Base description which applies to whole site

Beleidsartikelen

Artikel 1. Waddenfonds
1.1 Algemene beleidsdoelstelling

De doelen van het Waddenfonds zijn als volgt in vier operationele doelen vertaald:

  • 1. het vergroten en versterken van de natuur- en landschapswaarden van het Waddengebied;

  • 2. het verminderen of wegnemen van externe bedreigingen van de natuurlijke rijkdom van de Waddenzee;

  • 3. een duurzame economische ontwikkeling in het waddengebied en een substantiële transitie naar een duurzame energiehuishouding in het waddengebied en de direct aangrenzende gebieden;

  • 4. het ontwikkelen van duurzame kennishuishouding ten aanzien van het waddengebied.

Deze doelen gelden voor het waddengebied als geheel: door middel van subsidies uit het Waddenfonds voor investeringen wordt aan deze doelen bijgedragen.

Doelbereiking en maatschappelijke effecten

Om de doelbereiking en de maatschappelijke effecten van de bestedingen uit het Waddenfonds kwantitatief zichtbaar te kunnen maken, zijn in de begroting van het Waddenfonds 2010 effectindicatoren opgenomen. Omdat gebleken is dat het eerste Uitvoeringsplan Waddenfonds uit 2006 onvoldoende inhoudelijke sturing en samenhang gaf om te komen tot projecten die fundamenteel bijdragen aan de doelen van het Waddenfonds, is er een nieuw Uitvoeringsplan Waddenfonds 2010– 2014 opgesteld dat meer inhoudelijk richting geeft zodat eventuele versnippering van in te zetten middelen wordt voorkomen. Tevens zijn in dit plan de doelen voorzien van gekwantificeerde indicatoren, die ook zullen worden opgenomen in de begroting van het Waddenfonds. Projectvoorstellen die niet passen binnen dit uitvoeringsplan, zullen niet worden gehonoreerd. Het nieuwe Uitvoeringsplan is opgesteld door het Regionaal College Waddengebied en in januari 2010 door de toenmalige minister van VROM goedgekeurd.

Dit beleidsverslag beperkt zich tot een kwalitatieve beschrijving van hoe de gehonoreerde projecten bijdragen aan de vier operationele doelen en de daarbij benoemde prestaties.

Externe factoren

Het succes van een subsidieregeling wordt in belangrijke mate bepaald door de hoeveelheid en kwaliteit van de ingediende projectvoorstellen. Met 106 aanvragen uit de 1e tender, 77 aanvragen uit de 2e tender en 102 aanvragen uit de 3e tender die het totale beschikbare budget verre overstijgen en gegeven het feit dat de subsidieregeling bij de eerste twee tenders slechts gedeeltelijk van kracht was, zal deze succesfactor naar verwachting voor het Waddenfonds positief uitpakken.

Een andere succesfactor is het draagvlak in de regio. Hierin wordt voorzien doordat het Uitvoeringsplan Waddenfonds in het Regionaal College Waddengebied wordt opgesteld en doordat draagvlak in de regio als één van de toetsingscriteria van de regeling geldt. Daarnaast zal een commissie, bestaande uit regionale vertegenwoordigers, zich mogen uitspreken over het voorgenomen besluit van de minister omtrent de te honoreren projecten uit het Waddenfonds.

Tendersysteem

De selectie van investeringsvoorstellen voor subsidie uit het Waddenfonds verlopen via een zogenaamd tendersysteem: gedurende een bepaalde periode in het jaar kunnen projectvoorstellen worden ingediend, die door een onafhankelijke commissie worden beoordeeld. Van te voren is bekend gemaakt hoeveel financiële middelen er voor de tender beschikbaar zijn. Middels dit systeem worden alleen de allerbeste projectvoorstellen gehonoreerd.

3e Tender 2010

In het voorjaar van 2010 is de derde tender van het Waddenfonds opengesteld. Deze tender kon volledig worden opengesteld: dit betekent dat niet alleen lagere overheden, niet-gouvernementele organisaties, particulieren, (kleine en middelgrote) landbouw ondernemingen en de visserijsector projectvoorstellen konden indienen, maar ook subsidie kon worden aangevraagd voor milieubescherming en onderzoek, ontwikkeling en innovatie. Vanaf de tweede tender kunnen ook projectvoorstellen worden ingediend, die vallen onder de de-minimissteun. Dit laatste houdt in dat afhankelijk van de sector per bedrijf een beperkt bedrag subsidie kan worden ontvangen.

