingen die zich hebben voorgedaan sinds de ontwerpbegroting 2020.

De afzonderlijke posten worden toegelicht als het hiermee gepaard gaande bedrag hoger is dan € 10 miljoen.

Tabel 4 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2020 de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten van de Zvw zien. Onder de tabel is een toelichting van de verschillende posten opgenomen.

Tabel 4 Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten 2020-2024 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2020

2021

2022

2023

2024

Bruto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2020

51.044,3

52.974,4

54.829,3

57.834,6

60.894,9

Bijstellingen 1e suppletoire begroting 2020

     

Autonoom

‒ 306,7

‒ 205,9

‒ 82,3

‒ 17,7

‒ 76,8

Actualisering zorguitgaven (zie tabel 4A)

‒ 285,0

‒ 485,0

‒ 485,0

‒ 485,0

‒ 485,0

Loon- en prijsontwikkeling

‒ 21,7

279,1

402,7

467,3

408,2

      

Beleidsmatig

‒ 75,0

‒ 75,0

‒ 75,0

‒ 75,0

‒ 75,0

Ramingsbijstelling genees- en hulpmiddelen

‒ 167,5

‒ 100,0

‒ 100,0

‒ 100,0

‒ 100,0

Besparingsverlies vertraging Wgp

87,5

0,0

0,0

0,0

0,0

Voorraadverhoging geneesmiddelen

5,0

25,0

25,0

25,0

25,0

      

Technisch

‒ 16,8

‒ 89,1

‒ 84,1

‒ 79,1

‒ 79,1

Uitbreiding ggz in de Wlz

0,0

‒ 78,0

‒ 78,0

‒ 78,0

‒ 78,0

Gedeeltelijke vrijval VT-middelen

‒ 15,0

‒ 10,0

‒ 5,0

0,0

0,0

Overig technisch

‒ 1,8

‒ 1,1

‒ 1,1

‒ 1,1

‒ 1,1

      

Totaal bijstellingen

‒ 398,5

‒ 370,0

‒ 241,4

‒ 171,8

‒ 230,9

      

Bruto Zvw-uitgaven 1e suppletoire begroting 2020

50.645,9

52.604,4

54.588,0

57.662,8

60.664,0

      

Zvw-ontvangsten ontwerpbegroting 2020

3.189,7

3.215,4

3.308,8

3.491,6

3.674,9

Bijstellingen 1e suppletoire begroting 2020

     

Actualisering eigen risico

0,0

0,4

0,5

0,0

‒ 1,2

Totaal bijstellingen

0,0

0,4

0,5

0,0

‒ 1,2

      

Zvw-ontvangsten 1e suppletoire begroting 2020

3.189,7

3.215,8

3.309,3

3.491,6

3.673,7

      

Netto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2020

47.854,6

49.759,0

51.520,5

54.343,0

57.220,0

Bijstellingen in de netto Zvw-uitgaven

‒ 398,5

‒ 370,4

‒ 241,9

‒ 171,8

‒ 229,7

Netto Zvw-uitgaven 1e suppletoire begroting 2020

47.456,2

49.388,6

51.278,7

54.171,2

56.990,3

Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.

Toelichting

Autonoom

Actualisering van de Zvw-uitgaven

Tabel 4A Actualisering Zvw-uitgaven 2020-2024 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2020

2021

2022

2023

2024

Eerstelijnszorg

3,6

3,6

3,6

3,6

3,6

Tweedelijnszorg

‒ 53,8

‒ 53,8

‒ 53,8

‒ 53,8

‒ 53,8

Geneesmiddelen

‒ 58,4

‒ 58,4

‒ 58,4

‒ 58,4

‒ 58,4

Hulpmiddelen

‒ 5,5

‒ 5,5

‒ 5,5

‒ 5,5

‒ 5,5

Wijkverpleging

‒ 341,1

‒ 341,1

‒ 341,1

‒ 341,1

‒ 341,1

Ziekenvervoer

‒ 29,7

‒ 29,7

‒ 29,7

‒ 29,7

‒ 29,7

Nominaal en onverdeeld

200,0

0,0

0,0

0,0

0,0

Stand 1e suppletoire begroting 2020

‒ 285,0

‒ 485,0

‒ 485,0

‒ 485,0

‒ 485,0

Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.

