Base description which applies to whole site

3. Wet op de loonbelasting 1964 / gegevensverkeer met inhoudingsplichtigen

De wet- en regelgeving op het punt van gegevensverkeer tussen inhoudingsplichtigen en de Belastingdienst wordt vereenvoudigd.

Allereerst is de noodzaak voor een eenduidige loonaangifte vervallen, zoals in de brief aan de Tweede Kamer van 30 november 20107 reeds is aangekondigd. De mogelijkheid voor zogeheten «loon over»-werkgevers om aan te sluiten bij de bestaande loonadministratiepraktijk krijgt een structureel karakter. Voorwaarde daarbij is dat een bestendige gedragslijn gevolgd wordt. De problematiek wordt ook wel «loon in – loon over» genoemd. Loon wordt in beginsel toegerekend aan het tijdvak waarin het aan de werknemer is betaald («loon in»). Bij «loon over» wordt het in een bepaald tijdvak uitbetaald loon toegerekend aan de verstreken loontijdvakken waarop het loon betrekking heeft. Er komt nu een structurele regeling dat de inhoudingsplichtige bij correcties met terugwerkende kracht binnen een kalenderjaar de gebruikelijk door hem gevolgde verwerkingswijze kan blijven volgen.

Ten tweede vindt een vereenvoudiging plaats met betrekking tot de huidige tijdelijke regeling voor de uitvraag van jaarloongegevens. Voor de Belastingdienst is de beschikbaarheid van juiste en volledige gegevens ten behoeve van een snelle en juiste vaststelling van de definitieve aanslag inkomstenbelasting, de aanslag inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet en de definitieve vaststelling van inkomensafhankelijke regelingen op grond van Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir), van groot belang. Nog niet iedere inhoudingsplichtige doet echter een volledige en juiste loonaangifte. Van de zijde van Belastingdienst en UWV worden daarom veel inspanningen gepleegd om onvolledige en onjuiste loonaangiften aan de «voorkant» van het aangifteproces en gedurende het aangiftejaar op te lossen. Hiertoe is met succes het gezamenlijk analyseteam gegevenskwaliteit loonaangifteketen (AGL) aan de slag. In 2010 is slechts bij 0,8% van de inhoudingsplichtigen gebruik gemaakt van jaarloonuitvraag. De verwachting is ook dat dit percentage verder terug loopt. Dit gelet op de ontwikkeling in voorgaande jaren en de inspanningen die geleverd worden. Toch zal er altijd een beperkt aantal loonaangiftes blijven waarvan de gegevens niet direct na afloop van het kalenderjaar bruikbaar zijn. Voor zover de onjuistheid of onvolledigheid van de gegevens worden veroorzaakt door de inhoudingsplichtige en dus niet te wijten is aan verwerkingsfouten bij Belastingdienst en UWV, acht het kabinet jaarloonuitvraag de meest geschikte oplossing om tijdig tot een juiste en volledige gegevensset te komen ten behoeve van de processen van aanslagregeling of toeslagen. Dit blijkt ook uit de brief van 31 mei 20118 naar aanleiding van de evaluatie van de tijdelijke regeling jaarloonuitvraag. Om dubbele uitvraag van gegevens te voorkomen wordt de bevoegdheid van de inspecteur een correctieverplichting op tijdvakniveau op te leggen (bijvoorbeeld gericht op gegevens die van belang zijn voor de juiste vaststelling van het recht op een sociale zekerheidsuitkering) afgestemd op doel en strekking van de jaarloonuitvraag. Hiermee wordt een verdere bijdrage geleverd aan een efficiëntere overheid die eenmaal uitgevraagde gegevens niet meer opnieuw uitvraagt en worden administratieve lasten van werkgevers en burgers beperkt.

Licence