Bij de 3e tender zijn in totaal 102 projectvoorstellen ingediend waarvan er 60 ontvankelijk zijn verklaard. Van deze projecten zijn er op 17 december 2010 18 projecten gehonoreerd voor een totaalbedrag van € 36,7 mln. Besloten is om het oorspronkelijk beschikbaar gestelde tenderbedrag van € 33,0 mln op te hogen, teneinde meer projecten mogelijk de maken (Stcrt. 2010 nr. 20990, 24 december 2010). Deze ophoging van € 3,7 mln is mogelijk omdat niet in alle jaren het beschikbare tenderbedrag volledig is gebruikt.

Afgesproken is dat aan het einde van de fondsperiode (2026) de investeringen uit het Waddenfonds gelijkelijk verdeeld zullen zijn over ecologie en economie. Van het gehonoreerde bedrag bij de 3e tender komt € 13,9 mln ten goede aan ecologie en € 22,8 mln ten goede aan economie. Over de afgelopen drie tenders is er 57% naar ecologie en 43% naar economie gegaan, zodat bijsturing vooralsnog niet actueel is.

Tot nu toe zijn er drie tenders van het Waddenfonds opengesteld. In het totaal zijn er 285 projectvoorstellen ingediend, waarvan er 53 zijn gehonoreerd. Het totaal aan subsidies bedraagt € 105 mln. De totale projectkosten van de gehonoreerde projecten bedraagt € 180,1 mln, zodat geconcludeerd mag worden dat het beoogde vliegwieleffect werkt. Van iedere euro die via het Waddenfonds geïnvesteerd wordt, is 42 eurocent afkomstig van derden.

Realisatie meetbare gegevens bij algemene doelstelling

In de begroting 2010 is de meetbaarheid en daarmee de afrekenbaarheid van de begroting van het Waddenfonds vergroot:

  • Er zijn indicatoren ontwikkeld waarmee de doelen van de PKB-Waddenzee kunnen worden gemonitoord;

  • De gekwantificeerde doelen uit het Uitvoeringsprogramma Waddenfonds 2010–2014 zijn opgenomen in de begroting 2011 van het Waddenfonds;

  • Bij de beleidsevaluatie (eens in de vier jaar) zal zichtbaar worden gemaakt in hoeverre de gehonoreerde projecten hebben bijgedragen aan de vier doelstellingen van het Waddenfonds.

Bij de operationele doelstellingen is de mate van doelbereiking dan ook niet opgenomen. Wel is bij de verantwoording over de operationele doestellingen weergegeven welke in de 3e tender 2010 gehonoreerde projecten daartoe bijdragen.

1.4 Budgettaire gevolgen van het beleid
Artikel 1. Waddenfonds
(x € 1 000)
 

Realisatie 2006

Realisatie 2007

Realisatie 2008

Realisatie 2009

Realisatie 2010

Vastgestelde begroting 2010

Verschil 2010

Verplichtingen:

0

2 275

41 079

29 245

36 993

40 478

– 3 485

Uitgaven:

0

146

4 453

14 267

6 256

40 478

– 34 222

Programma:

0

0

2 760

13 220

5 216

39 600

– 34 384

 

Vergroten/versterken van natuur- en landschapswaarden van het Wad

0

0

0

685

3 733

17 820

– 14 087

         
 

Verminderen externe bedreigingen van de rijkdom van de Waddenzee

0

0

0

0

0

2 376

– 2 376

         
 

Duurzame economische ontwikkeling en energiehuishouding

0

0

2 400

11 195

483

17 820

– 17 337

         
 

Ontwikkelen duurzame kennishuishouding waddengebied

0

0

360

1 340

1 000

1 584

– 584

Apparaat:

0

146

1 693

1 047

1 040

878

162

 

