Base description which applies to whole site

Beleidsprioriteiten

Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) staat voor een duurzaam en ondernemend Nederland. Het jaar 2024 zal voor EZK in het teken staan van de verduurzaming van de Nederlandse economie, het voortvarend voortzetten van de klimaat- en energietransitie en het inlossen van de ereschuld aan de regio Groningen en haar bewoners.

Samen met zijn partners werkt EZK aan de brede welvaart van alle Neder­landers, nu en later, en van mensen elders in de wereld. We streven naar een economie die kan vergroenen én kan groeien. We werken aan een economie die werkt voor mensen, en waar de samenleving van meeprofiteert. We staan voor een open economie met een sterke internationale concurrentiepositie en oog voor economische veiligheid. Wij werken aan de klimaatambities en durven scherpe doelen te stellen. Wij zetten ons in voor een duurzame samenleving met schone, betrouwbare, veilige en betaalbare energie. Wij werken aan een nieuw begin voor de regio Groningen en aan een verbetering en versnelling van het herstel en de versterking van woningen in het aardbevingsgebied. We stimuleren innovatie en benutten de economische en maatschappelijke kansen van digitalisering. We geven ondernemers de ruimte en borgen de balans tussen de belangen van bedrijven en burgers. Juist ook om de transities waar we voor staan succesvol door te maken, hebben we een sterke economie met vindingrijke ondernemers hard nodig.

Het inlossen van de ereschuld aan de regio Groningen vraagt om een generatielange aanpak. Het jaar 2024 zal mede in het teken van deze inlossing staan. De gaswinning in Groningen heeft tot veel schade geleid en heeft een grote maatschappelijke impact. Het kabinet heeft in reactie op het rapport Groningers boven Gas van de Parlementaire Enquêtecom­ missie Aardgaswinning Groningen vijftig maatregelen aangekondigd om de schadeafhandeling en versterking te verbeteren, evenals investeringen in verduurzaming, sociaal herstel en economisch perspectief voor de regio Groningen en Noord-Drenthe. EZK heeft bij deze generatielange aanpak een coördinerende rol1. We blijven in gesprek met bewoners, maatschap­ pelijke organisaties en medeoverheden om samen deze maatregelen te realiseren.

Economisch beeld

In 2022 veroorzaakte de oorlog in Oekraïne een grote schok. Naast het menselijk leed en de geopolitieke spanningen, resulteerde de oorlog samen met de nasleep van de coronacrisis in een aanzienlijke stijging van de inflatie, voornamelijk veroorzaakt door de toegenomen energieprijzen. Ook in 2024 zullen deze gevolgen nog een belangrijke factor zijn in het economische beeld.

De Nederlandse economie is in internationaal perspectief goed hersteld van de coronacrisis.2 Grootschalige faillissementen van bedrijven zijn voorkomen en de werkloosheid bleef laag. In 2022 leidde dit tot een economische groei van 4,5 procent.3 Hiermee lag het bbp per inwoner weer boven het niveau van 2019. Dit is een resultaat van de veerkracht van de Nederlandse economie. Tegelijkertijd zijn er nieuwe uitdagingen op ons af gekomen.

De inflatie zal naar verwachting in 2023 en 2024 rond de 4% bedragen.4 De oorlog beïnvloedt de inflatie met name via de energieprijzen. De doorwerking van energieprijzen in de inflatie is naast direct ook indirect, via de hogere prijzen van andere goederen en diensten vanwege energiegebruik in het productieproces. De hogere energieprijzen zijn in het bijzonder problematisch voor huishoudens met lagere inkomens, die een relatief groot deel van hun inkomen uitgeven aan energie en de prijzen van producten zien stijgen, en voor bedrijven in de energie-intensieve industrie voor zover ze de hogere prijzen niet kunnen doorberekenen.

Het economisch perspectief in 2024 is enigszins onzeker. De verdere ontwikkeling van de inflatie is immers moeilijk te voorspellen, temeer omdat ze in grote mate afhangt van volatiele energieprijzen. Als gevolg hiervan is ook de ontwikkeling van de koopkracht van burgers met onzekerheid omgeven. In de Macro Economische Verkenning (MEV) 2024 van het Centraal Planbureau (CPB), is de geraamde mediane koopkrachtstijging in 2024 rond de 2 procent. Het tijdelijke prijsplafond in 2023 heeft de gevolgen van de verhoogde energieprijzen op de koopkracht van huishoudens grotendeels gedempt. De lonen zullen de komende jaren sterker dan gemiddeld stijgen, wat de koopkracht ten goede komt. Energieprijzen die (fors) hoger of lager uitvallen dan verwacht kunnen de koopkracht weer ten slechte of ten goede beïnvloeden. Ook de economische impact van de stikstofproblematiek is een onzekere factor.

In 2024 zal de Nederlandse economie vooral een fase van afkoeling tegemoet gaan, net zoals veel andere economieën in de Europese Unie. Door een zwakkere wereldhandel, hoge rente en hoge energiekosten voor huishoudens en bedrijven, wordt voor de jaren 2023 (0,7%) en 2024 (1,5%) een kleine economische groei verwacht. In het eerste halfjaar van 2023 is de Nederlandse economie in een milde recessie beland. De krimp hangt samen met de afkoeling van de economie en is daarom niet onverwacht en vooralsnog niet problematisch. De (geopolitieke) onzekerheid en hogere rente beïnvloedt de buitenlandse vraag naar Nederlandse goederen. De afkoeling van de economie is daarom vooral terug te zien in de afgenomen productie van de industrie. Bovendien is in het tweede kwartaal de consumptie van huishoudens sterk gedaald. Tegelijkertijd zien we een toename in de investeringen dit jaar, ondanks de hoge rente. De Nederlandse economie is nog steeds één van de koplopers wat betreft herstel na de pandemie. Dat zijn positieve signalen voor het toekomstige economische beeld.

