Activa | 31-12-2024 | 31-12-2023 | Passiva | 31-12-2024 | 31-12-2023 | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Intra-comptabele posten | ||||||||
1 | Uitgaven ten laste van de begroting | 12.466.547 | 15.122.237 | 2 | Ontvangsten ten gunste van de begroting | 314.603 | 222.910 | |
3 | Liquide Middelen | 191.296 | 236.205 | |||||
4 | Rekening Courant RHB | 0 | 0 | 4a | Rekening Courant RHB | 11.939.125 | 14.777.439 | |
5 | Rekening Courant RHB Begrotingsreserve | 0 | 0 | 5a | Begrotingsreserve | 0 | 0 | |
6 | Vorderingen buiten begrotingsverband | 73.144 | 107.263 | 7 | Schulden buiten begrotingsverband | 477.259 | 465.355 | |
8 | Kas-Transverschillen | 0 | 0 | |||||
Subtotaal Intra-comptabel | 12.730.987 | 15.465.705 | Subtotaal Intra-comptabel | 12.730.987 | 15.465.705 | |||
Extra-comptabele posten | ||||||||
9 | Openstaande Rechten | 0 | 0 | 9a | Tegenrekening Openstaande Rechten | 0 | 0 | |
10 | Vorderingen | 498.715 | 381.187 | 10a | Tegenrekening Vorderingen | 498.715 | 381.187 | |
11a | Tegenrekening Schulden | 0 | 3 | 11 | Schulden | 0 | 3 | |
12 | Voorschotten | 3.702.681 | 3.194.346 | 12a | Tegenrekening Voorschotten | 3.702.681 | 3.194.346 | |
13a | Tegenrekening garantieverplichtingen | 13.215 | 13.215 | 13 | Garantieverplichtingen | 13.215 | 13.215 | |
14a | Tegenrekening andere verplichtingen | 4.889.995 | 3.545.647 | 14 | Andere Verplichtingen | 4.889.995 | 3.545.647 | |
15 | Deelnemingen | 0 | 0 | 15a | Tegenrekening Deelnemingen | 0 | 0 | |
Subtotaal extra-comptabel | 9.104.606 | 7.134.399 | Subtotaal extra-comptabel | 9.104.606 | 7.134.399 | |||
Totaal | 21.835.593 | 22.600.104 | Totaal | 21.835.593 | 22.600.104 |
Door afrondingen kan het totaal afwijken van de som van de onderdelen.
In 2024 worden de meeste balansposten tegen de koers van de laatste werkdag voor jaareinde 2024 verantwoord. Uitgezonderd zijn een aantal voorschotten en verplichtingen waarvoor de CEP-koers (Centraal Economisch Plan) van februari 2024 is gebruikt en posten die met valutatermijncontracten zijn afgedekt, deze zijn opgenomen tegen de betreffende valutatermijnkoers.
Intra-comptabele posten
ad 1 en 2 Uitgaven ten laste en – ontvangsten ten gunste van de begroting
Onder de posten uitgaven en ontvangsten zijn de per saldo gerealiseerde uitgaven en – ontvangsten opgenomen. De bedragen komen overeen met de bedragen uit de verantwoordingsstaat. Door een andere afrondings-systematiek is er een verschil met de verantwoordingsstaat waar per artikel naar boven wordt afgerond.
ad 3 Liquide middelen
Het saldo op de saldibalans bedraagt € 191,3 miljoen en bestaat uit de volgende saldi:
Kas | 18.504 |
---|---|
Bank | 172.791 |
Totaal | 191.296 |
ad 4 en 4a Rekening-courant RHB
Deze post geeft per saldo de financiële verhouding met de RHB weer. Het bedrag is per 31 december 2024 in overeenstemming met de opgave van de RHB.
ad 6 Vorderingen buiten begrotingsverband
Het saldo op de saldibalans bedraagt € 73,1 miljoen
Openstaande vordering | Bedrag |
---|---|
Onderhoud M-fregatten Portugal | 11.048 |
Overige vorderingen buiten begrotingsverband | 62.096 |
Totaal | 73.144 |
Als criterium voor de toelichting van vorderingen die open staan per 31 december 2024 geldt een grensbedrag van € 10,0 miljoen.
Vanuit de samenwerking met Portugal inzake de ombouw van de twee Nederlandse M-Fregatten staat er een vordering open van € 11,0 miljoen. Deze vordering is tot stand gekomen om de Portugezen van een oplossing te voorzien voor hun tijdelijke budgettekort. De verwachting is dat de openstaande vordering in 2025 wordt ontvangen.
ad 7 Schulden buiten begrotingsverband
Het saldo op de saldibalans bedraagt € 477,3 miljoen
Openstaande schulden | Bedrag |
---|---|
Loonheffing en social lasten | 134.856 |
Overige vooruitontvangen gelden voor derden | 334.313 |
Aangehouden voor derden | 8.090 |
Saldo schulden 31-12-2024 | 477.259 |
Dit bedrag bestaat grotendeels uit af te dragen loonheffing en sociale lasten voor € 134,9 miljoen en daarnaast voor € 334,3 miljoen uit vooruit ontvangen gelden van derden voor nog te maken uitgaven.
