Base description which applies to whole site

2.1.1. Beleidsprioriteiten

Het ministerie van Financiën beheert de begroting, de belastingen en de staatskas in Nederland. Het is de taak van het ministerie om er op toe te zien dat het geld van de Nederlandse overheid goed besteed wordt. Het doel is dat Nederland financieel gezond is en een sterke economie heeft, nu en in de toekomst.

Gezien de demissionaire status van het kabinet wordt er geen nieuw beleid voorbereid. Wel buigt het demissionaire kabinet zich over een aantal maatschappelijke opgaven waarvoor besluitvorming niet kan wachten tot een nieuw kabinet. Dat geldt bijvoorbeeld voor het coronabeleid. Het coronavirus heeft een grote impact op onze economie, op huishoudens en ondernemers. Het kabinet heeft met omvangrijke noodmaatregelen banen en inkomens zoveel mogelijk beschermd. Een aantal van deze maatregelen loopt in 2022 nog door. In de bijlage overzicht coronasteunmaatregelen en in thema 1 en 2 gaan we hier nader op in.

De afgelopen jaren is de aandacht voor kwalitatieve dienstverlening door de overheid en de menselijke maat toegenomen. Dit is terug te zien in rapporten van Werk aan Uitvoering (WAU), Maatwerk in Dienstverlening en komt als belangrijk aandachtspunt naar voren uit de parlementaire onderzoekscommissie Kinderopvangtoeslag (POK). Door het zelfstandig positioneren van een DG Toeslagen en een DG Douane naast de DG Belastingdienst als onderdeel van het ministerie van Financiën, versterken we de focus op de specifieke opgaven en doelgroepen van deze organisaties. De organisaties worden ingericht zodat de expertise van medewerkers de ruimte krijgt om de eigen doelgroepen van de organisaties zo goed mogelijk te bedienen en de menselijke maat zoveel mogelijk toe te passen. Dit moet de komende jaren leiden tot een betere dienstverlening.

In november 2020 is de Tweede Kamer door de staatssecretarissen Vijlbrief en Van Huffelen geïnformeerd over hun besluit tot het oprichten van een inspectie belastingen, toeslagen en douane. Het streven is dat de inspectie op 1 januari 2022 van start gaat. De inspectie zal toezicht houden op de kwaliteit van de dienstverlening van de Belastingdienst, Toeslagen en Douane en daarbij reflecteren op de rol van de drie diensten, de opdrachtgever en de eigenaar, de wetgever, de politiek en de rechtelijke macht. In thema 3 en 4 gaan we nader in op de Belastingdienst en Toeslagen.

De beleidsprioriteiten van het ministerie voor 2022 zijn onderverdeeld in vier thema’s. Deze thema’s omvatten een kernachtig overzicht van de hoofdlijnen van het beleid.

Figuur 7

Gezonde en beheersbare overheidsfinanciën

Het begrotingsbeleid staat vanaf 2020 in het teken van het verzachten van de gevolgen van de corona-uitbraak voor economie, burgers en bedrijven. Dit heeft geleid tot meerdere nood- en steunpakketten. Het kabinet maakt de keuze om de coronamaatregelen, die tijdelijk van aard zijn, ten laste te brengen van het begrotingssaldo. Onder normale omstandigheden worden alle uitgaven ingepast onder het uitgavenplafond. Als hiervoor geen ruimte is, dan zijn extra bezuinigingen vereist om deze ruimte te maken. Gezien de ernst van de coronacrisis vond het kabinet het echter verstandig van dit principe af te wijken voor de maatregelen gerelateerd aan de coronacrisis. In het economisch herstel is – conform de landenspecifieke aanbevelingen van de Europese Raad – daarom niet bezuinigd op investeringen. Ook blijft het begrotingsbeleid de kwaliteit van begrotingsmaatregelen voorop stellen, en blijft de houdbaarheid van de overheidsuitgaven een belangrijk aandachtspunt.

Ramingen voor de overheidsfinanciën zijn momenteel zeer onzeker gezien de economische situatie. Volgens de meest recente inzichten komt het EMU-tekort voor 2021 uit op € 50,7 mld., oftewel 6,0 procent bbp. De EMU-schuld komt eind 2021 naar verwachting uit op 57,8 procent bbp. Voor 2022 komt het EMU-tekort naar verwachting uit op € 21,3 mld. (2,4 procent bbp) en de EMU-schuld op 57,7 procent bbp.

Herstel corona: ondersteuning financiële gezondheid burgers en bedrijven

Het kabinet heeft een breed pakket aan fiscale maatregelen genomen om ondernemers te ondersteunen tijdens de coronacrisis. Onderdeel van dit fiscale pakket is het versoepelde uitstel van betaling van belastingen. Ondernemers die gebruik maakten van het versoepelde uitstelbeleid beginnen vanaf 1 oktober 2022 met het aflossen van de opgebouwde belastingschuld door de coronacrisis. Door dit aflossingsbeleid worden bedrijven tegemoetgekomen.

Verder zal de tijdens de coronaperiode tijdelijk verlaagde rente op de belastingschuld van ondernemers (invorderingsrente) de komende jaren weer oplopen naar het oude niveau van voor de crisis, van 0,01% tot 1 januari 2022 naar 4% per 1 januari 2024.

Bestrijding ondermijning

De Douane is poortwachter aan de EU-buitengrens. De Douane draagt bij aan de bestrijding van ondermijning door meer te controleren op in- en uitvoer van drugs en chemicaliën die bedoeld zijn voor de productie van verdovende middelen. De Douane controleert ook extra op verkooppunten voor (illegale) accijnsgoederen en criminele gelegenheidsstructuren rond zee- en luchthavens.

In 2022 is de aandacht onder meer op de volgende punten gericht:

  • De Douane plaatst liaisons op belangrijke internationale logistieke knooppunten voor het vervoer van verdovende middelen naar de Europese Unie;

  • De Douane breidt het Team Bijzondere Bijstand uit. Dat team is verantwoordelijk voor de inbeslagname, bewaking, het vervoer en de vernietiging van verdovende middelen in de havens van Rotterdam en Vlissingen;

  • De Douane breidt het aantal douanemedewerkers van het Multidisciplinaire Interventieteam uit.

