Base description which applies to whole site

4.1. Beleidsartikel 20 Uitvoeren crisisbeheersingsoperaties

Algemene doelstelling

Duurzame internationale rechtsorde en stabiliteit.

Doelbereiking

Nederland heeft onverminderd bijgedragen aan de handhaving en bevordering van de internationale rechtsorde. De regering voerde daartoe een actief veiligheidsbeleid dat zich niet heeft beperkt tot de zorg voor de nationale veiligheid, maar zich uitstrekte tot conflictpreventie, crisisbeheersing en vredesopbouw wereldwijd.

Evaluatie

Na afloop van elke inzet wordt in de eindevaluatie, wanneer deze aan de Tweede Kamer wordt aangeboden, indien mogelijk ingegaan op het resultaat van de operatie. De onderwerpen die hierbij centraal staan zijn het beoogde doel van de missie en de inspanning waarmee dit doel uiteindelijk wordt bereikt. Bij operaties die meerdere jaren duren wordt de Kamer tussentijds geïnformeerd door middel van periodieke evaluaties.

Budgettaire gevolgen van beleid

Ten laste van dit beleidsartikel zijn de additionele uitgaven voor crisisbeheersingsoperaties ondergebracht bij de gelden afkomstig uit HGIS. Voor de diverse operaties zijn dit de uitgaven geweest die een rechtstreeks verband hebben met de operatie en niet gemaakt zouden zijn bij een reguliere bedrijfsvoering. De niet-additionele uitgaven van de eenheden die zijn ingezet ten behoeve van een operatie zijn ten laste van het leverende organisatieonderdeel gebracht.

De onderstaande tabel bevat de geraamde en gerealiseerde gevolgen van beleid voor 2010.

Bedragen x € 1 000

Realisatie 2006

Realisatie 2007

Realisatie 2008

Realisatie 2009

Realisatie 2010

Begroting

Verschil

Verplichtingen

317 885

318 362

359 927

351 258

302 029

323 500

– 21 471

Uitgaven

       

Vrede en stabiliteit in Europa/Balkan

31 507

14 588

8 679

8 598

8 515

3 800

4 715

EUFOR/Althea

30 843

14 229

7 905

7 291

7 281

3 500

3 781

EUPM

547

182

194

206

104

 

104

KFOR

117

177

285

713

538

 

538

EULEX

  

279

376

588

300

288

EUMM Georgië

  

16

12

4

 

4

 

       

Vrede en stabiliteit in Afghanistan

191 511

252 484

285 642

315 760

272 717

278 210

-5 493

ISAF fase III

143 943

232 566

285 600

315 607

203 698

188 000

15 698

ISAF REDEPLOYMENT

    

64 146

90 000

– 25 854

NATIONALE BIJDRAGE ISAF

    

4 754

 

4 754

EUPOL

  

42

153

119

210

– 91

ISAF (algemeen)

751

      

ISAF PRT

11 306

1 346

     

ISAF/F16-detachement

21 396

14 245

     

Operatie SRF

6 030

3 030

     

Operatie Enduring Freedom

8 085

1 297

     
        

Vrede en stabiliteit in het Midden Oosten

 

9 019

2 268

584

587

500

87

UNIFIL Libanon

 

9 019

1 828

27

   

UNTSO

  

380

520

587

500

87

EUBAM Rafah

  

60

37

   
        

Vrede en stabiliteit in Afrika

  

5 141

14 697

18 343

400

17 943

UNMIS

  

1 169

1 567

1 259

400

859

EUSEC (FIN)

  

135

169

205

 

205

EUFOR Tsjaad/RCA

  

3 792

5 073

1 385

 

1 385

BINUB

  

45

29

   

EU NAVFOR ATALANTA

   

5 951

11 049

 

11 049

ALLIED PROTECTOR

   

1 876

   

UNAMID

   

20

51

 

51

AMIS

   

12

8

 

8

OCEAN SHIELD

    

4 386

 

4 386

        

Vrede en stabiliteit in Irak

8 954

2 692

383

709

428

 

428

NTM-I

1 160

708

383

709

428

 

428

Stabilisatiemacht Irak (SFIR)

7 794

1 984

     
        

Vrede en stabiliteit in de Perzische Golf

7 277

30

205

274

225

 