De Nederlandse economie is sterk, dynamisch en veelzijdig. Maar de wereld staat niet stil. Het Perspectief op de Nederlandse economie5 schetst de sterktes, zwaktes, uitdagingen en kansen van onze economie. Onze economie is veelzijdig, we zijn sterk in samenwerken, hebben een uitstekende geografische ligging, handelsgeest en interna­tionale oriëntatie. Ook kent Nederland een sterke arbeidsproductiviteit, maar deze groeit net als in andere ontwikkelde landen niet hard meer.

De mate van valorisatie van wetenschappelijke kennis in Nederland kent ruimte voor verbetering en het aantal start-ups dat doorgroeit naar scale-ups is relatief laag. Niet iedereen in Nederland profiteert in voldoende mate van de brede welvaart die de economie creëert. Nederland heeft te maken met drie wereldwijde ontwikkelingen: machtsverschuivingen, digitalisering en de transities naar een klimaatneutrale, circulaire en natuurinclusieve economie. Nederland loopt daarnaast tegen een aantal grenzen aan op het gebied van energie, grondstoffen, arbeid, natuur, water en ruimte. Zo is het tekort aan vakkrachten en technologisch experts een remmende factor voor de transitie naar een duurzame en digitale economie. 

De Nederlandse economie is robuust, maar behoud van onze concurrentiepositie en verdienvermogen op de lange termijn is geen gegeven. Het vereist investeringen in kennis en innovaties, en de toepassing hiervan in producten en diensten. Het vereist investeringen in verduurzaming zodat we niet alleen competitief maar ook duurzaam worden. En het vereist Europese en internationale samenwerking en het inzetten op en behouden van een diverse economie met daarin een technologisch hoogwaardig industrie zodat we ons als Europa beschermen tegen ongewenste afhankelijkheden en richting geven aan de ontwikkeling van internationale waardeketens.

Daarom zal EZK zich ook in 2024 weer inzetten, samen met regionale, internationale en Europese partners, voor een innovatieve, duurzame, sterke en welvarende economie met een zo hoog mogelijke brede welvaart waarvan iedereen kan profiteren. Daarbij houden wij ook oog voor de ontwikkeling van een aantal relevante indicatoren van brede welvaart6 op het EZK-beleidsterrein7 zoals beschreven in de factsheet Brede Welvaart bij de EZK-begroting van het CBS.

Lange termijn verdienvermogen

Nederland is een van de rijkste, gelukkigste en gezondste landen ter wereld. We zijn creatief, staan bekend om onze handelsgeest en we zijn harde werkers. Zo hebben we met elkaar een sterke, dynamische en veelzijdige economie gebouwd. We zijn een land waar bedrijven zich graag vestigen en groeien. We hebben duizenden bedrijven om trots op te zijn. Ook grotere, vaak innovatieve bedrijven vestigen zich graag in ons land. We hebben een aantrekkelijk investeringsklimaat, uitstekende kennisinstellingen en goed opgeleide werknemers.

EZK streeft naar brede welvaart waar de hele samenleving van profiteert. Groei stelt ons in staat collectieve voorzieningen te bekostigen, maar moet ook bijdragen aan de welvaartsontwikkeling van alle Nederlanders. Duurzame groei sluit aan op andere beleidsdoelen van het kabinet, in het bijzonder een succesvolle en tijdige energie- en klimaattransitie en de transitie naar een circulaire economie. Met deze duurzame groei kunnen het streven naar materiële welvaart en het beschermen van de leefomgeving worden samengebracht. Concreet geeft EZK hier vorm aan via onder andere het Missiegedreven Innovatiebeleid, het Nationaal Groeifonds, Nationaal Programma Verduurzaming Industrie en het Klimaatfonds.

Nederland heeft een sterke economie, maar de welvaart is niet vanzelf­ sprekend. EZK zet zich in voor een blijvend sterke economie, waarin innovatieve koplopers vernieuwing aanjagen en een brede basis van bedrijven werkgelegenheid biedt aan velen. Het Missiegedreven Innovatie­ beleid van EZK benut de innovatiekracht van de topsectoren om belangrijke bijdragen te leveren aan het vermarkten van vernieuwingen en het aanpakken van sociale en maatschappelijke vraagstukken. De creativiteit en innovatiekracht van startups en scale-ups en andere partners in het ecosysteem zijn de banenmotor van de toekomst en dragen met hun innovatieve producten en diensten bij aan het oplossen van maatschap­ pelijke vraagstukken. Nederland scoort internationaal goed op het gebied van concurrentiekracht (4e World Economic Forum) en innovatie (5e in de Global Innovation Index).

Ook in 2024 zal het Nationaal Groeifonds bijdragen aan het vergroten van ons duurzaam verdienvermogen. Het Nationaal Groeifonds richt zich vanaf de derde ronde (2023) van het Groeifonds op investeringen op twee terreinen: Kennisontwikkeling enerzijds en Onderzoek, ontwikkeling en innovatie anderzijds. In 2021 besloot het kabinet bij de eerste ronde van het Nationaal Groeifonds om voor ruim € 4,1 mld (al dan niet voorwaardelijk) toe te kennen en te reserveren. In 2022 werd voor de tweede ronde besloten tot het (al dan niet voorwaardelijk) toekennen van € 5 mld en het reserveren van € 1,3 mld, voor in totaal 28 projecten. In de derde ronde heeft het kabinet besloten om voor € 4,0 mld (voorwaardelijk) toe te kennen en reserveren voor 18 projecten. Dit zijn 16 voorstellen via de departementale route en 2 subsidieaanvragen. Hiermee wordt fors geïnvesteerd in duurzame economische groei in Nederland.

Een dwarsdoorsnijdende uitdaging bij alle opgaven waar EZK voor staat is de grote krapte op de arbeidsmarkt. Zo vormen personeelstekorten op dit moment een grote belemmering voor de klimaat- en digitale transitie. Maar ook voor het realiseren van duurzame groei zijn de tekorten een probleem. EZK wil daarom, samen met SZW en OCW, de tekorten aan technici en ICT’ers terugdringen. Dat doet EZK middels het Actieplan Groene en Digitale Banen. Tegelijkertijd ligt er ook een kans besloten in de arbeidsmarktkrapte. Door voortvarend aan de slag te gaan met digitalisering en andere technologische vernieuwing kunnen we onze productiviteit verhogen, en daarmee onze welvaart. De vindingrijkheid van bedrijven is hierbij onmisbaar.