Integriteit Douane

De Douane beschikt over voor criminelen interessante informatie zoals specifieke bevoegdheden en toegang tot beveiligde terreinen. De Douane heeft KPMG de opdracht gegeven nader te onderzoeken waar de blinde vlekken in de aanpak zitten in relatie tot corruptie risico’s. Uit dit onderzoek blijkt dat de organisatie en alle Douane medewerkers meer weerbaar gemaakt moeten worden tegen criminele inmenging, en dat de Douane hierom haar integriteitsbeleid moet verbreden. Daarvoor zal een verbeteragenda worden opgesteld, waarin alle medewerkers en stakeholders worden betrokken en waarover in het najaar 2021 de Tweede Kamer wordt geïnformeerd. Als onderdeel daarvan zal de Douane in 2022 het bewustzijn en de weerbaarheid van het Douane personeel op dit gebied onder andere bevorderen door:

  • het Douane personeel voor te lichten over het handelen van criminelen en ze te equiperen om zich daartegen te weren;

  • de meldcultuur te bevorderen en te werken aan een cultuur waarin de alertheid op integriteitsrisico’s wordt vergroot en waarin integriteitsdilemma's en het thema corruptie bespreekbaar zijn.

  • het versterken van de mogelijkheden om aan de voorkant te screenen.

  • (het voorbereiden van) de inrichting van de compliancefunctie.

Aanpak belastingontwijking en -ontduiking

In de strijd tegen belastingontwijking door multinationals treft het ministerie van Financiën o.a. de volgende maatregelen en is een commissie ingesteld:

  • Voorkomen van een neerwaartse bijstelling van de winst in Nederland als in een ander land – kortgezegd – geen of een te lage corresponderende bate in aanmerking wordt genomen.2

  • Het nemen van flankerende maatregelen vanaf 2022 om nadere invulling te geven aan de belastingplichtmaatregel uit ATAD23, die het belastingvoordeel van hybride structuren (zoals de cv/bv-structuur) wegneemt.

  • Daarnaast wordt gewerkt aan het aanpassen van het kwalificatiebeleid voor (buitenlandse) rechtsvormen om te voorkomen dat hybride mismatches ontstaan (vanaf 2023).

  • Er is een nieuwe commissie ingesteld om te adviseren over (fiscale en niet-fiscale) beleidsopties die ongewenst gebruik van doorstroomvennootschappen bestrijden. Op basis van dit advies zal het kabinet het eventuele vervolg bepalen.

In 2022 werken we aan de implementatie van de aanpassing van Europese richtlijnen4 inzake digitale platformen. Digitale platformen worden verplicht fiscaal relevante informatie over hun gebruikers en de inkomsten van deze gebruikers aan te leveren bij de belastingautoriteit van een (lid)staat, waarna die (lid)staten de informatie met elkaar uitwisselen. De belastingautoriteiten kunnen daarmee gerichter belastingcontroles uitoefenen en betere risicobeoordelingen verrichten. De implementatie moet in 2022 worden gerealiseerd en de inwerkingtreding is voorzien per 2023.

We werken in 2022 ook door aan een drietal maatregelen om belastingontduiking beter aan te kunnen pakken. Zo bereidt het kabinet een aanpassing voor in het fiscale verschoningsrecht, een maatregel om knelpunten in de informatiebeschikking aan te pakken en onderzoekt het kabinet mogelijke juridische onvolkomenheden in het fiscaal boete- en strafrecht.

Tot slot stimuleert het ministerie van Financiën de verdere ontwikkeling van een normerende afsprakenset, de zogenoemde tax governance code, waarin staat op welke wijze ethiek en transparantie onderdeel uitmaken van de fiscale adviespraktijk en het fiscale beleid van ondernemingen.

Versterking van de economie

Financiële sector

De coronacrisis heeft laten zien hoe belangrijk het is dat banken en verzekeraars voldoende buffers hebben en dat huishoudens weerbaar zijn. Eind 2018 heeft het ministerie van Financiën de Agenda voor de financiële sector gepubliceerd.5 In deze Agenda staan drie elementen centraal, die ook in 2022 het beleid ten aanzien van de financiële sector zullen bepalen: stabiliteit, integriteit en innovatie.

Om de stabiliteit verder te verbeteren worden op Europees niveau verschillende acties ondernomen door onder andere de aanpassing van het kapitaalraamwerk Bazel III. De Europese Commissie publiceert haar voorstel hiervoor waarschijnlijk in oktober 2021. Ook is het ministerie nauw betrokken bij de herziening van de zogenoemde Solvency II richtlijn van de Europese Commissie. Deze richtlijn zorgt voor een duurzaam bedrijfsmodel voor verzekeraars en wordt waarschijnlijk in het najaar van 2021 gepubliceerd.

Het ministerie van Financiën wil ook in 2022 de bankenunie blijven versterken. De publieke achtervang voor het private resolutiefonds (SRF) wordt vanaf 2022 ondergebracht bij het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM). Dat draagt eraan bij dat het resolutieraamwerk6 bestendigd wordt. Verder wordt op Europees niveau gesproken over het versterken van het crisisraamwerk voor banken. In dat kader wordt ook nog gesproken over een Europees depositoverzekeringsstelsel (EDIS). Voor risicodeling via een EDIS dienen bankensectoren gezond te zijn en moeten staatsobligaties beter worden gewogen op bankbalansen.

De komende jaren werkt de Europese Commissie aan het nieuwe kapitaalmarktunie actieplan, dat in september 2020 gepresenteerd is7. Daarbij zullen verschillende Europese richtlijnen en verordeningen worden herzien. De Europese Commissie zal in 2022 met nieuwe voorstellen komen om lange termijn sparen en –investeren te stimuleren, waaronder een voorstel voor een Retail Investment Strategy.8

Daarnaast gaat het ministerie van Financiën witwassen en terrorismefinanciering tegen door onder andere de bouw en doorontwikkeling van de registers van uiteindelijke belanghebbenden (UBO’s). Deze leveren een waardevolle bijdrage aan de vergroting van de transparantie over de uiteindelijk belanghebbenden van juridische entiteiten en constructies. Tevens houdt het ministerie aandacht voor groepen die financieel kwetsbaar zijn, of dat door corona zijn geworden. Ook streeft het ministerie naar inclusief betalingsverkeer door te sturen op een chartale infrastructuur voor de middellange termijn met voldoende beschikbaarheid voor groepen die met contant geld willen of moeten betalen9. Tot slot wil het ministerie betalingsachterstanden voorkomen bij consumptieve kredieten en van hoge hypotheekschulden onder huishoudens.