225

CFMCC

  

139

256

196

 

196

NLTC

  

66

18

29

 

29

Enduring Freedom/CTF-150

7 277

30

     
        

Overige operaties en kleine missies

8 208

5 328

1 120

4 392

2 924

2 200

724

Overige operaties en kleine missies

8 208

5 328

 

3 349

1 398

 

1 398

Bijdrage aan politiemissies

 

 

1 120

1 043

1 526

2 200

– 674

Totale uitgaven operaties

247 457

284 141

303 438

345 014

303 739

285 110

18 629

Uitgaven contributies, waarvan

       

NAVO CRO/ EU contributies

5 263

11 547

17 475

15 079

14 580

16 000

– 1 420

VN-contributies

56 854

      

Afdracht premie/koopsom pensioenen

6 795

8 140

7 110

    

Totaal uitgaven contributies

68 912

19 687

24 585

15 079

14 580

16 000

– 1 420

Voorziening HGIS

     

22 390

– 22 390

Totale uitgaven

316 369

303 828

328 023

360 093

318 319

323 500

– 5 181

Ontvangsten

       

VN / NAVO / EU contributies

4 080

3 788

890

928

 

1 407

– 1 407

ISAF Stage III

  

6 330

16 546

   

Unifil

  

4 706

2 097

   

EUFOR/Althea

   

804

   

Overige ontvangsten

  

514

119

9 347

 

9 347

Totaal ontvangsten

4 080

3 788

12 440

20 494

9 347

1 407

7 940

Verplichtingen

Toelichting bij de verplichtingen groter dan € 5 miljoen

De lagere realisatie van de verplichtingen is in het bijzonder het gevolg van de beëindiging van de Nederlandse bijdrage aan ISAF in Uruzgan. Dit heeft een vermindering van het aantal verplichtingen met meerjarige kaseffecten tot gevolg.

Uitgaven

Toelichting bij de uitgaven groter dan € 2,5 miljoen

De daadwerkelijke uitgaven in 2010 bedroegen € 318,3 miljoen. De begroting voor 2010 was vastgesteld op € 301,1 miljoen (exclusief voorziening HGIS). Het verschil van € 17,2 miljoen is een optelsom van nieuwe missies die zijn uitgevoerd in 2010, de verlenging van bestaande missies en lagere uitgaven in het kader van de derde fase van ISAF (ISAF fase III) en de RDTF. Hieronder zal een toelichting worden gegeven op de operaties waarbij de realisatie meer dan € 2,5 miljoen afwijkt van de begroting.

EUFOR Althea

De missie EUFOR Althea was oorspronkelijk gepland tot juni 2010 en begroot op € 3,5 miljoen. De missie is met bijna een jaar verlengd tot november 2011 (Kamerstuk 29 521, nr. 137). In 2010 is in totaal € 7,3 miljoen gerealiseerd voor EUFOR Althea. Voor de ondersteuning van partnerlanden heeft Nederland extra uitgaven gedaan waar tegenover ontvangsten staan die zijn verantwoord in de ontvangstenbegroting.

ISAF (fase III, inclusief Air Task Force)

De Nederlandse bijdrage aan ISAF in Uruzgan is in 2007 verlengd tot 1 augustus 2010 (Kamerstuk 27 925, nr. 279). In 2010 was € 188 miljoen begroot voor ISAF. Er is € 203,7 miljoen gerealiseerd. De meeruitgaven voor ISAF worden veroorzaakt door de inhuur van een Unmanned Aerial Vehicle (UAV). Voor de ondersteuning van partnerlanden heeft Nederland extra uitgaven gedaan, waar tegenover € 7,7 miljoen ontvangsten staan die zijn verantwoord in de ontvangstenbegroting. Een aantal posten voor de reparatie van tijdens de missie gewisseld of beschadigd materiaal is in 2010 niet tot betaling gekomen. Deze posten, voor een totaalbedrag van € 13 miljoen, zijn doorgeschoven naar 2011.

