Base description which applies to whole site

Bijlage 2: Budgettair overzicht interventies financiële sector

Sinds het najaar van 2008 heeft het kabinet interventies gepleegd om het financiële stelsel gezond te houden en de rust te helpen herstellen in de financiële wereld. Vanaf 2010 heeft de overheid ook aan Europese faciliteiten bijgedragen, in het bijzonder door het verstrekken van garanties. Deze gebruikelijke bijlage geeft middels een aantal tabellen een overzicht van de verschillende interventies.

Tabel 1 geeft de kasstromen en de garanties die met de interventies gepaard gaan en de vindplaatsen ervan in de begroting IX integraal weer. Daarnaast zijn de effecten van de maatregelen op achtereenvolgens: het EMU saldo, de EMU schuld en de staatsschuld per thema becijferd. De kolom «telling» geeft hierbij aan welke posten bij elkaar moeten worden opgeteld. Onderaan de tabel worden de totalen van alle maatregelen geconsolideerd.

Tabel 1a. Budgettair overzicht interventies kredietcrisis (in miljoenen euro)

#

Stand: Najaarsnota

Telling

2008

2009

2010

2011

2012

2013

Som:

Bron:

 

A. Fortis/RFS/AA

                 
                     

1

Aanschaf ABN AMRO Group – ASR Verzekeringen – RFS Holdings (incl. Z-share en residual N-share)

 

23.340

3.600

1.031

 

– 16

0

27.955

art.3

2

waarvan relevant voor het EMU saldo

   

2.200

900

       

CBS

Eurostat

3

Overbruggingskrediet (voormalig) Fortis

 

44.341

– 36.516

– 3.250

– 825

0

0

3.750

art. 11

                     

4

Renteontvangsten

overbruggingskrediet

(voormalig) Fortis

 

– 502

– 705

– 167

– 169

– 152

– 103

– 1.798

art. 11

5

Dividend ABN Amro Group

 

0

0

0

– 200

– 50

– 400

– 650

art.3

6

Dividend ASR Verzekeringen

 

0

0

0

0

– 71

– 88

– 159

art.3

7

Dividend RFS Holdings

 

0

0

– 6

0

0

0

– 6

art.3

8

Dividend financiële instellingen

 

0

0

0

0

0

0

0

art.3

9

Premieontvangsten capital relief instrument

 

0

– 28

– 165

0

0

0

– 193

art.3

10

Premieontvangsten counter indemnity

 

0

0

– 26

– 26

– 26

– 26

– 102

art.3

                     
 

Verleende garanties

                 

11

Capital Relief Instrument ABN-AMRO (CRI)

 

0

32.611

0

     

32.611

art.3

12

waarvan vervallen

 

0

0

– 32.611

     

– 32.611

art.3

13

Counter Indemnity ABN-AMRO

 

0

0

950

     

950

art.3

                     
 

Totale uitgaven minus ontvangsten

1, 3 t/m 10

67.179

– 33.649

– 2.583

– 1.220

– 315

– 617

28.795

 
 

Effect op EMU saldo

2, 4 t/m 10

502

– 1.427

– 564

395

299

617

– 178

 
 

Effect op EMU schuld

1, 3 t/m 10

67.179

– 33.649

– 2.686

– 1.220

– 315

– 617

28.692

 
 

Effect op staatsschuld

1, 3 t/m 10

67.179

– 33.649

– 2.686

– 1.220

– 315

– 617

28.692

 
                     
 

B. SNS Reaal

                 
                     

14

Kapitalisatie holding en bank

 

0

0

0

0

0

2.200

2.200

art.3

15

Overbruggingskrediet

 

0

0

0

0

0

1.100

1.100

art.3

16

Vastgoedbeheerorganisatie (VBO)

 

0

0

0

0

0

500

500

art.3

                     

17

Renteontvangsten overbruggingskrediet

 

0

0

0

0

0

– 7

– 7

art.3

18

Dividend SNS Reaal N.V.

