Base description which applies to whole site

3.2 Artikel 2. Slavernijverleden

De middelen die naar aanleiding van de excuses beschikbaar zijn gesteld, zijn onder andere gericht op kennis en bewustwording, erkenning, herdenking en de doorwerking van het trans-Atlantisch slavernijverleden. Uitgangspunten voor de invulling hiervan zijn: (1) navolgbaar- en inzichtelijkheid en (2) programmering en bestemming van deze middelen vindt in samenspraak met betrokkenen uit Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten plaats.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is verantwoordelijk voor:

Regisseren

  • De minister van BZK coördineert het traject van de opvolging van de excuses voor het Caribisch deel van het Koninkrijk.

Uitvoeren

  • De minister van BZK geeft uitvoering aan een subsidieregeling, waarmee maatschappelijke initiatieven een impuls kunnen geven aan onder andere meer kennis van en bewustwording over het trans-Atlantisch slavernijverleden in en voor het Caribisch deel van het Koninkrijk.

  • Er wordt uitvoering gegeven aan maatregelen voor bewustwording, betrokkenheid en doorwerking, waarmee concreet invulling wordt gegeven aan de op 19 december 2022 gedane toezeggingen (Kamerstukken II 2022/2023, 36284 nr. 1).

Gedurende 2026 wordt uitvoering gegeven aan de subsidieregeling voor maatschappelijke initiatieven trans-Atlantisch slavernijverleden voor het Caribisch deel van het Koninkrijk door middel van het openstellen van drie aanvraagtijdvakken.

Ook wordt uitvoering gegeven aan verschillende projecten in het kader van het vergroten van de bewustwording en kennis en begrip over het slavernijverleden op Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten.

Tabel 11 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 2 Slavernijverleden (bedragen x € 1.000)
  

2024

2025

2026

2027

2028

2029

2030

Art.

Verplichtingen

0

35.165

8.933

8.898

6.684

7.276

0

         
 

Uitgaven

0

7.832

22.866

17.298

9.684

9.276

0

         

2.0

Slavernijverleden

0

7.832

22.866

17.298

9.684

9.276

0

 

Subsidies (regelingen)

0

1.778

8.766

8.862

6.666

7.258

0

 

Maatschappelijke initiatieven

0

1.778

8.766

8.862

6.666

7.258

0

 

Bijdrage aan medeoverheden

0

6.054

14.100

8.436

3.018

2.018

0

 

Maatregelen bewustwording, betrokkenheid en doorwerking slavernijverleden

0

6.054

14.100

8.436

3.018

2.018

0

         
 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

         

Geschatte budgetflexibiliteit

Tabel 12 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 2
 

2026

juridisch verplicht

62%

bestuurlijk gebonden

38%

beleidsmatig gereserveerd

0%

nog niet ingevuld/vrij te besteden

0%

Juridisch verplicht

Van het totale uitgavenbudget op artikel 2 is 62% juridisch verplicht.

Bijdrage aan medeoverheden

De bijdrage aan medeoverheden zijn voor 100% juridisch verplicht. Het gaat hier om maatregelen bewustwording, betrokkenheid en doorwerking van het slavernijverleden voor de Caribische delen van het Koninkrijk.

Subsidies

Subsidies zijn voor 100% bestuurlijk gebonden (Stcrt. 2025, 22437). Dit betreffen met name subsidies voor maatschappelijke initiatieven trans-Atlantisch slavernijverleden voor Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten.

Subsidies (regelingen)

Maatschappelijke initiatieven

Dit betreft uitgaven om invulling te geven aan de subsidieregeling voor maatschappelijke initiatieven trans-Atlantisch slavernijverleden voor Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten. Het gaat om circa € 33,3 mln., verdeeld over de jaren 2025 tot en met 2029 voor zowel de budgetten beschikbaar voor aanvragen als de kosten om de regeling uit te kunnen voeren.

Bijdrage aan medeoverheden

Maatregelen voor bewustwording, betrokkenheid en doorwerking

Dit betreft uitgaven voor onder andere bewustwording, betrokkenheid en doorwerking van slavernijverleden voor de Caribische delen van het Koninkrijk. Ieder (ei)land werkt hiervoor aan een eigen agenda en de lokale overheden zijn hierin essentiële partners. Het gaat om circa € 33,3 mln., verdeeld over de jaren 2025 tot en met 2029. Voor 2026 is € 14,1 mln. beschikbaar.

Licence