ISAF Redeployment

In de stand van zakenbrief van maart 2010 (Kamerstuk 27 925, nr. 388) is de Kamer geïnformeerd over de initiële raming van de redeployment van € 229 miljoen, verdeeld over 2010, 2011 en 2012. In de stand van zakenbrief van september 2010 (Kamerstuk 27 925, nr. 405) is deze raming naar beneden bijgesteld tot € 211 miljoen. Voor 2010 bedroeg de raming € 90 miljoen. Er is € 64,1 miljoen gerealiseerd. Het verschil van € 25,9 miljoen wordt verklaard door de verkoop van voorraden en materieel aan partnerlanden. Hierdoor was het volume van het terug naar Nederland te transporteren materieel minder groot dan oorspronkelijk gepland. Inherent hieraan kon de omvang van de RDTF substantieel worden teruggebracht.

Nationale Bijdrage ISAF

Bij het opstellen van de ontwerpbegroting was de Nationale Bijdrage ISAF nog niet separaat zichtbaar gemaakt. De Nederlandse bijdragen aan ISAF-staven werden administratief ondergebracht in de ISAF fase III begroting. Halverwege augustus 2010 werd ISAF fase III beëindigd. De Nederlandse bijdrage aan staven werd gecontinueerd en in september verlengd (Kamerstuk 27 925, nr. 405). De Nederlandse bijdrage aan ISAF wordt sinds de beëindiging van ISAF fase III separaat inzichtelijk gemaakt in de begroting.

EUFOR Tsjaad/RCA

De regering heeft in 2008 besloten deel te nemen aan de missie EUFOR Tsjaad/RCA (Kamerstuk 29 521, nr. 54). Het onderhoud en herstel van het ingezette materieel, hoofdzakelijk Viking-gepantserde amfibievoertuigen, is grotendeels in 2010 uitgevoerd en voltooid.

EUFOR/ATALANTA

In 2010 zijn Hr.Ms. Tromp, Hr.Ms. Johan de Witt en Hr.Ms. Amsterdam in het kader van de EU-operatie Atalanta ingezet (Kamerstuk 29 521, nrs. 124 en 138). Over de verlenging van de Nederlandse inzet in EUFOR Atalanta was bij het opstellen van de ontwerpbegroting 2010 nog geen besluitvorming, zodat dit niet in de raming is opgenomen.

OCEAN SHIELD

In 2010 zijn Hr.Ms. Zeven Provinciën, Hr.Ms. de Ruyter, Hr.Ms. Zeeleeuw (Kamerstuk 29 521, nrs. 138 en 145) en voor een korte periode Hr.Ms. Amsterdam (Kamerstuk 29 521, nr. 151) in het kader van de Navo-operatie Ocean Shield ingezet. Deze inzet was bij het opstellen van de begroting 2010 nog niet geraamd.

Navo AOM/EU-Contributies

Nederland draagt bij aan de gemeenschappelijke uitgaven van militaire operaties van de Navo (Allied Operations and Missions – AOM) en de EU (Athena). De totale Navo-contributiebijdrage voor AOM bedroeg in 2010 € 13,6 miljoen, waarbij de vooruitbetaling van het eerste betalingsverzoek voor contributie 2011 van € 3,9 miljoen inbegrepen was. De EU-contributiebijdrage bedroeg in 2010 € 1 miljoen.

Ontvangsten

In 2008 zijn met verscheidene EU- en Navo-partnerlanden Memoranda of Understanding (MoU’s) gesloten voor ondersteuning door Nederland. Ook zijn als gevolg van de overdracht van TFU voorraden goederen verkocht aan partnerlanden. De financiële vergoeding van € 7,7 miljoen is afkomstig van de vergoeding voor de ondersteuning en de verkoop van voorraden. Dit bedrag maakt deel uit van de overige ontvangsten van € 9,3 miljoen.

Beleidsmatige informatie (uitgevoerde operaties)

In het kader van de levering van een bijdrage aan een duurzame internationale rechtsorde en stabiliteit heeft Nederland deelgenomen aan verscheidene operaties. Hieronder worden de desbetreffende operaties beschreven. Bij iedere doelstelling wordt in een tabel een overzicht gegeven van de personele en materiële inzet bij de uitgevoerde operaties.