 

0

0

0

0

0

0

0

art.3

19

Premieontvangsten garantie

 

0

0

0

0

0

0

0

art.3

20

Heffing in het kader van de nationalisatie

               

art.1

                     
 

Verleende garanties

                 

21

Garantieverlening VBO

 

0

0

0

0

0

5.000

5.000

art.3

                     
 

Totale uitgaven minus ontvangsten

14 t/m 20

0

0

0

0

0

3.793

3.793

 
 

Effect op EMU saldo

16 t/m 20

0

0

0

0

0

– 493

– 493

 
 

Effect op EMU schuld

14, 15, 17 t/m 21

0

0

0

0

0

8.293

8.293

 
 

Effect op staatsschuld

14 t/m 20

0

0

0

0

0

3.793

3.793

 
                     
 

C. Kapitaalverstrekkingsfaciliteit (20 miljard euro)

                 
                     

22

Verstrekt kapitaal ING

 

10.000

– 5.000

0

– 2.000

– 750

– 750

1.500

art.3

23

Verstrekt kapitaal Aegon

 

3.000

– 1.000

– 500

– 1.500

0

0

0

art.3

24

Verstrekt kapitaal SNS Reaal

 

750

– 185

0

0

0

0

565

art.3

 

waarvan afgeboekt

         

– 565

 

– 565

art.3

                     

25

Couponrente ING

 

0

– 645

– 39

0

– 34

0

– 718

art.3

26

Couponrente Aegon

 

0

– 166

– 11

0

0

0

– 177

art.3

27

Couponrente SNS Reaal

 

0

– 38

0

0

0

0

– 38

art.3

28

Repurchase fee ING

 

0

– 295

– 52

– 1.000

– 341

– 375

– 2.063

art.3

29

Repurchase fee Aegon

 

0

– 108

– 52

– 750

0

0

– 910

art.3

30

Repurchase fee SNS Reaal

 

0

0

0

0

0

0

0

art.3

                     
 

Totale uitgaven minus ontvangsten

22 t/m 30

13.750

– 7.437

– 654

– 5.250

– 1.125

– 1.125

– 1.841

 
 

Effect op EMU saldo

25 t/m 27

0

849

50

0

34

0

933

 
 

Effect op EMU schuld

22 t/m 30

13.750

– 7.437

– 654

– 5.250

– 1.125

– 1.125

– 1.841

 
 

Effect op staatsschuld

22 t/m 30

13.750

– 7.437

– 654

– 5.250

– 1.125

– 1.125

– 1.841

 
                     
 

D. Back-up faciliteit ING

(1)

               
                     

31

Meerjarenverplichting ING

 

0

15.857

– 2.773

– 2.820

– 2.609

– 2.293

5.362

art.3

32

Alt-A portefeuille

 

0

18.352

– 1.976

– 2.442

– 2.794

– 2.300

8.840

art.3

33

relevant voor de EMU schuld

   

15.546

– 2.784

– 2.207

– 3.054

– 2.139

5.362

CBS

Eurostat

 

                 

34

Back-up faciliteit ING totaal:

 

0

0

0

0

0

0

0

art.3

a

waarvan funding fee (rente + aflossing)

 

0

3.903

4.029

3.018

2.644

2.334

15.928

art.3

b

waarvan management fee

 

0

59

47

39

33

26

204

art.3

c

waarvan portefeuille ontvangsten (rente + aflossing)

 

0

– 3.819

– 3.741

– 2.788

– 2.434

– 1.764

– 14.546

art.3

d

waarvan garantiefee

 

0

– 129

– 103

– 85

– 73

– 58

– 448

art.3

e

waarvan additionele garantiefee

 

0

0

– 154

– 128

– 110

– 88

– 480

art.3

f

waarvan additionele fee

 

0

– 14

– 77

– 56

– 46

– 37

– 230

art.3

g

waarvan verhandelbaarheidsfee

 

0

0

0

0

– 15

– 18

– 33

art.3

h

waarvan eenmalige uitkering

           

– 395

 

TK 31 371 Nr. 377

                     
 

Totale uitgaven minus ontvangsten

34

0

0

0

0

0

0

0

 
 

Effect op EMU saldo

34b, f, g

0

– 45

30

17

28

29

59

 
 

Effect op EMU saldo inclusief afwikkeling

           

– 223

 

TK 31 371 Nr. 377

 

Effect op EMU schuld

33

0

15.546

– 2.784

– 2.207

– 3.054

– 1.594

5.362

 
 

Effect op staatsschuld

34

0

0

0

0

0

0

0

 
                     
 

E. Garantiefaciliteit bancaire leningen

         
                     

35

Premieontvangsten garanties bancaire leningen

 

0

– 116

– 407

– 361

– 230

– 165

– 1.279

art.2

36

Schade-uitkeringen

 

0

0

0

0

0

0

0

art.2

                     

37

Garanties bancaire leningen

 

2.740

47.535

       

50.275

art.2

38

waarvan vervallen

   

– 3.424

– 7.853

– 5.823

– 15.933

– 6.147

– 39.180

art.2

                     