Beheers- en uitvoeringskosten

0

146

1 693

1 047

1 040

878

162

Ontvangsten:

0

33 878

33 878

33 878

4 497

33 878

– 29 381

Toelichting

Verplichtingen

Bij de 3e tender zijn in totaal 102 projectvoorstellen ingediend waarvan er 60 ontvankelijk zijn verklaard. Van deze projecten zijn er op 17 december 2010 door de minister van Infrastructuur en Milieu 18 projecten gehonoreerd voor een totaalbedrag van € 36,7 mln. De verdeling naar operationeel doel is:

  • € 19,7 mln Vergroten/versterken van natuur- en landschapswaarden van het Wad;

  • € 17,0 mln Duurzame economische ontwikkeling en energiehuishouding;

  • € 0,0 mln Ontwikkelen duurzame kennishuishouding waddengebied.

Uitgaven

In opdracht van het ministerie van Milieu en Infrastructuur voert de Dienst Landelijk Gebied (DLG) van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie het Waddenfonds uit. In 2010 heeft DLG voor een totaalbedrag van € 5,2 mln aan voorschotverzoeken op projecten gehonoreerd. Overeenkomstig de fondssystematiek wordt het niet aangewende deel van het uitgavenbudget naar latere jaren overgeheveld.

Ontvangsten

In 2010 is vanuit het begrotingshoofdstuk Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI) artikel 2 «Realisatie Nationaal Ruimtelijk Beleid» € 4,5 mln naar het Waddenfonds overgedragen.

Vermogen van het Waddenfonds

De opbouw van het fondsvermogen per 31 december 2010 kan als volgt worden weergegeven:

Bedragen x € 1 000

Cumulatieve ontvangsten Waddenfonds (2006–2010)

106 131

Af: Cumulatieve uitgaven Waddenfonds (2006–2010)

-/- 25 122

Saldo ontvangsten en uitgaven

81 009

  

Saldo ontvangsten en uitgaven

81 009

Af: Openstaande verplichtingen

83 930

Fondsvermogen per 31 december 2010

-/- 2 921

In de Wet op het Waddenfonds is in artikel 3 lid 2 bepaald dat ontvangsten Waddenfonds vanuit de begroting van het begrotingshoofdstuk Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer tot een bedrag van € 677,6 mln. Het recht op de nog te ontvangen bedragen voor het Waddenfonds kan als volgt worden weergegeven:

Bedragen x € 1 000

Wet op het Waddenfonds (art 3 lid 2)

(excl. efficiencykorting Regeerakkoord)

677 600

Àf: cumulatieve ontvangsten Waddenfonds (2006–2010)

-/- 106 131

Recht op te ontvangen bedragen

571 469

1.3 Operationele doelstelling
1.3.1 Vergroten en versterken van de natuur- en landschapswaarden van het Waddengebied

Instrumenten

  • PKB Waddenzee; de planologische kernbeslissing (PKB) Waddenzee bevat de hoofdlijnen van het rijksbeleid voor de Waddenzee;

  • (Investerings)subsidies; om de doelen van het Waddenfonds te realiseren worden door middel van een subsidieregeling door het rijk investeringen in het Waddengebied gestimuleerd;

  • AMvB Ruimte; hierin zijn de concrete beleidsbeslissingen uit de PKB Waddenzee beleidsneutraal opgenomen.

Realisatie meetbare gegevens bij operationele doelstelling.

De gehonoreerde projecten uit de 3e tender die bijdragen aan deze operationele doelstelling:

  • Wadden Sea Long-Term Ecosystem Research (WaLTER). De ontwikkeling van een geïntegreerd monitoringsplan voor de Waddenzee.

  • Ruim baan voor vissen in het waddengebied. Maatregelen en innovatieve oplossingen voor de migratie van vis tussen Waddenzee en watersystemen op het vaste land.

  • Van Polder naar Kwelder: 10 jaar ontwikkeling. Evaluatie van het bestaande verkwelderingsexperiment in Noarderleegh.

  • Metawad-1: hoe habitatherstel trekkende wadvogels beïnvloedt. Onderzoek naar de effecten op trekkende wadvogels van veranderingen van habitats in de Waddenzee.