Operationele doelstelling 1 – Vrede en stabiliteit in Europa/Balkan

Vrede en stabiliteit in Europa/Balkan

Locatie

Periode

Bijdrage

Materieel

Personele aantallen

EUFOR

Bosnië-Herzegovina

Geheel 2010

National Support Element (NSE); Normal Framework Operations (NFO); Liaison Observation teams (LOT); CKmar-detachement (IPU)

Geen

80

EUPM

Bosnië-Herzegovina

Geheel 2010

CKmar

Geen

4

EULEX

Kosovo

Geheel 2010

CKmar

Geen

20

KFOR

Kosovo

Geheel 2010

Staf(o)officieren, NSE, NIC

Geen

8

European Union Force (EUFOR)/Althea

Het kabinet heeft in april 2009 besloten de Nederlandse militaire deelname aan de EU-geleide troepenmacht EUFOR tot juni 2010 voort te zetten (Kamerstuk 29 521, nr. 101). In maart 2010 is besloten de Nederlandse militaire deelname tot maart 2011 voort te zetten (Kamerstuk 29 521, nr. 137). De kern van de huidige Nederlandse bijdrage bestaat thans uit personeel voor het Regional Coordination Center van Regio-West, vier Liaison and Observation Teams (LOT), gehuisvest tussen de lokale bevolking in diverse LOT-huizen in Bosnië-Herzegovina, een detachement van EUFOR/Integrated Police Unit, dat in november is overgegaan in EUFOR/Specialised Element Team, een National Support Element (NSE) en personeel op het hoofdkwartier van EUFOR.

European Union Police Mission (EUPM)

EUPM richt zich sinds 2002 op de capaciteitsopbouw van het politieapparaat met speciale aandacht voor de ondersteuning van de lokale autoriteiten bij de bestrijding van corruptie en de georganiseerde misdaad. Zowel het Nederlandse als het EU-mandaat loopt vooralsnog tot 31 december 2011.

European Union Rule of Law Mission (EULEX)

EULEX heeft tot doel het bestuur, de politie, justitie en de douane van Kosovo te ondersteunen om zo een bijdrage te leveren aan de bestendiging van de regionale vrede, veiligheid en stabiliteit en aan de ontwikkeling van duurzame en democratische lokale instellingen (Kamerstuk 27 476, nr. 8). Het mandaat van de missie werd op 9 maart 2010 verlengd tot 14 juni 2012 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 949). De Nederlandse bijdrage aan EULEX Kosovo bestaat uit personeel van het CKmar, de politie, justitie, de douane en enkele civiele experts. Functionarissen van het CKmar zijn in Kosovo op verschillende politieterreinen actief.

Kosovo Force (KFOR)

Het doel van de missie is het leveren van een bijdrage aan een veilige en stabiele (leef)omgeving in Kosovo (Kamerstuk 28 676, nr. 90). De KFOR-troepenmacht ziet toe op de naleving van het Military Tactical Agreement van 3 juni. Vanaf 2008 is KFOR tevens belast met de opbouw van de Kosovo Security Forces en de stand down van het Kosovo Protection Corps. In november 2010 werd het mandaat voor de missie verlengd tot oktober 2011 (Kamerstuk 28 676, nr. 117). De bijdragen aan zowel EULEX als KFOR worden ondersteund door een National Support Element (NSE), dat bestaat uit twee marechaussees. Tevens is er in Pristina een National Intelligence Cell (NIC) geplaatst, bestaande uit twee militairen van de MIVD.

Operationele doelstelling 2 – Vrede en stabiliteit in Afghanistan

Vrede en stabiliteit in Afghanistan

Locatie

Periode

Bijdrage

Materieel

Personele aantallen

TFU

Afghanistan

Tot 1 aug 2010

Task Force Uruzgan inclusief Apache-detachement en CIMIC

Patria, YPR, Fennek, Bushmaster, Pantserhouwitser

1 244

TF-55

Afghanistan

Tot 1 aug 2010

  

80

HQ RC(S)

Afghanistan

Geheel 2010

Reguliere Stafbijdrage aan hoofdkwartier Regional Command South

Geen

80

ATF

Afghanistan

F-16’s geheel 2010, transportheli’s tot 1okt 2010, Apaches tot 11 nov 2010

Luchtondersteuning, zowel tactisch als logistiek, van ISAF-operaties

4 F-16’s, 5 x AH-64 Apache, 5 x Cougar of Chinook

240

RDTF

Afghanistan

Vanaf juni 2010 opbouwend tot eind 2010

Redeployment Task Force, gestart in juni 2010 met de opbouw van de eenheid, per 1 augustus volledig operationeel en in oktober afgebouwd naar een kleinere RDTF-2 m.i.v. december 2010.