In tabel 4A is het onderdeel ‘Actualisering Zvw-uitgaven’ uit tabel 4 uitgesplitst. De actualisering van de zorguitgaven vindt plaats op basis van voorlopige realisatiegegevens 2019 van het Zorginstituut en de NZa.

Actualisatie Zvw-uitgaven (niet HLA-sectoren)

Op basis van de voorlopige realisatiecijfers over 2019 van het Zorginstituut Nederland zijn de uitgaven van de niet HLA-sectoren geactualiseerd. De uitgaven in 2019 zijn bij diverse sectoren lager uitgevallen dan geraamd. Vanaf 2020 wordt een deel van deze lagere uitgaven structureel verwerkt. Het gaat onder meer om aanpassingen van € 53 miljoen bij de genees- en hulpmiddelen, € 54 miljoen bij de tweedelijnszorg (Geriatrische revalidatiezorg en Eerstelijnsverblijf ‒ € 68 miljoen en overig curatief +€ 14 miljoen) en € 30 miljoen bij het ziekenvervoer. Bij de afgelopen ontwerpbegroting is voor 2020 uitgegaan van een onderschrijding van € 200 miljoen, die is verwerkt op nominaal en onverdeeld; nu de voorlopige realisatiecijfers op sectorniveau worden verwerkt, wordt de mutatie op nominaal en onverdeeld tegengeboekt. Per saldo resteert nu een overschrijding van € 56 miljoen in 2020 (-€ 144 miljoen en +€ 200 miljoen).

Actualisering Wijkverpleging

Op basis van voorlopige realisatiecijfers over 2019 van het Zorginstituut Nederland zijn de uitgaven aan wijkverpleging geactualiseerd. Verwacht wordt dat de uitgaven aan wijkverpleging in 2019 € 441 miljoen lager uitvallen dan geraamd. Voor 2020 en volgende jaren wordt de uitgavenraming wijkverpleging met structureel € 341 miljoen verlaagd.

Loon- en prijsontwikkeling

De raming van de loon- en prijsontwikkeling is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB) in het CEP. Met name de loonraming voor 2021 en verder is opwaarts bijgesteld ten opzichte van de eerdere korte-termijnraming bij MEV en de middellange termijnraming uit november 2019.

Beleidsmatig

Ramingsbijstelling genees- en hulpmiddelen

De uitgaven aan geneesmiddelen zijn in 2020 en verder op basis van een raming van het Zorginstituut Nederland naar verwachting lager dan eerder geraamd. Dit leidt tot een neerwaartse bijstelling van de uitgaven aan geneesmiddelen van € 128 miljoen in 2020 en vanaf 2021 € 100 miljoen. Daarnaast heeft er in 2020 een ramingsbijstelling van € 40 miljoen plaatsgevonden op het extramurale hulpmiddelenkader (de uitgaven zijn naar verwachting lager dan het beschikbare budgettaire kader).

Besparingsverlies vertraging Wgp

Door uitstel van de aanpassing van de Wet geneesmiddelenprijzen (Wgp) ontstaat een besparingsverlies. De kosten hiervan bedragen € 88 miljoen. Een deel van de kosten kan naar verwachting binnen het bestaande financiële kader voor extramurale geneesmiddelen worden opgevangen. Het overige deel van € 32,5 miljoen wordt gedekt uit het extramurale hulpmiddelenkader (zie ook ramingsbijstelling genees- en hulpmiddelen).

Voorraadverhoging geneesmiddelen

Om geneesmiddelentekorten tegen te gaan worden er extra voorraden van geneesmiddelen opgebouwd, zoals aangekondigd in de kamerbrief van november 2019 (Kamerstuk II 2019/2020, 29 477, Nr. 622). Hiermee worden naar verwachting 85% van de tijdelijke geneesmiddeltekorten opgevangen. De extra voorraden worden aangelegd bij firma’s en groothandels. Het aanleggen van de voorraden start in 2020 en kost naar schatting structureel € 25 miljoen (€ 15 miljoen extramuraal en € 10 miljoen intramuraal). De opbouw van de ijzeren voorraad gebeurt in fases en zal naar verwachting twee jaar duren.

