Base description which applies to whole site

6. Overige aspecten bedrijfsvoering

Urennorm MBO

In 2010 is in het kader van verscherpt toezicht een selectief onderzoek uitgevoerd voor het studiejaar 2009–2010 bij 129 opleidingen die merendeels eerder niet voldeden aan de norm. Resultaat hiervan was dat bij de eerste controle 23% onvoldoende had geprogrammeerd en 25% (is 75% voldoende programmering; zie beleidsartikel 4, tabel 4.5, indicator 4) naar verwachting onvoldoende zou realiseren. Het uiteindelijke resultaat van niet naleving van de 850 klokurennorm, na gelegenheid te hebben geboden voor herstelmaatregelen, bleek 11% definitief onvoldoende voor wat betreft de onderwijsprogrammering en 13% definitief onvoldoende realisatie onderwijstijd.

Bij 16 opleidingen wordt de bekostiging teruggevorderd. Daarnaast wordt de handhaving in 2011 nog verder aangescherpt door eerder licentie-intrekking toe te passen. Wanneer bij de controle in mei/juni 2011 (studiejaar 2010–2011) blijkt dat opleidingen definitief niet aan de onderwijstijdnorm voldoen zal zowel de bekostiging worden teruggevorderd als een formele waarschuwing als eerste stap in het licentie-intrekkingstraject worden gegeven.

De uitkomst van dit selectieve onderzoek is niet vergelijkbaar met de uitkomst van het representatieve onderzoek in het jaar 2009 (studiejaar 2008–2009). In 2011 zal ook een representatief onderzoek naar onderwijstijd gehouden worden waardoor een vergelijking gemaakt kan worden met de resultaten van het representatieve onderzoek over het studiejaar 2008–2009. Dan is te zien of de lichte verbetering die in 2009 zichtbaar was, zich voortzet.

De naleving van de minimale 850 klokurennorm is een bekostigingsparameter en daarmee een voorwaarde in wetgeving voor een rechtmatige bekostiging. Onvoldoende programmeren leidt tot onrechtmatige bekostiging. OCW heeft het voornemen om de regelgeving aan te passen en de urennorm als bekostigingsmaatstaf te schrappen.

In het actieplan mbo «Focus op Vakmanschap 2011–2015» is een intensivering van onderwijstijd aangekondigd vanaf 1 januari 2013. Deze maatregel is genomen mede naar aanleiding van de in 2010 uitgevoerde evaluatie van de 850 urennorm.

Invoering Studenten OV-chipkaart

Bedoeling was om per 1 januari 2010 over te gaan van de papieren OV-studentenkaart op het elektronisch studentenreisrecht geladen op een OV-chipkaart. Door problemen in de geautomatiseerde processen bij de vervoerbedrijven is er vertraging opgetreden en kon pas enige maanden later definitief worden overgegaan op het elektronisch reisrecht. De opstartproblemen zijn in nauwe samenwerking tussen DUO en de vervoerbedrijven aangepakt en inmiddels lopen de processen naar tevredenheid.

BES onderwijs verplichtingen

Vooruitlopend op de inwerkingtreding van de onderwijswetgeving zijn in het najaar van 2010 brieven verstuurd over de hoogte van onderwijsbekostiging aan de schoolbesturen op de BES eilanden. Het betreft hier meerjarige verplichtingen ter hoogte van € 30 miljoen die niet in de tweede suppletore begroting van 2010 vermeld zijn, terwijl de meerjarige kasruimte wel beschikbaar was. Deze verplichtingen zijn aangegaan om de schoolbesturen op de eilanden zekerheid te bieden voor de komende drie jaar in een tijd waarin veel veranderingen op hen afkomen. De Tweede Kamer is inmiddels per brief op de hoogte gesteld over deze situatie.

Publiek-/private samenwerking

OCW heeft in 2010 maatregelen getroffen om invulling te geven aan de publiek-/private samenwerking. Zo zijn er voorbereiding getroffen voor het aanpassen van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en de Wet educatie en beroepsonderwijs om regelgeving over private activiteiten mogelijk te maken. De wetswijzigingen zijn naar verwachting in 2012 afgerond. Tevens is een handreiking opgesteld over hoe instellingen in de aanloop naar de introductie van regelgeving om dienen te gaan met investeringen in publiek-private activiteiten. Het onderwerp publiek-/private samenwerking krijgt ook in 2011 van OCW de aandacht.

Overdracht beleidsdossier Kinderopvang naar SZW

Bij de vorming van het kabinet Rutte is het beleidsdossier Kinderopvang overgedragen naar het ministerie van SZW.

OCW Ontregelt en administratieve lastendruk

Op het gebied van vermindering van administratieve lasten en regeldruk heeft OCW goede voortgang geboekt. Verschillende maatregelen verminderden de administratieve lasten van OCW-beleid:

  • Invoering van het risicogerichte en proportionele toezicht door de Inspectie van het Onderwijs (WOT);

  • Commitment van OCW aan de invoering van het Rijksbreed Uniform Subsidiekader voor nieuwe subsidieregelingen;

  • Toepassing van het gedachtegoed van Vaste Verandermomenten (VVM) voor nieuwe wet- en regelgeving;

  • Verdere invoering van het onderwijsnummer;

  • Digitaliseren van formulieren door DUO.

Uit verschillende evaluaties van Actal is gebleken dat OCW zeer goed scoort op de wijze waarop de administratieve-lastenconsequenties worden meegenomen in de beleidsvoorbereiding. Dit heeft in 2010 geresulteerd in een convenant tussen OCW en Actal, waarin opgenomen is dat OCW zelf de toetsing uitvoert op de administratieve-lastenconsequenties van beleidsvoorstellen.

Een klein en slagvaardig OCW

OCW heeft bij de taakstelling Balkenende IV taken gebundeld en doelmatiger georganiseerd en waar mogelijk ook taken geschrapt. Daar stonden nieuwe taken tegenover die politiek noodzakelijk waren. OCW heeft als een goed werkgever de betreffende medewerkers zoveel mogelijk begeleid naar ander werk. De taakstelling voor OCW bedroeg ruim 600 fte tot en met 2011; eind 2010 moet daarvan nog 190 fte worden ingeleverd. Hiervan was 70 fte eind 2010 nog in vast dienstverband en 120 fte in tijdelijk dienstverband.

In 2010 heeft OCW de norm voor externe inhuur (13%) gehaald (11%). Voor 2011 is de verwachting echter dat, vanwege een grote systeemvernieuwing bij de Dienst Uitvoering Onderwijs, de neerwaarts aangepaste norm voor de externe inhuur (10%) niet gehaald zal worden. Desondanks zal OCW zich ook in 2011 inspannen om het percentage van externe inhuur zo laag mogelijk te houden.

In de uitvoering is de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) dé uitvoeringsorganisatie van OCW. Per 1 januari 2010 heeft DUO de status van baten-lastendienst (Staatscourant 2010, nr. 19278).

In 2010 zijn de taken van het Instituut Collectie Nederland ondergebracht bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Deze samenvoeging creëert de randvoorwaarden voor een robuuste organisatie voor het cultureel erfgoed die kan inspelen op toekomstige ontwikkelingen.

Licence