  • Stelling Den Helder, Poort naar de Waddenzee. Subsidie voor o.a. herstel en behoud van drie forten als onderdeel van het weer herkenbaar maken van Den Helder als vestingstad.

  • Herplant van iepen in de waddenregio. Versterken en herstellen van karakteristieke (iepen)beplantingen.

  • Een sterk staaltje naar het Wad. Vervanging van de stalen vijzel van poldermolen de Goliath, waardoor deze weer kan malen.

Zie voor een uitgebreidere beschrijving van deze projecten: www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2010/12/17/zoden-aan-de-dijk.html.

1.3.2. Verminderen of wegnemen van externe bedreigingen van de natuurlijke rijkdom van de Waddenzee

Instrumenten

  • PKB Waddenzee; De planologische kernbeslissing (PKB) Waddenzee bevat de hoofdlijnen van het rijksbeleid voor de Waddenzee;

  • (Investerings)subsidies; Om de doelen van het Waddenfonds te realiseren worden door middel van een subsidieregeling door VROM investeringen in het Waddengebied gestimuleerd;

  • AMvB Ruimte; Hierin zijn de concrete beleidsbeslissingen uit de PKB Waddenzee beleidsneutraal opgenomen.

Realisatie meetbare gegevens bij operationele doelstelling

Er zijn bij de 3e tender geen projecten gehonoreerd die bijdragen aan deze operationele doelstelling.

1.3.3. Bevorderen van een duurzame economische ontwikkeling in het Waddengebied en substantiële transitie naar een duurzame energiehuishouding in het Waddengebied en de direct aangrenzende gebieden

Instrumenten

  • PKB Waddenzee; De planologische kernbeslissing (PKB) Waddenzee bevat de hoofdlijnen van het rijksbeleid voor de Waddenzee;

  • (Investerings)subsidies; Om de doelen van het Waddenfonds te realiseren worden door middel van een subsidieregeling door VROM investeringen in het Waddengebied gestimuleerd;

  • AMvB Ruimte; Hierin zijn de concrete beleidsbeslissingen uit de PKB Waddenzee beleidsneutraal opgenomen.

Realisatie meetbare gegevens bij operationele doelstelling

De gehonoreerde projecten uit de 3e tender die bijdragen aan deze operationele doelstelling:

  • Biogasleiding Noordoost Friesland. Subsidie voor aanleg biogasleiding in Noordoost Friesland.

  • Energie Transitiepark Eemsdelta fase 1. Pilot testen algenkweeksysteem.

  • Boerderijen aan de Waddenkust. Subsidie voor instandhouding en herstel van cultuurhistorisch karakteristieke boerderijen en boerderij-erven.

  • Herplant van iepen in de waddenregio. Versterken en herstellen van karakteristieke (iepen)beplantingen.

  • Opwaardering landschappelijke waarden wierde Weiwerd. Opwaardering van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden van de wierde Weiwerd.

  • Een sterk staaltje naar het Wad. Vervanging van de stalen vijzel van poldermolen de Goliath, waardoor deze weer kan malen.

  • Nieuwland, jeugdherberg wordt gastenverblijf. Herbestemming voormalige jeugdherberg tot toeristisch gastenverblijf.

  • Vissers van de Wadden. Flexibilisering van het kleine kustvisserijbedrijf met als doel het beter samengaan van visserij en natuurbeheer in de Waddenzee.

  • Kiek over Diek. Aanleg doorgaande fietsroute langs en over de gehele Groningse waddenzeedijk.

  • De Nollen: symbiose van natuur, cultuur en ecologie. Subsidie voor de bouw van tentoonstellingsruimten, gastverblijven, een beheerderwoning en de inrichting van het overgangsgebied van de Stichting de Nollen naar het gebied van Noord-Holland.

  • Kweldercentrum Noarderleech. Realisatie kweldercentrum Noarderleech, een ontmoetings- en informatiecentrum.

  • Ecomare – de westelijke waddenpoort. Het op een hoger plan tillen van Ecomare op het gebied van educatie en voorlichting.