Gaswinning Groningen

Vanaf 1 oktober 2023 wordt de gaswinning uit het Groningenveld teruggebracht naar 0. Komend jaar kan alleen in zeer uitzonderlijke situaties nog gas worden gewonnen. Het gasveld wordt uiterlijk 1 oktober 2024 definitief gesloten. Dit wordt in de wet vastgelegd. Daarmee zal niet meteen een einde komen aan de aardbevingen, maar deze zullen naar verwachting wel in aantal en intensiteit afnemen. Het wegnemen van de bron van alle schade en verdriet in het gaswinningsgebied is een eerste stap. Daarnaast nemen we een aantal maatregelen om het schadeherstel en de versterking milder, menselijker en makkelijker te maken. Zo wordt in het effectgebied van de gaswinning niet meer gekeken naar de oorzaak van individuele schades als de herstelkosten op een adres lager dan € 60.000 zijn. We werken daartoe intensief samen met de uitvoeringsorganisaties Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG), de Nationaal Coördinator Groningen (NCG), toezichthouder Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) en andere departementen. Het IMG krijgt ook de wettelijke ruimte om knelpunten bij de afhandeling van schades voortvarend op te lossen.

In 2024 willen we de voortgang in de versterking van de voorgaande jaren vasthouden, met het doel om de versterking van woningen in 2028 af te ronden. Het kabinet heeft extra middelen vrijgemaakt voor de NCG, zodat er meer capaciteit is voor maatwerk. We kijken niet alleen naar veiligheid en versterking, maar ook naar leefbaarheid. Met de NCG passen we de menselijke maat toe middels een gebiedsgerichte aanpak en zorgen we ervoor dat bewoners meer zeggenschap krijgen over de versterking. De lessen uit de dorpenaanpak in Garrelsweer, Leermens, Zeerijp en Wirdum passen we versneld toe in de rest van het versterkingsgebied. Daarnaast profiteren bewoners door een extra impuls voor verduurzaming. Ook krijgen mensen met terugkerende schade door onderliggende gebreken aan hun woning de zekerheid dat de schade duurzaam wordt hersteld, wanneer sprake is van samenhang met versterken. We geven ruimte én de middelen om in de uitvoering lokale knelpunten op te lossen en onuitlegbare verschillen tegen te gaan.

Op het gebied van welzijn en sociaal herstel wordt een Sociale Agenda voor de regio opgesteld. Deze Sociale Agenda bestaat uit vier speerpunten: 1) het verbeteren van de (mentale) gezondheid; 2) het vergroten van de leefbaarheid en sociale cohesie; 3) kansen voor kinderen, jongeren en de volgende generatie; en 4) arbeidsparticipatie & armoedebestrijding.

Er komt ook een Economische Agenda voor de regio. Rijk en regio zetten in op een generatielange aanpak gericht op drie grote transities: 1) duurzame energie, 2) gezondheidstechnologie en preventieve gezondheid en 3) landbouw en landelijk gebied. Het kabinet zal hiervoor samen met de regionale overheden en partners inzetten op de juiste randvoorwaarden: 1) Een sterk ondernemings- en vestigingsklimaat voor het lokale mkb; 2) goede aansluiting van onderwijs – arbeidsmarkt; 3) hoogwaardige infrastructuur: bereikbaarheid en mobiliteit; 4) aandacht voor ruimtelijke inpassing en 5) voldoende regie en uitvoeringscapaciteit.

Duurzaam Nederland

Vanuit onze nationale verantwoordelijkheid om de mondiale temperatuurstijging te beperken, heeft Nederland in 2019 een Klimaatwet ingevoerd. Deze wet biedt een kader voor beleid gericht op het terugdringen van de emissies van broeikasgassen in Nederland, tot klimaatneutraliteit in 2050. Binnen de EU overeenstemming is overeenstemming bereikt over verhoging van het 2030-doel van ten minste 40 procent reductie van broeikasgassen ten opzichte van 1990 naar ten minste 55 procent. In het Coalitieakkoord is afgesproken om het klimaatbeleid te richten op een hogere opgave van circa 60% reductie, zodat het doel in de Klimaatwet van 55% reductie met grotere waarschijnlijkheid wordt gehaald. Daarnaast streeft Nederland naar een circulaire economie in 2050.

Nederland staat voor een ongekende transitie op het gebied van duurzaamheid en een klimaatneutrale economie. De oorlog in Oekraïne heeft het belang van een succesvolle energie- en klimaattransitie nader onderstreept. EZK zet zich in voor het combineren van het streven naar duurzame groei met het verbeteren van het milieu, middels reductie van broeikasgasemissies en andere schadelijke emissies. Ook leveringszekerheid van energie en onafhankelijk blijven van Russisch gas en olie zijn belangrijke doelen. Verder is leveringszekerheid van kritieke metalen van cruciaal belang voor de energietransitie. Een circulaire economie draagt daaraan bij, evenals aan het verlagen van broeikasgasemissies in de hele keten.

Werken aan een duurzaam Nederland betekent werken in de richting van de duurzame ontwikkelingsdoelen (SDG’s) die in VN-verband zijn vastgesteld voor de periode 2015-2030 en waaraan ook Nederland zich heeft gecommitteerd. Specifiek raken SDG 7 (betaalbare en duurzame energie) SDG 8 (duurzame economie en waardig werk), SDG 9 (industrie, innovatie en infrastructuur), SDG 12 (verantwoorde productie en consumptie) en SDG 13 (klimaatactie) aan de beleidsterreinen van EZK.