Technisch

Uitbreiding ggz in de Wlz

Met ingang van 1 januari 2021 wordt de Wlz opengesteld voor mensen met een psychische stoornis. Er wordt hiervoor € 78 miljoen overgeheveld van de Zvw naar de Wlz. Dit bedrag is verkregen door de tarieven uit 2017 (€ 75 miljoen) te indexeren naar prijspeil 2020.

Gedeeltelijke vrijval VT-middelen

In verband met nieuwe regeling voorwaardelijke toelating geneesmiddelen wordt het hiervoor beschikbare budget binnen de sector geneesmiddelen overgeboekt naar nominaal en onverdeeld Zvw. Omdat uitgegaan wordt van een ingroeipad valt een bedrag van cumulatief € 30 miljoen vrij.

Overig technisch

Deze post is het saldo van verschillende kleine technische mutaties.

Ontvangsten

Autonoom

Actualisering eigen risico

Op basis van nieuwe data (van ESHPM) over het aantal verzekerden blijkt een groei in het aantal verzekerden. Dit leidt tot beperkt hogere opbrengsten. Daarnaast leidt ook de hogere loon- en prijsontwikkeling zoals geraamd in het CEP tot een marginaal hogere opbrengst van het eigen risico.

Tabel 5 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2020 de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten van de Wlz zien. Onder de tabel is een toelichting van de verschillende posten opgenomen.

Tabel 5 Verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten 2020-2024 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2020

2021

2022

2023

2024

Bruto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2020

25.070,2

26.967,8

28.825,5

30.527,8

32.258,0

Bijstellingen 1e suppletoire begroting 2020

     

Autonoom

483,2

629,4

708,8

715,0

631,4

Tegenvaller Wlz-kader

480,0

480,0

480,0

480,0

480,0

Loon- en prijsontwikkeling

3,2

149,4

228,8

235,0

151,4

      

Beleidsmatig

134,8

116,4

‒ 38,9

‒ 42,6

‒ 49,3

Ramingsbijstellingen overige Wlz-uitgaven

‒ 11,2

‒ 121,5

‒ 137,9

‒ 137,9

‒ 137,9

Dak- en thuislozen

75,0

125,0

0,0

0,0

0,0

Vrouwenopvang

59,1

59,1

54,1

54,1

54,1

Uitbreiding ggz in de Wlz

0,0

36,0

36,0

36,0

36,0

Overig beleidsmatig

11,9

17,8

8,9

5,2

‒ 1,5

      

Technisch

‒ 146,7

382,5

507,6

507,5

507,5

Uitbreiding ggz in de Wlz

0,0

573,0

573,0

573,0

573,0

LP-indexatie 2020 budget beschermd wonen

‒ 59,0

‒ 56,9

‒ 57,2

‒ 57,2

‒ 57,2

Dak- en thuislozen

‒ 75,0

‒ 125,0

0,0

0,0

0,0

Overig technisch

‒ 12,7

‒ 8,7

‒ 8,1

‒ 8,2

‒ 8,2

      

Totaal bijstellingen

471,2

1.128,3

1.177,5

1.179,9

1.089,6

      

Bruto Wlz-uitgaven 1e suppletoire begroting 2020

25.541,4

28.096,1

30.003,0

31.707,7

33.347,6

      

Wlz-ontvangsten ontwerpbegroting 2020

1.931,4

2.022,1

2.114,7

2.211,2

2.312,8

Bijstellingen 1e suppletoire begroting 2020

     

Autonoom

0,0

36,0

36,0

36,0

36,0

Ramingsbijstelling

0,0

‒ 3,0

‒ 3,0

‒ 3,0

‒ 3,0

Extra eigen bijdragen als gevolg van uitbreiding ggz in de Wlz

0,0

39,0

39,0

39,0

39,0

      

Totaal bijstellingen

0,0

36,0

36,0

36,0

36,0

      

Wlz-ontvangsten 1e suppletoire begroting 2020

1.931,4

2.058,1

2.150,7

2.247,2

2.348,8

      

Netto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2020

23.138,8

24.945,7

26.710,8

28.316,6

29.945,2

Bijstellingen in de netto Wlz-uitgaven

471,2

1.092,3

1.141,5

1.143,9

1.053,6

Netto Wlz-uitgaven 1e suppletoire begroting 2020

23.610,0

26.038,0

27.852,3

29.460,5

30.998,8

Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.