Diverse logistieke systemen en voertuigen om containers te behandelen.

550

Diverse

Afghanistan

Geheel 2010

Deel uitmakend van het ISAF HQ en diverse andere ondersteuning aan ISAF (CONTCO, CKmar, BSB, Cmd KAF, NIST, CSTC A, TF-150 Bahrein, NLTC, FSE Mirage, etc.)

Diverse voertuigen,

C-130

229

EUPOL

Afghanistan

Geheel 2010

CKmar

Geen

5

International Security Assistance Force (ISAF)

ISAF heeft een VN-mandaat om de Afghaanse regering te assisteren bij het handhaven en verbeteren van de veiligheid, zodat de Afghaanse regering en ontwikkelingsorganisaties in een veilige omgeving kunnen opereren (Kamerstuk 27 925, nr. 279). De Nederlandse bijdrage aan ISAF bestond in 2010 uit de volgende elementen.

Task Force Uruzgan (TFU)

De kern van de Nederlandse bijdrage is tot augustus 2010 gevormd door een PRT. Daarnaast heeft Nederland in deze periode bijgedragen aan de opbouw van het Afghaanse leger door het leveren van Operational Mentoring and Liaison Teams (OMLT’s) en aan de begeleiding van de Afghaanse politie met Police Monitoring Teams (PMT’s). De TFU beschikte over diverse eenheden die zorgden voor de benodigde ondersteuning van het PRT en de trainingsteams, zoals een battlegroup (BG) ten behoeve van force protection, logistieke ondersteuning en staf- en inlichtingencapaciteit. Deze bijdrage is met ingang van 1 augustus 2010 beëindigd.

Task Force-55 (TF 55)

Vanaf april 2009 zijn ter verbetering van de inlichtingenpositie Nederlandse commando’s en mariniers ingezet in Afghanistan. Deze inzet was gericht op de uitvoering van verkenningen, het verzamelen van inlichtingen en het aangrijpen en arresteren van Talibanleiders en insurgents die zich bezig houden met het plegen van aanslagen en het plaatsen van geïmproviseerde explosieven. De militairen werden aangestuurd door het hoofdkwartier Regional Command South (RC(S)) van ISAF. Zij traden voornamelijk op in Uruzgan, maar konden in voorkomend geval ook daarbuiten worden ingezet. Deze bijdrage is met ingang van 1 augustus 2010 beëindigd.

Regional Command South (HQ RC(S))

De bijdrage in het zuiden viel onder RC(S). Nederland heeft in 2010 een aanzienlijke personele bijdrage geleverd aan het hoofdkwartier van RC(S).

Air Task Force (ATF)

De ATFis opgericht ter ondersteuning van ISAF en omvat de Nederlandse vliegtuigen en helikopters die permanent voor ISAF in Afghanistan zijn gestationeerd. De ATF beschikte over vijf Apache-helikopters voor gevechtssteun in Tarin Kowt en vier F-16 gevechtsvliegtuigen in Kandahar. Daarnaast beschikte de ATF over afwisselend drie Chinook-helikopters en vijf Cougar-helikopters voor luchttransporttaken. De transporthelikopters zijn per 1 oktober 2010 teruggetrokken en de aanvalshelikopters per 10 november 2010.

Redeployment Task Force (RDTF)

In augustus 2010 is voor de beëindiging van de missie en het terughalenvan personeel en materieel van de TFU uit Uruzgan de RDTF ontplooid. In december 2010 is het hoofdkwartier van de RDTF verplaatst naar Kandahar. Midden 2011 zal de gehele redeployment zijn voltooid.