Klimaat

In 2050 is Nederland onderdeel van een klimaatneutraal Europa. In 2030 willen we ten minste 55% minder CO2-uitstoten ten opzichte van 1990. Dit zijn de doelen in de aangescherpte Klimaatwet. In het Coalitieakkoord is afgesproken om het klimaatbeleid te richten op een hogere opgave van circa 60% reductie, zodat het doel in de Klimaatwet met zekerheid wordt gehaald. Volgens de prognose van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) uit 2022 stoot Nederland in 2030 39-50% minder broeikasgassen uit.8

Om de doelen in de Klimaatwet te halen en de klimaatambities te realiseren, heeft het kabinet op 26 april jl. een pakket aan maatregelen gepresenteerd dat hieraan invulling geeft. Het kabinet wil rechtvaardig, uitvoerbaar en ambitieus klimaatbeleid voeren. Het pakket bestaat uit in totaal 122 maatregelen in alle klimaatsectoren.9 Onderdeel daarvan is het (eerste) ontwerp-Meerjarenprogramma voor de besteding van middelen uit het Klimaatfonds. Met Prinsjesdag verschijnt een prognose van het PBL van de bandbreedte van emissiereductie in 2030 ten opzichte van 1990, vooruitlopend op de publicatie van de Klimaat- en Energieverkenning 2023 in oktober. Op basis van deze bandbreedte beoordeelt het kabinet of het doel van ten minste 55% reductie van broeikasgassen in 2030 binnen bereik is.

In Europees verband zal worden ingezet op een goede implementatie van het Fit for 55 pakket en voorbereidingen voor de discussie in Europa over een nieuw doel en bijbehorende beleidsarchitectuur voor 2040 van de Europese Commissie. Op weg naar klimaatneutraliteit in 2050 blijft Nederland, in de bredere context van de mondiale leiderschapsrol van de EU, een internationale voortrekkersrol ambiëren in het behalen van de Parijsdoelen en de 17 Duurzame ontwikkelingsdoelen (SDG’s).

Energie

Om de transitie naar een klimaatneutraal energiesysteem in 2050 vorm te geven is behoefte aan regie en coördinatie door het Rijk. Daartoe is het concept Nationaal Plan Energiesyteem ontwikkeld, wat een visie betreft op het energiesysteem in 2050. Om uitvoering te geven aan het bestaande energiebeleid wordt een aantal financiële instrumenten en regelingen uitgevoerd, waaronder de SDE++, en wordt gestuurd op de ruimtelijke kant van het energiebeleid door middel van onder andere het Programma Energie Hoofdstructuur (PEH) en de inzet voor de Omgevingswet.

Het is daarbij van groot belang dat Nederland onafhankelijk blijft van de import van aardgas uit Rusland, de energievoorziening klimaatneutraal maakt en het toekomstige energiesysteem efficiënt vormgeeft. Hiervoor is een breed scala aan maatregelen nodig.

Een belangrijk onderdeel van de Nederlandse aanpak voor de energietransitie is de inzet op extra windenergie op zee. Om dit mogelijk te maken zijn er in het Programma Noordzee 2022-2027 windenergiegebieden aangewezen waarin ruimte is voor 10,7 GW extra windenergie tot en met 2030. Bovenop de huidige plannen komt het dan tot een totale capaciteit van circa 21 GW rond 2030. Ook is een forse inzet nodig op de ontwikkeling van groene waterstofproductie in Nederland. De huidige ambitie is 500 MW elektrolysecapaciteit in 2025 en 3 tot 4 GW in 2030. Tevens wordt ingezet op de ontwikkeling van een landelijk dekkende infrastructuur en de stimulering van de import van groene waterstof. In het geheel aan opties voor CO2-vrije elektriciteitsproductie kan ook kernenergie een hernieuwde rol spelen. Het kabinet zet daarom in op verlenging van de levensduur van de kerncentrale in Borssele. Daarnaast stimuleert het kabinet de bouw van twee nieuwe kerncentrales. Beoogd wordt in 2035 de eerste centrale operationeel te hebben, met een vermogen binnen de bandbreedte van 1000 tot 1650 MW. In het Programma Groen Gas werkt het kabinet bovendien aan de noodzakelijke randvoorwaarden om het doel van 2 miljard kuub groen gas te produceren in Nederland te behalen.10

Om de volatiliteit van de energieprijzen te ondervangen en de onzekerheid voor huishoudens te verminderen, heeft het kabinet voor 2023 een prijsplafond voor energie voor kleinverbruikers ingesteld. Voor mensen achter een blokaansluiting werd de tijdelijke tegemoetkoming blokaansluiting (TTB) ingericht. Voor energie-intensieve mkb-ondernemingen is de Tegemoetkoming Energiekosten (TEK) opgericht. Gezien het risico op marktverstoring en overcompensatie bij generieke steunmaatregelen, ziet het kabinet lange termijn contracten als de meest wenselijke manier voor huishoudens om zekerheid te verkrijgen. In 2023 is een subsidiemaatregel ingevoerd voor het vullen van gasopslag Bergermeer11, waarvan de kosten worden gedekt door een heffing. Mogelijk zijn er vergelijkbare maatregelen nodig in 2024 om de gasopslagen te vullen.

Energie die we niet gebruiken, hoeven we ook niet op te wekken, te betalen, te importeren of te transporteren. In lijn met het concept Nationaal Plan Energiesysteem wordt in 2024 met stakeholders en medeoverheden bekeken of aanvullende beleidsmaatregelen nodig zijn om de doelen voor energiebesparing te bereiken. Daarnaast wordt invulling gegeven aan het amendement van het Lid Kröger12 voor gegevensdeling van netbeheerders met de toezichthouders. Om bedrijven, instellingen en huishoudens te informeren en adviseren over energiebesparing, wordt in 2024 de communicatiecampagne ‘Zet ook de knop om’ voortgezet.

Het kabinet beoogt in 2050 een CO2-arm, duurzaam en betrouwbaar energiesysteem voor Nederland. Om daar richting de toekomst invulling aan te geven zal, zoals aangekondigd in de Contourennota (Kamerstuk 32 849, nr. 217) in het Programma Duurzaam gebruik van de ondergrond onderzocht worden welke mijnbouwactiviteiten (zowel fossiele winning als geothermie en opslag) waar zouden kunnen plaatsvinden, rekening houdend met niet alleen de technisch-geologische aspecten maar ook met maatschappelijk draagvlak. Bewoners, maatschappelijke organisaties, medeoverheden en operators worden actief betrokken in gebiedsprocessen, een werkwijze die we steeds vaker gaan toepassen.