Stabiliteits- en Groeipact (SGP)

De Raad hervat de gesprekken van de Europese Commissie over de evaluatie en mogelijke herziening van het SGP in 2021. Deze werden eerder door de coronacrisis uitgesteld. Nederland vindt houdbare overheidsfinanciën een cruciale voorwaarde voor stabiliteit en economische groei. De snel stijgende publieke schuld als gevolg van de coronacrisis onderstreept het belang hiervan. Bovendien is het belangrijk dat de handhaving van de regels wordt verbeterd.

Recovery and Resilience Facility (RRF)

Met de implementatie van de faciliteit voor herstel en veerkracht10(Recovery and Resilience Facility, RRF) werkt Europa gezamenlijk aan duurzaam economisch herstel na de coronacrisis. Nederland moet uiterlijk rond de zomer van 2022 een plan indienen om aanspraak te maken op middelen uit de RRF. Het is aan het volgende kabinet om invulling te geven aan het Nederlandse herstelplan en de bijbehorende hervormingen en investeringen.

Nieuwe Eigen Middelen

Daarnaast zal de Europese Commissie in najaar 2021 de eerste voorstellen presenteren voor nieuwe eigen middelen om de EU begroting en de terugbetaling van Next Generation EU te financieren.11 Dit betreft voorstellen voor nieuwe eigen middelen op basis van een (uitgebreid) emissiehandelssysteem ETS, een koolstofheffing aan de grens (CBAM) en een mogelijke digitale belasting. Het kabinet zal de voorstellen op hun merites beoordelen.

Vestigingsklimaat

Het ministerie van Financiën wil een aantrekkelijk vestigingsklimaat behouden. Bijvoorbeeld door in 2022 het Nederlandse belastingverdragennetwerk te versterken. In het eerste kwartaal van 2022 zal de Tweede Kamer over de onderhandelingsagenda voor dat jaar en over de status van lopende onderhandelingen worden geïnformeerd. Ook zijn naar aanleiding van de motie-Lodders c.s.12 beleidsopties geïnventariseerd om (zowel fiscaal als niet-fiscaal) investeringen aan te jagen en ondernemerschap en innovatie te versterken.13

In 2022 worden voorts acties ondernomen14 om de ontwikkeling van Fintech in Nederland te bevorderen. Het ministerie van Financiën blijft betrokken bij het iForum van De Nederlandse Bank (DNB) en de nationale digitaliseringsstrategie15. In september 2020 heeft de Europese Commissie haar Digital Finance Package gepubliceerd.16 Dit pakket aan maatregelen sluit voor een groot deel aan bij het nationale FinTech actieplan.

Belastingen

In internationaal verband17 werkt het ministerie van Financiën aan afspraken om het internationale belastingsysteem te moderniseren. Er is op 1 juli 2021, met actieve inzet van Nederland, met 130 landen een akkoord op hoofdlijnen bereikt over deze herziening op basis van twee pijlers.18 Het doel is om de openstaande onderdelen af te ronden in oktober 2021. Na afronding van het OESO-akkoord, zal de Europese Commissie naar verwachting begin volgend jaar voorstellen doen om dit akkoord in de EU te implementeren. Nederland is voorstander van een uniforme implementatie in EU-verband en zet zich hier actief voor in. Daarnaast is de Europese Commissie voornemens om in het vierde kwartaal van 2021 een richtlijnvoorstel over een digital levy (digitale dienstenbelasting) te publiceren. Dit voorstel zal met een positieve grondhouding worden beoordeeld, waarbij onder andere wordt gekeken naar de samenloop met de andere richtlijnvoorstellen over de digitale economie (voornamelijk op het gebied van Pijler 1).

Tenslotte heeft de Europese Commissie op 18 mei 2021 een mededeling over belastingheffing in de 21e eeuw gepubliceerd, zijnde een beleidsagenda met bedrijfsbelastingvoorstellen die de Europese Commissie de komende jaren voornemens is te publiceren. Eind 2021 wil de Europese Commissie met een voorstel komen over bestrijding van misbruik met doorstroomvennootschappen. In 2022 volgt een voorstel dat de financiering met eigen vermogen aantrekkelijker moet maken en een voorstel dat gericht is op het vergroten van de publieke transparantie over de hoogte van belastingen die multinationals betalen. Nederland ziet deze voorstellen met interesse tegemoet. Het voorstel dat ziet op het bestrijden van misbruik met doorstroomvennootschappen sluit goed aan bij de door het Kabinet ingestelde commissie doorstroomvennootschappen (Ter Haar II). Betreffende het tweede voorstel over het aantrekkelijker maken van financiering met eigen vermogen, doet Nederland zelf ook al onderzoek naar de mogelijkheid en wenselijkheid van een introductie van een vermogensaftrek in de vennootschapsbelasting in combinatie met het aanscherpen van de earningsstrippingmaatregel.19

E-Commerce

Halverwege 2021 is nieuwe Europese (btw-)wetgeving van kracht gegaan. Vooral voor het bedrijfsleven zorgt dit voor flinke veranderingen in de wijze van aangifte. De Douane heeft in nauw overleg met het bedrijfsleven, de Belastingdienst en de Europese Commissie, een nieuw aangiftesysteem ingericht. In 2022 zullen we de ingerichte processen en systemen verder verbeteren, bijvoorbeeld door oplossingen te zoeken voor de nog bestaande vraagstukken rondom de nieuwe wetgeving. Ook gaan we aangiftestromen nauwlettend monitoren, zodat we alert kunnen reageren op veranderende behoeften.