Totale uitgaven minus ontvangsten

35, 36

0

– 116

– 407

– 361

– 230

– 165

– 1.279

 

Effect op EMU saldo

35, 36

30

86

407

361

230

165

1.279

 

Effect op EMU schuld

35, 36

0

– 116

– 407

– 361

– 230

– 165

– 1.279

 

Effect op staatsschuld

35, 36

0

– 116

– 407

– 361

– 230

– 165

– 1.279

 
                     
 

F. IJsland

                 

39

Vordering op IJsland

 

1.322

7

51

– 368

– 243

– 48

721

art.2

40

Tussenrekening «recovery oude topping up'

 

0

0

0

33

21

6

60

art.2

41

Uitkeringen depositogarantiestelsel Icesave

 

1.236

192

0

0

0

0

1.428

art.2

42

Uitvoeringskosten IJslandse DGS door DNB

 

0

7

0

0

0

0

7

art.2

43

Renteontvangsten lening IJsland

 

0

0

0

0

0

0

0

art.2

44

Aflossing hoofdsom lening IJsland

 

0

0

0

– 443

– 291

– 77

– 811

art.3

                     
 

Totale uitgaven minus ontvangsten

41, 42, 43, 44

1.236

199

0

– 443

– 291

– 77

624

 
 

Effect op EMU saldo

42, 43

0

– 7

0

0

0

0

– 7

 
 

Effect op EMU schuld

41, 42, 43, 44

1.236

199

0

– 443

– 291

– 77

624

 
 

Effect op staatsschuld

41, 42, 43, 44

1.236

199

0

– 443

– 291

– 77

624

 
                     
 

Totaal maatregelen «kredietcrisis»:

       
 

Toerekenbare rentelasten

 

450

2.036

1.474

1.213

1.040

1.061

7.274

 
 

Effect op EMU saldo

 

82

– 2.280

– 1.151

– 140

– 149

– 995

– 4.633

 
 

Effect op EMU schuld

 

82.165

– 25.457

– 6.531

– 9.481

– 5.015

4.170

39.851

 
 

Effect op staatsschuld

 

82.165

– 41.003

– 3.747

– 7.274

– 1.961

1.809

29.989

 

Verwijzing:

(1) De Back-up faciliteit noteert in US dollar. Ten behoeve van de begroting en dit overzicht wordt de faciliteit omgerekend naar euro met de per 31/12 geldende wisselkoers of (voor 2013 en 2014) rekenkoers.

Toelichting op mutaties:

Dividendontvangst ABN Amro

ABN Amro heeft aangekondigd 150 miljoen euro aan interim-dividend over boekjaar 2013 uit te zullen keren. In totaal ontvangt de Staat in 2013 voor 400 miljoen euro aan dividend van ABN Amro (regel 5)

Beëindiging ING IABF

De Staat en ING zijn overeengekomen om de faciliteit voortijds te beëindigen. De beëindiging zal plaatsvinden door de portefeuille waaruit de IABF bestaat te verkopen. De opbrengsten zullen worden gebruikt om de lening van ING aan de Staat af te lossen. Overeengekomen is dat ING de Staat een eenmalige uitkering doet ter waarde van 395 miljoen euro (zie 34 h.) Als gevolg van het afboeken van de in de toekomst te ontvangen premies ontstaat een negatief EMU saldo effect in 2013 van ongeveer 223 miljoen euro (zie ook Kamerstuk 31 371, nr. 377).

Ontvangsten IJsland

Uit de boedel van de failliete Landsbanki heeft Nederland de vierde boedeluitkering ontvangen. Het aandeel van de Staat in de meest recente uitkering bedraagt ongeveer 77 miljoen euro. Dit brengt de stand van de totale ontvangst op circa 811 miljoen euro (zie regel 44.) van het totale in 2008/2009 uitgekeerde bedrag van 1,428 miljard euro.