Ondanks dat de komende decennia de binnenlandse vraag naar aardgas zal afnemen, zal aardgas als transitiebrandstof nog een belangrijke rol in de energiemix innemen. Aardgas geproduceerd in Nederland kent daarbij een lagere CO2-uitstoot. Het kabinet zet daarom in op versnelling van de productie van aardgas op de Noordzee, waarbij de inzet van het kabinet is om zowel de uitrol van wind op zee als de gaswinning zoveel mogelijk te faciliteren.

Ondernemend Nederland

Om onze welvaart ook in de toekomst te behouden zijn een excellent vestigings- en ondernemingsklimaat, vernieuwing, innovatie en verduurzaming cruciaal. Een excellent vestigingsklimaat ondersteunt ook de brede welvaart en stimuleert innovatie voor maatschappelijke uitdagingen en het behalen van specifieke duurzame ontwikkelingsdoelen (SDG’s).

Strategisch industriebeleid en economische veiligheid

Het kabinet wil regie voeren op de ontwikkeling van de industrie middels een proactief industriebeleid. Daarom wordt eind 2023 een nieuwe technologiestrategie gelanceerd met als doel om voor een select aantal sleuteltechnologieën aan te geven hoe deze verder binnen Nederland ontwikkeld en toegepast zullen worden. Beleid en uitvoering zullen specifieker gericht worden op een aantal strategische technologieën en waardeketens, bijvoorbeeld met de herijking van het missiegedreven innovatiebeleid. Op het gebied van verduurzaming van de industrie wordt invulling gegeven aan het Nationaal Programma Verduurzaming Industrie.

In 2024 zet EZK in op het vergroten van de economische weerbaarheid door Nederlandse sterktes uit te bouwen en waar nodig risicovolle strategische afhankelijkheden te verminderen. Dit doen we door het beter borgen van de economische veiligheid. Met aandacht voor strategische technologieën, hoogwaardige en complexe producten en waardeketens om het concurrentievermogen van Nederland te behouden. Er zijn middelen beschikbaar gesteld om een beschermingsfonds op te richten waarmee als laatste redmiddel ingegrepen kan worden bij bedrijfsovernames van statelijke actoren. Ook internationale samenwerking binnen en buiten de EU is van belang voor technologische ontwikkeling, economische veiligheid, en leveringszekerheid van kritieke grondstoffen en ons concurrentievermogen.

EZK ondersteunt bedrijven in hun ambities om te verduurzamen, digitaliseren en hun positie in de internationale waardeketens te versterken, bijvoorbeeld via het Nationaal Groeifonds. Bedrijven kunnen zich daarmee sneller aanpassen aan de maatschappelijke eisen van de toekomst. EZK zal haar private partners wijzen op het belang van samenwerking, en ook vanuit eigen inkoop- en aanbestedingsbeleid het goede voorbeeld geven.

Een klimaatneutrale en circulaire industrie kan een nieuwe aanjager worden van het verdienvermogen van Nederland. In het Nationaal Programma Verduurzaming Industrie (NPVI) werkt het kabinet samen met het bedrijfsleven, netbeheerders aan de verduurzaming van de industrie in Nederland.13 Hierbij houden we oog voor de concurrentiepositie van de industrie en zetten we ons in voor vergroening in Nederland, zodat uitstoot niet weglekt naar andere landen. Een belangrijk onderdeel van de verduurzaming van de industrie zijn de maatwerkafspraken met de grote industriële CO2-emitters.

Eind 2022 heeft het kabinet de nationale grondstoffenstrategie gepresenteerd waarin ambities en vijf handelingsperspectieven geschetst zijn om de leveringszekerheid van kritieke grondstoffen te vergroten. EZK heeft in deze begroting budget vrijgemaakt om invulling te geven aan deze strategie. Zo werk het kabinet aan het opzetten van een grondstoffenobservatorium dat zal bijdragen inzicht in de grondstoffenstromen en mogelijke kwetsbaarheden.

Innovatie

Innovatie is belangrijk voor onze brede welvaart en het verdienvermogen, creëert nieuwe oplossingen voor maatschappelijke uitdagingen en draagt bij aan de grote transities. Dat doen we onder andere met het herijkte Missiegedreven Innovatiebeleid, de Nationale Technologie Strategie en het Nationaal Groeifonds. Waar mogelijk doen we dat in internationale samenwerking, bijvoorbeeld via de invulling van de European Chips Act en het Europese Horizon-programma.

Het toenemende belang van strategische technologieën vraagt om meer en snellere innovatie. We streven, samen met onze Europese partners, naar het behoud van een sterke economie waarin innovatieve koplopers vernieuwing aanjagen en een brede basis van hoogproductieve bedrijven werkgelegenheid biedt. Daarom blijft het kabinet de R&D-uitgaven door bedrijven en kennisinstellingen stimuleren en heeft het extra aandacht voor de benutting van kennis door het bedrijfsleven, in het bijzonder door startups en scale-ups. De creativiteit en innovatiekracht van deze ondernemingen zijn belangrijk voor de toekomstige werkgelegenheid en het oplossen van maatschappelijke vraagstukken.

Het Missiegedreven Innovatiebeleid van EZK benut de innovatiekracht van het bedrijfsleven om bij te dragen aan de oplossingen voor sociale en maatschappelijke vraagstukken. Hierbij maken we scherpe keuzes op basis van de de herijkte missies, vernieuwde Kennis en Innovatie Agenda’s (KIA’s) en een nieuw Kennis en Innovatie Convenant (KIC). Met de vernieuwde PPS-innovatieregeling worden innovatiepartners verder gestimuleerd strategisch te investeren. Hierdoor zetten we in op maximale welvaart in brede zin, voor nu en in de toekomst.