Om ook in de komende jaren het bedrijfsleven bij het invoeren van goederen te faciliteren werkt de Douane aan de verdere ontwikkeling van de digitale gegevensuitwisseling, zorgen we voor minder verschillende aangiftesystemen en draagt de Douane bij aan de discussie in Brussel over een modernere Europese (handhavings-)benadering van e-commerce.

Digitale Snelweg Douane (DSD)

De Douane blijft continu anticiperen op de verwerking van snel stijgende volumes, met name als gevolg van e-commerce, Brexit, groei van het handelsverkeer en nieuwe Europese wetgeving. De primaire transactiesystemen, raakvlaksystemen en de onderliggende infrastructuur moeten nu en in de toekomst deze volumegroei faciliteren. Onder de vlag Digitale Snelweg Douane (DSD) maken we deze systemen schaalbaar en robuust. In 2022 gaat dit over onder andere activiteiten ten aanzien van het National Import Systeem (NIS) en het vrachtinformatiesysteem Import Control Systeem 2 (ICS2).

De beoogde innovatie van DSD richt zich onder andere op het bedrijfsleven, wet- en regelgeving, processen, applicaties en technologie en de bijbehorende voortbrenging. De Douane betrekt hierbij onder meer het bedrijfsleven en bekijkt gezamenlijk of voorgestelde innovaties technisch en praktisch haalbaar zijn. Omdat andere lidstaten van de Europese Unie ook met de gevolgen van de volumestijgingen worden geconfronteerd zal op Europees niveau aandacht worden besteed aan een gezamenlijke aanpak van de gevolgen van de volumeontwikkeling.

Verduurzaming en vergroening van de economie

Vergroening fiscaal stelsel

Nederland heeft de afgelopen jaren in EU-verband gepleit voor aanscherping van het Europese klimaatbeleid. In 2020 hebben de EU-landen afgesproken om in 2050 klimaatneutraal te zijn. Ook is in Europees verband afgesproken het reductiedoel voor 2030 aan te scherpen. Nederland ziet het beter beprijzen van CO2 als een belangrijke stap naar het behalen van deze aangescherpte doelen. Nationaal zijn bijvoorbeeld dit jaar stappen gezet met de introductie van een Nederlandse vliegbelasting en een CO2-heffing voor de industrie. Ook ligt nog een wetsvoorstel voor een minimum CO­2-prijs voor elektriciteitsopwekking ter behandeling bij de Eerste Kamer.

Bij het beprijzen van CO2-uitstoot is Europese en internationale samenwerking van belang vanwege het grensoverschrijdende karakter van de klimaatproblematiek. Ook verkleint internationaal optreden de kans op weglekeffecten naar andere landen. In Europees verband heeft de Europese Commissie op 14 juli 2021 het Fit for 55%-pakket gepubliceerd. Daarin is onder andere een voorstel opgenomen om de Richtlijn Energiebelastingen te herzien en komt de Europese Commissie met een voorstel voor een koolstofheffing aan de grens. De kabinetsbeoordeling van het Fit for 55%-pakket zal naar verwachting medio september met de Tweede Kamer worden gedeeld. In internationaal verband wordt onder andere in G20-verband over CO2-beprijzing gesproken.

Klimaatbijdragen (inter)nationale financiële instellingen

Ook in 2022 wil Nederland de financiële sector betrekken bij de mondiale klimaatopgave. De financiële sector heeft met haar zogenoemde «klimaatcommitment» het initiatief genomen om een bijdrage te leveren aan de uitvoering van het Akkoord van Parijs en het Klimaatakkoord. Uiterlijk in 2022 presenteren zij actieplannen over hoe zij hun CO2-voetafdruk gaan terugbrengen. Het ministerie van Financiën streeft naar ambitieuze actieplannen.

Het ministerie van Financiën vindt het belangrijk dat bedrijven maatschappelijk verantwoord ondernemen. Binnen de convenanten voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO) met de financiële sector, zal in 2022 samen met de sector, ngo’s en vakbonden aandacht zijn voor het voldoen aan de Environmental, Social and Governance (ESG)-criteria. Hoe ver de financiële sector is op dit gebied wordt via voortgangsrapporten gemonitord.20

Internationale financiële instellingen (IFI's) spelen een centrale rol in de architectuur voor financiering van klimaatactie, met name in ontwikkelingslanden. Het ministerie van Financiën blijft daarom het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Wereldbankgroep, Europese Investeringsbank (EIB) en de regionale investeringsbanken, zoals de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBRD) en de Aziatische Infrastructuur Investeringsbank (AIIB) vragen om leiderschap te tonen ten aanzien van klimaatambitie. Concreet betekent dit verdere uitbreiding van financiering van klimaatprojecten in de publieke, private en financiële sector in partnerlanden, het in lijn brengen van de portefeuilles van de IFI’s met de Parijsdoelstellingen en het uitfaseren van financiering van fossiele brandstoffenprojecten. Bovendien vragen wij hen om klimaat prominent op te nemen in de gesprekken met ontvangende landen en in de nieuwe landenstrategieën.

Het ministerie van Financiën ondersteunt tevens de activiteiten van de Multilaterale ontwikkelingsbank (MDB) werkgroep; een samenwerkingsverband tussen multilaterale banken dat zich richt op het in lijn brengen van de MDB activiteiten met de Parijsdoelstellingen. Deze werkgroep zal in november 2021 op de internationale klimaattop COP26 in Glasgow hun voortgang presenteren.

Vergroening ekv-portefeuille en groene obligatie

De vergroening van de exportkredietverzekering (ekv) is een belangrijke beleidsprioriteit voor het ministerie van Financiën. Om de vergroening van de ekv in 2022 verder te stimuleren streeft het ministerie van Financiën met uitvoerder Atradius Dutch State Business (ADSB) ernaar dat marktpartijen beter op de hoogte zijn van de mogelijkheden die de ekv biedt om te vergroenen. Omdat er de afgelopen jaren veel nieuw beleid is ontwikkeld om vergroening te stimuleren zijn marktpartijen vaak niet volledig op de hoogte van de mogelijkheden die ekv biedt. In coalitieverband (E3F) werkt Nederland aan nader te bepalen stappen voor het in lijn brengen van de ekv met de Overeenkomst van Parijs.