Extra-comptabele posten
ad 9 Openstaande rechten
Het saldo op de saldibalans is nihil.
ad 10 Vorderingen
Het saldo op de saldibalans bedraagt € 498,7 miljoen.
Als criterium voor de toelichting van vorderingen geldt een grensbedrag van € 10,0 miljoen.
De vordering EPF Oekraïne met een waarde van € 352,6 miljoen betreft de kostenvergoedingen die in 2024 door de Europese Vredesfaciliteit zijn toegewezen voor het militaire materieel dat door Nederland aan Oekraïne is geleverd ten behoeve van de oorlog met Rusland.
De vordering van € 68,8 miljoen op de Forsvarsministeriets Regnskabsstyrlse (ministerie van Defensie Denemarken) stond per 31 december 2024 nog open binnen de afgesproken betaaltermijn en is inmiddels ontvangen.
Aard van de vordering | Bedrag |
Personeel | 9.068 |
Baten-lastendiensten Defensie | 3 |
Medische bedrijven | 16.472 |
Buitenlandse mogendheden | 398.116 |
Diversen | 75.055 |
Saldo vorderingen 31-12-2024 | 498.715 |
De verdeling van de vorderingen naar opeisbaarheid is hieronder in een tabel weergegeven.
Direct opeisbaar | 6.687 |
---|---|
Op termijn opeisbaar | 492.028 |
Geconditioneerd | - |
Totaal | 498.715 |
ad 11 Schulden
Het saldo op de saldibalans is nihil.
ad 12 Voorschotten
Het saldo op de saldibalans bedraagt € 3.702,7 miljoen.
Alle voorschotten van voor 2008 staan tegen de maandkoers van december 2007 gewaardeerd en de voorschotten vanaf 2008 zijn gewaardeerd tegen de op het moment van verstrekking geldende maandkoers of de CEP-koers van het betreffende jaar van verstrekking. Uitgezonderd zijn de posten die met valutatermijncontracten zijn afgedekt, deze zijn opgenomen tegen de betreffende valutatermijnkoers.
De verdeling van de voorschotten naar ouderdom is vermeld in onder-staande tabel.
Jaar van ontstaan | Beginstand per 01-01-2024 | Nieuwe voorschotten | Afgerekende voorschotten | Eindstand per 31-12-2024 |
---|---|---|---|---|
≤2020 | 71.058 | 46.858 | 24.200 | |
2021 | 73.164 | 35.829 | 37.335 | |
2022 | 1.348.824 | 1.294.103 | 54.721 | |
2023 | 1.701.300 | 1.474.325 | 226.975 | |
2024 | 0 | 3.667.198 | 307.748 | 3.359.450 |
Totaal | 3.194.346 | 3.667.198 | 3.158.863 | 3.702.681 |
Er is een viertal voorschotten met een waarde boven de € 100,0 miljoen. Deze hebben een gezamenlijke waarde van € 955 miljoen en hebben betrekking op de steun aan Oekraïne. Specifiek betreffen het de levering van artillerie munitie en F-16-munitie. De F-16-munitie is onderdeel van de Nederlandse inzet in de Air Force Capability Coalition. Vanwege de krappe Defensiemarkt is het niet mogelijk om concreet te voorspellen wanneer de restbedragen voldaan dienen te worden, de focus hiervoor ligt op 2025.
Daarnaast zijn er voorschotten van gezamelijk € 1.486,9 miljoen onder de post Pensioenen en Wachtgelden. Deze voorschotten hangen samen met pensioenen en wachtgeld in samenwerking met ABP en WW Plus en dienstverlening van SV Land en Accenture.
ad 13 Garantieverplichtingen
Het saldo op de saldibalans is € 13,2 miljoen. Op 31 december 2024 staan twee garanties open.
Er is een overeenkomst met de Vereniging Verbond van Verzekeraars over de verzekerbaarheid van personeel. De looptijd is onbepaald en er is geen gegarandeerd bedrag vastgesteld. De overeenkomst regelt de verhouding tussen Defensie en de Vereniging met als doel de belemmeringen die defensieambtenaren in het maatschappelijk verkeer ondervinden als gevolg van uitsluitingsclausules bij levensverzekeringen, gekoppeld aan de financiering van een woning, weg te nemen. In 2024 heeft geen uitkering plaatsgevonden.
Er is door het ministerie van Defensie een garantstelling afgegeven aan het ministerie van Financiën voor de kredietfaciliteit die het Nederlands Veteraneninstituut (NLVi) in het kader van schatkistbankieren heeft. Defensie staat voor in totaal € 13.215 miljoen garant. Het gaat om twee rekening-courantkredieten met verschillende looptijden. € 3.500 miljoen per 1 januari 2021 voor onbepaalde tijd. En voor € 9.715 miljoen met een looptijd van 4 januari 2021 tot en met 31 december 2050.
ad 14 Andere verplichtingen
Het saldo op de saldibalans bedraagt € 4.900,0 miljoen.