  • Zilt perspectief. Onderzoek naar de gevolgen van de verzilting en de mogelijkheden van de landbouw om daarbij aan te sluiten.

Zie voor een uitgebreidere beschrijving van deze projecten: www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2010/12/17/zoden-aan-de-dijk.html.

1.3.4. Het ontwikkelen van een duurzame kennishuishouding ten aanzien van het waddengebied

Instrumenten

  • PKB Waddenzee; De planologische kernbeslissing (PKB) Waddenzee bevat de hoofdlijnen van het rijksbeleid voor de Waddenzee;

  • (Investerings)subsidies; Om de doelen van het Waddenfonds te realiseren worden door middel van een subsidieregeling door VROM investeringen in het Waddengebied gestimuleerd;

  • AMvB Ruimte; Hierin zijn de concrete beleidsbeslissingen uit de PKB Waddenzee beleidsneutraal opgenomen.

Realisatie meetbare gegevens bij operationele doelstelling

Er zijn bij de 3e tender geen projecten gehonoreerd die bijdragen aan deze operationele doelstelling.

1.4 Overzicht beleidsonderzoeken

Type

Onderwerp

Algemeen Doel of Operationeel Doel

Start

Afgerond

Vindplaats

Quality StatusReport

vervolgmeting

01

2008

2010

http://www.waddensea-secretariat.org/ QSR-2009/index.htm

1.5 Slotwet
(Bedragen x € 1 000)

Artikel 1. Waddenfonds

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Stand 2e suppletoire begroting 2010

43 164

34 065

4 497

Mutaties Slotwet 2010

– 6 171

– 27 809

0

Stand Slotwet 2010 (Realisatie)

36 993

6 256

4 497

Toelichting

Verplichtingen

De onderuitputting van het verplichtingenbudget wordt met name veroorzaakt doordat bij 2e suppletoire begroting 2010 de niet aangewende middelen 2009 in z’n geheel naar dit begrotingsjaar zijn doorgeschoven. Gelet op de verplichtingen 3e tender en de uitvoeringskosten had een deel ook naar latere jaren moeten worden doorgeschoven.

Uitgaven

In opdracht van het ministerie van Milieu en Infrastructuur voert de Dienst Landelijk Gebied (DLG) van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie het Waddenfonds uit. In 2010 heeft DLG voor een totaalbedrag van € 5,2 mln aan voorschotverzoeken gehonoreerd. Overeenkomstig de fondssystematiek wordt het niet aangewende deel van het uitgavenbudget, € 27,8 mln naar latere jaren overgeheveld.

2. Jaarrekening
De verantwoordingsstaat 2010 van het Waddenfonds
bedragen (x € 1 000)
 

(1)

(2)

(3)=(2) – (1)

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 2010

Realisatie 2010

Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting 2010

  

verplichtingen

uitgaven

ontvangsten

verplichtingen

uitgaven

ontvangsten

verplichtingen

uitgaven

ontvangsten

 

Beleidsartikelen

         

01

Waddenfonds

40 478

40 478

33 878

36 993

6 256

4 497

– 3 485

– 34 222

– 29 381

 

Sub-totaal

 

40 478

33 878

 

6 256

4 497

 

– 34 222

– 29 381

           

07

cumulatief voordelig eindsaldo 2009

 

0

0

 

82 768

82 768

 

+82 768

+82 768

 

Sub-totaal

 

40 478

33 878

 

89 024

87 265

 

+48 546

+53 387

          

08

Nadelig eindsaldo 2010

    

0

1 759

0

0

+1 759

05

Totaal

 

40 478

33 878

 

89 024

89 024

 

+48 546

+55 146

De Saldibalans van het Waddenfonds per 31 december 2010 (x € 1000)
 

31-12-2010

31-12-2009

 

31-12-2010

31-12-2009

1. Uitgaven ten laste van de begroting

  

2. Ontvangsten ten gunste van de begroting

  
   

– Begroting 2008

 

63 157

– Begroting 2009

 

14 267

– Begroting 2009

82 7681

33 878

– Begroting 2010

6 256

 

– Begroting 2010

4 497

 
      

3. Liquide middelen

0

0

   
      