Het doel van de groene obligatie-uitgifte is de groei van de groene kapitaalmarkt te bevorderen. Het gaat om investeringen en projecten op het terrein van duurzame energie (SDE-regeling), energie-efficiëntie (STEP-regeling), duurzaam vervoer (uitgaven en investeringen in spoorinfrastructuur) en klimaatadaptatie (Deltafonds). Een voorwaarde die wordt gesteld aan het uitgeven van een groene obligatie is dat achteraf verantwoording wordt afgelegd aan de investeerders over de groene projecten die gekoppeld zijn aan de obligatie en wat de impact van deze projecten is geweest (ten aanzien van CO2-reductie, klimaatrisicobeheersing enzovoorts).21

Structureel verbeteren dienstverlening

De Belastingdienst wil een organisatie worden die primair denkt en handelt vanuit het perspectief van burgers, ondernemers en hun ondersteuners. Dit naar aanleiding van het rapport «Handelingsperspectieven voor de fundamentele transformatie van de Belastingdienst»22 uit november 2020 en in opvolging van de kabinetsreactie op het rapport Ongekend Onrecht.23 In 2021 is hiervoor de visie op dienstverlening opgesteld en zijn een Kernteam fundamentele transformatie dienstverlening en een Transformatiebureau ingericht.

In 2022 worden burgers en bedrijven verder betrokken bij de ontwikkeling van de dienstverlening en toetsing van een product of dienst. Daarnaast wordt in 2022 verder gegaan met de uitbreiding van het aantal medewerkers voor de bemensing van de balies en de Belastingtelefoon om zo de contactmogelijkheden te verbeteren. Ook de Stella-teams24 worden uitgebreid waardoor eerder in het proces contact kan worden gelegd met burgers bij wie mogelijk sprake is van een schrijnende situatie of van complexe problematiek.

Effectief toezicht en fraudebestrijding

De Belastingdienst beoogt met zijn strategie het gedrag van burgers en bedrijven zodanig te beïnvloeden dat zij structureel uit zichzelf (fiscale) regels naleven (compliance); dat wil zeggen zonder (dwingende en kostbare) acties van de kant van de Belastingdienst. Dit moet zorgen voor de borging van de continuïteit van belastingopbrengsten.

In het Jaarplan 2022 van de Belastingdienst wordt nader uitgewerkt welke activiteiten de Belastingdienst uitvoert met welke middelen om naleving te bevorderen en niet-naleving tegen te gaan. Daarnaast zullen in het Jaarplan de keuzes voor de inzet van handhavingsinstrumenten worden gebaseerd op inzicht in de risico’s en de oorzaken van niet-naleven. Hiermee wordt gevolg gegeven aan de opgave ten aanzien van het M&O-beleid van de Belastingdienst zoals beschreven in het verantwoordingsonderzoek 2020 van de Algemene Rekenkamer.

In het afgelopen jaar stond onze fraudebestrijding in de belangstelling van media en politiek. Onze fraudeaanpak zal op onderdelen worden verbeterd. Kern is dat de aanpak van fraude niet op zichzelf staat, maar onderdeel is van de Uitvoerings- en Toezichtstrategie van de Belastingdienst. De aanpak is erop gericht om fraude zo veel mogelijk al aan de voorkant te voorkomen. Wat aantoonbaar fraude is, wordt als zodanig aangepakt. Dit is van belang voor het behoud van het maatschappelijk draagvlak voor het betalen van belastingen. Hierbij is niet iedere fout fraude, want van fraude is pas sprake als opzet bewezen kan worden.

Daarnaast is ook voor de fraudeaanpak het in 2020 gestarte programma Herstellen, Verbeteren en Borgen van belang. Dit programma loopt ook in 2022 door. Dit plan is de uitwerking van de acties die sinds maart 2020 zijn ingezet om problemen op te lossen die zijn geconstateerd in de wijze waarop de Belastingdienst om is gegaan met (persoons)registraties, risicomodellen en het gebruik van persoonsgegevens zoals nationaliteit.

Wendbare en toekomstbestendige organisatie

i. Personeel en cultuur 

De Belastingdienst investeert in het aantrekken van nieuwe medewerkers en het behouden van huidige medewerkers. De Belastingdienst kent ook in 2022 een aanzienlijke wervingsopgave. Op basis van de huidige inzichten wordt een instroom verwacht van 1600 tot 1800 fte.

In 2022 zetten we in op het ondersteunen van Belastingdienstmedewerkers in hun ontwikkeling en vakmanschap. Hiervoor wordt het onderwijsaanbod verder vernieuwd. Onderdeel van deze vernieuwing is het vergroten van actuele fiscaal-juridische kennis. Daarbij is er extra aandacht voor professionele ruimte voor de medewerker om, binnen wet- en regelgeving, vanuit vakmanschap en menselijke maat maatwerk te kunnen bieden aan burgers en bedrijven.

Het leiderschap- en cultuurprogramma heeft als ambitie een cultuur te bevorderen waar burgers en bedrijven centraal staan, waar medewerkers worden gewaardeerd en samenwerking de standaard is. In 2022 gaat de aandacht uit naar samenwerken en resultaat. Daarbij gebruiken we naast dialoogsessies, webinars en het delen van good practices, ook serious gaming. Dit is een spelvorm om de beleving vanuit het gezichtspunt van de burger en het bedrijf te versterken en daarmee ook de overdracht van informatie.

ii. ICT 

In 2020 is het ICT-verbetertraject van start gegaan, een meerjarig programma waarmee de ICT-uitvoeringsorganisatie én de sturing daarop verbeteren. Hierdoor kan de organisatie effectiever en efficiënter opereren. In 2022 worden de processen verbeterd, sturen we op waarde en baten in het ICT-portfolio en leggen we meer focus op resultaatgerichtheid van de ICT-uitvoeringsorganisatie. Ook verbeteren we de levenscyclus van systemen door het wegwerken van onderhoudsachterstanden.

Tot slot werkt de Belastingdienst in 2022 aan de hand van een actieplan aan het verbeteren van de informatiehuishouding. De Belastingdienst onderzoekt in dit verband de mogelijkheden om burgers en bedrijven te informeren over de voortgang van hun dossier.

iii. Borgen rechtsstatelijkheid

De Belastingdienst richt zich de komende tijd op het versterken van het rechtsstatelijk handelen door de Belastingdienst zelf.