Toelichting

Autonoom

Tegenvaller Wlz-kader

De NZa heeft in de Maartbrief een tekort van € 550 miljoen geraamd voor de Wlz. Dit tekort wordt voornamelijk veroorzaakt door groeiende aanspraken in de ouderenzorg. Zo is het aantal uitstaande indicaties voor verpleging en verzorging toegenomen van ruim 162.000 op 1 januari 2019 naar bijna 170.000 op 1 januari 2020, wat heeft geleid tot een toename van wachtlijsten. Na inzet van de gereserveerde herverdeelmiddelen van € 70 miljoen in het Wlz-kader, resteerde een knelpunt van € 480 miljoen. Het kabinet heeft ervoor gekozen dit structureel op te vangen zodat er voldoende capaciteit beschikbaar is en de wachtlijsten kunnen worden beheerst. Dit gebeurt , onder andere via een verlaging van de uitgavenraming wijkverpleging (€ 341 miljoen).

Loon- en prijsontwikkeling

De raming van de loon- en prijsontwikkeling is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB) in het CEP. Met name de loonraming voor 2021 en verder is opwaarts bijgesteld ten opzichte van de eerdere korte-termijnraming bij MEV en de middellange termijnraming uit november 2019.

Beleidsmatig

Ramingsbijstellingen overige Wlz-uitgaven

Het CPB heeft voor het Kwaliteitskader verpleeghuiszorg in totaal € 300 miljoen geraamd voor de aanzuigende werking. Per 2021 wordt het laatste deel hiervan (€ 110 miljoen) ingezet als onderdeel van de dekking voor het tekort op het Wlz-kader. Daarnaast wordt, naast enkele kleinere bijstellingen, de raming voor zorginfrastructuur vanaf 2022 met € 20 miljoen naar beneden bijgesteld.

Dak- en thuislozen

Het kabinet maakt extra geld vrij voor de opvang van dak- en thuislozen. Het betreft een financiële impuls van € 200 miljoen voor de aanpak van dak- en thuislozen in de jaren 2020 en 2021.

Vrouwenopvang

Het kabinet maakt extra geld vrij voor de vrouwenopvang. Het betreft extra middelen voor verschillende onderwerpen binnen de decentralisatie-uitkering vrouwenopvang. Het gaat om structureel € 38,6 miljoen voor Veilig Thuis, structureel € 14 miljoen voor het creëren van benodigde extra opvangplekken voor acute crisissituaties en voor het oplossen van door- en uitstroomproblematiek, structureel € 1,5 miljoen voor de kosten die voortkomen uit de stijging van het aantal slachtoffers dat contact legt met de Centra Seksueel Geweld (CSG’s) en tot slot in de jaren 2020 en 2021 jaarlijks € 5 miljoen voor de uitvoering van de actieagenda Schadelijke praktijken.

Uitbreiding ggz in de Wlz

Betreft de toevoeging van € 36 miljoen extra budget voor de Wlz als gevolg van het openstellen van de Wlz voor cliënten met een psychische stoornis per 2021. Hier staan extra eigen bijdrage ontvangsten tegenover (zie ook de toelichting bij extra eigen bijdragen als gevolg van uitbreiding ggz in de Wlz).

Overig beleidsmatig

Deze post is het saldo van verschillende kleine beleidsmatige mutaties.

Technisch

Uitbreiding ggz in de Wlz

Betreft de overheveling van een deel van het budget voor beschermd wonen (€ 495 miljoen) en de ggz in de Zvw (€ 78 miljoen) naar de Wlz, als gevolg van het openstellen van de Wlz voor mensen met een psychische stoornis per 2021. Dit volgt uit het principe geld volgt cliënt (uitname Wmo en Zvw) om zorg vanuit de Wlz te gaan verlenen en te vergoeden.

LP-indexatie 2020 budget beschermd wonen

Betreft het overboeken van de loon- en prijsindexatie 2020 naar het budget voor beschermd wonen in het gemeentefonds.

Dak- en thuislozen

Dit betreft een overboeking naar de VWS-begroting voor de aanpak van dak- en thuislozen in de jaren 2020 en 2021.

Overig technisch

Deze post is het saldo van verschillende kleine technische mutaties.