Bijdrage aan het hoofdkwartier van ISAF in Kabul

Nederland heeft, naast een bijdrage aan de ISAF-eenheden in het zuiden, ook een personele bijdrage geleverd aan het hoofdkwartier van ISAF in Kabul. Nederland levert een personele bijdrage aan het strategisch hoofdkwartier (HQ ISAF), het daaronder geplaatste operationeel hoofdkwartier (ISAF Joint Command – IJC) en aan de trainingsmissie NATO Training Mission Afghanistan (NTM-A). De training van de Afghaanse veiligheidsorganisaties is steeds meer tot prioriteit van ISAF gemaakt. Om de verschillende trainingsinitiatieven in Afghanistan te coördineren is de NTM-Aopgericht. Nederland leverde in 2010 tien mensen voor de staf van de NTM-A. Daarnaast ontplooide Nederland vanaf februari 2010 als lid van de European Gendarmerie Force (EGF) twee marechaussees voor het NTM-A trainingscentrum in Mazar-e-Sharif. Een van de Nederlandse functionarissen in de staf van de NTM-Ais eveneens onder EGF-vlag gebracht.

Overige eenheden in Afghanistan

Voor de ondersteuning van alle hierboven genoemde eenheden zijn op meerdere locaties kleine eenheden aanwezig. Voorbeelden hiervan zijn het Nederlands Contingentscommando in Kandahar, eenheden van het CKmar, personeel geplaatst bij het Amerikaanse Combined Security and Transition CommandAfghanistan (CSTC A) in Kabul en inlichtingencapaciteit. Tevens zijn er, mede ter ondersteuning van de ISAF-missie, functionarissen opgenomen in het Combined Force Maritime Component Command (CFMCC) in Bahrein en is personeel werkzaam bij het Netherlands Liaison team CENTCOM in Tampa in de Verenigde Staten.

European Union Police Mission (EUPOL)

In 2008 is begonnen met de EU Police Mission (EUPOL) in het zuiden van Afghanistan (Kamerstuk 27 925, nr. 272) waarvoor het CKmar een aantal functionarissen leverde. Daarnaast is personeel afkomstig van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (politie), Buitenlandse Zaken (specialisten) en Veiligheid en Justitie (Rule of Law). Tot de taken van EUPOL in Uruzgan behoren de ondersteuning van projecten en het mentoren van stafmedewerkers van de politie op provinciaal niveau. De EUPOL-functionarissen richtten zich in 2010 vooral op het dagelijks mentoren van het operationele coördinatiecentrum van de provincie Uruzgan en het provinciale politietrainingscentrum.

Operationele doelstelling 3 – Vrede en stabiliteit in het Midden-Oosten

Vrede en stabiliteit in het Midden-Oosten

Locatie

Periode

Bijdrage

Materieel

Personele aantallen

UNTSO

Israël, Egypte, Syrië, Libanon

Geheel 2010

Waarnemers

Geen

12

EUBAM Rafah

Gazastrook

Geheel 2010 op afroep gestaan, geen inzet

3 x monitor grenspost CKmar, op afroep beschikbaar

Geen

3

United Nations Truce Supervision Organisation (UNTSO)

Nederland heeft in 2010 officieren geleverd voor verschillende waarnemersgroepen in Syrië, Israël en Libanon en op het hoofdkwartier van UNTSO te Jeruzalem. De waarnemers hebben tot taak het toezien op de naleving van de bestaande bestandsafspraken. Nederland neemt al sinds 1956 deel aan deze VN-missie. De Nederlandse deelname aan deze missie is van onbeperkte duur. De additionele uitgaven voor deze missie zijn, vanwege de onbeperkte duur, meerjarig in de raming voor crisisbeheersingsoperaties opgenomen.

European Union Border Assistance Mission Rafah (EUBAM Rafah – Gaza)

Nederland leverde in 2010 voor deze missie drie marechaussees. Zij stonden stand-by in Nederland. In 2010 is er door de EU geen beroep gedaan op het Nederlandse personeel. De Nederlandse bijdrage is in juni 2010 verlengd tot 24 mei 2011 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 970).