  • Binnen de Belastingdienst wordt medewerkers gevraagd om signalen van mogelijke hardheid van regelgeving en werkwijzen die tot onwenselijke situaties voor burgers leiden te melden.

  • Een loket wordt ingericht voor vraagstukken waar de rechtsstatelijkheid in het geding is of oneffenheden in de wetgeving worden geconstateerd.

  • De fiscaal-juridische kennis in alle lagen van de organisatie wordt vergroot.

  • De externe toezichthouder op de domeinen belastingen, toeslagen en douane wordt operationeel. Deze inspectie beoordeelt de kwaliteit van de dienstverlening van de Belastingdienst, Toeslagen en Douane vanuit de bril van het rechtsstatelijk handelen.

iv. Managementinformatie en risicomanagement

Goede managementinformatie en risicomanagement dragen bij aan een meer transparante en beter stuurbare Belastingdienst voor burgers, bedrijven en politiek. Het meerjarenprogramma Managementinformatie en Risicomanagement heeft inmiddels onder andere geleid tot dashboards voor de sturing en beheersing, een Strategische Risico Analyse en herijkte prestatie-indicatoren, waar in de begroting voor 2022 een aantal aanvullingen terugkomen. Eind 2022 worden de nog resterende producten voor managementinformatie en risicomanagement opgeleverd en loopt het programma ten einde.

Daarnaast wil de Belastingdienst aantoonbaar in control zijn en daarop gaan sturen. Er is daartoe een belastingdienstbreed traject gestart om de interne beheersing te verbeteren. Hiermee wordt beoogd op een meer gestructureerde manier inzicht krijgen in de realisatie van strategische, operationele en financiële doelstellingen van de Belastingdienst en het voldoen aan wet- en regelgeving.

Fiscaal beleid en uitvoering

De komende periode verbeteren we de samenwerking tussen opdrachtgevende ministeries en de Belastingdienst, Toeslagen en Douane. Hierdoor wordt het beleid beter uitvoerbaar. Dat is goed voor burgers en ondernemers en ook voor de uitvoeringsorganisaties en opdrachtgevers.

  • De samenwerking wordt versterkt bij nieuw beleid, met nadrukkelijk aandacht voor ‘hoe’ beleid uitvoerbaar (te maken) is.

  • Informatie wordt uitgewisseld over de uitvoering van staand beleid (bijvoorbeeld in de vorm van signalen). Via de «stand van de uitvoering» worden deze signalen ook gedeeld met de kamer.

  • We gaan door met uitbreiding van de doenvermogenscan. Daarmee wordt vroegtijdig bij nieuwe fiscale wet- en regelgeving verkend of de regeling past bij het doenvermogen van burgers en belastingplichtigen uit het midden- en kleinbedrijf (en/of hoe dit kan worden verbeterd).

  • We voeren het gesprek over waar de diverse prioriteiten van de opdrachtgevers liggen.

  • We blijven terughoudend bij het toevoegen van nieuwe taken aan de uitvoeringsverantwoordelijkheid van de Belastingdienst. Voor niet-fiscale en duale taken geldt hierbij ‘nee, tenzij’.

Op het gebied van toeslagen zijn belangrijke stappen gezet om de fouten uit het verleden te herstellen en de dienstverlening aan burgers te verbeteren en vernieuwen. Tegelijkertijd is invulling gegeven aan een eigen Directoraat-Generaal. Als onderdeel hiervan is een eigen missie vastgesteld. De missie van Toeslagen luidt: Toeslagen maakt vitale voorzieningen voor iedereen betaalbaar. Daarnaast zijn vier strategische doelstellingen vastgesteld die de leidraad zijn waaraan alle activiteiten en doelen voor 2022 zijn opgehangen: herstel van vertrouwen, verbetering en vernieuwing van de dienstverlening, borgen van de uitvoerbaarheid van het stelsel en aanpassing van de organisatie aan de maatschappelijke opgave.

Voor 2022 staat allereerst centraal om de problemen uit het verleden op te lossen met de hersteloperatie. Daarnaast ligt de focus op het oplossen van knelpunten binnen het huidige stelsel en het doorvoeren van verdere verbeteringen in de dienstverlening aan burgers. Een aantal problemen kan niet opgelost worden binnen het huidige stelsel, daarom wordt gewerkt aan alternatieven voor een toeslagenstelsel.

Herstel van vertrouwen

Herstel gedupeerden van de problemen bij Toeslagen

Het opvolgen van de bevindingen van de Parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag (POK) en het herstel van vertrouwen in de overheid begint bij het herstel van de gedupeerde ouders. In 2021 werkt de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (UHT) hard om dossiers van zoveel mogelijk gedupeerde ouders op het gebied van Kinderopvangtoeslag integraal te beoordelen. Op basis van deze beoordeling wordt aan hen compensatie toegekend. Hierbij is het doel ouders écht te helpen, zodat ze met een schone lei verder kunnen en de toegekende compensatie ook daadwerkelijk aan hen ten goede komt. Daarom zijn gedurende 2021 aanvullende regelingen getroffen, onder andere het kwijtschelden van publieke schulden en een oplossing voor mensen die in een wettelijk schuldtraject en buitengerechtelijke schuldregeling zitten. Tevens zijn regelingen voor ex-partners, de kinderen van gedupeerde ouders en de andere toeslagen in ontwikkeling. Gemeenten ondersteunen gedupeerde ouders op de vijf leefgebieden.

De herstelorganisatie gaat in 2022 door met het beoordelen van dossiers en streeft ernaar eind 2022 zo veel mogelijk dossiers van gedupeerde ouders/burgers op het gebied van kinderopvangtoeslag, huurtoeslag, zorgtoeslag en kindgebonden budget beoordeeld te hebben. Het aantal dossiers hangt onder andere af van de herijking van de opdracht van de herstelorganisatie. Deze herijking is in het najaar van 2021 afgerond. Toeslagen stemt de dienstverlening daarbij zoveel mogelijk af op de behoeften van de ouders/burgers. Indien de aanvullende regelingen niet in 2021 zijn afgewikkeld, worden deze voortgezet in 2022. Naast het beoordelen van dossiers werkt Toeslagen aan het afhandelen van bezwaren van en nazorg aan gedupeerde ouders/burgers waarvan het dossier al is behandeld.