Ontvangsten

Autonoom

Ramingsbijstelling

In de ramingen over de afgelopen jaren is gebleken dat deze hoger lagen dan de daadwerkelijke realisaties. Hierdoor wordt de raming van de eigen bijdragen met € 3 miljoen bijgesteld.

Extra eigen bijdragen als gevolg van uitbreiding ggz in de Wlz

Door het openstellen van de Wlz voor mensen met een psychische stoornis stijgen ook de ontvangsten uit eigen bijdragen (€ 39 miljoen).

Bij de begrotingsgefinancierde zorguitgaven gaat het met name om middelen die voor beschermd wonen in het Uitgavenplafond Zorg beschikbaar zijn. Naast beschermd wonen vallen enkele andere begrotingsgefinancierde posten onder de zorguitgaven. Tot deze categorie horen bepaalde uitgaven voor zorgopleidingen, de uitgaven voor zorg, jeugd en welzijn in Caribisch Nederland en de subsidie(regelingen) NIPT. Deze uitgaven worden op de VWS-begroting verantwoord en toegelicht bij de artikelen 1 en 4. Ten slotte zijn er bedragen gereserveerd op de aanvullende post van het ministerie van Financiën die onder het Uitgavenplafond Zorg vallen. Dit betreft onder meer de loon- en prijsbijstelling voor de begrotingsgefinancierde zorguitgaven.

In tabel 6 wordt de ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde zorguitgaven weergegeven. De uitgaven voor beschermd wonen worden in tabel 6A gespecificeerd.

Tabel 6 Verticale ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde zorguitgaven 2020-2024 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2020

2021

2022

2023

2024

Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven ontwerpbegroting 2020

2.449,9

2.449,6

2.460,4

2.387,7

2.401,0

Bijstellingen 1e suppletoire begroting 2020

     

Beschermd wonen (gemeentefonds). Zie tabel 6A

59,0

‒ 438,1

‒ 437,8

‒ 437,8

‒ 437,8

      

Autonoom

2,0

2,6

7,7

0,5

‒ 0,9

Loon- en prijsontwikkeling

2,0

2,6

7,7

0,5

‒ 0,9

      

Beleidsmatig

32,5

‒ 1,8

‒ 1,6

‒ 2,7

‒ 2,7

Subsidie NIPT (Artikel 1)

‒ 2,2

‒ 2,4

‒ 2,3

‒ 3,4

‒ 3,4

Zorgopleidingen (Artikel 4)

0,7

0,0

0,0

0,0

0,0

Zorg, jeugd en welzijn in Caribisch Nederland (Artikel 4)

33,9

2,2

2,2

2,2

2,2

Loon- en prijsbijstelling

0,0

‒ 1,7

‒ 1,5

‒ 1,4

‒ 1,5

      

Totaal bijstellingen

93,4

‒ 437,3

‒ 431,6

‒ 439,9

‒ 441,4

      

Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven 1e suppletoire begroting 2020

2.543,4

2.012,2

2.028,8

1.947,7

1.959,6

Tabel 6A Verticale ontwikkeling beschermd wonen 2020-2024 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2020

2021

2022

2023

2024

Netto beschermd wonen ontwerpbegroting 2020

1.873,7

1.884,7

1.896,6

1.896,7

1.896,7

Bijstellingen 1e suppletoire begroting 2020

     

Technisch

59,0

‒ 438,1

‒ 437,8

‒ 437,8

‒ 437,8

Uitbreiding ggz in de Wlz

0,0

‒ 495,0

‒ 495,0

‒ 495,0

‒ 495,0

LP-indexatie 2020 budget beschermd wonen

59,0

56,9

57,2

57,2

57,2

      

Totaal bijstellingen

59,0

‒ 438,1

‒ 437,8

‒ 437,8

‒ 437,8

      

Netto beschermd wonen 1e suppletoire begroting 2020

1.932,7

1.446,5

1.458,9

1.458,9

1.458,9

 

Toelichting

Technisch

Uitbreiding ggz in de Wlz

Betreft de overheveling van een deel van het budget voor beschermd wonen naar de Wlz als gevolg van het openstellen van de Wlz voor mensen met een psychische stoornis.

LP-indexatie 2020 budget beschermd wonen

Betreft het overboeken van de loon- en prijsindexatie 2020 naar het budget voor beschermd wonen in het gemeentefonds.

Licence