Tabel 1b. Budgettair overzicht interventies europa (in miljoenen euro)

#

Stand: Najaarsnota

Telling

2008

2009

2010

2011

2012

2013

Som:

Bron:

 

G. Griekenland

                 
                     

45

Vordering op Griekenland

     

1.248

1.946

5

0

3.199

art.4

                     

46

Rente lening Griekenland

     

– 30

– 115

– 41

– 26

– 212

art.4

47

Rentevergoeding Griekenland (ANFA)

         

13

13

26

art.4

48

Teruggave winsten SMP

           

126

126

art.4

                 

49

Verstrekt kapitaal EFSF

     

1

1

   

2

art.4

50

Verstrekt kapitaal ESM

         

1.829

1.829

3.658

art.4

                     

51

Crisisgerelateerde winst DNB

           

– 905

– 905

art.3

52

waarvan relevant voor het EMU saldo

           

807

807

art.3

                     
 

Garanties

                 

53

Garantieplafond Nederland EFSF

     

25.872

71.910

 

– 48.142

49.640

art.4

54

effect verstrekte garantie op EMU schuld:

       

993

7.600

2.296

10.889

CBSEurostat

 

voor Ierland

       

495

279

306

1.080

CBSEurostat

 

voor Portugal

       

498

695

282

1.474

CBSEurostat

 

voor Griekenland

       

0

6.627

1.708

8.335

CBSEurostat

                     

54

Garantieverlening NL-aandeel ESM

         

35.445

 

35.445

art.4

55

Garantieverlening DNB i.v.m. ophoging middelen IMF

       

13.610

   

13.610

art.4

56

Garantieverlening DNB i.v.m. SMP

           

5.700

5.700

art.3

57

Garantieverlening NL-aandeel EU-begroting

     

2.946

– 120

6

 

2.832

art.4

                     
 

Totale uitgaven minus ontvangsten

45 t/m 51

   

1.219

1.832

1.806

1.037

5.894

 
 

Effect op EMU saldo

46 t/m 48, 52

   

30

115

28

694

867

 
 

Effect op EMU schuld

45 t/m 51, 54

   

1.219

2.825

9.406

3.333

16.783

 
 

Effect op staatsschuld

45 t/m 51

   

1.219

1.832

1.806

1.037

5.894

 
                     
 

Toerekenbare rentelasten

 

0

0

19

67

120

173

379

 
 

Effect op EMU saldo

 

0

0

11

48

– 92

521

488

 
 

Effect op EMU schuld

 

0

0

1.219

2.825

9.406

3.333

16.783

 
 

Effect op staatsschuld

 

0

0

1.219

1.832

1.806

1.037

5.894

 

Tabel 2. Balans interventies (in miljoenen euro)

In onderstaande tabel staan de bezittingen en schulden die vanwege de interventies (kredietcrisis en europa) zijn ontstaan. Balansonderdelen zijn hierbij opgenomen tegen historische aankoopprijs, conform de bepalingen van de RBV die van toepassing zijn op het onderliggende departementale jaarverslag IX. De bezittingen zijn grotendeels gefinancierd met staatsschuld (zichtbaar in tabel 1). Verder is er het cumulatief saldo van kosten en opbrengsten («het resultaat») dat een deel van de bezittingen financiert» (vanuit tabel 3)

Bezittingen

ultimo 2013

Bron:

Schulden

ultimo 2013

Bron:

Fortis/RFS/AA

         
           

Aanschaf ABN AMRO Group – ASR Verzekeringen – RFS Holdings (incl. Z-share en residual N-share)

27.955

art. 3

staatsschuld

35.883

tabel 1

Overbruggingskrediet (voormalig) Fortis

3.750

art. 11

cumulatief resultaat

892

tabel 3

           

SNS Reaal

         
     

cumulatieve rente

7.653

tabel 3

Kapitalisatie holding en bank

2.200

art. 3

cumulatieve uitvoeringskosten

54

 

Overbruggingskrediet

1.100

art. 3

     

Vastgoedbeheerorganisatie

500

art. 3

     
           

ING

   

ING

   
           

Core-tier-1 securities

1.500

art. 3

     
           

Back up facility:

   

Back up facility:

   

vordering

8.840

art. 3

verplichting

5.362

art. 3

     

voorziening en onverdeeld resultaat

3.478

art. 3

           

IJsland

         
           

Lening (incl. rente)

721

art. 2

     
           

Griekenland

         
           

Lening

3.199

art. 4

     
           

EFSF

         
           

Deelneming

2

art. 4

     
           

ESM

         
           

Deelneming

3.658

art. 4

Technische aansluiting

103

 
           

Totaal:

53.425

 

Totaal:

53.425

 

Tabel 3. Overzicht toerekenbare kosten en opbrengsten (in miljoenen euro)

Deze tabel geeft een overzicht van de kosten en opbrengsten van interventies. Eventuele afwaarderingen van activa (tabel 2) worden eveneens in het resultaat meegenomen maar dan pas op het moment dat deze daadwerkelijk gerealiseerd zijn. Deze behandeling wijkt af van de systematiek van het EMU saldo.