Werken aan vertrouwen

Toeslagen werkt hard aan het herstellen van het vertrouwen. Bij het versterken van vertrouwen zijn voor Toeslagen verschillende relaties specifiek van belang, die tussen burgers en Toeslagen, die tussen Toeslagen en de politiek en die tussen ambtenaren onderling. We staan midden in de samenleving.

Extern begint bouwen aan vertrouwen met een goede verstandhouding tussen alle betrokken partijen die gestoeld is op onderlinge openheid en vertrouwen. Zo is Toeslagen in 2021 frequent met stakeholders in gesprek over de verbetertrajecten per toeslag en over de toekomst van de toeslagen. In 2022 zetten we deze gesprekken met burgers en stakeholders intensief voort.

Zoals eerder aangekondigd in reactie op de POK is in 2021 een programma gestart waarin cultuur en leiderschap centraal staan. Met dit programma brengen we de oorzaken van de ontstane vertrouwensbreuk en de dieperliggende, vaak onbewuste patronen die hieraan ten grondslag liggen in beeld. Door deze patronen gezamenlijk scherp te krijgen en het eigen aandeel daarin te (h)erkennen, groeit de organisatiecultuur en ook het onderlinge vertrouwen.

Verbeteringen en vernieuwing dienstverlening

Programma vernieuwing dienstverlening

Om de uitvoering van Toeslagen klantgerichter te maken is in 2020 het Programma Vernieuwing Dienstverlening opgezet. Dit programma richt zich op drie overlappende en versterkende opgaven:

  • vergroten van de toekenningszekerheid,

  • meer menselijke maat,

  • adequate handhaving.

In 2022 ligt de focus van het programma op het grotere schaal toepassen van de in 2021 in gang gezette vernieuwing. Behulpzaam bij het vergroten van de toekenningszekerheid zijn de samenwerkingstrajecten met de betreffende beleidsdepartementen. Belangrijke succesfactoren hierbij zijn het versterken van het werken met actuele gegevens en burgers proactief attenderen bij afwijkingen.

Daarnaast spitst Toeslagen de wijze van werken meer toe op de doelgroep toeslaggerechtigden. Dit betekent het verbeteren van de communicatie met de burger door het versterken van de menselijke maat en rechtsbescherming in onze processen. Bijvoorbeeld het vaker en gericht inzetten van telefonisch contact bij bezwaar en beroep, het specifiek maken van de behandeling in de inning- en invorderingsprocessen en het verbeteren van de begrijpelijkheid van burgercommunicatie via o.a. brieven, website en portal. De dienstverlening wordt zowel offline als online uitgebreid. Er worden meer balies geopend waar burgers met hun vragen terecht kunnen. Self-service via de website en app(s) wordt verder ontwikkeld, zodat burgers hun zaken ook steeds meer online kunnen regelen. Om deze verbeteringen mogelijk te maken is inzicht in wat burgers van Toeslagen verwachten en wat zij nodig hebben een belangrijke randvoorwaarde. Toeslagen krijgt dit inzicht door het proces dat burgers doorlopen te monitoren, door het doen van burgeronderzoek en burgerpanel(s).

Rechtmatigheid, rechtsbescherming en naleving van plichten zijn uitgangspunten in het handelen van Toeslagen. Ook waar naleving niet vanzelfsprekend is, handelen we zorgvuldig. We vullen het toezicht op een effectieve en rechtmatige wijze in om te voorkomen dat burgers foutieve informatie aanleveren. Daardoor borgen we een juiste uitbetaling van toeslagen. Met een doorlopende landelijke voorlichtingscampagne informeren we huishoudens over het toeslagenproces en over het feit dat het heel belangrijk is een toeslag aan te passen bij wijzigingen in de persoonlijke situatie.

Informatiehuishouding en bestrijden van discriminatie

Naar aanleiding van de kabinetsreactie op de POK wordt o.a. gewerkt aan verdere verbetering van de dienstverlening naar burgers en een cultuurprogramma. Ook zijn in deze reactie maatregelen en acties aangekondigd op andere gebieden, zoals informatiehuishouding en discriminatie.

Op het gebied van dienstverlening gaan we in 2022 de uitvoering versterken op specifieke gebieden: het uitbreiden van fysieke loketten, dienstverlening door derden (Toeslag Service Punten) en uitbreiding Stella. Daarnaast versterkt DG Toeslagen de regie op de gehele uitvoering van Toeslagen om deze op maat te maken voor de doelgroep toeslaggerechtigden. Dit betreft de volgende domeinen: regiefunctie en invulling van menselijke maat t.a.v. schulden en inning/invordering, signalering en regie op het burgersignalenproces, regie op burgerinteractie, versterken van beleids- en managementinformatie vanuit data- en analytics en burgergericht vernieuwen vanuit burger(klant)onderzoek.

Op basis van het Rijksbrede actieplan ‘Open op Orde’ is voor Toeslagen het plan ‘Informatiehuishouding op Orde Toeslagen 2021-2026’ opgesteld. Conclusies, aanbevelingen en aandachtspunten uit verschillende onderzoeksrapporten, waaronder het rapport van de Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed worden in dit plan meegenomen. Toeslagen gaat in 2022 verder met het verbeteren van de dossiervorming van de toeslaggerechtigden in het primaire proces en het op orde brengen van de bedrijfsprocessen. Daarnaast gaat Toeslagen aan de slag met de digitale opslag en het beheer van de (archiefwaardige) informatie volledig, betrouwbaar en duurzaam toegankelijk in te richten.