4. Rekening-courant RHB

81 009

82 768

4. Rekening-courant RHB

0

0

      

5. Uitgaven buiten begrotingsverband

0

0

6. Ontvangsten buiten begrotingsverband

0

0

      

7. Openstaande rechten

0

0

7a. Tegenrekening openstaande rechten

0

0

      

8. Extra-comptabele vorderingen

0

0

8a. Tegenrekening extra-comptabele vorderingen

0

0

      

9a. Tegenrekening extra-comptabele schulden

0

0

9. Extra-comptabele schulden

0

0

      

10. Voorschotten

21 316

17 327

10a. Tegenrekening voorschotten

21 316

17 327

      

11a. Tegenrekening garantieverplichtingen

0

0

11. Garantieverplichtingen

0

0

      

12a. Tegenrekening openstaande verplichtingen

83 930

53 733

12. Openstaande verplichtingen

83 930

53 733

      

13. Deelnemingen

0

0

13a. Tegenrekening deelnemingen

0

0

Totaal-generaal

192 511

168 095

Totaal-generaal

192 511

168 095

1

Saldering cumulatieve ontvangsten en cumulatieve uitgaven door toevoeging van het saldo aan de ontvangsten van het lopende jaar.

Toelichting

Ad 1. en 2. Uitgaven en ontvangsten ten laste van de begroting resp. € 6 256 en € 87 265

Bij de begrotingsuitgaven en –ontvangsten zijn de gerealiseerde uitgaven en ontvangsten opgenomen met betrekking tot het jaar waarvoor de Rijksrekening nog niet door de Staten-Generaal zijn goedgekeurd.

Ad 4. Rekening-courant RHB € 81 009

Op de rekening-courant met de Rijkshoofdboekhouding (RHB) is de verhouding met de Rijksschatkist geadministreerd. Opgenomen is het bedrag overeenkomstig het laatst verstuurde saldobiljet van de RHB.

ad 10. Voorschotten € 21 316

Op deze rekening staat het saldo gebaseerd op de Regeling Departementale Begrotingsadministratie (voorschotten, vooruitbetalingen en voorlopige betalingen). De definitieve vaststelling dan wel de afwikkeling vindt plaats na indiening van de einddeclaratie.

Verloop van de voorschotten in 2010 in EUR x 1 000

Stand voorschotten per 31-12-2009

17 327

Bij:

In 2010 verleende voorschotten

6 001

Af:

Afgerekende voorschotten

– 2 012

Stand voorschotten per 31-12-2010

21 316

Voorschotten op artikelniveau en organisatieonderdeel gerubriceerd naar ouderdom per 31-12-2010 in EUR x 1 000

Artikel

Omschrijving

vóór 2009

2009

2010

Totaal

01

Waddenfonds

2 533

12 782

5 388

20 703

Totaal binnen begrotingsverband

2 533

12 782

6 001

21 316

Departementen

0

0

0

0

VROM-diensten

0

0

0

0

Derden

0

0

0

0

Totaal buiten begrotingsverband

0

0

0

0

Totaal-generaal

2 533

12 782

6 001

21 316

Ad 12. Openstaande verplichtingen € 83 930

Verloop van de verplichtingen in 2010 in EUR x 1 000

Stand verplichtingen per 31-12-2009

 

53 733

Bij:

Aangegane verplichtingen/verhogingen

 

36 993

Af:

Betalingen

6 256

 
 

Verlagingen/intrekkingen voorgaande jaren

540

– 6 796

Stand verplichtingen binnen en buiten begrotingsverband per 31-12-2010

 

83 930

Verplichtingen binnen begrotingsverband op artikelniveau gerubriceerd naar ouderdom per 31-12-2010
in EUR x 1 000

Artikel

Omschrijving

vóór 2009

2009

2010

Totaal

01

Waddenfonds

23 276

24 242

36 412

83 930

Totaal binnen begrotingsverband

23 276

24 242

36 412

83 930

Departementen

0

0

0

0

VROM-diensten

0

0

0

0

Derden

0

0

0

0

Totaal buiten begrotingsverband

0

0

0

0

Totaal generaal

23 276

24 242

36 412

83 930

Licence