In 2024 worden de meeste verplichtingen tegen de koers van de laatste werkdag voor jaareinde 2024 verantwoord. Uitgezonderd zijn een aantal verplichtingen waarvoor de CEP-koers (Centraal Economisch Plan) van februari 2024 is gebruikt en posten die met valutatermijncontracten zijn afgedekt, deze zijn opgenomen tegen de betreffende valutatermijnkoers.
Andere verplichtingen 01/01/2024 | 3.545.647 |
---|---|
Aangegane andere verplichtingen in verslagjaar | 14.287.606 |
Waarvan Negatieve Bijstelling | 27.359 |
Subtotaal | 17.805.895 |
Tot betaling gekomen in verslagjaar | 12.915.899 |
Openstaande andere verplichtingen per 31/12/2024 | 4.899.995 |
Er staan op 31 december 2024 verplichtingen open groter dan € 100,0 miljoen.
Tot en met 2022 had de Kustwacht Nederland voor de uitvoering van luchtverkenningstaken en voor Search and Rescue (SAR) de beschikking over 2 Dorniers en SAR helikopters. Zowel de Dorniers als de SAR helikopters waren aan het eind van hun levensduur. Ter vervanging van zowel de Dorniers als de helikopters is ervoor gekozen om leasecontracten af te sluiten in plaats van eigen toestellen aan te schaffen. In 2020 is ter vervanging van de Dorniers een leasecontract afgesloten voor de inzet van DASH-8 vliegtuigen voor meerdere jaren. Het op 1 januari 2025 nog openstaande verplichtingenbedrag bedraagt meer dan € 100 miljoen.
Nederland participeert in het Strategic Airlift Capability (SAC) programma van de NAVO, een multinationaal samenwerkingsverband van twaalf landen. Hierbij wordt gevlogen met drie Boeing C-17 Globemasters van de NATO Airlift Management Agency (NAMA) naar diverse missies. In 2024 is gevlogen op Irak, Roemenië, Bosnië en Herzegovina, Litouwen en Estland. De betalingen en leveringen staan gepland tot en met 2033. Het saldo van de openstaande verplichtingen bedraagt € 199 miljoen. Naast de contributiebijdrage aan het SAC C17 programma zit in dit bedrag ook de contributiebijdrage aan NAVO, Alliance Operations & Missions(AOM) en aan de EU, European Peace Facility(EPF).
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Niet uit de saldibalans blijkende financiële risico’s voortkomend uit lopende juridische procedures
Er zijn ultimo 2024 geen relevante lopende juridische geschillen die op basis van de verslaggevingscriteria genoemd in de Rijksbegrotingsvoorschriften voor vermelding in aanmerkingen komen.
Affinanciering begrotingsgefinancierde militaire pensioenen
Sinds 1 juli 2023 is de Wet toekomst pensioenen (Wtp) in werking getreden. Daarmee is een overgangsfase gestart waarin afspraken worden gemaakt over het invaren van de pensioenen in het nieuwe pensioenstelsel. Op uiterlijk 1 januari 2028 moeten de pensioenen zijn ondergebracht in het nieuwe pensioenstelsel.
Voor het ministerie van Defensie betekent deze nieuwe pensioenwet dat de begrotingsgefinancierde militaire pensioenen (dit betreft de militaire pensioenen van voor 1 juni 2001) moeten worden omgezet naar kapitaaldekking. De affinanciering van deze pensioenen, dat wil zeggen de netto contante waarde in de vorm van een inkoopsom bij pensioenuitvoerder ABP, zal in één keer plaatsvinden net voor het moment van invaren. Het exacte bedrag dat betaald moet worden is dan ook pas bekend, omdat de inkoopsom afhankelijk is van onder andere de dekkingsgraad van ABP, de stand van de rekenrente en het definitieve aantal pensioendeelnemers. Voor de affinanciering is € 8,5 miljard gereserveerd op de Aanvullende post bij het ministerie van Financiën5.
Het invaren van de begrotingsgefinancierde militaire pensioenen is voorzien op 31 december 2026. Dit hebben sociale partners (werkgevers- en werknemersorganisaties) in 2024 vastgelegd als onderdeel van het transitieplan in het kader van de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel. Het transitieplan is in 2024 aangeboden aan het ABP met het verzoek van de sociale partners om de opdracht te aanvaarden. Wanneer het ABP het verzoek tot invaren van de pensioenen aanvaardt, moet vervolgens door de toezichthouder De Nederlandsche Bank (DNB) worden beoordeeld dat aan de wettelijke eisen van Wtp wordt voldaan.
De affinanciering dient als een financiële verplichting te worden vastgelegd op het moment waarop Defensie juridisch gebonden is aan de omzetting naar het kapitaaldekkingsstelsel van deze pensioenen.