Borgen van de uitvoerbaarheid van het stelsel

Aanpassen huidige wet- en regelgeving

Toeslagen heeft samen met de toeslagdepartementen SZW, VWS en BZK gewerkt aan het identificeren van knelpunten in het huidige stelsel, waardoor meer helderheid en zekerheid ontstaat voor alle toeslaggerechtigden. De motie Lodders/Van Weyenberg heeft ook opgeroepen tot het onderzoeken van korte termijn verbeteringen en het zoveel mogelijk voorkomen van schrijnende situaties en terugvorderingen. De Kamer is hierover per brief d.d. 25 juni 2021 geïnformeerd. De inventarisatie in deze brief en – waar mogelijk – het aanpakken van knelpunten en schrijnende situaties ligt in het verlengde van een al langer lopend proces om het huidige toeslagenstelsel te verbeteren. Niet elk knelpunt kan op korte termijn worden opgelost. Ook is soms nader onderzoek nodig. De oorzaken van deze knelpunten en mogelijke oplossingen hiervoor worden in een structureel samenwerkingsverband tussen de departementen en de uitvoering verder onderzocht. Naast knelpunten in de wet- en regelgeving kan ook strikte interpretatie van wet- en regelgeving in de uitvoering zorgen voor schrijnende situaties. Toeslagen neemt in het kader van het verbeteren van de dienstverlening meer ruimte voor een individuele belangenafweging. Een voorbeeld daarvan is het waar dat in het belang van de burger is verlengen van de herzieningstermijn. Het oplossen van andere knelpunten uit de motie Lodders/Van Weyenberg en te maken keuzes daarin zijn aan het nieuwe Kabinet.

Daarnaast wordt er in 2022 continu aandacht besteed aan begrijpelijkheid voor burgers van wet- en regelgeving, die aansluit bij hun doenvermogen.

Toewerken naar toekomstig stelsel

Het is overduidelijk dat een aantal problemen niet binnen het huidige toeslagenstelsel kan worden opgelost en dat we op termijn toe moeten naar vernieuwing van het stelsel. Vernieuwing van enkele of alle toeslagen zal niet eenvoudig zijn en verbeteringen in de dienstverlening zullen niet van vandaag op morgen zichtbaar zijn. Daarnaast vergt het moeilijke politieke keuzes met belangrijke consequenties, ook voor de uitvoering, en zal waarschijnlijk meerdere kabinetsperiodes behelzen. Om op de lange termijn toe te werken naar een toegankelijker en begrijpelijker toeslagenstelsel zijn alternatieven uitgewerkt voor een ander stelsel. Er zijn ook scenario’s uitgewerkt voor het inrichten van een nieuw stelsel van kindvoorzieningen. Toeslagen heeft hierbij de uitvoeringsgevolgen in beeld gebracht om politiek en beleid vanuit uitvoerings- en burgerperspectief te adviseren over de te maken keuzes.

Aanpassing organisatie aan de maatschappelijke opgaven

De relatie met de verschillende toeslagdepartementen, opdrachtgevende departementen, is geïntensiveerd. Dit heeft onder andere vorm gekregen door de invoering van diverse overleggen met specifieke doelen en bijpassende gespreksonderwerpen. Hierdoor wordt geborgd dat een scherp, maar ook een volledig en gericht, gesprek kan worden gevoerd tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. De samenwerking zal de komende tijd nog verder worden geïntensiveerd.

Naast het verbeteren van de dienstverlening, het toeslagenstelsel zelf en het werken aan vertrouwen gaat Toeslagen in 2022 door met het verbeteren en versterken van de interne organisatie. Tevens wordt de informatiepositie van de opdrachtgevende departementen verbeterd om meer inzicht te verschaffen in de uitvoeringspraktijk van het eigen beleid. Het doel is continue aandacht besteden aan begrijpelijkheid voor burgers van wet- en regelgeving, die aansluit bij hun doenvermogen.

2

Door het in werking laten treden van de aanpassing van het arm’s-lengthbeginsel (met ingang van 1 januari 2022).

3

Uit ATAD2 (Anti Tax Avoidance Directive)

4

Bijstandsrichtlijn (DAC7) en de OESO-modelvoorschriften.

5

Kamerstukken II 2018-2019, 32 013, nr. 200

6

Het resolutieraamwerk dient om bankfalen ordelijk op te vangen.

7

Kamerstukken II 2020-2021, 22 112, nr. 2953

8

Consumenten worden beter in staat gesteld om hun financiële doelen te halen. Effectieve consumenten- en beleggers­bescherming is daarbij van groot belang.

9

De afgelopen jaren daalde het aandeel contante betalingen, waardoor de kosten van een contante transactie relatief zijn gestegen en er op sommige punten een afbouw zichtbaar is van de chartale dienstverlening en infrastructuur. Door de gevolgen van corona is deze daling in contante betalingen versneld. 

10

https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/HTML/?uri=CELEX:32021R0241&from=NL

12

Kamerstukken II 2020-2021, 35 572, nr. 47

13

Brief van de staatssecretaris van Financiën en de minister van Economische Zaken en Klimaat van 25 juni 2021 (2021D25818)

14

In het nationale FinTech actieplan staan een aantal acties om innovatie in de financiële sector verder te bevorderen. Zie ook; Kamerstuk II 2019-2020, 32 013, nr. 242

15

Kamerstukken II 2019-2020, 26 643 nr. 709

16

De Europese Commissie heeft in september 2020 een mededeling betreffende een Digital Finance Package gepubliceerd, bestaande uit twee strategieën (de Digital Finance Strategy en Retail Payments Strategy) en twee verordeningen (de Digital Operations Resilience Regulation en de Regulation of Markets in Crypto-assets).

17

In het Inclusive Framework van de OESO, waarin 139 landen op gelijke voet samenwerken.

18

Pijler 1 ziet op de herverdeling van de heffingsrechten en Pijler 2 ziet op een wereldwijd minimumniveau van belastingheffing.

19

Kamerstukken II 2020-2021, 32 140, nr. 83

20

Het kabinet heeft op 16 oktober 2020 de nieuwe IMVO-beleidsnota: Kamerstukken II 2020/21, 26 485, nr. 337

23

Kamerstukken II 2020-2021, 35 510, nr. 4

24

De Stellateams van de Belastingdienst zijn er voor complexe casussen. Het team komt in actie wanneer er sprake is van multi-problematiek en het probleem te groot is om aan de balie opgelost te worden.

Licence