Werken aan waterveiligheid, zoetwatervoorziening en waterkwaliteit vraagt continu inspanningen en investeringen. Deze worden verantwoord in het Deltafonds. Het aantal mensen en de waarde van het te beschermen goed veranderen onder invloed van economische en demografische ontwikkelingen. Ook water en bodem veranderen in de loop van de tijd; de zeespiegel stijgt en de bodem daalt. Door de klimaatverandering wordt het warmer en zullen rivierafvoeren en regenval grotere extremen vertonen.
Het Deltaprogramma is het nationale programma waarin Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen samenwerken om Nederland veilig en aantrekkelijk te houden en goed te blijven voorzien van zoetwater. Zo kan onze economie blijven profiteren van de gunstige ligging in de delta.
Het Deltaprogramma heeft als doel ons land nu en in de toekomst te beschermen tegen hoogwater en de zoetwatervoorziening op orde te houden.
Mijlpalen en resultaten 2026
Hieronder wordt ingegaan op de mijlpalen in het lopende programma. Hiermee wordt inzichtelijk gemaakt welke projecten in 2026 worden opgeleverd en bij welke projecten de uitvoering in 2026 start.
Exploitatie, onderhoud en vernieuwing
In 2026 gaat IenW onder meer de volgende activiteiten in het kader van exploitatie, onderhoud en vernieuwing uitvoeren.
Tabel Projecten Vernieuwing | |
---|---|
Water | Project |
Maas | De 7 stuwen in de Maas worden vernieuwd of gerenoveerd |
Noordzeekanaal | Het gemaal IJmuiden wordt vernieuwd of gerenoveerd |
IJsselmeer | Er wordt onderzocht welke onderdelen van 8 objecten (sluiscomplexen, bruggen, een naviduct) worden vernieuwd en/of gerenoveerd |
Maaswaalkanaal | Het gemaal Heumen wordt vernieuwd en/of gerenoveerd. |
Maas | De bediening op afstand van de Maasobjecten wordt vernieuwd en/of gerenoveerd. |
Brabantse Kanalen | Vernieuwde duikers en sifons. |
Voor een nadere toelichting op de stand van zaken van exploitatie, onderhoud en vernieuwing wordt verwezen naar bijlage 3 Instandhouding van deze begroting.
Aanleg
In 2026 wordt voortvarend gewerkt aan het verbeteren van de waterveiligheid, onder andere door het uitvoeren van het tweede Hoogwaterbeschermingsprogramma, het Hoogwaterbeschermingsprogramma en de Maaswerken. Hieronder volgen de mijlpalen die IenW in 2026 bij deze programma’s wil behalen:
Programma | Mijlpaal | Project |
HWBP | Start realisatie | Jaarsveld-Klaphek (JAK) |
Den Oever - Den Helder DODH | ||
Wieringermeer C kering | ||
KLM Koehool – Zwarte Haan | ||
KLM Ternaard - Peazens - Moddergat | ||
Well (19K) | ||
Oplevering | Steyl-Maashoek (19D) | |
Nieuw-Bergen (19N) | ||
HWBP Grofzand barriere | ||
Continuering monitoring degeneratie asfalt | ||
Klimaatneutraal Circulair Waterbouwasfalt | ||
Pilot Kerkhovenpolder- Duitsland (Brede groene dijk) | ||
Schaalproeven Piping | ||
Duurzamere en vergunbare HWBP dijkversterkingen | ||
Stabiliteit bij golfoverslag | ||
Praktijkonderzoek opbarsten bij dijken | ||
Sterkte onverzadigde zone | ||
Aanpasbaarheid en Uitbreidbaarheid | ||
Veiligheidsrendement |
Voor een nadere toelichting over de stand van zaken voor de lopende programma’s wordt verwezen naar de toelichting op de productartikelen, de voortgangsrapportages aan de Tweede Kamer, het Deltaprogramma 2026 en het MIRT Overzicht 2026. Het Deltaprogramma is te vinden op de website www.deltaprogramma.nl.