Operationele doelstelling 4 – Vrede en stabiliteit in Afrika

Vrede en stabiliteit in Afrika

Locatie

Periode

Bijdrage

Materieel

Personele aantallen

ATALANTA

Kust Oost Afrika

Geheel 2010

Stafofficieren

Geen

3

OHQ (ATALANTA)

Northwood (UK)

Geheel 2010

Stafofficier

Geen

3

ATALANTA (EVTN)

Kust Oost Afrika

    
 

Tromp

17 febr t/m 17 apr

 

Fregat

190

 

Johan de Witt

17 apr t/m 30 juni

Maritieme patrouille

LPD

210

 

Amsterdam

10 sept t/m 19 nov

Maritieme patrouille

Bevoorradingsschip

170

OCEAN SHIELD

Kust Oost Afrika

    
 

Zeven Provinciën

1 juli t/m 3 sept

Maritieme patrouille

Fregat

180

 

De Ruyter

10 dec t/m 31 dec

Maritieme patrouille

Fregat

190

 

Zeeleeuw

24 sept t/m 20 nov

Maritieme patrouille

Onderzeeër

62

 

Amsterdam

19 nov t/m 11 dec

Maritieme patrouille

Bevoorradingsschip

170

UNMIS

Soedan

Vanaf 01-04-2006

Stafofficieren

Geen

26

UNAMID

Soedan

Vanaf 01-08-2007

Stafofficieren

Geen

2

EUSEC (FIN)

Congo

Geheel 2010

Stafofficier

Geen

3

Europe Naval Force (EUNAVFOR)/Operation ATALANTA

In 2010 heeft Nederland een substantiële bijdrage geleverd aan anti-piraterijoperaties voor de kust van Somalië. In de periode midden februari tot en met midden november 2010 leverde Nederland een bijdrage aan de operatie Atalanta met Hr.Ms. Tromp, Hr.Ms. Johan de Witt en Hr.Ms. Amsterdam (Kamerstuk 29 521, nrs. 124 en 138). Nederland heeft daarmee bijgedragen aan het beschermen van schepen van het World Food Programme en de African Union Mission in Somalië, het beschermen van koopvaardijschepen in de Golf van Aden en het patrouilleren in gebieden met een verhoogde dreiging van piraterij. Vanaf oktober 2010 leverde Nederland ook een personele bijdrage aan het Operationele Hoofdkwartier (OHQ) in Northwood.

Op 5 april heeft Hr.Ms. Tromp het Duitse koopvaardijschip Taipan ontzet nadat het was gekaapt door piraten. De tien gevangengenomen verdachten zijn via Nederland overgedragen aan Duitsland. In november heeft Hr.Ms. Amsterdam twintig piraterijverdachten aangehouden waarvan er uiteindelijk vijf naar Nederland zijn overgebracht voor vervolging.

Ocean Shield

In 2010 is Hr.Ms. Zeven Provinciën in de maanden juli en augustus als deel van een Standing NATO Maritime Group (SNMG) ingezet in de Navo-operatie Ocean Shield, gericht tegen piraterij in de omgeving van Somalië. De onderzeeboot Hr.Ms. Zeeleeuw heeft van 24 september tot 20 november 2010 als eerste onderzeeboot deelgenomen aan Ocean Shield (Kamerstuk 29 521, nr. 138 en 145). Hr.Ms. Amsterdam is als gevolg van de vertraging van het vertrek van Hr.Ms. De Ruyter aan het einde van haar deelname aan operatie Atalanta (19 november) tot 11 december ingezet in Ocean Shield (Kamerstuk 29 521, nr. 151). Hr.Ms. De Ruyter heeft op 8 december Hr.Ms. Amsterdam afgelost.

United Nations Mission in Sudan (UNMIS)

Nederland draagt sinds april 2006 bij aan de United Nations Mission in Sudan (UNMIS) in Soedan (Kamerstuk 29 237, nr. 86). In 2010 waren marechaussees, civiele politie (UNPOLs) en militaire waarnemers (UNMO’s) voor de missie werkzaam. Tevens werkten Nederlandse militairen bij UNMIS in ondersteunende functies. Het takenpakket van de UNMO’s bestaat uit het toezien op de uitvoering van de Comprehensive Peace Agreement (CPA) van 9 januari 2005 tussen Noord- en Zuid-Soedan. De UNPOLs begeleiden en trainen de lokale politiemacht in het zuiden van Soedan. In 2010 heeft UNMIS zich vooral gericht op de ondersteuning van de voorbereidingen voor het referendum van 9 januari 2011 dat deel uitmaakt van het CPA. De Nederlandse deelname aan UNMIS wordt jaarlijks opnieuw bekeken. In maart 2010 is besloten het mandaat voor de missie met een jaar te verlengen (Kamerstuk 29 237, nr. 116).