De innovatiekracht is mede afhankelijk van hoogwaardige kennis vanuit onderzoeksorganisaties. Daarom investeren we in de jaren 2023 tot 2031 in de Toegepaste Onderzoek Organisaties (TO2), die in 2024 geëvalueerd worden. Daarnaast moderniseren we de intellectueel eigendom-infrastructuur zowel op Europees als op nationaal niveau om het innovatief bedrijfsleven maximaal te faciliteren.

Vestigingsklimaat

Met de strategische agenda werkt het kabinet aan een blijvend sterk ondernemingsklimaat met een focus op bedrijfsactiviteiten die cruciaal zijn voor de transities en de weerbaarbaarheid van de economie. Zo is EZK, onder andere, een monitor ondernemingsklimaat en een impacttoets voor ‘nationale koppen’ op Europese regelgeving aan het uitwerken.

Het kabinet heeft in mei 2023 het nieuwe beleid voor startups en scale-up bekend gemaakt. De ambitie is om de innovatiekracht van Nederland te versterken en het ondernemingsklimaat voor startups en scale-ups uit te bouwen tot de beste van Europa. Daartoe is een aantal speerpunten benoemd, zoals de continuering van organisatie Techleap.nl met inzet op kennisintensieve deeptech startups, doorgroei van startups naar scale-ups en de beschikbaarheid van talent.

Midden- en kleinbedrijf

Om de toegang tot het brede mkb tot overheidsdienstverlening te verbeteren werkt EZK aan actieprogramma mkb-ondernemingsdienstverlening 2023-2025 met een focus op samenwerking tussen landelijke en regionale organisaties als de KVK, RVO en de ROMs en andere overheden.

EZK zet ook in op verbetering van de financieringsmogelijkheden voor MKB-ondernemers. Hiertoe wordt een centrale financieringshub ontwikkeld middels publiek-private samenwerking.14 Het verduurzamen van het mkb is één van de doelen waar EZK, samen met haar partners, op inzet. Voor de verschillende programma’s en regelingen wordt op dit moment een analyse met mogelijke verbeterstappen gemaakt, met oog voor passende en toegankelijke financiering.

Regeldruk

Gewerkt wordt aan de verdere invulling van het programma vermindering regeldruk voor ondernemers. Het accent ligt hierbij de komende periode vooral op de totstandkoming van een reductieprogramma met concrete maatregelen op basis van de knelpunten zoals opgehaald in het MKB indicatorbedrijvenonderzoek, waarin een zestal sectoren zijn doorgelicht op ervaren regeldruk. Onderdeel is de lancering van de regeldrukmonitor.

Regio

EZK werkt via verschillende nationale programma’s op het gebied van energietransitie en economie en met het NOVEX-programma15 aan de ruimtedruk in Nederland, evenals via het programma Mooi Nederland en de Nota Ruimte aan de ruimtelijke ordening van Nederland. Samen met de regio en andere departementen geeft EZK uitvoering aan het nationaal programma werklocaties onder de Nationale Omgevingsvisie. Dit programma is gericht op het waarborgen van voldoende ruimte voor economie en het beter benutten en verduurzamen van bestaande werklocaties. EZK werkt daarbij ook aan een Ruimtelijk Economische Visie voor Nederland om inzicht te krijgen in de ruimtelijk-economische ontwikkelingen en het benodigde ruimtebeslag voor het bedrijfsleven voor de groene, digitale en circulaire transities, verduurzaming van de industrie en open strategische autonomie van de EU. Deze visie wordt eind 2023 verwacht.

Op het economisch domein wordt in 2024 voortgebouwd op de samenwerkingen met regionale partners op thema’s als het Missiegedreven Innovatiebeleid, internationalisering, energietransitie, verduurzaming van de industrie, scholing (Leven Lang Ontwikkelen), en digitalisering van het MKB. Samenhang tussen nationale en regionale activiteiten vergroot de impact en bereik van onze programma’s. Om die reden spant EZK zich in om de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM's) nog sterker te positioneren. EZK werkt ook samen met regio's zoals Brainport om zich verder te ontwikkelen om zo te streven naar eenconcurrerende hightech maakindustrie.16 Ook in de dienstverlening aan het mkb wordt samenwerking met de regio gezocht.

Maatschappelijk verantwoord ondernemen

Bedrijven zijn verantwoordelijkheid om rekening te houden met mens, milieu en natuur in hun waardeketens en bedrijfsvoering. Om dit te stimuleren ondersteunt EZK het vergroten van inzichtelijkheid in waardeketens, bijvoorbeeld met de Europese Corporate Sustainability Reporting Directive.17 Daarnaast wordt in 2024 wordt nader bekeken hoe het EZK-instrumentarium beter gericht kan worden op internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen.

Durfkapitaal

Een speerpunt van de inzet van EZK om de durfkapitaalmarkt te versterken is het mobiliseren van institutionele beleggers om te investeren in maatschappelijk betrokken startups en scale-ups. Het investeringsfonds Invest-NL is gevraagd te verkennen of pensioenfondsen een rol kunnen spelen in de funding van durfkapitaalfondsen. Daarnaast heeft het kabinet besloten deel te nemen in het European Tech Champions Initiative van het Europees Investeringsfonds. Hiermee zullen Europese ondernemingen beter in staat worden gesteld hun doorgroei te financieren.

Digitale economie

De digitale transitie en de snelle ontwikkelingen in digitale technologieën bieden ongekende kansen voor de Nederlandse economie en samenleving. Tegelijkertijd vergen snelle opkomende technologieën, zoals kunstmatige intelligentie, aanpassingsvermogen van bedrijven, burgers en overheid. Door de digitale transitie te faciliteren en juiste randvoorwaarden te scheppen zorgen we voor duurzame economische groei en het borgen van publieke belangen als veiligheid, vertrouwen en eerlijke concurrentie. De ambities, doelstellingen en acties van EZK richting 2030 zijn vastgelegd in de strategie voor de digitale economie.18 Daarom zijn de prioriteiten voor de digitale economie het stimuleren van digitale innovatie en vaardigheden, het creëren van de juiste randvoorwaarden voor goedwerkende digitale markten, het behouden en versterken van een veilige, betrouwbare, hoogwaardige digitale infrastructuur en het versterken van de cybersecurity.