Begroting op hoofdlijnen
Verlenging looptijd investeringsfondsen tot en met 2039
Bij de begroting 2026 wordt de looptijd van het Deltafonds met een jaar verlengd tot en met 2039. Het niveau van extrapolatie is gelijk aan het jaar 2038 stand begroting 2025 na verwerking van structurele begrotingsmutaties. Daarnaast zijn de structurele bijdragen van derden doorgetrokken. Met de verlenging tot en met 2039 komt in totaal – inclusief structurele ontvangsten – een ruimte van circa € 1,9 miljard beschikbaar op het Deltafonds. Deze ruimte wordt bij voorrang ingezet voor het dekken van de doorlopende verplichtingen, zoals de uitgaven die zijn benodigd voor de instandhouding van het huidige areaal. Hiervoor is in 2039 circa € 1,5 miljard benodigd. De ruimte die in 2039 resteert na aftrek van de doorlopende verplichtingen bedraagt circa € 0,4 miljard en wordt toegevoegd aan de investeringsruimte.
art. | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2031-2038 | 2039 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2025 | 1.722.968 | 2.132.365 | 2.107.995 | 1.850.580 | 1.736.363 | 1.829.020 | 15.273.204 | |||
Mutaties 1e suppletoire begroting 2025 | 21.757 | ‒ 257.750 | 87.742 | 46.352 | ‒ 14.368 | ‒ 51.138 | 117.140 | |||
Stand 1e suppletoire begroting 2025 | 1.744.725 | 1.874.615 | 2.195.737 | 1.896.932 | 1.721.995 | 1.777.882 | 15.390.344 | |||
Belangrijkste mutaties | 47.256 | 49.449 | 22.410 | 36.014 | 36.463 | 23.558 | 302.066 | |||
Kaderrelevante mutaties Deltafonds | ||||||||||
1. Extrapolatie 2039 | Div | 1.926.724 | ||||||||
- Bijdragen aan DF | 1.736.684 | |||||||||
- Ontvangsten derden | 190.040 | |||||||||
2. Loon- en prijsbijstelling 2025 | Div | 36.712 | 43.836 | 43.184 | 38.876 | 36.999 | 38.336 | 314.036 | 39.814 | |
3. Overboekingen andere begrotingen | Div | ‒ 4.336 | ‒ 747 | ‒ 18 | ‒ 2 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
4. Overboeking Hoofdstuk XII | Div | ‒ 2.159 | ‒ 1.638 | ‒ 1.688 | ‒ 1.489 | ‒ 1.143 | ‒ 411 | ‒ 3.288 | ‒ 411 | |
5. Desalderingen | 17.039 | 7.998 | ‒ 19.068 | ‒ 1.371 | 607 | ‒ 14.367 | ‒ 8.682 | ‒ 6.355 | ||
Stand ontwerpbegroting 2025 | 1.791.981 | 1.924.064 | 2.218.147 | 1.932.946 | 1.758.458 | 1.801.440 | 15.692.410 | 1.959.772 |
Toelichting
1. Extrapolatie 2039: Bij de begroting 2026 wordt de looptijd van het Deltafonds met een jaar verlengd tot en met 2039. Het niveau van extrapolatie is gelijk aan het jaar 2038 stand begroting 2025 na verwerking van structurele begrotingsmutaties. Daarnaast zijn de structurele bijdragen van derden doorgetrokken.
2. Loon- en prijsbijstelling 2025: Jaarlijks wordt besloten of de overheidsuitgaven van de Rijksbegroting gecorrigeerd worden voor loon- en prijs ontwikkelingen. Dit betreft de toegekende loonbijstelling en prijsbijstelling tranche 2025 die vanuit Hoofdstuk XII wordt overgeheveld naar het Deltafonds.
3. Overboekingen andere begrotingen: de omvangrijkste betreft een overboeking van € -2,8 miljoen in 2025 naar KGG met betrekking tot de uitvoering van beheertaken Net op Zee voor Routekaart 2040.
4. Overboeking Hoofdstuk XII: de omvangrijkste betreft een overboeking naar hoofdstuk XII met betrekking subsidies voor Groene klimaatplan, Plant je mee en tuingroep woningcorporaties.
5. Desalderingen: Deze mutatie betreft een aanpassing van de ontvangsten. De aanpassing betreft met name een actualisatie van de bijdragen derden die gerelateerd zijn aan het hoogwaterbeschermingprogramma.
Het Deltafonds is een productbegroting. Op het Deltafonds worden dus voor een groot deel investeringsuitgaven gedaan voor het uiteindelijk realiseren van projecten. De programmering van projecten wordt doorlopend geactualiseerd op basis van de laatst beschikbare informatie. De kasramingen van de projecten in de begroting worden op de reguliere begrotingsmomenten aangepast. De afgelopen jaren heeft bijvoorbeeld de stikstofproblematiek bij meerdere projecten geleid tot (kas)vertraging. De kasramingen in de begroting zijn hier vervolgens op aangepast.