United Nations African Union Mission (UNAMID)

In 2007 is besloten dat de Verenigde Naties een vredesmissie zouden gaan uitvoeren in Darfur (Soedan) ter aanvulling op de African Mission in Soedan. Deze missie heeft tot taak het creëren van een veilige omgeving voor humanitaire organisaties die hulp verlenen aan de bevolking in de vluchtelingenkampen. Eind 2010 was deze missie voor 85 tot 90 procent gevuld. De Nederlandse bijdrage richt zich enerzijds op de planning en anderzijds op het monitoren van de logistieke ondersteuning van de missie. De Nederlandse bijdrage loopt sinds augustus 2007 en wordt jaarlijks opnieuw bekeken. In maart 2010 is het mandaat voor deze missie met een jaar verlengd tot 31 maart 2011.

European Union Security (EUSEC)

De European Union Security (EUSEC)-missie in de Democratische Republiek Congo (DRC) is een kleinschalige Security Sector Reform (SSR)-missie, die adviseert en assisteert bij de hervorming van de veiligheidssector. Nederland ondersteunt de ontwikkeling en professionalisering van het geïntegreerde Congolese leger. Hierbij wordt aandacht besteed aan onderwerpen als mensenrechten, goed bestuur, transparantie en respect voor de rechtsstaat. De EUSEC-missie is op 2 mei 2005 van start gegaan en het mandaat is in september 2010 met twee jaar verlengd tot 1 oktober 2012. Nederland neemt sinds mei 2006 deel aan EUSEC en deze deelname wordt jaarlijks opnieuw bekeken. In 2010 waren drie militaire adviseurs geplaatst in Kinshasa en in Goma.

Operationele doelstelling 5 – Vrede en stabiliteit in Irak

Vrede en stabiliteit

In Irak

Locatie

Periode

Bijdrage

Materieel

Personele aantallen

NTM-I

Irak

Geheel 2010

Staf(o)officieren

Geen

5

NATO Training Mission Irak (NTM-I)

In Irak heeft Nederland een bijdrage geleverd aan de staf van NTM-I (Kamerstuk 29 521, nr. 128). De betrokken militairen waren belast met de bestendiging van de opleidingsstructuur en van de continuïteit van de trainingsprogramma’s. Tevens vervulden zij uiteenlopende taken op het gebied van personeelsmanagement, trainingscoördinatie en begeleiding. Op 30 november 2009 heeft de Navo met de goedkeuring van de Periodic Mission Review van NTM-I besloten de missie te verlengen en de herziene taken daarvan vastgelegd. De regering heeft vervolgens de verschillende aspecten van de missie beoordeeld en in december 2009 besloten de Nederlandse bijdrage aan NTM-I met een jaar te verlengen tot 31 december 2010. Vervolgens is in december 2010 besloten de bijdrage nogmaals met een jaar te verlengen tot 31 december 2011.

Operationele doelstelling 6 – Vrede en stabiliteit in Perzische Golf

Vrede en stabiliteit in

Perzische Golf

Locatie

Periode

Bijdrage

Materieel

Personele aantallen

CMFCC/TF 151

Bahrein

Geheel 2010

Stafofficieren

geen

3

NLTC

Tampa (USA)

Geheel 2010

Stafofficieren

geen

3

Combined Force Maritime Component Command/Task Force 151 (CFMCC/TF 151)

Naast de EU-operatie Atalanta en de Navo-operatie Ocean Shield is Combined Task Force 151 (CTF 151) een derde multilateraal initiatief dat onder CMFCC bijdraagt aan piraterijbestrijding en de bescherming van de scheepvaart in de Golf van Aden en het Somalië Bassin. Sinds 29 november 2010 voert de Pakistaanse staf aan boord van het Britse fregat HMS Cornwall het commando over CTF 151. In deze staf is een Nederlandse planningsofficier van het CZSK opgenomen.

Voor de ondersteuning van diverse uitgezonden eenheden zijn op verschillende locaties kleine eenheden aanwezig. Voorbeelden hiervan zijn functionarissen die zijn opgenomen in het CFMCC in Bahrein en personeel dat werkzaam is bij het Netherlands Liaison Team USCENTCOM (NLTC) in Tampa in de Verenigde Staten.

Licence