Digitale vaardigheden en de toepassing van nieuwe digitale technologieën zijn essentieel voor de digitale transitie en het verdienvermogen van Nederland. De focus in 2024 blijft op het stimuleren van digitale innovatie met een grote impact op de economische en maatschappelijke vooruitgang, voortbouwend op de sterktes van de Nederlandse ecosystemen. Dit doet EZK door het versterken van de kennis- en innovatiebasis door publiek-private samenwerking, en door het versterken van digitale vaardigheden en digitale innovatie in het onderwijs, voortbouwend op gehonoreerde Groeifondsvoorstellen en door te investeren in innovatieve cloudtoepassingen (Important Project of Common European Interest, IPCEI). Op Europees niveau worden in 2024 verdere stappen gezet met de totstandkoming van de AI Act die beoogt een Europese markt voor betrouwbare en innovatieve AI te creëren.

De digitale economie kan leiden tot te sterke machtsposities en afhankelijkheden van grote platforms. In 2024 wordt daarom verder gewerkt aan een effectieve implementatie van regelgeving in Europees verband. De Digital Markets Act (DMA) pakt de markt- en datamacht van grote tech- en platformbedrijven aan ten behoeve van concurrentie en de bescherming van gebruikers. Daarnaast wordt in 2024 de implementatie van de Digital Services Act (DSA) voorzien, die ervoor gaat zorgen dat tussenpersonen, zoals platformbedrijven, verantwoord omgaan met content van hun eindgebruikers. Daarnaast wordt in Europees verband verder gewerkt aan de Data Governance Act en de aanstaande Data Act waarin belangrijke stappen worden gezet om de data-economie beter te laten werken voor consumenten en ondernemers.

Nederland is binnen Europa een belangrijk digitaal knooppunt vanwege de hoogwaardige betrouwbare digitale infrastructuur. In 2024 wordt opvolging gegeven aan de verkenning op de digitale infrastructuur die later dit jaar wordt afgerond. Daarnaast wordt onderhandeld over het voorstel van de Europese Commissie voor de Gigabit Infrastructure Act, dat beoogt de uitrol van snelle netwerken te bevorderen. Tegelijkertijd werken we aan het realiseren van sterke en betrouwbare clouddienstverlening. Ter ondersteuning van een maximale beschikbaarheid van draadloze communicatiediensten wordt zo doelmatig mogelijk gebruik van frequentieruimte nagestreefd. Om die doelstelling te realiseren zijn in 2024 belangrijke lopende trajecten: de beoogde beschikbaarstelling van de 3,5 GHz-band voor mobiele communicatie door consumenten en bedrijven en het herijken van het uitgiftebeleid van de 3,8-4,2 GHz-band en de 26 GHz-band.

In de uitvoering van de Strategie Digitale Economie wordt extra aandacht besteed aan de opkomende thema’s digitale open strategische autonomie en digitalisering en duurzaamheid. Digitale open strategische autonomie staat steeds meer onder druk door geopolitieke ontwikkelingen en internationale marktverschuivingen. Om hierop te anticiperen heeft EZK in 2023 gewerkt aan het in kaart brengen en identificeren van risicovolle strategische afhankelijkheidsrelaties en een handelingsperspectief om deze risico’s te mitigeren. Hierover wordt uw Kamer in het najaar van 2023 geïnformeerd.

Cybersecurity is een blijvende prioriteit van EZK en verdient continu aandacht en investeringen in kennis en innovatie. Door in Europees verband wet- en regelgeving en certificering (onder andere via de Cyber Resilience Act) te creëren kunnen consumenten en bedrijven vertrouwen op veilige digitale producten en diensten.

Digitalisering biedt tenslotte grote kansen voor het behalen van de klimaatdoelstellingen. Tegelijkertijd vraagt digitalisering om een verduurzamingsopgave voor de sector zelf. EZK heeft onderzoek laten uitvoeren naar de mogelijkheden om de digitale sector te verduurzamen en digitalisering in te zetten om de verduurzamingsopgave te versnellen. In lijn met de motie Kathmann19 zal EZK de onderzoeken met kabinetsreactie dit najaar publiceren.

Mededinging, interne markt en consumentenbeleid

Ook in 2024 zet EZK zich er voor in dat de concurrentie tussen bedrijven wordt geborgd, consumenten zoveel mogelijk waar voor hun geld krijgen en consumenten worden beschermd. Een goed werkend mededingingsbeleid is een belangrijke randvoorwaarde voor het generieke vestigingsklimaat in Nederland en hangt nauw samen met de rest van ons economische beleid. Ook kan het een belangrijke bijdrage leveren aan het mogelijk maken van de transities. Via een actieagenda voor de interne markt wordt ingezet op het wegnemen van belemmeringen, het verbeteren van de toepassing van interne-marktregels en het versterken van de weerbaarheid van de interne markt. Hierbij is er aandacht voor digitalisering en vergroening.

Ook in 2024 zet EZK in op een goed samenspel tussen overheid en markt, zodat bedrijven eerlijke kansen krijgen en de maatschappelijke waarde van de overheidsinkoop wordt vergroot. Prioriteiten zijn de borging van de goede dialoog uit het programma Beter Aanbesteden, de verbetering van de rechtsbescherming van ondernemers, de effectieve toepassing van het International Procurement Instrument (IPI) en de verordening buitenlandse subsidies (Foreign Subsidies Regulation).

Een andere prioriteit betreft moderne en toekomstbestendige consumentenregelgeving. Dit draagt bij aan een sterke positie van consumenten, gezonde concurrentie, keuzevrijheid en kwalitatief goede producten en diensten. De Europese Commissie onderzoekt momenteel of de huidige regels consumenten ook online voldoende beschermen. EZK zet zich in voor het versterken van de positie van consumenten in een digitale omgeving, zowel in de regelgeving als in het toezicht. EZK zet daarnaast, samen met andere departementen, in op ambitieuze Europese wetgeving om duurzame producten de norm te laten worden in de EU en consumenten te helpen bij het maken van duurzame keuzes.