Het instrument overprogrammering wordt als instrument ingezet om te voorkomen dat programmavertragingen direct tot een voordelig saldo leiden en zorgt ervoor dat de beschikbare budgetten voor het investeringsprogramma zo veel mogelijk tot besteding komen in de jaren waarin deze beschikbaar zijn gesteld. Hiermee wordt geanticipeerd op een voorspelbare mate van vertraging, die zich op portfolio-niveau altijd voordoet. Overprogrammering houdt in dat de programmering in de eerste jaren hoger is dan het beschikbaar budget. Over de planperiode zijn beiden in evenwicht.
Overprogrammering kan alleen worden ingezet voor beheersing van reguliere ramingsonzekerheden. Onzekerheden van exogene aard, bijv. juridische ontwikkelingen of krapte op de arbeidsmarkt, kunnen hiermee niet (volledig) opgevangen worden. De hoogte van de overprogrammering wisselt van jaar op jaar binnen een bepaalde marge en hangt af van bijvoorbeeld het risicobeeld van de onderliggende programmering. Over de maximale hoogte hebben het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en het Ministerie van Financiën afspraken gemaakt.
Over de begrotingsperiode tot en met 2030 is per saldo sprake van een overprogrammering van € 1.275 miljoen op het Deltafonds.
Deltafonds | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2025-2030 | 2031-2039 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Artikel 1.02.02 Aanleg waterveiligheid | ‒ 184 | ‒ 274 | ‒ 340 | ‒ 304 | ‒ 141 | ‒ 41 | ‒ 1.284 | 1.284 |
Artikel 3.02.03 Vernieuwing | ‒ 4 | ‒ 6 | ‒ 12 | 4 | 6 | 12 | 0 | 0 |
Totaal | ‒ 188 | ‒ 280 | ‒ 352 | ‒ 300 | ‒ 135 | ‒ 29 | ‒ 1.284 | 1.284 |
Toelichting
De Ontwerpbegroting 2026 laat het volgende zien:
– Bij de eerste suppletoire begroting 2025 is de programmering op het Deltafonds meerjarig geactualiseerd op basis van de beschikbare informatie over de ontwikkeling van de projectramingen.
– Als gevolg daarvan is er, in het kader van realistisch ramen en rekening houdend met het advies van de 17e Studiegroep Begrotingsruimte, een kaderaanpassing doorgevoerd in de eerste suppletoire begroting 2025 op het DF.
– Volgens de begrotingsregels van het kabinet-Schoof dienen de ramingen van de uitgaven realistisch te zijn en moeten de uitgaven in een realistische kasritme geplaatst worden, rekening houdend met de capaciteit op de arbeidsmarkt, de uitvoering en productie. Op het DF zijn daarom extra middelen weggeschoven door de overprogrammering in t/m 2028 te verhogen.
– Bovengenoemde actualiseringen leiden tot een overprogrammering van € 188 miljoen in 2025 en € 280 miljoen in 2026.
– De hogere overprogrammering is een pilot met het Ministerie van Financiën. Er is afgesproken dat IenW niet remt op de productie, want de ambitieuze agenda van het kabinet staat. De overprogrammering wordt gemonitord of deze effectief is om kasvertragingen op te vangen.
Flexnorm
In de begroting 2018 is de flexnorm geïntroduceerd, waarmee het inzicht in de meerjarige hardheid van de bestuurlijke afspraken is aangescherpt. De flexnorm is een percentage dat aangeeft welk aandeel van de aanlegbudgetten (inclusief investeringsruimte) naar mening van het kabinet flexibel is om bij nieuwe planvorming te betrekken. Het betreft de ruimte binnen de begroting waar nog geen definitieve oplossing is bepaald en gekozen kan worden voor een alternatieve aanwending of oplossing. Overigens geldt ook dat waar wél bestuurlijke afspraken zijn gemaakt, maar er nog geen juridische verplichtingen zijn aangegaan, de budgetten nog altijd onverminderd door de Tweede Kamer te amenderen zijn.
In onderstaande tabel is weergegeven welke budgetten in de begroting 2026 conform hierboven geschetste flexnorm flexibel zijn om bij nieuwe planvorming te betrekken.
Artikelonderdeel | Omschrijving | Budgetten t/m 2039 (x € 1 miljoen) |
---|---|---|
5.03 | Investeringsruimte | 831 |
5.04 | Reserveringen | 2.878 |
Totaal | 3.709 | |
Als percentage van de budgetten (inclusief investeringsruimte) | 14% |