Base description which applies to whole site

1.5.6 Energie en klimaat

In het Energieakkoord zijn afspraken gemaakt over energiebesparing en de overgang naar een duurzame energievoorziening. Samen met burgers, bedrijven, overheidsorganisaties en maatschappelijke organisaties zijn inmiddels stappen gezet, bijvoorbeeld om energiebesparing in de gebouwde omgeving te bevorderen en verschillende soorten hernieuwbare energie op te wekken via de SDE+-regeling. Tegelijk realiseert het kabinet tijdens deze kabinetsperiode via aanbestedingen versneld windenergie op zee. De eerste aanbesteding voor het bouwen van een windpark op zee was een succes. Met de afspraken die in april dit jaar zijn gemaakt tussen alle Energieakkoordpartijen over aanvullende inspanningen zijn de doelen van 14 procent hernieuwbare energie in 202029 en 100 petajoule (PJ) energiebesparing binnen bereik. Ook liggen de partijen gezamenlijk op koers om het doel van 16 procent hernieuwbare energie in 2023 te halen. De energieconsumptie neemt inmiddels af, en de productie van duurzame energie neemt toe. In 2015 gebruikten burgers, bedrijven en overheid gezamenlijk 6,2 procent minder energie en werd er 15,0 procentpunt meer gebruikgemaakt van duurzame energie dan in 2012, toen het kabinet aantrad (zie figuren 1.5.7a en 1.5.7b).

CO2-reductie krijgt als doel een belangrijke plek in het beleid. De komende periode zullen de zogenoemde Energiedialoog en de evaluatie van het Energieakkoord samen met de Energieagenda zorgen voor de voortzetting van een daadkrachtig klimaat- en energiebeleid. De bevindingen van het Energierapport, het interdepartementaal beleidsonderzoek CO2 en het rapport van de Studiegroep Duurzame Groei vormen daarvoor een stevig fundament. Daarbij is het belangrijk om te onderstrepen dat energie- en klimaatvraagstukken – zoals CO2-reductie – om een internationale aanpak vragen (zie paragraaf 2.7). Het Klimaatakkoord dat eind 2015 in Parijs werd gesloten, biedt daarvoor een goede basis. Daarnaast wordt ruimtelijke adaptatie een belangrijker thema. Nederland wordt door klimaatverandering vaker geconfronteerd met extreem weer, zoals hevige regenval. Om ervoor te zorgen dat Nederland in 2050 klimaatbestendig is ingericht voor watervraagstukken, wordt in 2017 een zogenoemd Deltaplan ruimtelijke adaptatie vastgesteld.

Figuur 1.5.7a en 1.5.7b Energieverbruik (PJ; links) en hernieuwbare energie (PJ; rechts)1

Figuur 1.5.7a en 1.5.7b Energieverbruik (PJ; links) en hernieuwbare energie (PJ; rechts)

Bron: CBS

1 CBS-definities van bruto-eindverbruik van energie en hernieuwbare energie die overeenkomen met de definities zoals gehanteerd in de Nationale Energieverkenning (NEV). Het energieverbruik wordt per jaar ook in hoge mate bepaald door factoren als het weer en de conjunctuur.

Licence