Kosten en opbrengsten

2008

2009

2010

2011

2012

2013

Cumulatief

Fortis/RFS/AA

             
               

dividend

0

0

6

200

121

488

815

premie counter indemnity

0

0

26

26

26

26

104

rente overbruggingskrediet

(voormalig) Fortis

502

705

167

169

152

103

1.798

premieontvangsten CRI

0

28

165

0

0

0

193

dividend financiële instellingen

0

0

0

0

0

0

0

               

SNS Reaal

             
               

couponrente SNS Reaal

0

38

0

0

0

0

38

repurchase fee SNS Reaal

0

0

0

0

0

0

0

afboeking core-tier-1 securities

       

– 565

 

– 565

dividend

0

0

0

0

0

0

0

rente overbruggingskrediet

0

0

0

0

0

7

7

bankenheffing in het kader van de nationalisatie

0

0

0

0

0

0

0

               

Aegon

             
               

couponrente Aegon

0

166

11

0

0

0

177

repurchase fee Aegon

0

108

52

750

0

0

910

               

ING

             
               

couponrente ING

0

645

39

0

34

0

718

repurchase fee ING

0

295

52

1.000

341

375

2.063

back up faciliteit

 

0

0

0

0

0

0

               

Griekenland

             
               

rente en servicefee

0

0

30

115

41

26

212

rentevergoeding Griekenland (ANFA)

0

0

0

0

– 13

– 13

– 26

teruggave winsten SMP

0

0

0

0

0

– 126

– 126

               

IJsland

             
               

topping up

 

– 106

       

– 106

recovery topping up

 

0

0

33

21

6

60

aangegroeide rente

 

74

– 23

42

27

23

143

               

Europese instrumenten

             
               

crisisgerelateerde winst DNB

0

0

0

0

0

905

905

               

Overige

             
               

premieontvangsten garanties bancaire leningen

0

116

407

361

230

165

1.279

uitvoeringskosten crisismaatregelen

– 9

– 31

– 3

2

– 1

– 12

– 54

toerekenbare rentelasten op staatsschuld

– 450

– 2.036

– 1.493

– 1.280

– 1.160

– 1.234

– 7.653

               

Resultaat

43

2

– 564

1.418

– 746

739

892

Tabel 4. Garantieoverzicht (in miljoenen euro)

In onderstaand overzicht staan de uitstaande garanties die in het kader van de kredietcrisis en europa verstrekt zijn. Het cumulatief saldo geeft de stand van de uitstaande garanties per einde 2013 weer.

Garanties kredietcrisis en europa

2008

2009

2010

2011

2012

2013

Som:

Bron:

A. Fortis/RFS/AA

               
                 

Capital Relief Instrument ABN-AMRO (CRI)

0

32.611

0

0

0

0

32.611

IX art.3

waarvan vervallen

0

0

– 32.611

0

0

0

– 32.611

IX art.3

                 

Counter Indemnity ABN-AMRO

0

0

950

0

0

0

950

IX art.3

                 

B. SNS Reaal

               
                 

Garantieverlening VBO

0

0

0

0

0

5.000

5.000

IX art.3

                 

E. Garantiefaciliteit bancaire leningen

               
                 

Garanties bancaire leningen

2.740

47.535

0

0

0

0

50.275

IX art.2

waarvan vervallen

0

– 3.424

– 7.853

– 5.823

– 15.933

– 6.147

– 39.180

IX art.2

                 

H. Europese instrumenten

               
                 

Garantieplafond Nederland EFSF

0

0

25.872

71.910

0

– 48.142

49.640

IX art.4

effect verstrekte garantie op EMU schuld

     

993

7.600

2.296

10.889

CBS

Eurostat

voor Ierland

     

495

279

306

1.080

CBS Eurostat

voor Portugal

     

498

695

282

1.474

CBS Eurostat

voor Griekenland

     

0

6.627

1.708

8.335

CBS Eurostat

                 

Garantieverlening NL-aandeel ESM

0

0

0

0

35.445

0

35.445

IX art.4

Garantieverlening DNB i.v.m. ophoging middelen IMF

0

0

0

13.610

0

0

13.610

IX art.4

Garantieverlening DNB i.v.m. SMP

0

0

0

0

0

5.700

5.700

IX art.3

Garantieverlening NL-aandeel EU-begroting

0

0

2.946

– 120

6

0

2.832

IX art.4

                 

Totaal

2.740

76.722

– 10.696

79.577

19.518

– 43.589

124.272

 
Licence