Europese en regionale samenwerking

De oorlog in Oekraïne zet de discussie over de weerbaarheid en open strategische autonomie van de Europese Unie (EU) en de energietransitie nog hoger op de Europese agenda. Voor Nederland en de EU blijft een open economie en internationale samenwerking het uitgangspunt. De oorlog en de toegenomen strategische rivaliteit tussen de VS en China laten echter de urgentie zien van het verminderen van de risico’s van strategisch afhankelijkheden, zoals op het gebied van energie, kritieke grondstoffen en technologieën. In 2024 is EZK gericht op het versterken van de veerkracht en duurzaamheid van de energievoorziening en -markt, het bevorderen van de groene en digitale transitie, en het gezamenlijk zo goed mogelijk opvangen van de menselijke en economische gevolgen van de oorlog in Oekraïne. Het versterken van de weerbaarheid kent zowel stimulerende als beschermende maatregelen. Dit vindt zijn weerslag in de in Europese Economische veiligheidsstrategie die in juni 2023 is gepresenteerd door de Commissie.

De Europese Commissie heeft in 2023 verschillende initiatieven gepresenteerd om de weerbaarheid van de Europese economie te vergroten, waaronder op het terrein van de interne markt, en om de risico's van strategische afhankelijkheden te verminderen en de verduurzaming van de industrie te versnellen door de business case van schone technologie te verbeteren. Het beleid om weerbaarheid te vergroten via onder meer technologisch leiderschap, IPCEI en de afbouw van de risico’s van strategische afhankelijkheden (onder andere de Critical Raw Materials Acts) zal blijvende inzet vergen. In 2024 zal in de EU de focus vooral liggen op de implementatie en het afronden van de onderhandelingen. Verder zal internationaal de samenwerking worden gezocht om afhankelijkheden te adresseren.

Het klimaat- en energiebeleid moet in alle sectoren fit for net zero worden. Begin 2024 zal de Europese Commissie naar verwachting een nieuw klimaatdoel voor 2040 voorstellen op weg naar klimaatneutraliteit in 2050. EZK wil inzetten op een aangepaste klimaatarchitectuur en instrumenten die passen bij fit for net zero. Een weerbare en concurrerende energiemarkt blijft belangrijk in de huidige geopolitieke context. Het verminderen van afhankelijkheden en de versnelde uitrol van hernieuwbare energie zijn daarbij essentieel, evenals diversificatie van import en importeurs op nationaal en Europees niveau voor leveringszekerheid. Rondom de digitale transitie zullen mogelijk binnenkort trilogen plaatsvinden over de Cyber Resilience Act, en wordt er onderhandeld over connectiviteitsvoorstellen. In 2024 wordt ook gewerkt aan de implementatie van de Data Act en naar verwachting de AI-verordening.

In 2024 vinden de Europese verkiezingen plaats. EZK zal zich inzetten voor het opnemen van de Nederlandse beleidsprioriteiten in het werkprogramma van de nieuwe Europese Commissie, Europees Parlement en de Strategische Agenda van de Europese Raad.

Tot slot

De Nederlandse economie en maatschappij hebben een zware periode achter de rug, waarin onze veerkracht op de proef is gesteld. De realiteit is dat een nieuwe uitdaging zich heeft aangediend, waarvan de duur en ernst ongewis zijn. Evenwel stemmen de afgelopen jaren hoopvol: Nederland heeft laten zien tegen grote klappen bestand te zijn. Deze veerkracht zal ook in toekomstige tijden van grote waarde blijven, en het bestendigen van die veerkracht is daarom van groot belang.

In de verantwoordelijkheden van EZK komen grote uitdagingen samen. Het aanscherpen van de klimaatdoelen met een omvangrijk pakket aan maatregelen. Onze energie schoon, veilig en betaalbaar maken. Bewoners in de regio Groningen een nieuw perspectief geven door structurele versterking. Ervoor zorgen dat Nederland voldoende toekomstig welvaart heeft en dat de gehele samenleving kan meeprofiteren van de economische groei, en dat niemand achterblijft. Het vergroenen van onze economie en onze industrie.

Dit zijn zware opgaven, maar ook een kans om het verschil te maken. Niet alleen, maar juist in brede samenwerking met burgers, werknemers, ondernemers, maatschappelijke organisaties, de verschillende ministeries, medeoverheden, de EU en andere landen.

1

Kamerstuk 35 561, nr. 17

4

CPB-Raming september 2023: Macro Economische Verkenningen 2024

5

Kamerstuk 33 009, nr 131

6

Het beleidsterreinen van EZK, dat welvaart voor het hier en nu en voor later bevordert, hangt samen met de Sustainable Development Goals 7, 8, 9, 11, 12 en 13. Om de ontwikkeling in brede welvaart inzichtelijk te kunnen maken, zijn 15 meetbare indicatoren gekozen. Zie voor een verdere toelichting de factsheet Brede Welvaart 2023 bij de EZK-begroting gepubliceerd op de website van het CBS.

7

Het relevante beleidsterrein bestaat uit: goed functionerende economie en markten, bedrijvenbeleid voor een duurzame economische groei, een doelmatige energievoorziening en het inperken van klimaat verandering.

9

Kamerstuk 32 813, nr. 1230

10

Kamerstuk 32 813, nr. 1063

11

Kamerstuk 29 023, nr. 394

12

Kamerstuk 35 594, nr. 12

13

Kamerstuk 32 813, nr. 1230

14

Kamerstuk 32 637, nr. 561

15

EZK is verantwoordelijk voor de nationale programma’s PEH, NP RES, NP PIDI en werklocaties. EZK is tevens eerstverantwoordelijk vanuit het Rijk vanuit het Rijk voor de NOVEX-gebieden NZKG, NSP en Groningen/Eemshaven.

16

Kamerstuk 33 009, nr. 121

17

Kamerstuk 36 200, nr. 2

18

Kamerstuk 26 643, nr. 941

19

Kamerstuk 26 643, nr. 1005

Licence